Engeland ziet zich geplaatst voor het rassenprobleem muiïm Atoomenergie voor vreedzaam gebruik Mobiele tentoonstelling komt naar ons land „Achter de bronzen poort" INTERNATIONAAL PAX CHRISTI- CONGRES IN NIJMEGEN s HET WORDT AL KNAP FRIS AAN DE WATERKANT Invasie van Westindische arbeidskrachten Christelijk geweten en Vrede wv VAN SPLIT dE'w£ndE DOBBERS EVEN AANDACHT VOOR Het Heerlense MTS-ers congres Mgr Van Lierde beschrijft werk en geest van de Romeinse Curie Maar achter de kachel kan men óók vissen JANUARI 1955 PAGINA Woningmisstanden Houding der vakbonden DAT POSTZEGELVERZAMELAARS behalve voor hun eigen collectie ook belangstelling tonen voor kostbat e verzamelingen, ivelke in musea e.d. zijn ondergebracht, is onlangs gebleken bij een conflict dat er tussen het gemeente bestuur van Hannover en de philatelistenvereniging in die stad is ontstaan. Nieuwe uitgiften „Dat ondefineerbare" PRODUCTIE „TANAH RADJA' IETS LAGER DAN IN 1953 MUTATIES'BIJ DE „R. V. S." Kardinaal Feiten congresleider 'W-\ Fouten op postzegels rsit 'l - i - N ORG E U.S.POSTAGE HANDEL VAN NEDER LAND MET COMMU NISTISCH CHINA Beet! li Kanjers In de geneeskunde (Van onze Londense correspondent) De Britten vinden het helemaal niet leuk, maar zij worden langzamer hand wel gedwongen toe te geven, dat zich in hun staatsgemeenschap een rassenprobleem aan het ontwikkelen is. Het begon, heel onschuldig, aan het einde van de tweede wereldoorlog, toen in Liverpool 345 West indische negers aan wal stapten. Zij waren met medewerking van de rege ring naar Engeland gekomen om te werk gesteld te worden in de oorlogs industrie en werden met fanfares en warme toespraken begroet. De fanfares zijn al lang vërstomd, en de warmte is verkeerd in, op z'n zachtst gezegd, koele afkeer, want momenteel zijn er 60.000 tot 80.000 kleurlingen (inclusief vrouwen en kinderen) in Engeland woonachtig. Dit jaar alleen al zijn er 10.000 West-Indiërs in Engeland aangekomen Het is iets typisch-Engels, dat de auto riteiten niet precies weten hoeveel kleur lingen er in Groot-Brittanje wonen: er be staat hier nl. geen burgerlijke stand en een bevolkingsregister is daarom een on denkbaar iets. Alle Britse onderdanen mo gen vrijelijk het land in- en uitgaan, en daar de Westindische negers Britse onder danen zijn, geldt dit ook voor hen Bij ont stentenis van een burgerlijke stand moet men zich daarom, zelfs bij een officiële bespreking van het probleem in 't parle ment, behelpen met een ruwe schatting. De 345 Westindische voortrekkers von den in het Britse moederland een goed en verzekerd bestaan. Werkgelegenheid was er na de oorlog te over, en zij schreven naar vrienden en verwanten om hen aan te sporen ook naar Engeland te komen. Die brieven vonden een maar al te vrucht bare bodem, want op Jamaica, met zijn eenzijdige suikerproductie-economie, heers te grote werkloosheid. De arme negers trachtten de 900, benodigd voor de over tocht, bijeen te sparen, of (eenden het geld tegen 10 pet. interest, en waagden met gecharterde Nederlandse of Italiaanse schepen de overtocht naar het koude, re genachtige Engeland. ook maar een fractie van het probleem der Zuid-Afrikaners in hun eigen land voordoet, begint zich reeds het rassen vooroordeel te manifesteren. De Britse soldaat, die na een diensttijd in Malakka of Brits-Guyana met een ge kleurde bruid thuiskomt, de negerstudent die met een blank meisje uitgaaf, de zwar te conducteur op een bus, de zwarte bank werker, zij allen ervaren aan den lijve dat ondefinieerbare, ongrijpbare, maar zeer wezenlijke verschijnsel der „colour bar", de slagboom tussen blank en zwart, welks instandhouding of wegneming wel eens het kernprobleem van de nabije toe komst zou kunnen blijken. Nog slechts enkele dagen geleden wei gerden de chauffeurs en conducteurs van een Londens busdepöt samen te werken met een tweetal pas-aangestelae neger conducteurs. De directeur van de London Transport wil graag gekleurd personeel (akelig woord! Maar hoe moet men hei anders zeggen?) in dienst nemen, omdat zij groot gebrek aan werkkrachten heeft. Maar de blanke werknemers willen niet. De vakbondsleiders zeggen „Wij erkennen geen rassenonderscheid", en laten verder de zaak blauw-blauw door de vakbondsle den hun gang te laten gaan. Jimmy Leaks, vrijgestelde van de gro te Transportarbeidersbond, heeft onlangs getracht de vakbonden wakker te schud den door voor te stellen, dat niet-blanke arbeiders geen voorwerkers-posities zou den mogen innemen, en dat zij het eerst voor eventueel ontslag in aanmerking zou den komen. Maar de 100 afgevaardigden van de Transportbond weigerden eenvou dig naar hem te luisteren. Toch is het gevaar van arbeidsonlusten verre van denkbeeldig. Zolang er werk in overvloed is, is het wolkje van het rassenvooroor deel nog als eens manshand, maar zodra zich eenmaal 'n industriële depressie in zet moet het wolkje zich wel ontwikkelen tot een dreigende stormlucht. De negers mogen dan honderdmaal Britse onderda nen zijn, de arbeiders zullen in geval van massale werkloosheid eisen dat zij het eerst ontslagen worden. Dan ontstaat er een werkloos „zwart proletariaat". De immigratie van West-Indiërs verbie den kan men niet, want dan zou het le vensprincipe van het Britse Gemenebest geweld worden aangedaan. Toch zal er enige controle op de immigratie moeten komen, b.v. door te eisen dat ook het geld voor een eventuele terugtocht is be taald en dat er gepaste huisvesting voor de nieuwkomers aanwezig is. Het pro bleem wordt thans van regeringswege on derzocht. ganda)zegels aan de lopende band niet bevorderlijk is voor de accuratesse, welke vooral de uitvoering van een postzegel nu eenmaal vraagt. Israël. Een brandend olielampje komt voor op de in Januari uit te geven postzegel van 250 pruta in donkerblauwe kleur. Het vormt een symbool voor het verdienstelijke werk dat de onderwijzers, wier organisatie een halve eeuw bestaat, hebben verricht bij de verspreiding van kennis en wetenschap onder de Israëliti sche jeugd Deze vakvereniging, de eerste die in de staat Israël werd opgericht, telt thans 13.000 leden; ze heeft ook vooral een werkzaam aandeel gehad in het stre- de jubilerende drukkerij te Wenen en het wapen van Oostenrijk Sinds 1947 bevond zich n.l. in het Kestner-museum aldaar de Conrad Wrede-verzameling, een der voornaamste collecties van oude postzegels van de staat Hannover, welke in dat jaar bij testa ment aan de stad waren vermaakt door de vroegere ritmeester Conrad Wrede. Bij het overgaan' van deze nalatenschap in gemeente-bezit was o.m. bepaald, dat de verzameling het museum niet zou mo gen verlaten en slechts bij bijzondere ge legenheden aan belangstellenden getoond zou mogen worden. Het gemeentebestuur was nu van me ning dat door deze laatste bepaling de waarde van de zegels voor het museum slechts zeer beperkt was. Men kwam met het plan om ze van de hand te doen, ze in Hamburg door de firma Edger Mohr- mann te laten veilen en voor de op brengst ervan een schilderij ..Goethe in Rome" van Tischbein aan te kopen. Dit kunstwerk zou permanent geëxposeerd kunnen worden zulks in tegenstelling Ze werden hartelijk door hun rasgeno ten begroet, al was deze hartelijkheid in vele gevallen mede ingegeven door eigen belang. Want wat vele Westindische ar beiders tekortkwamen aan geschooldheid, dat maakten zij goed met het uitbuiten van de woningnood, die juist in de indu striële centra als Birmingham, Sheffield, Manchester e.a. het nijpendst was. Zi] huurden een huis, dat veel te groot (en te duur!) voor hun eigen gezin was, gin gen met vrouw en kinderen in één kamer wonen, en verhuurden de overige kamers tegen een gepeperde huur aan hun pas- gearriveerde landgenoten. Dat twee gezinnen of tien vrijgezellen één kamer deelden, was en is heel ge woon. In de Londense wijk Lambeth bleek zelfs, dat een neger een flat bewoonde, waarvoor hij 325 per maand huur be taalde. Toen men hem vroeg hoe hij die huur kon bekostigen, terwijl hij toch slechts 70 per week verdiende, kwam men tot de ontdekking dat hij de flat bestaande uit drie kamers en een keuken, voor Z-488, aan een viertal rasgenoten verhuurd had, terwijl hij zelf elders zijn kwartier had opgeslagen Er is ongetwijfeld in de Britten, zoals in de meeste blanken, een instinctieve af keer tegen de zwarte huid, doch men weet die afkeer te camoufleren zolang de ongeschreven regels van het maatschappe lijk verkeer in acht genomen worden. En één dier ongeschreven regels is. dat een blanke bij voorkeur niet met „een zwar te" omgaat. De negers, die in hun warme land aan gemakkelijke levensvormen ge wend zijn, zoeken elkaar op door dicht bij elkaar te, gaan wonen. De blanke in woners van een door negers uitgekozen wijk, trachten al gauw te verhuizen, en zo ontstaat er een soort achterbuurt, ter wijl de Engelse gemeenten juist strijd voeren tegen de bestaande achterbuurten. De Britse arbeiders, die aan een zekere welvaart gewend geraakt zijn, moeten ja ren wachten eer zij een woning krijgen toegewezen, doch de West-Indiërs nemen met veel minder genoegen. Dit alles zet kwaad bloed, en vormt op zichzelf reeds een bron van wrijving. Het akelige van rassenvooroordeel is altijd, dat het zich niet onder woorden laat brengen. Men kan het op religieuze of ethische gronden veroordelen, men kan het negéren zolangmen er niet zelf mee te maken krijgt. De Britten zijn ook zeer verdraagzaam jegens de negers in Zuid-Afrika geweest, omdat zij dat op 'n afstand veilig konden doen. Maar nu zich Om tegemoet te komen aan de dikwijls van de Pax Christi-beweging, kanunnik gestelde vraag, of de Pax Christi-bewe- Bernard Lalande, tot voor kort prive-se- ging meer betekent en meer beoogt dan cretaris van Z. Em. Kardinaal Feit een mobilisering van uitsluitend geeste- de week van I7-22 .Januari a-s-eeJ* le" x zingencyclus in Nederland, komen geven. Deze rondreis vindt plaats in het kader van de Amitiés Catholiques Frangaises. Achtereenvolgens zal hij spreken in Nij megen, Den Bosch, Tilburg, Den Haag" Amsterdam en Eindhoven, o.a. over de actuele godsdienstige toestand in Frank rijk en over het katholiek bewustzijn en de vrede. De N. V Cultuur Mij „Tanah Radja" heeft in December geoogst 101.700 kg. rub ber. De productie in 1954 blijft iets achter bij die van 1953, nl. 1.333.200 kg. tegen 1.482.930 kg. Dit is te wijten aan een sta king in het begin van 1954 en de sterke regenval aan het einde van dat jaar. Met ingang van 1 Januari 1955 is de heer L. A. Oster, directeur van het bijkantoor Organisatie Levensverzekering der N.V. Rotterdamsche Verzekering-Sociëteiten (R V.S.) te Rotterdam in verband met de pensionnering van de heer J. H. Otter vanger tevens belast met de waarneming van de directie van het kantoor L.V. der R.V.S. te Amsterdam. De heer Oster, die reeds jarenlang een bekende figuur is op de Rotterdamse beurs, zal nu ook de Amsterdamse beurs zaken gaan behartigen. ljjke krachten in dienst van de vrede, heeft de hoogste leiding van de Bewe ging besloten, aan de bekendmaking en de verduidelijking van haar standpunt in deze een internationaal Studiecongres te wijden. De Nederlandse Sectie, onder voorzitterschap van Z.H. Exc. Mgr Dr B.J. Alfrink, is uitgenodigd als gast- vrouwe op te treden. Haar keuze viel op Nijmegen. In deze stad zullen van 8-12 Augustus a.s. de Internationale Bestuurs raad van de Beweging, afgevaardigden uit de 12 landen van West-Europa die of ficieel bü de Beweging zijn aangesloten, en een aantal specialisten op het ge bied van de vrede samenkomen. Het Con gres vindt plaats in het kader van de groots opgezette feestviering van het 1850 jarig bestaan van de stad. De formulering van het algemene the ma luidt: Het Christelijk geweten en de Vrede. Dit onderwerp wordt bezien en behandeld vanuit de verhouding tussen de geestelijke zending van de Beweging en haar taak op tijdelijk, wereldlijk ge bied, speciaal ten aanzien van de vesti ging van een internationale vrede. Op de drie congresdagen wordt 's morgens een algemeen-oriënterende inleiding gehouden waarin drie sprekers achtereenvolgens zullen behandelen: de zending van de Kerk ten opzichte van de internationale vrede, de opdracht van de Pax Christi- beweging als zodanig en de taak van het individuele lid van de Beweging. Deze drie onderwerpen worden in verschillen de sectievergaderingen („carrefours") nader besproken, waarop aan het slot van elke dag een gezamenlijke discussie volgt. Het Congres staat onder leiding van de Internationale Voorzitter Z.Em. Kar dinaal Feltin, die in de 2e helft van Juli het Eucharistisch Congres in Rio de Janeiro zal bijwonen, maar per vliegtuig terugkeert om tijdig in Nederland te zijn. Een 10-tal bisschoppen, voorzitters van hun resp. Secties, worden in Nijmegen verwacht. Het programma vermeldt ver der een officiële ontvangst op het Stad huis door het Gemeentebestuur, een fol kloristische avond in het openluchtthe ater „De Goffert", verzorgd door het in ternationale gezelschap, dat deelneemt aan de Routes de la Paix en een volks feest, aangeboden door het Gemeentebe stuur aan de buitenlandse gasten van de Pax Christi-beweging en aan de Nijmeeg se burgerij. Ook de plannen voor de Internationale Routes Pax Christi 1955 hebben een vas te vorm gekregen. Nijmegen is opnieuw als trefpunt gekozen voor deze 9-daagse voetreis over een afstand van ongeveer 130 km. waaraan naar schatting ruim 400 jongeren uit Frankrijk, Duitsland, Spanje, Engeland enz. zullan deelnemen. Zij vertrekken op Maandagmorgen Augustus in groepen van 60 uit een van de volgende plaatsen: Maastricht, Breda, Delft, Amsterdam, Oldenzaal, Krefeld, Eindhoven (uit Eindhoven op Zondagmor gen 7 Augustus). Voor de gesprekken on derweg is als onderwerp gekozen: La catholicité horizontale. Men zal dus spre ken over de intermenselijke yerhoudin- gen en over de nationale en internatio nale problemen vanuit christelijk stand punt gezien. Ter kennismaking met de situatie in ons land zal de internationale secretaris DE FRANSE EMISSIE: RODE KRUIS 195b met de Conrad Wrede-postzegels. Boven dien bezit de stad nog een tweede be roemde verzameling Hannover-zegels, de Saltzer-collectie, waarvoor niet zulke be perkende bepalingen bestaan. Tegen deze plannen werden talrijke protesten van pliilatelisten ingediend, die o.m- meenden dat bet gemeentebestuur verraad aan de nationale zaak van de vroegere staat Hannover pleegde. Er werd een actie op touw gezet om bij rech terlijke uitspraak een beslissing in deze affaire te verkrijgen; temeer omdat het er naar uit zag, dat bij veiling van de postzegels, waarvan de waarde op (5.000 Mark werd geschat, de collectie voor een groot deel naar Amerika zou verhuizen; van die zijde werd er nl. een grote be langstelling voor deze zeldzame zegels aan de dag gelegd Uiteindelijk kunnen de Hannovenaanse philatelisten echter gerust zijn. In een Duits postzegeltijdschrift lazen we nl., dat het inderdaad tot een proces is geko men en dat de uitspraak dezer dagen plaats vond. De veiling van de bewuste collectie zal geen doorgang vinden, zodat de postzegels voor de stad Hannover be houden blijven. In het Hongaarse dagblad Magyar Memzet werd er over geklaagd, dat er enkele onjuistheden voorkomen op de begin dezer maand uitgegeven elf postzegels met mannen uit de weten schap Op een ervan b.v., gewijd aan la- vadar' Puskas komt een portret voor van diens broer, in plaats van de geleerde zelf Op de 30 filler met de uitvinder der fosforlucifers. Janos Irinyi, staan de jaar tallen 1819—1865 vermeld, terwijl dit moet zijn 18171895. -5 r Nil»' Tvifclü. rfit aim--—*"-"f ven om het Hebreeuws ingang te doen vinden als voertaal in alle lagen van de bevolking. Monaco. De reeds eerder aange kondigde reeks postzegels, gewijd aan Albert Schweitzer, zal in omloop komen op 14 Januari a.s.. wanneer dr Schweit zer zijn 79e verjaardag viert.. Deze serie zal vier waarden bevatten: 2 fr. met de aanlegsteiger te Lambarene.. 5 fr met een afbeelding van dr Schweitzer. 15 fr. met het ziekenhuis te Lamberene. terwpl de luchtpostzegel van 200 fr. een tropisch landschap te zien geeft Polen. Ter gelegenheid van het vijfde internationale Chopin-muziekcon- cours kwam een bijzondere serie in om loop. waarop de grote componist tezamen nut een concertvleugel is afgebeeld. De reeks bestaat uit drie waarden nl. 45 gr. donkerbruin, 60 gr. donkergroen en 1 zl. donkerblauw. Ver. Staten. De 150-ste verjaar dag van de Academie voor Schone Kun sten in Pennsylvania zal o.m- worden herdacht met, een emissie van een post zegel van 3 ct. De verkoop zal het eerst geschieden op 15 Januari a.s in Phila delphia; de opening van een bijzondere "Ml J v:po rfry VtPVtrn O* -W f'f :rd JAAR TELEGRAAF IN NOORWEGEN Oostenrijk. Een dubbel jubileum werd dezer dagen gevierd o.a. met het uitgeven van een zegel (bruin) van 1 Schilling. Op 15 December 1.1. herdacht nl de Staatsdrukkerij haar 150-jarig jubileum, terwijl tevens de Wiener Zei- ACA «f.MY - „s.. Of T8t JW£ ARTS tentoonstelling ter gelegenheid van dit jubileum vindt dan aldaar plaats. Op het zegel, waarvan we hierbij een afdruk plaatsen, komt een reproductie voor van een schilderij „Peale in zijn museum iiihilpnm tprwill tevens de wiener z,ei-1 voorstellende een zelfportret van de tune 250 jaar bestond Het zegel, dat in schilder Charles Willson Peale; het schd- een oplaag van 2 millioen exemplaren I derij is in het bezit van genoemde aca- -i -11.4- 4. X-. i. rl r\ nvnnci f i oVl n I xmtl I Hpmip HetThilnttotde'uitgifte van (propa- werd gedeukt, toont de expositiehal van I denjm De heer G. J. Schaap, de leider van een groep Nederlandse zakenlieden, die zo juist uit communistisch China terug keerde, heeft te Honkong verklaard, dat naar schatting de Nederlandse zakenlie den de vorige maand in Peking con tracten hebben gesloten ter waarde van ruim 6Y2 millioen gulden. Hij zeide. dat dit cijfer het laatste was, waarvan hij kennis kreeg voor zijn vertrek uit Pe king en voegde er aan toe. dat andere contracten op bevestiging uit Nederland wachtten. De heer Schaap deelde mede. dat de Chinezen toegankelijk waren voor het verzoek, om besprekingen te voeren over een wijziging van de contractvoorwaar den en wijze van betaling. Hij was van mening, dat het resultaat van do onder- handelingen bevredigend was. De Nederlanders hebben aan de Chine zen pharmaceutische producten, °licn, chemicaliën, rayon en garen verkocht. Daartegenover boden de Chinezen aan dierlijke bijproducten, thee en inheemse producten. 'Zij brachten „een vrij be hoorlijk evenwicht" in de goederenuit- wisseling tot stand De in Heerlen congresserende M.T.S.-ers z(jn gisteren gasten geweest van de Staats mijnen zij maakten een excursie naar de cokesfabriek Maurits te Geleen en naar het stikstofbindingsbedrijf der Staatsmij nen. Gisteravond sprak ir J. Th. Franken uit Rotterdam voor hen over de uitzending van practicanten en de mogelijkheden van practicantenuitwisscling tussen Nederland en de Europese landen. Daar voor de officiële uitwisseling van studenten alleen de studenten van univer siteiten en hogescholen in aanmerking ko men, is men in Nederland voornemens n organisatie in het leven te roepen, welke zich met de .uitzending van Nederlandse M.T.S.-ers naar het buitenland zal bezig houden In samenwerking met soortgelijke verenigingen in het buitenland zal deze organisatie voor de M.T.S.-ers de moge lijkheid zien te scheppen, een deel van hun practijktijd. b.v. drie maanden in het bui tenland door te brengen. Van de andere kant zal men er naar streven buitenland se M.T.S.-ers in de gelegenheid te stellen hun practijktijd gedeeltelijk m Nederland door te brengen. Een nadere overeenstemming betreffen de de uitwisseling van practicanten werd gisteren tijdens het Heerlense congres reeds bereikt tussen Nederland. Zweden en Finland. Verder werd overeengekomen dat in de week na Pasen 'n groep van vijf tig Nederlandse M.T.S.-studenten een be zoek zal brengen aan Denemarken. Drie De°ten^onst^mgnwerd ontworpen en opgezet door de afdeling tentoonstellingen ra,i hpt Euroriesc bureau van de United States Information Service in Parijs. Zij zal in ons land worden gehouden en worden gefinancierd door de regenmgen van de Ver Staten en van ons land en worden aangevuld met een Nederlands gedeelte, dat thans in voorbereiding is. Voorts zal de eniPreutuiu ee^ 'die on het ogenblik in Antwerpen in een hoekje van de Dierentuin een plaats heeft 'gevonden, een aantal veranderingen ondergaan, %n het bijzonder de afdelingen geneeskunde en industrie. Voorts zal in de afdeling Uitbouw een plaats worden ingeruimd voor de toepassing van de atoomenergie met betrek king^tot de bemesting en met hetgeen er in ons land ten aanzien van net onaer- zoek van de kunstmest is gedaan. ,m va De tentoonstelling zal in ons land achtereenvolgens komen tn Den Haag (19-zs Januari); Enschede (2-6 Februari); Eindhoven (11-16 Februari); Amsterdam (22 Februari-6 Maart); Rotterdam 10-18 Maart) en Utrecht, Jaarbeursterrein Croeselaan 22-31 Maart). Indertijd heeft president Eisenhower in de algemene vergadering van de Verenig- deNaties 8 December 1953 onder zoek zal brengen aan £t"! |meer gezegd, dat het atoomtijdperk in weken voordien zullen vijftig Deen korte tijd reeds zozeer een stempel op denten ons land bezoeken. I J onze samenleving heeft gedrukt, dat elke burger althans enig begrip moet hebben van de omvang dezer ontwikkeling, die van z'o verstrekkende betekenis voor ons allen is. Hij heeft daarbij opgemerkt, dat De Nederlandse katholieken staan van ouds bekend om hun bijzondere aan hankelijkheid jegens de Paus. Maar deze nationale deugd leidde merkwaardigerwus niet tot een bijzonder brede belangstelling voor de wijze waarop de H. Vader de Kerk bestuurt. Het centrale bestuur der Kerk, de Curia Romana, is. behalve dan voor ben die er ambtshalve mee te maken hebben, vrijwel een gesloten boek. En menigeen, die zich zou generen als hu de voornaamste staatslieden dezer wereld niet bii name zou kunnen noemen, geen geredelijk toe, dat hij in het opperbestuur van de goddelijke verehigde naties, welke de Kerk is. de weg niet weet. Het is dan ook een verdienste van de Uitgeverij „De Toorts" het iniUatief te hebben genomen tot een bestrijding van deze onwetendheid. Zij deed daartoe een beroep op onze landgenoot mgr dr C van Lierde O.E.S.A., die enerzijds als Sacrista van de H. Vader en vicaris-generaal van Vaticaanstad de Curie van binnenuit kon gadeslaan, anderzijds als de Nederlander, die hij gebleven is, weet wat het publiek in de Lage Landen nodig heeft. Het resul taat was het boek „Achter de bronzen poort", waarin de geest en het werk. de samenstelling en de taakverdeling van het centrale bestuur der Katholieke Kerk wordt geschetst. Mgr Van Lierde heeft met dit werk de Nederlandse katholieken zeer aan zich DE laatste Zondag die wij aan het Voornse Kanaal hebben cJ°°J9ehracht was niet bepaald een succes! Reeds tijdens de reis er heen speelde de gedachte na ii naar huis aaan door ons hoofd en toen we de snoekbaarsheng el opge tuigd hadden en met tintelende vingers een haak sloegen, hadden we heimwee naar het bed, dat wc rillend verlaten hadden Fpn koude snijdende wind plukte aan windjack en rubberbroek en af en toe droop er een'gemene koude regeh in onze hals. De snoekbaars was kennelijk met thuis, weigercle althans gehoor te geven,^7... Men zal waarschijnlijk niet aan de waarheid van onze beweringen twijfelen, wanneer we zeggen, dat we erg vroeg weer thuis waren. Trrf 1,rnnrlsnortseizoen loopt zo langzamerhand ten einde. Er zal nog wel eens ee^ uit schiet eF komen, zo'n dag waarop je gewoon gedwongen wordt F hengel over'de schouder te gooien en de bromfiets te beklimmen, maar het seizoen s practisch voorbij. Alleen de snoekers gaan fanatiek door, hoewel die het weer ook al niet mee hebben. verplicht. Het is geen droge opsomming geworden van de Pauselijke departemen ten en commissies, maar de lezer wandelt als het ware met een deskundige gids door de gebouwen van de Curie en ziet de verschillende congregaties en de functionarissen daarvan 'van de kardi nalen tot de klerken toe aan het werk. De schrijver is er voortdurend op uit om duidelijk te laten zien, hoe geheel dit grootse en toch verfijnd uitgebalanceerde ambtelijke apparaat slechts dient om de Paus van Rome te helpen bij Zijn taak als Plaatsbekleder van Christus in deze we reld en hoe daardoor dit „mensenwerk" doordrongen is van een geest, die niet van deze wereld is. Dat is een uitermate fasci- nerend schouwspel. Het is dan ook niet verwonderlijk, dat mgr Van Lierde bij voortduring uiting wil geven aan zijn be wondering voor de wijsheid, welke de structuur der Curie verraadt. Dat hij daarin hier en daar in Zuidelijk enthou siasme mogelijk wat te ver gaat. verhin dert niet dat hij juist door zijn bevattelij ke en visuele manier van beschrijven bij zijn lezers eveneens, begrip èn bewonde ring wekt. „Achter de bronzen poort" verdient eeii brede lezerskring, zowel om het hoogst belangrijke onderwerp als om de wijze, waarop dit aan de orde gesteld wordt. Edoch, de tijd, welke we in de ko mende maanden noodgedwongen thuis aan de haard gaan doorbrengen, hoeft niet per se verloren tijd voor onze ge liefkoosde hobby te zijn, gelukkig niet. Daar is op de eerste plaats het onderhoud van onze bullen. Maar dat is een onderwerp apart en bovendien een, dat we vandaag niet wilden aan snijden. Nee, we wilden het vandaag eens hebben over de hengelsportlitera tuur- en daarmee bedoelen wij dan ui- uiteraard niet onze eigen pedante schrij verij Er zijn in onze vaderlandse lite ratuur heel wat boeken over de hen gelsport en toch valt dat aantal eigen lijk nog tegen. Want wanneer men be denkt, dat er door rond een half mil lioen Nederlanders gevist wordt, zou men verwachten, dat er meer hengel sportenthousiasten naar de schrijfma chine gegrepen hadden. Maar de boe ken, die er zijn, zijn over het algemeen erg interessant. Kent U bijvoorbeeld het goedkope Spectrumboekje „Het lo ze vissertje" van Willem van Veenen- daal of Captain Vie, zoals zijn collega's bij de K.L.M. hem noemden? Het is buitengewoon prettig leesbare lectuur, al is het meer verhalend dan instructief en echt een boekje, om in één adem uit te lezen, zoals dat heet. Dan verscheen er enkele weken ge leden een boek, getiteld „Kanjers, die ook U kunt vangen". Het is van de hand van de Engelsman Richard Wal ker en het werd in bet Nederlands ver taald door Hans de Vries en knap ver taald! Technisch adviseur bij de ver taling van Frans Domhof, die zelf een werkje op zijft naam heeft staan, geti teld „Werphengel en kunstaas". „Kanjers" is een interessant boek met schitterende foto's, doch het dient zeer critisch gelezen te worden. De lezer dient steeds te bedenken, dat het boek Engelse toestanden en systemen beschrijft en zelfs dan zal hij af en toe bedenkelijk zijn wenkbrauwen fronsen. Men ontkomt namelijk niet aan de in druk, dat Walker nog teveel belast is met de erfenis van multiplicator of le- velwinding-reel, om werkelijk gezagheb bend over de moderne werpmolen of stationary drum te kunnen spreken. Hoe anders te verklaren, dat hij aan beveelt om te vissen met een licht af gestelde slip en deze met de duim te corrigeren, omdat dit bij een ervaren hengelaar zuiverder werkt dan wan neer men de slip het werk alleen laat doen? Hier spreekt kennelijk een man, die nog lang niet weet, wat nylon op de lange afstand kan doen. De lijnen, wel ke Walker voorschrijft, zijn in Neder landse ogen kabeltouwen, óók al schrijft Walker dat hij speciaal de allergroot ste vissen belaagt en óók wanneer we we overwegen, dat hij lid is van de Engelse Carpcatchersclub en nog steeds wanneer we bedenken, dat hij een kar per van veertig pond op zijn naam heeft staan. In het hoofdstuk over de brasem beveelt de schrijver een lijn aan van een pond of vijf, al voegt hij er in de volgende alinea aan toe, dat de zwaarste exemplaren doorgaans overmeesterd kunnen worden aan een lijn van de helft minder trekkracht. Die geheide brasemvissers, die de hele lieve zomer lang stamgast zijn in Nieuwkoop, Aalsmeer, Muiden, Neder- horst den Berg, Langeraar en al die andere gerenommeerde brasemoorden, lachen zich een hartvergroting wan neer ze dit lezen. Steeds wanneer wij geconfronteerd worden met buitenland se systemen en wanneer we buiten landse hengelsportliteratuur lezen ko men we tot dezelfde conclusie: over het gebruik van de vaste hengel en de lichte spinhengel kan geen buiten lander de ervaren Nederlandse henge laar ietsleren, integendeel! Dusseldorf was er een recent en overtuigend be wijs van. Wij vissen subtieler, met meer „Fin- gerspitzengefühl" zouden we baast zeg gen. Bovendien stellen we kennelijk ho gere eisen aan ons materiaal. Want schrijft Walker niet over 10-ponds lij nen aan een hengel, „die lichter is dan de meeste voornhengels"? Of die En gelse „meeste voornhengels" zijn be zemstelen, óf de schrijver heeft geen benul van een der in Nederland meest vanzelfsprekende eisen, n.l. dat hengel en lijn met elkaar in overeen stemming moeten zijn, wil men van beide het volle rendement hebben! En wat denkt men van de opmerking „Gelukkig bestaat er geer1 gevaar voor (uitroeiing van de snoek. Sta) om dat de soort zichzelf wel in stand houdt" Wat zullen de besturen van onze va derlandse clubs op hun ziel krijgen bij de eerstvolgende vergadering! Jaren lang heeft men het clubgeld met volle handen in het. water gesmeten door snoek uit te zetten, die zichzelf wel in stand had gehouden. Dergelijke uitla tingen nopen tot zeer critisch lezen. Dat neemt echter niet weg, dat „Kan jers" een boeiend boek is en door de uitgever knap werd verzorgd, al had men het wel eens zorgvuldiger op zet fouten kunnen corrigeren. Vooral het laatste hoofdstuk over visuitzetting en het onderhoud van viswater is leerzaam en zeer actueel. Alleen daarom reeds raden we het elk bestuurslid van een hengelaarsvereniging met klem aan. Het hoofdstuk over snoekbaars werd geschreven door Frans Domhof. Er staat veel interessants in dat hoofdstuk, doch waarom doet de heer Domhof al tijd zo bijterig en agressief met be trekking tot de overige Nederlandse publicisten op hengelsportgebied? Dat deed hij geregeld in „De Nederland se Hengelsportwereld" dat kortgele den een fusie aanging met „De Sport visser", dat gebeurde in het voorwoord van zijn boekje „Werphengel en kunst aas", dat overigens zelf niet helemaal vlekkeloos is, en het verwondert ons steeds. Want collegialiteit en sportivi teit zijn over het algemeen troef bij de sportvissers. Het bekende „Beet!.." van Geude- ker (het beleefde zijn vijfde druk reeds) is een van de meest bekende boeken over de hengelsport in ons land. De liefhebber van de vaste hengel vindt er een schat van gegevens in over zijn sport en, al heeft Geudeker de naam een „secure" te zijn, al zijn de mees te van zijn methoden althans wat de lijnen betreft een tikje aan de forse kant, het is een uitermate in- tructief boek en uitstekend geschre ven. Echt een boek om bij de hand te hebben! Kort na de bevrijding verscheen er van de hand van Ferd. Vulsma een „Handboek voor den hengelaar". De schrijver poogt de hengelsport hij schrijft over de vaste hengel volle dig weer te geven in al haar vormen. Inderdaad is het een soort naslagwerk geworden, niet zeer vlot geschreven, doch een uitstekende verzameling van gegevens. Het heeft één bezwaar: het geeft meer dan het behoeft te geven. De schrijver vermeldt b.v. silk, ver schillende soorten crins, enige soorten zijde, enz. Verschillende van deze s°nr' ten zijn niet eens meer in de handel en practisch voor alles gebruikt men tegenwoordig nylon, dat aan vrijwel el ke eis beter beantwoordt dan welke an dere soort snoer. Ook bij de aassoorten zijn er vele, die in Nederland zelden of nooit gebruikt worden. Het is na tuurlijk wel leuk om al die soorten te kennen, doch speciaal voor de beginner werken de opsommingen soms wat verwarrend. Jan Schreiner schreef verschillende buitengewoon leesbare boeken over dp vaste hengel, o.a. „De polder in'", „Een leefnet vol" en „De pen duikt weg!". Afgezien van deze leesbaar heid, van de smeuigp verteltrant van de schrijver, kenmerken deze boeken zich door hun volledigheid en des schrij vers gezonde kijk op de zaak. Naar wij onlangs vernamen, werkt Schreiner momenteel aan een zevental boekjes, die tezamen de gehele Nederlandse hen gelsport zullen omvatten. Zijn we goed ingelicht, dan zijn de manuscripten reeds bij de uitgever. Voor de werp hengelaars is er maar één boek in Ne derland, dat ter zake dienend is, „Flit send Nylon", een standaardwerk, dat alles vermeldt, wat er op dit gebied bestaat en waarvan binnenkort een her druk verschijnt. Wij geven U dit niet complete overzicht, omdat de komende „donkere dagen" zich bij uitstek lenen tot het opdoen van meer kennis over de sport, dewelke gij zo hevig bemint en in de hoop, U met een paar tips soelaas te verschaffen voor het gedwongen thuis zitten in deze maanden. De oude henge laars die minachtend neerzien op het „leren vissen uit een boekje" hebben ongelijk. Er zijn massa's systemen, vernuftige hulpmiddeltjes, zelfgevonden trucjes na seizoenenlang proberen door oudé rotten, die tenslotte in een hengel- sportboek belanden en waarvan de hen gelaar in Maastricht nog nooit hoorde, omdat dat bepaalde trucje uitgevonden werd in Amsterdam, of omgekeerd. Een boek, een goed boek, Is gecomprimeer de ervaring en dat geldt zeker wan neer dat boek over de hengelsport gaat. We wensen U deze winter veel vrucht bare avonden, vissend aan de haard..! STó de Ver. Staten weten, dat het gebruik van atoomenergie voor vreedzame doeleinden geen toekomstdroom is. De mogelijkheid deze kracht ook in die zin te gebruiken, is reeds bewezen. Deze woorden geven in het kort weer wat met de tentoonstelling wordt beoogd. Zij wil een beeld geven van de vele mogelijkheden van de vreed zame toepassing van de atoomenergie. Zij wil de indruk wegnemen als zou die kracht alleen voor vernietiging kunnen worden gebruikt en zij wil voorts de fun damentele beginselen van internationale samenwerking in het licht stellen. Er zijn voor de mobiele expositie vijf trailers ontworpen, waarvan vloer en wanden met behulp van een electromotor kunnen worden uitgeschoven, zodat vol doende ruimte wordt verkregen. De trai lers zijn zodanig opgesteld, dat er als het ware een kleine binnenplaats ontstaat, die voor tentoonstelling van materiaal in de open lucht kan worden gebruikt. Ge heel uitgezet beslaat de expositie een op pervlakte van ongeveer 1600 vierkante meter. De tentoonstelling laat de bez'oe- ker op zo eenvoudig mogelijke wijze zien hoe de atoomenregie voor vreedzame doeleinden kan worden toegepast; hoe ver men met die toepassing in het begin van het atoomtijdperk reeds is gekomen en van welk groot belang die toepassing reeds is en in de toekomst nog zal wor den Men is niet op de vele technische kanten van het splitsingsproces ingegaan. Men gaat uit van de aanwezigheid van de kernenergie, om dan het gebruik voor vreedzame doeleinden in beeld te bren gen. Zo wordt dan in de eerste trailer ver teld, dat een kilogram uranium 235 even veel energie kan opleveren als 2.600.000 kilogram kolen. Daardoor kan een 60 watt gloeilampje onafgebroken gedurende ruim 108 millioen uur blijven branden. Om een ander voorbeeld te noemen: met dezelfde hoeveelheid energie zou een trein driemaal om de aarde kunnen rijden. De buitengewone betekenis van de ener giebron wordt duidelijk gemaakt; men denke aan de toeneming der wereldbevol king en dus ook van het energieverbruik, waardoor de bronnen de conventionele energie aardolie en kolen voortdu rend slinken. De Amerikaan Palmer Put nam, adviseur van de „Atomic Energy Commission", gaat er vanuit, dat in het jaar 2050 de energievoorziening voor 60% zal moeten worden overgenomen door de kernenergie. In trailer twee wordt op een wereld kaart door middel van lampjes aangege ven waar zich thans de vindplaatsen van uranium bevinden. Zij leveren voldoende uranium om de wereldbevolking m de eerstkomende 6000 jaar van atoomenergie te voorzien. Op een kaart wordt dan aan gegeven waar zich de belangrijkste ato- mische productie-installehes en research centra ter wereld bevinden. Ook kan men zien op welke wijze cn naar welke landen de radioactieve isotoppen worden gezon den, die worden geproduceerd in de atoomzuilen in Engdsnd, de Ver. Staten, Canada, Noorwegen en elders. Die iso topen zijn bestemd voor toepassing in de ziekenhuizen, in de landbouw en indus trie. Zij vormen een mooi vooroeeia van de internationale samenwerking op dit terrein In een andere trailer kan men zien hoe het atoomonderzoek de land bouw ten goede komt. De toepassing van de kernenergie leidt tQt verbetering van de landbouw en tot .een verhoogde pro ductie. Belangrijk zijn de^ proeven, die werden genomen met radio-actieve fos for, bij de bestrijding van plantenziekten. Voorts toont men aan, hoe de toepassing van dio-actieve stoffen heeft geleid tot verbeteringen op het gebied van de voe ding en het fokken van vee. In een der trailers wordt aangetoond, „dat het atoom de medische wetenschap het belangrijkste onderzoekingsinstru ment in handen heeft gegeven sedert de ontdekking van de microscoop". Men toont er, hoe radio-isotopen een belang rijk middel zijn om bij een aantal ziekten de medische diagnose niet alleen sneller te doen verlopen, maar ook nauwkeuriger te maken. Aan de hand van doorsnee tekeningen van het menselijk lichaam wordt het gebruik van de atomische hulp middelen in de geneeskunde aangetoond. Op de binnenplaats worden dan op pa nelen de belangrijkste ondernemingen aangegeven op het gebied der atoom energie, bijzonderheden over het Euro pese centrum voor kernphysisch onder zoek (Cern), het atoom in Nederland (onderzoekingen en bereikte resultaten), terwijl voorts mineralen worden tentoon gesteld.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1955 | | pagina 6