Christelijke opvoeding onvervreemd baar recht van Ouders en Kerk Wiener Burgtheater herrees Uitstekende vertoning bij Ned. NEDERLAND LEEFDE MEE VIA HET TV-SCHERM a Verschijning van de Pauselijke Encycliek herdacht in Utrechts Kathedraal „Huis, tuin en keuken NIEUW PROGRAMMA VAN WIM SONNEVELD PRO.F. DR A. SMIJERS 25 JAAR HOOGLERAAR ,De keizer van Amerika' van G. B. Shaw MAANDAG 17 OCTOBER 1955 PAGINA 5 Mgr Alfrink: „Deze principiële uiteen zettingen gelden voor alle tijden" Rechten en plichten der ouders Nederlandse gasten bij gala-avond Voorlopig Nationaal Oudercomité opgericht Nieuwe bisdommen reeds vertegenwoordigd Bruiloftsmarsen en Ave Marias uit kerk gebannen Nieuw K.R.O.-duo Brief uit Londen vroeger in de aether Niet voor de kijkers bestemde woorden, die aller harten verwarmden Bu. (Van onze Utrechtse redacteur) Hoe ineer de jeugd verstoken blijft van een doordrongen worden van christelijke levensprincipen, des te nreer schade brengt men baar toe en des te meer gevaar ook voor de christelijke, ja voor de menselijke samen leving. Waartoe jonge mensen in staat zijn, die zonder Christendom en zonder God worden groot gebracht, heeft het nazisme ons voldoende leren zien. Wanneer men God en Christus uit het hart van de jonge opgroeiende mens wegrukt of verhindert, dat God en Christus van de geest van de opgroeiende mens bezit kunnen nemen, wordt het gevaar groot, dat de mens eigen waardigheid en eigen plichten gaat veigeten; des te groter wordt daarmede de kans, dat hij een gevaar jvqrdt vooi zijn evenmens en voor de samen- levin*. Wie een goed christen is, is een goed mens en een goed lid van de menselijke samenleving. Wie echter het Christendom mist en jod niet kent, kan wel een goed burger zijn, maar hij loopt gevaar in een geestelijk nihilisme te vervallen, dat de bron kan worden van allerlei maatschappelijk verval". Deze woorden sprak mgr dr B. J- A rink, administrator apostolicus van het aartsbisdom, in zijn predikatie tijdens de pontificale H. Mis, die Z. H. Exc. gistermorgen in de kathedraal van Utrecht opdroeg ter her denking van de uitvaardiging 25 jaar geleden van de encycliek „Divini illius Magistri". giek0 vankrtode 8n» dit wanbegrip is de tra die iedei-o' ,ÜL ^^krne wereld zonder God, ipn cbnstenmens ter harte zal moe- welkP ffIkp£!a,?,r.die teyens duidelijk maakt, Het was in de dagen van het Italiaanse fascisme, dat Paus Pius Xt deze encycliek ïehreef over de christelijke opvoeding van a» jeugd Z.H. zag hoe in die dagen de nnoermachtige en alleen-machtige staat Wlas legde op de jonge mens om hem dienstbaar te maken aan het systeem. De taak van de Kerk bij de opvoeding van de jonge mens werd ontkend. Zelfs het gezin en de rechten van de ouders bij de opvoeding van eigen kinderen werden op- ZijMger weirerop, dat in de encycliek het wezen van een christelijke opvoeding werd uiteengezet en principieel de rechten in dezen omschreven van de ouders, van de Kerk en van de staat. De encycliek spreekt van de plichten en de taak van de ouders en van het gezin bij de opvoeding van het kind tot volwassen christen-mens; zij snreekt van de taak van de school, van bat onvoldoende van een neutrale school nci- In van Hp örristefiikp6 kl°°f er kan gapen tussen een °,rle opvoeding en een zuiver men- &ke,.0PV0,eding ^nder God p„'° katholieke vader en moeder zullen Hai i? moeite er voor willen doen, u,, nun kinderen alles meegeven, wat staat en stand mankt tot nuttige en goede .eden van de menselijke samen- eving Hierin bestaat geen verschil tus sen gelovige ouders en mensen zonder ge loof. Maar daar bovenuit en vóór alles gullen een christelijke vader en moeder hun kinderen willen opvoeden tot kinderen Gods, die als zij volwassen zijn geworden hebben geleerd met God te leven en goede christenmensen te zijn. Naast en boven de zorg voor alle natuurlijk goed en wel zijn staat voor hen de zorg voor het bo vennatuurlijk en geestelijk welzijn van hun kinderen. Daarom is een katholieke opvoeding, ondanks het vele gemeenschappelijke met anderen, in wezen iets eigens, iets dat men hoeveel men ook van an dersdenkenden kan leren tenslotte alleen van gelijkgezinden kan ontvan gen. Een opvoeding, die in alle details is doortrokken van de katholieke visie op het leven en op de mens. De chris telijke opvoeding van de kinderen is dan ook vóór alles de taak van de ouders, die aan hun kinderen hun eigen lichamelijk beeld voor het leven heb ben meegegeven en die evenzo geroe pen zijn om van hun kinderen hun gees telijk evenbeeld te maken. En met de ouders samen is het de taak van de Kerk, die door het H. Doopsel de mens ter wereld brengt als kind van God en die wij daarom vereren als onze moeder. De Kerk en de ouders werken samen bij de christelijke opvoeding van de kinde ren. De meest ideale vorm van katholieke opvoeding is een gezonde samenwerking van de ouders en van de Kerk. Als de ouders te weinig kans geven aan de Kerk. loopt de katholieke opvoeding gevaar; en als «ij de opvoeding teveel en te uitslui tend aan de Kerk overlaten en niet zelf door woord en voorbeeld de kinderen de ware weg des levens leren, bestaat er evenzo gevaar voor de katholieke opvoe ding van het kind. V erantwoordelijkhe'ul der ouders De encycliek komt heel sterk op voor tie onvervreemdbare rechten van de ouders op de opvoeding van hun kinderen, maar zij spreekt ook van de onvervreemdbare verantwoordelijkheid van de ouders ten aanzien van de opvoeding van hun kin deren. Mgr besloot zijn predikatie met de bede, dat de Geest van God alle ouders zal ver lichten en sterken om naar de Kerk te luisteren en samen met de Kerk hun kin deren groot te maken als kinderen van God. Bij het celebreren van de H. Mis ver leenden assistentie mgr dr W. Koenraadt, vicaris-generaal van het bisdom Breda als presbyter-assistens; pastoor Oomes uit Kortenhoef, aartsbisschoppelijk hoofd-in- specteur van het onderwijs als diaken en rector Van Houten, lid van de Katholieke Schoolraad, als subdiaken. De plechtigheid werd bijgewoond door de directeur van het Kath. Centraal Bu reau voor Onderwijs en Opvoeding mgr mr F. Op de Coul: oud-minister mr Sassen, lid van de Kath. Schoolraad, ver tegenwoordigers van kath. onderwijsorga nisaties en van de Bond ,,Het Gezin''. Het vermaarde Wiener Burgtheater' symbool dat de bespelers van de is Vrijdagavond in oude luister herre zen uit de as van de oorlogsjaren. Met indrukwekkende plechtigheid werd het gebouw aan de spelers overgedragen. Bij deze officiële ceremonie was de leiding in handen van de president van Oostenrijk, theodor Körner, terwijl de minister voor de wederopbouw, dr Udo ïllig, de „gouden sleutel" van het Burg theater aan Adolf Rott, de directeur, overhandigde. Voor het eerst na tien jaar van her stelwerkzaamheden opende het Burg theater, het meest beroemde aller „Duitse" theaters, zijn deuren. De plechtige overdracht werd gevolgd door de uitvoering van de „Proloog op het toneel" uit Goethe's Faust, als en van het nut, ja van de noodzakelijkheid van het katholieke onderwijs. Deze principiële uiteenzettingen van de, H Vader gelden voor alle tijden. Het zijn! nürcmcen geldende principen over chris-1 lelijke opvoeding, onafhankelijk van de liid en onafhankelijk van de voortschrij dende ontwikkeling van de wetenschap „vcr de psyche van dc mens. De paus ontkent, dat er van christelijke opvoeding sprake zou kunnen zijn, als men deze uitsluitend en alleen zou willen fun deren °P 'out?r natuurlijke middelen, op zuiver naturalisme dat de erfzonde en de noodzakelijkheid van de genade zou ont kennen. Maav het is geenszins de bedoe ling van de encycliek te ontkennen dat cen christelijke opvoeding ook gebruik maakt van de natuurlijke middelen van de paedagogiek en psychologie en dat de voortschrijding van de wetenschap ons steeds meer geschikte middelen aan de hand doet om de opvoeding van de jonge mens in goede banen te leiden. Dat er op dit terrein nu eenmaal ver schil bestaat tussen een christenmens en een niet-christen wordt onmiddellijk dui delijk, wanneer men de vraag stelt wat opvoeden eigenlijk beoogt. Wie geen ge loof bezit, zal tevreden zijn met de jonge mens op te voeden tot een bruikbaar lid maat van de maatschappij. Of de mens in zijn bestaan ook gebon den is aan zedelijke normen en of de ionge mens dus zal moeten worden op gevoed tot kennis en tot. onderhouden van die normen, hangt af van de vraag, wat iemand zonder geloof aan natuurlijk-men selijke en aan christelijke waarden heeft overgehouden. Men kan daarin allerlei schakeringen aantreffen; van mensen, die op zuiver natuurlijk standpunt staande vele goede natuurlijke vormen aanvaar den en zeer dicht tot christelijke opvat tingen zijn genaderd, tot aan de jonge man zonder geloof, die geen misdadiger of apert slecht mens was, maar die aan een pastoor verklaarde geen andere zede lijke levensnormen te hebben leren ken nen dan buiten de handen van de politie te blijven. Tragiek van de moderne wereld De natuurlijke zedenwet is dan vervan gen door het politie-reglement, en de hoogste deugd is niet te worden betrapt. aiaden van 60 oudercomité's vVofnlièke scholen uit bijna geheel van kathohek zaterdagmiddag te Nederland heböe» nationaal ouderco- Arnhem een voorlopig na mité gesticht, dat to comité.s te rich_ viteiten der plaatselijk dezg verga_ ten en te stimuleren. I J dQOr de Kath dering, die belegd wa on<Jer leiding Bond voor het Gezin e H Gjlis_ stond van diens voorzitter, werd het sen, burgemeester van Gen amheden bestuur gekozen, dat de A itieVe ouder- zal aanvangen totdat de definnit bestuur raad tot stand geko^perntege„woordigers wordt gevormd uit verteg'BI' en der oudercomité's uit vijf bisdo staat onder voorzitterschap van F. Engel uit Zaandam. Leden zijn vrouw A. H. van Wuche en de heerv. Waals voor het aartsbisdom Utrech heer F Polman uit Den Haag voor het bisdom Rotterdam, de heer W. Floeren uit Ravenstein voor het diocees Hen Bosch, en mevr. dr N. Snijders uit Gro nings» voor het bisdom Groningen. Voor de bisdommen Breda en Roermond zul len nog bestuursleden worden aangewe- zen. In een beknopt referaat had de heer dr T s de Boer ae noodzaak van een natio nale ouderraad betoogd. Hij maakte daar - bh tevens bekend dat een speciale com missie voor de mitéjs m opdracht van de Bond v^ eindrapport had samenc tho]ieke Schoolraad en ae aan het F.r\ie« worden aangorzitterschap van dr Jos de stond onder v° aren mgr mr F. op de Boer- Leden w het Katholiek cen- Coul, directeur onderwijs en opvoeding traal bureau vom Wesemael—van Veltho- mevrouw A. va» de heer Joh. H. M ven uit Den Bosc» van het Kath. Onder- Derksen, voorzitter van de Eerste Ka- wijzers verbond en mer. Prof. dr A. Smijers Aan de vooravond van de officiële viering van het 25-j'arig bestaan van het Instituut voor Muziekwetenschappen aan dde Rijksuniversiteit te Utrecht mag een bescheiden commentaar in dit blad niet ontbreken. Reeds enkele maanden na zijn benoeming tot bijzonder hoogleraar in „de zoals dat destijds heette, is prof. dr A. Smijers overgegaan tot de oprichting van het thans jubilerende instituut met de theorie en geschiedenis der muziek", bedoeling een instelling in het leven te roepen, die een all-round informatie-bron zou zijn voor de muziekhistoricus. Oorspronkelijk nog „Muziekhistorisch Instituut" geheten, werd het later omge doopt in „Instituut voor Muziekweten schappen" een benaming, die wel op een algemener tendens wijst maar die toch geen verandering, heeft gebracht in de op >de voorgrond tredende beoefening van de muziekhistorie. In de afgelopen vijf- en-twintig jaar is niet alleen de biblio theek tot een zeer omvangrijke verzame ling uitgegroeid, maar werd er ook een foto-archief aangelegd, die een schat aan fotocopieën en microfilms bevat van oude muziekdrukken en manuscripten uit de belangrijke buitenlandse bibliotheken, waardoor men de oude composities in hun oorspronkelijke staat kan bestuderen zon der zich daarvoor kostbare reizen naar het buitenland te moeten getroosten. De uitgave van de werken van Josquin, die prof. Smijers destijds heeft verzorgd voor de Vereniging van Nederlandse Muziekgeschiedenis, werd ook door mid del van foto-copieën voorbereid. Voorts werd door prof. Smijers aan het Instituut de nieuwe .generatie van Nederlandse Musicologen gevormd, er vonden hier tien promoties plaats, terwijl er achttien doctoraal- en drie-en-dertig candidaats- examens werden afgelegd. Op dezelfde wijze als prof. Smijers zijn enorme werkkracht en productiviteit ge concentreerd heeft op het Instituut, pre cies op dezelfde manier gebruikt (men zou haast zeggen misbruikt) hij het, wan neer het hem er om gaat de belangstelling voor zijn persoon van zich af te wenden. Zo was het zijn uitdrukkelijke wens zijn eigen jubileum, dat in April van dit jaar herdacht zou worden, onopgemerkt voor bij te laten gaan. De grote kring van medewerkers en leerlingen heeft deze wens geëerbiedigd, maar het ligt voor dc hand dat, nu men het vijf-en-twintig-jarig bestaan van het Instituut min of meer officieel gaat herdenken, aller erkente lijkheid en bewondering uitgaat naar hem, die deze instelling tot in het kleinste detail zijn werk mag noemen. Oude Nederlandse muziek Toen prof. Smijers in 1930 zijn ambt als bijzonder hoogleraar aanvaardde (in 1934 volgde het buitengewoon, in 1944 het ge woon hoogleraarschap) bestond er nog nauwelijks een schim van Nederlandse Muziekwetenschap. In zijn inaugurele rede. die vandaag de dag nog een uiterst lezenswaardig document is. heeft prof. Smijers zijn werkprogramma neergelegd en nu in 1955 stelt men met alleen met voldoening vast, hoe deze plannen hun verwezenlijking gevonden hebben, maar moet men grote bewondering koesteren voor een werkelijkheidszin, die met nuch terheid destijds de feiten vaststelde en de weg aangaf, die gegaan moest worden. De pasus uit de rede: „Dit neemt niet weg, dat één periode redht heeft op mijne bijzondere belangstelling, nl. de periode der Nederlanders, van Faillaume Dufay tot den Amsterdammer Jan Pietersz. Sweelinck" is steeds richting gevend gebleven voor de hoogleraar, de diverse uitgaven, die hij tot stand ge bracht heeft zijn er de getuigen van. En wanneer men de programma's van vele van onze Nederlandse Koorverenigingen beziet, dan ziet men daarin een groeiende belangstelling voor het repertoire uit die stijlperiode. Een uitvoering van een Mis van Josquin, Palestrina e.a. behoort tegenwoordig in onze Katholieke Kerken niet meer tot de zeldzaamheden en ook via de radio vindt het oude repertoire steeds meer her leving. Het is zelfs niet overdreven te beweren, dat men bij verschillende mo derne componisten een beïnvloeding door stijl-elementen uit de oude a capella- stijl kan waarnemen, iets, dat mogelijk gemaakt werd door de ruimere verbrei ding van de composities van de oude meesters. Dat men dit alles dankt aan het vrucht bare werk van prof. Smijers is zonder twijfel, de Nederlandse Muziekwetenschap mag hopen, dat zij nog lang op de steun van deze eminente geleerde, die ook in het buitenland als een onaantastbare autoriteit geldt, mag rekenen en dat het hem gegeven zal zijn de begonnen uit gave van de werken van Jacob Obrecht te voltooien. Op Dinsdag 18 October wordt t.g.v. het dubbele jubileum in het Groot-Auditorium van de Utrechtse Universiteit een concert georganiseerd, waarbij het Nederlands Kamerkoor werken, die door prof. Smijers werden uitgegeven, o.a. de Missa Pange lingua van Josquin du Prez, zal uit voeren. Het concert wordt door de K.R.O. uitgezonden. B. G. schouwburg opnieuw bezit hadden ge nomen van het gebouw. Op straat sloegen duizenden Weners de aankomst van de gasten gade. Ruim tweeduizend politiemannen waren in de omgeving van het gebouw op de been om het verkeer in ordelijke ba nen te leiden. Tal van leiders van Europese to neelgezelschappen woonden als gast van de Oostenrijkse regering de plech tigheid bij. Onder hen bevonden zich Cees Laseur en Bob de Lange. Met de gala-première van „Koning Ottokar's geluk en einde van Grill- parzer" werd Zaterdagavond het Burgtheater weer in gebruik genomen. Thans volgen de festivalweken die tot Januari zullen duren. In die pe riode zullen zes toneelstukken worden gegeven. Noel Coward's „Put away the fool" zal in de festivalweken zijn wereldpremière beleven. Het program omvat verder „Don Carlos" van Schiller, „Torquato Tas- so" van Goethe, „Het concert" van Bahr, „Het koude licht" van Karl Zuckmayer en een stuk van Raimund. Het Burgtheater is van de modernste uitrusting voorzien en beschikt thans o.m. over een draaiend cylinder-to- neel. De grootste zorg is ook besteed aan de verlichting van het toneel. Het auditorium, in rood, wit en goud, heeft weinig veranderingen ondergaan. Wel zijn de vroegere koninklijke loge en de derde galerij thans door een balkon vervangen met aan weerszijden twee officiële loges. De geschiedenis van het Burgtheater gaat terug tot het jaar 1741, toen een klein gebouw in het complex van de Hofburg, dat voor een balspel had ge diend, in opdracht van keizering Maria Theresia tot schouwburg werd ver bouwd. Door de bemoeiingen van Klopstock en Lessing werd keizer Jozef de Twee de ertoe gebracht op 17 Februari 1776 het Burgtheater tot „Hof- en nationaal theater" te verheffen. Op 12 October 1888 werd de eerste periode van het oude „Haus" afgeslo ten. Twee dagen later werd aan de Ring het nieuwe gebouw geopend met Schiller's „Wallenstein's Lager" en Grillparzer's „Esther". Op 12 Maart 1945 werd het gebouw door enige bommen zwaar beschadigd. Een brand voltooide op 11 April het vernietigingswerk. Na enige voorlopige herstelwerk zaamheden werd in 1949 een begin ge maakt met het eigenlijke reconstruc- tiewerk, dat er toe geleid heeft dat het Burgtheater in deze dagen uit zijn as kon herrijzen. „Huis, Tuin en Keuken" is de titel van het nieuwe programma van Wim Sonne- veld, dat eindelijk Amsterdam heeft, be reikt in 't Nieuwe De la Mar Theater, na dat „in de provincie even was ingespeeld en een en ander nog was bijgeschaafd. In tegenstelling tot b.v. het vorige program ma, waren nu geen bepaalde uitschieters, geen bepaalde toppen te bespeuren. Als geheel bleef het op een bepaald niveau, hoewel het gedeelte dat zich „thuis" af speelde een peil had, dat wij liever op getrokken zagen tot het niveau van de „tuin". Wie bij Sonneveld mee naar „huis" gaat, voelt zich bedrogen. Hij geeft te veel nare opmerkingen ten beste over het huwelijk en Conny Stuart blijkt een fi guur te zijn, die men beter in de frisse buitenlucht kan ontmoeten. Wat zij pres teerde met „De moeder van het grote gezin" was smakeloos en hoort niet thuis in een programma, waar de goede smaak niet met voeten getreden wordt. Deze misvatting ter zijde gelaten is de voorstel ling als geheel toch bijzonder amusant. De vormgeving is verzorgd en het is jammer dat de inhoud soms inadequaat is aan de kundigheid waarmede de liedjes, sketches en conferences worden gehouden. Friso Wiegersma had de decors weer i ontworpen met de hem eigen stijl, die bijzonder fraai is en waarover wij niets dan lof kunnen hebben. De teksten waren van Wim Sonneveld zelf, waarbij „Kom lieve Klaartje" uitermate geslaagd te noe men is; Michel van der Plas, die dich terlijk en geestig waren; Annie Schmidt die wel grappig schrijft maar niet een overweldigende indruk nalaat en Guus Vleugel, die zijn pen in betere inkt moet dopen wil hij niet gekwalificeerd worden als een man, die zich bezighoudt met de gemakkelijkste soort pseudohumor, nl. het belachelijk maken. Ina Philippo had een liedje-sketch gepresteerd, dat aardig was. Wim Sonneveld is niet meer de Parel prul. Gelukkig maar. Vooral als hij zich in historische gewaden tooit, is hij aller kostelijkst. Ietwat week weliswaar, niet de man om een goede scherpe critiek te geven door middel van het ridiculiseren, maar die zijn praatje maakt en zijn liedje zingt op een wijze, die amusant is. Wat hij zelf noemt „Een liedje spelen" doet hij prima. Daarin is hij op zijn best. Joop Doderer is verrukkelijk dwaas. Samen De bruiloftsmarsen van Wagner en Mendelssohn, acht versies van het Ave Maria" en drie andere profane met Wim Sonneveld in „Er staat een meïodieeA'zijn^üit'dè kerken van het vrijer voor de deur geeft hij een tra- 1 J vesti, die de tranen in de ogen van het lachen doet komen. aartsbisdom Chicago gebannen. Het besluit daartoe werd verleden week door kardinaal Stritch bekrach- De dwaasheid leeft hij pas goed uit in (.jg^ en js ,dezer dagen in het officiële „De lolligste thuis", maar ook amusant- orgaan van het diocees bekend ge- ernstig kan hij zijn in „De meid en de maakt moordenaar".. Uitstekend is IJda Andrea. Kardinaal Stritch die er op wijst Zij werkt met haar ogen dusdanig geraf- i aanzien van'zijn verbod „geen fineerd, dat iedere vrouw daar ja oers op "tt? zaJ worden toege- ïs. Zij is nl. met banaal maar weet n vuur i aiwijiiiiig in haar blik te leggen en een schalksheid die „klassewerk" zijn. Kitty Kluppell en Mieke Last zijn goed in „Zwarte Leentje", vooral Mieke Last. Conny Stuart is zoals altijd. Hoe de tekst ook is, zij weet er steeds een eigen creatie van te maken. In de uitgesproken humoristische nummers is zij het beste, omdat men bij de meer serieuze program mapunten steeds weer op de achtergrond bij haar het grollige ziet opduiken. Zij blijft dé grote steun van het gezelschap en zonder haar zou veel van het cachet weggaan, B. staan", nam de maatregel op grond van een rapport van een commissie, die gedurende één jaar de practijk der kerkmuziek in het aartsbisdom bestu deerde De commissie beval aan de melodieën in kwestie uit de parochie kerken te bannen als „ongepast en niet tegemoetkomend aan de elemen taire begrippen van „streven naar hei ligheid". De uitgeschakelde „Ave Maria s zijn die van Bach-Gounod. Schubert. Verdi, Mascagni, Roswig, Kahn, Mil lard en Luzzi. De drie andere liederen zijn „I love you truly", „O, promise me" en „Because". In het genre van de lichte muziek heeft de K.R.O. Zaterdagmiddag een nieuw duo geïntroduceerd, Fred Roozendaal (piano) en Frans Beekmans (drum) spelen na de boekrecensies van de IDIL gedurende tien minuten populaire melodiën waarbij de gevoelige aanslag van de pianist en het soepele rhythme van de drummer een ideale combinatie vormden> waar naar het prettig luisteren was. Ter verbetering van de ontvangst zal de B.B.C. voortaan de voor Nederland be stemde dagelijkse „Brief uit Londen" die men kan horen op 224 meter en op de 48,78 golf, vroeger in de avond uitzenden. Met het oog op de vele klachten, die van luisteraars in Nederland werden ont vangen over de wijze waarop de uitzen ding op de middengolf bij donker wordt gestoord door andere Europese zenders, die dezelfde golflengte gebruiken, heeft men besloten de duisternis zoveel moge- 'kwart °voOTj zes* I Ran Bentz van den Berg en Andrea Domburg in ,J)e keizer van Amerika" zenden. I (Ned. Comedie) I Comedie Het dreigde eentonig te worden om te wijzen op de tekortkomingen, die de Ned. Comedie dc laatste tijd op het toneel vertoonde. Maar Zaterdagavond leize van Koning Magnus (Han Bentz van den Berg) juist als er een crisis is ontstaan. Men wil de koning n.l. een ultimatum laten tekenen, waarbij hij hebben wij in de hoofdstedelijke Stads- in feite politiek stom wordt gemaakt. schouwburg een avond toneel meege maakt, zoals wij ze te zelden zien, en die ons een groot genoegen heeft be zorgd. Men merkte weer iets van de wisselwerking tussen toneel en zaal, die weerkaatsing van spel en reactie, die spanning van vormgeving en uit werking op de toehoorders. Shaw is een wonderlijk en veelzij dig auteur. Wij zullen niet wijzen op zijn talenten ais toneelschrijver, die zijn overbekend. Maar omdat „The Applecart", hier gespeeld in de verta ling „De keizer van Amerika" door E. A. Keuls-Schuur in nogal sobere decors van Wim Vesseur, niet onlangs nog is opgevoerd, willen wij in enkele woorden de inhoud weergeven. Shaw introduceert een verwoede vak bondstrijder Boanerges (Johan Fiolet) die pas tot minister is benoemd in een Labourkabinet, dat staat onder lei ding van Proteus (Paul Huf), ten pa- „Geeft u even een seintje?" Met deze woorden trad Koningin Juliana Zaterdag, gevolgd door Prins Bernhard, op de microfoons toe om Haar volk vóór het vertrek naar de West nog enkele woorden ten af scheid toe te spreken. yia hun televisietoestellen zijn veie duizenden van dit afscheid op Schip hol getuige geweest. Een afscheid, waarvan de sfeer van warme vriend schappelijkheid en ongedwongen har telijkheid meesterlijk door de camera's van de N.T.S. op het scherm werd weergegeven. Eerst de typische sfeer van een of ficieel afscheid. Ministers, hoge ambte naren en leden van de koninklijke hof houding, op zoek naar wederzijdse be kenden en vrienden, een korte hand druk of enkele woorden ^wisselend wachtend, zonder zich eigenlijk precies bewust te zijn waarop. Dan de komst van H.M. de Koningin en Prins Bern- hard, even later gevolgd door de vier Prinsessen, die haar koninklijke ouders uitgeleide kwamen doen. En plotseling was daar de sfeer van een grote familie bijeengekomen om afscheid te nemen van twee van haar voornaamste leden, die een lange, maar prettige reis gin gen ondernemen. Steeds weer wisten, de cameramen sen de juiste plaats en de goede opstel ling te vinden om de kijkers ooggetuigen te doen zijn van de voornaamste en meest belangwekkende momenten, ter wijl de gevoelige microfoons van de NTS herhaaldelijk woorden opvingen, die eigenlijk niet voor hen waren be stemd, maar die de harten van de verre toeschouwers verwarmden. Zo hoorde men Prins Bernhard belangstellend in formeren naar het bezoek, dat één der aanwezigen onlangs aan Parijs had ge bracht Of het er mooi was geweest en in welk hotel hij had gelogeerd, wilde de Prins weten. Nadat H.M._ en Z.K.H. via de micro foons het officiële afscheidswoord had den gesproken, had Piet te Nuyl jr achtereenvolgens een kort onderhoud met de gezagvoerder en de stewardess van het vliegtuig, waaruit bleek, dat er voor deze heel bijzondere vlucht maar weinig speciale maatregelen waren ge nomen. De algemene veiligheidsmaatre gelen bij de K.L.M. zijn nu eenmaal van dien aard. dat ze moeilijk nog verbeterd kunnen worden. In de grote ontvangzaal teruggekeerd, waar Siebe van der Zee op prettige en bescheiden wijze het commentaar sprak hoorden de kijkers H.M. de Koningin plotseling zeggen: ....een kleine Jobs tijding Het bleek, dat de technici van Poly- goon-Profilti, die de afscheidswoorden van de Koningin en Prins Bernhard voor een speciale, lange kleurenfilm hadden willen vastleggen, tegenslag hadden gehad. De opname was mislukt en nu luidde hun verzoek, of de toe spraken misschien nog eens zouden kunnen worden herhaald Natuurlijk waren daar bezwaren te gen en in allerijl vond er overleg plaats op het allerhoogste niveau, waarbij wij HJM. de Koningin, de steeds bereid is ieder zoveel mogelijk terwille te zijn, tot tweemaal toe hoorden vragen: „Waarom nu niet?" Het goede hart en de beminnelijkheid van onze Vorstin wonnen het tenslotte. De mannen van Polygoon kregen hun zin en opnieuw begaven de Koningin en de Prins zich naar de microfoons om opnieuw voor de vuist weg een korte rede uit te spreken. Tenslotte was dan het moment van vertrek aangebroken, een afscheid waarvan heel Nederland voor het eerst met warme belangstelling niet alleen oorgetuige, maar ook ooggetuige heeft kunnen zijn. Hij mag niets meer zeggen, dat niet is gedicteerd door zijn ministers en hij mag niet zinspelen op het recht van veto, dat hij constitutioneel bezit. Dit wordt besproken tijdens een kabinets zitting, waarbij ook aanwezig zijn Pli- nius, de minister van financiën (Phi lippe la Chapelle), Crassus, de minis ter van Koloniën (Pierre Myin), Nico- bar, de minister van buitenlandse za ken (Dick Swidde), Baldus, de minis ter van binnenlandse zaken (Wim van Sierenberg de Boer), Lysistrata, mi nister van kracht en energie (Loudi Nijhoff, die als gast meespeeld) en Amanda, minister van posterijen (Mi mi Boesnach). Shaw tekent deze bijeenkomst als een kibbelarij tussen een groepje lie den, die door hun kiezers uiteindelijk op deze plaats zijn gekomen, en die er een opvatting op na houden, dat ne potisme en corruptie de steunpilaren zijn van hun bestaan. Het is een groep je, dat elkaar domweg Joe en Harry noemt, behalve Boanerges, die vol vu rig en jong idealisme de eerlijke werk man vertegenwoordigt. Maar de ko ning is het kabinet te slim af. Hij doet een tegenzet, die uitermate spits is en die de minister-president noopt het ul- Voordat H.M. Koningin Juliana en Z.K.H. Prins Bernhard Zaterdagmid dag van Schiphol per ,Jan van Rie- beeck" naar de West vertrokken, werden o.a. de leden van de beman ning van dit K.L.M.-toestel aan de vorstelijke passagiers voorgesteld. De foto laat zien, hoe de stewardess, mej. S. M. Rijpstra, de hand gedrukt wordt door H.M. Koningin Juliana. timatum te verscheuren. Rondom deze politieke figuren dwarrelen nog twee particulier-secretarissen (Dick Schef- fer en Allard van der Scheer)de prin ses Alice (Ellen van Hemert), de ko ningin (May Vollenga, die nogal sim pel deed), Orinthia (Andrea van Dom burg) en mr Vanhattan, de Ameri kaanse ambassadeur, die koning Mag nus de keizerskroon van Amerika komt aanbieden (een rol, die werd ge speeld door André v. d. Heuvel als plaatsvervanger van Louis van Gaste ren, die met een keelaandoening het bed moet houden). De regie was in handen van Henk Rigters, die een uitermate gemakkelij ke taak had. Van regie is n.l. bij dit spel geen sprake, omdat alles statisch is gehouden en het volle accent op het woord ligt. Alleen het enige waar Rig ters op had moeten letten, n.l. een juiste uitspraak en een goede klem toon, heeft hij verwaarloosd, zodat de Nederlandse Comedie met zijn „lei ding" geen gelukkige keus heeft ge daan. Andrea Domburg speelde Orin thia, de vrouw, die men kan zien als Mrs Patrick Campbell, de actrice die Shaw zo vurig beminde, maar die hem kwalificeerde als 'n „lusteloze leeuw". Dit is in zekere zin koning Magnus ook voor haar. Hij praat met haar en zoekt afleiding bij haar door een ge notvolle aanschouwing van haar schoonheid en het lachen om haar eer zucht. Daar blijft het bij. Maar Han Bentz van den Berg blijkt in alle opzichten de juiste man te zijn om deze rol gestalte te geven en geen enkele maal komt er ook maar iets van een banaliteit of van een goedkoop ef fect naar voren. Een prima spel van een waardige acteur. Maar de grote verrukking van de avond was naar onze mening Paul Huf. Hij schijnt weer geheel hersteld te zijn van zijn ziekte, die hjj in Italië opliep. Hij heeft de rol van minister-presi dent gecreëerd op een wonderbaarlij ke wijze. Accuraat, goed articulerend en tot in de minutieus kleine details afgewerkt. Kostelijk spel van een man, die vaak chargeert, maar die thans een stuk acteertalent toont, dat groots is. Als enkele opmerking willen wij nog wijzen op Johan Fiolet, die ten volle op zijn plaats was en die een manmoe dige arbeider speelde; Mimi Boes nach, die Amanda juist dat tikkeltje realisme en vrouwelijk enfant terri ble gaf, die de rol nodig heeft. In te genstelling tot Loudy Nijhoff, die Ly sistrata zo zwaar op de hand nam, dat het leek of zij snikkend deze satire wilde trekken in een tragische sfeer, die ten enenmale volledig misplaatst is. Het ensemble was goed. De geestige opmerkingen van Shaw kwamen goed over het voetlicht en zo werd deze co- quetterie over da democratie een ty pisch staaltje van Keltische geestig heid, die Shaw in iedere top van zijn vinger bezat en die zo vaardig door zijn pen heeft geobjectiveerd. Een to neelavond, die wij iedereen aanraden mee te maken.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1955 | | pagina 3