::r mensen morgen waarde van alle dingen "Wordtdoor ons bepaald Pepermunfjes, bananen, Sl.-Pieter, macaroni HEILIGEN zijn LEVENSKAMPIOENEN ~->w - - Vakantie per auto - Reacties op het vreemde •»Na Uurpatr»»- I Peins er eens j over S-i- van Proviand Middeleeuwers hadden de tijd k* fc^£^AG 11 MEI 1957 H. B. I van i». gen ontlenen hun waarde aan wat wij er ^Maken. Eep -We aan de Schepping geven. Luisteren, zien en de betekenis verstaan Om het persoonlijk gebed j mm?, j Ml, II wémmHti ■Him; >i»«.ln- ^aiiWWwirf:üi^aü«»S^jS^vwwtwyi: - - ..v f I» 11 jW||M| in iiiïiïiSifiisi: TOT ZIENS Is een prettige groet. Die jongen nam laatst afscheid van zijn meisje voor een hele tijd en zei: Daag (met natuurlijk dat ene gekke woord dat zij alleen begrijpen). Maar zij beantwoordde die groet niet en keek onvoldaan. Je moet niet dag zeggen, zei ze. Je moet iets anders zeggen. Toen hij tot ziens gezegd had, was het goed. (Je moet er niet om lachen, want dit is een ernstige zaak voor twee mensen die van elkaar houden). DUIZENDEN MENSEN zeggen het iedere dag tot elkaar. Tot ziens, au re- voir, auf Wiedersehen, arriyerdeci. Soms wordt er niet eens bij gedacht. Soms wordt het niet eens gemeend. Het kan zelfs dreigend klinken. Maar meestal is het vol verlangen. Je neemt er af scheid mee, voor korte of lange tijd. Het kan voor een paar dagen zijn. Of voor een paar jaar. Het kan zelfs tot over de dood heenreiken als je ge looft. Zoals die stervende man vorige week, die het met zo'n merkwaardige zekerheid tegen zijn vrouw zei. CHRISTUS heeft het ook gezegd. Hij heeft jou en mij „tot ziens" gezegd. Daarom is ons leven vol met hoop. Want tot ziens is een hoopvolle groet. Daarom is ons leven vol met vreugde. Christus is er nu niet, maar Hij gaat terugkomen. Gescheiden zijn van dege ne, waar je naaü verlangt is moeilijk, maar als hij tot ziens gezegd heeft is er de vreugde van de verwachting. Je verlangt naar Christus. Al je ver langen naar goedheid, schoonheid en liefde is verlangen naar Christus. Je bent van Hem gescheiden, want al de stukjes schoonheid, goedheid en liefde die je hier vindt zijn onvolmaakt en doen je nog meer verlangen. En dat on volmaakte kan soms veel pijn kosten. Maar je hebt Zijn tot ziens. Je hebt zelfs meer dan alleen maar dat woord. Je hebt allerlei levenstekenen van Hem. In de mensen naast je, die ook naar Hem verlangen, en die je daarom tot het uiterste lief kunt hebben als je wilt. In al het goede dat je tegenkomt en dat naar Hem verder wijst. In het soms opeens zien van de Voorzienigheid in je leven. In het evangelie en de sacra menten van de Kerk, die door je geloof levende tekenen van Zijn aanwezigheid worden. LATEN WE maar tevreden zijn met dit op weg zijn, vrienden. We zouden Hem wel graag tussen ons in hebben. Maar we hebben Zijn tot ziens en dat maakt je leven tot een boeiend avon tuur vol verwachting. D. C. I ,KaTHOLIEKE KERK 1% te West-, eens verweten, dat zij jtri. vee] rs is en met het Evangelie {kt ,r^aad p!' van d°en heeft. Dit kan Sr°?betek~ verwijt zijn, wanneer ,krj het wpoten' dat de westerse cul- ,en2. 'erse denken, de westerse dat aa_ ae overhand zouden heb- ""k ah Wor,i beJ Evangelie tekort zou aanvaarden dit dan iW ks het We ons bewust zijn, dat de K„„5asters uiterlijk van de M,'1 aan innerlijk trouw is ge- 2Üh n! Evangelie van Christus. hS ervan bewust, dat deze ri>nP!!0odzaai. ^an de Kerk een inner- 5'hp Se Wei-riL1! Weldaad is voor de JJhj.a hung J. Betekent de Menswor- Jfr hi?tele *let e?n innerlijke en fun- d'fch Passing van God zelf aan ?djke tp{{{,en®ehjke situatie en het ,°t het Niet alleen kwam ,%u>ald maar h« kwam tot eh met een bepaalde Ook v,i historische opvat- {f's v Zo «aan heeft Hij zich aan- kt6®rnrt6lftde ta i Christus in een voor Kl&de ac| taal, dacht Hij in voor ons ilii fle®n» gebruikte Hij lE>n vi^tiemateriaal, welke v dfru tL van kunnen begrijpen in h?h dó Wa= JJn bist°risch bepaald Ctbse!inanpassir,ec,laatste consequentie ®Jlte coniu? van God aan de jt'-'tk ds ging yple- Zoals het met ïien® Oh--gaat het ook met de to we dantUSi Van het begin af li st aov. ,ah Ook. hfiQ Sh Se-J aan drA00^ hoe de Kerk zich ^!6ke!sti§d wn^?a?lde cultuur, waar v r;r p Van een Ja' we kunnen pas K'h n, eh 6enh„;j^anten" van de Kerk sJ be„flstus e komt tussen de Kerk lia Be1iaskl vin,een bepaalde cultuur. k~s 'Se q6 en we reeds in de eer- V* fta^elke driften de Evange- v®^\a°or d=terl-ing verschiUen h av,rt kiiign ,uat zij gericht waren i> r cuitn, volkeren met ieder i 'Pi .ilj'T-k moeten een eenheid öa^'Qtiai erken We de eerste chris- Q0o ®rk6 karaktit1 h.an eiSen lokale en k kjvp van v-i ?ristieken. We hebben Nm, Sa k„..,wieln-A7ia thn'k v"n ^erk In"Azië, we hebben de *khteb ïr, het West hebben de Latijnse O de ^°est er en- Ult een innerlijk Cuden^terse eve" aanpassing komen 4Se;er bloest pkeren-Met andere 'aUr, van h v- nieuwe incarna- Weikg Kerk in de westerse vooral Latijns bepaald ,Wat een raar brood hebben ze in Parijs.. was. De westerse Kerk is dus ontstaan uit een ontmoeting van de Kerk van Christus met het westen, maar toch altijd zo, dat deze Kerk trouw bleef aan Christus en wel zo trouw bleef, dat zij met behoud van het wezenlijke zich aanpaste aan de volkeren, welke ge ëvangeliseerd werden. De incarnatie van de Kerk in een cultuur is noodza kelijk. De Kerk is door geen enkele incarnatie gebonden. Er zijn verschil lende incarnaties mogelijk. WANNEER WIJ nu leven in een wereld, welke zichtbaar in haar structuur veranderd is, in een we reld, waarin we een groei kunnen con stateren tussen verschillende volkeren en culturen, al zijn ze geografisch ook nog zo van elkander verwijderd, dan zien we ook de noodzakelijkheid voor ogen van een verandering van de Ka tholieke Kerk in haar westerse vorm. Wanneer de Kerk levend en actueel wil blijven, wanneer de Kerk haar zending door God gegeven om aan alle volkeren de Blijde Boodschap van het Rijk van Gód te verkondigen, wil vol brengen, dan zal zij zich moeten aan passen aan elke beschaving, aan elke nieuwe cultuur. We zien dan ook, hoe dit incarne- ringswerk van een nieuwe situatie overal begonnen is zich te voltrekken. Maar dit is geen werk, dat zo maar even klaar is, of een werk dat van boven of onder af opgedrongen kan worden. Immers in al die veranderin gen mag geen jota van het Evangelie verwaarloosd worden. De nieuwe ver schijning van de Kerk in al haar facet ten kan slechts een werk zijn van lang zame groei, van een nieuw en inner lijk beleven van het Evangelie. Wan neer wij jongeren meeleven met de Kerk en meeleven met de wereld, en trouw willen zijn aan beide, zullen wij de beste voorwaarden scheppen voor de nieuwe verschijningsvorm van de Kerk, waarin weer duidelijk gemani festeerd wordt de eenheid, welke be staat tussen het Evangelie en de we reld, tussen de orde van het Verbond en van de natuurlijke schepping. j Tot Ziens Kankeren we toch ais we het nest uitvliegen? Plotse- k'e jn g wordt de thee (die we missen) belangrijk en wat malen Slai)°ns gewone doen om pepermuntjes? geq 11 xv°rdt een bezigheid. Onder normale omstandigheden vra- Vfagen niaai" zelden aan elkaar of we goed geslapen hebben. Op reis Vv°°ti ri 1VU ^et e^e morgen- Het eten wordt een bezigheid die onge- annandacht vraagt °p, het 7,er verhaal: Een klein meisje heeft een poesje; ze is er gek *e lief 'S., aar speelkameraadje. Een ander klein meisje heeft, terwijl SeJjle„ I,de zijn voor een poes, een gemene krabbel in het gezicht n> Wat denkt u, is voor beide kinderen het begrip poes een- l>ret\tjeaa* ze naar eens tekenen. De een zal een lief zachtaardig jj ^aken, de ander zal een felle poes tekenen; haar poes d.w.z. BE rvrv!aartBg monster. ^orhi;S arm? Die de dingen en ook alles wat hij meemaakt, achteloos Watgf?1- lelf, de h'S meer ^an H20. Maak er zelf meer van. Het is het leven frist, u j0" Van het leven, het symbool ervan, het reinigt, het ver- bieest v re'n'gt ons geestelijk elke zondag voor de Hoogmis en het rijke l an. afres Hij het Doopsel. Christus gaf het water een immens- gioeq e ,en'S- Een boom is meer dan een vegetatie, die beurtelings b0on haal is. Een boom beschermt tegen regen, zon en wind, *bsten ir-1S ?en wachter bij het huis. Onder een boom is het goed batte üa ru'st en zingt in de zomer en huivert met ons mee in het Sc^ePpin aar Maar dit moeten wij van een boom maken. Wat is de Maatst zondcr de mensen? Het is een gegeven waarin wij ge- yn om er zin aan te geven. 'RIJK, die alles een naam geeft. Die veel betekenissen aan geveq e 'ngen kan geven. Een waanzinnige kan geen zin meer .aan het leven en aan de dingen, aan de dieren en de mensen. ^ij k g mens WeL frkenjs Unnen 20 "jh zÜn als wij willen. Het ligt eraan hoeveel be- ^ein; mist zijn handelingsvrijheid. Hij moet het doen met de sted' gen en belevenissen in de ziekenkamer. Dat is een enorme ^rbijt?Rsheperking van de aandacht. Hij kan het zich niet meer tuseren achteloos eraan voorbij te gaan. De stofjes in de lichtbaan °Ver\veSan gordijnen door binnenvalt, zijn aanleiding tot lange bief vJfgen- Wat heeft een stofje voor betekenis? Als gegevenheid öe d Ge mens die er naar kijkt maakt er wat van ger öVangene 'n h°t concentratiekamp had het zo vjxjj era°frt van alles behield hij de macht zin te geven aan zijn bestaan en de ellendige dingen in het „lager" 6ïger j> gene iQ het concentratiekamp had het zo mogelijk nog %ndi*rfd Van aBes behield hij de macht zin te geven aan zijn bestaan en de ellendige dingen in het „lager". GESCHIEDENIS heeft bewezen tot welk een rijk geestelijk 'begf - en de mens in zo'n omgeving toch komen kan. Hoeveel te t^0lleaanH in normale omstandigheden. Maar dan moeten we eren- l ,aP schenken aan het leven, nergens aan voorbijgaan, luis- Bie f 6 ven heieven. 6>l Oiaca'i^'1-16 me{. haar Pepermuntjes en bananen, haar St.-Pieter °nimaahyden. Die mensen waren „er uit" d.w.z. ze hadden 0lndat j,"16! andere dingen en ze gingen anders met de dingen om lp z0>e a,t hun dagejijkse doen waren.. i betpirS,tUatie bemerk ie duidelijker dan anders dat je de dingen do Cn' er inhoud aan kan geven. We moeten dat feitelijk aardbp f» ^lles betekenis geven' ook ons zelf, maar altijd een ge- °at is leven. gebed is te komen. Michel Quoist geeft ons de voorbeelden in dat beroemde boekje, dat eigenlijk alleen maar als leerboekje ge schikt is: „zonder wierook". Hij zegt er: Wanneer wij naar God kunnen luisteren Wanneer wij het leven kunnen zien Krijgt het leven betekenis Wordt het leven één gebed. We zijn er weer: een leven dat een gebed is. En zonder dat je duizend doden hoeft te sterven, zonder rozenhoedjes, zonder litanieën, maar door te kunnen luisteren en te kunnen zien. Door te kunnen bidden bij een tractor, bij een snelbinder, de telefoon, een schoolbord, een rolschaatsend knaapje of een pornografisch tijdschrift, zoals Quoist het doet. Het blijft echter een leer boekje, want ons persoonlijk gebed ligt niet in de zinge ving van een zekere Michel, maar in de zingeving van een zekere mij. T. K. Niet de bloemen zelf zijn belangrijk, maar de intentie waarmee ze gekocht en gegeven worden ofwel de zin, die de gever of geefster aan het geurige cadeau wil meegeven. Jezus sprak tot zijn leer- lingen: Jullie zullen wel bedroefd zijn, maar die droefheid zal in vreugde veranderen. i Als een vrouw moeder gaat worden is zij bedroefd omdat het gaat gebeuren; maar als het kind er is denkt ze hele- maal niet meer aan haar pijn, van blijdschap dat er een mens ter wereld is gekomen. Zo ook zijn jullie nu wel be- 5 droefd; maar Ik zal jullie j weerzien; dan zal je hart blij zijn, en die blijdschap zal nie- mand jullie kunnen ontne- men. JOANNES Derde zondag na Pasen Dit is uit de afscheidsrede van Jezus. Je moet die eens helemaal lezen. Je vindt haar in Joannes hoofdstuk 14, 15, 16 en 17. CHRISTUS heeft „tot ziens" gezegd. Er staat: „Ik zal jullie weerzien, maar dat is hetzelfde. Het kon niet al leen bedoeld zijn voor het weerzien bij de verrijzenis, veertig dagen lang, want Hij heeft het in Zijn afscheidsrede bij het laatste avondmaal voortdurend over het uiteindelijk bij Hem en bij de Vader zijn op het grote feest. En Hij zegt ook dat de vreugde van het weerzien ons niet meer ontnomen zal worden. „Marie, heb je mijn sigaren over de kinderen verdeeld?" „Ja en ik heb nog dozen in mijn handtas gestopt." „Goed zo, de zakken van mijn jas zitten ook vol, je kan die douane geen koffer sigaren laten zien, je moet het een beetje verdelen en ik zou me geen raad weten, zonder sigaren". Dat zijn pa's zorgen op de vooravond van zijn buitenlandse reis. Moeders laatste zorgen zijn wat meer gevarieerd. Voor „onder weg" neemt ze van alles mee. Pepermuntjes (die eten ze nooit), chocolade tegen de dorst, boterzabbels voor de kin deren, vruchtenzuurtjes in rollen, een paar flesjes drinken, sandwiches met wat er tussen, papieren servetjes om je vingers af te vegen, een mes (zo handig om bij de hand te hebben), een meter of vijf closetpapier (je kan niet weten), een handdoek en een stukje zeep en dat allemaal bij de hand in een netje, in de officiële kof fers zit alles nog eens dubbel. In een koffer „bovenop" zit nog veel meer. Blikjes leverpastei, borrelworstjes, kaas, .schelvislever, sardientjes, een blikopener, een rol droge kaakjes, 'n tube boter, een pakje toast, een tube mayonaise, een blikje poederkoffie, suikerklontjes, een paar blikjes kof fiemelk, een lepel om aan te maken, wat opvouwbar bekertjes. het kijken, 15 minuten voor het sou venirstalletje. Langs de Rijn terug. „Hier versta je de mensen ten- minste." „Mooie winkels hebben ze hier, die Moffen weten wat werken is, ze hebben alles weer." ,,'t Is toch wel sterk, zo ben je de grens over of het begint weer te regenen. TOT ZIENS is een hoopvolle groet. We stonden op het station vorige zo mer na dat prachtkamp met die pracht- vrienden uit allerlei landen en we zon gen: „Ne dis qu'un au re voir, mon frère". Je moet nu geen vaarwel zeggen of adieu of zoiets. Je moet alleen maar tot ziens zeggen. Er was er een bij die clandestien uit de Oostzone van Duits land was gekomen. Hij zei: tot ziens, hier of in het hiernamaals. En hij meen de het zo reëel dat ik er van schrok. Uiteraard is er nog wat vergeten, iets dat ook nog zo.verdraaid handig is om mee te nemen.'Als de menage in de auto geladen is en de familie is ingestapt kan de tocht beginnen. „Zullen we beginnen met een zuur tje?" „Ik steek een sigaar op." Na een uur: „Wie wil er wat fris in zijn mond?" Er wordt pepermunt gesabbeld. Aan het eind van de ochtend ergens koffiedrinken met wat er bij. In Ant werpen pistoletjes eten. De Belgische kasseienwegen zijn beroerd. Wat een rare politieagenten hebben ze hier. „Wie wil er een boterzabbel of een chocoladepastille?" De route is getekend door het uit de auto geworpen ledig fust en de peuken.en de fruitschillen. Fruit waren ze vergeten- Maar dat werd onderweg gekocht. Bananen waren in trek. Gekke bedden hebben ze in Frank rijk. „Ik kan niet slapen op een rol, Vol gende keer een paar kussentjes mee nemen." „Als ik niet slapen kan, ben ik geen half mens. Smerig zijn die Fransen, alle luiken doen ze altijd dicht." „Wat een knots van een kerk. Die middeleeuwers hebben de tijd gehad. Daar moet je nü eens om komen. Overal beelden en tirelantijnen; kun nen ze nu niet meer." „Ik mis een borreltje. Laten we er de volgende keer aan denken, een half litertje mee te nemen, dan heb ik tenminste wat." „Wil je een Hollands bakje koffie hebben, dan maak ik het". Water wordt gekookt op de meegenomen primus. „Meid, wat zijn die mensen arm hier, mooi om te zien, maar ik zou er voor geen geld van de wereld willen wonen, wat een gore stad." „Zeg, kijk eens, ik maak me sterk dat de bloedkoraal hier veel goed koper is dan in Holland." „Maar de schoenen zijn veel duur der". Wat een gevaarte „De St.-Pieter valt me tegen- Ik dacht dat dat ding veel groter was, zo te zién." Eenmaal binnen ontdekken ze de vergissing. „Wat een gevaarte, kijk eens effe in die koepel, daar zal je bij moeten." „Voor hoeveel zilver denk je dat daar on dat altaar staat, mooi is het hier hé?" „Heel wat anders dan bij ons, 't gaat hier niet van de platte bessen, één bonk marmer, alles!" „Moet je een zuurtje?" „Bah, die vellerige macaroni hier, begr;jp jij dat ze er op kunnen leven, goed dat je nog wat hartigs in je koffer hebt en dat ze hier geen thee hebben 's morgens." In de boeken worden de vergezich ten uitgezocht. Op de kaart zie je dat zo, dan staan er van die uitschietende streepjes bij. „Wat mooi is het hier. Even aan- zichtkaarten kopen". Die worden meteen geschreven. 5 minuten voor Heiligen zijn levenskam pioenen. Als dat zo is, is het voor ons belangrijk, dat we ons afvragen hoe zij het pres teerden, om dit kampioen schap te behalen. We hebben immers allemaal wel zin in een gouden medaille, een lauwerkrans of een beker. Maar we schrikken al gauw van hen. We bemerken dat ze van hun hele leven één groot gebed hebben gemaakt en dat klinkt voor ons ontzettend. Nu Weten we gelijk waarom ze vaak zo zoetelijk en onwezenlijk wor den uitgebeeld. Zo waren ze, het kan niet anders. Neem me niet kwalijk, een leven dat identiek is aan gebed. Het is niet zö vreemd dat wij Ons even akelig voelen als we dit constateren. Het komt doodge woon, omdat wij bij bidden den ken aan formulier. We denken aan rozenhoedjes, aan litanieën, of aan de duizend doden die ik zou willen sterven (als we dit in een kerkboek lezen moeten we altijd even slikken, die ene dood is al zo erg). We denken aan onpersoonlijke en daardoor on wezenlijke gebeden. We denken aan gebeden die niet van ons zelf zijn. De zin van alle dingen Als we echter gahn bedenken dat bidden contact-neming met God is; dat we, als we zin ge ven aan iets, God door dat iets kunnen benaderen en vinden, dan wordt bidden voor ons: zin geven. Dan wordt het onnodig dat we de reis die we maken met zuurstokken trachten te ver korten. We hebben alle tijd no dig om naar buiten te kijken, om in al die kleine, onbenullige din gen waar we langs rijden, iets te vinden van de zin, om al die mensen te zien die ook op onze weg wandelen en om ze gedag te zwaaien. De heiligen nu hebben van hun leven een gebed gemaakt, door in alles de zin te zoeken en er zin aan te geven; zij heb ben niemand voorbij laten gaan zonder hem gedag te zeggen. Daardoor werd het voor hen zo'n prachtreis. Daarom was Franciscus zo'n gezellige en vro lijke jongen, die zelfs een in een web verwarde spin nog hielp. De dwaas, zeiden de andere voor bijgangers. Daarom kon de hei lige Theresia (hebt u dat plaatje van haar wel eens gezien?) zeg gen: „Alles wat er gebeurt, het is voor mij aanbidding". De hele persoon Maar als dat bidden is, dan vraagt het onze gehele persoon lijke instelling, dan vraagt het onze hele dag. En dan nog, pro beer het maar eens, dat moet je kunnen, daarvoor moet je dich ter, filosoof en heilige zijn. Ons lukt dat niet. Franciscus was trouwens een middeleeuwer en Theresia had de genade mee. Toch menen wij, dat er ook vandaag nog tot een persoonlijk

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1957 | | pagina 11