Christelijke opvoeding onvervreemd
baar recht van Ouders en Kerk
Wiener Burgtheater herrees
Uitstekende vertoning bij Ned.
NEDERLAND LEEFDE MEE
VIA HET TV-SCHERM
a
Verschijning van de Pauselijke Encycliek
herdacht in Utrechts Kathedraal
„Huis, tuin en keuken
NIEUW PROGRAMMA VAN
WIM SONNEVELD
PRO.F. DR A. SMIJERS 25 JAAR
HOOGLERAAR
,De keizer van Amerika' van G. B. Shaw
MAANDAG 17 OCTOBER 1955
PAGINA 5
Mgr Alfrink: „Deze principiële uiteen
zettingen gelden voor alle tijden"
Rechten en plichten der
ouders
Nederlandse gasten bij gala-avond
Voorlopig Nationaal
Oudercomité opgericht
Nieuwe bisdommen reeds
vertegenwoordigd
Bruiloftsmarsen en
Ave Marias uit kerk
gebannen
Nieuw K.R.O.-duo
Brief uit Londen vroeger
in de aether
Niet voor de kijkers bestemde woorden, die
aller harten verwarmden
Bu.
(Van onze Utrechtse redacteur)
Hoe ineer de jeugd verstoken blijft van een doordrongen worden van
christelijke levensprincipen, des te nreer schade brengt men baar toe en
des te meer gevaar ook voor de christelijke, ja voor de menselijke samen
leving.
Waartoe jonge mensen in staat zijn, die zonder Christendom en zonder
God worden groot gebracht, heeft het nazisme ons voldoende leren zien.
Wanneer men God en Christus uit het hart van de jonge opgroeiende mens
wegrukt of verhindert, dat God en Christus van de geest van de opgroeiende
mens bezit kunnen nemen, wordt het gevaar groot, dat de mens eigen
waardigheid en eigen plichten gaat veigeten; des te groter wordt daarmede
de kans, dat hij een gevaar jvqrdt vooi zijn evenmens en voor de samen-
levin*.
Wie een goed christen is, is een goed mens en een goed lid van de
menselijke samenleving.
Wie echter het Christendom mist en jod niet kent, kan wel een goed
burger zijn, maar hij loopt gevaar in een geestelijk nihilisme te vervallen,
dat de bron kan worden van allerlei maatschappelijk verval".
Deze woorden sprak mgr dr B. J- A rink, administrator apostolicus van
het aartsbisdom, in zijn predikatie tijdens de pontificale H. Mis, die
Z. H. Exc. gistermorgen in de kathedraal van Utrecht opdroeg ter her
denking van de uitvaardiging 25 jaar geleden van de encycliek „Divini
illius Magistri".
giek0 vankrtode 8n» dit wanbegrip is de tra
die iedei-o' ,ÜL ^^krne wereld zonder God,
ipn cbnstenmens ter harte zal moe-
welkP ffIkp£!a,?,r.die teyens duidelijk maakt,
Het was in de dagen van het Italiaanse
fascisme, dat Paus Pius Xt deze encycliek
ïehreef over de christelijke opvoeding van
a» jeugd Z.H. zag hoe in die dagen de
nnoermachtige en alleen-machtige staat
Wlas legde op de jonge mens om hem
dienstbaar te maken aan het systeem. De
taak van de Kerk bij de opvoeding van
de jonge mens werd ontkend. Zelfs het
gezin en de rechten van de ouders bij de
opvoeding van eigen kinderen werden op-
ZijMger weirerop, dat in de encycliek het
wezen van een christelijke opvoeding werd
uiteengezet en principieel de rechten in
dezen omschreven van de ouders, van de
Kerk en van de staat. De encycliek spreekt
van de plichten en de taak van de ouders
en van het gezin bij de opvoeding van het
kind tot volwassen christen-mens; zij
snreekt van de taak van de school, van
bat onvoldoende van een neutrale school
nci- In van Hp
örristefiikp6 kl°°f er kan gapen tussen een
°,rle opvoeding en een zuiver men-
&ke,.0PV0,eding ^nder God
p„'° katholieke vader en moeder zullen
Hai i? moeite er voor willen doen,
u,, nun kinderen alles meegeven, wat
staat en stand mankt tot nuttige
en goede .eden van de menselijke samen-
eving Hierin bestaat geen verschil tus
sen gelovige ouders en mensen zonder ge
loof. Maar daar bovenuit en vóór alles
gullen een christelijke vader en moeder
hun kinderen willen opvoeden tot kinderen
Gods, die als zij volwassen zijn geworden
hebben geleerd met God te leven en goede
christenmensen te zijn. Naast en boven
de zorg voor alle natuurlijk goed en wel
zijn staat voor hen de zorg voor het bo
vennatuurlijk en geestelijk welzijn van
hun kinderen.
Daarom is een katholieke opvoeding,
ondanks het vele gemeenschappelijke
met anderen, in wezen iets eigens, iets
dat men hoeveel men ook van an
dersdenkenden kan leren tenslotte
alleen van gelijkgezinden kan ontvan
gen. Een opvoeding, die in alle details
is doortrokken van de katholieke visie
op het leven en op de mens. De chris
telijke opvoeding van de kinderen is
dan ook vóór alles de taak van de
ouders, die aan hun kinderen hun eigen
lichamelijk beeld voor het leven heb
ben meegegeven en die evenzo geroe
pen zijn om van hun kinderen hun gees
telijk evenbeeld te maken. En met de
ouders samen is het de taak van de
Kerk, die door het H. Doopsel de mens
ter wereld brengt als kind van God en
die wij daarom vereren als onze moeder.
De Kerk en de ouders werken samen bij
de christelijke opvoeding van de kinde
ren. De meest ideale vorm van katholieke
opvoeding is een gezonde samenwerking
van de ouders en van de Kerk. Als de
ouders te weinig kans geven aan de Kerk.
loopt de katholieke opvoeding gevaar; en
als «ij de opvoeding teveel en te uitslui
tend aan de Kerk overlaten en niet zelf
door woord en voorbeeld de kinderen de
ware weg des levens leren, bestaat er
evenzo gevaar voor de katholieke opvoe
ding van het kind.
V erantwoordelijkhe'ul
der ouders
De encycliek komt heel sterk op voor tie
onvervreemdbare rechten van de ouders
op de opvoeding van hun kinderen, maar
zij spreekt ook van de onvervreemdbare
verantwoordelijkheid van de ouders ten
aanzien van de opvoeding van hun kin
deren.
Mgr besloot zijn predikatie met de bede,
dat de Geest van God alle ouders zal ver
lichten en sterken om naar de Kerk te
luisteren en samen met de Kerk hun kin
deren groot te maken als kinderen van
God.
Bij het celebreren van de H. Mis ver
leenden assistentie mgr dr W. Koenraadt,
vicaris-generaal van het bisdom Breda
als presbyter-assistens; pastoor Oomes uit
Kortenhoef, aartsbisschoppelijk hoofd-in-
specteur van het onderwijs als diaken en
rector Van Houten, lid van de Katholieke
Schoolraad, als subdiaken.
De plechtigheid werd bijgewoond door
de directeur van het Kath. Centraal Bu
reau voor Onderwijs en Opvoeding mgr
mr F. Op de Coul: oud-minister mr
Sassen, lid van de Kath. Schoolraad, ver
tegenwoordigers van kath. onderwijsorga
nisaties en van de Bond ,,Het Gezin''.
Het vermaarde Wiener Burgtheater' symbool dat de bespelers van de
is Vrijdagavond in oude luister herre
zen uit de as van de oorlogsjaren. Met
indrukwekkende plechtigheid werd het
gebouw aan de spelers overgedragen.
Bij deze officiële ceremonie was de
leiding in handen van de president van
Oostenrijk, theodor Körner, terwijl de
minister voor de wederopbouw, dr Udo
ïllig, de „gouden sleutel" van het Burg
theater aan Adolf Rott, de directeur,
overhandigde.
Voor het eerst na tien jaar van her
stelwerkzaamheden opende het Burg
theater, het meest beroemde aller
„Duitse" theaters, zijn deuren.
De plechtige overdracht werd gevolgd
door de uitvoering van de „Proloog op
het toneel" uit Goethe's Faust, als
en van het nut, ja van de noodzakelijkheid
van het katholieke onderwijs.
Deze principiële uiteenzettingen van de,
H Vader gelden voor alle tijden. Het zijn!
nürcmcen geldende principen over chris-1
lelijke opvoeding, onafhankelijk van de
liid en onafhankelijk van de voortschrij
dende ontwikkeling van de wetenschap
„vcr de psyche van dc mens.
De paus ontkent, dat er van christelijke
opvoeding sprake zou kunnen zijn, als men
deze uitsluitend en alleen zou willen fun
deren °P 'out?r natuurlijke middelen, op
zuiver naturalisme dat de erfzonde en de
noodzakelijkheid van de genade zou ont
kennen. Maav het is geenszins de bedoe
ling van de encycliek te ontkennen dat
cen christelijke opvoeding ook gebruik
maakt van de natuurlijke middelen van
de paedagogiek en psychologie en dat de
voortschrijding van de wetenschap ons
steeds meer geschikte middelen aan de
hand doet om de opvoeding van de jonge
mens in goede banen te leiden.
Dat er op dit terrein nu eenmaal ver
schil bestaat tussen een christenmens en
een niet-christen wordt onmiddellijk dui
delijk, wanneer men de vraag stelt wat
opvoeden eigenlijk beoogt. Wie geen ge
loof bezit, zal tevreden zijn met de jonge
mens op te voeden tot een bruikbaar lid
maat van de maatschappij.
Of de mens in zijn bestaan ook gebon
den is aan zedelijke normen en of de
ionge mens dus zal moeten worden op
gevoed tot kennis en tot. onderhouden van
die normen, hangt af van de vraag, wat
iemand zonder geloof aan natuurlijk-men
selijke en aan christelijke waarden heeft
overgehouden. Men kan daarin allerlei
schakeringen aantreffen; van mensen, die
op zuiver natuurlijk standpunt staande
vele goede natuurlijke vormen aanvaar
den en zeer dicht tot christelijke opvat
tingen zijn genaderd, tot aan de jonge
man zonder geloof, die geen misdadiger
of apert slecht mens was, maar die aan
een pastoor verklaarde geen andere zede
lijke levensnormen te hebben leren ken
nen dan buiten de handen van de politie
te blijven.
Tragiek van de moderne
wereld
De natuurlijke zedenwet is dan vervan
gen door het politie-reglement, en de
hoogste deugd is niet te worden betrapt.
aiaden van 60 oudercomité's
vVofnlièke scholen uit bijna geheel
van kathohek zaterdagmiddag te
Nederland heböe» nationaal ouderco-
Arnhem een voorlopig na
mité gesticht, dat to comité.s te rich_
viteiten der plaatselijk dezg verga_
ten en te stimuleren. I J dQOr de Kath
dering, die belegd wa on<Jer leiding
Bond voor het Gezin e H Gjlis_
stond van diens voorzitter, werd het
sen, burgemeester van Gen amheden
bestuur gekozen, dat de A itieVe ouder-
zal aanvangen totdat de definnit bestuur
raad tot stand geko^perntege„woordigers
wordt gevormd uit verteg'BI' en
der oudercomité's uit vijf bisdo
staat onder voorzitterschap van
F. Engel uit Zaandam. Leden zijn
vrouw A. H. van Wuche en de heerv.
Waals voor het aartsbisdom Utrech
heer F Polman uit Den Haag voor het
bisdom Rotterdam, de heer W. Floeren
uit Ravenstein voor het diocees Hen
Bosch, en mevr. dr N. Snijders uit Gro
nings» voor het bisdom Groningen. Voor
de bisdommen Breda en Roermond zul
len nog bestuursleden worden aangewe-
zen.
In een beknopt referaat had de heer dr
T s de Boer ae noodzaak van een natio
nale ouderraad betoogd. Hij maakte daar -
bh tevens bekend dat een speciale com
missie voor de mitéjs m opdracht
van de Bond v^ eindrapport
had samenc tho]ieke Schoolraad en
ae aan het F.r\ie«
worden aangorzitterschap van dr Jos de
stond onder v° aren mgr mr F. op de
Boer- Leden w het Katholiek cen-
Coul, directeur onderwijs en opvoeding
traal bureau vom Wesemael—van Veltho-
mevrouw A. va» de heer Joh. H. M
ven uit Den Bosc» van het Kath. Onder-
Derksen, voorzitter van de Eerste Ka-
wijzers verbond en
mer.
Prof. dr A. Smijers
Aan de vooravond van de officiële
viering van het 25-j'arig bestaan van het
Instituut voor Muziekwetenschappen aan
dde Rijksuniversiteit te Utrecht mag een
bescheiden commentaar in dit blad niet
ontbreken. Reeds enkele maanden na zijn
benoeming tot bijzonder hoogleraar in „de
zoals dat destijds heette, is prof. dr A.
Smijers overgegaan tot de oprichting van
het thans jubilerende instituut met de
theorie en geschiedenis der muziek",
bedoeling een instelling in het leven te
roepen, die een all-round informatie-bron
zou zijn voor de muziekhistoricus.
Oorspronkelijk nog „Muziekhistorisch
Instituut" geheten, werd het later omge
doopt in „Instituut voor Muziekweten
schappen" een benaming, die wel op een
algemener tendens wijst maar die toch
geen verandering, heeft gebracht in de op
>de voorgrond tredende beoefening van
de muziekhistorie. In de afgelopen vijf-
en-twintig jaar is niet alleen de biblio
theek tot een zeer omvangrijke verzame
ling uitgegroeid, maar werd er ook een
foto-archief aangelegd, die een schat aan
fotocopieën en microfilms bevat van oude
muziekdrukken en manuscripten uit de
belangrijke buitenlandse bibliotheken,
waardoor men de oude composities in hun
oorspronkelijke staat kan bestuderen zon
der zich daarvoor kostbare reizen naar
het buitenland te moeten getroosten.
De uitgave van de werken van Josquin,
die prof. Smijers destijds heeft verzorgd
voor de Vereniging van Nederlandse
Muziekgeschiedenis, werd ook door mid
del van foto-copieën voorbereid. Voorts
werd door prof. Smijers aan het Instituut
de nieuwe .generatie van Nederlandse
Musicologen gevormd, er vonden hier tien
promoties plaats, terwijl er achttien
doctoraal- en drie-en-dertig candidaats-
examens werden afgelegd.
Op dezelfde wijze als prof. Smijers zijn
enorme werkkracht en productiviteit ge
concentreerd heeft op het Instituut, pre
cies op dezelfde manier gebruikt (men
zou haast zeggen misbruikt) hij het, wan
neer het hem er om gaat de belangstelling
voor zijn persoon van zich af te wenden.
Zo was het zijn uitdrukkelijke wens zijn
eigen jubileum, dat in April van dit jaar
herdacht zou worden, onopgemerkt voor
bij te laten gaan. De grote kring van
medewerkers en leerlingen heeft deze
wens geëerbiedigd, maar het ligt voor dc
hand dat, nu men het vijf-en-twintig-jarig
bestaan van het Instituut min of meer
officieel gaat herdenken, aller erkente
lijkheid en bewondering uitgaat naar hem,
die deze instelling tot in het kleinste
detail zijn werk mag noemen.
Oude Nederlandse muziek
Toen prof. Smijers in 1930 zijn ambt als
bijzonder hoogleraar aanvaardde (in 1934
volgde het buitengewoon, in 1944 het ge
woon hoogleraarschap) bestond er nog
nauwelijks een schim van Nederlandse
Muziekwetenschap. In zijn inaugurele
rede. die vandaag de dag nog een uiterst
lezenswaardig document is. heeft prof.
Smijers zijn werkprogramma neergelegd
en nu in 1955 stelt men met alleen met
voldoening vast, hoe deze plannen hun
verwezenlijking gevonden hebben, maar
moet men grote bewondering koesteren
voor een werkelijkheidszin, die met nuch
terheid destijds de feiten vaststelde en de
weg aangaf, die gegaan moest worden.
De pasus uit de rede: „Dit neemt niet
weg, dat één periode redht heeft op
mijne bijzondere belangstelling, nl. de
periode der Nederlanders, van Faillaume
Dufay tot den Amsterdammer Jan
Pietersz. Sweelinck" is steeds richting
gevend gebleven voor de hoogleraar, de
diverse uitgaven, die hij tot stand ge
bracht heeft zijn er de getuigen van. En
wanneer men de programma's van vele
van onze Nederlandse Koorverenigingen
beziet, dan ziet men daarin een groeiende
belangstelling voor het repertoire uit die
stijlperiode.
Een uitvoering van een Mis van Josquin,
Palestrina e.a. behoort tegenwoordig in
onze Katholieke Kerken niet meer tot de
zeldzaamheden en ook via de radio vindt
het oude repertoire steeds meer her
leving. Het is zelfs niet overdreven te
beweren, dat men bij verschillende mo
derne componisten een beïnvloeding door
stijl-elementen uit de oude a capella-
stijl kan waarnemen, iets, dat mogelijk
gemaakt werd door de ruimere verbrei
ding van de composities van de oude
meesters.
Dat men dit alles dankt aan het vrucht
bare werk van prof. Smijers is zonder
twijfel, de Nederlandse Muziekwetenschap
mag hopen, dat zij nog lang op de steun
van deze eminente geleerde, die ook in
het buitenland als een onaantastbare
autoriteit geldt, mag rekenen en dat het
hem gegeven zal zijn de begonnen uit
gave van de werken van Jacob Obrecht
te voltooien.
Op Dinsdag 18 October wordt t.g.v. het
dubbele jubileum in het Groot-Auditorium
van de Utrechtse Universiteit een concert
georganiseerd, waarbij het Nederlands
Kamerkoor werken, die door prof. Smijers
werden uitgegeven, o.a. de Missa Pange
lingua van Josquin du Prez, zal uit
voeren. Het concert wordt door de K.R.O.
uitgezonden.
B. G.
schouwburg opnieuw bezit hadden ge
nomen van het gebouw.
Op straat sloegen duizenden Weners
de aankomst van de gasten gade. Ruim
tweeduizend politiemannen waren in
de omgeving van het gebouw op de
been om het verkeer in ordelijke ba
nen te leiden.
Tal van leiders van Europese to
neelgezelschappen woonden als gast
van de Oostenrijkse regering de plech
tigheid bij. Onder hen bevonden zich
Cees Laseur en Bob de Lange.
Met de gala-première van „Koning
Ottokar's geluk en einde van Grill-
parzer" werd Zaterdagavond het
Burgtheater weer in gebruik genomen.
Thans volgen de festivalweken die
tot Januari zullen duren. In die pe
riode zullen zes toneelstukken worden
gegeven. Noel Coward's „Put away
the fool" zal in de festivalweken zijn
wereldpremière beleven.
Het program omvat verder „Don
Carlos" van Schiller, „Torquato Tas-
so" van Goethe, „Het concert" van
Bahr, „Het koude licht" van Karl
Zuckmayer en een stuk van Raimund.
Het Burgtheater is van de modernste
uitrusting voorzien en beschikt thans
o.m. over een draaiend cylinder-to-
neel. De grootste zorg is ook besteed
aan de verlichting van het toneel. Het
auditorium, in rood, wit en goud, heeft
weinig veranderingen ondergaan. Wel
zijn de vroegere koninklijke loge en de
derde galerij thans door een balkon
vervangen met aan weerszijden twee
officiële loges.
De geschiedenis van het Burgtheater
gaat terug tot het jaar 1741, toen een
klein gebouw in het complex van de
Hofburg, dat voor een balspel had ge
diend, in opdracht van keizering Maria
Theresia tot schouwburg werd ver
bouwd.
Door de bemoeiingen van Klopstock
en Lessing werd keizer Jozef de Twee
de ertoe gebracht op 17 Februari 1776
het Burgtheater tot „Hof- en nationaal
theater" te verheffen.
Op 12 October 1888 werd de eerste
periode van het oude „Haus" afgeslo
ten. Twee dagen later werd aan de
Ring het nieuwe gebouw geopend met
Schiller's „Wallenstein's Lager" en
Grillparzer's „Esther".
Op 12 Maart 1945 werd het gebouw
door enige bommen zwaar beschadigd.
Een brand voltooide op 11 April het
vernietigingswerk.
Na enige voorlopige herstelwerk
zaamheden werd in 1949 een begin ge
maakt met het eigenlijke reconstruc-
tiewerk, dat er toe geleid heeft dat
het Burgtheater in deze dagen uit zijn
as kon herrijzen.
„Huis, Tuin en Keuken" is de titel van
het nieuwe programma van Wim Sonne-
veld, dat eindelijk Amsterdam heeft, be
reikt in 't Nieuwe De la Mar Theater, na
dat „in de provincie even was ingespeeld
en een en ander nog was bijgeschaafd. In
tegenstelling tot b.v. het vorige program
ma, waren nu geen bepaalde uitschieters,
geen bepaalde toppen te bespeuren. Als
geheel bleef het op een bepaald niveau,
hoewel het gedeelte dat zich „thuis" af
speelde een peil had, dat wij liever op
getrokken zagen tot het niveau van de
„tuin".
Wie bij Sonneveld mee naar „huis"
gaat, voelt zich bedrogen. Hij geeft te
veel nare opmerkingen ten beste over het
huwelijk en Conny Stuart blijkt een fi
guur te zijn, die men beter in de frisse
buitenlucht kan ontmoeten. Wat zij pres
teerde met „De moeder van het grote
gezin" was smakeloos en hoort niet thuis
in een programma, waar de goede smaak
niet met voeten getreden wordt. Deze
misvatting ter zijde gelaten is de voorstel
ling als geheel toch bijzonder amusant. De
vormgeving is verzorgd en het is jammer
dat de inhoud soms inadequaat is aan de
kundigheid waarmede de liedjes, sketches
en conferences worden gehouden.
Friso Wiegersma had de decors weer i
ontworpen met de hem eigen stijl, die
bijzonder fraai is en waarover wij niets
dan lof kunnen hebben. De teksten waren
van Wim Sonneveld zelf, waarbij „Kom
lieve Klaartje" uitermate geslaagd te noe
men is; Michel van der Plas, die dich
terlijk en geestig waren; Annie Schmidt
die wel grappig schrijft maar niet een
overweldigende indruk nalaat en Guus
Vleugel, die zijn pen in betere inkt moet
dopen wil hij niet gekwalificeerd worden
als een man, die zich bezighoudt met de
gemakkelijkste soort pseudohumor, nl. het
belachelijk maken. Ina Philippo had een
liedje-sketch gepresteerd, dat aardig was.
Wim Sonneveld is niet meer de Parel
prul. Gelukkig maar. Vooral als hij zich
in historische gewaden tooit, is hij aller
kostelijkst. Ietwat week weliswaar, niet
de man om een goede scherpe critiek te
geven door middel van het ridiculiseren,
maar die zijn praatje maakt en zijn liedje
zingt op een wijze, die amusant is. Wat
hij zelf noemt „Een liedje spelen" doet
hij prima. Daarin is hij op zijn best. Joop
Doderer is verrukkelijk dwaas. Samen
De bruiloftsmarsen van Wagner en
Mendelssohn, acht versies van het
Ave Maria" en drie andere profane
met Wim Sonneveld in „Er staat een meïodieeA'zijn^üit'dè kerken van het
vrijer voor de deur geeft hij een tra- 1 J
vesti, die de tranen in de ogen van het
lachen doet komen.
aartsbisdom Chicago gebannen.
Het besluit daartoe werd verleden
week door kardinaal Stritch bekrach-
De dwaasheid leeft hij pas goed uit in (.jg^ en js ,dezer dagen in het officiële
„De lolligste thuis", maar ook amusant- orgaan van het diocees bekend ge-
ernstig kan hij zijn in „De meid en de maakt
moordenaar".. Uitstekend is IJda Andrea. Kardinaal Stritch die er op wijst
Zij werkt met haar ogen dusdanig geraf- i aanzien van'zijn verbod „geen
fineerd, dat iedere vrouw daar ja oers op "tt? zaJ worden toege-
ïs. Zij is nl. met banaal maar weet n vuur i aiwijiiiiig
in haar blik te leggen en een schalksheid
die „klassewerk" zijn. Kitty Kluppell en
Mieke Last zijn goed in „Zwarte Leentje",
vooral Mieke Last.
Conny Stuart is zoals altijd. Hoe de
tekst ook is, zij weet er steeds een eigen
creatie van te maken. In de uitgesproken
humoristische nummers is zij het beste,
omdat men bij de meer serieuze program
mapunten steeds weer op de achtergrond
bij haar het grollige ziet opduiken. Zij
blijft dé grote steun van het gezelschap en
zonder haar zou veel van het cachet
weggaan,
B.
staan", nam de maatregel op grond
van een rapport van een commissie,
die gedurende één jaar de practijk der
kerkmuziek in het aartsbisdom bestu
deerde De commissie beval aan de
melodieën in kwestie uit de parochie
kerken te bannen als „ongepast en
niet tegemoetkomend aan de elemen
taire begrippen van „streven naar hei
ligheid".
De uitgeschakelde „Ave Maria s
zijn die van Bach-Gounod. Schubert.
Verdi, Mascagni, Roswig, Kahn, Mil
lard en Luzzi. De drie andere liederen
zijn „I love you truly", „O, promise
me" en „Because".
In het genre van de lichte muziek heeft
de K.R.O. Zaterdagmiddag een nieuw duo
geïntroduceerd, Fred Roozendaal (piano)
en Frans Beekmans (drum) spelen na de
boekrecensies van de IDIL gedurende
tien minuten populaire melodiën waarbij
de gevoelige aanslag van de pianist
en het soepele rhythme van de drummer
een ideale combinatie vormden> waar
naar het prettig luisteren was.
Ter verbetering van de ontvangst zal
de B.B.C. voortaan de voor Nederland be
stemde dagelijkse „Brief uit Londen" die
men kan horen op 224 meter en op de
48,78 golf, vroeger in de avond uitzenden.
Met het oog op de vele klachten, die
van luisteraars in Nederland werden ont
vangen over de wijze waarop de uitzen
ding op de middengolf bij donker wordt
gestoord door andere Europese zenders,
die dezelfde golflengte gebruiken, heeft
men besloten de duisternis zoveel moge-
'kwart °voOTj zes* I Ran Bentz van den Berg en Andrea Domburg in ,J)e keizer van Amerika"
zenden. I (Ned. Comedie)
I
Comedie
Het dreigde eentonig te worden om
te wijzen op de tekortkomingen, die
de Ned. Comedie dc laatste tijd op het
toneel vertoonde. Maar Zaterdagavond
leize van Koning Magnus (Han Bentz
van den Berg) juist als er een crisis is
ontstaan. Men wil de koning n.l. een
ultimatum laten tekenen, waarbij hij
hebben wij in de hoofdstedelijke Stads- in feite politiek stom wordt gemaakt.
schouwburg een avond toneel meege
maakt, zoals wij ze te zelden zien, en
die ons een groot genoegen heeft be
zorgd. Men merkte weer iets van de
wisselwerking tussen toneel en zaal,
die weerkaatsing van spel en reactie,
die spanning van vormgeving en uit
werking op de toehoorders.
Shaw is een wonderlijk en veelzij
dig auteur. Wij zullen niet wijzen op
zijn talenten ais toneelschrijver, die
zijn overbekend. Maar omdat „The
Applecart", hier gespeeld in de verta
ling „De keizer van Amerika" door
E. A. Keuls-Schuur in nogal sobere
decors van Wim Vesseur, niet onlangs
nog is opgevoerd, willen wij in enkele
woorden de inhoud weergeven.
Shaw introduceert een verwoede vak
bondstrijder Boanerges (Johan Fiolet)
die pas tot minister is benoemd in een
Labourkabinet, dat staat onder lei
ding van Proteus (Paul Huf), ten pa-
„Geeft u even een seintje?"
Met deze woorden trad Koningin
Juliana Zaterdag, gevolgd door Prins
Bernhard, op de microfoons toe om
Haar volk vóór het vertrek naar de
West nog enkele woorden ten af
scheid toe te spreken.
yia hun televisietoestellen zijn veie
duizenden van dit afscheid op Schip
hol getuige geweest. Een afscheid,
waarvan de sfeer van warme vriend
schappelijkheid en ongedwongen har
telijkheid meesterlijk door de camera's
van de N.T.S. op het scherm werd
weergegeven.
Eerst de typische sfeer van een of
ficieel afscheid. Ministers, hoge ambte
naren en leden van de koninklijke hof
houding, op zoek naar wederzijdse be
kenden en vrienden, een korte hand
druk of enkele woorden ^wisselend
wachtend, zonder zich eigenlijk precies
bewust te zijn waarop. Dan de komst
van H.M. de Koningin en Prins Bern-
hard, even later gevolgd door de vier
Prinsessen, die haar koninklijke ouders
uitgeleide kwamen doen. En plotseling
was daar de sfeer van een grote familie
bijeengekomen om afscheid te nemen
van twee van haar voornaamste leden,
die een lange, maar prettige reis gin
gen ondernemen.
Steeds weer wisten, de cameramen
sen de juiste plaats en de goede opstel
ling te vinden om de kijkers ooggetuigen
te doen zijn van de voornaamste en
meest belangwekkende momenten, ter
wijl de gevoelige microfoons van de
NTS herhaaldelijk woorden opvingen,
die eigenlijk niet voor hen waren be
stemd, maar die de harten van de verre
toeschouwers verwarmden. Zo hoorde
men Prins Bernhard belangstellend in
formeren naar het bezoek, dat één der
aanwezigen onlangs aan Parijs had ge
bracht Of het er mooi was geweest en
in welk hotel hij had gelogeerd, wilde
de Prins weten.
Nadat H.M._ en Z.K.H. via de micro
foons het officiële afscheidswoord had
den gesproken, had Piet te Nuyl jr
achtereenvolgens een kort onderhoud
met de gezagvoerder en de stewardess
van het vliegtuig, waaruit bleek, dat er
voor deze heel bijzondere vlucht maar
weinig speciale maatregelen waren ge
nomen. De algemene veiligheidsmaatre
gelen bij de K.L.M. zijn nu eenmaal van
dien aard. dat ze moeilijk nog verbeterd
kunnen worden.
In de grote ontvangzaal teruggekeerd,
waar Siebe van der Zee op prettige en
bescheiden wijze het commentaar sprak
hoorden de kijkers H.M. de Koningin
plotseling zeggen: ....een kleine Jobs
tijding
Het bleek, dat de technici van Poly-
goon-Profilti, die de afscheidswoorden
van de Koningin en Prins Bernhard
voor een speciale, lange kleurenfilm
hadden willen vastleggen, tegenslag
hadden gehad. De opname was mislukt
en nu luidde hun verzoek, of de toe
spraken misschien nog eens zouden
kunnen worden herhaald
Natuurlijk waren daar bezwaren te
gen en in allerijl vond er overleg plaats
op het allerhoogste niveau, waarbij wij
HJM. de Koningin, de steeds bereid is
ieder zoveel mogelijk terwille te zijn,
tot tweemaal toe hoorden vragen:
„Waarom nu niet?"
Het goede hart en de beminnelijkheid
van onze Vorstin wonnen het tenslotte.
De mannen van Polygoon kregen hun
zin en opnieuw begaven de Koningin en
de Prins zich naar de microfoons om
opnieuw voor de vuist weg een korte
rede uit te spreken.
Tenslotte was dan het moment van
vertrek aangebroken, een afscheid
waarvan heel Nederland voor het eerst
met warme belangstelling niet alleen
oorgetuige, maar ook ooggetuige heeft
kunnen zijn.
Hij mag niets meer zeggen, dat niet is
gedicteerd door zijn ministers en hij
mag niet zinspelen op het recht van
veto, dat hij constitutioneel bezit. Dit
wordt besproken tijdens een kabinets
zitting, waarbij ook aanwezig zijn Pli-
nius, de minister van financiën (Phi
lippe la Chapelle), Crassus, de minis
ter van Koloniën (Pierre Myin), Nico-
bar, de minister van buitenlandse za
ken (Dick Swidde), Baldus, de minis
ter van binnenlandse zaken (Wim van
Sierenberg de Boer), Lysistrata, mi
nister van kracht en energie (Loudi
Nijhoff, die als gast meespeeld) en
Amanda, minister van posterijen (Mi
mi Boesnach).
Shaw tekent deze bijeenkomst als
een kibbelarij tussen een groepje lie
den, die door hun kiezers uiteindelijk
op deze plaats zijn gekomen, en die er
een opvatting op na houden, dat ne
potisme en corruptie de steunpilaren
zijn van hun bestaan. Het is een groep
je, dat elkaar domweg Joe en Harry
noemt, behalve Boanerges, die vol vu
rig en jong idealisme de eerlijke werk
man vertegenwoordigt. Maar de ko
ning is het kabinet te slim af. Hij doet
een tegenzet, die uitermate spits is en
die de minister-president noopt het ul-
Voordat H.M. Koningin Juliana en
Z.K.H. Prins Bernhard Zaterdagmid
dag van Schiphol per ,Jan van Rie-
beeck" naar de West vertrokken,
werden o.a. de leden van de beman
ning van dit K.L.M.-toestel aan de
vorstelijke passagiers voorgesteld. De
foto laat zien, hoe de stewardess,
mej. S. M. Rijpstra, de hand gedrukt
wordt door H.M. Koningin Juliana.
timatum te verscheuren. Rondom deze
politieke figuren dwarrelen nog twee
particulier-secretarissen (Dick Schef-
fer en Allard van der Scheer)de prin
ses Alice (Ellen van Hemert), de ko
ningin (May Vollenga, die nogal sim
pel deed), Orinthia (Andrea van Dom
burg) en mr Vanhattan, de Ameri
kaanse ambassadeur, die koning Mag
nus de keizerskroon van Amerika
komt aanbieden (een rol, die werd ge
speeld door André v. d. Heuvel als
plaatsvervanger van Louis van Gaste
ren, die met een keelaandoening het
bed moet houden).
De regie was in handen van Henk
Rigters, die een uitermate gemakkelij
ke taak had. Van regie is n.l. bij dit
spel geen sprake, omdat alles statisch
is gehouden en het volle accent op het
woord ligt. Alleen het enige waar Rig
ters op had moeten letten, n.l. een
juiste uitspraak en een goede klem
toon, heeft hij verwaarloosd, zodat de
Nederlandse Comedie met zijn „lei
ding" geen gelukkige keus heeft ge
daan. Andrea Domburg speelde Orin
thia, de vrouw, die men kan zien als
Mrs Patrick Campbell, de actrice die
Shaw zo vurig beminde, maar die hem
kwalificeerde als 'n „lusteloze leeuw".
Dit is in zekere zin koning Magnus ook
voor haar. Hij praat met haar en
zoekt afleiding bij haar door een ge
notvolle aanschouwing van haar
schoonheid en het lachen om haar eer
zucht. Daar blijft het bij.
Maar Han Bentz van den Berg blijkt
in alle opzichten de juiste man te zijn
om deze rol gestalte te geven en geen
enkele maal komt er ook maar iets van
een banaliteit of van een goedkoop ef
fect naar voren. Een prima spel van
een waardige acteur.
Maar de grote verrukking van de
avond was naar onze mening Paul Huf.
Hij schijnt weer geheel hersteld te zijn
van zijn ziekte, die hjj in Italië opliep.
Hij heeft de rol van minister-presi
dent gecreëerd op een wonderbaarlij
ke wijze. Accuraat, goed articulerend
en tot in de minutieus kleine details
afgewerkt. Kostelijk spel van een man,
die vaak chargeert, maar die thans een
stuk acteertalent toont, dat groots is.
Als enkele opmerking willen wij nog
wijzen op Johan Fiolet, die ten volle
op zijn plaats was en die een manmoe
dige arbeider speelde; Mimi Boes
nach, die Amanda juist dat tikkeltje
realisme en vrouwelijk enfant terri
ble gaf, die de rol nodig heeft. In te
genstelling tot Loudy Nijhoff, die Ly
sistrata zo zwaar op de hand nam, dat
het leek of zij snikkend deze satire
wilde trekken in een tragische sfeer,
die ten enenmale volledig misplaatst
is.
Het ensemble was goed. De geestige
opmerkingen van Shaw kwamen goed
over het voetlicht en zo werd deze co-
quetterie over da democratie een ty
pisch staaltje van Keltische geestig
heid, die Shaw in iedere top van zijn
vinger bezat en die zo vaardig door
zijn pen heeft geobjectiveerd. Een to
neelavond, die wij iedereen aanraden
mee te maken.