Twee jaar later: ontmoeting met
Poter Kommerer
O^KUYPER
tfeffce l&wi niet fax&Z'
HOFNAR
wm
De aarde geen paradijs van veilig genot
Herinneringen aan de Wisselmeren, een eindeloos moeras en
de béste pannekoeken van bezuiden de evenaar.
D
D
Nieuwe Amerikaanse zuivelverkopen
Kerstboodschap van de H. Vader (2)
Het heil ligt niet in de toenemende
sociale productie
r-4
Sir Knox Helm blijft
in Londen
Kardinaal Griffin weer
op de been
DONDERDAG 29 DECEMBER 1955
PAGINA S
door MARTIN W. DUYZINGS
WÈÊMM
iaMü
Twee jaar geleden.
Moerassenlopers
Modder, mest en varkens
Een peentje en een
D rapport.
Opnieuw naar het Oosten
ONVERANDERD in kwaliteit
Daar, wist men, was Pater
Kammerer in gezelschap van zijn
dragers, zijn gidsen en Mozes, zijn
vertrouwde guru, op weg voor
een nieuwe ontdekkingstocht.
Een tocht dwars door de moeras
sen en over de bergen naar de
kust en vervolgens naar de be
faamde Baliem-vallei.
Terug met 'n helicopter?
Gij moogt, wil ik slechts zeg
gen, alles wat pater Kammerer U
vertelt over de ontberingen waar
aan onze missionarissen daar in
Centraal Nieuw Guinea bloot
staan, dapper gebruik makend
van uw eigen voorstellingsver-
gen, wel met acht of daaromtrent
vermenigvuldigen! Want de wer
kelijkheid van Centraal Nieuw-
Guinea ziet er in onze verwende
leken-ogen altijd nog wel wat
rauwer uit, dan in de milde ogen
van een jonge, van geestdrift en
idealen vervulde missionaris!
RIGOLETTO
Super Bolknak
nooiZ^net getoodl/
in PRIJS verlaagd
JAAR STERK GEDAALD
De mening van de Kerk over
liet communisme
Vermaningen in liet huidige
industriële tijdperk
Nu Soedan onafhankelijk is
PASSAGIERSVLIEGTUIG
VERLOOR EEN MOTOR
verliep uitstekend. W 1 wordeVwjgS^" °P zelf niet
Primaat leest weer de H. Mis
in zijn huiskapel
Twee jaar geleden, op weg naar Kugapa. Rechts:
Pater Kammerer, links: de verslaggever.
XJET regende, die morgen, zoals gewoonlijk. Er
lag een dun, vet laagje modder op de weg; het
spoot in fijne, gele sproei-fonteinen omhoog van
onder de luid sissende wielen der voorbij-rijdende
wagens. Er liep, voorbij Sittard, een man met een
Kerstboom door de modder en de regen. Hij tors'e
die Kerstboom op zijn rug, een kale, droef druipende
magere den; men dacht, dat die magere Kerstboom
de droeve, druilerige sfeer van deze laatste dagen
vóór Kerstmis 1955 markant en zonder overdrijving
illustreerde. In Maastricht, eerder op onze tocht, had
de man van het tankstation hoestend en huiverend
een natte spons gehaald door de gele brij die de
ruitenwissers, zacht kreunend in een droevig rhytlime,
op de voorruit van de wagen hadden achtergelaten.
„Hondenweer!", had de man van het tankstation
gezegd met de trefzekerheid waarmee tramconduc.
teurs, kappersbedienden en de lieden van de tank
stations veel héter en nauwkeuriger dan De Bilt de
ons belagende meteorologische verschijnselen weten
te beschrijven. „Honden-weer''!de regen, de
modder, de gure wind, en de mensen: met een aan
staande griep of een pas genezen bronchitis en een
bitter heimwee naar een straaltje koesterende zon.
„Enfin", zei de man van het tankstation, „van de
zomer was het niet veel beter; een rót.klimaat, neemt
U mij niet kwalijk". Ik zag, dat er een geamuseerde
glimlach gleed over het magere, gebruinde gelaat van
mijn passagier. Ik wist uit ervaring waarom mijn
passagier geen overwegende bezwaren koesteren kon
tegen ons klimaat. Hij kwam, pas nog, uit dat barre
stukji, wereld dat, naar men hardnekkig beweert,
door Onze Lieve Heer op Zaterdagavond-laat ge
schapen werd. Op de landkaarten heet dat stukje
wereld Centraal Nieuw-Guinea. Men hééft daar geen
klimaat. Men heeft er slechts de zondvloed.
pater Kammerer daar gebouwd had na
dat hij zich eerst maanden achtereen var.
een tent had bediend (een tent was
doodgewoon onzin, in Centraal Nieuw-
Guinea, men kon net zo goed onder de
blote hemel in de regen en de modder
liggen), lag aan een wild bandjirrende
rivier die bulderend over de rotsen
schuimde.
Er hing daar een hangbruggetje over
de kali en wie over dat wankele brug
getje wilde, moest van nature gewapend
zijn met een onbetamelijke hoeveelheid
doodsverachting alsmede met een stel
uit gewapend beton vervaardigde zenu
wen, en als men 's avonds in het huis
van pater Kammerer de best geslaagde
pannekoeken van bezuiden de evenaar
verorberde met een mok dampende kof
fie, hoorde men mèt de ratten die onder
de vloer van het huis geestdriftig aan
de palen knaagden, dat hangbruggetje
zwiepen in de storm. Dan, bij het warme
licht van een Alladin. hoorde men bo
vendien de geschiedenis van de man die
een jaar tevoren bij een ontdekkings-
tocht in Oostelijke? richting door zijn
dragers verlaten werd, die maanden ach
tereen door de rimboe dolend door dui
zend gevaren werd bedreigd en die ten
slotte in Enarotali terugkeerde om te
ontdekken, dat men zijn doodsprentje al
gedrukt had.
Hij bewaarde dat prentje nu bij een
droog en nuchter rapport van zijn
tocht: ,Jk denk er nog overmij te ver-
bergenmaar daar de Dani's mij toch
gauw genoeg zouden vinden, blijf ik
maar zitten en stop alleen voor alle ze
kerheid mijn regenjasje onder mijn shirt
om eventueel hun eerste pijlen op te
vangen. Het lijkt mij wel mogelijk, dat
als er een troep moordlustige Dani's
komt, er in het begin wat pijlen zul
len vliegen en „rond een verla
ten hut vind ik wat eetbare varens en
nog wat eetbare bladeren. Stoom deze
gaar met wat hete stenen. Vergeet er
water overheen te doen, zodat 'het re
sultaat nogal taai is, maar hèb ten
minste na twee dagen eindelijk weer
wat te kauwen
«is'
De tocht welke wij die dag door de
regen maakten, was voor de verslag
gever in zekere zin een revanche. Pre
cies twee jaar geleden had ik mijn pas
sagier, pater Misael Kammerer O.F.M.,
diep in Centraal Nieuw-Guinea in dé
bestuurspost van Raphael Den Haan
aan het Paniai-meer ontmoet. Ik kwam
daar met een Catalina-vliegboot van de
marine. Des morgens waren wij in de
genadeloze broei-hitte ginds aan de
kust, in Biak, van de grond gegaan: een
dolle ren over de startbaan die men met
moeite slechts ontrukt heeft aan de
jungle. De „Cat" had, aarzelend nog, een
bocht gemaakt boven de Geelvinkbaai,
dan was zij, met de oude motoren prac-
tisch op volle kracht, omhoog geklom
men naar het smetteloze azuur van de
hemel.
Het zou, had de vreemdeling gedacht,
een pleziervlucht worden, de tocht naai
de Wisselmeren, doch hij kende Nieuw-
Guinea niet: een uur later slingerde de
vliegboot als een dweil door een ver
vooroorlogs tropisch onweer, wéér een
Uur later bestond de wereld slechts uit
bloemkool en alles verstikkende grau
we regenwolken, en als men tenslotte
in een altijd riskante onderneming door
de nauwe kloof dook die, ergens in de
bergketen rond het Paniai, naar de Wis
selmeren en het stenen tijdperk leidt,
kon men ook als vreemdeling wel met
één oogopslag zien, dat Centraal Nieuw-
Guinea toevallig niet een stukje land is
alwaar gij, ter afwisseling van Uw jaar
lijkse uitstapjes naar Tirol, Mallorca of
de Rivièra, Uw zomervacantie zoudt
willen doorbrengen.
E bestuurspost aan het Paniai-meer
heette Enarrotali. En er was daar
een nederzetting van de missie, er
woonde een dokter, ze hadden er een
opslagplaats en er stond, op de top van
Iets dat wij in Europa zonder enige aar
zeling een mestvaalt zouden noemen,
een stenen huis: het huis van Raphaël
den Haan; men had het destijds met die
Catalina van de marine practisch steen
voor steen van Biak uit naar de Wissel
meren opgevlogen.
Het was daar, in de lage,, ruime woon
kamer van het gastvrije huis van
Raphaël den Haan waar, als een uitda
ging, de wanden volhingen met kleur
rijke' affiches aangaande de Franse
vreemdelingenindustrie en waar het
bovendien wel eens voorkwam, dat men
er in slaagde, in de oude, krakende
radio de nieuwsberichten van het radio
station van Sydney op te vangen het
was daar, dat ik pater Misael Kamme
rer voor het eerst ontmoette
Hij kwam daar wel meer: er waren
geen betere moerassenlopers in heel Cen
traal Nieuw-Guinea dan pater Kamme
rer en Raphaël den Haan, er waren bo
vendien maar weinig lieden in Centraal
Nieuw-Guinea, die zo dikwijls „getour-
neerd" hadden in gebieden die op de
kaarten nog slechts voorkwamen als een
lege, grauwe vlek.
Het was daar ook, in het huis van Den
Haan, dat wij overeen kwamen, dat pa
ter Kammerer de vreemdeling een „lift"
zou geven naar Kugapa een smerige
kampong, tientallen mijlen verder naar
het Oosten en zo men destijds wel
licht vergeten heeft, U tijdens de aard-
rijkskunde-les nader omtrent de kam
pong Kugapa in te lichten, beklaag U
niet!, gij zoudt het in Kugapa vermoe
delijk niet langer dan een uur of twee
kunnen uithouden.
IK ZAL bijzonder oud kunnen worden
zonder maar één der verbijsterende
détails te kunnen vergeten van die
„lift" naar Kugapa. In Enarotali hadden
wij een kleine karavaan gevormd: wat
dragers, wat blikken, wat hakmessen en
twee blanken. Het stortregende die mor
gen, zoals gewoonlijk. De wolken hingen
laag en zwaar geladen boven het meer
en als men achter de missiestatie van
Enarotali zich zelf omhoog hees tegen de
eerste heuvel, een smal en modderig pad
dat onmiddellijk verloren liep tussen de
rotsen, de boomstronken en de struiken,
voelde men zijn bloed al bonzen in de
oren en luisterde men gespannen naar
het fluiten van zjjn adem: men zit daar
aan de Wisselmeren meer dan 1700 M.
hoog, men moet er op getraind zijn, zich
zelf van zuurstofarme lucht te bedienen
als men zich daar aan geforceerde dag
marsen wagen wil.
Ik weet niet meer hoeveel uren wij
wel gelopen haden een eindeloze aan
eenschakeling van heuvels en moerasen
en regenbossen en kali's voor wij
eindelijk rustten op een klein en modde
rig plateau vanwaar men goed doch vol
maakt troosteloos uitzicht had op de
Weabu-vallei, aan het onzichtbare eind
waarvan Kugapa liggen moest.
Doch ik herinner mij loei nauwkeu
rig hoe wij daar, hijgend naar adem en
mateloos moe, met reeds lang door
weekte kleren minuten lang zwijgend
in de modder lagen, en dat een cigaret
smaakte als verschoten opium, en dat
men moeite had, werkelijk moeite, om
zich te herinneren, dat niet heel deze
aardbol één eindeloze mestvaalt is van
giftig stinkend, eeuwig rottend riet, van
kleine, naakte, met een modderlaag
overdekte, irriterend kwebbelende en
altijd grijnzende papoea's, en van grau
we varkens die gulzig in de drassige
aarde wroeten.
E NACHT viel snel en geluidloos
reeds over 't land, toen wjj, na uren,
Kugapa eindelijk bereikten. Het huis dat
AT WAS een jaar geleden toen. De
man die men officieel dood ver
klaard had, was nu van Enarotali uit
nog eenmaal naar Kugapa gekomen om
daar orde op zijn zaken te stellen: vier
dagen later, toen wij teruggekeerd wa
ren in Enarotali en ik een nieuwe
tocht door de moerassen verder zou
trekken naar het Westen, in de richting
van het Tigi-meer, hadden wij afscheid
genomen. Tot straks, over twee jaar, in
Holland!; de verslaggever hoopte, dat hij
dan in de gelegenheid zou zijn, de pater
die hem de eerste beginselen van de af
grijselijke kunst van het moeraslopen
had bijgebracht, bij wijze van revanche
óók nog eens een lift te gevenEn wat
die pannekoeken betreft: zelfs benoor
den de evenaar maakt men, zo leerde 'de
verslaggever, geen betere pannekoeken
dan ginds in het huisje van pater Kam
merer in Kugapa. dat. smerige, vunzige
gat dat eeuwig ronddrijft in een giftig
geurende mestvaalt
Toen ik, enkele weken na ons af
scheid, Centraal Nieuw-Guinea verliet,
toen de Catalina zich moeilijk losmaakte
van het Pamani-meer en de, uit Kerkra-
de stammende gezagvoerder Erkens tóch
met enige spanning in de cockpit naar
zijn hoogtemeter zat te staren (men
moet snel hoogte winnen boven het Pa-
niani-meer, anders haalt men die ene,
ANNO^n695
hoog gelegen nauwe kloof niet en
vliegt men de „Cat" niet zonder
geraas te pletter tegen de rotserf)
heb ik aan Pater Kammerer moe
ten denken. De zon iag die mor
gen koesterend over het wjjde meer.
De moerassen lagen vredig te dampen!
Er woei een Nederlandse vlag op het
huis van Raphaël den Haan, een vlag die
boven het stenen tijdperk wapperde.
Als men met <jie Cat verdween door de
nauwe kloof die naar de rest van de
wereld en de beschaving leidt, kon men
zien hoe ginds, naar het Oosten, de wol
ken zich alweer dreigend „opstapelden
voor de dagelijkse stortregen.
Hij schatte dat die tocht door het
gebied der oorlogszuchtige Dani's
drie maanden duren zou. Het werden
er meer dan vier. Weer werd de pater
door zijn drager, verlaten. Weer liep
hij duizend risico's, doch ditmaal be
reikte hij zijn doel: de eerste blanke
die over land de Baliemvallei betrad,
was een Nederlands missionaris. Straks
zullen de misie en het gouvernement
de vruchten plukken van het werk dat
pater Kammerer daar na een avontuur
lijke tocht verrichtte
GEHARD, gebruind en mager is pater
Kammerer nu voor zijn tien-jaar-
se verlof naar Dordrecht, waar
zijn vader woont, teruggekeerd. Het
zal, naar het zich laat aanzien, een
drukke vacantie worden. Men sleurt
pater Kammerer voor de televisie, hij
zal een paar radio-causerieën houden,
men vraagt hem voor lezingen, men
heeft een actie op stapel staan om hem
en onze missie in Centraal Nieuw
Guinea aan niet meer of niet minder
dan een helicopter te helpen, en de
pater zal aan al deze uitnodigingen
gaarne gevolg geven omdat hij beter
dan wie ook de noden van onze missie
in Nieuw Guinea kent.
Doch als gij hem straks, nuchter en
zonder opsmuk, over zijn tochten
Aan de rand van het Paniai: mest, modder, stortregens en driftig in de
aarde ivroetende varkens
een hut en maakten we een vuur en
aten we een stukje voor het slapen
gaan", wil dan bedenken, dat missiona
rissen die een jaar of tien in het stenen
tijdperk en een mestvaalt geleefd heo-
ben en alle ontberingen zonder mop
peren verdragen omdat zij niet alleen
vervuld zjjn van hun idealen, doch om
dat zij bovendien niet ten onrechte Gods
Eigen Avonturiers mogen heten, al
lang vergeten hebben, een wereld-als
een mestvaalt ongewoon te vinden.
Jawel!...." en toen sloegen we een
zjiweg in die naar het Noorden leidt"...
doch gij zoudt in het moeras die weg,
laat staan de zijweg, voor geen goud
kunnen vinden, en wat twee Uren moe
raslopen in Nieuw Guinea betekent, is
met geen pen te beschrijven, en wat
men aan het eind van zo'n geforceerde
dagmars het bouwen van een hut
noemt, bestaat uit niets anders dan wat
takken en wat bladeren die nauwelijxs
enige beschutting bieden tegen de re
gen die uren achtereen woedt, dag in
dag uit. nacht in nacht uit; en wat een
missionaris als pater Kammerer op zo'n
tournee des avonds voor het slapen
gaan wel te eten krijgt, bestaat uit een
soort van glazige aardappels dewelke
men met een overdreven woord „nota's"
noemt, en ook wel eens uit wat eet
bare varens en wat, nóg minder eet
bare. bladeren die men gaar stoomt op
wat hete stenen.
vertellen hoort in de trant van OVERSLHOTTEJN AFGELOPEX I Denemarken' Canada, Australië, Zweden
„wel, toen sloegen we een zijweg in die
naar het Noorden leidt, en na een
poosje, een uur of twee lopen, begon
het te regenen, en toen bouwden we
De Amerikaanse regering heeftJ&jnsdas
vertegenwoordigers van Nieuw-Zeeland.
Zestien leden van het H. College van
Kardinalen hebben de plechtigheid bij
gewoond, tijdens welke Z.H. Paus Pius
Kil zijn jaarlijkse Kerstboodschap tot
de wereld richtte. De kardinalen boden
allen persoonlijk hun kerstwensen aan en
de aartsbisschop van Buenos Aires, San
tiago Luis kardinaal Copello (links),
onderhield zich na het uitspreken van
zijn kerstwens nog even vertrouwelijk
met Zijne Heiligheid.
Hieronder vervolgen wij de publi
catie van de letterlijke tekst van
de Kerstboodschap, die de H.
Vader Zaterdag j.l. heeft uitge
sproken en waarvan wij gisteren
het eerste deel afdrukten. In ver
band met de lengte van de Pau
selijke rede zullen wij de tekst
van het laatste hoofdstuk, waar
in de H. Vader o.m. de vraag
stukken van vrede en atoombe
wapening aanroert, eerst morgen
publiceren. Red,
Kan MEN WERKELIJK beweren,
dat de mens reeds nu uit zichzelf
aI in zi.in behoeften kan
reiken'Ve althanf °P wc« is dit te be-
v, De voorzeker verbazingwekken-
if aagse veroveringen van de
uappen en technische vooruit
gang zullen aan de mens een uitgebreide
IlUPnen geven over de krachten
u Pr' over de ziekten en zelfs
over het begin en het ejnde van het le
ven. Het staat echter eveneens vast. dat
zulk een beheersing der dingen de aarde
met zal kunnen omvormen tot een para
dijs van veilig genot. Hoe zal men dan
redelijkerwijs alles kunnen verwachten
van de krachten van de mens, wanneer
de feiten van nieuwe verkeerde ontwik
kelingen en ook van ziekten reeds het
vee zijdige karakter aantonen van een
denkwijze die het leven uitsluitend op
de grondslag van de quantitatieve
analyse en synthese zou willen beheer
sen. Haar toepassing op het maatschap
pelijk leven is met alleen vals, maar ook
een in de praktijk gevaarlijke vereen
voudiging van zeer ingewikkelde proces
sen. In dergelijke omstandigheden heeft
ook de mens het gebed nodig en is hij
indien hij verstandig is, ook bereid oni
te bidden voor de veiligheid van zijn be
staan. Dat betekent evenwel niet. dat de
mens nu af moet zien van nieuwe vor
men dat wil zeggen, dat hij omwille van
zijn veiligheid de zoeven aangegeven
orde 1), die de ware menselijke natuur
weerspiegelt, niet zou mogen aanpassen
aan de huidige omstandigheden. Niets
verbiedt hem de veiligheid tot stand te
brengen door ook gebruik te maken van
de resultaten der techniek en de indus
trie, doch men moet weerstand bieden
aan de bekoring om orde en veiligheid te
laten steunen op de boven aangegeven
louter quantitatieve methoden die hoe
genaamd geen rekening houden met de
orde der natuur, zoals diegenen zouden
willen, die het gehele lot van de mens
aan een geweldige industriële macht van
de tegenwoordige tijd toevertrouwen.
Zij menen iedere veiligheid te kunnen
opbouwen op het fundament van de
steeds toenemende productiviteit en op
dat van de ononderbroken loop van de
steeds grotere en vruchtbaarder produc
tie van de nationale economie.
Deze zal, zo zeggen zij, 0p de grondslag
van een volledige en altijd volmaaktere auto
matisering van de productie en steunende op
de beste methoden van organisatie en bere
kening aan alle arbeiders een vast bestaan
en een hoger arbeidsloon verzekeren, In een
volgende fase van ontwikkeling zal dit loon
zo groot worden, dat door middel van de voor
zieningen door de gemeenschap het toerei
kend zaï kunnen zijn voor de bestaanszeker
heid ook van hen, die nog niet of niet meer
in staat zijn om te werken, voor de kindereu,
de ouden van dagen en de zieken. Om rit-
veiligheid te bestendigen, zo besluiten zij. zal
het daarom niet nodig zijn een beroep te
doen op het eigendom, hetzij persoonlijk of
collectief, hetzij in natura of in geldkapitaal.
Welnu, deze manier om de veiligheid te
regelen is niet één van die vormen om de
natuurlijke beginselen aan te passen aan d«
nieuwe ontwikkeling, maar een aanslag op
het leven van de door de natuur gegeven
betrekkingen tot zijn medemensen, het werk
en de maatschappij. In dit al te kunstmatige
systeem wordt de veiligheid van de mens
op gevaarlijke wijze geseheiden van die
grondeigenschappen en krachten voor de or
dening van de maatschappij, welke juist tot
het wezen van de menselijke natuur behoren
en die alleen een solidaire bindende eenheid
onder de mensen mogelijk maken. Op een of
andere wijze, zij het ook met de noodzake
lijke aanpassingen aan de tijdsomstandig
heden, moeten het gezin en de eigendom
blijven behoren tot de grondslagen van de
vrije persoonlijke regeling van het leven. Op
een of andere wijze moeten de kleinere ge
meenschappen en de Staat tussenbeide ko
men als aanvullende krachten van de vei
ligheid.
Hieruit blijkt dus opnieuw, dat geen
quantitatieve methode, zij moge nog zo
volmaakt zijn, de maatschappelijke en
geschiedkundige wettelijkheid van het
menselijke leven kan en mag beheersen.
De onophoudelijk stijgende levensstan
daard, de voortdurend toenemende tech
nische productiviteit zijn geen normen,
die op zichzelf genoemde bewering wet
tigen, dat wij met de werkelijke verbetes
ring van het economische leven van een
volk te doen hebben.
Alleen een eenzijdige kijk op de huidce
tijd, misschien ook nog jop de naaste toe
komst. maar niet buiten deze grenzen, kan
zich tevreden stellen met een dergelijke
maatstaf Daaruit komt voort, soms voor lan
ge tijd, een onbezonnen verbruik van de re
serves en van de schatten der natuur, heiaas
ook van de voorhanden zijnde menselijke
arbeidskrachtenVervolgens ook de langzaam
toenemende, steeds grotere wanverhouding
tussen de noodzaak om het bevolken van de
nationale bodem op redelijke wijze te blijven
aanpassen aan do productieve mogelijkheden
en aan buitensporige opeenhoping van de ar
beiders Hier dient men nog aan toe te voe
gen de ontbinding van de maatschappij met
name van het gezin, in de afzonderlijk van
elkaar gescheiden dragers die de arbeid en
het verbruik. En tenslotte het in steeds groter
gevaar brengen van de levensverzekering, die
steunt op de opbrengst van het bezit, in wel
ke vorm ook, terwijl dit bezit teveel is bloot
gesteld aan iedere ontwaarding van het teld
en aan het risico, dat erin gelegen is, de vei
ligheid enkel en alleen te verplaatsen naar
het gangbare arbeidsloon.
Wie in dit industriële tijdperk met
recht het communisme er van beschul-
digt.dat het de volkeren waarover het
heerst, van vrijheid heeft beroofd, zou
niet mogen nalaten op te merken, dat
ook aan de andere zijde van de wereld
de vrijheid een zeer twijfelachtig bezit
zal zijn, indien de veiligheid van de
mens niet meer zal worden afgeleid
van een structuur,' die met zijn ware
natuur overeenkomt. De valse opvatting
welke het hei] verlegt naar het steeds
toenemend proces van de sociale pro
ductie, is een soort bijgeloof, misschien
het enige in onze rationalistische indus
trie-periode, maar ook het meest gevaar
lijke. omdat het de economische crises,
die altijd weer het gevaar van de terug
keer naar de dictatuur in zich dragen,
voor onmogelijk schijnt te houden. Bo
vendien is het bijgeloof niet eens bruik
baar om een hecht bolwerk op te rich
ten tegen het communisme, omdat het
zowel van communistische zijde als ook
door niet weinigen van niet-communis-
tische zijde wordt gedeeld In deze valse
opvatting ontmoeten beide partijen el
kaar en brengen aldus een stilzwijgende
overeenkomst tot stand, zulk een over
eenkomst, dat zij de schijnbare realisten
van het Westen over de mogelijkheid
van een echte coëxistentie laat dromer.
In de Kerstboodschap van verleden
jaar hebben wij de opvatting van de
Kerk over dit onderwerp uiteengezet. Wij
hebben nu de bedoeling haar nogmaals
te bevestigen. Krachtens de leer der
Kerk wijzen Wij het communisme als
maatschappelijk systeem af en moeten
daarbij op bijzondere wijze de nadruk
leggen op de grondslagen van het na
tuurrecht. Om dezelfde redenen verwer
pen Wij evenzeer de mening, dat de
christen het communisme heden zou
moeten zien als een verschijnsel of als
een stap in de loop der geschiedenis, als
ware het een noodzakelijk moment in
haar ontwikkeling, en dat hij haar daar
om als door de goddelijke Voorzienig
heid vastgesteld zou hebben te aanvaar
den.
Maar Wij vermanen nu de christenen
van het industriële tijdperk in de geest
van onze laatste Voorgangers, zich niet
tevreden te stellen met een anti-commu-
nisme, dat louter steunt op de leugen
en op de verdediging van een vrijheid
zonder inhoud. Veeleer roepen Wij hen
op een maatschappij op~ te bouwen,
waarvan Wij reeds meermalen de nood
zaak en de uitwerking hebben uiteen
gezet en die de ware natuur van de
mens weerspiegelt. Nu zouden de chris
tenen tot wie Wij ons vooral richten
beter dan de overigen moeten weten,
dat de Mensgeworden Zoon Gods de
enige hechte steun is van het mensdom,
ook in het maatschappelijke en historié
sche leven. En dat Hij door de mense
lijke natuur aan te nemen haar waardig
heid als grondslag en richtsnoer van die
zedelijke orde heeft bevestigd.
Het is dus hun allervoornaamste taak er
naar streven dat de hedendaagse maat
schappij in haar opbouw terugkeert naar de
door de Mensgeworden Zoon van God gehei
ligde bronnen. Zouden de christenen deze hun
taak verwaarlozen, en voor zover het van men
afhangt de ordenende kracht van het geloof
in het openbare leven werkloos laten, dan zou
den zij verraad plegen aan de God-Mens, -'ie
zichtbaar onder ons is verschenen in de kribbe
van Bethlehem. Dat moge volstaan om getui
genis af te leggen van de ernst en de diepste
beweegreden van het christelijk werken in de
wereld en tevens om iedere verdenking als zou
het de Kerk er om te doen zijn naar aardse
macht te streven, te doen verdwijnen. Indien
derhalve de christenen zich verenigen in ver
schillende instellingen en organisaties, stellen
zij zich geen ander doel voor ogen dan ,ic
dienst, welke door God van hen wordt ver
langd ten bate van de wereld. Om deze reden
en niet uit zwakheid sluiten de christenen zich
onderling aaneen. Maar zij en zij vooral blijven
openstaan voor iedere gezonde onderneming en
voor iedere ware vooruitgang Zij trekken zich
daardoor niet terug in een ghetto om zich als
het ware tegen de wereld te beschermen. Door
zich te wijden aan de bevordering van het
gemeenschappelijk welzijn, minachten zij de
anderen niet, die overigens, indien zij zich
door het licht van de rede laten leiden, van
de leer van het christendom tenminste dat
gene zouden kunnen en moeten aanvaarden,
wat gegrondvest is op het natuurrecht.
Hoedt U voor diegenen, die deze chris
telijke dienst aan de wereld minachten
en daar tegenover een zogenaamd zuiver
geestelijk christendom stellen. Zij heb
ben de goddelijke stichting reeds van
haar grondslag af niet begrepen: Chris
tus waarlijk God, waarlijk ook Mens. De
apostel Paulus laat ons de volle en on
gedeelde wil van God, welke ook de
aardse wereld bedoelt te ordenen ken
nen, doordat hij Hem twee veelbeteken
de eretitels toekent: de Middelaar en de
Mens. Ja, de mens. zoals ieder van zijn
verlosten het is
en Nederland verwittigd van nieuwe stap
pen, die zuilen worden gedaan in het kader
van het programma voor de ruiming van
de Amerikaanse agrarische overschotten.
Nadere bijzonderheden zijn niet bekend
gemaakt, maar men meent te weten dat
de nieuwe stappen verkopen van boter en
kaas uit de overschotten inhouden. Ver
moedelijk zullen de verkopen geschieden
op basis van concurrerende biedingen.
Sedert Januari hebben de Ver. Staten
reeds ongeveer 10 millioen pounds boter
uit de overschotten op deze basis gekocht.
Nieuw-Zeeland heeft de vorige week tegen
deze verkopen geprotesteerd, zeggende, dat
de verkopen geschieden tegen prijzen, die
aanzienlijk beneden het kostenpeil liggen.
Volgens Nieuw-Zeeland is dit dumping en
verliest Nieuw-Zeeland hierdoor traditio
nele markten.
De Amerikaanse regering heeft sedert
enige tijd de gewoonte vooraf mededeling
te doen van voorgenomen verkopen aan
de landen, van welke de belangen kunnen
worden benadeeld door de verkopen.
Het boteroverschot van de Ver Staten
is in een jaar tijds geslonken van 280 mil
lioen pounds tot 110 millioen pounds. Dit
is voornamelijk door schenkingen aan het
buitenland bereikt. Het kaasoverschot was
enige weken geleden 280 millioen pounds
groot, vergeleken met een jaar geleden 343
millioen pounds. Ook deze daling is gro
tendeels door schenkingen aan het buiten
land bereikt.
Behalve Nieuw-Zeeland hebben de laat
ste weken ook Canada en Uruguay bij de
Amerikaanse regering geprotesteerd tégen
wat zij noemen dumping op de interna
tionale markten van tarwe en zuivelpro
ducten door de Ver. Staten.
1) Cf.: „De grondslag der veiligheid
van de mens" in het gisteren gepubli
ceerde deel der Kerstboodschap.
De gouverneur-generaal van Soedan, sir
Knox Helm, die zich thans met verlof in
Groot-Brittannië bevindt, zal niet meer
naar Soedan terugkeren, zo is te Khar
toem medegedeeld. Op 1 Januari 1956 zal
een commissie van vijf de functie van
staatshoofd overnemen en de gouverneur-
generaal, wiens functie dan ophoudt te
bestaan, geeft er de voorkeur aan niet
terug te keren. De woordvoerder van het
Foreign Office heeft later te Londen ver
klaard. dat de gouverneur-generaal zijn
besluit genomen heeft op verzoek van de
Soedanese regering.
Inmiddels hebben de politieke partijen
besloten om het ontwerp van de Soeda
nese vlag, die blauw, wit en groen zou
worden, te veranderen in blauw (de Nijl)
geel (de woestijn) en groen (het bebouwde
gebied).
Een Douglas DC 7b van de Pan Ame
rican Airways heeft Woensdagavond,
een uur nadat het van het vliegveld bij
Rome was opgestegen, een der vier mo
toren verloren. Het is er in geslaagd op
twee motoren een raakte nog defect
naar Rome terug te keren. De landing
op het vliegveld, waar alle mo^eliike tnV "'""t en OOK nie'
voorzorgsmaatregelen waren "etroffen Hat schrijft dit weekblad,
(Van onze speciale correspondent).
Voor de katholieken van Londen kwam
Kerstmis met de blijde tijding, dat de
aartsbisschop van Westminster, kardinaal
Griffin, weer zover hersteld is van zijn
laatste aanval van thrombose in de hart
slagader, dat hij op de Vigilie van Kerst
mis weer de H. Mis heeft kunnen lezen
in zijn huiskapel. Ofschoon de kardinaal
graag op Kerstmis zelf de H. Mis in de
kathedraal van Westminster had willen
opdragen, is hem dit door zijn dokters
verboden. De Nachtmis in de kathedraal,
die te middernacht aanving, werd gelezen
door' de hulpbisschop van Westminster,
mgr Craven.
Londen bood tijdens de Kerstdagen het
traditionele stemmingsbeeld. Opvallend
is dat nog sterker, dan in de laatste jaren
ook de kerstkribbe steeds meer in het
stadsbeeld naar voren komt. Dit in tegen
stelling met de meeste voorname ge
ïllustreerde tijdschriften, die nog steeds
druipen van Victoriaanse Kerstromantiek
waarbij voor het Kind van Bethlehem
geen plaats wordt ingeruimd.
Opvallend was ook. dat dit jaar voor
het eerst in zovele anglicaanse kathedrale
kerken een dienst om twaalf uur 's nachts
is gehouden. Dit wordt blijkbaar niet in
alle kringen van de Church of England
toegejuicht, zoals blijkt uit een hoofd
artikel van de anglicaanse „Church
Times", waarin dit gebruik wordt ver
dedigd, mits dit niet een ongepaste voor
bereiding met zich meebrengt en ook niet