in Oost-Duitsland
De
m
literatim
Livinus v.d. Bundt
ZWART
WIT
schrijft
Een van de rode verworvenheden
Boeiende reportage over autosport
Waar blijft het katholiek
sociaal program?
Oude Koe
Juist moment
Behoort u tot de „nomenclatuur der intelligentsia
op
m
ZATERDAG 20 JULI 1957
»«- i
Wm
W'
Prenten
Weten-waar
Ik leer het verkeer
V erdelingsschemas
l'f
Niet zelf
Foto gr af ie^
4
In het zojuist verschenen nummer van de nieuwe
Opmars stelt een lezer van dit fris-geredigeerde
orgaan van de K.V.P. de vraag: Waar blijft toch
het katholiek sociaal program, waar de bisschop
pen in hun mandement „De katholiek in het
openbare leven van deze tijd" zo op hebben aan
gedrongen? Waarom moet het zolang duren?
Deze vragen zijn in de afgelopen jaren al vaak
gesteld. Maar totdusverre zander resultaat. Een
bevredigend antwoord op deze zeer gerechtvaar
digde vragen bleef uit.
De redactie van De Opmars merkt hierbij op,
dat het opstellen van zo'n program natuurlijk
m?t grote zorg dient te geschieden. Een dergelijke
wetenschappelijke taak is geen kwestie van een
week of een maand. Maar drie jaar is wel erg
lang. Het katholieke volk diept ingelicht te wor
den over de vorderingen en resultaten, aldus De
Opmars-redactie.
Wij zijn het hiermede geheel eens. Er is echter
helaas geen reden te dezer zake erg optimistisch
te zijn.
Een van de voornaamste oorzaken van de trage
gang van zaken is o.i. gelegen in het feit, dat men
de opstelling van dit program heeft toevertrouwd
aan vertegenwoordigers van belangenorganisaties,
die als zodanig hun binding aan bepaalde groeps
belangen moeilijk kunnen verloochenen en hier
door veel meer remmend dan stimulerend werken.
Het ware veel verstandiger geweest, wanneer
men de opstelling van dit program in handen had
gegeven van een kleine groep van vooraanstaande
katholieke sociale denkers en politici, die onge
hinderd door bepaalde groepsbelangen te werk
hadden kunnen gaan. Het valt zeer te betreuren,
dat het Centrum voor Staatkundige Vorming in
dertijd niet de taak op zich heeft willen nemen
een dergelijke commissie samen te stellen.
Naar ons ter ore is gekomen, is de zaak thans
helemaal vastgelopen. Prof. Weve, die de leiding
had bij de opstelling van het sociale programma,
heeft zich teruggetrokken, evenals de secretaris
van de commissie-Weve, drs. Arnolds, die geheel
voor dit werk was vrijgesteld. Officieel is er thans
geen leidinggevende instantie. Er heeft zich echter
een soort viermanschap gevormd, dat als zodanig
wil gaan optreden. Zo liggen thans de kaarten. Een
pover resultaat, nadat het episcopaat drie jaar ge
leden de wens heeft geuit, dat de katholieken spoe
dig zouden komen tot een opstelling van een breed
katholiek sociaal program.
Hoe wil men in 's hemelsnaam een katholiek
sociaal program opstellen, dat geïnspireerd is door
het verlangen naar „gerechtigheid voor allen" en
„de liefde der broederschap", zoals de bisschoppen
het formuleren, als men zelf van zo weinig
solidariteit en onderling begrip en van zo weinig
bezieling blijk geeft?
Het katholieke volk heeft er thans recht op, dat
degenen, die de opstelling van een katholiek
sociaal programma op zich hebben genomen,
eindelijk eens opening van zaken geven en zich
verantwoorden ten aanzien van de wijze, waarop
zij hun taak hebben vervuld. Dit is een zaak, die
het hele katholieke volk aangaat. Aan de geheim
zinnige sfeer, waarin tot dusverre is gewerkt,
dient een einde te komen. Zij is moeilijk te rijmen
met de sociale, democratische geestes-instelling,
waarin degenen, die zich met de opstelling van
een sociaal programma voor deze tijd bezig houden,
behoren uit te munten.
De Sovjet-propaganda heeft weer eens met- een
oude koe gespeeld, die ze weliswaar niet uit de sloot
haalde, maar ditmaal in de vorm van een dam in de
Beringstraat geworpen wil zien. De gevolgen van
dit groteske gebaar zullen, volgens de publikaties
in het Sovjet News Bulletin, van zegenrijke bete
kenis zijn voor de gehele mensheid, ook al keren
zij zich niet rechtstreeks tegen de kapitalisten.
Men hoeft slechts koud water over de dam te
pompen, en geleidelijk aan zal de ijzigheid op de
noordpool tot ontdooiing komen en een aanzienlijke
klimaatsverbetering duizenden kilometers om zich
heen te weeg brengen.
Dat de politieke verhoudingen tussen de Sovjet-
Unie en een niet gering deel van de overige wereld
hierdoor iets van hun koelte zullen verliezen, gelo
ven wij niet. Wij zouden veel eerder een warme
strijd om het plan kunnen verwachten.
Deskundigen, die niet In overheidsdienst zijn,
hebben al uitgerekend dat de uitvoering van het
plan Londen onder water zou zetten en mogelijk
zou de Sovjet-Unie bereid gevonden kunnen worden
om hen een onderzoek te laten instellen naar het
lot, dat Archangel of Moermansk van het plan te
duchten zou hebben.
Maar de Sovjet-Unie zal wel liever met de oude
koe blijven spelen, dan nuchtere en nieuwe feiten
ontdekken. Het meningsverschil zou eerst werkelijk
warmte krijgen, wanneer het ambitieuze plan uit
de sfeer van de propaganda naar die van de ernstige
voornemens werd gehaald. De moeilijkheid is alleen,
dat het tijdstip, waarop dit gebeurt, aan buiten
staanders niet wordt meegedeeld. Intussen zal de
warme belangstelling in de rest van de wereld noch
de poolkap noch de politieke verhoudingen tot
ontdooiing brengen.
Op het juiste ogenblik worden de voornemens
bekend, die op het Ministerie voor Maatschappelijk
Werk worden gekoesterd om een verdere positieve
bijdrage te leveren aan de leniging van de woning
nood. De nieuwe regeling voor tegemoetkoming bij
vrijwillige beschikbaarstelling van woonruimte mag
gezien het heersende gebrek aan woningen zeker
niet begroet worden als een panacee, maar zij bete
kent ongetwijfeld een stap vooruit op de weg naar
een betere verdeling van de beschikbare woonruim
te. Wie zijn woning voor inwoning geschikt maakt,
zal in de toekomst een bedrag kunnen ontvangen
van maximaal f 800.- hetgeen een verdubbeling
van het oude maximum betekent. Wie in een
kleiner huis gaat wonen ten gunste van een groter
gezin zal een volledige vergoeding van transport
kosten ontvangen. Verder wacht hem een niet
onaantrekkelijke vergoeding voor het inrichten
van de nieuwe woning en zo nodig nog een bedrag
voor het opslaan van meubelen, die niet meer ge
bruikt kunnen worden.
Zoals men zal opmerken, een regeling die veel
van de bezwaren tegen het kleiner gaan wonen of
het aanvaarden van inwoning zal weten op te hef
fen.
Daar de komende huurverhoging binnenkort
velen tot de neiging zal brengen eventueel over
tollige woonruimte af te staan of zelf een woning
van kleinere omvang te zoeken, zijn de „geplande"
maatregelen van het Ministerie voor Maatschappe
lijk werk uitstekend „getimed".
tische v
Dikwijls heeft men bij ons in
het Westen ao lezen wij in
het nieuwsbulletin van de
Westberlijnse commissie van
„vrije juristen" een ver-
Snelheid en spanning, door Carlo Demand met grote vaardigheid op papier weergegeven. Dit is een momentopname
uit de grote strijd om de prijs van Europa in Monza (1951). Ascari slaagt er in twee Talbots in de bocht te passeren.
Race-zonder-einde,
Een tekeningdaterend uit de dagen, waarin het allemaal nogal primitief ging.
De mecanicien van Lautenschlager Rieker had de gewoonte om, wanneer een der
concurrenten hem op onsportieve wijze de weg afsneed, met hamers te gaan
gooien. Hij had dan ook altijd een groot aantal reservehamers in de wagen liggen.
Hier zien we hem %an het werk tijdens de race om de grote prijs van Frankrijk,
verreden te Dieppe in 1908.
Een van de grote aantrekkelijkhe
den van dit lijvige boek wordt ge
vormd door de schat van prenten-
materiaal. Deze tekeningen, 128 in
totaal, werden vervaardigd door Car
lo Demand, de artistiek begaafde
chef publiciteit van de Mercedes
Benz fabrieken. Op bijzonder sug
gestieve wijze schilderde hij de hoog
tepunten op de racebaan, waar snel
heid, spanning, angst en overwin-
ningsblijdschap hem inspireerde tot
pakkende momentopnamen. Zo vin
den we onder meer de aankomst van
de Gottlieb Daimler, die in 1894 als
eerste aan de finish van de race Pa
rijsRouaan arriveerde, het tragi
sche einde van Carl Or^ens Opel,
die in 1907 tijdens de Targa Florio
nadat een berggeit de weg versper
de, in een ravijn terecht kwam, de
laatste race van de beroemde cou
reur Graaf Masetti (1923) de ver
schrikkelijke botsing te Monaco in
1936, het in brand vliegen van de
Alfa Romeo van Nuvolari, de moe
dige Italiaanse renner, die zijn bran
dende wagen naar het' middenveld
stuurde, opdat de andere deelnemers
aan de Vanderbiltcup race (1937)
geen last van hem zouden ondervin
den.
Samen met de tekst van Prinsen
Geerllngs vormen deze tekeningen
een pakkende reportage van de auto
sportgeschiedenis. Een reportage, die
belangwekkend is voor allen, die In
teresse hebben ln hede" en toe
komst van de automobiel.
Uitg. „De Kern", Amsterdam. Prijs
7.90.
(Van onze automobielredacteur)
MEN vraagt zich wel eens af waar
het heen moet, nu de construc
teurs van automobielmotoren,
voortbouwend op de rijke er
varingen uit het verleden, hnn crea
ties steeds meer snelheid kunnen ge-
ven. De moderne race-wagens schie
ten als granaten over de baan, en
nög is de grens van hnn capaciteiten
bij lange na niet bereikt. Af en toe
wanneer het bij een race faliekant
mis loopt, vraagt men zich wel eens
af of het niet nuttig is, deze ontwik
keling een halt toe te roepen, de ge
schiedenis kent daarvan verscheide
ne voorbeelden, maar van de andere
kant worden .juist op die racebanen
de mogelijkheden onderzocht, waar
mee het moderne snelverkeer ge
diend kan worden. En dat moderne
snelverkeer schreeuwt nu eenmaal
om auto's met méér kracht en méér
spoed
Zal het inderdaad de Race-zonder
einde zijn? Voor wie zloh hierover
een oordeel wil vormen, is het goed
ook de geschiedenis van de auto-
rensport te kennen, de gebeurtenis
sen die beginnen in de dagen, toen
de dynamische hoofdredacteur van
„De Petit Journal" uit Parijs de be
zitters van paardloze wagens bij el
kaar haalde om samen een race van
Een sensationeel ogenblik tijdens de race om de grote prijs van Duitsland in
1951. De Duitse coureur Paid Pietsdt vloog met zijn Alfa Romeo uit de baan en
boorde zich een weg door de afrastering. De wagen werd totaal vernield, maar
Pietsch kwam ongedeerd uit de wrakstukken te voorschijn.
Parijs naar Rouaan te hoyden, die
wonderlijke wedstrijd van 21 plof
fende en knallende voertuigen, waar
mee de grondslag voor de latere
autorensport werd gelégd.
Onlangs is over dit festijn en de
daarop volgende gebeurtenissen, bij
gehouden tot het sensationele Grand
Prix-s^izoen 1956, een boeiende en
uiterst verzorgde reportage versche
nen, waarin met pen en tekenstift de
lotgevallen van de automobiel op de
racebaan nauwkeurig zijn weerge
geven. Voor Nederland werd dit boek
„Das grosse Rennen", uitg. Nest
Verlag, Frankfurt am Main, bewerkt
door Bert Prinsen-Geerlings, die het
in oorsprong nogal sterk op de Duit
se autosport geïnspireerde verhaal
een meer algemeen cachet gaf en er
zodoende naar streefde de ontwikke
lingsgang internationaal en objectief
te bezien. Hij is daar ten volle in ge
slaagd, zijn beschouwing geeft een
juist beeld van de jonge, maar uiterst
opwindende geschiedenis die de
automobiel ln de verschillende lan
den doormaakte, en draagt hoewel
nimmer" naar statistische volledig
heid werd gestreefd, toch het accent
van een algemeen overzicht. Onder
meer werd dit bereikt door verschei
dene belangrijke momenten in dia
loogvorm {e beschrijven.
(Van onze Automobielredacteur)
Weten waar te zoeken is, bi' auto
panne, zeer belangrijk. Voor Volks
wagenrijders is daarom, van de hand
van Klaus Peter Heim, een handig
boekje in zakformaat verschenen,
waarin alle mogelijkheden van pech
en aUe oplossingen uitvoerig be
schreven staan. Met behulp ven een
groot aantal tekeningen en foto's
wordt de automobilist duidelijk ge
maakt hoe te handelen. Prettig voor
onderweg. Nog prettiger bij pech.
Uitg. Van Hoeve, Den Haag.
1,95.
Speciaal voor het onderwds heeft
de heer D. J. de Grooth, hoofd ener
school te Assen, een volledige metho
de voor het Verkeersonderwijs sa
mengesteld, bestaande uit twee de
len, die elk 25 werkbladen en ca 300
tekeningen bevatten. Het eerste deel
is thans van de pers en ziet er bij
zonder verzorgd uit. In een werk
boek moet de leerling de verschil
lende verkeersproblemen oplossen,
terwijl, zoals is aangekondigd, er ook
nog een bijbehorend onderwijzers-
boekje zal verschijnen, waarin de
leerkrachten de juiste antwoorden
kunnen vinden.
Het ontbreken van dit antwoorden
boekje maakt het ons vooralsnog on
mogelijk na te gaan, in hoeverre de
heer D. J. de Grooth in zijn onder
wijsmethode de wegenverkeerswet
juist heeft geïnterpreteerd: de vragen
getuigen In ieder geval van een lof
felijk streven naar volledigheid en
een goed psychologisch inzicht. Op
nieuw een stap naar een betere ver-
keersopvoeding van onze jeugd.
Uitg. Van Gorcum, Assen.
keerd idee van de zogenaamde
„sociale verworvenheden" in
Dost-Duitsland. Veel mensen,
die een kort bezoek aan de
Russische zone gebracht heb
ben, komen b.v. terug met
wonderlijke verhalen over de
royale verdeling van spot
goedkope vakantiereizen onder
arbeiders en kantoorbedien
den. Volgens deze berichten,
die berusten op ongecontro
leerde informaties, gaat de
Oostduitse arbeider ieder jaar
voor gemiddeld dertig mark
in zijn vakantie op reis en
keert hij na dertien dagen uit
gerust en wel op zijn werk
terug. Zijn Westduitse colle
ga's daarentegen moeten een
veelvoud van dit bedrag be
steden. Hoe zit dat nu eigen
lijk in elkaar?
De Oostduitser heeft theoretisch
de mogelijkheid een peis te maken
op een „SVK-cheque" of met de
„FDGB-vakantiedienst"(het vak-
bonds-reisbureau). De reizen ge
maakt op een „SVK-cheque" zijn
kosteloos. Het geld daarvoor komt
uit de fondsen der sociale verze
keringen, waar deze trips als „pre
ventieve ontspanningskuren" te
boek staan. Het kaartje van de
FDGB voor een ontspanningsreis
van dertien dagen kost om en nabij
de 30 mark. Hierbij komen echter
-iog de reiskosten, waar de
„Reichs"bahn echter weer 331/3
procent korting op geeft. Dat is op
het eerste gezicht een voordelige
beweging. Men zou het zelfs een
„verworvenheid" kunnen noemen.
Maar de vijand van alle com
munistische „verworvenheden" is
en blijft de praktijk. Het aantal
van de jaarlijkse beschikbare SVK-
en FDGB-reizen blijft ver beneden
het aantal aanvragen. Daarom
moet men meer dan eens de zeef
gebruiken en dat gaat nu niet be
paald „socialistisch".
Het eerste criterium is de bete
kenis voor de nationale economie,
die de verschillende bedrijfstakken
bezitten. En in die bedrijfstakken
wordt weer gelet op de betekenis
van de bedrijven afzonderlijk.
De zware industrie en de mijn
bouw krijgen aanzienlijk hogere
toewijzingen dan minder belang
rijke bedrijven. Over de particu
liere ondernemingen spreken we
dan nog niet eens. Ook tussen
Oost-Berlijn, dat altijd wordt voor
getrokken en de provincie bestaan
belangrijke verschillen. Zo kreeg
dit jaar een H.O.-bedrijf in Für-
Stenwalde voor zijn 380 man tel
lend personeel in totaal 23 SVK-
cheques en 17 FDGB-reizen toebe
deeld. Dat is 40 op de 380, een ab
soluut verkeerde verhouding tussen
vraag en aanbod.
Wanneer men daarbij in aanmer
king neemt, dat de progressieve en
reactionaire krachten in dit bedrijf
zich met ongeveer gelijke getallen
verhouden, dan krijgt men enig
idee, hoe het verdelingsschema in
elkaar zit. De weinige SVK-reizen,
bedoeld als „preventieve ontspan
ningskuren" komen bijna alle
maal ten goede aan functionaris
sen.
En ook de FDGB-reizen worden
grotendeels volgens het principe:
„progressieven en activisten eerst"
verdeeld.
pensions, waarvan de particuliere
eigenaars met de FDGB een over
eenkomst hebben gesloten of heb
ben moeten sluiten voor een be
paald aantal bedden. Dan hebben
de ministeries en talrijke bedrijven
nog eigen bulzen; waar het ver
blijf echter over het algemeen
duurder is. Zo heeft het ministe
rie voor lichte industrie twee eigen
vakantieoorden in Chosswitz en in
Kloster auf Hiddensee, waar men
per dag ongeveer 10 tot 12 mark
per persoon betaalt. Het „socialis
tische" verdelingssysteem is voor
deze oorden echter met één bepa
ling uitgebreid, want in de bepa
lingen heet het: „de maanden juli
en augustus zijn bij voorkeur gere
serveerd voor personen, die beho
ren tót de nomenclatuur van de
intelligentsia". („Nomenklatur-sys-
tem" is het systeem, volgens
hetwelk alle personen, die op
grond van hun beroepswerkzaam
heden of politieke functie voor het
regiem van belang zijn, op een spe
ciale lijst zijn geplaatst. Voor ben
gelden in allerlei opzichten speciale
voorschriften en voorzieningen).
Tenslotte zjjn er voor de „intelli
gentsia" waartoe zich, zoals begrij
pelijk, ook de hogere en hoogste
partij-functionarissen rekenen, in
de mooiste delen van het land nog
bijzondere „intelligentie-oorden"
ingericht, waar gewone stervelin
gen geen toegang hebben.
Kapitalistische prijzen
Volgens de In Pankof vastge
legde koers zou de Oostmark een
van de meest harde valuta's moe
ten zijn. Op papier althans is b.v.
een dollar slechts 2.20 Ostmark
waard, terwijl men in Bonn voor
iedere dollar 4.20 westmark moet
neertellen. Theoretisch zouden in
Oost-Duitsland de beste kansen
moeten bestaan voor goedkope
reizen naar het buitenland. Pankof
is echter niet bereid deze kunst
stukjes in werkelijkheid om te zet
ten. Er zijn dit jaar geen deviezen
beschikbaar voor particuliere va
kantiereizen ln het westelijke bui
tenland.
Zelfs voor de gevallen, dat de va
kantiegangers dank zij de groot
moedigheid van familieleden of
vrienden in het westelijke buiten
land geen deviezen nodig zouden
hebben, boudt het Oostduitse m'
nisterie van binnenlandse zaken
gedrukte afwijzingsbriefjes klaa»
Intussen heeft men enige tijd
terug een kleine ontsnapping
mogelijkheid gemaakt. Toen de
eerste Westduitse reisbureaus twe
jaar geleden reizen naar enkele
staten van het oostelijk blok
organiseren, kon aan iets dergelijk»
in de Sovjet-zone niet gedacn
worden. Om deze uiterst ongu"'
stige indruk uit te wissen, werdef
in 1956 voor het eerst 9000 reizen
naar de satellietstaten voorbereid-
Dit jaar moeten het er.35000 zön-
Stelt men daartegenover de m»
joenen reizen, die burgers van
West-Duitsland alleen al naar
Italië, Oostenrijk en Nederland
maken, dan wordt het al gauV
duidelijk hoe onbeduidend de bo*
vengenoemde getallen zijn.
Die 35000 reizen naar het buiten*
land gaan naar de Sovjet-Unie'
Tsjecho-Slowakije, Roemenië etl
Bulgarije. Hongarije en Polen
dat is een politiek addertje k°"
men niet aan bpd. De prijzen voof
dergelijke reizen zijn behoorlijk
„kapitalistisch" gehouden en me°
kan zich de sociale samenstelling
van deze redslustigen, die natuur'
lijk in gesloten transporten moeten
reizen, goed voorstellen. Een reis
volgens het beruchte procédé van
„Intourist" met een vijfdaags ver
blijf in Moskpu en Leningrad kos'
1005 mark, een achttiendaags®
rondreis via Leningrad. Tifl'3,
t Suehumi, Jalta en Kief zelfs 165®
mark. Iets wat eerder te financie'
ren valt hoewel het relatie*
even duur is is een zeven daags
verblijf ln een Tsjechisch week"
end-huis voor 615 mark. Maar welk
echtpaar kan 2840 mark opbrengen
vo-or een 21-daagse reis naar Le'
ningrad. Batumi, Jalta en Moskou,
of 2870 mark voor een 22-daagse
reis naar Roemenië of 2330 mark
voor een 15-daagse reis naar de
Bulgaarse badplaats Warna aan de
Zwarte Zee?
Wanneer men het wat nauw
keuriger beziet, dan kunnen
weinig „verworvenheden" de
toets der kritiek doorstaan. Dat
geldt net zo goed voor de „so
cialistische" vakantiereisjes.
Nu moet men echter niet denken,
dat de gelukkigen hun reisdoel
zelf mogen uitzoeken. Op zijn
hoogst kan men kiezen tussen een
reis naar de Oostzee of misschien
een reis naar Thüringen. Tenslotte
moet men aan de vakantie ook
geen westelijke maatstaven aanleg
gen. Vaak wordt geklaagd over de
slechte bereiding van de maaltijden
en de distributie-bonnetjes stellen
iemand niet in staat het menu
vaak af te wisselen. De eeuwige
koffiesurrogaat en boterhammetjes
met jam aan het ontbijt zijn er de
oorzaak van, dat men dikwijls de
H.O.-café's in de vakantieoorden
opzoekt en de prijzen daar zijn nu
niet bepaald laag.
De FDGB heeft dit jaar de be
schikking over 335 eigen hotels en
pensions met in totaal 16.000 bed
den. Deze huizen zijn overigens
zoals blijkt uit de onderzoekingen
van de „vrije juristen" groten
deels afkomstig uit onrechtmatige
onteigeningen. Bovendien is er een
nog groter aantal zgn. contract-
De nog steeds woedende strijd tus
sen de groeperingen die zweren bij
een „natuurlijke" kunst en degenen
die qua vorm zich hiervan willen
losmaken, beweegt zich reeds sinds
1920 ook op het gebied der fotografie,
een kunstvorm die echter voor het
grote pnbliek ook nu nog vrijwel
onontgonnen terrein ls.
Het begrip structuur is in het jar
gon ook rond deze nonfiguratieve
kunst een steeds opduikend element.
Ruimtelijke structuur, oppervlakte
structuur, rellefachtige en stoffelijke
structuur, wij vinden deze omschrij
vingen steeds weer terug. Vooral in
de schilderkunst die, na de afbeel
ding van de ruimte, meestal ln
perspectivische zin,, ook de ruimte
van de plastische mogelijkheden der
verf zelf ontdekt heeft, is dit streven
te constateren.
Het boren naar het wezen der din
gen door de oppervlakte heen, heeft
onvermoede vergezichten geopend.
Met voorbijgaan van het natuurlijk
waarneembare, kruist de kunstenaar
de degen thans met datgene wat lang
voor ongrijpbaar is gehouden. Hij
poogt macht te verwerven over de
wereld achter de wereld door zijn
hand uit te strekken naar de don
kere kamer onder de oppervlakte
van het natuurlijk verschijnsel. 1
Een van onze moderne kunstenaars,
de directeur der Haagse Vrije Aca
demie, Livinus van der Bundt, heeft
de herontdekking van de ruimte ge
stalte gegeven zowel in zijn grafisch
als in zijn fotografisch werk.
In mei j.l. werd van zijn meest re
cente grafische werk een expositie
gehouden ln het Stedelijk Muséum
van Amsterdam en enkele dagen ge
leden was er fotografisch werk van
hem te zien in de Vrije Academie op
de tentoonstelling Images Inventées
die nu naar Keulen is verhuist.
Waar hij in zijn grafisch werk ge
poogd heeft, zoals hijzelf zegt, „door
het afwijken van gebaande wegen
tegemoet te komen aan een niet-af-
latend vormverlangen" en daarbij
b.v. van In de vergetelheid geraakte
net licht
gereedschappen der Japanners Se\
bruil- heeft gemaakt, zijn er verra5^
sende effecten ontstaan van een gr
te kracht. Hierbij paste v. d. Bund
alleen een zwart-wittechniek toe.
Wij willen ditmaal echter het aC„
cent leggen op zijn fotografisch WeL
„Fotografiek is ook grafiek", za
hij. De moderne fotografische kun'
gaat steeds meer parallellen ver'
nen met de grafische kunst en daa.
om heeft hij zich met hart en zt
geworpen op het werk in de donk®^
lenmpr nm Haar hpt. fotonanier tf
kamer om daar het fotopapier
licht te beschrijven in foto- en
mogrammen.
„Ik ben daarbij op toevalsstru^
ren gestuit, onderworpen aan wet'
tnpru"
iet'
1"'
uc"»;
die wij nog niet kennen". Hief
heeft de camera geen functie °,ee()
maar wordt het fotopapier op -jj
speciale wijze belicht waarbij
mens met louter technische tniaa
len tot een bepaalde expressie
Van reproduktie wordt het fotogf „j,
hier een nonfiguratieve produk
Van der Bundt gebruikt hierbij êa.0.
ne zijn vingertoppen die dan het
topapier „beschrijven". jji'
Vooral nu onvermoede nuanc®Ljj>
gen van zwart en wit die naar ie
zeggen onmogelijk via do nor?eP'
grafische weg te bereiken zijn,
toen hem voor deze kunst en"
siast gemaakt. _tto'
Sedert 1951 heeft prof. dr.
Steinert deze fotografie sameng (-y
onder de noemer subjectieve
fie die gericht is op de stru®
der dingen, waarbij al of niet
bestaande objecten kan worde»
gegaan.
Uit de hierbij afgedrukte
duktie blijkt wel enigszins 6°
v.d. Bondt, evenals in zijn gx\0$
werk, deze structuren vooral
in de wereld van het embry® ec'
Het is alsof hij met een elektr „,ei>
microscoop de verschillende v°
van leven doorlicht. rJ-
r6$