MET KERSTMIS OP STAP
y-
P Sff V
pWii
ÉÉBi
i
■i:'ï
Toelichting op onze Kerstprijsvraag
KERSTPRIJSVRAAG
REGLEMENT
i
Planten en vogels omstreeks de jaarwisseling
P» - M - -
W m I li 85 \1i
iUftf
Zeventien problemen voor honderd winstpunten
en meer dan honderd prijzen
Verpoos u met
onze prijsvraag
Toelichtingen
DIT ZIJN DE PRIJZEN
l!
Win een geldprijs of een
sierlijk gebruiksvoorwerp
El;»
Waarop men gelieve te letten
VRIJDAG 24 DECEMBER 1954
PAGINA 11
Sneeuw en ijs bedekken bosbodem en
Vijvervlak.
Duizenden eenden bij het
IJssehneer
!,vméMm«iilwaï!
-ffSr M y
V kiftf
:Kfli
ï- i
5H ,.,r ./ft'
Ga eens op onderzoek uil
Hoe is het met de vogels
1?
Als de vorst invalt
Help, zo nodig, een handje
mee
gesteld.'
Hongerende meerkoeten wachten op
bedeling van de zijde der mensen.
probleem no. 11: 15 punten,
probleem no. 17: 15 punten.
Eerste prijs: EENHONDERD GULDEN.
Tweede prijs: VIJFENZEVENTIG GULDEN.
Derde prijs: VIJFTIG GULDEN.
Kenmerkend voor ons klimaat is zijn grilligheid: de weerswisselingen
voltrekken zich niet steeds geleidelijk, maar soms opzienbarend binnen
een uiterst kort tijdsbestek, zodat meermalen twee opeenvolgende dagen
in het geheel niet op elkaar gelijken. In voorspellingen, die zich bezig
houden met bet waarschijnlijke weertype op een bepaalde dag in een
meer of minder ver verwijderde toekomst, schuilt steeds iets zeer gewaagds.
Het zijn nu eenmaal de gevolgen van niet te voorziene invloeden, die dc
berekeningen van de knapste meteorologen, om niet te spreken van de
profetieën in de Enkhuizer Almanak, onverhoeds ondersteboven kunnen
gooien. Dit betekent dus, dat ik, mijn natuur-historisch Kerstartikel precies
een week voor de feestdagen samenstellend, niet vooruit een actueel en
dus volkomen nauwkeurig seizoensbeeld kan geven van het tweetal dagen,
dat de laatste week van December inleidt.
Er zijn echter twee mogelijkheden, waarmee ik rekening kan honden:
of de winter blijft „open", óf een pittige vorst, al dan piet gepaard gaande
met sneeuwval, stremt de wateren.
De berijpte takken van de
treurwilg hangen als witte
koorden af; ijzelvorming sluit
echter de voedselbronnen van
de vogels af.
Nemen wij eerst aan, dat in de bewus
te week het kwik niet of slechts in on
betekenende mate onder het nulpunt zakt.
In dat geval wordt de bestaande weers-
toestand hetzij bestendigd, hetzij nauwe
lijks gewijzigd. Het „aangezicht" van de
natuur verandert dan niet, haar „trek
ken" blijven dezelfde. Dit betekent, dat
dan niet alleen het merendeel van de
bloemen, die ik als herfstbloeisters ver
meldde in mijn artikel in ons blad
van 18 December, zijn beste beentje zal
blijven Voorzetten, maar dat dan
nog verscheidene andere haar schoonheid
zullen etaleren.
De situatie op 18 December was aldus,
tegen de flanken van de huizen lichtten
de vrolijk gele bloemen van de vroege
jasmijn, een Noord-Chinese, die ook wel
winterjasmijn wordt genoemd, bij hon
derden op en in menige tuin zorgde een
buitenlandse Alyssum-(schildzaad-) soort
eveneens voor prettig gele kleurtjes. Som
mige Mahonia's, die zich in het najaar
sieren met blauw berijpte vruchten en
die van Maart af plegen te bloeien, had
den, daartoe aangespoord door het zach
te herfstweer, reeds een week voor Kerst
mis haar gouden bloemen ontplooid. De
randjesbloemen, althans de hardnekkigste
exemplaren, wisten ook nog i\iet van uit
scheiden: doorgaans valt het begin van
haar bloei in Maart; men kweekt ook
wel gevuldbloemige vormen van deze
scheefkelk, die met de namen „begijn
tjes" of „rijstebrijplanten" worden aange
duid. Zij strooiden witte vlekjes in boor
den en bedden en dit deed het moeder
kruid, dat familie is van de margrieten
en chrysanten, eveneens. Zij is nogal
bekend geworden door haar neiging om
te verwilderen, zodat men haar soms ook
wel buiten 't nauwe tuinkader kan tegen
komen. Ongelooflijk prachtig stonden de
ouderwetse hofjesbloemen, de violieren,
X I
ponerend verschijnsel van de slaaptrek te
aanschouwen geven: wolk na wolk rept
zich dan in de schemer voort naar de
nachtelijke legersteden. Her en der is dan
de lucht vervuld van het ruisen der wie
ken. Dezelfde leefruimte wordt door
gaans ook bevolkt door kieviten. Op 14
December waren hun aantallen in het
Eemlandschap legio: tienduizenden ver
donkerden het groen der grassen, stoven
bij 't passeren van treinen het luchtruim
in, zwenkten en zwierden onder 't grauwe
uitspansel, groepeerden zich tot gerekte
hozen, dromden samen tot ronde ballon
nen of dwarrelden verward door elkaar.
Bij de kieviten plegen zich niét zelden
behalve de reeds genoemde spreeuwen
grote menigten goudplevieren uit verre
vreemde landen aan te sluiten en ook troe
pen kramsvogels zoeken vaak hun gezel
schap. Wanneer zo'n gemengd gedoe op
de vleugels gaat, geschiedt dit vaak met
een stemvertier, dat aan 'n Babylonische
spraakverwarring doet denken.
Wie zo op de grens van herfst en win
ter zijn schreden naar de polder richt,
kan er tevens staat op maken, dat hij
de muizenjagers buizerd en torenvalk in
actie ziet of deze althans waarneemt,
soms verschijnt bij tijd en wijle een
concurrent van het tweetal, een blauwe
kiekendief, ten tonele en bovendien blij
ven er omstreeks de jaarwisseling wel
altijd enkele graspiepers en veldleeuwe
riken, beide kleine, grauwe gevalletjes,
hangen. Meestentijds zitten in 't voedsel
rijke gebied ook kauwen, roeken, bonte
kraaien, kok- en stormmeeuwen aan de
dis. Bovendien ontbreken zelden de blau
we reigers.
Wie zich, wanneer de wateren nog klot
sen, tijdens de feestdagen naar uitgebrei
de waterpartijen, rivieren en beken be
geeft, kan daar zijn hart ophalen en
I lil®
ik ook niet de statige zwanen vergeten,
die hun blanke pracht demonstreren, het
zij zwemmend, hetzij vliegend. Hun joe
lende geluiden lijken klanken uit een oer
tijd. En als U de kronkels van rivier
of beek mocht volgen, ziet U soms een
kleine fuutachtige om de haverklap dui
ken: het is een dodaarsje, dat aan 't fou-
rageren is of zich in de diepten van het
water aan de blikken van de mens ont-
n, „an trekt. Wanneer er een blauwgroene pijl
nu denk ik wel in de eerste plaats aa water schiet en U telkens tjie-tjie-
het IJsselmeer - aan de duizenden eend- [tjierhoort roeperli dan heeft u een ont-
erbij en ook de leeuwenbekken, de An
tirrhinums, lieten zien, dat de bekwame
kwekers haar kleuren op een verrassen
de wijze kunnen beïnvloeden; men heeft
re
erfelijkheidsproeven genomen en er ko-
achtigen, die, komend uit Noordelijke en
Oostelijke gebieden, deze waterrijke ge
westen als winterkwartier hebben uitver
koren. De samenscholingen op de spiegel
van het meer, de fantastische vlieg-evolu-
ties boven de oude binnenzee, met impo
nerend stemvertier, de schoonheid van
hun kleuren en lichaamsbouw zijn even
zovele aanleidingen tot een intens genie
ten. De brilduikers, smienten en wilde
ae wijze Kunnen oeinvioeden; men iieeii.
met deze plant (majus) zefr interessante
erfelijkheidsproeven genomen en er ko
men bij deze soort ook pelorische vor
men voor, dit zijn vormen, waarvan de
bloemen niet mono-symmetrisch, maar ra-
diair-symmetrisch zijn; mooi zijn deze -
laatste voor mijn gevoel niet. Wel is dit eenden, de toppers, tafeleenden en winter-
het geval met de warm oranjerode bui- talingen ik noem nog niet eens alle soor-
tenlandse Geum's, geslachtsgenoten van ten vormen een boeiend internationaal
onze beide inlandse nagelkruidsoorten. gezelschap, dat op schone wijze het wa-
ter-„lan^sc'laPstoffeert. Natuurlijk mag
Als het weer tijdens de Kerstdagen een
handje helpt, moet U er stellig eens op
uittrekken en proberen de bloeiende bloe
men, die ik vermeldde, in de tuinen van
stad en dorp op te sporen; misschien ont
dekt U zo laat in het jaar, wat mij over
kwam, zelfs nog bloeiende phloxen en an
jers. Er zijn echter om deze tijd van het
jaar ook nog steeds wilde kruiden, die de
bloei voortzetten. Vooral in moestuinen
en op bouwlandpercelen bestaan goede
waarnemingskansen. Behalve straatgras,
vogelmuur, herderstasje en gewoon kruis-
kruid behoren ongetwijfeld ook nog de
gewone melkdistel, de paardebloem, het
madeliefje en de steenraket, de spurrie,
de kleine brandnetel, het duizendblad en
het groen streepzaad tot het heir der
hardnekkigen. Het laatste is overigens
Vooral een plant van bermen en grasvel
den. Er zijn dus nog allerlei ontdekkingen
te doen, wanneer men ijverig spiedt en
speurt en ik ben benieuwd of U ook het
slangenkruid, dat vooral veel in het duin
gebied voorkomt, bloeiend aantreft. In
mijn tuin floreert het nog steeds en ik
Wacht met spanning af, of het tegen
Nieuwjaar daar ook nog toe in staat is.
moeting gehad met de exotisch uitgedos
te ijsvogel.
Slaat er echter plotseling een koude
golf over het land, dan voltrekt zich in
eens een „changement de scène". Al de
vogels, die in verband met de voedsel-
verwerving op het water zijn aangewe
zen, pakken dan in aller ijl hun biezen:
de eendachtigen, de zwanen, de fuutach-
tigen, de ijsvogel en nog vele andere.
Ter plaatse blijven zou gelijk staan met
sterven. Ook de vogels, die hun voedsel
met hun gevoelige snebben uit een zach
te bodem plegen te peuteren, kunnen zich
bij felle vorst niet handhaven. De hard
geworden grond is niet meer toeganke
lijk voor hun snavels en ook zij moeten
een goed heenkomen zoeken. In een der
gelijk geval verlaten ons ook de kieviten
en goudplevieren. De bedreigden spoeden
zich dan naar Westelijker en Zuidweste-
lijker gelegen Europese gebieden, waar
de fourageer-gelegenheden gunstiger zijn.
Zo redden zij hun leven, maar toch val
len er vaak slachtoffers onder soorten en
individuen, bij wie de verplaatsingsdrift
is geblust: de vluchtmogelijkheid ont
breekt hun dan ten enenmale. Roerdom
pen, waterrallen, meerkoeten enz. ster
ven dan dikwijls op grote schaal en er
gaan dan meestal enkele jaren mee heen.
voordat de gedunde gelederen weer zijn
aangevuld.
Wanneer de koude-inval een zeer over
rompelend karakter draagt, kunnen wij
getuigen zijn van wat de Engelsen „rus
hes" en „weather-movements" noemen en
wat wij zouden kunnen aanduiden als
.trekvlagen" en „weersbewegingen." In
dat geval hebben wij te doen met een zeer
overhaaste vlucht, een massale exodus,
waaraan duizenden en duizenden vogels
deelnemen. Telkens doemen dan, soms
met zeer korte onderbrekingen, grote me
nigten vogels op, die haast-je rep~je zich
voortspoeden. Uren en uren kan het du
ren, voordat de laatste reizigers zijn ge
passeerd. Kieviten, goudplevieren, gan
zen, veld- en boomleeuweriken zijn dik
wijls de soorten, die elders reeds een
vast overwinteringskwartier hadden ge
vonden, maar door de vinnige vorst in
het buitenland ineens worden verjaagd
en het verderop moeten zoeken om het
vege lijf te redden.
Niet alle vogels laten zich echter door
plotselinge buitensporige koude van de
wijs brengen; trouwens, het is niet de
koude zelf, die de vogels deert, maar het
is de daarmee gepaard gaande verhon-
geringskans, die hen noopt op te breken.
Vele zaadeters weten zich tijdens stren
ge koude te handhaven; hun positie wordt
alleen dan moeilijker, wanneer een ge
duchte sneeuwval hun voedselbronnen
verstopt. Wanneer leeuweriksoorten aan
een „rush" deelnemen, dan volgt daar
uit, dat hun oorspronkelijke winterkwar- j
tieren volkomen oversneeuwd zijn; als
zij alleen maar met koude hadden te ma-I
ken, zouden zij ter plaatse kunnen blij
ven. Het ligt voor de hand, dat wij men
sen de hongerlijdende vogels door voed-
sel-distributie een handje helpen; een aan
sporing daartoe is nauwelijks meer no
dig. Bedoelde hulpverlening is reeds in
uitgebreide kringen een goede gewoonte
geworden.
Mocht het met Kerstmis sneeuwen, dan
verdient een wandeling naar de bossen
aanbeveling. Het is hier, dat men vreugd j
kan beleven aan de bedrijvigheid van de
z.g. boomvoeders. Deze hebben, omdat j
zij uit schorsspleten en -reten allerlei in
secten, hun eieren en larven, en boven
dien allerlei ander klein gedierte weten
weg te peuteren, van de winter niet al
te veel te verduren. Ik denk aan boom
kruiper, boomklever, de spechten, de bei
de goudhaantjes en de vele mezensoor-
ten. Excessieve sneeuwval kan hen meer
of minder in moeilijkheden brengen, maar
pas dan ziet het er voor hen minder pret
tig uit, wanneer het.kwakkelt en er ge
vaar bestaat voor ijzelvorming. Deze is
het, die noodlottig voor hen kan wor
den, daar ijzel de „boom"-vogels belet
hun voedselvoorraden te bereiken. Ook
zij moeten dan van de bedeling leven. Ik
weet, dat U hen in geval van nood zult
bijstaan.
Ik wens U een prettige kerstwandeling.
Soest, 18 December 1954.
RINKE TOLMAN.
Mezen en andere bosvogels kunnen
ook in 't besneeuwde bos voldoende
voer verzamelen.
Als de heerschappij van Thialf geduren
de Kerstdagen letterlijk nog geen ijzig
fe*t is, bestaat er gelegenheid te over om
""•t de meest uiteenlopende vogels ken
nis te maken. Polders zijn fijne open ter
zinen, waar het doen en laten van de
Scpluimde gasten de waarnemer moeilijk
Mn ontgaan. De groene uitgestrektheid
15 het fourageergebied van ontelbare
spreeuwen, die in de avonduren het im-
A-RIA-TIE!", zei eenstemmig de redactie-ver-
gadering. Onze prijsvraag-redacteur zweeg, in
de stilte proefde men niets dan afgrijzen. Wij
bespraken de opzet van de Kerstprijsvraag 1954,
welke U heden wordt aangeboden. Wij doen dat, met
héél de redactie, ieder jaar. Wij zijn daartoe over
gegaan sedert, jaren geleden, onze prijsvraag-colle
ga eens een problemenserie ontwierp, beginnende
met de vraag „Waarom loenst de leeuw in het wa
pen van het koninkrijk Iran?" en eindigende met
een vragenreeks van het genre „Welke maat schoe
nen draagt, naar Uw astronomische berekeningen,
het mannetje in de maan?". Sedertdien waken wij,
bij iedere naderende grote prijsvraag, als één man
over 's lezers welzijn en 's lezers hoofdpijn, en daar
om torpedeerden wij, uit macht der gewoonte en met
algemene stemmen de jongste boze plannen van on
ze prijsvraag-redacteur, die, evenals in 1953, een
zuiver historische prijsvraag wilde, „maar dan wat
moeilijker". Wij hebben U dat bespaard. Wij wen
sen U, zo tegen de jaarwisseling, niet lastig te laten
vallen met vragen als: „Was Pepijn van Landen,
hofmeier van Austrasië, een straffe roker? Zo ja,
waarom? Zo neen, waarom behoort hij dan niette
min tot de stamvaders der Karolingen?"
Variatie! zeiden wij, bestraffend, daarom in koor
en hoewel wij diensvolgens wel nooit zullen weten of
Pepijn wel rookte en waarom, begroeven wij zonder
weemoed het plan voor een nieuwe, uitsluitend his
torisch getinte prijsvraag en dwongen wij onze
prijsvraag-redacteur, tegemoet te komen aan de
wens van een groot aantal puzzelende lezers, die de
onderwerpen voor onze jaarlijkse Kerstprijsvraag lie
ver wat gevarieerder wilden zien.
m,.«m
ffiÈËÈË
Zo ontstond dan deze Kerstprijs
vraag 1954. Onze prijsvraag-redac
teur, die Pepijn van Landen maar
niet vergeten kan, deponeerde haar
dezer dagen nonchalant op een der
redactie-tafels, met een gezicht als
of hij daarnet tussen de soep en de
aardappels de wekelijkse puzzle voor
de Kleine Kleuters ontworpen had.
En hoewel wij zelf, tot onze vreugde
en onze verbazing, inderdaad onmid
dellijk drie van de gevraagde' zeven
tien oplossingen zo maar uit onze
mouw schudden, zonderdat wij er
onze overbuur, het gepensionneerde
Hoofd der School, om behoefden las
tig te vallen, holden wij ouderge
woonte reeds met probleem numero
4 twee bange etmalen achtereen ra
deloos in het rond, belden wij achter
eenvolgens, doch vergeefs, alle ons
bekende poëten, te beginnen met
Aafjes en eindigend met dominee
Zandt, en vrezen wij nu, dat het ook
dit jaar zeer wel mogelijk zal zijn,
dat de winnaar van de eerste prijs,
het maximum-aantal punten (100)'
niet haalt. Het moge U niet weer
houden, opnieuw, zoals bij vorige ge
legenheden, met man en macht aan
onze traditionele Kerstprijsvraag
deel te nemen. Zo gij het sierlijke sil
houet, dat de goede oplossers van
probleem 17 niet alleen tien winst
punten, doch bovendien nog een bo
nus van 5 punten bezorgt, wellicht
niet kunt thuis brengen, zo dient gij
te bedenken, dat een groot aantal
andere puzzelaars U stellig wel Zit te
benijden om uw voortreffelijke iden
tificatie van de „Bonte Os" waar
mee probleem no. 11 ook U aan 15
punten helpt. Voor het overige
honoreren wij de beste oplosser van
onze prijsvraag niet alleen met een
hoofdprijs, doch hebben wij voor hen,
die op de primus inter pares volgen,
nog meer dan honderd prijzen ter be
schikking. En ten slotte: hieronder
geven wij U, zoals gebruikelijk, weer
een aantal bijzonder nuttige wenken
en aanwijzingen, waarmee gij bij
het zoeken naar de juiste oplossin
gen wellicht Uw voordeel kunt doen.
PROBLEEM 1. De vraag:
Noem de glansrol van Annie van Ees.
U verwacht van ons bij dit probleem
stellig geen toelichting. Het antwoord
op deze vraag is overbekend.
Honorarium voor juiste oplossing:
2 punten.
PROBLEEM 2. De vraag:
Noem de glansrol van Eduard Ver
kade. Iets moeilijker, inderdaad. Ver
kade speelde in een lange loopbaan
vele rollen. Wellicht helpt het U als
wij U eraan herinneren, dat Ver
kade een voorkeur had voor de stuk
ken van een buitenlands auteur, die,
naar men zegt, als zoon van een, ove
rigens eernaam handschoenmaker ge
boren wérd?
Voor goede oplossing: 3 punten.
PROBLEEM 3. De vraag:
Noem de glansrol van Henri de
Vries. Het stuk, waar wij het oog
op hebben, beleefde nog voor de
eerste wereldoorlog zijn première.
De Vries trok er later mee naar
Engeland en ook daar boekte hij op
merkelijke successen. Er liepen niet
minder dan zeven karakters rond in
het stuk, doch niettemin moet De
Vries zich avond na avond tussen
het décor en de voetlichten een bij
zonder eenzaam man gevoeld heb
ben.
Voor goede oplossing4 punten.
PROBLEEM 4. Voor de vraag
verwijzen wij naar onze prijsvraag
pagina. Speurende naar de gevraag
de identiteit van de ongenoemde
dichter zijn wjj intussen al zo ver,
dat wij veronderstellen dat hij te Rot
terdam geboren moet zijn, en wel
voor de nieuwe spelling ook tot het
rijk der dichters was doorgedrongen.
Voor goede oplossing4 punten.
PROBLEEM 5. De vraag', waar
bevindt zich in Nederland een groe
ne brievenbus? Wij vonden dit een
verrassende vraag, begonnen onmid
dellijk een speurtocht door den lan
de en kunnen U, bij wijze van ge
ruststelling, nu reeds melden, dat gij
deze groene brievenbus in ieder ge
val niet in West Knollendam, Koer-
huisbeek, Hoog Buurlo, Leutinge-
wolde, Magerharst, Barsingerhorn
en Uffelte behoeft te zoeken. Na al
dus het speuren naar deze vermale
dijde groene brievenbus in zeer roya
le mate vergemakkelijkt te hebben,
bieden wij U voor de goede oplossing
even royaal: 5 punten.
PROBLEEM 6. Voor de vraag:
zie prijsvraagpagina. Men meldt ons
dat de aldaar geciteerde schrijver
ook toneelstukken schreef, waarvan
een met een Spaans aandoende titel.
Voor goede oplossing: 3 punten.
PROBLEEM 7. Voor de vraag:
zie prijsvraagpagina. Soms noemt
men de bewuste familie-roman wel
het „meesterwerk" van de vrouwe
lijke auteur, soms niet. Het ontstond
reeds voor de eerste wereldoorlog.
Voor goede oplossing: 3 punten.
PROBLEEM 8. Voor de vraag:
zie prijsvraagpagina. De veronder
stelling, dat het hier zou gaan om
een fragment van 'n landelijk raads-
verslag, is fout.
Voor de goede oplossing: 2 punten.
PROBLEEM 9. De vraag: Wat
is dit en waar bevindt het zich?
Wij dachten eerst aan een archi
tectonische kruising tussen een ma-
trassenfabriek, een vergeten Magi-
not-bunker en een N.S.-station, doch
gij dient het in een andere richting
te zoeken. Het helpt U stellig als wij
U berichten, dat de lieflijke streek,
waarin het zich bevindt, in oude,
reeds lang vergeelde kronieken een
„wilt en bijster land" geheten werd.
Voor goede oplossing: 4 punten.
PROBLEEM 10. De vraag: Wat
is dit en waar bevindt het zich? Dat
moet gij zelf maar uitzoekenW ij
willen slechts zeggen, dat gij in de
bewuste plaats ook herinnerd wordt
aan wijlen een wis- en natuurkundi
ge, die U, ongetwijfeld tot Uw ge
ruststelling, leerde, dat de „sinus van
de hoek van inval, gedeeld door de
sinus van de hoek van breking, voor
dezelfde twee middenstoffen en bij
dezelfde temperatuur een bepaald
getal is".
Voor goede oplossing: 5 punten.
PROBLEEM 11. De vraag:
Waar bevindt zich deze gevelsteen?
Let op Deze (witte) gevelsteen met
(zwarte) opdruk bevindt zich aan 'n
huis dat in vroeger tijden waarschijn
lijk als herberg diende. Het huis
staat in een plaats, welke in het
„Aardrijkskundig woordenboek van
Nederland" wordt aangeduid als:
„polder, heerlijkheid, dorp en ge
meente". Zij ligt niet ver van een
waterrijk gebied en ook niet ver
van een druk bereden autoweg. Tot
haar domein behoren veel welvaren
de boerenhoeven met karakteristieke
opschriften. In de omtrek vindt men
een mooie oude kerk, en, zo men
helder weer treft, kan men, heel in
de verte, het silhouet van de Utrecht
se Dom herkennen. De oplossing is
niet erg gemakkelijk. Wij honoreren
haar daarom niet alleen met 10 pun
ten, doch bovendien nog met een bo
nus van 5 punten, in totaal dus: 15
punten.
PROBLEEM 12. De vraag: Aan
wie is dit gedenkteken gewijd en
waar bevindt het zich? Wij maken ons
sterk, dat de voorstelling in ieder ge
val iets met een Zuidwester en zwaar
weer te maken heeft, terwijl gij er
voorts van op aan kunt, dat gij ge
denktekens van dit genre vast niet
op de Drentse hei behoeft te zoeken.
Voor goede oplossing: 5 punten.
PROBLEEM 13. De vraag: Aan
wie werd dit gedenkteken gewijd,
waar bevindt het zich en door wie
werd het onthuld? Wij hebben onze
prijsvraag-redacteur er beleefd, doch
met nadruk op gewezen, dat dit in
feite niet minder dan drie vragen be
tekenen, doch hij nam er geen van
terug. Het enige waar wij zeker van
zijn, is, dat de foto, gezien dé adem-
verstikkende stilte aan weerszijden
van het gedenkteken, vast niet tussen
15 Juli en 15 Augustus genomen werd.
Voor goede oplossing: 5 punten.
PROBLEEM 14. De vraag:
Waar bevindt zich de gefotografeer
de gedenkplaat? Wij lieten één ban
ge minuut onze hersens koortsach
tig werken en antwoordden toen
triomphantelijk: „boven een groente
winkel", doch ónze prijsvraag-redac
teur bleek daarmee niet tevreden.
Hij wilde wel graag een plaatsnaam
weten. Het enige dat hij ons verra
den wilde, was, dat de bewuste
plaats zowel in de 15e als in de 16e
eeuw danig door brand geteisterd
werd, dat men er ook .gedurende
de Hoekse *n Kabeljauwse Twisten
wel enige scherven achterliet, en dat
de betreffende contreien veel (bui
tenlandse) toeristen- trekken.
Voor goede oplossing: 10 punten.
PROBLEEM 15. De vraag:
Waar bevindt zich het zogenaamde
spreukenhuis"? Nu, wij weten al-
ïeen, dat het huisje in 1790 werd ver
vaardigd, en dat wij zelfs met onze
sterkste loupe niet hebben kunnen
ontdekken of zich onder de wand-
bordjes, die de gevel sieren, er ook
een bevindt met onze lijfspreuk
„Blank en rein moet de keuken zijn".
Voor goede oplossing: 10 punten.
PROBLEEM 16. De vraag: Wie
vervaardigde dit schilderij, hoe heet
het en waar bevindt het «zich? Drie
vragen dus weer! Wij dachten eerst,
kenners als wij zijn, dat het een imi
tatie was.
Voor goede oplossing: 5 punten.
PROBLEEM 17. De vraag:
Waar bevindt zich dit monument en
wat stelt het voor? Wij twijfelen nog
altijd tussen een Pruisische jonker
en een Frans dragonder, doch het
monument staat op Nederlandse bo
den en de vereeuwigde krijger zou
het nooit tot boven op een voetstuk
hebben gebracht als hij, 28 jaren oud,
niet verkozen had, liever het leven
te verliezen dan zijn wapens over
te geven. Ook voor de goede oplos
sers van dit laatste probleem 10 pun
ten, plus een bonus van 5 punten, in
totaal dus: 15 punten.
Om in aanmerking te komen voor
een der prijzen, verbonden aan onze
jaarlijkse Kerstprijsvraag, moeten
de deelnemers voldoen aan de vol
gende voorwaarden:
1. Onze Kerstprijsvraag 1954, elders
in dit nummer afgedrukt, omvat
in totaal zeventien problemen. De
vragen, welke wij U rond deze ze
ventien problemen zullen stellen,
verschillen hier en daar onderling.
Voor de juiste formulering van de
ze vragen, welke wij gaarne kort,
krachtig doch volledig beantwoord
zouden zien, verwijzen wij niet al
leen naar de prijsvraag-pagina, doch
vooral ook naar de, hiernaast afge
drukte toelichting. Alleen een cor
rect antwoord op alle vragen, welke
bij ieder probleem afzonderlijk ge
steld worden, betekent voor dat pro
bleem een goede oplossing.
2. De goede oplossing van deze ze
ventien problemen honoreren wij
met een, hieronder weergegeven
aantal winstpunten. Bij deze punten
waardering is rekening gehouden
met het aantal moeilijkheden, dat
de deelnemers bij het speuren naar
een goede oplossing kunnen tegen
komen.
3. Deze punter-waardering luidt
als volgt
probleem no. 1 2 punten;
probleem no. 2 3 punten;
probleem no. 3 4 punten;
probleem no. 4
probleem no. 5
probleem no. 6
probleem no. 7
probleem no. 8
probleem no. 9
probleem no. 10
probleem no. 12
probleem no. 13
probleem no. 14
probleem no. 15
probleem no. 16
3 punten;
3 punten;
2 punten;
4 punten;
5 punten;
5 punten;
5 punten;
10 ounten;
10 punten;
5 punten.
4 punten;
punten;
4. Twee der zeventien problemen,
niet in bovenstaand lijstje vermeld,
honoreren wij, zo zij correct worden
opgelost, niet alleen met 10 winst
punten, doch bovendien met een bo
nus van 5 extra punten. Het zijn
5. Het grootste aantal punten, dat
men, zo men alle oplossingen goed
heeft, kan verwerven, bedraagt hon
derd. Winnaar van de eerste prijs
wordt de deelnemer (of deelneem
ster) met het hoogste aantal punten;
hij/zjj behoeft dus niet noodzakelijk
alle honderd punten verzameld te
hebben. Winnaars van de overige
prijzen zijn zij, die in punten-aantal
het dichtst op de winnaar volgen.
6. Mocht een aantal der beste oplos
sers in puntental gelijk eindigen, zo
gaan de prijzen naar hen die, naar
het oordeel van de prijsvraag-jury,
de aardigste of origineelste vorm
voor het inzenden hunner oplossing
bedachten.
Vierde tot en met 103de prijs: een artistiek uitgevoerd bonbon
schaaltje, formaat 17 x 17 cm., met oortjes,' in fraai gekleurd
majolica, als herinnering aan het deelnemen aan onze Kerst
prijsvraag 1954. Dit souvenir is van een toepasselijke inscriptie
voorzien.
Over deze prijsvraag kan geen
correspondentie worden gevoerd en
op de uitslag is geen beroep.
Oplossingen, voorzien van naam
en adres van de afzender, moeten
vóór 15 JANUARI 1955 in het bezit
zijn van de Redactie van de Maas
bode-Pers, Kortenaerstraat 1 te Rot
terdam. Op de inzendingen in blok-
letters vermelden het woord KERST
PRIJSVRAAG. Geen andere stukken
bijsluiten s.v.p.