Pasen in Venetië In de krochten der eenzaamheid mensen van morgen wereld in wording DE HEKSENHOED m4 m» Vrije mensen HONDENPRAAT rr rr Waar een ontmoeting een gebeurtenis wordt Langs een enorm decor 1 EEN PASEN ZOALS HIJ NOG NOOIT GEVIERD HAD De klokken luiden ZATERDAG 9 APRIL 1955 PAGINA r*. ts S BB Boven: De Venetiaanse gon- gondelier, die zijn slank vaartuig bijna geruisloos door liet water stuurt Onder: De San Marco, ge wijde caroussel op n zonnig plein. Een andere wereld Nieuw levensverhaal GEBEDENBOEK VOOR MILITAIREN 'N HEITJE VOOR 'N KARWEITJE O rÊ&d ■■Wit mm Een edel patina sluiert het geheel PAASFEEST, LENTEFEEST! Het feest van de bevrijde aarde uit de kluisters van de winter, maar vooral het feest van de bevrijde mens. We spreken tegenwoordig zo graag over vrijheid. De mens is vrij, ja, zo als sommigen wat boud beweren, de mens is zijn vrijheid. De vrijheid is het typerende en onvervangbare van de menselijke persoon. Daardoor kan ik mijn leven zelf richten, neem ik mijn bestaan in handen. Slavernij - we hebben nog niet zo heel lang ge leden er een staaltje van meege maakt - is iets wat ons mensen van deze tijd tegen de borst stuit. Hoe kan een mens volkomen macht heb ben over de anderen. Dat begrijpen wij mensen van deze tijd niet meer. Een dergelijke hoge opvatting hebben we van de menselijke persoon, dat we ons niet meer kunnen indenken, dat er eens tijden zijn geweest, dat sla vernij zelfs bij hoogbeschaafde volke ren, de meest gewone zaak van de wereld was. Een dergelijke houding moet wel voortkomen uit een verkeer de opvatting over de mens, een op vatting, welke de unieke waardigheid van elke mens ontkent. Hoe is dat zo kunnen veranderen in de loop der tijden? Het Christelijk geloof heeft hier een wezenlijk aandeel in gehad. Ook ten tijde van Christus was de slavernij algemeen. De men sen wisten, wat het betekende. Daar om sprak het woord van Paulus hen aan: gij zijt geen slaven meer, maar kinderen van God. Deze verandering is begonnen met het sterven en ver rijzen van Christus de Heer. Toen werd de doem, welke ecuwen en eeu wen lag op het menselijke geslacht weggenomen en de mens ontrukt aan de diepste tyrannie en de oorzaak van elke andere tyrannie, nl. de dic tatuur van de duivel en de zonde. Het Paasfeest is tegelijk het verlossings- cn bevrijdingsfeest van de Kerk, waar in we elk jaar deze wezenlijke cn die pe bevrijding herdenken. Zeker door dit feit alleen en door de verkondi ging ervan werd de slavernij als in stelling cn als feit niet onmiddellijk afgeschaft, maar principieel was de stoot gegeven, welke zou uillopen op de afschaffing van de slavernij, als enterend voor de menselijke waardig heid. We kunnen dit bevrijdingsgevoel dat het Verrijzen van Christus de Heer veroorzaakt niet zo sterk meer erva ren, omdat we. er zo gewoon aan zijn geworden. Maar nog zyn er enkele overblijfselen in de liturgie en de ge- boden van de Kerk uit overgebleven waarvan we helaas de zin v 2 hebben. Het teken van de vrije mens was. dat hij rechtop staat, daar0™ stonden de christenen vroeger bij de viering van de liturgie en knielden zij niet. Vandaar dat nog een gewoon te is, dat we gaan staan, als we op Zondag het wekelijkse herdenkings feest van Pasen en onze Bevrijding-, het Engel des Heren bidden. En ge durende de Paastijd gaan we elke dag staan, als we het „Koningin des Hemels" bidden. De christen was geen slaaf meer, maar vrijgekocht door het Bloed van Christus. Vandaar dat hij dat vooral op Zondag vierde. Vandaar het verbod om op Zondag „slafelijke" arbeid te verrichten. Zo drukte hij zijn vernieuwd gevoel van vrijheid uit. Weer herdenken we op Pasen het Verrijzen van de Heer en tegelijk on- 7e wezenlijke Bevrijding. We moeten in dagen als deze heel sterk hier van bewust worden en ons afvragen, J wii als christenen die bevrijding i Laard zijn, of wij de vrijheid nol wel beleven. Stellen velen zich te genwoordig niet vrijwil*weer on der de tyrannic de tijd- stens onder de tyrannic geest van de rdifr Dat is bevrijde mensen Wat wij ons voorstellen op te schrijven in deze feestelijke dagen van liet grootste feest der Christen heid is in feite geen nieuws voor degene die van trekken en reizen weet cn die bovenal houdt van schone dingen. Met Pasen in Venelië! Speurend in herinneringen en aantekeningen, in de berg papier tjes en foto's die men altijd van een reis meeneemt, leefde de feestroes van die heerlijke Paasdagen weer voluit en we kunnen zelfs geen argument meer vinden om niet zomaar ineens terug te gaan. Geen nieuws; wij hebben slechts heel achterin de rij een plaatsje, de rij van mensen die met Pasen in Venetië waren. Men leze de, in één ruk neergeschreven reisher inneringen van Huib Luns: zijn wandelingen in Venetië en zijn bezoek aan de San Marco onder de Paasmis. Hij kan cr zijn mond ook niet over dicht houden,en hij heeft de nachtelijke Paasviering nog niet eens mee kunnen maken. IÉ Als men over de grote lange lagu- nenbrug de wonderlijke stad is bin- nengereden en de auto heeft opge- H borgen in de enorme garages - op zich H al een vreemde gewaarwording een stad te betreden waar geen auto in te bespeuren valt - vraagt men zich H af waarom cr geen entree geheven g wordt. j Een waarachtig sprookje wordt dan nu werkelijkheid. H Zolang ge er blijven zult, wandelt gj ge over bruggetjes, die hoog gebold g staan over de watertjes tussen de talloze eilandjes, wat ge niet berei- m ken kunt, bereikt ge met de gondel <FaaSWake ill S. Mai'CO en zijn de afstanden wat te groot, dan zijn er de geregelde diensten op het Canal Grande, zoals in Parijs de jE metro. Ge vergaapt U aan de kunst- g schatten her en der in de stad, ge il bouwd of verzavneld uit alle wind- streken in een groot verleden.ge voert de duiven op de piazza vo°r de religieuse Carrousel: de San Marco. Ge doet no,g duizend dingen meer en het heerlijkste wat ge doet is het niets doen als ge al dat- moois een weinig hebt tegengegeten. Want het is met mooie dingen zien hetzelfde als met voortreffelijk eten. Op zeker moment is de geest ver zadigd en vraagt doodmoe nog slechts om een blauwe lucht om in te kijken. De dagen voor Pasen vvaren heen gegaan met 't soppen van de vinger in de zoete weelde van 'n bij uitstek ro mantische stad. Bedenk dat ge voort durend wandelt of vaart langs een enorm decor en vooral des avonds als ge gondelen gaat. Ge speelt alvorens in te slapen zelf toneel met de Vene tian die met radde tong en drama tisch handgebaar tweemaal zoveel li res uit uw zak wil kloppen dan rede lijk is. Als ge 't spel goed speelt, door verachtend heen te gaan bij elk van zijn geweldige bedragen - hij wenkt u toch weer terug - toont hij u de vanwege de gezamenlijke gondeliers uitgegeven, gedrukte minimumtarie ven en laat u zonder blikken of blo- u0n ,"ls';aPPer>. Het scheelt u zeker honderd lires. Leer u te verzoenen met deze handelsgeest, wij Hollan ders zijn immers op een andere ma niet precies eender en., ge hebt im mers geen entree betaald. Als ge toch wat meer geld kwijt wil A|raafi hem dan de hymne van St. Marcus te zingen terwijl hij het wonderlijk slanke vaartuig met zijn even uit t lood gebouwde kop geruis loos door het water stuwt rakelings scherend langs de duizenden meer palen waar Venetië tegenaan schijnt gebouwd. Elke hoek die ge omgaat, het water nauwelijks bewogen door de „bomende" - wat klinkt dat Giet hoorns - gondelier, is gelijk het halen van een voordoek. De Palazzi met-de- voordeur-aan-de-waterkant, waaron der er zijn van een meesterlijke ar chitectuur, schemeren in 't licht van een lantaarn. Stille waters, stille wa tersteegjes, boogbruggetjes, toneel- licht en de hymne van St. Marcus. Het is voor een paar dagen heer lijk te verdrinken in Romantiek. Maar spoeden we ons naar de San Marco. Aanstonds zal de nachtelijke Paasviering beginnen. Onder de Rialto zijt ge weer hopeloos verward in uw fantasie. Hier moeten Bassa- nio en Antonio geleefd hebben: Is er nog nieuws op de Rialto?" Dit is waarachtig niet zomaar een brug! t t Het was een nieuwe wereld waar hij kennis mee maakte. Tegen wil en dank natuurlijk. Een ziekenhuis heeft immers weinig aantrekkelijks te bieden. De „grote" wereld dringt er binnen, als cr mensen op bezoek komen, niet gewone jassen en schoenen aan, of door een koptelefoon, helemaal uit Hilversum. Naar de radio luisterde hij vaak met ge sloten ogen. Er valt in een zieken huis weinig te kijken, bovendien is alles crème of wit cn cr hangt een speciale lucht. H„D®J,r0te afleidingen en tegelijk «rtnr c?.nccntraties op het be- kinepn riiJ waren de onderzoe- w ri' TT ?P en "ret hem verricht werden. Het duurde nog al lane Tn de hoofden van de artsen rezen an dere denkbeelden dan in zijn hoofd Hij rekende met een paa" den, hoog uit, en eenbeetje ellendc.d Zij concludeerden tot een afgeschre ven menseleven: Schouders "opha len, afwachten, doodgaan. Zo cru hebben ze het hem niet verteld. Toch had hij weinig moeite om het te begrijpen. Na slechts de eerste hoofdstukken van zijn leven te heb ben geschreven, vas er zo maar ineens een punt achtergezet. Hij bleef er geboeid naar staren, naar die simpele punt, die hij niet gezet had. Er was dus geen regel meer 'die bij de vorige aansloot. Er was alleen een groot zwart gat. Hij sputterde nog even, vocht nog een poosje om op de begane grond te blijven, werd bewerkt met valeriaan om bet hevige verzet te breken en viel toen de zwarte put in, een ein deloze afgrond. Diep onder het wereldoppervlak zijn krochten en grotten, waar men wandelen kan. Het is er echter een zaam, zeer eenzaam. Dat was de ontdekking die hij deed na die ge weldige val. Boven maken de men sen plannen en voeren ze uit, schrij ven hoofdstukken in een levensver haal, die min of meer aansluiten. De berekeningen die ze daar ma ken kloppen óók min of meer. On der in de gewelven der eenzamen wordt geen normaal levensverhaal meer geschreven. Daar te vertoe ven is de eerste tijd allergruwe lijkst. Bijna alle waarden die boven geldig zijn en waar een mens met heel zijn mens-zijn aan hangt en naar haakt verliezen haar betekenis. Alles schijnt er op te wijzen dat men alléén op de wereld leven kan en niet er onder. Daar zou je moe ten stikken van ellende. Het was voor hem een wonder lijke ervaring dat dat niet gebeur de. Jc kon er wandelen gaan en. een andere wereld ontdekken. Het is cr eenzaam en elke ont moeting met een ander geteisterd mens is een gebeurtenis. De groot ste van zijn ontmoetingen, de meest verhevene was die met dc kruisdragende Christus, de geteis terde Godmens die hier ook is, in de gewelven van de wereld. Hij heeft hier met Hem Goede Vrijdag gevierd. De Christus-ont moeting is hier beneden mogelijk op een wijze waar ze boven geen begrip van hebben. Hij zag met een dankbaarheid in een graad, waartoe hij zich nog nooit had op gewerkt dat, waar ongeveer niets hem meer vergezelde de krochten in, Christus met hetzelfde Gezicht de Zelfde bleef en te ontmoeten was. Hij wandelde hier immers ook. Passie en Opstanding Hij bemerkte dat Christus veel beter te ervaren was. omdat de af leiding zo gering was geworden en bovendien, ze hadden tijd voor elkaar, hij voor Hem en omgekeerd. Het was er immers eenzaam en erg stil. Hij ontdekte tot zijn beschamen de vreugde, wijl hij er zelf geen deel aan had, integendeel hij had zich verzet, dat hij met zijn kruis en verlatenheid veel op Hem ge leek.. maar dat is toch het hoogste doel van ieder mensenbestaan! Goede Vrijdag is goed te vieren door geslagen mensen. Maar er is nog een „schone vol einding". Hij wist niet goed te beredene ren hoe Pasen en Goede Vrijdag in elkaar grijpen, in het geval Chris tus niet en in zijn eigen geval niet. Hij ervoer het. De Passie en de Opstanding zijn immers ter zelf dertij d aanwezig. Dit was zijn Pasen, een Pasen zoals hij nog nooit gevierd had boven. Dc vreugde om dc wonderlijke ontdekkingen. Een vreugde van een totaal andere structuur dan gebrui kelijk. Er was waarachtig te le ven daar waar hij rekende op uit zichtloos beslaan tot dc dood kwam. Er was een nieuwe wereld te ont dekken, waarvan hij het bestaan nooit vermoed had. Er was een nieuw levensverhaal te schrijven, genialer, wijzer en schoner dan dat waaraan hij boven begonnen was. Van het huis dat hij zich bezig was te bouwen om in te leven was geen steen op de andere gelaten. Aan an dere mogelijkheden had hij niet ge dacht. Maar zie, ze bestonden. Toen het betrekkelijke in één slag weg viel dacht hij in het puin niets meer te vinden.'Hij vond een splin ter van het Absolute. Hij was op de weg gezet een andere Christus Op de Piazetta zetten we voet aan wal. Tussen de zuilen van St. Mar cus door; rechts het Dogenpaleis, twee galerijen en daarboven het georna menteerde gesloten bovendeel; links de geweldige Campanile en dan rechts de San Marco in. Het voor ons Noorderlingen bi zarre exterieur, de kakelbonte voor gevel met vijf portieken nagelt U nu niet aan de grond, Het is er te donker voor. Binnen zal het aanstonds Pasen zijn. Het is er vol, voor zover re de grote ruimte vol kan zijn. Dan treedt de Patriarch van Venetië in. De Eminentie in. het vurig rood er rond purper, zwart en superpliewit, de bonte kleuren van een plechtige stoet die tesamen met het volk de Ponti ficale Mis zullen creëren. Gelukkig geen banken in die Kerk, daar. De kerkruimte is voor allen. Ge bezit er geen timmerhouten onderdeel van, waaraan ge gebonden zijt wegens de betaalde huur. Ge kunt er opschuiven een plek uitzoeken en reikhalzen. Wat zullen we U schrijven van die gedenkwaardige uren. Dit ene mo ment: het Gloria. Huib Luns schrijft ergen: „We zullen dat interieur niet beschrijven dat is als een fantastische druipsteen grot, of als een onderaards gewelf waar een Ali Baba schatten van al lerlei aard heeft opgestapeld. Maar het prachtige marmerfineer van de wanden, de steen en het glas van de mozaïeken, het brons en het verguld sel. Alles is overdekt als met een fijn pulver van de tijd - niets glimt - al les glanst een edel patina sluiert het geheel en als stofgoud dwarrelt het licht in bundels van boven". Dat laatste gebeurde de Paasnacht niet. Overdag treedt het licht binnen, door de vensters in de koepels boven de pendentiefs, zodat die koepels schijnen te zweven boven de wonder lijke schrijn; als de grote lamp uit is, schemert er het licht van bededen af omhoog. Maar onder dat Gloria! Alles wat kaarsen houden kon, hield kaar sen, het volk en de talloze luchters en wat voor kaarsen. Er is die nacht een materieel in duizend vlamme tjes opgegaan dat Lourdes met zijn licht processies slechts overtreffen kan. In die trillende gloed straalden de mozaïeken der gewelven. En elk steentje grond, elk gulden vlakje ving onder een andere hoek dat trillende licht en glansde zo mee In die ster rennevel boven ons. Wat nog meekaatste tegen die won dere wanden was 't geluid van schel len, orgel en koor, dat daar plotseling met het licht opbloeide in de fantas tische druipsteengrot. Och, het had allemaal niets van het serene opus Dei in een klooster kerk en het zal ook wel verhevener zijn en meer in de sfeer van een ho ger geestelijk deelnemen liggen, de Verrijzenis van Christus in een Be- nedictijnerabdij mee te maken en met Hem daar als Nieuwe Mens te verrijzen, maar éénmaal het feest van Opstanding te ondergaan in de San Marco is Hem Eer brengen met een scala van de edelste menselijke middelen, samengesteld in een niet te evenaren scenario. De andere morgen, Paasmorgen te rug naar de Piazza. Om tien uur zou den de Paasklokken gaan luiden. In uw bagage vindt ge nog een schoon overhemd, dat behoort ge aan te trek ken op Paasmorgen als ge flaneren gaat over het marmer van dit beeld schone plein., en zeker op Paasmor gen- Er zijn al vele Zondagskinderen op de been. Ze hangen in ijzeren stoeltjes, onderhandelen met schilderachtige ke rels die flarden spreken van alle ta- len der wereld en met bloedkoraal en foto's leuren. Onmogelijke prijzen., maar daar zijt ge zelf toch bij! An deren onderhouden de zwermen dui ven, die zonder twijfel de meest vet te worden en had de unieke kans (het is eenzaam beneden gekre gen die weg redelijk goed af te leg gen. Hij was opgestaan als een nieuwe mens. Pasen! Pasen is goed te vieren door ge slagen mensen. Wij geloven, dat Christus niet al leen aan zó weinigen zulke kansen geeft. Het zou ook erg zijn als ieder van ons het verschrikkelijke gelag moest betalen, dat deze man betalen moest voor zijn kansen. Voor ieder van ons moet er een kans bestaan Goede Vrijdag en Pasen te vieren als we er maar op uit zijn het betrekkelijke op zijn betrekkelijke waarde te schatten. Wat maalde de goede moordenaar nog om de dood? Toch had hij een barre dag <op Golgotha. Hij schatte de hemel op zijn juiste waarde en verrees. gemeste vogels zijn van 't Schierei land en zeker 't meest gefotografeerd. De Italianen kent men uit de bloem lezing van alle stammen en talen di rect. vooral de mannen. Ze hebben smaak en weten nog wat anders te combineren dan beige, crème en grijs zoals bij ons in Holland, Ze geven iets om een sierlijke zelfs wat vrouwelijke schoen en om een rose hoed op hun zwarte koppen. Dan valt de eerste geweldige dreu nende beier. Een wervelwind van dui ven stuift op en ieder ziet op, of naar de dieren die plots van schou der op arm opvlogen of naar waar de klokken begonnen te luiden. Hoog in de hoge campanile die pal op de hoek van Piazza en Piazetta oprijst. Pasen! De klokken luiden. Christus is verrezen. Dat hoort toch bij Pasen, de klokken! En hoe gewel dig luiden ze. Het is moeilijk nog op normale toon te converseren met uw reisgenoten, ge komt er niet boven uit. Maar spreek dan ook niet. Fla neer in een zee van machtig feestge- lui. Herinner U alle gedichten, die capabele lieden voor U neerschreven over klokken en hun geluid. Het is Pasen. F. B. -ü&.v ..vr iXi-VjsillKi &vWMtoW* Hij lag op een tafel in de recreatie zaal en torende fier, als een zwar te pyrarqide uit boven de andere to neelattributen. De engelenjurken, narrepakken, di verse hoofddeksels, voetbekleding en wat verder in een internaats-toneel- kast placht te zijn, zouden onderwor pen worden aan een inspectie naar eventuele beschadigingen van mot en vocht. 't Was mal, maar de heksenhoed scheen een typische aantrekkings kracht op me uit te oefenen. Ik vond hem zielig zo zwart in zijn eentje. Zijn lot was bij het maken beslist. (Geen ander hoofd mocht hij sieren dan 'n heksenhoofd). Hij was „hoed" maar niet in het juiste begrip van het woord. Hij flatteerde je niet, maar maakte je hekserig, belache lijk. In de recreatiezaal begon 't beschaafde gegons te ontaarden, voor niet gewende oren althans, in geschetter, gekwetter en rumoer. 't Was bijna tijd om naar het lof te gaan en ieder zocht lang naar haar hoed. 't Waren de gebruikelijke vijf mi nuten voor het Lof, die steeds zo lang mogelijk gerekt werden door het zoeken naar een hoed of muts. Ik keek naar de Heksenhoed en mijn zakenbloed begon te kloppen. Mijn snoeptrommel was leeg. De beurs dito. Als een nieuwtje vloog ik langs de meisjes en herhaalde o—eral dezelfde vraag: Wat krijg ik als ik met die hoed op naar het Lof ga? Lezers, consideratie in uw oordeel alstublieft. Ik was de vlegel jaren nog niet ontgroeid. Er moeten velen in mijn leefMjdsperiode heb ben gezeten, want de buit was groot. Dropjes, koekjes, toffee's, caramels, pinda's en flikjes werden me in groot aantal beloofd. Hoed achter me, hoed op zij, hoed voor me, op dé gang. HOED OP! Nog nooit was de zaal zo vlug leeggeduwd. Als een rattenvanger van Hameien krioelde de schare achter me aan. Wat zal de zuster geglunderd hebben toen ze dacht, dat haar dagelijkse „op tijd" aansporingen eindelijk succes gehad schenen te hebben. Ze glunderde vast nog toen ze in de deur stond, maar daar plots zal dit wel veranderd zijn in fronsen en verbeten lachen. De Heksenhoed! Middelpunt der belangstelling. Met daarachter gichelende en bewonde rende meisjes belust op afleiding. Er werd geroepen „Kom onmid dellijk terug". De Zieltjes vanger hoorde niets. „Kom terug, zeg ik je" Ik was de hoek om. Er werd me van alle kanten raad toegefluisterd „Doe hem af. De plaats waarnaar je gaat is heilig". En als Mozes gehoorzaamde ik en duwde de hoed onder een bank in de gang. De kwade neiging was bijtijds de kop ingedrukt. Weg snoepjes, weg dropjes, weg pinda's, alle lekkers weg. Na het Lof een hele boze zus ter en een rouwmoedig heksje. Rouwmoedig vooral om de vervlo gen strelingen der tong. Rouwmoe dig ook bij het horen van het von nis. „Vijftien keer de Godsdienstoor logen uitschrijven". Iedere regel was nieuw voor me. Van Godsdienstoor logen wist ik niets. Na de vijftien keer wist ik van godsdienstoorlogen alles. En lezers, wat ben ik de hoed, de zuster en mezelf dankbaar. Op het examen kreeg ik de Godsdienst oorlogen. De „vijftien keer" herin nerde ik me en ik wist „bijna" alles. En ik kreeg een goed cijfer en slaag de. Sindsdien draag ik als talisman een heksenhoed Dit is nu een in alle opzichten prac- tiseh en aangepast boekje. We begin nen al wat het formaat betreft: het is slechts klein, zodat het gemakkelijk op zak meegenomen kan worden. Prac- tisch ook wat de inhoud betreft: het geeft de H. Mis, morgen- en avondge beden, voorbereiding en dankzegging op de H. Communie, verschillende'vas te misgezangen enz. Daarbij hog Vele gebeden, welke de jongens wel zullen aanstaan, geheel aangepast aan hun leeftijd en diensttijd. Aanbevolen. Het boekje werd uitgegeven door de N.V. Gooi en Sticht in opdracht van de hoofdlegeraalmoezenier. H. B. De jaarlijkse actie „'n Heitje voor 'n Karweitje" wordt dit jaar ingezet door padvindersleiders en oud-padvinders, die werkzaam zijn bij radio en televisie. Ver schillende bekende radiofiguren van de vier omroepverenigingen zullen op Zater dag 9 April as. in Hilversum tal van karweitjes opknappen. „Rond de Paasdagen verheug ik me altijd weer over dat mooie eieren-zoeken", aldus Hond met dro merige blik de Radio-gids raadple gend. „Het is een goede gedachte, deze liturgische plechtigheid van jaar tot jaar uit te zenden. Elke keer is het weer hartverheffend, te ver nemen hoe op allerlei plaatsen in het land met ijver en toewijding wordt gezocht naar de gekleurde kippen-producten, die de aandacht van het volk beogen te richten op het levenwekkende mysterie der Opstanding. Overal zijn vriendelijke mensen in touw om te ontdekken, waar de heren van de omroep de eitjes hebben verstopt. En dan komt er ineens zo'n klein bovennatuurlijk tafreeltje door de loudspeaker. „Waar hebt u uw ei gevonden, me neer Oortinga? Luisteraars, ik sta hier in Appingedam, waar de heer Oortinga zojuist het ei heeft opge raapt, precies op de plek waar wij het hadden gelegd.... A juist, me neer Oortinga, u bent dus uit huis gegaan en direct naar de toren ge lopen. De heer Oortinga, zich in stilte afvragend wat bij straks met dat ei zal gaan doen, interrumpeert dan: „Nee meneer, we loopn hier altijd langs de huizn van 't Schootn- knaal en dan kom je vanzelf achter de toorn; ik zee tegen m'n vloofde, ik zee. Merie zee ik, as jij nou bij 't poortje gaat kijkn, dan neem ik dat plekkie bij 't achterhek...Een minuut later zitten we in Medem- blik, vanwaar een even zinvol ge sprek wordt uitgezonden tussen de reporter en mejuffrouw Plaatjens aldaar, die in haar voortvarendheid zelfs twee eieren heeft gevonden. Overal zijn de zoekende mensen bezig zich in te leven in de diepere zin van het Hoogfeest der christen heid. Dat de radio hen daarin voor gaat en bijstaat, is een van de voor naamste zegeningen van het huidige radio-bestel".

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1955 | | pagina 7