witte doek
Derde Kunstenaarscongres te
Amsterdam
mm
op maat
vb
George Stevens deed sfeer op voor verfilming
van „Dagboek van Anne Frank"
NATIONALE WEDSTRIJD VOOR
FILM-AMATEURS
Documentaire van Haanstra bij opening
Intern, Filmweek Den Haag
Monumentale Philipsfontein op
Eindhovens bevrijdingsdag voltooid
ER IS WEER
GRASHOTER
I
2Jr
ZATERDAG 1 JUNI 1957
PAGINA 5
Scenario moet nog
geschreven worden
NOV A-congres in
Rotterdam
CONVENTIONELE
ENGELSEN
Anna Gay lor zweeg
„Rembrandt, schilder van de mens"
Anton Huisman bij
Vlaamse Opera
Walter Gropius ont
vangt Goethe-prijs
Verloren gewaand
toneelspel van Eugene
O'Neill
Stenen bloem van Hubert van Lith
Expositie in Amsterdam
Arthur Miller schuldig
bevonden
Zorg van de overheid moet grondwettelijk
worden vastgelegd
Ksêi Ja%Ü SA'-è
W
M>èblÊh\k
v Pil®
B.N.A. werd Koninklijk
Daar we zojuist het splinternieuwe spel van Jan de Koek „Post
onvoorzienbesproken hebben, zullen tvij maar meteen zijn tweede
spel „Moord op Maatter bespreking aangrijpen, dat eveneens zojuist
van de pers verschenen is. Wij weten niet, wat ons het meeste boeit
in de spelen van Jan de Koek. Is het zijn kernachtige stijl, of zijn
zakelijke dialoog, zijn strakke opbouw of gijn karaktertekening van
de personen? Wij weten het niet precies. Al deze dingen boeien ons
zeer. Maar zijn originaliteit wint het toch van alles. Hoewel al zijn
televisie-spelen ongeveer van hetzelfde genre zijn thrillers in
optima forma met veelal zelfde karakters, zelfde persoonlijkheden
weet Jan de Koek ons steeds tocli weer voor nieuwe verrassingen
te plaatsen. En het zijn juist deze verrassingen, die zijn spelen zo
spannend en waardevol maken.
n" Gaylor spreekt een klein beetje Engels en Stephen Boyd helemaal
Seen F rans. Maar ze doen hun best en maken snelle vorderingen.
De „Jena"-symfonie
niet van Beethoven J
,De wilde trek"
Historische roman over
Zuid-Afrika
Hans van Bengen
NA TEKENEN BOETSEREN
WERELDNIEUWS
Krijgt Amsterdam wereldpremière?
(Van een bijzondere medewerker)
g Amerikaanse filmregisseur George
ovens is een paar dagen in Amsterdam
y ^®est om sfeer op te doen voor zijn
^ra k"'nB Van Dagboek van Anne
tAUdens ztin verbiijf heeft hij in het Am-
x.e' Hotel de' vertegenwoordigers van de
ederiandse pers ontvangen, maar erg
eeI kon hjj niet meedelen, omdat er eerst
°K minstens zes maanden hard zal moe-
worden gewerkt aan de voorbereidin-
van de film. Het scenario is zelfs nog
Iet geschreven, hoewel de opdracht daar-
°e reeds is verstrekt en wel aan Albert
Hackett, die samen met Frances Goodrich
toneelstuk maakte naar het dagboek.
De geruchten, dat Audrey Hepburn
°0r de titelrol zou zijn geëngageerd,
werden door
Stevens tegen
gesproken. Van
®en rolverdeling
*s nog geen
sPrake. Eerst
»noet het scena-
"o klaar zijn.
George Ste
vens praat wat
noekig en stroef
thaar als hij
hver 't dagboek
hegint, wordt hij
enthousiast. De-
regisseur, die
hlms als „Alice
Adams", „Gunga Din", „I remember Ma-
„A Place in the sun", „Shane" en
■•Giant" op zijn naam heeft staan, kent
de oorlog van nabij. Hij was in actieve
dienst bij het Amerikaanse leger en heeft
GEORGE STEVENS
de
vuurdoop ondergaan. Als regisseur
-eft hij bewezen, vooral oog te hebben
voor de omgeving, waarin hij zijn figuren
Ptaatst. Zijn opmerking, dat hij bij de to
neelvoorstellingen van „Het Dagboek van
Anne Frank" bijna niets zag van de stad,
waarin Anne ondergedoken is geweest, is
yperend voor hem. In zijn film zal dat
h®e' anders zijn, maar daarover zal hij
hiededelingen doen, wanneer hij in Ne
derland terugkomt.
Stevens is niet van plan het toneelstuk
-onder meer te verfilmen. Het scenario
j*a' het dagboek „vertellen" in een voor
d® film geëigende beeldenreeks, waarbij
®teeds on de voorgrond zal blijven de pië-
eit voor het meisje, dat zo jong was en
dat in haar dagboek dingen schreef, die
j en nu nog met ontroering en medeleven
eest. De psychologie dus van een op
roeiend kind in de beslotenheid van een
achterhuis tussen metgezellen, die allen
door de angst worden beheerst in hun
felle reacties en hun ondraaglijke gelaten
heid. Een tot stikkens toe geladen atmo
sfeer, verteld door een meisje, dat is hef,
wat in de film tot uitdrukking zal moeten
worden gebracht.
De omgeving zal in overeenstemming
zijn met de werkelijkheid. Dat wil intus
sen nog niet zeggen, dat er ook opnamen
in 't Amsterdamse achterhuis zullen wor
den gemaakt. Daaromtrent kon Stevens
geen enkele toezegging doen. Eveneens is
het nog een open vraag, of er Nederlandse
confronteren met datgene, waaraan men
thans nog met diep respect voor het lij
den van het joodse volksdeel denkt.
Op het New Yorkse toneel heeft Susan
Strassbourg, bekend uit de film „Picnic",
de rol van Anne gespeeld. Misschien zal
zij het ook in de film doen. maar het is
even goed mogelijk, dat een volkomen on
bekende actrice de rol zal vertolken.
Enige vrees voor vals sentiment in de
film over dit delicate gegeven koestert
men niet, als men George Stevens hoort
praten. Rustig zit hij naast zijn zoon, die
„óók in het vak" zit. Hij vertelt, dat hij
vader Frank persoonlijk heeft ontmoet en
gesproken. Hij ziet de film in zwart-wit,
niet in kleuren. En steeds weer is het
dagboek zelf het uitgangspunt voor de
beantwoording van vragen en de oplossing
acteurs en actrices in de rolbezetting zul- va2? Problemen,
len worden opgenomen. L De suggestie om de premiere van dc
Het doel van Stevens is om het Dagboek 1 fl1™ ta e,ven in s,tad: Ya55 An?e zat
van Anne Frank zo goed mogelijk weer te
geven, waarbij hij zoveel mogelijk men
sen met zijn film wil bereiken om ze te
ondergedoken, werd door hem niet ver-
vorpen. Misschien zal Amsterdam dus de
nieuwe film van George Stevens in we
reldpremière krijgen.
r,Toen de vrolijke Parijse actrice Anna
Gsylor met Tony Wright en Stephen Boyd
P de Pinewood-studio's optrad voor de
„Seven Thunders", plaagde ze de
f^itse filmgroep vaak met spottende op
merkingen als „Jullie Engelsen dragen
u!ke sombere, conventionele kleren".
Nauwelijks was de groep spelers echter
«?0r het maken van buitenopnamen in
iarseille gearriveerd, of de door-en-door
Pgelse technici begonnen zich uit te dos-
j,11 met veelkleurige hemden en broeken.
v aarentegen bleken de Marseillanen de
j °°rkeur te geven aan „sombere conven
abele kleren", met name aan de meest
Pgelse van alle uitrustingen: wollen pull-
kleuS met lange Pantai°n van gedekte
j. Arma Gaylor, die toch al niet zo best
Pgels spreekt, deed er verder maar lie
er het zwijgen toe
Zoals sinds de oorlog gebruikelijk is,
houdt de Ned. Vereniging van Amateur
filmclubs (NOVA) ieder jaar een con
gres, waar de ruim 1200 leden der 40 aan
gesloten clubs elkaar ontmoeten, hun
ideeën en ervaringen uitwisselen, over
hun belangen raadslagen en de uitslag
vernemen van de jaarlijkse wedstrijd,
waaraan iedere Nederlandse filmamateur
kan deelnemen.
Dit jaar was de Rotterdamse Smalfilm»
liga de recipiërende club, die de 460 con
gressisten uit alle delen van het land in
de zalen van het „Twaalf Provinciën"
huis ontving en bezig hield.
Tijdens de jaarvergadering werd o.a.
geconstateerd, dat het getal der bij een
club aangesloten filmamateurs in verheu
gende mate toeneemt, hetgeen de club
geest bijzonder ten goede komt. Dit wijst,
aldus de voorzitter, de heer V. van Eldik,
op een tendens van beter en diep begrip
van de mogelijkheden en waarde van de
amateurfilmerij, die niet meer wordt be
schouwd als een in het wilde weg op-de
knop-drukken, een bewegende-plaatjes-
makerij, maar als een serieuze beoefening
van een schoon ambacht, dat men mqet
leren en dat kunde, artisticiteit en toe
wijding vraagt.
De vertoning van 9 werkstukken uit
de collectie van 68 inzendingen, die aan
de nationale wedstrijd deelnamen, be-
weeq dit overigens wél. De meest opval
lende prestaties waren: „Chantage" van
Ir. W. Brusse, die een simpele, maar aar
dige vondst vermakelijk wist te vertel
len in met zorg gekozen beeld-geluid
combinaties, voorts „Vanrhiddag 5 uur"
van Jaap Zaatman en zijn groep, die een
serieus onderwerp in soms verbazend
knappe formuleringen behandelde en een
film van R. Muller over Spanje, die nog
weer eens als duidelijke tegenstelling een
volkomen onfilmische reeks gekleurde
lichtbeelden ten beste gaf, waarvan voor
al de duur en het in clichézinnen gelever
de, belerende commentaar hinderlijk aan
deden. De uitslag van de strijd werd bij
monde van de voorzitter bekend gemaakt.
In de selectieklasse waren, naast 9 eer
volle vermeldingen, een zestal derde prij
zen toegekend en wel aan J. G. Brink uit
Amsterdam voor „Het laatste uur", aan
J. Schotman van de Gooise Smalfilm
amateurs voor „De gulden", aan J. van
Hillo en J. Keunen, beiden van de Haag
se Amateurfilmclub, respectievelijk voor
„Bladgoud" en „De spiegel" en verder
aan de heren J. Zaatman, H. Kroemer en
J. Piel van de Haagse Amateurfilmclub
voor „Vanmiddag 5 uur" en aan de Rot
terdamse combinatie: W. van Eldik, F.
J. v. d. Hout, F. Niericker en J. C. Schild-
huizen voor hun „Lof der zotheid", waar
in zij op komische wijze onthullen, welk
boek de aandacht van Erasmus op de
(Van onze ffilmredacteur)
Coolsingel zo intens gevangen houdt. Een
tweede prijs in deze categorie wonnen de
heren L. Frederiks, H. Bot en het echt
paar Wolters met hun gezamenlijk werk
stuk: „De zakagenda".
In de hoofdklasse ging een derde prijs
naar de J-H.-R-groep (de heren J. Jansen,
v. d. Heuvel en Roorda) van de Gooise
smalfilmamateurs voor „Het landhuis";
eveneens een derde prijs naar ir. W. Brus
se van „De Kern" in Amsterdam voor
„Brussel, lichtstad". Een tweede prijs ver
wierf R. Muller van de Haagse Smalfilm
liga voor „Corrida's en Castagnetten".
Een eerste prijs won ir. W. Brusse van
„De Kern" met: „Chantage". Tenslotte
legde ook een groep Rotterdammers be
slag op de eerste prijs in de hoofdklasse,
te weten de heren A. de Besten,
S. Buitelaar, W. Cleton en C. Sluy-
terR met hun film: „Het gebeurde
in Oberndorf", waarin zij in een
verzorgde reconstructie de geboorte van
het kerstlied „Stille nacht" behandelen.
Deze film, die het hoogst aantal punten
van de wedstrijd behaalde, verwierf daar
mee tevens de NOVA-wisselprijs en de
makers werden derhalve winnaars van
de nationale wedstrijd voor filmamateurs
1957. Daar deze film op 8 mm. was ver
vaardigd, won zij ook de Brusse-wissel-
prijs voor de beste prestatie op dit for
maat. Verder werden nog toegekend: een
wisselprijs voor de beste clubprestatie aan
de Gooise Smalfilmamateurs en een geld
prijs van een reisbureau voor de heer R.
Muller's Spanje-film.
De bariton Anton Huisman, leerling van
de operaklas van het Amsterdamse Con
servatorium en zangleerling van Henk
Angenent, is met ingang van 1 september
a.s. benoemd aan de Koninklijke Vlaamse
opera te Antwerpen. De tenor Harry
France, die zijn zanglessen ontving van
Jan Keizer, heeft e enbenoeming aanvaard
bij het operagezelschap „Forum" te En
schede.
Op 5 juni heeft
te Hamburg de
uitreiking plaats
van de Goethe-
prijs van de Han
ze 1956 aan de
grote Duitse ar
chitect Watter
Gropius.
Deze Goeihe-
prijs inoet men
niet verwarren
met die van
Frankfurt, die
vóór de oorlog
jaarlijks, en sinds
de laatste wereld
oorlog om de drie jaar wordt uitgereikt
voor belangrijke literaire prestaties
Walter Gropius werd op 18 mei 1833 te
Berlijn geboren. Zijn gebouwen hebben
door het samengaan van het gebruik van
uitsluitend moderne bouwmaterialen met
een uiterst strenge doelmatigheid een bij
zondere bekoring. Zijn meest bekende
schepping in het Bauhaus in Dessau.
Het Bauhaus werd door Gropius ,n 1919
te Weimar gesticht en in 1926 naar Dessau
verplaatst, waar Gropius tot 1928 direc
teur bleef. In navolging van de voormalige
Groothertogelijke Kunstschool te Weimar
had deze „Hogeschool voor de vormge
ving" tot doel de opleiding van kunstzin
nig begaafde mensen en de ontwikkeling
van modeltypen voor de industrie en
handwerk, zodat men tot de economisch
en esthetisch verantwoorde produkten kon
komen. Leraren aan het Bauhaus waren
o.m. Kandinsky, Paul Klee, Fe.niger,
Schlemmer en Mies van der Rohe, die na
Gropius en. Hannes Meyer in 1930 direc
teur werd. In 1933 werd het Baunaus op
geheven maar in 1937 als New Bauhaus te
Chicago (nu: Institute of Design) herop
gericht.
Een toneelspel in vier bedrijven, dat
niet door O'Neill werd gepubliceerd en
waarvan men dacht dat het door de
schrijver vernietigd was, is dc - dagen
door zijn weduwe ter beschikking ge
steld van de Koninklijke Schouwburg in
Stockholm voor eventuele opvoering. Het
draagt tot titel „More Stately Mansions"
en is het vierde uit een reeks van ne
gen spelen, waaraan O'Neill de laatste
jaren van zijn leven heeft gewijd. De
cyclus draagt de naam „A Tale of Pos
sessors self-dispossessed". Daarin wordt
een familie-geschiedenis verhaald, die
teruggaat tot de vroegste Amerikaanse
historie. De rode draad die door al deze
geschiedenissen loopt, is de boosaardige
invloed die bezit op de bezitters uit
oefent. Het eerste van de reeks, „A
Touch of the poet", is onlangs in Stock
holm opgevoerd en zal ook tijdens het
festival in Salzburg vertoond worden.
(Van onze Amsterdamse redactie)
TOT 1 JULI herbergt het Stedelqk Mu
seum te Amsterdam foto's (van Cas
Oorthuys), studies en gipsen van de
beeldengroep voor het Philipsmonument,
dat door de beeldhouwer Hubert van Lith
in opdracht van het „Comité Jubileumge
schenk" vervaardigd is ter gelegenheid
van het 60-jarig jubileum in 1951 van de
Eindhovense onderneming. Zoals bekend
heeft Van Lith een monumentale fontein
ontworpen, een groot bassin waarin een
voetstuk met bekken geplaatst is waar
boven zich 24 figuren in haut-reiiëf ver
heffen, voorstellende de verbondenheid
i van het personeel in al zjjn geledingen
De 41-jarige Amerikaanse toneelschrij
ver Arthur Miller, echtgenoot van de
Amerikaanse filmster Marilyn Monroe, is
vrijdag door de Washingtonse rechter
McLaughlin schuldig bevonden aan „min
achting van het congres".
Er waren tegen Miller twee aanklachten
ingediend en hij is aan beide schuldig
bevonden. Dit betekent, dat hij in beide
gevallen minimaal tot een maand hech
tenis of honderd dollar boete, en maxi
maal tot een jaar gevangenisstraf of dui
zend dollar boete kan worden veroor
deeld. De rechter kan ook gevangenisstraf
en boete opleggen.
De rechter heeft schriftelijk uitspraak
gedaan; Miller was hierbij niet aanwezig.
Verwacht wordt, dat hij hoger beroep zal
aantekenen. Dit houdt in, dat zijn zaak
eerst door de verschillende hoven van
beroep zal worden behandeld, om uitein
delijk eventueel voor het Amerikaanse
opperste gerechtshof te dienen.
Arthur Miller blijft, tegen borgstelling,
op vrije voeten.
.Miller heeft geweigerd tegenover een
ondercommissie van het huis van afge
vaardigden voor het tegengaan van on
Amerikaanse handelingen de namen te
roemen van de aanwezigen op een in 1947
gehouden en door hem bijgewoonde bij
eenkomst van Amerikaanse communisti
sche schrijvers. Ook wilde hij niet zeggen
of een bij name genoemde persoon toen
als voorzitter was opgetreden.
Rechfer McLaughlin heeft in zijn oor
deel verklaard, dat het er uiteindelijk om
ging of de vragen, die Miller niet wenste
te beantwoorden, betrekking hadden op
het onderwerp, waarmede de congres-
sionele ondercommissie zich bezig hield.
Dit onderwerp was „Het vervalsen en
misbruiken van Amerikaanse paspoorten
door personen, die de communistische sa
menzwering in de V. S. willen bevorde„
ren". McLaughlin verklaart nu dat be
antwoording van de vragen inderdaad van
belang ws voor het door de ondercom
missie ingestelde onderzoek.
dp T de „Saint Joan", waarmee
jg-Ihternationale Filmweek Den Haag
tf0I ?al worden geopend, „High Tide at
baa en "Gelui qui doit mourir" zullen,
ge r selectiecommissie heeft bekend
Pro aalct' de volSende speelfilms in het
hüig5arnma worden opgenomen: „Cala-
onE een Italiaans-Spaanse co-productie
^clm r regie van Lu's Garcia Berlanga met
Êah Vnd Gwen, Valentina Cortese, Franco
<j;e rizzi en Juan Calvo in de hoofdrollen,
0nrï°P Biënnale te Venetië in 1956 werd
In». scI?eiden door het Office Catholique
rational du Cinéma; „Rose Bernd",
Sta„??,uitse film onder regie van Wolfgang
ip T"te met Maria Schell en Raf Vallone
ste"e hoofdrollen; en „De Eén-en-veertig-
Cjrieen Russische film onder regie va'
tern Tchoukrai, die op het jongste In
ationale Filmfestival te Cannes werd
onderscheiden met een speciale prijs voor
het scenario.
Verder staat het vrijwel vast, dat ook
„Le Notti di Cabiria", een Italiaanse film
onder regie van Frederico Fellini met
Giulietta Massina, Francois Perier en
Amadeo Nazzari, die op het Filmfestival
in Cannes werd bekroond met de prijs
voor de beste vrouwenrol en die boven
dien een bijzondere vermelding kreeg van
het Office Catholique International du
Cinéma, tijdens de Filmweek zal worden
vertoond.
Uit de ingezonden documentaire films
zijn gekozen: „Rembrandt, schilder van
de mens" van Bert Haanstra, die zal wor
den opgenomen in het galaprogramma,
waarmee de Filmweek wordt geopend.
Verder is de film „Song of the Clouds"
"in de Shell Film Unit onder regie van
rhn rmstrong vastgelegd voor verto-
üng in één der avondvoorstellingen.
(Van onze Amsterdamse redactie)
Met ingang van het komende parlemen
taire jaar zal de directe verantwoorde
lijkheid voor het kunstbeleid van het de
partement van O., K. en W. door de mi
nister worden overgedragen aan zijn
staatssecretaris mr. Höppener. Ditheeft
Z. Exc. mr. J. Cals gisteren meege
deeld in een toespraak, welke hij hield
op het 3e kunstenaarscongres van de Ned.
Federatie van Beroepsverenigingen van
Kunstenaars, die gisteren en vandaag in
het Amsterdamse Tropeninstituut wordt
gehouden. De bewindsman meent, dat op
deze wijze de behartiging van de kunst-
belangen door de overheid op de beste
wijze gediend is. Hii verzekerde, dat de
eenheid van beleid door deze nieuwe
fnctieverdeling niet gebroken zal worden
en hij vertrouwde dat de staatssecretaris
zijn beleid in dezelfde geest zal voortzet
ten.
Mr. Cals meende, dat er op kunstge
bied nog zeer veel te doen is in Neder
land. Om dit te bereiken citeerde hij de
aanhef van een artikel uit een honorabel
politiek weekblad van 24 mei. waarin zeer
apodictisch beweerd werd: „Alle kunst is
een vorm van luxe. soms waardevol, soms
leeg, soms verwerpelijk". Als enig ant
woord daarop zei de minister het nodig
te oordelen, dat bij de eerstkomende
grondwetswijziging de zorg van de over
heid voor de kunsten grondwettelijk zal
worden vastgelegd.
De bewindsman sprak ook over de juis
te waardering voor de kunstuitingen. Een
verder doorgezette esthetische vorming
van de ieugd zag hij als oplossing op de
lange duur voor dit probleem.
Het congres, dat door ongeveer 400 kun
stenaars en tal van autoriteiten, onder
wie de secretaris-generaal van de kunst
en de voorzitter van de Raad voor de
Kunst, werd bijgewoond, was geopend
door de voorzitter, de heer Ben Groenier.
Hii herinnerde eraan, dat sinds het vorig
congres in 1949 belangrijke dingen ge
beurd waren o.a. de instelling van de
Raad voor de Kunst en de oprichting van
andere adviescolleges, stappen waarvoor
de Federatie de overheid zeer erkentelijk
is. Met name dankte hij de minister die
in de afgelopen zeven jaren. dat. hij het
departement van O., K. en W. beheert,
de kans heeft aangegrepen een bepaald
beleid te voeren.
De heer J. Cassies, directeur van de
Federatie, hield vervolgens een algemene
inleiding, waarin hij als doel van het con
gres omschreef de bespreking van een
aantal vraagstukken tegen de achtergrond
van een reeks maatschappelijke verande
ringen, die ook bij de cultuurpolitiek hun
uitwerking niet zullen missen. Hij be
sloot zijn toespraak met de waarschuwing
tot de kunstenaars, dat zij moeten oppas
sen geen „heren van stand" te worden,
want dat leidt maar tot verbrijzeling.
„Laten wij liever nederige en ijdele per
sonen blijven." Zich tot de overheid rich
tend hoopte hij voor haar, dat zij het ge
vaar mag ontlopen in het nog onbetreden
gebied van de cultuurzorg het kind met
het badwater en de cultuur met de subsi
dies weg te gooien. „Laten zij de kunst
politiek ernstig nemen en de kunst zelf
niet él te ernstig opvatten. En laten zij
de kunstenaar zien niet als een kunstlie
vend, maar als een werkend lid van de
samenleving. Kortom, zij handele in een
nieuwe liberaliteit van laisser faire, lais
ser passer."
Nadat de congressisten de Nederlandse
documentaires „Een leger van gehouwen
steen" van Theo v. Haren Loman en
„Rembrandt" van Bert Haanstra, twee
films, die naar het filmfestival in Cannes
geweest zijn, gezien hadden, zetten zij zich
des middags aan de sectievergaderingen.
Preadviezen waren uitgebracht over:
kunstinstellingen en kunstenaar in loon
dienst. kunstenaar in nevenberoep, kunst
onderwijs. zelfstandige kunstenaar en cul
tuurspreiding.
Gisteravond ontvingen B. en W. de con
gressisten in het Stedelijk Museum, Van
morgen werden de sectievergaderingen
voortgezet terwijl vanmiddag een ple
naire zitting werd gehouden.
Het congres wordt vanavond beslo
ten met een concert door het Concertge
bouworkest en een gezellig samenzijn in
het Minervapaviljoen.
De directeur van de federatie, de heer
J. Kassies, hield een algemene inleiding,
waarin hij o.a. klaagde over de geringe
plaats die de cultuur org in het over
heidsbeleid inneemt.
„Het groeiend besef omtrent de over
heidstaak t.a.v. het kunstleven dient
vorm te krijgen in de formele struc
tuur van ons staatkundig bestel: elke
gedachte aan charitas moet worden uit
gebannen," aldus de her Kassies.
„In de komende jaren zal de kunst
politiek zich vooral op het doorbreken
van de barrière van cultureel analfabe
tisme moeten richten. Het gaat in de
cultuur, en zeker in de kunst om de
persoonlijke relatie van de mens tot de
waarden die de kunst vertegenwoordigt,
een bezitsvorming waarvan men mag
hopen, dat over deze een nationale over
eenstemming -zal bestaan," zo zei de
heer Kassier nog.
In sectievergaderingen kwamen ver
volgens aan de orde: kunstinstellingen
en kunstenaars in loondienst, kunste
naar in nevenberoep, kunstonderwijs,
zelfstandige kunstenaar en cultuursprei
ding.
De Maatschappij tot bevordering der
bouwkunst. Bond van Nederlandss Ar
chitecten, heeft het predicaat „Koninklijk"
verkregen. Dit is gistermiddag medege
deeld door de burgemeester van Eindho
ven. mr. dr. Ch. van Rooy, toen deze om
vijf uur in het stedelijk Van Abbemu-
seum de deelnemers aan het congres ont
ving. dat de bond gisteren en vandaag in
Eindhoven houdt.
In de ochtendvergadering welke in de
Philipsschouwburg werd gehouden, wer
den hoofdzakelijk interne aangelegenheden
behandeld. De voorgestelde wijzigingen
in de bindende salarisregeling voor het
architectenpersoneel werden in hoofd
zaak goedgekeurd. Dr. M. P. van dar Lin
den werd benoemd tot directeur var» het
verenigingsgebouw te Amsterdam.
MOORD
Wij verwachten niet als we het doek
zien opengaan en we zien daar twee ge
lukkig getrouwde mensen voor ons, op
wie tvij allen onmiddellijk jaloers wor
den dat diezelfde mensen elkaar die
zelfde avond nog zullen vermoorden.
Het is Iets, dat ons met ontzetting ver
vult en we vragen ons onmiddellijk af,
hoe is dat in hemelsnaam mogelijk,
maar als we rond om ons heen zien,
hoe het dikwijls in het werkelijke leven
gaat, dat alle geluk aan een zijden draad
hangt en dat er maar een derde behoeft
tussen te komen, om die draad definitief
door te breken dan verbazen wij ons over
niets meer. Geluk is nu eenmaal iets zeer
subtiels. We mogen geen ogenblik van
waakzaamheid uit het oog verliezen. Het
is een hemel, maar een hemel, die als
een ballon zich ieder ogenblik aaneen
kinderhand tracht te ontrukken. En we
zijn omringd door duizenden, die ons die
ballon niet gunnen, omdat zij zelf zonder
lopen. En die ballon streeft niet alleen op
waarts, maar is ook zeer kwetsbaar.
Bij de minste geringste aanraking met
een scherp of heet voorwerp spat hij uit
een. Zo is het geluk, dat wij in handen
houden, als wij het eenmaal gevonden
hebben. En als wij dit eenmaal weten,
kunnen wij ons ook voorstellen, dat het
niet tot de onmogelijkheden behoort, dat
twee mensen, die elkaar 's middags nog
overladen met geschenken, omdat zij zo
veel van elkaar houden, elkaar diezelfde
avond nog vermoorden.
Maar wat is er in die kleine tussentijd
dan gebeurd..? Een vriend van de man
is binnengekomen. Let wel: een vriend!
De vriend is in moeilijkheden geraakt en
komt nu de financiële hulp inroepen van
de man. Weigert deze. dan betekent dit het
einde van de vriend. Maar wat de vriend
vraagt, gaat alle perken en mogelijkhe
den te buiten. De man kan hem onmoge
lijk helpen. Onmiddellijk blijkt nu de wa
re aard van de vriend. Hij snijdt de zijden
draad, waaraan het, geluk van de man
hangt, zohder enige aarzeling door. Hij
begint te insinueren, dat zijn vrouw een
zeer aantrekkelijk en levenslustig persoon
tje onmogelijk genoegen kan nemen
met zijn lange tijden van afwezigheid,
al is hij hiertoe nog zo om zakelijke re
denen genoodzaakt.
„Zie je.. Voor een man gaat de tijd
door. De man vliegt.hij zoekt een ho
tel.. hij vergadert., hij besluit., hij
vliegt terug en hij komt thuis. Bij een
vrouw is dat anders. Een vrouw, die ge
trouwd en dol op d'r man is telt alleen
de uren, dat hij thuis is. En als hij ver
trekt. staat de tijd stil tot hij weer
terugkomt."
„Onzin, jij hebt een volkomen ver
keerd idee over mijn vrouw en ons hu
welijk.
„Begrijp me goed, ik ben geen stoker
(hij is immers zijn VRIEND) maar een
vreemde heeft meestal een objectieve
re kijk. Als goede vriend wil ik je tegen
jezelf beschermen."
„Praat er niet omheen. Wat bedoel
je? Wat weet je? Wat is er?"
Het venijn is ingedruppeld. De man is
al zover, dat hij vraagt, wat er is.
Niets natuurlijk. Helemaal niets! Er is
alleen maar dit, dat de vriend om een
of andere duistere reden het geluk kapot
wil hebben. En het toeval heeft gewild,
dat de vrouw zojuist met een leugentje om
bestwil het huis verlaten heeft. Zij is op
gebeld door een vriendin, die haar over 't
De man: „Dat lieg je". Hij kent zijn
vrouw. Hij is zeker van haar. Maar de
houding van zijn vriend brengt hem aan
het twijfelen en hij belt Royal Garden
op. om zijn vriend te overtuigen. Maar
de twijfel geeft hem in, om zijn naam
te verzwijgen.
„Wilt u even kijken of mevrouw Hol-
terman aanwezig is. Mijn naam? Dat
doet er niet toe. Zeg haar, dat zij on
middellijk aan de telefoon kom".
Mevrouw Holterman is er inderdaad ja
(dus niet naar de vergadering!), maar
zij weigert voor een onbekende aan de
telefoon te komen.
De man is verslagen. En als straks zijn
vrouw thuiskomt, zijn we getuigen van de
ruzie, die er zich tussen de twee geliefden
ontspint. Een ruzie, die nodeloos tot een
climax groeit, omdat de vrouw niet kan
hebben, dat de man haar niet vertrouwt
en haar bespioneerd heeft. De man windt
zich steeds meer op. Rr vallen twee
schoten en aan beider leven is plotse
ling een einde gekomen.
De vriend, die in de aangrenzende ka
mer met de kleermaker, die hem een
nieuw kostuum past, getuige was van de
ruzie, snelt op het horen van de schoten
toe. Maar hulp kan niet meer baten. De
vriend belt de politie op en de kleermaker
wordt om een dokter gestuurd De man
houdt de revolver, waarmee geschoten is,
nog omklemd, als de politie binnenkomt.
Toch twijfelt inspecteur Fedder aan het
verhaal van de vriend en de kleermaker,
hoewei de kleermaker boven alle verden
king staat.
Het spel neemt weer geheel nieuwe
wendingen aan. Want Fedder voelt bij
intuitie aan, dat de man de vrouw niet
heeft doodgeschoten en daarna de hand
aan zichzelf heeft geslagen, ofschoon we
er allen getuigen van zijn geweest
En wat iedereen voor bijna onmoge
lijk heeft gehouden, dat toont nu inspec
teur Fedder aan. dat namelijk de vriend
beiden vermoord heeft, ofschoon hij zich
op het moment, dat wij getuigen waren
Boven deze figuren rqzen drie pylonei
ten hemel, die zullen worden bekroom
met grote beelden, de werkzaamheid vai
Philips zinnebeeldend, nl. het Licht, he
Schouwen en dc Roep. Het eigenlqke mo
nument is sinds september 1954 reeds ge
reed en opgetrokken in een plantsoen. He
ligt in de bedoeling dat de drie beeldei
op bevrijdingsdag, 18 september a.s., oi
de monolieten zullen worden geplaatst
Momenteel staan ze in Amsterdam opge
steld in de Van Baeriestraat voor di
nieuwe uitbouw van het Stedelijk Mu
seum als onderdeel van de expositie.
Hubert van Lith, wiens ontwerp „Pant;
Rhei" in 1951 werd uitverkoren, nadal
eerst een meervoudige opdracht was veri
strekt aan een viertal kunstenaars waar
toe ook hij behoorde, heeft nu al ruin
zes jaar aan het monument gewerkt. D<
laatste drie jaar heeft hij besteed aan di
bekronende beelden. De beeldhouwe:
heeft de fontein in héar totaliteit gehak
uit 160 ton Franse Vaurion Roche colorée-
kalksteen, die vaak wordt gebruikt voo:
werken die met water te maken hebben
zoals b.v. de laatste Seinebrug. De fon
tein met het uitgebreide waterwerk en de
fraaie verlichting wordt 9% meter hoog
de beelden Schouwen en Licht zijn elk 1
meter en de Roep 3 meter.
De tentoonstelling in Amsterdam be
wijst welk een knap beeldhouwer Var
Lith is. Prof. Bronner heeft het Philips
monument al een „stenen bloem" ge
noemd. Victor E. van Vriesland gaf in drie
strofen de zin van het monument weer
Zijn gedicht zal in steen bij de fonteir
worden aangebracht. Het luidt:
DE ROEP
Liefde der werkers tot het samenwerken
Wordt hier tot Roep en Roeping van
de Sterken
't Geluid uitdragend, over ruimte en tijd
Dat de eenheid van het menschdom zal
bewerken:
HET SCHOUWEN
Wat de oogen zien, dat zal het hart
versta a-n
Beschouw de wereld: voor u zal 't be-
staan
Nu duister, dan doorzichtig zich
ontvouwen
Begrensd en eindeloos, werkelijkheid eri
waan.
HET LICHT
Het Licht als scheiding van de duisternis
Daaglijksche zegen en geheimenis
Maakt voor den mensch de wijde wereld
TIT. zichtbaar
Wier schoonheid hem een glans en
luister isJ
De Amerikaanse musicoloog H. C. Rob-|
bins Landon heeft na een onderzoek in
het Goetweig-klooster in Oostenrijk de
identiteit kunnen vaststellen van de com
ponist van de ,,Jena" Symfonie, die door a
sommigen aan Beethoven wordt toege- C
schreven. Het is de 19de eeuwse Duitse r
componist Friedrich Witt. De „Jena"-
symfonie werd in 1909 in Jena ontdekt.
se
i yen het ongeluk, in de aangrenzende Va-
een en ander spreken wil. Zij wil dit nlet mer door de kleermaker een nieuw kos-
weten voor haar man. Het heeft niets om
het lijf, maar zo zijn er nu eenmaal klei
nigheden in het leven, die men nog graag
even voor de ander geheim wil houden,
niet vermoedend, dat dit aanleiding zou
geven tot een catastrofe. Zij heeft met
haar vriendin afgesproken, dat zij haar
ontmoeten zou in hotel Royal Garden. De
vriend heeft dit gehóórd. Maar tegen haar
man zegt ze, dat ze nog even naar de
vergadering moet van het vrouwengilde
of zoiets dergelijks.
De vriend: „Goed, als je dan geen
goede raad wenst, dan nog één vraag:
waar is je vrouw?
De man: „Naar een vergadering of
weet wat."
De vriend: „Er is geen vergadering,
er is alleen maar een afspraak met
iemand in Royal Garden". I
tuum liet aanpassen.
Om de zeer grote verrassing voor het
publiek niet weg te nemen, zal ik u niet
verder vertellen, hoe inspecteur Fedder
er achter gekomen is en hoe de moord
precies heeft plaats gevonden. Maar als
u het hier boven geschrevene goed gele
zen hebt, dan zal het u opgevallen zijn. dat
'k schreef: „Er vallen twee schoten" en
Bij het Nederlandse Boekhuis te Til
burg js een historische roman verschene
aie de grote trek der Zuid-Afrikaans».
Boeren tot onderwerp heeft. Het boek is
verdeeld in drie delen, die tamelijk on
gelijk van waarde zijn. Het eerste deel
is vrij goed, ofschoon ook hierin wel
saaie, vervelende gedeelten voorkomen.
Dat deel begint met het vallen van dé
oude neger Johannes, en dat stuk is
prachtig. Een mooi gedeelte is dat van de
vrouw Anna, die zit te peinzen in de1
avond aan de Oranjerivier. Al deze boe
ren zijn verschrikkelijk eenzaam en ern
stig. Zij zijn ook verschrikkelijk protes
tants. En als zij komen bij een grafheu
vel waaronder blanken begraven liggen,
dan storten zij een ontroerend gebed voor
deze landgenoten. Maar met Oudtesta
mentische hardvochtigheid vragen zij de
Heer ook dat Hij de kaffers zal straffen.
Reeds hier schiet het' verhaal slecht op,
wij blijven veel te lang treuzelen bij de
wagens van de trekkers en hun maaltij
den
Het tweede gedeelte houdt zich bezig
met de negers die in Afrika wonen. Wij
zien dit gedeelte als het minst geslaagde,
cn wij verdenken er de maker van, welke
maker dan ook, het boek hebben willen
rekken. In dit tweede gedeelte worden d«
volken van Afrika behandeld en ook hier
zijn we! goede stukken. Wij denken bij
voorbeeld aan het doodslaan van een grote
slang door een jongen, en vooral het
„behandeld" worden van een vermeende
heks door de medicijnmannen. Tuist in dit1
gedeelte zien wij goed dat de geheimzin-'
nigheid van Afrika wel eens een ding is
van suggestie. Maar wij geloven het niet.
meer als ons verhaald wordt van die-
idylle die er soms schijnt te bestaan tus
sen sommige Afrikaanse mannen en hun-
vrouwen. Wij wijlen het allemaal wel ge« j
loven, maar dan had de auteur het ge
loofwaardig moeten zeggen. En vooral
hebben wij ons lichtelijk verveeld in som
mige gedeelten die geen kop of staart heb.
ben, en die eigenlijk helemaal niet bij het
verhaal horen.
Het derde en laatste deel van het boek.
dat het kortste is, grijpt weer terug op de
boeren in het eerste deel. De geschiede
nis van de boeren loopt hier door het ver
haal van de Afrikanen heen. Wij zijn er
blij om. dat dit derde deel zo goed is én
dat het ons terugbrengt tot 't eigenlijke IJ
thema van het boek. Door dit 3e deel ge- 1
loven wij weer dat het boek inderdaad
gaat over de trek van d- boeren, maar
wij gelo-ven nog steeds niet dat de'auteur
ook het tweede deel spontaan geschreven'
heeft. Het is soms wel aardig, maar het!
doet ons de boeren totaal vergeten. De
uitgever zegt dat de auteur Peter Abra
hams zelf een Afrikaan is. Wij geloven
het wel. Maar de weinige citaten die ie- ft
der nieuw stuk begeleiden zijn toch veel i
dichterlijker en Afrikaanser dar een groot
stuk van het verhaal.
Alles bijeengenomen is dit boek een
slordig geheel. De compositie is alleen
iets van het uiterlijk en van de schijn. De
drie delen waarin het geheel verdeeld :s.
hebben niets te maken met een innerlijke
noodzaak om het zo te doen. Er staan wel
goede bladzijden in dit boek, maar hét ge
heel is tamelijk vervelend.
N.a.v. „De wilde Trek", door Peter
Abrahams Uitgegeven bij het Nederland
se Boekhuis te Tilburg.
ten gelost zijn, omklemd, als zijn Vriend
met de kleermaker de kamer komt bin
nenstormen.
Een interessante en vakkundig in el
kaar getimmerde puzzel, deze „Moord op
Maat'.'
Reeds verscheidene kinderen hebben ir
!)iet^,HV0St 'Te schoten'' Toah h°udt I de'bVnedêÈ^al vmiUetTlMnrisch'Museum
de man de revolver, waarmee de scho-- - msioriscn museum
te Rotterdam, waar ook honderd tekenin
gen van de tekenwedstrijd tentoongesteld
zijn, hun proeven van boetseerkunst ge
geven. Er is op vrije middagen en ook
op zondag nog gelegenheid in het zaaltje
ean werkstukje te maken. Klei en instru
menten zijn voor ieder aanwezig.
De prijzen, welke op dinsdagmiddag 11
juni om 3 uur worden uitgereikt, zijn in
de hal te bezichtigen.