Het Nederland.se amusementslied
onderwerp van veel kritiek
A
jpjm
IA
VODROOriG
VfOUO
i:
GEMOTIVEERD BOD?
CIJFERPUZZEL No. 19
m
m
h
WA,
SCHAKEN
Wlfito
iülïï
ii om
12 juni 1815:
Naar het laatste carré
m
'i^m m
I ftfw
Het GrohheJtonnetje
Bridqerubriek
Het juiste lied op de juiste plaats
Ben H. Jongejian
§r%
1 I I 8
-M. m sus
JfP
m m.
HH lüi
m,
3
Wie geeft het j11^
antwoord?
Nog even: de G^\
Draeck
WK
1008
2 2H
810
8
2835
336
288
8
ZATERDAG 8 JUNI 1957
WÊ
,/m
'WM
i 9
mm mm
Oplossing 6S,
O
35
103Z
92/60
280
17280
270
315
360
11520
2
7
1
3
9
1
1
9
5
1
9
8
0
7
5
9
5
9
3
00
1
H
1
9
8
eze jW*!',
Jules de Corte, subliem pianospel
Onlangs hebben wij op een bruiloft
het meest wanstaltige welkomstlied
gezongen, dat ooit aan het papier is
toevertrouwd- Het diende gezongen te
worden op de wijs van „Hoe wapp'ren
de kleuren van Nederlands vlag", het
geen wij persoonlijk als een belediging
van die vlag hebben opgevat. De uit
vinder van de drukkunst wie het
dan ook geweest mag zijn heeft zich
waarschijnlijk bij iedere regel in zijn
graf omgedraaid, wat overigens voor
hem onaangename gevolgen heeft,
want het vers had een oneven aantal
regels.
Sindsdien vragen wij ons nog verbe-
tener dan voorheen af, wat nu toch
eigenlijk bepaalt, wanneer een .liedje'
goed, of zo u wilt, mooi is. Wat stelt
„de 'grote men" als criterium bij de
beoordeling van een cabaret- of amuse
mentsliedje.
Het lijkt ons dienstig enige facetten,
die hiermee in verband staan te belich
ten. Wij gaan niet verklaren hoe het
komt, dat het ene lied een tophit wordt
en het andere niet. Hierbij spelen tien
tallen factoren een rol. Zelfs al zou
men al deze factoren kunnen kristalli
seren, dan weet men nog niet, waaraan
het succes te danken is.
Wel hopen wij te bereiken, dat de
produkten op dit gebied, enerzijds met
wat meer, anderzijds met wat minder
kritiek ontvangen zullen worden, zodat
u en wij in het vervolg voor beleve
nissen als bovenomschreven worden
gespaard, terwijl wij aan de andere kant
geen eisen moeten stellen, die de opzet
van het lied voorbijstreven.
Laten wij de Nederlandse liedjes om
te beginnen verdelen in twee grond
vormen: Het cabaretlied en het zo
nu maar te noemen Pretlied. Laten
we vervolgens de tekstschrijver als va
der en de componist als moeder be
schouwen en even buiten beschouwing
laten, dat men dus op dit gebied va
der en moeder tegelijk kan zijn. Wij
zien dan, dat de cabaretliedjes vooral
de eigenschappen van de vader in zich
verenigen m.a.w. dat die eigenschap
pen het meest naar voren komen. De
tekst is verhalend ofwel betogend en
dikwijls hebben ze een al of niet uit
gesproken moraal. Meestal zijn deze
liedjes ook aardig om te lezen en ze
kunnen zijn cynisch, satirisch, karika-
turisch of kolderachtig enz. enz.
Van veel belang is natuurlijk ook de
uitvoering, die het liedje op zijn voor
deligst moet laten uitkomen. Wanneer
een lied cynisch is bedoeld en het wordt
kolderachtig voorgedragen dan is de
kracht er voor een groot gedeelte af
en zo zijn er tientallen wancombina-
ties te maken. Een liedtekst is dan
goed (of sterk), wanneer de componist
en de uitvoerende direct de bedoeling
van de schrijver er aan kunnen aan
passen. Bij deze categorie echter is de
muziek ondergeschikt en zeker niet es
sentieel. Zij dient slecht ter onder
steuning van de voordracht, ter ac
centuering van de stemming en ter
onderstreping van de bedoeling van de
schrijver. Dit wil echter niet zeggen,
dat er geen produkten bij zijn met bui
tengewoon knappe muziek dat er in
deze materie geen grenzen te trekken
zijn. Zij vallen pas op, wanneer er fou
ten begaan zijn.
Om de ondergeschiktheid van de mu
ziek te illustreren, is het misschien
aardig om enige voorbeelden te noe
men. Over de liedjes van Coos Speen-
hoff kan men op het ogenblik oorde
len zo men wil, een feit is, dat deze
man in zijn tijd een vare omwente
ling in het Nederlandse lied heeft ge
bracht. Wij komen daar nog op terug.
Nu willen wij slechts aanduiden, dat
de muziek, die hij componeerde, maar
vooral de wijze, waarop hij deze uit
voerde, ten hemel schreiend was. Alex
de Haas, een kenner van het Neder
landse (en het buitenlandse) lied bi]
uitnemendheid, zegt dat Speenhoff van
beslissende invloed op het Nederland
se Cabaret is geweest, maar spot ook
met „zijn valse gitaar waarop hij
slechts twee of drie akkoorden aan
sloeg en dan meestal nog de verkeer
de".
Het moet eens gebeurd zijn, dat
Speenhoff op 'n avond weer verschrik
kelijk met zijn gitaar stond te haspelen
Er stapte toen een eer het podium op,
ging achter de piano zitten en zei:
„Zing maar op dichter ik zal je wel
begeleiden". Hoewel deze pianist de
muziek niet kende en het ook niet op
papier voor zich had, ging het zó goed,
dat Speenhoff zijn begeleider na afloop
vroeg of hij voor vrije reis- en ver
blijfkosten en tien gulden extra af en
toe eens als begeleider op wilde tre
den.
„Dat zou ik wel willen, maar het zal
niet gaan, omdat ik vast zit aan het
Concertgebouworkest. Ik ben Willem
Mengelberg", was het antwoord en
Speenhoff sukkelde maar weer verder
met zijn gitaar, wat inmiddels niet ver
hinderde dat hij ov~~al volle zalen
trok.
Hiermee is maar bewezen, dat de
tekst van deze liedjes doorslaggevend
is en op de tweede plaats, dat de mu
ziek, hoewel ondergeschikt, er als het
ware in ligt opgesloten zodat kenners
deze onmiddellijk ontdekken.
De cabaretliedjes hebben dus een
persoonlijk stempel, vooral van de
„vader" en ook van de „moeder" en
het hoeft geen betoog, dat kunstenaars
die èn goede teksten schrijven èn goe
de muziek en die bovendien nog een
goed acteur zijn een streepje vóór heb
ben op anderen, die slechts één onder
deel beheersen. Want hoewel wij voor
het gemak de verschillende onderdelen
even gescheiden hebben; feitelijk be
staat die onderscheiding niet.
Wanneer u een boekje met „Door
sneeliedjes" van Annie M. G. Schmidt
doorleest, dan heeft u verrukkelijke lec
tuur. Het gemis van de muziek voelt
u nauwelijks, de muziek ligt in de tekst
en het moet een genot zijn daar mu
ziek op te maken.
Jules de Corte is zo'n man, die een
streepje vóór heeft. Hij is een voor
treffelijk componist, maar heeft ook de
gave. om „andersom" te werken, dat
wil zeggen bij het horen van een stuk
muziek weet hij onmiddellijk de ele
menten eruit te halen, waarop hij een
nieuw lied kan baseren.
Soms is hier een nieuw arrangement
van de muziek voor nodig Dit is een
gave, die meestal wordt onderschat.
Op iedere bruiloft en bij ieder jubi
leum komen wel enige vrolijke broe
ken naar voren, die op een bestaande
„wijze" 'n lied hebben gemaakt. Hart
verheffend zijn dezr liederen meestal
niet en begrijp ons goed dat is ook
helemaal niet zo erg. Iedereen weet
echter, dat hij feitelijk „In het groene
dal, in het stille dal" zit te zingen,
waar met kunst- en vliegwerk een min
of meer toepasselijke tekst bij is ge
fabriceerd. Bij Jules de Corte echte:
gebeurt het vaak, dat men de melodie
kent maar haar niet thuis weet te
brengen. Men heeft het meer gehoord,
maar waar en wanneer? Pas na enig
denken komt men er achter: Er is een
nieuw lied geboren.
Natuurlijk zijn er meer goede tekst
schrijvers. Vooral de twee genoemde
maken liedjes, die op zichzelf
staande volkomen afgerond zijn. Er
zijn n.l. ook cabaretliedjes die slechts
passen in het raam van een bepaald
programma. Zij vo: ren een schakel
in de ketting. Als schakel op zichzelf
hebben zij geen waarde, ofwel vermin
deren sterk in waarde. Deze liedjes zijn
daarom niet altijd minder goed; het is
een factor, waarmei bij de beoorde
ling rekening gehouden moet worden.
Veel meer factoren zijn er nog, en
wij hopen daar in =>en nadere beschou
wing op terug te komen. Na deze en
kele losse gedachten willen wij eerst
echter naar een ander uiterste over
gaan: het zo nu m ar te noemen „Pret
lied".
Deze liedjes moeten op de eerste
plaats de eigenschappen van de „moe
der" bezitten. De muziek moet in staat
zijn om tot meezingen ',e dwingen; de
tekst kan geheel ondergeschikt zijn. Als
er maar voldoende linkers in voorko
men, om de vreugde te uiten. Het suc
ces van buitenlandse teksten is voor
een groot deel hieraan te wijten. Nie
mand vrijwel weet, wat hij zingt,
slechts de klanken zijn van belang.
De waarde van deze liedjes moeten
we ook al weer niet onderschatten.
Mensen, die altijd maar met het woord
Cultuur schermen zij de felste tegen
standers van liederen aL „Van je hela
hola houdt er de moed maar in" (telt
u de klinkers maar eens). Is het nu
echter zo erg, dat mevrouw Jansen,
als ze een week lang hard gewerkt
heeft, met meneer Pietersen in de po
lonaise lopend al haar spanningen in
dit lied uitzingt. En mag meneer Bak
ker, die een stem heeft die alleen nog
maar geschikt is, om er notemuskaat
op te raspen ook eens zingen, zo maar
met de enige pretentie om wat te zin
gen? Een sprekend be wij.dat de men
sen daar nu en dan nu eenmaal be
hoefte aan hebben is het succes van
een man als Lou Bandy.
Zijn liedjes zijn moeilijk te lezen en
hoogstens onder te brengen onder het
hoofd „Badkamerpoëzie". De couplet
ten hangen als los zand aan elkaar en
het tweede heeft dikwijls niets meer
met hei eerste te maken. Maar steeds
weer komt er een ref-ein.. „Allemaal'
en dan zongen zalen vol allemaal
Gezellig en het refrein was nog niet
uit of de schorre stem van Lou Bandy
vulde (of vult soms log) weer de he
le zaal tot de uiterste hoekenEn
daarom houd ik zo van beesten.,
bruin gebraaien op mijn bord gesel-
lig". Weinig subtiel allemaal en hele
maal geen „cultuur", maar in staat
om Jansen zijn eksteroog en van Zoe-
len zijn managerziekte te doen verge
ten. Daarom dus waardevol, maa:
waardevol op een andere manier en
om een andere reden dan een cabaret
liedje.
Wanneer deze onderscheiding wat
meer in het oog gehouden werd, dan
zou „het grote publiek" wat meer waar
dering op kunnen brengen voor het ca
baretlied; de „cultuurmensen" zouden
het „Lied van de kantine" minder
gaan verfoeien.
In een volgend artikel hopen wij de
verschillende onderdelen van ieder van
de twee genoemde soorten liedjes na
der te specificeren
Coos Speenhoff, sukkelde met gitaar.
m i
v
No. 3064. 8 juni 1951
Redacteur: G. J. A. VAN DAM,
Vossiusstraat 18, Amsterdam-Zuid
Alle correspondentie aan dit adres. Bij
vragen om inlichtingen s.v.p. posizegel
voor antwoord insluiten.
INTERESSANTE PARTIJ-
MOGELIJKHEDEN
De vorige week, tijdens het prominen-
tentoernooi te Amsterdam, georganiseerd
door de damvereniging „Gezellig Samen
zijn" ter gelegenheid van haar 50-jar!g
jubileum, logeerde oud-wereldkampioen B-
Springer bij mij. In een vriendschappelijk
partijtje hadden de onderstaande standen
kunnen voorkomen:
No. 3506
B. Springer
m 9 9
V//7/ VM&. gOt
'■"vfd SR
■■•iaa 'Mfr tjjjgL WK,
Geo van Dam
Zwart: 2, 4, 69, 1218, 20 21, 24.
Wit: 26—29, 32—35, 38, 39, 4145, 50.
Zwart aan zet.
In deze stelling zou zwart „één om één
hebben kunnen ruilen, welke ruil hem, bij
verkeerd slaan van wit, de gelegenheid
zou hebben gegeven tot het uitvoeren van
een fraaie combinatie, namelijk: Zwart
1 17—22! Nu is wit gedwongen tot 26 v 17
en zwart tot 22X11. Maar zou wit geslagen
hebben: 28X17 dan vervolgt zwart met 2.
18—23. Wit 3. 29X18, 13X11. 4 26X17-
11X31. Wit is nu een schijf achter en ge
dwongen tot 4136. Nu komt zwart met
de verrassende zet 2429! Wit 6. 34X23
gedw-, zw. 2024 of 25. 7. 36X27, 24 of
25—30. 8. 35 X 24, 15—20. 9. 24X15, 4—9. 10.
15X13 en 8X48 met winst.
Enige zetten later zou de stand, na een
kleine wijziging, hebben kunnen zijn a.s
hieronder is weergegeven.
No. 3507
r^// wRi "wwi /tws
Zwart: 2, 6. 8—19, .21, 25.
Wit: 26—29, 32, 33, 35, 36, 38 -40,
42—45, 46.
Hier blijken wit's speelbare zettpn klei
ner in aantal dan het schijnt. Bijvoor
beeld:
Op wit 1. 29—24, 19X30, 2. 35X24 volgt
28—23!. 3. 28X19 en 14X23- Thans dre,gt
zwart met een damzet door 13—13, 24X4,
1218, 4X22, en 17X48. Uitruilen met
3329 baat hiertegen niet. Ook 33 28
faalt door 1319, 1218 enz. Gedwongen
is dus 42—37, maar dan volgt 23-28 enz.
En offeren door 32—28, 23X32 geeft even
eens schijfverlies, omdat op bijv. 3329
zwart vervolgt met 3237. 42X31, 21X32,
38 X 27, 17—21, 26X17, 32X12.
Op wit 1. 4237 komt direct 1722 enz.
Op wit 1. 3934 vervolgt zwart met de
verrassende zet 1520!! Dit is van zwait
zowel een lokzet als een oersterke nositie-
zet. Er volgt nu op 2 42—37, 1722! En op
2. 36—31 of 46—41, 25-30! 3. 35X4, 19—23
4 28X10, 9—14! 5. 10X19, 13X24. b 29X20,
2—7. 8. 4X22. 17X50. 9. 26X17, 12X43. 10
33—29 gedw., 50—28 en zw wint. Op 2
3530 volgt schijfwinst door (eerst)
26—24 3. 29 X 20 en dan 19—23 met 13x35
enz.
Op 2. 29—23, 18 X 29 3 34 X 23 volgt ver
nietigend 17—22- 4. 27X7, 10—15. 5. 26X17,
11X22 en zw. wint.
Neemt wit de damzet door 2. 29—?3,
18X29. 3. 33X4, dan krijgt zwart een ovei-
machtwinst dodr 19—23. 4. 28X10, 13—18.
5. 4X22, 17X50. 6. 26X17 en 12X13. Er zijn
nu nog twee zetten, die wit kan spelen,
namelijk: 44 of 4339. (Var. A. en B
Op 2. 4439 zou volgen 1923. 3 28X19
en 13—24!!
Reeds thans merk ik op. dat zwart hier
slagkeuze heeft, maar dat hij na 2 44 - 39
alleen winnen kan door 13X24 te slaan
en zoals straks zal blijken en na wit's
2. 4339 alleen wint door juist andersom,
naar het centrum, te slaan met 14X23!
Dus op A. 39—34. 15—20. 2. 43—39, 19—23.
(Schaakredacteur P. A. KOETSHEID.
Huize St.-Bemardus, Sassenheim).
(Zaterdag 8 Juni).
DE PROBLEMEN VAN DEZE WEEK
Onder no. 7560 brengen wij een driezet
met een verrassende variant in de oplos
sing. Of deze vlug gezien zal zijn? De
rest van de ontleding is van weinig ^be
lang.
Onder no. 7561 brengen we een twee-
zet van ons zelf. Het oordeel laten we
daarom liever aarf de lezer over. Het is
immers moeilijk van eigen werk een juis
te maatstaf aan te leggen. Een lichte op
gave is no. 7562. Beide tweezetten beho
ren tot de groep van de Merediths.
PROBLEEMOPLOSSINGEN
No. 7551 H. en P. Ie Grand. Opl. 1. Ta4
dreigt 2. Pc2f enz. 1Dc5, 2. Pd3t
enz. 1Le5, 2. Pa2f enz.
No. 7552. Jac. Haring. Opl. 1. Pe8 dreigt
2. Ld6tf. Zowel 1. Da3 als 1. Lb4 weer
legt zwart door 1Td5.
No. 7553. A. Ahues. Opl. 1. Dd4 dreigt
2. De5tt. Niet 1. Dg7, wegens 1Te4!
GOEDE OPLOSSINGEN
Deze drie problemen werden goed op
gelost door: A. C. Diepstraten, Breda; L.
F. Hendriks, Horn; dr. A. Hoynck van
Papendrecht, Bergeijck; F. Pijls, Maas-
bracht; L. v. Riel, Rotterdam.
Nos. 7551 en 7553 door L. M. v. D.,
Maassluis; J. Dickhaut, Nijmegen.
Nos. 7552 en 7553 door mr. dr. R. Brom
berg, Roermond.
No. 7552 John Aupdng, Joppe; W. H.
Haring, Schipluiden.
No. 7553 B. Kouwenhoven, Rotterdam.
Van de nos. 7548, 7549 en 7550 verzuim
den wij in onze vorige rubriek te ver
melden F. Pijls, Maasbracht.
No. 7562. K. Junker, tweede prijs „Züri-
cher Woche" 1956. Mat in twee zetten.
Wit: Kc7, Da3, Th4, Le6, Pf7—g2;. Zwart:
Kd4, Lal—h3, Eg4—g8; e4. Oplossingen
over drie weken. Mogen we nog eens op
tijdige inzending aandringen?
No. 7560
F. METSENAUER, IJsland
2e prijs Arbejder Skak 1956-1
Mat in drie zetten.
No. 7561
P. A. KOETSHEID
Eerste plaatsing
Mat in twee zetten
WM
3. 28X19, 14X23! Er dreigt thans 23-28,
32 X 23 gedw., 21 X32, 38X27. 20—24 met
29X20 :n 18X47.
Op wit 3 3530 volgt de hiervoor ge
noemde damzet met overmachtswinst. Op
wit 3. 29—24, 20X29. 4, 33X24, 23—23!
Op wit 3. 4641 komt weer de damzet
23—28, 32 X 23 gedw.. 21X32, 38X27, 20 24
29X20, en nu met 18 naar 47, 20—15 gedw.'
1014 wint
Blijft over wit 3 4237 maar dan volgt
weer 2328 en, hoe wit ook slaat, zwart
wint ten minste een schijf. Dus is ge
dwongen:
Wit 3. 33—28 nu zwart 914!, 28X19
13X33, 39X28 (gedw., op 38X29 volg' di
rect 25—30, 1420! enz.), 25 —30 35 X4
14—19, 4 X 22, 19-23 28X19 2 -7 4X22!
17X48, 26X17. en nu niet 48X31, 36x27
wegens remise, maar: 12X43, 1914
4349 enz. wint.
Laten we thans eens kijken wat het Ge
volgd is van 1. 39—34, 15—20- En b'?
44-39, 19-23. 3. 28X19 en dan 13X24.' Er
dreigt nu. 24—30, 17X48.
Speelt Wit thans 29—23 dan volgt 18X29
5. .34X23, 10—15! enz-
Speelt wit 4. 42—37 (gedw.), dan zwart
ook 1015. 5. 3631 (gedw., op 3731, 913
en wit heeft tegen de 24—30, 13—19 enz
geen weerlegging), 9—13, 6. 46—41 gedw!
13—19. 7. 4136 gedw., 27 en wit moet
altijd verliezen.
In de A. variant wint zwart dus door
„slagspel", in de B. variant door „positie
spel". Neemt zwart na wit's tweede zet
(respectievelijk 43—39 of 4439) ,-Je uitruil
door 19—23 verkeerd dan verspeelt hij
daarmede de winst- In de diagramstand ;s
wit 1. 29—24; of wit 1. 39-34; of 40- 34,
dus positief verliezend. Blijven over de
zetten 36—31; 4641 of 29—23
Men bestudere nu zelf eens wat daarvan
de resultaten zouden zijn.
EEN DAMBOEKJE VOOR DE JEUGD
Bij G. B. van Goor Zonen's Uitgevers
maatschappij te Den Haag is verschenen
het boekje „Oom Jan leert zfln neefje
dammen" door Alb. Loon en B. Springer.
Het keurig uitgevoerde boekske is met
aardige tekeningen geïllustreerd en geeft
in beknopte vorm de hoofdprincipes van
het damspel. De prettig geschreven tekst
voert de jongelui, figuurlijk en letterlijk,
„al spelende" in de tovertuin met de 100
velden. Het wijst hen de weg tussen de
vele dwaalwegen en klippen waarop zij
kunnen vastlopen. En, wat het voornaam
ste ishun ogen worden geopend voor
de schoonheid en logica van het dammen
Terecht zeggen de schrijvers op pagina
71, na een mooi partij-fragmeni: „Dit is
dus al weer een voorbeeld, dat dammen
héél wat meer is dan alleen schuiven en
slaan. Draai je vriendje die speigangen
maar eens onder zijn neusje, dan zul je
hem stellig wel kunnen overtuigen!"
Het boekje is uitermate geschikt om de
jeugdige dammers meer en beter inzicht
te geven tn de „ernst van het spel". Het
kan er hen wellicht toe brengen eens 1e
gaan deelnemen aan de verschillende
school- en jeugdwedstrijden, waarmede
dan de eerste, werkelijke schreden zijn
gezet op de weg naar een serieuze beoefe
ning van deze tak van denksport. Een
vrijetijdbesteding waarvan men zijn leven
lang plezier kan hebben-
De prijs van het boekje? Slechts 2,90.
Iedere boekhandelaar kan het leveren.
De twaalfde juni 1815 verliet Napoleon, aan liet hoofd van zijn
merendeels ongeoefende soldaten, de Franse hoofdstad. Het begin van
het einde!
1. De meeste vogels lusten h'
rige rupsen, de koekoek
Hem vergezelden mannen als Ney
Grouchy, Bourmont. Michel Ney, prin
ce de la Moskova, „Ie brave des bra
ves" „de dapperste onder de dappe
ren", maar nu een besluiteloze, lang
zame. onzekere figuur. Emmanuel de
Grouchy.... die de ontsnapping der
Pruisen in de hand zou werken na
hun nederlaag bij Ligny; zij konden
zich toen verenigen met Engelsen.
Louis de Bourmont. de verrader, die
aan de vooravond van Ligny zich te
Gmt bij de gevlnr-Vite knning. I.odewijk
XVTTI, zou voegen. Tegenover hen
Wellington, de „Trnn D"ke" Engelands
IJzeren Hertog! En Bliicher „maar
schalk Voorwaarts", gekwetst, vastge
bonden op zijn paard, maar ongebro
ken
Zendag de achttiende juni vond de
geweldigste veldslag der negentiende
eeuw nlaats op het heuvelachtig ter
rein bii Waterloo. Het had verschrik
kelijk geregend. Zeshonderd vuurmon
den. tweehonderdduizend soldaten, ku-
rassie"s. cavalerie, muziekknrnsen die
hef ..Veillons au salut de l'Emnire"
speelden. „Waken i»p voor het heil van
het keizerrijk!" Dit alles stond opge
steld binnen e°n beperkte ruimte, be
perkt, omdat de kanonnen van het
veldgeschut niet verder droegen dan
oen duizend meter: Napoleon en Wel
lington stonden slechts een half uurtje
gaans van elkander af.
De Franse soldaten hadden patronen
genoeg in hun tas. maar hun maag was
leeg. terwijl dp Engelsen dubbele rant
soenen kregen.
De meedogenloos neerplenzende re
gen maakte hen zo moe, dat ze in de
modder omver vielen van de slaan!
Maar toen om elf uur he* sein tot de
aanval werd gegeven, bleek hun mo
reel ongeschokt. Nanoleon schatte hun
kans op negentig tegen tien. Zelf leed
hij zulke hevjge niinen in het onderlijf,
dai b„ de leid'ng van de veldslag gro-
teodepls aan Nev moest overlaten.
De Nederlanders, de man voorzien
van tien patronen op z'n hoogst, moes
ten de aanstormende infanterie met de
baionet keren. De rode dragonders der
Eng°l.sen zaaiden dood en verderf in
•de franse gelederen, tot ze door ku
rassiers werden teruggejaagd.
Maarschalk Ney. over wie Napoleon
oordeelde: „hii is zichzelf niet meer",
gaf veel te vroeg het sein tot de nood
lottige charge der cavalerie, terwijl
Wellingtons carrés nog maar weinig
hadden geleden. Zij waren schrijft
Victor Hugo met 3500 man, reus
achtige kerels op forse paarden. Zii
hadden ijzeren kurassen aan en droe
gen stalen helmen. Ernstig, dreigend,
onverzettelijk, tussen geweervuur en
kanongebulder hoorde men het gewel
dige getrappel van honderden hoeven:
een wirwar was het van helmen, van
kreten, sabels, paardehnofden. Het
leek. of een grote draak znr schubben
schudde. „Vive l'empereur!" „Leve de
Keizer!"
Plotselinghet ravijn, door Ney,
als naar gewoonte, onvoldoende ver
kend, terwijl hij toch zelf als huzaar
begonnen was. Een ravijn van vier
meter dien. Ruiters en paarden stort
ten er door elkander in. elkaar ver
morzelend. niet anders dan één stamp
pot en toen die droge gracht vol lag
mei levende mensen, marcheerden de
anderen erover heen. Driehonderd
Franse kurassiers met driehonderd
paarden vonden bij deze charge een
wrede dood.
„Doo- het gordijn van kruitdamp",
aldus prof. J. Presser „door het ge
bobde- honderden kanonnen heen
het krampachtige, het afgrijselijke
moorden en slachten van biina twee
honderdduizend mensen on die onster
felijk geworden dodenakker, met als
hoogtepunten de bliksemende charges
van Ney, ternauwernood door de En
gelsen weerstaan, het moeizame op
rukken der oude garde, die de over
winning niet meer kon forceren en
dan de donrhraak der Pruisen, de pa
niek in het Franse leger, het redde-
zieh-wie-kan! Duizenden doden, vijf-
enzeventighonderd gevangenen heeft
Nanoleon verloren. Het moet. een gru
welijk schouwspel geweest zijn, als in
d° late avond de laatste carrés zich in
elkaar laten schieten, terwijl de grote
horde der vluchtelingen al de weg
tl"" Charleroi afjaagt.
Napoleon liet de resten van zijn le
germacht in de steek als tijdens de
terugtocht uit Rusland en begaf zich
naar Parijs, waar hij vier dagen later
afstand deed ten behoeve van zijn
znnn. d» Koning van Rome.
Hii stierf aan maagkanker op Sint-
FTelpna in 1821' zijn zoon overleed epn
tiental jc-en later te Wenen aan de
tering. Maarschalk Nev werd in 1815,
tijdens „de, tweede Restauratie", gefu
silleerd.
e gele snavelrand van
rijst de voedsel breng gStWJ
valk
4. De „biddende „torenvi
het terrein af naar muizen,
rlinftf
5. Er zijn 2 soorten „en* r i<im
Die op de kleigrond zijn gr"l5t vétg
on de zandgrond. Vandaar
*jli vjc ftauutfi i/uu. vaji""-
in grootte onder de meikef®
6. Ts 1951 een meikeverja^t
voor de Betuwe, dan zal l"a
geweest zijn. U-
de
7. De colorado-kever >s
sche Oceaan overgestoken- m
'ntef5
8. De lork verliest 's
naalden. .A'.
de
9. Op het droge kleven -
nlanties der vissen aan e 'k-UUf5'
dier stikt, bij gebrek aan z
iiff
10 De paling kent huid-3
en sluit de kieuwholten af n
water gevuld te hebben. (|cli
jjj'
11. Het heet, dat gierzwa]^ .e]S,
's nachts, met uitgebreide v'
ten ri^agen door hogere luC
gen(?)
v
12. Een vronwtjes-koekoeK
twintig eitjes leggen. ttij;
13. Het wonderlijke faceA'.p
libel bestaat uit 20.000 face
facet.ie is op zichzelf een oog- 1
bef® "t
14. Op de „blinde vlek' jtl
gezichtszenuw het oog, daar c-ft
niets. De „gele vlek" veroo
scherpste te zien.
-(jgl1
15 Des zomers doet het v0of
de huid vitamine D ontstaan ajt>
in de botten. Levertraan is rU
tamine D.
Op w'
Vorige week schreven
plaats, dat Piet Heyn de "L, S1
veroverde aan boord van z y.
de Amsterdam
!f "iinsrpi-Qam «a-j
Enige tijd later sneuvelde
indèr sebin. ..De Groene ™,'f
rmr dit laatste schip genc'^'Lf'L"
Aan de zoom van het donkere bos
had moeder patrijs twaalf gladde,
lichtgroene eitjes gelegd Zij zat, tij
dens het uitbroeden, gedurig op het
nest. Haar man hield de wacht en
waarschuwde haar voor ieder gevaar.
Hoe groot was hun vreugde toen uit
de eitjes de jonge vogeltje kwamen,
donzen diertjes, die al aanstonds naar
de wijze lessen van hun ouders luister
den „Jullie grootste vijand, lieve kin
deren. is de slimme vos! Zodra ik een
seintje geef, dat hij in de buurt is. sluipt
ieder kind naar ziin schuilhoek tussen
de struiken. Wij kunnen de vos niet
aan, daarvoor zijn we niet sterk ge
noeg Maar we zullen proberen om
ziin aandacht van jullie af te leiden,
als jullie ondertussen maar stil blij
ven zitten!" Aldus luidde moeders eer
ste les!
Een paar dagen later sloop de slim
me vos naar het donkere bos toe. Niet
rechttoe rechtaan! Dan zouden de vo
gels hem gauw in de gafen krijgen.
Maar sluipend, langs een omweg. Hij
kon de patrijzen niet zien. Blaar zijn
fijne neus vertelde hem. dat hij er hoe
langer hoe dichter bii kwam Plotse
ling maakte hij een domme fout. Hij
trapte op een dode tak en die rien hard
„Krak!" Dat hoorde vader patrijs. Hij
liet aanstonds een waarschuwend:
„Kirrik" horen, en gooide zich toen op
z'n fladderende vleugels. Het bennetje
waarschuwde baar kuikens De dier
tjes renden naar bun schuilplaatsjes
en bielden zich muisstil!
Blaar nu begon moeder met de vos.
Ze hobbelde voor het loze dier uit en
deed net, of ze een lamme vleugel had.
Telkens deed Reintje een sprong om
de vogel tussen z'n felle klauwen te
kriigen. Maar telkens was het dappere
moedertje hem juist een slag voor.
De kuikenties zaten intussen doodstil
on hun vprbo"gen plekjes. Hoe zou dèt
aflopen? Verder en verder lokte het
dannere hennetje de dood van haar
kindertics weg. Een gevaarlijk spel
letje! Kijk. déér kromde de rode rover
z'n rug voor een laatste sprong
maar toen strekte de patrijs haar vleu
gels en vloog over een korenveld naar
e i veiliger plaats. De bedrogen vos
keek lelijk on z'n spitse neus!
tuig zal eerlang onze
worden aangeboden namen? t-
té: .Varend Nederland", s
Een onze- lezers vroeg j 0'
'n de loop der.bistorip van amt
D-aeck" geworden is? sji Wf,
Voor de beantwoording 2,
bpf-iipeliike vragen. wende^jSttt
altijd tot: „Nederlandsch **•-
stcbeeevanrt Museum".
beer g. ACox, waar men
reid is alle gewenste in1'0
nekken. Deze luiden jj1 Mfc f
Omtrent het lot van °ehj't) V
dam". Piet Heyn's
verovering der Spaanse 7." 1
1628. is verder niets bekc"
waarschiinliik. dat dit, sctl,anie'L'Y
a" de Westindische Como?®|j8K,
Toen Piet Hevn tegen dp fl"st
kaoers streed, was hfl in
Staat. „De Groene Draeek <j
in 1613 behoorde tot de f
on de Bfaze. Het scbin i? G
de i"ipiingen vergaan. bePfJe
Wij kunnen alleen maar
rle rrodeTie "nripck" een
beschoren zal zijn.
Als een bridgespeler een contract biedt,
dat gemaakt wordt doordat de tegenpartij
niet met de kleur uitkomt waarmee het
spel down gespeeld had kunnen worden,
heeft diie tegenpartij vaak de neiging de
winnaar meesmuilend toe te voegen dat
niet ziin bridgekunde, doch slechts geluk
hem de gewonnen punten heeft bezorgd
Een dergelijke opmerking vond b.v. ook
na afloop van het onderstaande spel
plaats:
6 5 3
a H 10 8 5 2
O B 7 4
•f. 10 7
V B 9 2
a 7 3
O H V 5
8 6 4 3
N
W O
Z
A
H 4
B
9 6
A
10 8 3
A
H V
10 8 7
9AV4
O 9 6 2
B 9 5 2
Oost was de gever en begon te openen
met 2 Sansatout; zuid paste en west
maakte er 3 SA van, waarna iedereen
paste.
Zuid moest uitkomen en koos «$>2. Het
zal u niet moeilijk vallen na te gaan.
dat oost nu 11 slagen voor het oprapen
had en dus zijn contract met 2 oversla
gen maakte. Daarmede scoorden OW,
kwetsbaar, 660 punten.
Na afloop van het spel waren NZ vrij
verbolgen, dat oost 2 Sans had durven
openen met „niets in harten" en zij von
den dat oost met zijn gokbodje maar een
onrechtvaardige beloning had gekregen
Noord verzuimde niet er nog op te wij
zen. dat wanneer de NZ-spellen omge
draaid hadden gezeten, zuid wél met har
ten uitgekomen zou zijn en dat oost dan
kansloos 1 down was gegaan.
NZ waren het er dus gloeiend over eens,
dat een uitkomst in harten voor zuid be
paald niet in aanmerking kwam. Wie
komt er nu van Aas-Vrouw-4 uit?!
Nu
geven wij gaarne toe.
komst ongebruikeliik is mKei'
ren, vastzittend aan de
maag, braakt hij met die b
weer uit. ff
2. De
gels wijst de voedsel nremw-^gtM
de weg in de vaak donker Jf
3. Ja, een jong vogelt?6
draaien in het ei.
ma3' mi.
ongebruikelijk is behoeft óaSj° vytJ
verkeerd te ziin. Laten
analyseren. Als zuid met *".vs "V
hii daarin slechts iets reden) yï®
als noord over tenminste Kee
sterker beschikt. jgJ
1 ,(v'
De uitkomst in Q echter is a i'f ;(j,:
noord slechts 4 of 5 kaarten jjej
heeft met de Boer of de Hec', jPjjt
waarschijnlijk, dat de uitkoms c$oeVj'
precies de 9e slag aan oost
geven althans veel minde1" e^i'
lijk dan de verwachting. óa W®
komst in niets bereikt- za (IJ-
ct V/
Krijgt zuid. na een uitkotn» jF-:
een ontmoedigend „signaal ret> J1
altijd nog wat anders Pr2gj
zou in dit geval natuurlijk G pv
hebben, zuid had C? vervolg® y1
OW waren één down gegaa
Zuid had dus hier niet
tegenpartij, doch bij zichzelf
ken. Iets wat bridgespelers
doen vooral niet als er
gebruikelijks van hen gevraa
den.
te i
a'.
In ieder hokje moet één NA
0 tot en met 9 worden ing®* o!jfpt i I
dukt van die cijfers, in een ji
ken rij in horizontale richt'
zijn aan het getal, dat 'in riiF
staat aangegeven, in vertica jei pf
het getal dat boven staat. li® jtJ
o.»-n„„ in eeoP r
Staan er twee getallen i" g
heeft het bovenste betrek^ 0p
derste
rlzontale rij en het on
cale. o(Ii
Cplossingen kunnen Xêef.
tot donderdagmiddag. Er z'!n l'
van 2,50 beschikbaar.
Over de puzzelrubriek |S:
gevoerd- t(
n0' A
:zd
wisseling worden
De oplossing van puz:
0
7
567
Ï080
168
81
1480
17920
160
180
32
HBO
9
260
W. J. Ponsen, Rijksweg
De prijzen gingen deze
Uijtewaal, Valckenboscr
uiisen, xxijiaöw*-» f y
Ph. J. A. Quanjer, R09,, A-
Rotterdam-W.; A-
49a,
Pironstraat
Een postwisseltje wo
20, Tilburg ges1
iocoltip WOfO