Rijksmuseum en Boymans gaan Rembrandt- uitwisselen exposities Horst-Dieter was wees noch Oost-Duitser o In Arizona staal het „Amsterdam House" BRYLCREEM Meer contact tussen leiding en ondergeschikten in het bedrijfsleven nodig Bevolkingspolitiek een noodzaak Maurice Chevalier vindt „Plotseling zeven dochters" f 250.000.- Heeft U reedsRHEUMA- VERRASSINGSCOUVERTJES? In herdenkingsjaar 1956 Krijgt Leiden standbeeld van ~ote meester? gr Ziekenfondsraad keurt regelingen inzake specialisten en tandartsen goed B' FILMS deze week B' Op Cano-tocht door Noord-Canada Avontuurlijke knaap weer braaf thuis in Viersen Politiële auto-acrobatiek SB Kostenverhoging voor ziekenfondsen van ruim 9 millioen Max Vanderbilt zet zijn gasten snert en hutspot voor V erkeersovertreding liep uit op vechtpartij voor mooi gezond haar Haringen worden geringd! Dr Wiardi Beekman Stichting verkende het terrein Franse filmkomedie van Jean Boyer VRIJDAG 29 JULI 1955 PAGINA 3 VIER DOCHTERS IN ééN CONGREGATIE Twee in het zilver BRYLCREEM houdt de gehele dag Uw haar keurig „in vorm" BRYLCREEM geeft een BRYLCREEM voorkomt roos en maakt droog haar weer vitaal 'S WERELDS MEEST VERKOCHTE HAIRDRESSING AMERIKAANS DESKUNDIGE CONSTATEERT VOORUIT GANG IN NEDERLAND Advertentie) Strikte normen Gezonde gezinnen Welk kindertal het beste? (Van onze Amsterdamse redactie) HOEWEL de hoofddirecteur van het Amsterdamse Rijksmuseum jhr Röell niet van plan was het volgende jaar. wanneer het 350 jaar geleden is, dat Rem brandt werd geboren, een grote zomer- tentoonsteliing te houden, heeft hij zich door Rotterdam laten overhalen in sa menwerking met het Museum Boymans in het Rembrandtjaar toch een zomerex- positie, gewijd aan de grote Nederlandse meester te organiseren. Getracht zal wor den een aantal werken van Rembrandt, die nog niet in Nederland zijn geëxpo seerd naar de beide musea te halen. In Juni en Juli 1956 zullen dan in Amster dam schilderijen van Rembrandt worden geëxposeerd en in Boymans te Rotterdam tekeningen en etsen. Begin Augustus rui len de beide musea en krijgt de hoofd stad dus de tekeningen en etsen en de Maasstad de schilderijen. Deze opzet vindt echter alleen doorgang, waneer men er iii slaagt mooie representatieve Rembrandt's bijeen te krijgen. De heer Röell is wat dat betreft gelukkig nogal optimistisch ge stemd. In Stockholm zal een kleine Rem- brandttentoonstelling worden gehouden waar ook Nederlands bezit geëxposeerd wordt. In ruil daarvoor zal Zweden enige doeken naar ons land sturen. Zoals bekend zijn er twee comité's op gericht, die de Rembrandtherdenkingvan het volgende jaar aan het voorbereiden zijn. Het schijnt o.m. in de bedoeling te liggen te komen tot een nationale geld inzameling met de opbrengst waarvan in Leiden Rembrandt's geboorteplaats, een standbeeld van de beroemde meester zal worden opgericht. Het Amsterdamse Rijksmuseum heeft echter als zodanig niets met deze comité's te maken. Deze mededelingen werden gisteren gedaan op een persconferentie in Amster dam tijdens welke de directeur van de af deling Schilderijen van het Rijksmuseum dr A. van Schendel zijn verrassende ont dekking onthulde, dat de „Staalmeesters" van Rembrandt zeer waarschijnlijk ge schilderd is op een stuk van het grote door B. en W. geweigerde doek „De sa menzwering van Claudius Civilis". Wij berichtten hierover reeds uitvoerig. Een volledige publicatie van deze vondst zal in het komende Rembrandtjaar worden gedaan. de beurt: Delfts aardewerk, Hollands por selein. zilver en meubelen, beeldhouw werk e.d.. Van de veertig pagina's worden er zes in beslag genomen door een korte Nederlandse en Engelse tekst en de rest, is benut voor het prachtige fotomateriaal. Als souvenir of geschenk zullen de boek jes hun weg zeker wel vinden, terwijl ook kunstliefhebbers en ..museumambas sadeurs" ze ongetwijfeld graag in hun bezit willen hebben. Het Rijksmuseum heeft over het be zoek in het geheel niet te klagen. Ver wacht wordt, dat dit jaar een half mil- lioen mensen de drempels zullen over schrijden. Ook de grote zomerexpositie: „De Triomf van het Maniërisme" wordt door duizenden en nog eens duizenden bezichtigd, terwijl het toch de laatste we ken helemaal geen „museumweer" is. De trek van de buitenlanders is zelfs buiten verwachting hoog. De 15-jarige. Oost-Duitse wees Horst- Dieter Reynen, om wiens droevig lot zich zovele goede zielen in Nederland hebben bekommerd, nadat Horst-Dieter de Neder landse grens was overgeglipt en de poli- i tie verteld had, op zoek te zjjn naar zijn enige bloedverwant: zjjn Nederlandse grootvader, die misschien nog in leven was deze zielepoot van een Horst-Dieter, zo lazen we in de „Grcnzlandkurier", is wees noch Oost-Duitser. Hy zit nu weer braaf Ambassadeur Lovink volgt met vijf gezellen route van pels- handelaars De Nederlandse ambassadeur in Cana da, de heer A. H. J. Lovink. is afgelopen - - weekeinde met vijf gezellen op kanotocht ^"V." 7'1n °"rters en grootmoeder in de gegaan langs een Noordcanadese route Lecilienstrasze te Viersen, 25 kilometer van pelshandelaars, namelijk van lie la van "c Ncderlandse grens. Crosse in Saskatchewan naar Beaver Lake bij Flinflon in Manitoba. Deze tocht, langs de Churchill-rivier via Stanley naar Frog Portage en Pelican Rapids en tenslotte de Sturgeon-rivier af naar Beaver Lake, zal een week of drie duren. Men heeft geen gidsen meegenomen en rekent wat de leeftocht betreft op de eigen visvangst ter aanvulling van het meerenomen so bere rantsoen. Het gezelschap vormt reeds jarenlang een team. De gezellen van de ambassadeur zijn dr Solandt, voor zitter van de Canadese raad voor defen sie-onderzoekingen, de heer Coolican, pre sident van de Canada Bank Note Cie., generaal Rodger van het prairie command, de heer Sergud Olsen, president van de Amerikaanse nationale parkvereniging en de heer Eric More, nationaal directeur van Canadese clubs. P DE PERSCONFERENTIE werd ook de uitgifte aangekondigd van een nieuwe serie goedverzorgde doch goedkope publicaties over het eigen be zit van het Rijksmuseum. Zij heet: „Fa cetten der verzameling" en zal ieder jaar met vijf boekjes worden uitgebreid. Drie van deze goed hanteerbare, populair ge schreven en rijk van illustraties voorziene boekjes zijn reeds verschenen, t.w. Rem brandt, Poppenhuizen en Stad en Hof in de Nederlandse Prentkunst. Dit jaar vol gen nog de Schatkamer en de Kantcol lectie. De volgende jaren komen o.m. aan De Delftse agent van politie, de heer J. Klapwijk, die tot taak had na een aanrijding het verkeer te regelen op de Rijksweg onder de gemeente Pynacker is gisteren aan een wisse dood ontsnapt. Het was aan zijn tegenwoordigheid van geest te danken, dat hij het er levend heeft afgebracht. Toen hij zijn taak vervulde, zag hjj uit de richting Rotterdam een personenauto naderen, waarvan de bestuurder blijkbaar de agent niet tijdig zag. De auto reed op de politieman in. Toen de wagen op zeer korte afstand was genaderd, sprong de agent flink omhoog, waardoor de auto onder hem door schoot. Hij kwam op het dak van de wagen terecht en werd vervolgens op de weg gesmakt. Na in het gast huis te Delft te zijn behandeld, kon hjj naar huis gaan Hij had slechts enige ontvellingen opgelopen. Een afbeelding van Rembrandt's beroemde portretgroep „De Staal meesters", een schilderij, dat naar thans aangenomen wordt, een deel van het tot nu toe verloren gewaande omvangrijke schilderstuk „De samen zwering van Claudius Civilis" bedekt. Het middenfragment er van bevindt zich in Stockholm. Het enige, wat van Horst-Dieters ver baal waar was. is dat hii van Nederlandse afkomst is en graag meer wilde weten over da: nabije land van zijn voorvaderen. Dies heeft Horst-Dieter op een mooie zomer morgen de (stoute) wandelschoenen aan getrokken: om half zeven 's morgens ging hij zonder er thuis wat van te zeggen, in Viersen op pad. Om elf uur 's avonds sloop hij bij Venlo de grens over. Het bericht, dat enkele dagen later in de Nederlandse kranten de ronde begon te doen en dat een mals regenbuitje van geldinzendingen voor Horst-Dieter en aan biedingen om dp iongen te adopteren tot gevolg had werd toevallig ooi: gelezen door een dame uit Viersen, die in Nederland op vacantie was. Deze dame herinnerde zich toen het ouderpaar in de Cecilienstrasze in Viersen. dat in dodelijke onrust zat. over een 15-jarige Horst-Dieter, die vermist werd. De Duitse dame is toen naar de Ne derlandse politie gegaan en nu zit de avontuurlijke knaap weer thuis, zonder spijt over zijn korte vacantie in Neder- L31!1 ,-DJva?r g°ed verwend is. „Dat is dat Bloot, dat treek" zei Horst-Dieters grootmoeder, toen hij weer in Viersen werd thuisgebracht. „Op alle fall send wur froe-e. dat hae wur thoes is''. waar mee zij in Viersens plat wilde zeggen, dat men in de Cecilienstrasze allang blij is, de verloren zoon teruggevonden te heb ben en dat het trekkersbloed dat zijn voor vaderen naar Duitsland voerde, ook in Horst-Dieters aderen verleidelijk kan kriebelen op een verrukkelijke morgen in de zomer De organisaties van algemene ziekenfondsen en specialisten hebben vol gens mededeling van de Ziekenfondsraad voor de honorering van specialis tische hulp over het jaar 1955 een regeling getroffen, volgens welke de bestaande bedragen voor poliklinische hulp en voor intercollegiale consulten worden ver hoogd met 15 percent, die voor chirurgische izgrepen met 4 eji die voor ver richtingen van patholoog-anatomen en anaesthesisten met 10 percent. Afgeschaft wordt de korting, welke volgens een bepaald sdhema op het totale ziekenfondshonorarium werd toegepast. In het bezwaar, dat die afschaffing, voor wat röntgenologische verrichtingen betreft, aan de betrokken groep onevenredig ten goede zou komen, is door een nieuwe waardering van de ver schillende verrichtingen voorzien. Voorts is een geheel nieuw tarief voor de röntgen-therapie vastgesteld. Ook wordt voortaan een verschil in honerering gemaakt tussen specialisten-röntgenologen en andere specialisten, die zich met röntgenologische verrichtingen bezig houden. Over het eerste halfjaar van 1955 be stond een regeling, volgens welke op de door de tandartsen rechtstreeks aan de fondsen gedeclareerde bedragen een toe slag van 11 procent in goede rekening zou worden gegeven, d.w.z. het zou bij de vaststelling van het definitieve honora rium worden verrekend. Thans ontbreken nog de gegevens, nodig voor vaststelling van het definitieve honorarium of van een definitieve toeslag. De organisaties van fondsen en van tandartsen hebben daarom een regeling getroffen, volgens Dine With the Van- derbilts". Met deze slogan, die er bij het Amerikaanse publiek heus wel ingaat wie wil zich nu niet laten suggereren met de mul- timillionnairs Vanderbilt aan tafel te zitten? heeft de Nederlandse Amerikaan Max Vander bilt zijn restaurant „Am sterdam House" te Phoe nix in de Amerikaanse staat Arizona in nog geen anderhalf jaar tijd een grote roem bezorgd. En behalve dat de Ameri kaanse toeristen in dit restaurant inderdaad met een familie Vander bilt kunnen dineren als ze dat willen, kunnen ze ook en passant een hele boel wetenswaardigheden over Amsterdam te weten komen. Want Max Van derbilt, op zijn gebied een erkend vakman in de Nieuwe Wereld, heeft zijn „Amsterdam House" helemaal „Amsterdams" ingericht. Er hangen prenten van de hoofdstad aan de muur, zijn dien stertjes lopen met kapjes op, met het wapen van Amsterdam er op en er is een nu al stukgelezen bibliotheek met tal van in het Engels geschreven werken over Neêrland's hoofdstad. En het menu is natuurlijk Hollands. Max serveert o.a. snert, Poffertjes, boerenkool en hutspot en de Amerika nen eten er van alsof ze nooit anders geproefd hebben. Die advertentie-idee van „Dine with the Van- derbilts" is aanleiding tot veel grapjes. „Ik ben het zwarte schaap van de MAX VANDERBILT „ffoodwill-ambassador" millionnairsfamilie", ver telt Max immer aan zijn clientèle en hij heeft dit ons ook trachten wijs te maken. Mr Vanderbilt maakt namelijk een za kenreis door West-Euro pa en vergat daarbij na tuurlijk niet Amsterdam aan te doen. Hoe kan het ook anders als je geboren Amsterdammer bent en je broer oud-wethouder van Publieke Werken is. Die heet overigens Van der Velde, maar in Ame rika is het niet zo moei lijk van naam te veran deren. De jonge Van der Velde was ruim veertig jaar ge leden chef de bureau op een kantoor in Amster dam. Amerika lokte hem en hij trok op de bonne fooi naar de States. In New York reflecteerde hij op een advertentie van een hotel, die een chef vroeg. Max dacht aan een kantoorchef en meldde zich. Doch men zocht een „chef de cui sine" en bood. toen de vergissing uitkwam de energieke Nederlander het baantje van .pearl- diver" („parelduiker" of tewelbordenwasser) aan. Dit was de eerste stap op de ladder naar succes. Vanderbilt heeft zich nu al enkele malen res tauranteigenaar mogen noemen o.a. van een Frans etablissement en van een zg. „drive-in" een soort cafétaria voor automobilisten. Twintig jaar geleden ging hij naar Arizona en in Phoenix, een uitgezocht winter- toeristenoord vanwege het zachte klimaat en de maagdelijke woestijnom geving (die overigens nu snel tot echt Amerikaanse ontwikkeling komt) wist hij spoedig een uit gebreide klantenkring te krijgen. Zijn „Amsterdam House" is erg populair en soms is de toeloop zo groot, dat de eetlustigen een half uur in de grote wachtkamer hun trek in een smakelijke Hollandse maaltijd alleen maar voe len vergroten. Max en zijn Ameri kaanse vrouw Janet heb ben de in onze ogen eigenaardige gewoonte om de klanten extra te laten betalen voor de niet-geconsumeerde res ten van de uitgebreide lunch a raison van één dollar. Als de Ameri kanen nu maar niet den ken, dat dit in Neder land ook de gewoonte is.. Maar Max is „goodwill- ambassador" genoeg om zulk een misvatting direct uit de wereld te helpen. welke de regeling van de 11 procent toe slag over het eerste halfjaar van 1955 zal worden gecontinueerd over het tweede halfjaar van 1955 met dien verstande, dat, indien mocht blijken, dat het bedrag van de definitieve toe slag over dit jaar 16,5 procent te boven zou moeten gaan, de fondsen over het gehele jaar 1955 toch in geen geval meer dan 16,5 procent zullen zijn verschul digd. De organisaties van fondsen en van tandartsen zullen er naar streven, vóór 1 Januari 1956 overeenstemming te be reiken over het definitieve honorarium, dat op die dag zal ingaan. De Ziekenfondsraad heeft de regelin gen inzake specialisten en tandartsen thans goedgekeurd. Voor de ziekenfondsen wordt de ver hoging van uitgaven voor specialistische hulp over 1955 geraamd op ruim 5,7 mil lioen gulden (4,3 millioen voor de ver plichte en 1,4 millioen voor de vrijwillige verzekering) of 16,3 procent. De raming berust op de laatst bekende gegevens die over 1953 en daarbij is dus geen rekening gehouden met de bevolkings vermeerdering en met de mogelijkheid van stijging van de vraag naar specialis tische hulp na dat jaar De kosten van de toeslagregeling voor de tandartsen over 1955 worden begroot op ten hoogste 2,7 millioen gulden voor de verdichte en op ten hoogste 8 ton voor dé vrijwillige ziekenfondsverzeke ring. Kogel trof vechtersbaas en passerende dame Een verkeersovertreding, -waarvoor de politie Proces-verbaal wilde opmaken is gistermiddag te Loosduinen uitgelopen op een vechtpartij, waarbij twee mensen door een revolverschot aan het been werden gewond. Het was omstreek^ vijf uur, dat de be manning van een Haagse politiejeep pro cesverbaal wilde opmaken tegen de lange M. J. v. d. H„ die in een straat met eenrichtingverkeer in de verkeerde richting reed. De man verzette zich tegen net proces-verbaal, waarop de agenten hem wilden meenemen naar het politie bureau te Doosduinen. De verkeersover- 'rerïer stribbelde evenwel tegen. De ffJ' die toen ontstond, bereikte toen zijn 24-jarige broer, R' a, ZI,ch het lot van M. aantrok, mannin^' vocht nog vinniger en de be- v®n de jeep schoot in de lucht aandacht te trekken van het poli tiepersoneel op het bureau. De assistentie, die toen kwam, bleek echter nog niet voldoende. Van de geheel op de jongste broer geconcentreerde aandacht maakte de oudere broer gebruik een charge uit te voeren, waarop de politie met de re volver antwoordde. M. werd daarbij in het linkerdijbeen getroffen, dezelfde kogel trof bovendien de juist passerende 38-jarige mevr. A. M. D. H. van de Hooftskade in Den Haag even boven de enkel. De getroffenen werden door de G. G.D. naar het ziekenhuis aan het West einde vervoerd. Broer G. werd ingeslo ten De recherche is bezig de zaak te re construeren. Uit het gezin Hendriks te Sint Anthonis zijn vier dochters jaren geleden in de Congregatie van de Zusters van Barmhar tigheid te Ronsse in België getreden. Twee van haar vieren nu op 2 Aug. baar zil veren professiefeest. De een. zuster Vin- centia. is vicaris van het Moederhuis; de ander, zuster Paulo, die in de Congo- missie werkt, is momenteel met verlof in ons land. Het jubileum wordt in hef Eind- hovense klooster St Jozef Burgh gevierd. Ook de beide niet iubilerende (mede) zus ters zullen natuurlijk bij het feest aanwe zig zijn. prachtige en natuurlijke glans zonder plakkende vettigheid Beecham (Nederland) N.V. voor Engros Jacq. Mot N.V.Amsterdam (Advertentie) totaal aan prijzen in de Rheuma-ver- rassingsactie. Vraag Uw winkelier Rheuma-verras- singscouvertjes. Ggk. Min. V. JUSt. 22-11V54 LO 520/052. (Van onze Haagse redactie). In dc afgelopen drie weken hebben vier grote Nederlandse bedrijven Philips, Unilever, A.K.U. en P.T.Tbezoek gehad van de Amerikaanse expert op het gebied van bedrijfsorganisatie, prof. Er- nest Dale van de Cornell University. Hij was hiertoe uitgenodigd door de Contact groep Opvoering Productiviteit. „In velerlei opzicht", zo zeide prof. Dale gistermiddag tijdens een drukbezochte lunchvergadering van de Haagse afdeling van het Nederlands Instituut voor Effi ciency, „heb ik een grote vooruitgang geconstateerd ten opzichte van twee jaar geleden, toen ik ook in Nederland was. Ten aanzien van dz organisatie van de bedrijfsleiding ben ik echter wat teleur gesteld. De leiding is tè veel gecentrali seerd en de staven neigen daardoor voort durend tot overbezetting". Prof. Dale was dus tot de conclusie ge- komen, dat voor vele Nederlandse be drijven wat meer decentralisatie in de bedrijfsleiding gewenst is. Men moet wegen zoeken om de centrale leiding te ontlasten en de verantwoordelijkheid over te hevelen naar lagere leidinggevende functionarissen Dat vóórkomt een top zware organisatie, waarin bureaucratie en afschuifsysteem „naar boven" hoogtij vieren. Vooruitgang sinds zijn vorige bezoek had prof. Dale opgemerkt op het stuk van discussie-methode in de bedrijfsleiding. Er wordt minder terughoudendheid be toond bij de uitwisseling van ideeën Ook de betrekkingen tussen het bedrijfsleven en het hoger onderwijs zijn verbeterd, evenals die tussen de mensen binnen het bedrijf. Wat de verhouding directievak beweging aangaat, meende prof. Dale, dat op dit punt de Amerikanen nog iets van ons kunnen leren. Maar in de betrekkin gen tussen superieuren en ondergeschik ten kan meer openheid worden betracht- Spreker uitte waardering voor de ont wikkeling van de leidinggevende ver mogens in het bedrijfsleven en voor de bijdragen, welke hiertoe geleverd worden door het Nederlands Instituut voor Effi ciency en de Contactgroep Opvoering Productiviteit. De nieuwste ontwikkeling van de leer der bedrijfsorganisatie gaat in de Ver. Staten in de richting van het zoeken naar algemene beginselen voor de bedrijfs leiding. Men tracht principes vast te stel len, welke voor alle soorten bedrijven, grote en kleine, gelden. Voorts tracht men ook voor de leidinggevende arbeid syste men te vinden, gelijk voor de uitvoerende arbeid al sinds Taylor worden toegepast. In Amerika valt verder een tendens te bespeuren om de beginselen van doel matigheid voorrang te verlenen boven die van de sociale ethiek In vele bedrijven ontwikkelt zich een nieuwe functie: die van de planning. Mgr prof, dr J. J. D. Keulers, proost van het Roermondse kathedrale kapittel, die, zoals gemeld, van Z.H. Exc. mgr Lemmens eervol ontslag heeft verkregen als professor aan het Groot-seminarie te Roermond, is door H M. de Koningin be noemd tot officier in de orde van Oranje Nassau. Zoals ornithologen dit met vogels doen om waarnemingen omtrent de vogeltrek te kunnen doen, zullen een aantal Duitse geleerden, die met een onderzoekingsvaartuig zijn uitgevaren, haringen in de vangstgebieden gaan ringen. Dit zal geschieden met plas tic-kokers. Men zal de vissen daarna weer vrijlaten en hoopt op deze wijze gegevens te verkrijgen over de ver plaatsing van haringen. Maurice Chevalier is nog steeds de grote charmeur met een goed hart in de film van Jean Boyer: „Avais sept filles". (Van onze sociaal-economische redacteur). Jean Boyer heeft weer een film gemaakt, die geenszins de pretentie heeft een kunstwerk te zijn, maar die toch in het genre van het amusement gewaar deerd kan worden om de zwier, waarmee een luchthartigheid wordt vertoond- die zó ironisch is, dat men een vergelijking tussen beeld en werkelijkheid niet trekt. Boyer is de cineast, die zijn „requisieten" gebruikt op een wijze, welke te veel eer aan de functie van de middelen geeft dan eigenlijk geoorloofd is. Hij heeft b.v. met „Nous irons a Paris" en „Nous irons a Monte Carlo" (waarin Audry Hepburn nog een klein rolletje speelt met Jack Gimberg) haast alle eer gegeven aan het orkest van Ray Ventura. plaatsen. Maurice speelt n.l. de rol van Graaf de Courvallon, het prototype van de bon-ivant, die een kaartsysteem heeft aangelegd van zijn jeugdliefdes. Een groep danseresjes, die in financiële moei lijkheden zijn geraakt benut dit verleden om enkele dagen een leven te leiden van goed eten en prettige tijdverpozing door de graaf te suggereren, dat zij zijn doch ters zijn. De list wordt zó charmant en naïef uitgespeeld, dat de graaf, die de opzet dadelijk doorziet, met groot genoe gen zich laat gebruiken als „kunstvader" Vooral als hij ontwaart, dat hij de meisjes kan helpen en zijn zoon wellicht door de poort kan laten gaan. waarachter het land van belofte ligt omdat hij op een van de meisjes verliefd is. Chevalier is niet meer de man met de Zoals het meestal gaat. was de eerste film in dit genre het beste en soms van een verkwikkende originaliteit. Vervolgens nam Boyer de komiek Fer- nandel onder schot in „Coiffeur pour dames", waarbij hij deze dwaas als mid delpunt plaatste in een zeer onbeduiden de film. De plaats van de hoofdrolspeler is nu eenmaal bij Boyer het criterium. In „J'avais sept filles" (Plotseling ze ven dochters) is het de oude rot, de vete raan in de internationale amusementswe reld Maurice Chevalier, (haast doof Paolo Stoppa overtroffen in een opvallende mimiek), die de centrale figuur is. Maar een Chevalier, die slechts bij uitzonde ring een chanson laat horen. Hij is dooi Boyer benut om een type van vergane tijden nog eens voor een lachspiegel te strohoed, die in revues en sketches op treedt. Maar hij heeft nog steeds de allure van de man, die in een fractie van een seconde op zijn gelaat de ene expressie door een andere kan vervangen, maar waar de vrolijkheid, de levensblijheid en het olijke toch het „Leitmotiv" zijn. Boyer heeft hem gelukkig niet in een bekend repertoire geplaatst. Maurice zet een karakter op het witte doek, dat nood zakelijk is om een netwerk van intriges te creëren, die door de cameralens met een grote goedwillendheid worden opge nomen. Maar als men deze beperking aanvaardt, dan ig de Italiaanse acteur die de rol van trouwe butler speelt, een openbaring. Méér dan Chevalier weet Stoppa een verfijnde mimiek te bespelen. En in dit fragiele spel van emoties, dooi het menselijk gelaat geobjectiveerd, heeft Boyer bewezen, dat hij de kracht van de film kent. Als hij origineler in zijn mon tages wordt, kan hij het amusementsgenre in de cinématographie een plaats geven in de Franse filmindustrie, die gelijkwaar dig is aan de Engelse School. Maar dan moet het onderwerp meer diepte krijgen zodat de humor wordt geplaatst op een waardiger voetstuk. Bu. EHALVE met grote politieke vraag stukken en conflicten heeft de we reld ook te kampen met een be volkingsprobleem, waarvan de omvang nog maar vagelijk tot ons doordringt Tot op zekere hoogte vormt dit be volkingsvraagstuk ook de oorzaak van de moeilijkheden op politiek terrein. Het doet zich voor in de vorm van een te veel of een te weinig, van over- of onderbevolking. Grote delen van de wereld staan voor een dreigende of reeds actuele overbevolking. Zo b.v. vele van de landen, die wij thans onder ontwikkelde gebieden plegen te noemen- Andere delen zouden als onderbevolkt kunnen worden gekenschetst; het is echter nog veel moeilijker een hanteer bare begripsbepaling te geven van onderbevolking, dan van overbevolking. In beide gevallen is er sprake van on toereikendheid van levensomstandig heden, hetzij wegens het te grote, hetzij wegens het te geringe aantal mensen- Een dunbevolkt gebied hoeft in deze zin nog niet onderbevolkt *e zijn, omge keerd een dichtbevolkt niet overbevolkt, een en ander mede afhankelijk van de graad van ontwikkeling, welke de samenleving heeft bereikt. Uiteraard heeft men criteria aan te leggen bij de beoordeling van het al of niet toereikend zijn van de levens omstandigheden. Dat men zich daarbij zou hebben te richten naar een optimum, zoals het hieronder besproken rapport van de Dr Wiardi Beekman Stichting schijnt te suggereren, lijkt ons te ver gaand en onpractisch, zelfs als men de kwestie zuiver economisch zou bezien. Het hoeft nauwelijks nog betoog, dat thans ons vooral het vraagstuk van overbevolking bezig houdt, dat o.a. in verschillende Zuid-Aziatische landen zulke dreigende vormen gaat aannemen, dat het een mondiaal probleem is ge worden. Maar ook voor Nederland zelf is het niet louter een theoretische kwestie. Ons land neemt met zijn lage sterftecijfers, relatief hoge geboorte cijfer en grote bevolkingsdichtheid een min of meer unieke positie in temidden van de Westerse wereld. De vraag dringt zich op, of wij op den duur in staat zullen zijn voor alle inwoners een redelijke verzorging en werkgelegenheid te waarborgen, een vraag, die voor tal van onder-ontwikkelde landen reeds wat de actuele situatie betreft ontkennend beantwoord moet worden. Een vraag, die hierop aansluit is dan: is het gewenst of misschien zelfs nood zakelijk een bevolkingspolitiek te gaan voeren, waardoor invloed wordt uitge oefend op grootte en samenstelling van de bevolking, m.a.w.. een restrictieve bevolkingspolitiek? En welke normen dienen hierbij dan in acht te worden genomen? Deze vragen zijn de afgelopen jaren onderwerp geweest van studie door een commissie, ingesteld door de Dr Wiardi Beekman Stichting, welke (uiteraard) wat de normen betreft te onderzoeken had, welke „eventueel van socialis tische zijde dienen te worden gesteld" EVOLKINGSPOLITIEK heeft ln katholieke kringen soms nog wel een slechte klank. Lange tijd is deze daar zelfs volkomen taboe geweest, ofschoon de leer van de Kerk zich te gen een bevolkingspolitiek met Inacht neming van bepaalde strikte morele normen niet verzet. Niet te verhelen valt ook, dat in verschillende landen met overwegend katholieke bevolking de laatste tijd op rigoureuze wijze ge boortebeperking wordt toegepast, zon der dat echter steeds de gestelde nor men worden geëerbiedigd (zie o.a. arti kel van prof. G- Zeegers in laatste nummer van Sociaal Kompas). Dit is misschien mede een gevolg daarvan, dat men te lang de ogen voor dit pro bleem gesloten heeft gehouden en de leer van de Kerk onjuist of onvoldoen de werd verkondigd- Bevolkingspolitiek hoeft dus ln be ginsel niet te worden afgewezen, in tegendeel het Is zaak ons op de wense lijkheid, de mogelijkheden en de mid delen er van te bezinnen. Misschien is dit van katholieke zijde nog te weinig gedaan en zou het aanbeveling ver dienen het voorbeeld van de Dr Wiardi Beekman Stichting te volgen, want al geeft de commissie van de Stichting o.l.v. dr W. Steigenga geen uitputtende behandeling van het vraagstuk hoe zou dit ook kunnen haar rapport „Bevolkingspolitiek en maatschappelijke verantwoordelijkheid" is wel een goede verkenning van het terrein. Éen ver kenning, welke tot enige voorlopige conclusies kan leiden, maar b.v. nog niet de wenselijkheid, laat staan de noodzaak aantonen van een verminde ring van de huwelijksvruchtbaarheid in ons land. De verkenning is zelfs nog maar zo vluchtig, dat rij in zekere zin tot tegen strijdigheden aanleiding geeft. Zo con stateert de commissie, dat het evident is, „dat de toeneming der bevolking in de toekomst, zowel vóór als na 1980, tot voor ons volk nauwelijks aanvaardbare gevolgen zal kunnen leiden". Daarnaast moet zij echter vaststellen, dat het in belangrijke mate mede afhangt van de politieke, economische en demografische situatie in West-Euopra, of vertraging van de bevolkingstoeneming gewenst is en of zelfs een volledig stationnaire bevolking de voorkeur zou verdienen. Denkbaar wordt geacht, dat binnen een verenigd West-Europa een in zekere mate groeiende Nederlandse bevolking zelfs gewenst is, indien elders de ge boortecijfers laag zouden zijn- HET RAPPORT bevat echter ook ver schillende stellingen, welke wij vol komen kunnen onderschrijven. Het gaat er principieel van uit, ,.dat de maatschappelijke structuur zich heeft aan te passen aan de bevolkingsaanwas en niet omgekeerd de natuurlijke be volkingsaanwas aan de maatschappe lijke structuur". Maar het voegt hier aan toe: ..Mondiaal en nationaal zijn er echter vele verschijnselen aan te wijzen, welke toepassing van dit principe thans zeer moeilijk maken. Voorts plaatst het de vorming van gezonde gezinnen, waarin de ouders zich bewust zijn van de verantwoordelijk heid. waarvoor zij gesteld zijn, voorop. De schadelijke ervaringen met kleine gezinnen in andere landen (met name Zweden) opgedaan, schijnen ook voor socialisten in ons land weer de ogen te openen voor de waarde van het gezin. In dit verband wordt tevens aandacht besteed aan de ideale omvang van het gezin, dit naar aanleiding van het onderzoek van de Zweedse bevolkings commissie, die kleine gezinnen met 1 of 2 kinderen niet wenselijk meer acht, doch een brede laag gezinnen met 3 of 4 kinderen verre prefereert boven een groot aantal gezinnen met 1 of 2 en een klein aantal met 7 of meer nakomelin gen. DE VRAAG, welk kindertal het beste is voor gezonde huwelijks- en ge zinsverhoudingen, is dus niet ver geten, al meende pater Ponsioen, die in De Volkskrant het rapport besprak, van wel. Pater Ponsioen acht het ant woord hierop even belangrijk als de economisch en planologisch beste getals verhoudingen. Maar zweefde hem een soortgelijk antwoord voor de geest? Bovendien kan de vraag gesteld wor den, óf en in welke mate deze factor mede mag spreken ten aanzien van de individuele beslissingen over geboorte regeling en collectieve beslissingen over bevolkingspolitiek. Wij zullen hier thans niet op ingaan, maar zouden dit punt gaarne aan bevoegde instanties ter nadere overweging willen aanbevelen. De commissie van de Dr Wiardi Beek man Stichting komt in haar rapport ook tot het geven van enkele aanwijzingen voor het voeren van een actieve be volkingspolitiek in ons land. Hierop zullen wij in een volgend artikel nog nader ingaan.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1955 | | pagina 3