Groot rumoer om het goud van de „Renate Leonhardt" 5ïtU\N6 BE|g| MEER SUBSIDIE, MEER VOORSTELLINGEN HET WAAGSTUK DER PREDIKING Weggestuurde voorzitter keert als triomfator terug ENGELEN ZONDER VLEUGELS" VERFILMD Brainwashing ??Bergingspogmgen kunnen binnen een maand beginnen Nachtelijk gevecht op, Texel Landbouwgronden boven de waarde verkocht Doktersstaking in Oostenrijk Toneelgroep „Theater" breidt zich uit Vrije bewerking van toneelstuk door Michael Curtiz De laatste akte FILMS DEZE WEEK u Bij het eeuwfeest van de Nederlandse Redemptoristen- provincie BIJdag 19 augustus 1955 PAGINA S Bestuur en commissarissen trekken zich terug Al aanstonds twist Uiterst riskant Hoge declaraties van commissarissen Militairen slaags met arbeiders VERMISTE MEISJES ZIJN TERECHT In Deventer aangehouden Verkopers en kopers gevoelig gestraft ABDIJKERK TE ELTEN WORDT GERESTAUREERD nn Internationalisme Kleurenfilm over ontwikkeling van Venuzuela „DINAMICA DE UN IDEAL" Openingsfilm op het Festival in Edinburgh De ernst der uitersten H TiJA JJ-JfJi-AASiAJ. De kern blijft Stijl veranderd Van onze Utrechtse redacteur) tZ11} er werkelijk goud in het Duitse schip „Renate Leonhardt", dat Augustus 1917 bij Texel door de Engelsen werd getorpedeerd en nog ®leeds op de bodem van de zee rust? En als het waar zou zijn, wat hieromtrent door enkele opvarenden werd verteld aan de heer P. Visser, pen tuinder te Wijde Wormer, die zich al jaren inspant en een grote groep hiensen financieel heeft geïnteresseerd om de schat naar boven te brengen, - estaat dan de mogelijkheid dit inderdaad te doen? Over beide vragen heeft een zeer rumoerige vergadering van de coöpera- ifive Bergingsvereniging U. A. „Renate Leonhardt" zich gistermiddag en een groot stuk van de avond te Utrecht bezig gehouden. Er hebben c i«rpe woorden geklonken, ernstige beschuldigingen zijn over en weer feuit, er is blijk gegeven van wantrouwen en teruggenomen vertrouwen is ®Pnieuw geschonken. Maar de heer Visser, die eerst als voorzitter was l' getreden en tegen wie in een vorige vergadering klachten waren geuit °VCl financieel wanbeheer, is als de grote triomfator uit de strijd gekomen. 1303 stemmen tegen 224. terwijl er dpoii.anco stemmen waren, hebben de aan- "?uders-leden besloten de heer Vis- niet alleen weer in het bestuur op te ^em®n, maar hem permissie gegeven met j, bergingswerkzaamheden te beginnen. ast hem treden nog twaalf daartoe uit v Vergadering aangezochte personen als nie pige bestuursleden op, totdat een uw bestuur gekozen is. v zitting hebbende bestuur en de raad b commissarissen als wier woordvoer- C '■d'6 voorzitter der vergadering, de heer tr n Schapendonk uit Oosterhout. op- ?,aci. legden het bijltje er bij neer, omdat niet langer verantwoordelijkheid voor ^j^gang van zaken wensten te aanvaar- j.Zeker niet voor de bergingswerkzaam- ^nen. die zij, gehoord enkele rapporten, j'et mogelijk achten. „Het gaat ons'', al- Js de heer Schapendonk „niet in de eer- 6 Plaats om het goud. Wij wensen niet at er bij de berging gespeeld wordt met Mensenlevens". Onder het motief, dat „we toch onze eenten kwijt zijn en niets te verliezen nebben'', werd voorgesteld het werk 'Och voort te zetten en dit de heer Vis- 5er> die onwrikbaar in zijn onderneming Selooft, op eigen verantwoording te la- *eh doen. De geprikkelde stemming viel Je begrijpen, daar honderden mensen fjhh centjes erin gestoken hebben. Wij noorden van een jonge zeeman, die er zijn spaarduiten, tot een bedrag van i? duizend gulden aan gewaagd heeft. r is in totaal vier ton gefourneerd. moeilijkheden begonnen al. toen de do r Schapendonk nauwelijks de verga- «n Pg geopend had en sommigen er tegen jij kwamen, dat hij de vergadering zou j^'Oen. Het was vooral de heer Visser, die yt opgeheven hoofd telkens het woord °erde. Ook bestreed hij de geldigheid ah het besluit, dat alleen aandeelhou ders, die Zaterdag hun stembiljet hadden aangevraagd. een stem mochten uitbren gen. De jurische adviseur, mr P- C. Lucas, beweerde, dat zulks volkomen statutair was. Toen heide zaken na drie kwartier djhdelijk gesust waren en de heer Visser, P'c in het gelijk gesteld werd, enige tien- Mllen machtigingen ter tafel had gelegd, "crden de notulen van de vorige verga ring gelezen. Gewoonlijk een formele ^gelegenheid, waaraan slechts weinig andacht geschonken wordt, doch hier aren zij zo iets als de lont bij het bus- jpP't En de twist begon erover of de jarige student J. J. W. Nibbring, die in ,.e vorige vergadering reeds een vernie lend rapport inzake de toren en bouw- had uitgebracht en inmiddels com missaris is geworden, zich had voorgesteld Us tweede assistent van prof. Jager van j!.et Scheepsbouwkundig Laboratorium te "elft of dat hij een gewone student-as- «'stent is. Het fier Het eerste is hij volgens de heer Vis- r zeker niet. Prof. Jager, zo zei hij, is h man van naam en als de heer Nib- n„ng zich tweede assistent heeft ge- ri„e.tn<f> moet dit wel indruk op de verga- r'hg gemaakt hebben. heer Nibbring verklaarde zelf pas Bestudeerd te zijn en gat daarna een t;nuW rapport aan de hand van inlich- La®eri> hem door deskundigen verstrekt. a aruit concludeerde hij, dat het onver- Vnlw°ordelijk is het werk voort te zetten. le ®ehs de Geologische Stichting te Haar- Wra, zit er vermoedelijk zand onder het PleoK en het Laboratorium voor grond- Vhid a wensta geen proeven te doen, ticuv^it uiterst riskant is. Ook een par- Wi]-] re firma, tot wie men zich wendde. y geen opdracht aanvaarden. U, °°rts heeft de heer Luiting te Alk- hie5r, die een deskundige is op het ge bitin Van bchten en bergen, hls zijn me- Piov v6 kennen gegeven, dat berging niet teJ? .ik is. Vast zou ook staan, dat de We^iache uitrusting, zoals die nu aan tip is. (de werkput) te enenmale onvol- Zqu is en voor nieuwe voorzieningen een emissie van honderdduizend gul- 5 Podig zijn. strif heer Nibbring wees ook op tegen- Wai verklaringen omtrent de plaats, Vi ar bet goud zich in het schip zou be- QeP. Zeer waarschijnlijk is het schip zwaar beschadigd door de torpedo en het zeewater. Daarna sprak de heer W. van Wienen als bergingsdeskundige. Hij beweerde, dat de „Renate Leonhardt'' niet op een klei laag zit, maar onder drijfzand is bedol ven. Het is daardoor z.i. absoluut onmo gelijk een duiktoren te verankeren. Tegenover deze opvattingen plaatste de heer Visser het standpunt van de marine duiker v. d. Schans, die in 1948/49 een vooronderzoek had ingesteld. Zijn afme tingen klopten met de tekening, die men van het schip had. Ook het Waterloop kundig laboratorium keurde de idee van een toren goed, mits deze stevig gebouwd werd. Ir Ringma, hoofdingenieur van de Rijkswaterstaat, ging er eveneens mee accoord, doch had bezwaren tegen de betonnering van do kegel, welke de heer Visser deelde. Een felle discussie ontstond tussen de heer Van Wienen en de heer Visser, waarna mr Krijgsman, bestuurslid en commissaris, de zaak scherp wilde stellen en de hele opzet onverantwoordelijk noemde, waarvoor geen cent uitgegeven had mogen worden. De heer Van der Windt, Rotterdam, wil de als medeslachtoffer wel verklaren, dat deze vergadering twee jaar te laat is ge houden. Nu pas weet men, hoe de vork aan de steel zit. Tot de heer Visser richt te hij het verwijt, aan iemand bij diens trouwen geld van de coöperatie te hebben geschonken. „Omdat hij me belangrijke inlichtingen over het schip verstrekte" verweerde de heer Visser zich. Mr De Rijk ging uitvoerig de geschie denis van de „Renate Leonhardt" na en betoogde, dat het heel niet zeker is, dat het in Rotterdam ingeladen goud bij de torpedering in Texel nog aanwezig was. Het schip had inmiddels in Amsterdam gedokt. De heer Kuik uitte zijn misnoegen over allerlei declaraties en uitgaven voor ge voerde processen, waarvoor hij zijn goede geld niet gegeven had. Geroepen werd, dat het goed zou zijn, IS GOED. wanneer beslag op de kas werd gelegd, gezien een declaratie van mr Krijgsman van 950 over 14 dagen, terwijl de secre taris-penningmeester de laatste drie maanden 5 a 6000 gulden zou hebben geïnd. Beide beschuldigden verdedigden zich met een beroep op een genomen be sluit, waarbij ook de heer Visser aanwe zig was, dat zij, zolang er geen tantième regeling was, een vergoeding van eerst 7 en later 4 per uur zouden ont vangen. Bovendien hadden zij verblijf kosten te maken. „Maar u hebt ook een bedrag van 950 nog onlangs van de bank gekregen", werd de heer Krijgsman toegevoegd, toen hij het had over hoogstens 4 500 gulden. „De heer Visser weet, wie het bankbriefje heeft". Zoals gezegd, trok de heer Visser aan het langste eind en hij dankte voor het vertrouwen. Hij was overtuigd zijn doel te zullen bereiken en later deelde hij ons desgevraagd mee, dat men wanneer enige voorzieningen getroffen zijn, waarmee een dag of tien gemoeid is, met een maand zal kunnen uitvaren. Wij zijn benieuwd, hoe lang deze goud koorts nog zal duren. De heer Van der Windt zei ons, het plan te hebben een Vereniging te stichten tot behartiging van de belangen der leden, waarvoor hij talrijke adhaesie-betuigingen in zijn zak had. Dat het ter vergadering heet zou toe gaan. was tevoren wel te voorzien ge weest. Daarom had de heer Visser reeds uit voorzorg aan de gemeentepolitie te Utrecht verzocht om in de vergaderzaal aanwezig te zijn. Vijf rechercheurs onder leiding van een adjudant zaten ter voor koming van incidenten achter in de zaal, maar tot ingrijpen behoefde het niet te komen. De afgelo.pen nacht zijn de bewoners in het centrum van Den Burg, op Texel, opgeschrikt door een heftig kabaal van vechtende en schreeuwende jongelieden. Een tiental arbeiders, werkzaam bij de in aanleg zijnde waterleiding, en een tiental militairen van het amphibie-oefen- kamp De Mok. die te veel aan Bacchus hadden geofferd, waren slaags geraakt. Een der militairen rukte een richting aanwijzer van een truck en ging daarmee drie tegenstanders te lijf. Toen er rijkelijk bloed vloeide, riep een der in nachtge waad op straat gekomen burgers: „politie" Dit was het sein voor de vechtersbazen de strijd te staken. De militairen vluchtten in een vrachtauto kampwaarts. waarna dP tegenpartij eveneens afdroop. Verscheidene inwoners hadden ge tracht de politie te bereiken, maar de telefoon werd niet van de haak genomen. (Van onze correspondent) De twee Hengelose meisjes die sinds Zondagmiddag werden vermist, zijn weer terecht. Zij werden gistermiddag door de Deventer politie aangehouden en op transport gesteld naar Hengelo. De meisjes waren Zondag op avontuur gegaan Met een fiets vertrokken zij naar Almelo, alwaar ze de nacht van Zondag op Maandag in de buitenlucht hebben doorgebracht. Maandag werd naar De venter gereden, waar de meisjes naar kennissen van een van haar aan de Lek straat zijn gegaan. Zij werden hier har telijk ontvangen en omdat ze vertelden en kele snipperdagen te hebben opgenomen voor het houden van vacantie wekte dat geen argwaan. Een krantenbericht over de vermissing was echter de oorzaak, dat het avontuur een einde nam. De meisjès gingen er vandoor, toen zij van het be richt hoorden maar de politie wist ze te achterhalen. (Van onze correspondent) De rechtbank te Breda behandelde gis teren een ingewikkelde zaak van zwarte verkoop van gronden, waarbij de drie broeders v. M. en hun zuster waren be trokken als verkopers en vijf boeren uit Baarle Nassau als kopers. Teneinde van de Grondkamer toestemming tot de ver koop te krijgen, hadden verdachten een notariële acte doen opstellen met een fic tief bedrag. Dit was oorzaak, dat de Offi cier hen tevens liet vervolgen voor over treding van art 227 (Vervalsing van au thentieke acten). Een stuk grond van 7.000 werd verkocht voor 18.600, een van 2.625 voor 7.437, een van 5.234 voor 14.154, een van 6.535 voor 20.113 en een van 2.142 voor 6.846, De grond maakte deel uit van een erfe nis, die de kinderen v. M. hadden gekre gen van hun overleden vader, die in het gebied van Baarle-Nassau een groot stuk grond tot ontginning had gebracht en later verplicht was geweest dit broksgewijze te verpachten. De pachtboeren hadden graag de overeengekomen koopsom aan de eige naars betaald terwijl voor deze laatsten alleen onder die condities een verkoop in teressant was. De Officier wilde geen ge bruik maken van zijn recht om gevange nisstraffen, gaande tot maximum zes jaar te eisen, omdat hij van mening was, dat de hier gedane valse opgave in de ver- koopacte, niet direct de indruk gaf van opzettelijke valsheid in geschrifte. De eis luidde: Tegen A. T, v M. (2 verkopen), eiste hij 3.000.of 30 dagen, tegen de andere broeders en de zuster, ieder 2.000.of 30 dagen. Tegen de boeren liepen de eisen van 250 tot 750. De verdediger mr Drion, was van me ning, dat deze zaak thuis hoorde voor de economische rechter. Het is de eerste maal, dat hiervan afgeweken wordt en hierin ligt een onrechtvaardigheid tegen over de verdachten. De feiten zelf zijn eigenlijk alledaags, aldus pl., alleen wor den ze slechts van tijd tot tijd ontdek*. Het betreft hier eigenlijk een ruil met wederzijdse volledige instemming, die wordt ingegeven door de affiniteit van be langen van de verkopers en de pachters van hun gronden, die anders de kans lo pen dat de grond die voor hen practisch onmisbaar is, aan een ander zou verkocht worden. Er zijn tal van deze zaken, die reeds ja ren lopen en waarvoor men nooit een op lossing heeft kunnen vinden. De verdedi ger vroeg dan ook, dat de rechtbank een veroordeling zou uitspreken in overeen stemming met de gebruiken voor de eco nomische rechtbank. Na beraad sprak de rechtbank volgend vonnis uit: Voor de verkopers: A. v. M. 3.000.— of 60 dagen, A. A. v. M. 1.500.'of 30 dagen. A. T. v. M. 4.000.— of 90 dagen, G. v. M. 2.500. of 50 dagen. Voor de kopers: A. v. B. en F. K. beiden 500.of 25 dagen, A R. 200.of 20 dagen, C. T. en J. v. d. B. beiden 750.of 30 dagen. De Oostenrijkse Kamer voor Genees kunde (het Genootschap van Dokters) zal vóór het einde van deze maand een sta king van twee dagen, waarvan de datum van ingang nog geheim is, uitroepen uit protest tegen een voorgestelde zieken fondswet. De datum van de staking zal niet tevo ren bekend gemaakt worden om tegen maatregelen te verhinderen. De dokters zullen tijden« de stakinge wel beschik baar zijn voor noodgevallen De dokters verklaren, dat de zieken fondswet geen vrije dokterskeuze door patiënten Zal toestaan. Ook zijn zij niet tevreden met de voorgestelde salariëring. De ongeveer tien eeuwen oude abdij kerk te Elten heeft in de jongste wereld oorlog een zware slag te incasseren ge had. Het artillerievuur van de geallieer den heeft het fraaie bouwwerk zwaar ge troffen en er voor een groot deel een ruïne van gemaakt. Thans zijn er plan nen gereed voor de algehele restauratie. Deze plannen zijn opgesteld door de Nij meegse architect ir Deur en Dill. Ing. Kosters te Münster. Reeds kort na het einde van de oorlog begon de kasteelheer van Bergh, de heer J. van Heek, een actie om tot restauratie te komen. Zijn plannen werden doorkruist door de grenscorrectie van 1949, doch enige tijd daarna werden er plannen ge maakt voor een definitieve restauratie. Vooral doordat ook bij het bisdom Mün ster ontwerpen waren opgesteld. Een samenbundeling van krachten heeft tot gevolg gehad, dat het algehele herstel een feit gaat worden. Bovengenoemde architecten hebben er naar gestreefd een stuk van de oor spronkelijke architectuur tot nieuw leven te wekken. De Zuidelijke zijbeuk, die na oorlogshandelingen in 1585 niet werd her bouwd, zal thans in de oorspronkelijke Romaanse stijl herrijzen. In oude schet sen van Vickeboom, door de nog bestaan de grondvormen van dit schip en door het doen van opmetingen had men een behoorlijke grondslag. Het priesterkoor zal het aanvankelijke gothische karakter behouden. Het middenschip en de zijbeuk worden eveneens onder handen genomen, terwijl de restauratie van het oude orgel al belangrijk vordert. Begonnen zal worden met de Noorde lijke zijbeuk, die er nóg het beste aan toe 's. Men zal in hoofdzaak gebruik maken van tufsteen en baksteen. Dc onderhandelingen met het Rijk met betrekking tot het subsidiëren van de stichting toneelgroep Theater" op de zelfde basis als de drie grote westeitjke gezelschappen, z(jn met succes bekroond. Een gevolg van deze gelijkstelling is, dat het rijkssubsidie wordt verhoogd van 87.500 tot 105.200. Aangezien voorts de drie westelijke ge zelschappen hebben besloten het aantal te geven voorstellingën belangrijk te ver minderen, nl. met 180, en ook Gelder land daarvan de gevolgen zal ondervin den. heeft „Theater" gemeend de aldus •.vrijkomende'' voorstellingen in het Oos ten van het land te moeten opvangen. Het aantal voorstellingen dat .Theater'' in het komend seizoen in dit deel van het land zal geven, zal mede daardoor met een 40-tal stijgen. Uiteraard is dit. gezien de ook voor Theater" reeds bestaande overbelasting van de spelers, slechts mogelijk door uit breiding van het aantal acteurs en ac trices. De hiermee gepaard gaande ver meerdering der kosten zullen echter niet uitsluitend kunnen worden bestreden uit de verhoging van het rijkssubsidie. Het stichtingsbestuur van „Theater" heeft zich dan ook genoodzaakt gezien opnieuw om verhoging bij de provincie Gelderland aan te kloppen. Van deze zijde wil men nu het subsidie voor dit jaar verhogen met 7.557. Ook de provincie Overijssel is gevraagd het subsidie te willen verhogen Gedeputeerden van deze provincie heb ben hierop gunstig geadviseerd. Het aantal voor het komend seizoen door „Theater" te geven voorstellingen zal in totaal 410 zijn. Voor 360 voorstellingen zal gereisd moeten worden, zodat, naar ook becijferd is. de spelers in totaal glo baal 54.000 km zullen moeten afleggen. Ook de uitvoering van neventaken heeft ..Theater" met kracht ter hand ge nomen. In het komend seizoen zullen schoolvoorstellingen voor de leerlingen van middelbaar en voorbereidend hoger onderwijs gegeven worden. De thans in gediende begroting van „Theater'' sluit in inkomsten op 342.100, in uitgaven op 612.617. Derhalve is er een geraamd te kort van 270.517. Voor dekking van dit tekort heeft het stichtingsbestuur reeds een plan opgesteld, waarin rekening wordt gehouden met een verhoging van het pro vinciaal subsidie thans tot 42.600. Ver trouwd wordt, dat door het nieuwe fi nancieringsplan een gezonde financiële ba sis zal worden verkregen. Michael Curtiz, dc regisseur die vaak knap werk levert, maar die hoveual zijn kracht zoekt in een onderhoudende verteltrant, heeft het amusante toneelstuk van Albert Husson „La Cuisine des Anges", destijds in de vertaling van Cor Ruys opgevoerd door „Het Vrije Toneel" onder de uitstekende titel „Engelen zonder vleugels", voor de cameralens gebracht. In Vista Vision en in technicolor heeft Curtiz een vrije versie van het toneelstuk gemaakt. In het bewerken van literatuur is Michael Curtiz al danig geschoold. Van James M. Cain nam hij „Mildred Pierce", van Dorothy Baker de biografie van de jazz-trompettist Bix Beiderbeck in „Young man with a horn en onlangs nog van Mika Waltari „The Egyptian" onder schot. Hemingway's „Io have and have not" heeft hij, na Howard Hawks cu Huston, eveneens in een film behandeld. Oorspronkelijke scenario's heeft Micha el Curtiz nauwelijks aangeraakt. En met deze vaststelling wijst men direct op een zwakke plek in het oeuvre van deze cine ast. die haast in alle studio's ter wereld heeft gewerkt, voordat hij voorgoed naar Hollywood vertrok. Het bewerken van li teratuur voor de film heeft ontegenzeg lijk commerciële voordelen. Men weet reeds, hoe het publiek heeft gereageerd 1 nEngelen zonder vleugelsin volle actie om de familieproblemen, ""nee zij zijn geconfronteerd, op te lossen. Beeld uit de nieuwe kleurenflim van Michael Curtiz. Maar eerlijkheidshalve mogen wij niet verhelen, dat Curtiz heeft bewezen een knap regisseur te zijn. In 1943 verwierf hij terecht een Oscar voor zijn regie van „Casablanca". In ieder kunstwerk vindt men iets of soms zeer veel van de maker terug. Michael Curtiz, in Budapest geboren en via heel Europa eindelijk in Amerika aan gekomen, zoekt met voorkeur onderwer pen, die een zeker internationalisme ver tonen. Of het nu een sociaal getint on derwerp is („Mission to Moscow"), of een avonturenroman („De Zeehavik") dan wel een broeinest van internationale ver wikkelingen tijdens de laatste wereldoor log („Casablanca"), steeds weer kan Mi chael Curtiz zich uitleven in het weerge ven van een verschillend soort mensen type, waardoor hij een bepaalde sfeer in zijn films krijgt. En deze milieuschilde ring is kostelijk in „We're no angels", die speelt op Cayenne, waar drie bagno boeven zijn losgelaten op een Franse fa milie, die uit Le Havre is geëvacueerd, omdat de zaken er niet zo bijster goed gingen en die door een familielid van een faillissement is gered op voorwaarde, dat zij in Cayenne een toko begint, volledig onder curatele van deze neef. Het gezin Ducotel bestaat uit vader Félix, een op timist, moeder Amélie. die realist is en dochter Isabelle, een dweepziek meisje, dat verliefd is op de neef van haar oom, maar die deze liefde onbeantwoord ziet en daardoor in haar verlate puberteit nogal romantiserend op deze mislukking reageert. De zorgen is de toko op Cayenne zijn van tweeërlei aard: financiële en persoon lijke. Financieel omdat Félix geld heeft gegeven aan een jongeman, die ergens in het Oosten zaken begint, waardoor de winkel momenteel te kampen heeft met het eeuwige liquiditeitsprobleem, waar aan veel kleine middenstanders te gron de gaan. Maar de andere zorgen zijn minstens even hevig. De neef van Félix komt n.l. onverwacht op zakencontröle en de boeken kloppen niet. Uit het bagno zijn echter drie boeven ontsnapt in de toneelversie verrichten zij werkzaamheden aan het dak van de toko, zoals dat gebruikelijk was in de ja ren twintig die de reddende engelen worden van de familie Ducotel. Zij zijn experts op het gebied van boekverval- sing, het openen van brandkasten en het laten verdwijnen van lieden, die om een of andere reden niet gewenst zijn. Zij schieten te hulp en doen dit op een origi nele en amusante wijze. Humphrey Bo- gart, Aldo Ray en Peter Ustinov zijn de ze drie boeven. Maar geen gewone huis-, tuin- en keukendieven. Neen, zij hebben zich een naam verworven in de wereld van de misdadigers, waarop zij trots zijn. Hun beroepseer verplicht hen de familie te hulp te komen en zo ziet men dan, hoe dit nogal lugubere drietal alles doet om de zorgen te laten verdwijnen. Wat Michael Curtiz in de filmversie van dit Franse toneelstuk goed heeft we ten te treffen, is de humor, waarmede de ze „Umwertung aller Werte" zich vol trekt. De broeierige atmosfeer van Cayen ne is in kleuren weergegeven, de geuren van de peper worden ons gespaard, zó realistisch is deze film nu ook weer niet. Wat een Pagnol met „Manon des Sour ces" heeft weten te bereiken: dat men als het ware de knoflook rook, heeft Michael Curtiz niet weten te presteren. Maar de kleuren geven toch iets van de drukken de atmosfeer en het beeld blijft scherp, ondanks de zinderende hitte. In feite heeft Albert Husson met zijn toneelstuk de draak gestoken met de mis daad. Men kan „We're no angels" verge lijken met „Het witte schaap van de fa milie" en „Arsenicum en oude kant". Michael Curtiz heeft in Capra-stijl een amusante film gemaakt die naast het genoemde drietal als bagnoboeven ook weer eens Joan Bennett op het witte doek brengt. Maar dit laatste is niet de belangrijkste reden waarom wij u aanra den deze film te gaan zien. Bu. (Van onze Haagse redactie) In het Haagse Asta-theater is gister middag voor genodigden vertoond de Ve nezolaanse documentaire „Dinamica de un ideal" (een ideaal wordt werkelijk heid), die onder auspiciën van de ambas sade van Venezuela in openbare verto ning zal komen in de drie grote steden. De bedoeling is, dat deze kleurenfilm, die ruim één uur duurt, een beeld geeft van de ontwikkeling van Venezuela in 1953 en 1954. Daar er geen onderschriften zijn in het Nederlands, gaat voor degenen, die geen Spaans verstaan, veel van de strek king verloren. De kleuren in deze film zijn zeer goed, maar het scenario is te weinig afwisse lend en origineel om van begin tot einde te kunnen boeien. 7? Albin Stoda, een jonge Weense acteur, als Hitler in de film „Vu laatste akte". Een Oostenrijkse film, die de laatste dagen van Hitler in beeld brengt, is ge kozen voor de openingsvoorstelling van het jaarlijkse Filmfestival, dat Zondag a.s. in Edinburgh begint. De film. getiteld „De laatste akte", is geschreven door Erich Maria Remarque. de auteur van ,.Im Westen nichts Neues" Naar documenten, die bij het proces te Neurenberg als bewijsmateriaal hebben gediend, vertelt de film de geschiedenis van Hitler's ondergang en zijri laatste tien dagen in Berlijn. De rol van Hitier wordt gespeeld door Albin Stoda, een jonge Weense acteur, die sprekend op Hitier lijkt. TjMGENLIJK kwam de vraag wel wat overrompelend: „Is er niet iets prettigs te schrijven over de Re demptoristen, die binnenkort het honderdjarig bestaan van hun /Ne derlandse provincie vieren?" Het woord „prettig" heeft een bepaalde gevoelswaarde en de Redemptorist is een tamelijk wel omschreven gege ven, maar de combinatie van beide behoort nog niet tot het ingeburgerd taalgebruik. Menig lid van deze ver dienstelijke congregatie zou zelfs niet uit overschatting menen, dat „pret tig" het epitheton ornans is van zijn kloostergemeenschap. De Redemptie zoals ze wel eens heet bij de sae- culiere geestelijkheid dient zich niet direct aan als een object van prettige beschrijving, maar dit is niet zo erg, want het geldt evenmin van andere orden of congregaties. Toch is er wel iets meer gaande met die onwennige verbinding van prettig en Redemptorisme; men zou haast zeggen, dat zij nog minder in aanmerking komen voor een plezie rige kwalificatie dan andere religi euzen. Heel gemakkelijk roept de naam van de feestvierende Alfonsus- zonen de gedachte op aan een onloo chenbare sfeer van ernst, die ze nu eenmaal rondom zich verspreiden, soms zelfs met een zeker talent. De hoge, witte boord is blijkbaar een automatische verklikker geworden van hooggestemde ernst. Wanneer in het burgerlijk leven de man der wet verschijnt, dan verstommen al aanstonds heel wat luidruchtigheid. Ook al weet men, dat die man er in zijn privé-leven enkele joviale ideeën op na houdt. De Redemptorist schijnt in som mige sectoren van het godsdienstig leven een achting te genieten als bovenstaan de man der wet, met deze bijzonderheid dan, dat hijzelf soms 'n gewijde luidruch tigheid opbrengt, die hij zeker niet van vreemden heeft. Men heeft deze ernsti ge sfeer op allerlei wijzen getypeerd: sommigen noemen het een voordeel, an deren een nadeel, sommigen spreken van een aanwendsel en anderen van een cha risma, of een schutkleur. Het zal we) hierop neerkomen, dat het met al deze dingen iets te maken heeft en dat de ty pering verschuift naargelang personen en omstandigheden. EIGENLIJK zou men verwonderd moe ten zijn, wanneer het redemptoris- tisch optreden niet van huis uit en dus bij traditie gekenmerkt was door de ze constante ernst. De taak immers die ze van hun stich- Alfonsus meekregen was er een van dodeiyke ernst: de mens, in het b^zonder de verlaten mens herinneren aan de no- vissima, aan die uiterste dingen, waaraan het leven zyn zin ontleent. En met de G"/ A S't -•//.' //■-/ ós. A//y - S Het bidprentje van pater Bernard Haf- kenscheid (18071865), de Redemptoris tenpater die het grootste aandeel had in het apostolaat der volksmissies en die de centrale figuur geweest is van de orde. tigheid van de kleding onzer grootmoe ders ook niet uitvechten op de rug van de kleermakers uit die tijd: men vroeg er immers om. Vraag en aanbod zijn niet alleen economische werkelijkheden, maar dringen zelfs door op de markt der gees telijke dingen. De gelovige heeft een tijd gekend, dat hij graag hardhandig werd aangepakt bij het betreden van de weg der deugd. Om tot de hedendaagse kerkganger te rug te keren, hij merkt heel goed, dat er een andere sfeer heerst, minder zwa re bewolking en dat de vuuroven van bin nen koeler is, alsof er een morgenwind waait. Hij voelt wel, dat er iets zich aan het omzetten is en nog meer dan de kerk ganger dit doet, zal de predikant zelf, als hij ogen en oren openhoudt, besef fen, dat er nu een andere intonatie ver wacht wordt bij het verkondigen van de zelfde waarheid. Evenals vroeger is er nu weer die wisselwerking tussen preek stoel en kerkbank. De mensen verwach ten wel niet, dat de verkondiging van het geloof ooit zal gegoten kunnen worden in de vorm van een prettig verlopend betoog maar waarschijnlijk wel, dat de verkon diger er niet méér eigenmachtige bewo genheid aan zal toevoegen dan de ernst van de zaak vereist. Dat dit een kwestie is vooral van inkleden en presenteren en niet zozeer van inhoud is wei duidelijk. groeiende geestelijke verlatenheid, waar in onze cultureel en technisch overge- meubileerde wereld leeft, is het providen tieel, dat een plattelandsonderneming voor bergvolk in Scala tot een type van prediking is geworden, dat past op de noden ook van deze tijd. Nu ligt het voor de hand, dat predi kers, die voortdurend de dingen van 's mensen uiterste dag hanteren, noodzake lijkerwijs tot ernst en bezinning gedwon gen worden en dat ze zich in dit forse klimaat thuis voelen. Een schipper op de grote vaart heeft andere belevenissen en reacties dan de buurtschipper, al is het water hetzelfde element. Dat de Redemp torist vanuit zijn speciale taak ook een houding meekrijgt, die daaraan paral lel loopt, is nog niet eens zo onverdien stelijk. De anecdote of het misverstand en dus de misgreep begint daar, waar men optreden en opdracht van elkaar scheidt: en dat geldt zowel voor hem die de prediking aanhoort en daarom beoor deelt, als wel voor de predikant zelf, wan neer hij zich geen rekenschap geeft van de gewijde verbondenheid van taak en optreden. Wanneer het optreden om wil le van zichzelf indrukwekkend wordt ge maakt, maakt de ernst geen indruk meer. Van die kant bezien is het voor de in sider niet eens zo eenvoudig en voor de buitenstaander niet eens zo aanlokkelijk om Redemptorist te zijn. Laten beiden eraan denken, dat er al eeuwen lang pro feten zyn geweest, die Jahweh ontliepen omdat ze de boodschap van Zijn ernst niet durfden doorgeven. OPVALLEND is, dat men bij de trou we kerkganger tegenwoordig dik wijls herinneringen hoort ophalen a;jn een generatie van Redemptoristen, die men gemakshalve als „de paters van vroeger" betitelt. Als iets herinnering wordt, dan is het bewijs geleverd, dat het aan het verdwijnen is. Bij die mensen gaat het dan altijd over een onderscheid tussen de predikant van toen en van nu. Deze opmerking komt teveel voor om toe vallig te zijn. Het kerkvolk dat aan pre ken gewend is, heeft een onmiskenbare „feeling" voor het type van een preek Al formuleren ze het niet nauwkeurig, men merkt heel goed, dat die kerkgangers bij de hedendaagse redemptoristische prediking iets anders gewaar worden. In dit verband worden graag als te genstelling verhalen gedaan over de „viri famosi" van de missiepreek, die alleen al in hun manier van zich be kruisen het verre gerommel van een naderend Godsoordeel lieten vernemen Zo'n preek had iets van een natuur ramp, een orkaan met vlagen wind en regen, vergezeld van het onheilspellend weerlichten van sombere bedreigingen. De missie was zo iets als een gerekt verblijf in de gloeiende vuuroven, met dit verschil dat het gezang der drie Jonge lingen pas aangeheven werd tegen de tijd, dat de beproeving voorbij was. Maar hoe dan ook, het was in ieder geval, juist als met de Jongelingen, een luid keels zegenen van de Heer. omdat Zijn barmhartigheid eeuwig is. Want de mild heid van Gods barmhartigheid was even trouw het slot van deze vuurproef, als de gerechte toorn er het begin van vorm de. Men kan de grote mannen van die tijd zeker niet aanwrijven, dat ze half werk deden en de mensen onder een donkere lucht achterlieten. Laat men daarom de boetepredikers van toen er niet over las tig vallen: zelfs in de nieuwe theologie en in de nieuwere prediking blijven de uitersten van de mens een kwestie van klemmende ernst. Bovendien wordt zo gauw uit het oog verloren, dat een be paalde tijd ook op een bepaalde manier leeft en beleeft. We zullen de stijve sta- DE welmenende leek constateert dit heel bereidwillig, wanneer hij zegt, dat de Redemptorist tegenwoordig anders preekt dan vroeger het geval was. Maar diezelfde leek zal ook begrijpen, dat men zo maar niet ineens alle ba kens tegelijk kan verzetten, want dan weet men zo gauw niet meer waar de vaar geul loopt. De metamorphose, die men opmerkt, is geen kwestie van een hand omdraai, maar wei van reflexie, die tijd nodig heeft; een reflexie die des te moei lijker is, naarmate men steeds het blij vende van het voorbijgaande moet onder scheiden. Een ding is wel zeker, nj. dat geen enkele tijd ooit aan de redemptoristische prediking mag ontnemen, dat het in de grond een prediking van ernst is. Mis- kotte heeft de prediking een waagstuk genoemd en dat gaat bijzonder op voor degenen, die bestemd zijn om de geeste lijke risico's te onderstrepen van elk men senleven, waarvan de inzet een eeuwig heidskwestie is. Prediken noemt hij „een vurig ijveren en trachten raak te schieten, in blind vertrouwen, dat God de pijl richt" en „een openhouden der handen in bevende maar stellige verwachting, dat God daar in vloeien doe het levende Water, om het zo in diezelfde handen, zonder morsen, te dragen tot de gekwelde mensen''. Raak schieten vraagt een behoorlijke beslistheid van optreden, levend Water dragen een even grote voorzichtigheid. Deze twee gaven, die niet zo gemakke lijk samen te realiseren zijn, mogen de Redemptoristen bij het waagstuk van hun prediking sieren, ook over de tijdspanne van dit eeuwfeest heen. B K Wie de enigszins dramatische tekst doorleest van de gelofte, die de Ameri kaanse militairen voortaan moeten af leggen, wordt voor een ogenblik weer eens op indringende wijze geconfron teerd met de gevolgen van een mor bide methode, de z.g. „brainwashing" of „hersenspoeling". Hoewel niet ge heel onbekend vóór de tweede wereld oorlog (Van der Lubbe 1933?) is deze methode eerst in de laatste jaren op ontstellende wijze aan het licht geko men. Toen cocktail-parties en „peaceful coexistence" nog geen populaire ele menten waren in de Kremlin-tactiek, werd „brainwashing" op grootscheepse wijze toegepast in de processen, die ter consolidatie van het IJzeren Gordijn werden opgevoerd in de satellietlanden. Wij behoeven slechts te herinneren aan kardinaal Mindszenty en de „Titoisten". Dit alles betrof voornamelijk burgers. In de militaire wereld waar men merkwaardigerwijze wat meer de hand placht te houden aan een ere-code is de „brainwashing" thans ook doorge drongen. Het recht om propaganda en zelfs intensieve propaganda te voeren onder krijgsgevangen vijanden zal niet snel worden ontkend. De „zwakheid" van honderden geallieerde krijgsgevan genen van de Koreaanse oorlog, heeft echter aangetoond, dat de Chinese ci piers dit recht op een monsterachtige wijze „interpreteren". Met zijn gezag als oprecht president en als onkreukbaar militair heeft Eisen hower thans de aflegging van de gelofte gelast, die de Amerikaanse militair tot nadenken zal stemmen over wat hem, als de nood aan de man komt te wach ten kan staan. Men hoopt dat andere vrije landen het Amerikaanse voorbeeld zullen volgen. Ook al zijn de conventies van Genève aangenomen (communistische landen deden het onder voorbehoud), het is goed te bedenken, dat de tijd van de fabels over de door de vijand gerespec teerde „krijgsmanseer" voorbij is. Zeg de militair gerust, hoe het in gevangen kampen volgens internationaal recht zou moeten zijn. Zeg hem echter ook hoe het realiter is Psychologische voor bereiding in dit opzicht is geen luxe. De gevolgen van zwakheid en afval in een gevangenen-gemeenschap zijn de sastreus. En het moge soms anders schijnen uiteindelijk kent een tota litair systeem geen mededogen.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1955 | | pagina 3