GEVAPAN
rolfilm
Het gaat om de „sanering" van
de kleine bedrijven
Vernieuwing van 25 zalen in
het Rijksmuseum voltooid
Hoger Katechetisch Instituut
te Nijmegen geopend
A.N.W.B.-leden zonder
vrees over de grens
lonesco de toneelfantast
Experimenten zonder toekomst
1A1
Minister Manshoit acht toetsing
aan de landbouw juist
7C42L
Overzicht
Tweede Kamer
Tweede etappe van restauratie
HOLLAND-FESTIVAL 1957.
HOLLAND-FESTIVAL
Kernenergie niet
duurder dan kolen
Behandeling Pachtwet vordert moeizaam
Enige concessies
Morgen bijzondere
Zaterdag-koopjes
in
Nylon
kousen
en
Heren-
anklets
Fraaie harmonie tussen kunst en decor
Noodzaak van eigen behuizing was urgent
Internationale kredietbrieven
Hongaars oorlogs
materiaal naar het
Midden-Oosten?
VB
VRIJDAG 28 JUNI 1957
PAGINA 3
lSerept
sPreekt
^KiB{r
GEVAERT
Ook om mensen
HEREN-ANKLETS van prima
kwaliteit wol met nylon, in di
verse moderne dessins. Normale
prijs 3.45 per paar,
m0r9e" I*75 2 paar 3."
2e
25
25
Tegen grondversnippering
Verder toch overstag
Fraai decor
Betere oriëntatie
15=11
Een zaal waarin
geen stoel onbe
zet bleef. En zes
endertig lege
stoelen op hel
kleine podium.
Zo was het in
't Kurhauscaba- /3y
ret tijdens de
vertoning van „Les chaises", de
boeiendste van Ionesco's beide één-
akters die de Studio des Champs
Elysées daar gisteravond gaf.
Pachtrecht in B.W.
Draagt
Kleding
•s-GRAVENHAGE, 27 juni 1957.
De behandeling van de nieuwe Pachtwet in de Tweede Kamer vordert maar
moeizaam. Nadat twee middagen lang tal van kamerleden bij de algemene
beschouwingen aan het woord zijn geweest, was vanmiddag het woord aan
de regering en deze had nu aan één middag niet genoeg om met haar antwoord
op de algemene beschouwingen klaar te komen, opdat daarna aan de behande
ling van de rond veertig amendementen zou kunnen worden begonnen.
Dat lag niet alleen aan het jubileum van prof. Oud, die ter gelegenheid van
het feit, dat hü veertig jaar geleden tot kamerlid werd benoemd in de Rookka
mer door tal van ministers en kamerleden werd gehuldigd, maar ook een
beetje aan minister Samkalden, die voor de bespreking van de juridische aspec
ten van dit onderwerp het minst interessante en minst aantrekkelijke deel
niet minder dan ruim twee uur nodig had.
Zodoende bleef er voor minister Manshoit, die de landbouwkundige zjjde van
de zaak had te verdedigen niet meer over dan goed drie kwartier en morgen
zal hü dus zijn rede moeten voortzetten.
Toch kwam men in deze drie kwartier
van Manshoit al tot resultaten en wel wat
de landbouwkundige toetsing betreft.
Dienaangaande waren er twee belangrij
ke amendementen en wel van de heren
Biewenga (AR) en Droessen (KVP). De
heer Biewenga wilde de landbouwkundi
ge toetsing in het geheel niet in de
Pachtwet opnemen, tenminste niet op dit
ogenblik; hij wilde de indiening van het
rapport van de commissie Hofstee af
wachten.
De heer Droessen ging niet zover, maar
wenste de landbouwkundige toetsing al
leen in te voeren om achteruitgang van
de bestaande toestand tegen te gaan, niet
om de bestaande situaties te verbeteren.
Minister Manshoit ging die landbouwkun
dige toetsing zeer ter harte en hij sprak
er dus uitvoerig over, al deed hij aan
het eind dan toch wel enige concessies.
Hij zette uitvoerig uiteen, dat de land
bouw zich overal in een moeilijke P?s'"
tie bevindt. Zij is overal het zorgenkind
en men tracht de beklemmende vraag
stukken ervan op te lossen door markt
ordening, prijsordening, subsidies en an
dere maatregelen. Dit bewijst, dat ingrij
pen noodzakelijk is en minister Manshoit
zeide ervan overtuigd te zijn, dat de Ne
derlandse bevolking een stuk verant
woordelijkheid daarvoor wenst te aan
vaarden. Dat is geen steun, zeide hij,
maar een doelbewust beleid, dat recht
vaardig is in de volkshuishouding. Het
gaat hier, zo zette hij uiteen- om een ge
zonde landbouw, dat wil neggen hogere
produktiviteit, rationele arbeidsmethoden,
betere produktie-omstandigheden.
Marktordening en subsidies hebben
echter een belemmerende invloed op een
betere bedrijfsvorm, maar de verhoging
der produktiviteit gaat van de andere
kant niet van zelf. Daarom is het de taak
van de overheid de externe produktie-
omstandigheden te beïnvloeden.
Het gaat hier, zo zette hij verder uit
een, niet alleen om grond en gebouwen,
maar ook om mensen. Hier spelen aller
lei regionale omstandigheden een rol en
daarom moet de wetgeving gedecentrali
seerd zijn. De vraag is nu of de Pacht
wet deze toets kan doorstaan.
Deze vraag beantwoordend, achtte hij
een landbouwkundige toetsing en prijs
regeling door provinciale Grondkamers
de juiste wijze van uitvoering. Het gaat
hier niet alleen om het regelen der
rechtsverhoudingen al zou men dat ook
een beetje hebben gedacht na de zeer
langdurige juridische uiteenzetting van
minister Samkalden maar om het be
vorderen en verbeteren der produktie-
omstandigheden.
Dit alles had minister Manshoit no
dig ter inleiding van de zaak der sane
ring van de kleine boerenbedrijven.
Wjj schreven immers gisteren reeds, dat
het met deze wet in de hand mogelijk
is allerlei kleine bedrjjven, die men so
ciaal-economisch niet bestaanbaar acht,
de pacht te ontnemen. Daarom had de
heer Droessen dit een vreemd clement
in deze wet genoemd.
Een parlij-verkoop bijzonder
mooie eerste keus NYLON
KOUSEN, 30 denier, met naad
in de kleur, van 3.95, morgen
2 49
HEREN-ANKLETS, van prach-
tige kwaliteit s-t-r-e-t-c-h nylon,
in grote verscheidenheid van
dessins. Norm. prijs 3.95 p. paar.
morgen
2 paar
BINNENWEG - PLEINWEG 196
Minister Manshoit verdedigde dit nu al
dus, dat deze sanering niet zou kunnen
worden benaderd door een sarreringswet,
waartoe de suggestie ook was gegeven.
Hij stelde, dat een gezonde bedrijfsstruc
tuur in Nederland nooit zal worden be
reikt, als déze wet niet zal worden ge
bruikt voor verbetering van de produk
tie-omstandigheden.
Zo moest hij tóch komen tot het tegen
gaan van grondversnippering. Hij beriep
zich daarbij op de Troonrede, waarin ais
landbouwbeleid was uitgestippeld: ver
betering van de landbouwstructuur. Daar-
ln was gesteld, dat het streven gericht
blijft op de produktieverhoging en dus
de sanering van onrendabele kleme be
drijven. Daartoe diende nu artikel 5 van
dit wetsontwerp, dat de goedkeuring van
de pachtovereenkomst door de Grondka.
mer regelt.
Dit houdt immers in, dat deze goedkeu
ring niet mag worden gegeven, indien de
pachtovereenkomst betrekking heb
bende op land, dat betrokken is geweest
in een ruil- of herverkaveling of dat ge-
legen is in de IJsselmeerpolders zou
leiden tot een verkaveling, die minder
doelmatig is dan de bestaande of tot een
geringere dan de bestaande bedrijfsgroot-
te.
Minister Manshoit hield aan deze goed
keuring van de Pachtovereenkomst vast,
omdat in deze gevallen van ruil- of her
verkaveling en van gevallen in de IJssel
meerpolders het Rijk de zaak heeft ge
financierd. In die gevallen moest dus de
pachtgoedkeuring kunnen worden ont
houden.
Maar verder ging hq toch wel over
stag. Hi) wilde aan het amendement-
Droessen in belangrijke mate tegemoet
komen en wel in deze zin, dat in kwes
ties van familieverhoudingen er geen
landbouwkundige toetsing zon zijn bij
overdracht van het hele bedrijf en dat
er bij overdracht van los land wel toet
sing zou zjjn, maar dat dan de bedrjjfs-
grootte en neveninkomsten buiten be
schouwing zouden worden gelaten. Tot
zover kwam minister Manshoit van
daag.
Over de landbouwpolitieke kant van het
geval had minister Samkalden natuurlijk
niets te zeggen. Hij merkte dat in de aan
vang ook zelf op. Zestig procent van onze
cultuurgrond is in pacht uitgegeven en zo
bezien, zeide hij, is er aan een pachtwet
niet te ontkomen. Deze moet een onmis
bare steunpilaar zijn voor ons landbouw
beleid. Maar daarna kwam hij direct op
het juridische terrein met de vraag of
de ontwikkeling van het pachtrecht dient
te gaan in de richting van het zakelijk
recht. Het viel volgens minister Samkal
den niet te ontkennen, dat de ontwikke
ling gaat in de richting van de verster
king der positie van de pachter. Het za-
Er was van verschillende zijden ook ge
sproken over inpassing van bet Pacht
recht in het B.W., minister Samkalden
vond dit niet meer dan een technisch-
juridische operatie, de materiële beginse
len van het pachtrecht moest men nu in
deze wet vastleggen.
In verband met de benoeming van de
kandidaat-notarissen in de Paehtkamers
daarover was ook gesproken deelde
minister Samkalden nog mede, dat hij
een wetsontwerp in voorbereiding had,
waarbij universitair opgeleide kandidaat
notarissen de Mr.-titel zouden vorkrijgen.
Minister Manshoit zal nu norgen zijn
rede voortzetten. De afhandeling van dit
wetsontwerp zal dus ook nog een deel
van de volgende week in beslag nemen
F.S.
(Van onze Amsterdamse redactie)
De tweede etappe van de inwendige
restauratie van het Rijksmuseum te Am
sterdam is gisteren gereedgekomen, on
geveer 5 jaar, nadat de eerste 40 zalen
zijn vernieuwd, waar de Middeleeuw
se Kunst is ondergebracht. De thans ge
restaureerde zalen zijn 25 in getal en ge
ven onderdak aan de Kunstnijverheid uit
de 17de eeuw, de Schilderkunst van de
tweede helft der 17de eeuw tot het einde
der 19de eeuw, tapijten en ceramiek uit
Klein-Azië en Oostaziatische kunstvoor
werpen. Het verdere vernieuwingspro
gramma omvat nu nog circa 20 zalen voor
de Kunstnijverheid uit de 18de en 19de
eeuw en zal, naar verwacht wordt, bin
nen twee jaar zijn afgewerkt.
De vorm van de zalen is vrijwel on
aangetast gebleven. De restauratie gold
alleen het interieur en de modernisering
van verlichting en verwarming. Deze
werkzaamheden zijn uitgevoerd onder lei
ding van de heer D. H. F. van der Waal
van de Rijksgebouwendienst. De Delft-
se hoogleraar prof. A. Eschauaier heeft
de hergroepering van de kunstvoorwer
pen verzorgd. De wandbekleding, vloer
bedekking. verlichting en kleuren zijn zo
gekozen, dat een bijzonder fraai decor
is. verkregen voor de geëxposeerde voor
werpen, dat uitstekend harmonieert met
de aard daarvan.
Sommige zalen hebben uitsluitend kunst
verlichting, opdat de kleuren van de ten
toongestelde tapijten of pasteltekeningen
onaangetast blijven. Prof. Eschauzier
heeft de voorwerpen zodanig opgesteld,
dat hun aantrekkingskracht voor de be
zoekers zo groot mogelijk is. Meubelstuk
ken bijv. die eerst gewoon tegen een
wand stonden en daardoor „dood" waren,
als in een opslagplaats, hebben nu in het
interieur een werkelijke functie te vervul
len.
In het „voorportaal" tot de afdeling
Aziatische kunst is een donkere glazen
wand aangebracht, waarop het wereld
deel Azië is geëtst. In deze landkaart
heeft men verder de in de afdeling te be
zichtigen kunstvoorwerpen naar geografi
sche oorsprong geplaatst. Voor de land
kaart staat een tafel met de afbeeldin
gen van deze voorwerpen. Wanneer men
een vakje met een van deze foto's optilt,'
wordt een toelichting zichtbaar en flitst opj
de landkaart een lampje achter de over
eenkomstige beeltenis aan.
Op dezelfde wijze kan men ook een se
rie lampjes ontsteken, die de weg mar
keren, waarlangs bijv. het Mohameda-j
nisme zich heeft verbreid. De directie van
't Museum voor Aziatische kunst is over-
gegaan tot dit systeem van aanschouwe
lijk onderricht om een bezoek aan haar
kunstbezit voor de toeschouwers te ver
gemakkelijken en vruchtbaarder te ma
ken.
De restauratie heeft overigens over de
gehele linie als resultaat, dat men zich
in het Rijksmuseum beter kan oriënteren
en dat de bezichtiging van de exposi
ties aantrekkelijker is geworden.
(Van onze correspondent)
Nadat in de drie jaren van zijn bestaan
de cursussen van het Hoger Katechetisch
Instituut te Nijmegen reeds hebben bewe
zen, dat deze instelling beantwoordt aan
een reële behoefte aan meer gespeciali
seerde en wetenschappelijk verantwoorde
catechetische opleiding, kreeg dit insti
tuut een eigen gebouw. De opening daar
van opent een mogelijkheid tot grotere
doelmatigheid en ruimer contacten voor
het Instituut.
In zijn openingswoord gaf mgr. dr. W.
M. J. Koenraadt, voorzitter van het cura
torium van het Instituut, gisteren de be
tekenis aan van een eigen centrum. Mgr.
dr. A. Hanssen was bij deze eenvoudige
plechtigheid aanwezig namens het Neder
landse Episcopaat, dat in juni 1954 in sa
menwerking met de gezamenlijke procin-
ciaals van alle priesterorden en congre
gaties het initiatief tot de oprichting van
het Hoger Katechetisch Instituut heeft ge
nomen.
De eerste twee cursussen, aldus mgr.
Koenraadt, konden gelukkig worden ge
houden in het studiecentrum van de
Augustijnen te Culemborg, terwijl biblio
theek en administratie voorlopig in het
weinig centraal gelegen Maastricht wa
ren ondergebracht. De cursus 1956 gaf men
voor 55 deelnemers in een Amsterdams
hotel. Hoewel de meesten van de cur
sisten godsdienstleraren waren uit het
V.H.M.O., kwam de afgelopen jaren onder
de deelnemers uit het Lager Onderwijs
steeds sterker de vraag naar een speciale
cursus voor onderwijzers naar voren.
De noodzaak voor een eigen behuizing
werd door deze voorgestelde splitsing
steeds urgenter. Dat men er nu in is ge
slaagd, door een aanbod van de paters
Jezuieten, aan wie de leiding van het In
stituut vanaf het begin werd toevertrouwd
een centrum te openen in Nijmegen,
noemde mgr. Koenraadt vooral daar
om zeer gelukkig, omdat het Instituut nu
tot een samenwerking kan komen met de
Kath. Universiteit.
Uitweidend over het doel van het Hoger
Katechetisch Instituut, wees de directeur,
p. dr. W. Blees S.J., op het samengaan
van wetenschappelijke research en prak
tische didactiek.
Mgr. dr. A. Hanssen plaatste in zijn rede
het belang van dit nieuwe centrum in een
nog wjjder kader. De theologische ver
nieuwingen, waarvoor de laatste jaren in
steeds grotere mate bij priesters en leken
zo'n grote belangstelling bestaat, komt
stellig ook voort uit het veranderde tijds
beeld.
En daarin juist neemt de Jeugd een zeer
belangrijke plaats in. De problemen van
de jeugd zijn zeer scherp en levendig, en
openen gelijkelijk duidelijke positieve
perspectieven. Men moge de jeugd ln zijn
religieuze houding onzeker noemen, maar
ontegenzeglijk ook eerlijk in zijn zoeken
naar een apostolische beleving op eigen
en nieuwe wijze. Om in een aahgepaste
catechetische didactiek de jeugd van te
genwoordig werkelijk te kunnen bereiken,
is een wetenschappelijke bestudering van
de huidige problematiek hoogst noodza
kelijk. Daarom is de opening van dit cen
trum ook van zo'n groot belang.
Het geheel nieuw ingerichte pand werd
tevoren ingezegend door de Provinciaal
van de Nederlandse Jezuieten, p. dr. C.
Kolfschoten.
De 400.000 leden van de A.N.W.B.
kunnen voortaan met een geruster de-
viezenhart naar het buitenland gaan, dan
voorheen. Bij ernstige reparaties, vooral
op de terugweg van een (vakantie)tocht
komt het vaak voor, dat automobilisten
niet voldoende geld bjj zich hebben om
garagerekeningen te voldoen.
De A.N.W.B., lid van de „Alliance In
ternationale de Tourisme", behoort thans
tot de 15 Europese landen, die een onder
linge betalingsregeling voor hun leden
hebben gesloten. Automobilisten kunnen
een kredietbrief voor totaal 500 Zwitserse
franken mee op reis nemen.
In noodgevallen kan men hiermee aan
garagehouders rekeningen boven de 50
Zwitserse franken betalen. De garage
houder verrekent deze kredietbrieven met
zijn nationale organisatie en de A.N.W.B.
krijgt de rekening door en ontvangt van
zijn lid het verschuldigde bedrag.
Deze A.I.T.-regeling is wederkerig voor
Duitsland, Oostenrijk, Belgie, Denemar
ken, Spanje, Frankrijk, Engeland, Grie
kenland Italië, Luxemburg, Noorwegen,
Nederland, Portugal, Zweden, Zwitserland
en Joego Slavie.
Op last van de Sovjet-autoriteiten Is er
uit Hongarije oorlogsmateriaal ter waar
de van 1,600 miljoen forint (ongeveer 500
miljoen gulden) weggevoerd en voor ze
ventig proeent aan landen in het Nabije
Oosten geleverd, zo wordt door het tijd
schrift „Informations Danubiennes" in
Wenen gemeld.
Naar wordt vernomen Is bij de Fok
kerfabrieken op Schiphol van de zijde
van kolonel Andres Soriano president
van de Philippine Air Lines Inc. bericht
binnengekomen, dat deze luchtvaart
maatschappij twee Fokker F 27 Friend
ships heeft besteld. De levering van deze
toestellen zal in oktober en november
1959 geschieden.
De Philipine Air Lines, die over dertig
dakota's beschikt zal de Friendships voor
het verkeer op de Philippijnen gebruiken.
Vrijdag 28 juni: In de Amsterdamse Stadsschouwburg gevan Oré
Brouwenstijn, Mimi Aarden, Ramon Vinay, Otakar Kraus eo ChpJs
Scheffer begeleid door het Concertgebouworkest o.l.v. Raphael Kubeli&
een uitvoering van Verdi's Opera Otello. In Scheveningen treedt
nogmaals op de Studio des Champs Elysées uit Parijs en in de Kurza§l
Het Nederlands Kamerorkest. In Rotterdam Het Nederlands Ballet en
in Delft De Nederlandse Comedie in Elckerlyc.
Zaterdag 29 juni: Moortje beleeft al weer zijn laatste uitvoering en wel
in de stad, waarin het stuk speelt: Amsterdam. In het Concertge%oÖSr
aldaar geven Clara Haskil en Arthur Grumiaux weer een programnja
van dubbelsonates van Mozart en Beethoven. In de Koninklijke Schouw
burg in de Residentie treedt Elsa Verghis op met een anthologie Tan
klassieke Griekse tragedies van Aischylos, Sofokles en Euripides. In
Rotterdam speelt de Studio des Champs Elysées en ln Delit de tfeidw
landse Comedie.
Dit tijdschrift wordt door een voorma
lige Hongaarse journalist uitgegeven, die
over betrouwbare bronnen in Hongarije
zegt te beschikken. O.m. zou al het ma
teriaal van de Hongaarse luchtmacht zijn
weggevoerd. De munitie voor zware ar
tillerie zou aan Egypte worden geleverd,
terwijl in een fabriek te Debrecen Hon
gaarse uniformen zouden worden veran
derd om ze in landen van het Nabije Oos
ten te kunnen gebruiken.
Die 36 stoelen vragen van de toe
schouwer meer verbeeldingskracht dan hij
in het theater gewoon is aan de dag te
leggen. Hij moet zich namelijk deze stoe
len bezet denken door een imaginair
„publiek", dat komt luisteren naar de
orakelwijsheid van een seniele grijsaard
Het publiek bestaat slechts in de zieke
verbeelding van de twee oudjes, vereen
zaamde bewakers van een troosteloze
torenkamer, die daar een meelijwekkende
droom beleven. Illusies van vroeger ver
hitten hun fantasie Geluk, macht, roem:
in de droom ligt alles binnen het bereik
Een hallucinaire wereld krijgt voor de
oudjes gestalte, waarin de miskende
genialiteit van de oude „geleerde en
maarschalk" het middelpunt vormt. Het
genie meent een beslissend woord tot de
wereld te moeten richten. Om zijn Bood
schap te horen komen de vrienden en
notabelen, de publiciteitsmensen, het le
ger en zelfs de keizer naar de toren
Maar het wordt een groteske ontgooche
ling. De oudjes plonsen uit de toren in
het water en de declamator van de Bood
schap blijkt een doofstomme stamelaar te
zijn. In mechanisch hoongelach over de
lege stoelen sterft het spel.
Dat is Ionesco's gegeven. Bittere Ironie
over de zeepbel die de menselijke Illusie
vaak is.
Intussen doet men goed zich niet te zeer
blind te staren op de inhoud van „Les
chaises" en zeker niet op de diepere be
doelingen van de schrijver. lonesco is
immers vooral een toneelfantast. Op de
eerste plaats zoekt hij het experiment,
het nieuwe, ongekende. Zoals de non-
figuratieve schilderkunst de werkelijk-
heidsuitbeelddng vaarwel zegt, laat lonesco
de logica los en de wetten die tot dusver
de gang van het toneel bepaalden. Dat
is ongetwijfeld nieuw al deed Samuel
Becket in „Wachten op Godot" hetzelfde
maar is het ook een verrijking van het
toneel? Zeer bepaald niet. De manier
waarop lonesco werkt: menselijke situaties
menselijke zegswijzen en gedragswijzen
uit hun verband rukken, ze chargeren en
met de verzamelde brokken de absurditeit
van het leven aanduiden, verrast door
haar ongewoonheid. Maar wie de conse
quenties overziet, kan voor dit „anti-
theater" deze abstractie van levens
momenten, geen reële toekomstmogelijk
heden onderkennen.
lonesco ls vindingrijk genoeg om met
nog meer tragi-komische visies de zin
loze dingen van de samenleving te com
mentariëren. Maar als het nieuwtje er af
is. zal het theaterpubliek de truc van
Ionesco's toneelfantasterij en van zijn
vaak goedkoop woordenspel doorzien. Hei
zal in zijn éénakters vol karikaturen en
idioten de adem missen van het leven en
de spanning van ware dramatiek. Het
zal weldra beseffen, dat deze vernieuwing
alleen verarming betekent, waarbij het
toneelspelen op zichzelf komt te staan, als
een element dat zich losgemaakt heeft
van het drama. En dat betekent ver
arming, hoe meesterlijk de Fransen van
de Studio des Champs Elysées ook spelen.
Prachtig spel, tegelijk burlesk en
navrant, liet b.v. de timide onderwijs-
sadist (Alain Mofctet) zien in „La legon",
de andere éénakter die op het program
stond. Onnavolgbaar sloot het spel van
zijn geestelijk en lichamelijk vermoord
leerlingetje (Catherine de Seynes) daarbij
aan. En in „Les chaises" was het akteren
van Jacques Mauclair en Tsilla Chelton
al even virtuoos. Hun groeiende nervosi
teit bij de ontvangst der hoge jasten, de
weemoedige tête k têtes met imaginaire
oude vrienden, de strijkages aan het adres
van de keizer, onthulden een toneel
techniek van uitzonderlijke klasse.
Maar toch kan men de vraag niet onder
drukken of al dit meesterschap waarnaar
iedere toneelliefhebber overigens bewon
derend zal kijken, niet werd verspild. Of
het niet de dekmantel is voor een on
miskenbaar briljante maar even onmis
kenbaar zielloze voosheid. Genoeg ge
wacht op Godot. p.
Scène uit „Les chaises", van lonesco.
Het Reactor Centrum Nederland,
het Nederlandse instituut voor de ont
wikkeling van de vreedzame toepas
sing der kernenergie, publiceerde de
zer dagen zijn eerste „R.C.N.-Bulletin",
een maandelijkse uitgave, waarin ar
tikelen, mededelingen en berichten
zullen worden opgenomen over de
stand van zaken op het terrein der
atoomenergie.
Het is nog slechts „een bescheiden
begin", zo wordt in het Ten Geleide
opgemerkt, maar indien dit blad uit
groeit tot een goede informatie- en
documentatiebron voor de Nederland
se belanghebbenden en die kring
breidt zich in de toekomst snel uit
dan komt het R.C.N. daarmee zeker
aan een grote voorlichtingsbehoefte te
gemoet. Er bestaat aan goede Neder
landse voorlichting vooral over de Ne
derlandse toekomstmogelijkheden nog
een tekort, waarin dit Bulletin naar
Wij hopen zal voorzien.
Dit eerste nummer is intussen van
start gegaan met een kritische be
schouwing van de redacteur van het
Bulletin, drs. Bram de Boer, inzake het
rapport der Westeuropese Kolenprodu.
centen, welke wij hier gaarne signa
leren. Drs. De Boer doet iets, wat,
voor zover ons bekend, nog niet ge
beurde, nl. dit „kolenrapport" weer
spreken. De kolenproducenten hebben
de invloed van de kernenergie op de
kolenproduktie aan een onderzoek on
derworpen en kwamen tot de conclu
sie, dat de kernenergie, zelfs bij een
zeer hoge bedrijfstijd, niet zal kunnen
concurreren met de energie, gewonnen
uit de thans bestaande centrales.
Het is duidelijk, dat de kostprijs der
kernenergie een hoogst belangrijke
factor is voor het tempo en de drijf
kracht, waarmee de ontwikkeling der
kernenergie ter hand zal worden ge
nomen. De conclusies van het „kolen-
rapport" dragen beslist niet bij tot de
stimulering daarvan. De heer De Boer
wijst evenwel op enige zeer dubieuze
cijfers uit dit rapport, die het ver
moeden wettigen, dat de kolenprodu
centen de kostprijs der conventionele
energie aan de al te optimistische kant
hebben bekeken. Met name de factor
van de steenkoolprijs toont een veel
te laag cijfer (twee derde van de wer
kelijke prijs in Nederland). De bereke.
ningen van drs. De Boer zelf voeren
tot de conclusie, dat voor Nederland
reeds thans de kernenergie een econo
misch aantrekkelijk alternatief is voor
de conventionele energie.
Het is nuttig, dat het Bulletin deze
kwestie aan de orde heeft gesteld. Zij
prikkelt daardoor tot een discussie
over een punt, waaromtrent klaarheid
dringend gewenst is.
Voor een zakelijk recht, dat wil zeggen
een inschrijving van een pachtovereen
komst in openbare registers, achtte hij
de tijd nog niet rijp. Hij vond het ook niet
nodig de pacht te maken tot een zakelijk
recht, omdat er ook landbouwkundige be
zwaren aan kunnen zitten. Hij wilde wel
bescherming van de pachter, maar niet
zo, dat het een zakelijk recht wordt.
kelijk recht, zoals de heer Egas dat voor
ogen stond, onderschreef de minister niet.