Twee jaar later: ontmoeting met Poter Kommerer O^KUYPER tfeffce l&wi niet fax&Z' HOFNAR wm De aarde geen paradijs van veilig genot Herinneringen aan de Wisselmeren, een eindeloos moeras en de béste pannekoeken van bezuiden de evenaar. D D Nieuwe Amerikaanse zuivelverkopen Kerstboodschap van de H. Vader (2) Het heil ligt niet in de toenemende sociale productie r-4 Sir Knox Helm blijft in Londen Kardinaal Griffin weer op de been DONDERDAG 29 DECEMBER 1955 PAGINA S door MARTIN W. DUYZINGS WÈÊMM iaMü Twee jaar geleden. Moerassenlopers Modder, mest en varkens Een peentje en een D rapport. Opnieuw naar het Oosten ONVERANDERD in kwaliteit Daar, wist men, was Pater Kammerer in gezelschap van zijn dragers, zijn gidsen en Mozes, zijn vertrouwde guru, op weg voor een nieuwe ontdekkingstocht. Een tocht dwars door de moeras sen en over de bergen naar de kust en vervolgens naar de be faamde Baliem-vallei. Terug met 'n helicopter? Gij moogt, wil ik slechts zeg gen, alles wat pater Kammerer U vertelt over de ontberingen waar aan onze missionarissen daar in Centraal Nieuw Guinea bloot staan, dapper gebruik makend van uw eigen voorstellingsver- gen, wel met acht of daaromtrent vermenigvuldigen! Want de wer kelijkheid van Centraal Nieuw- Guinea ziet er in onze verwende leken-ogen altijd nog wel wat rauwer uit, dan in de milde ogen van een jonge, van geestdrift en idealen vervulde missionaris! RIGOLETTO Super Bolknak nooiZ^net getoodl/ in PRIJS verlaagd JAAR STERK GEDAALD De mening van de Kerk over liet communisme Vermaningen in liet huidige industriële tijdperk Nu Soedan onafhankelijk is PASSAGIERSVLIEGTUIG VERLOOR EEN MOTOR verliep uitstekend. W 1 wordeVwjgS^" °P zelf niet Primaat leest weer de H. Mis in zijn huiskapel Twee jaar geleden, op weg naar Kugapa. Rechts: Pater Kammerer, links: de verslaggever. XJET regende, die morgen, zoals gewoonlijk. Er lag een dun, vet laagje modder op de weg; het spoot in fijne, gele sproei-fonteinen omhoog van onder de luid sissende wielen der voorbij-rijdende wagens. Er liep, voorbij Sittard, een man met een Kerstboom door de modder en de regen. Hij tors'e die Kerstboom op zijn rug, een kale, droef druipende magere den; men dacht, dat die magere Kerstboom de droeve, druilerige sfeer van deze laatste dagen vóór Kerstmis 1955 markant en zonder overdrijving illustreerde. In Maastricht, eerder op onze tocht, had de man van het tankstation hoestend en huiverend een natte spons gehaald door de gele brij die de ruitenwissers, zacht kreunend in een droevig rhytlime, op de voorruit van de wagen hadden achtergelaten. „Hondenweer!", had de man van het tankstation gezegd met de trefzekerheid waarmee tramconduc. teurs, kappersbedienden en de lieden van de tank stations veel héter en nauwkeuriger dan De Bilt de ons belagende meteorologische verschijnselen weten te beschrijven. „Honden-weer''!de regen, de modder, de gure wind, en de mensen: met een aan staande griep of een pas genezen bronchitis en een bitter heimwee naar een straaltje koesterende zon. „Enfin", zei de man van het tankstation, „van de zomer was het niet veel beter; een rót.klimaat, neemt U mij niet kwalijk". Ik zag, dat er een geamuseerde glimlach gleed over het magere, gebruinde gelaat van mijn passagier. Ik wist uit ervaring waarom mijn passagier geen overwegende bezwaren koesteren kon tegen ons klimaat. Hij kwam, pas nog, uit dat barre stukji, wereld dat, naar men hardnekkig beweert, door Onze Lieve Heer op Zaterdagavond-laat ge schapen werd. Op de landkaarten heet dat stukje wereld Centraal Nieuw-Guinea. Men hééft daar geen klimaat. Men heeft er slechts de zondvloed. pater Kammerer daar gebouwd had na dat hij zich eerst maanden achtereen var. een tent had bediend (een tent was doodgewoon onzin, in Centraal Nieuw- Guinea, men kon net zo goed onder de blote hemel in de regen en de modder liggen), lag aan een wild bandjirrende rivier die bulderend over de rotsen schuimde. Er hing daar een hangbruggetje over de kali en wie over dat wankele brug getje wilde, moest van nature gewapend zijn met een onbetamelijke hoeveelheid doodsverachting alsmede met een stel uit gewapend beton vervaardigde zenu wen, en als men 's avonds in het huis van pater Kammerer de best geslaagde pannekoeken van bezuiden de evenaar verorberde met een mok dampende kof fie, hoorde men mèt de ratten die onder de vloer van het huis geestdriftig aan de palen knaagden, dat hangbruggetje zwiepen in de storm. Dan, bij het warme licht van een Alladin. hoorde men bo vendien de geschiedenis van de man die een jaar tevoren bij een ontdekkings- tocht in Oostelijke? richting door zijn dragers verlaten werd, die maanden ach tereen door de rimboe dolend door dui zend gevaren werd bedreigd en die ten slotte in Enarotali terugkeerde om te ontdekken, dat men zijn doodsprentje al gedrukt had. Hij bewaarde dat prentje nu bij een droog en nuchter rapport van zijn tocht: ,Jk denk er nog overmij te ver- bergenmaar daar de Dani's mij toch gauw genoeg zouden vinden, blijf ik maar zitten en stop alleen voor alle ze kerheid mijn regenjasje onder mijn shirt om eventueel hun eerste pijlen op te vangen. Het lijkt mij wel mogelijk, dat als er een troep moordlustige Dani's komt, er in het begin wat pijlen zul len vliegen en „rond een verla ten hut vind ik wat eetbare varens en nog wat eetbare bladeren. Stoom deze gaar met wat hete stenen. Vergeet er water overheen te doen, zodat 'het re sultaat nogal taai is, maar hèb ten minste na twee dagen eindelijk weer wat te kauwen «is' De tocht welke wij die dag door de regen maakten, was voor de verslag gever in zekere zin een revanche. Pre cies twee jaar geleden had ik mijn pas sagier, pater Misael Kammerer O.F.M., diep in Centraal Nieuw-Guinea in dé bestuurspost van Raphael Den Haan aan het Paniai-meer ontmoet. Ik kwam daar met een Catalina-vliegboot van de marine. Des morgens waren wij in de genadeloze broei-hitte ginds aan de kust, in Biak, van de grond gegaan: een dolle ren over de startbaan die men met moeite slechts ontrukt heeft aan de jungle. De „Cat" had, aarzelend nog, een bocht gemaakt boven de Geelvinkbaai, dan was zij, met de oude motoren prac- tisch op volle kracht, omhoog geklom men naar het smetteloze azuur van de hemel. Het zou, had de vreemdeling gedacht, een pleziervlucht worden, de tocht naai de Wisselmeren, doch hij kende Nieuw- Guinea niet: een uur later slingerde de vliegboot als een dweil door een ver vooroorlogs tropisch onweer, wéér een Uur later bestond de wereld slechts uit bloemkool en alles verstikkende grau we regenwolken, en als men tenslotte in een altijd riskante onderneming door de nauwe kloof dook die, ergens in de bergketen rond het Paniai, naar de Wis selmeren en het stenen tijdperk leidt, kon men ook als vreemdeling wel met één oogopslag zien, dat Centraal Nieuw- Guinea toevallig niet een stukje land is alwaar gij, ter afwisseling van Uw jaar lijkse uitstapjes naar Tirol, Mallorca of de Rivièra, Uw zomervacantie zoudt willen doorbrengen. E bestuurspost aan het Paniai-meer heette Enarrotali. En er was daar een nederzetting van de missie, er woonde een dokter, ze hadden er een opslagplaats en er stond, op de top van Iets dat wij in Europa zonder enige aar zeling een mestvaalt zouden noemen, een stenen huis: het huis van Raphaël den Haan; men had het destijds met die Catalina van de marine practisch steen voor steen van Biak uit naar de Wissel meren opgevlogen. Het was daar, in de lage,, ruime woon kamer van het gastvrije huis van Raphaël den Haan waar, als een uitda ging, de wanden volhingen met kleur rijke' affiches aangaande de Franse vreemdelingenindustrie en waar het bovendien wel eens voorkwam, dat men er in slaagde, in de oude, krakende radio de nieuwsberichten van het radio station van Sydney op te vangen het was daar, dat ik pater Misael Kamme rer voor het eerst ontmoette Hij kwam daar wel meer: er waren geen betere moerassenlopers in heel Cen traal Nieuw-Guinea dan pater Kamme rer en Raphaël den Haan, er waren bo vendien maar weinig lieden in Centraal Nieuw-Guinea, die zo dikwijls „getour- neerd" hadden in gebieden die op de kaarten nog slechts voorkwamen als een lege, grauwe vlek. Het was daar ook, in het huis van Den Haan, dat wij overeen kwamen, dat pa ter Kammerer de vreemdeling een „lift" zou geven naar Kugapa een smerige kampong, tientallen mijlen verder naar het Oosten en zo men destijds wel licht vergeten heeft, U tijdens de aard- rijkskunde-les nader omtrent de kam pong Kugapa in te lichten, beklaag U niet!, gij zoudt het in Kugapa vermoe delijk niet langer dan een uur of twee kunnen uithouden. IK ZAL bijzonder oud kunnen worden zonder maar één der verbijsterende détails te kunnen vergeten van die „lift" naar Kugapa. In Enarotali hadden wij een kleine karavaan gevormd: wat dragers, wat blikken, wat hakmessen en twee blanken. Het stortregende die mor gen, zoals gewoonlijk. De wolken hingen laag en zwaar geladen boven het meer en als men achter de missiestatie van Enarotali zich zelf omhoog hees tegen de eerste heuvel, een smal en modderig pad dat onmiddellijk verloren liep tussen de rotsen, de boomstronken en de struiken, voelde men zijn bloed al bonzen in de oren en luisterde men gespannen naar het fluiten van zjjn adem: men zit daar aan de Wisselmeren meer dan 1700 M. hoog, men moet er op getraind zijn, zich zelf van zuurstofarme lucht te bedienen als men zich daar aan geforceerde dag marsen wagen wil. Ik weet niet meer hoeveel uren wij wel gelopen haden een eindeloze aan eenschakeling van heuvels en moerasen en regenbossen en kali's voor wij eindelijk rustten op een klein en modde rig plateau vanwaar men goed doch vol maakt troosteloos uitzicht had op de Weabu-vallei, aan het onzichtbare eind waarvan Kugapa liggen moest. Doch ik herinner mij loei nauwkeu rig hoe wij daar, hijgend naar adem en mateloos moe, met reeds lang door weekte kleren minuten lang zwijgend in de modder lagen, en dat een cigaret smaakte als verschoten opium, en dat men moeite had, werkelijk moeite, om zich te herinneren, dat niet heel deze aardbol één eindeloze mestvaalt is van giftig stinkend, eeuwig rottend riet, van kleine, naakte, met een modderlaag overdekte, irriterend kwebbelende en altijd grijnzende papoea's, en van grau we varkens die gulzig in de drassige aarde wroeten. E NACHT viel snel en geluidloos reeds over 't land, toen wjj, na uren, Kugapa eindelijk bereikten. Het huis dat AT WAS een jaar geleden toen. De man die men officieel dood ver klaard had, was nu van Enarotali uit nog eenmaal naar Kugapa gekomen om daar orde op zijn zaken te stellen: vier dagen later, toen wij teruggekeerd wa ren in Enarotali en ik een nieuwe tocht door de moerassen verder zou trekken naar het Westen, in de richting van het Tigi-meer, hadden wij afscheid genomen. Tot straks, over twee jaar, in Holland!; de verslaggever hoopte, dat hij dan in de gelegenheid zou zijn, de pater die hem de eerste beginselen van de af grijselijke kunst van het moeraslopen had bijgebracht, bij wijze van revanche óók nog eens een lift te gevenEn wat die pannekoeken betreft: zelfs benoor den de evenaar maakt men, zo leerde 'de verslaggever, geen betere pannekoeken dan ginds in het huisje van pater Kam merer in Kugapa. dat. smerige, vunzige gat dat eeuwig ronddrijft in een giftig geurende mestvaalt Toen ik, enkele weken na ons af scheid, Centraal Nieuw-Guinea verliet, toen de Catalina zich moeilijk losmaakte van het Pamani-meer en de, uit Kerkra- de stammende gezagvoerder Erkens tóch met enige spanning in de cockpit naar zijn hoogtemeter zat te staren (men moet snel hoogte winnen boven het Pa- niani-meer, anders haalt men die ene, ANNO^n695 hoog gelegen nauwe kloof niet en vliegt men de „Cat" niet zonder geraas te pletter tegen de rotserf) heb ik aan Pater Kammerer moe ten denken. De zon iag die mor gen koesterend over het wjjde meer. De moerassen lagen vredig te dampen! Er woei een Nederlandse vlag op het huis van Raphaël den Haan, een vlag die boven het stenen tijdperk wapperde. Als men met <jie Cat verdween door de nauwe kloof die naar de rest van de wereld en de beschaving leidt, kon men zien hoe ginds, naar het Oosten, de wol ken zich alweer dreigend „opstapelden voor de dagelijkse stortregen. Hij schatte dat die tocht door het gebied der oorlogszuchtige Dani's drie maanden duren zou. Het werden er meer dan vier. Weer werd de pater door zijn drager, verlaten. Weer liep hij duizend risico's, doch ditmaal be reikte hij zijn doel: de eerste blanke die over land de Baliemvallei betrad, was een Nederlands missionaris. Straks zullen de misie en het gouvernement de vruchten plukken van het werk dat pater Kammerer daar na een avontuur lijke tocht verrichtte GEHARD, gebruind en mager is pater Kammerer nu voor zijn tien-jaar- se verlof naar Dordrecht, waar zijn vader woont, teruggekeerd. Het zal, naar het zich laat aanzien, een drukke vacantie worden. Men sleurt pater Kammerer voor de televisie, hij zal een paar radio-causerieën houden, men vraagt hem voor lezingen, men heeft een actie op stapel staan om hem en onze missie in Centraal Nieuw Guinea aan niet meer of niet minder dan een helicopter te helpen, en de pater zal aan al deze uitnodigingen gaarne gevolg geven omdat hij beter dan wie ook de noden van onze missie in Nieuw Guinea kent. Doch als gij hem straks, nuchter en zonder opsmuk, over zijn tochten Aan de rand van het Paniai: mest, modder, stortregens en driftig in de aarde ivroetende varkens een hut en maakten we een vuur en aten we een stukje voor het slapen gaan", wil dan bedenken, dat missiona rissen die een jaar of tien in het stenen tijdperk en een mestvaalt geleefd heo- ben en alle ontberingen zonder mop peren verdragen omdat zij niet alleen vervuld zjjn van hun idealen, doch om dat zij bovendien niet ten onrechte Gods Eigen Avonturiers mogen heten, al lang vergeten hebben, een wereld-als een mestvaalt ongewoon te vinden. Jawel!...." en toen sloegen we een zjiweg in die naar het Noorden leidt"... doch gij zoudt in het moeras die weg, laat staan de zijweg, voor geen goud kunnen vinden, en wat twee Uren moe raslopen in Nieuw Guinea betekent, is met geen pen te beschrijven, en wat men aan het eind van zo'n geforceerde dagmars het bouwen van een hut noemt, bestaat uit niets anders dan wat takken en wat bladeren die nauwelijxs enige beschutting bieden tegen de re gen die uren achtereen woedt, dag in dag uit. nacht in nacht uit; en wat een missionaris als pater Kammerer op zo'n tournee des avonds voor het slapen gaan wel te eten krijgt, bestaat uit een soort van glazige aardappels dewelke men met een overdreven woord „nota's" noemt, en ook wel eens uit wat eet bare varens en wat, nóg minder eet bare. bladeren die men gaar stoomt op wat hete stenen. vertellen hoort in de trant van OVERSLHOTTEJN AFGELOPEX I Denemarken' Canada, Australië, Zweden „wel, toen sloegen we een zijweg in die naar het Noorden leidt, en na een poosje, een uur of twee lopen, begon het te regenen, en toen bouwden we De Amerikaanse regering heeftJ&jnsdas vertegenwoordigers van Nieuw-Zeeland. Zestien leden van het H. College van Kardinalen hebben de plechtigheid bij gewoond, tijdens welke Z.H. Paus Pius Kil zijn jaarlijkse Kerstboodschap tot de wereld richtte. De kardinalen boden allen persoonlijk hun kerstwensen aan en de aartsbisschop van Buenos Aires, San tiago Luis kardinaal Copello (links), onderhield zich na het uitspreken van zijn kerstwens nog even vertrouwelijk met Zijne Heiligheid. Hieronder vervolgen wij de publi catie van de letterlijke tekst van de Kerstboodschap, die de H. Vader Zaterdag j.l. heeft uitge sproken en waarvan wij gisteren het eerste deel afdrukten. In ver band met de lengte van de Pau selijke rede zullen wij de tekst van het laatste hoofdstuk, waar in de H. Vader o.m. de vraag stukken van vrede en atoombe wapening aanroert, eerst morgen publiceren. Red, Kan MEN WERKELIJK beweren, dat de mens reeds nu uit zichzelf aI in zi.in behoeften kan reiken'Ve althanf °P wc« is dit te be- v, De voorzeker verbazingwekken- if aagse veroveringen van de uappen en technische vooruit gang zullen aan de mens een uitgebreide IlUPnen geven over de krachten u Pr' over de ziekten en zelfs over het begin en het ejnde van het le ven. Het staat echter eveneens vast. dat zulk een beheersing der dingen de aarde met zal kunnen omvormen tot een para dijs van veilig genot. Hoe zal men dan redelijkerwijs alles kunnen verwachten van de krachten van de mens, wanneer de feiten van nieuwe verkeerde ontwik kelingen en ook van ziekten reeds het vee zijdige karakter aantonen van een denkwijze die het leven uitsluitend op de grondslag van de quantitatieve analyse en synthese zou willen beheer sen. Haar toepassing op het maatschap pelijk leven is met alleen vals, maar ook een in de praktijk gevaarlijke vereen voudiging van zeer ingewikkelde proces sen. In dergelijke omstandigheden heeft ook de mens het gebed nodig en is hij indien hij verstandig is, ook bereid oni te bidden voor de veiligheid van zijn be staan. Dat betekent evenwel niet. dat de mens nu af moet zien van nieuwe vor men dat wil zeggen, dat hij omwille van zijn veiligheid de zoeven aangegeven orde 1), die de ware menselijke natuur weerspiegelt, niet zou mogen aanpassen aan de huidige omstandigheden. Niets verbiedt hem de veiligheid tot stand te brengen door ook gebruik te maken van de resultaten der techniek en de indus trie, doch men moet weerstand bieden aan de bekoring om orde en veiligheid te laten steunen op de boven aangegeven louter quantitatieve methoden die hoe genaamd geen rekening houden met de orde der natuur, zoals diegenen zouden willen, die het gehele lot van de mens aan een geweldige industriële macht van de tegenwoordige tijd toevertrouwen. Zij menen iedere veiligheid te kunnen opbouwen op het fundament van de steeds toenemende productiviteit en op dat van de ononderbroken loop van de steeds grotere en vruchtbaarder produc tie van de nationale economie. Deze zal, zo zeggen zij, 0p de grondslag van een volledige en altijd volmaaktere auto matisering van de productie en steunende op de beste methoden van organisatie en bere kening aan alle arbeiders een vast bestaan en een hoger arbeidsloon verzekeren, In een volgende fase van ontwikkeling zal dit loon zo groot worden, dat door middel van de voor zieningen door de gemeenschap het toerei kend zaï kunnen zijn voor de bestaanszeker heid ook van hen, die nog niet of niet meer in staat zijn om te werken, voor de kindereu, de ouden van dagen en de zieken. Om rit- veiligheid te bestendigen, zo besluiten zij. zal het daarom niet nodig zijn een beroep te doen op het eigendom, hetzij persoonlijk of collectief, hetzij in natura of in geldkapitaal. Welnu, deze manier om de veiligheid te regelen is niet één van die vormen om de natuurlijke beginselen aan te passen aan d« nieuwe ontwikkeling, maar een aanslag op het leven van de door de natuur gegeven betrekkingen tot zijn medemensen, het werk en de maatschappij. In dit al te kunstmatige systeem wordt de veiligheid van de mens op gevaarlijke wijze geseheiden van die grondeigenschappen en krachten voor de or dening van de maatschappij, welke juist tot het wezen van de menselijke natuur behoren en die alleen een solidaire bindende eenheid onder de mensen mogelijk maken. Op een of andere wijze, zij het ook met de noodzake lijke aanpassingen aan de tijdsomstandig heden, moeten het gezin en de eigendom blijven behoren tot de grondslagen van de vrije persoonlijke regeling van het leven. Op een of andere wijze moeten de kleinere ge meenschappen en de Staat tussenbeide ko men als aanvullende krachten van de vei ligheid. Hieruit blijkt dus opnieuw, dat geen quantitatieve methode, zij moge nog zo volmaakt zijn, de maatschappelijke en geschiedkundige wettelijkheid van het menselijke leven kan en mag beheersen. De onophoudelijk stijgende levensstan daard, de voortdurend toenemende tech nische productiviteit zijn geen normen, die op zichzelf genoemde bewering wet tigen, dat wij met de werkelijke verbetes ring van het economische leven van een volk te doen hebben. Alleen een eenzijdige kijk op de huidce tijd, misschien ook nog jop de naaste toe komst. maar niet buiten deze grenzen, kan zich tevreden stellen met een dergelijke maatstaf Daaruit komt voort, soms voor lan ge tijd, een onbezonnen verbruik van de re serves en van de schatten der natuur, heiaas ook van de voorhanden zijnde menselijke arbeidskrachtenVervolgens ook de langzaam toenemende, steeds grotere wanverhouding tussen de noodzaak om het bevolken van de nationale bodem op redelijke wijze te blijven aanpassen aan do productieve mogelijkheden en aan buitensporige opeenhoping van de ar beiders Hier dient men nog aan toe te voe gen de ontbinding van de maatschappij met name van het gezin, in de afzonderlijk van elkaar gescheiden dragers die de arbeid en het verbruik. En tenslotte het in steeds groter gevaar brengen van de levensverzekering, die steunt op de opbrengst van het bezit, in wel ke vorm ook, terwijl dit bezit teveel is bloot gesteld aan iedere ontwaarding van het teld en aan het risico, dat erin gelegen is, de vei ligheid enkel en alleen te verplaatsen naar het gangbare arbeidsloon. Wie in dit industriële tijdperk met recht het communisme er van beschul- digt.dat het de volkeren waarover het heerst, van vrijheid heeft beroofd, zou niet mogen nalaten op te merken, dat ook aan de andere zijde van de wereld de vrijheid een zeer twijfelachtig bezit zal zijn, indien de veiligheid van de mens niet meer zal worden afgeleid van een structuur,' die met zijn ware natuur overeenkomt. De valse opvatting welke het hei] verlegt naar het steeds toenemend proces van de sociale pro ductie, is een soort bijgeloof, misschien het enige in onze rationalistische indus trie-periode, maar ook het meest gevaar lijke. omdat het de economische crises, die altijd weer het gevaar van de terug keer naar de dictatuur in zich dragen, voor onmogelijk schijnt te houden. Bo vendien is het bijgeloof niet eens bruik baar om een hecht bolwerk op te rich ten tegen het communisme, omdat het zowel van communistische zijde als ook door niet weinigen van niet-communis- tische zijde wordt gedeeld In deze valse opvatting ontmoeten beide partijen el kaar en brengen aldus een stilzwijgende overeenkomst tot stand, zulk een over eenkomst, dat zij de schijnbare realisten van het Westen over de mogelijkheid van een echte coëxistentie laat dromer. In de Kerstboodschap van verleden jaar hebben wij de opvatting van de Kerk over dit onderwerp uiteengezet. Wij hebben nu de bedoeling haar nogmaals te bevestigen. Krachtens de leer der Kerk wijzen Wij het communisme als maatschappelijk systeem af en moeten daarbij op bijzondere wijze de nadruk leggen op de grondslagen van het na tuurrecht. Om dezelfde redenen verwer pen Wij evenzeer de mening, dat de christen het communisme heden zou moeten zien als een verschijnsel of als een stap in de loop der geschiedenis, als ware het een noodzakelijk moment in haar ontwikkeling, en dat hij haar daar om als door de goddelijke Voorzienig heid vastgesteld zou hebben te aanvaar den. Maar Wij vermanen nu de christenen van het industriële tijdperk in de geest van onze laatste Voorgangers, zich niet tevreden te stellen met een anti-commu- nisme, dat louter steunt op de leugen en op de verdediging van een vrijheid zonder inhoud. Veeleer roepen Wij hen op een maatschappij op~ te bouwen, waarvan Wij reeds meermalen de nood zaak en de uitwerking hebben uiteen gezet en die de ware natuur van de mens weerspiegelt. Nu zouden de chris tenen tot wie Wij ons vooral richten beter dan de overigen moeten weten, dat de Mensgeworden Zoon Gods de enige hechte steun is van het mensdom, ook in het maatschappelijke en historié sche leven. En dat Hij door de mense lijke natuur aan te nemen haar waardig heid als grondslag en richtsnoer van die zedelijke orde heeft bevestigd. Het is dus hun allervoornaamste taak er naar streven dat de hedendaagse maat schappij in haar opbouw terugkeert naar de door de Mensgeworden Zoon van God gehei ligde bronnen. Zouden de christenen deze hun taak verwaarlozen, en voor zover het van men afhangt de ordenende kracht van het geloof in het openbare leven werkloos laten, dan zou den zij verraad plegen aan de God-Mens, -'ie zichtbaar onder ons is verschenen in de kribbe van Bethlehem. Dat moge volstaan om getui genis af te leggen van de ernst en de diepste beweegreden van het christelijk werken in de wereld en tevens om iedere verdenking als zou het de Kerk er om te doen zijn naar aardse macht te streven, te doen verdwijnen. Indien derhalve de christenen zich verenigen in ver schillende instellingen en organisaties, stellen zij zich geen ander doel voor ogen dan ,ic dienst, welke door God van hen wordt ver langd ten bate van de wereld. Om deze reden en niet uit zwakheid sluiten de christenen zich onderling aaneen. Maar zij en zij vooral blijven openstaan voor iedere gezonde onderneming en voor iedere ware vooruitgang Zij trekken zich daardoor niet terug in een ghetto om zich als het ware tegen de wereld te beschermen. Door zich te wijden aan de bevordering van het gemeenschappelijk welzijn, minachten zij de anderen niet, die overigens, indien zij zich door het licht van de rede laten leiden, van de leer van het christendom tenminste dat gene zouden kunnen en moeten aanvaarden, wat gegrondvest is op het natuurrecht. Hoedt U voor diegenen, die deze chris telijke dienst aan de wereld minachten en daar tegenover een zogenaamd zuiver geestelijk christendom stellen. Zij heb ben de goddelijke stichting reeds van haar grondslag af niet begrepen: Chris tus waarlijk God, waarlijk ook Mens. De apostel Paulus laat ons de volle en on gedeelde wil van God, welke ook de aardse wereld bedoelt te ordenen ken nen, doordat hij Hem twee veelbeteken de eretitels toekent: de Middelaar en de Mens. Ja, de mens. zoals ieder van zijn verlosten het is en Nederland verwittigd van nieuwe stap pen, die zuilen worden gedaan in het kader van het programma voor de ruiming van de Amerikaanse agrarische overschotten. Nadere bijzonderheden zijn niet bekend gemaakt, maar men meent te weten dat de nieuwe stappen verkopen van boter en kaas uit de overschotten inhouden. Ver moedelijk zullen de verkopen geschieden op basis van concurrerende biedingen. Sedert Januari hebben de Ver. Staten reeds ongeveer 10 millioen pounds boter uit de overschotten op deze basis gekocht. Nieuw-Zeeland heeft de vorige week tegen deze verkopen geprotesteerd, zeggende, dat de verkopen geschieden tegen prijzen, die aanzienlijk beneden het kostenpeil liggen. Volgens Nieuw-Zeeland is dit dumping en verliest Nieuw-Zeeland hierdoor traditio nele markten. De Amerikaanse regering heeft sedert enige tijd de gewoonte vooraf mededeling te doen van voorgenomen verkopen aan de landen, van welke de belangen kunnen worden benadeeld door de verkopen. Het boteroverschot van de Ver Staten is in een jaar tijds geslonken van 280 mil lioen pounds tot 110 millioen pounds. Dit is voornamelijk door schenkingen aan het buitenland bereikt. Het kaasoverschot was enige weken geleden 280 millioen pounds groot, vergeleken met een jaar geleden 343 millioen pounds. Ook deze daling is gro tendeels door schenkingen aan het buiten land bereikt. Behalve Nieuw-Zeeland hebben de laat ste weken ook Canada en Uruguay bij de Amerikaanse regering geprotesteerd tégen wat zij noemen dumping op de interna tionale markten van tarwe en zuivelpro ducten door de Ver. Staten. 1) Cf.: „De grondslag der veiligheid van de mens" in het gisteren gepubli ceerde deel der Kerstboodschap. De gouverneur-generaal van Soedan, sir Knox Helm, die zich thans met verlof in Groot-Brittannië bevindt, zal niet meer naar Soedan terugkeren, zo is te Khar toem medegedeeld. Op 1 Januari 1956 zal een commissie van vijf de functie van staatshoofd overnemen en de gouverneur- generaal, wiens functie dan ophoudt te bestaan, geeft er de voorkeur aan niet terug te keren. De woordvoerder van het Foreign Office heeft later te Londen ver klaard. dat de gouverneur-generaal zijn besluit genomen heeft op verzoek van de Soedanese regering. Inmiddels hebben de politieke partijen besloten om het ontwerp van de Soeda nese vlag, die blauw, wit en groen zou worden, te veranderen in blauw (de Nijl) geel (de woestijn) en groen (het bebouwde gebied). Een Douglas DC 7b van de Pan Ame rican Airways heeft Woensdagavond, een uur nadat het van het vliegveld bij Rome was opgestegen, een der vier mo toren verloren. Het is er in geslaagd op twee motoren een raakte nog defect naar Rome terug te keren. De landing op het vliegveld, waar alle mo^eliike tnV "'""t en OOK nie' voorzorgsmaatregelen waren "etroffen Hat schrijft dit weekblad, (Van onze speciale correspondent). Voor de katholieken van Londen kwam Kerstmis met de blijde tijding, dat de aartsbisschop van Westminster, kardinaal Griffin, weer zover hersteld is van zijn laatste aanval van thrombose in de hart slagader, dat hij op de Vigilie van Kerst mis weer de H. Mis heeft kunnen lezen in zijn huiskapel. Ofschoon de kardinaal graag op Kerstmis zelf de H. Mis in de kathedraal van Westminster had willen opdragen, is hem dit door zijn dokters verboden. De Nachtmis in de kathedraal, die te middernacht aanving, werd gelezen door' de hulpbisschop van Westminster, mgr Craven. Londen bood tijdens de Kerstdagen het traditionele stemmingsbeeld. Opvallend is dat nog sterker, dan in de laatste jaren ook de kerstkribbe steeds meer in het stadsbeeld naar voren komt. Dit in tegen stelling met de meeste voorname ge ïllustreerde tijdschriften, die nog steeds druipen van Victoriaanse Kerstromantiek waarbij voor het Kind van Bethlehem geen plaats wordt ingeruimd. Opvallend was ook. dat dit jaar voor het eerst in zovele anglicaanse kathedrale kerken een dienst om twaalf uur 's nachts is gehouden. Dit wordt blijkbaar niet in alle kringen van de Church of England toegejuicht, zoals blijkt uit een hoofd artikel van de anglicaanse „Church Times", waarin dit gebruik wordt ver dedigd, mits dit niet een ongepaste voor bereiding met zich meebrengt en ook niet

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1955 | | pagina 3