Autonomie der universiteit en de vrijheid van de student 7&icik BOUILLON NIEUW-GUINEA WORDT OPENGELEGD B Het westen en Noord-Brabant H' Internationale studentenconferentie9 wa „Ga naar Brussel, maar dan over Breda" Worden Nederlandse mannen hef meest verwend? 35 et per dubbel tablet Stammenvijandsehap en een vliegveld AFRIKA EN HET OUDE TESTAMENT in franciscanessen van Men ziet haast dagelijks een Abraham of een Jakob VB WOENSDAG 14 AUGUSTUS 1957 PAGINA 3 Welvarende stad Privé bezit Geen problemen SCHEEPVAARTVERBINDING AMSTERDAM—N.-AMERIKA van kostelijk vlees voor krachtiger soepS Het volk in het Tor-gebied MATROOS MAG IN DIENST BLIJVEN ALGEMEEN OVERSTE VAN VEGHEL OVERLEDEN PELGRIMS keerden uit LOURDES TERUG Het Oude Testament De Goede Herder Toen de noodrantsoenen op waren WADDENEILANDEN VERKOPEN HUN VLIEGTUIG Voor noodgevallen hoop op luchtmacht gericht ZILVEREN PRIESTERFEEST PATER G. v. d. VELDEN O. PRAEM. HUURCOMPENSATIE VERPLEGEND PERSONEEL t- OP a V W' LJUBLJANA: een westerse stad een communistisch land Ze ranneer inwoners van Belgrado op reis gaan naar Ljubljana, zeggen dikwijls tegen hun vrienden: „We gaan voor een paar dagen naar het Geografisch gesproken, ligt Ljubljana in het noordwesten van ^Slavië, maar dat bedoelen zij niet. Voor vele Joegoslaven is ]1'1' jana nog een „westerse stad". De drukke straten en goedgebouwde i'tzen, en de overvloed van ter plaatse geproduceerde goederen doen ttien jaar communisme enigszins vergeten, dr i''ana 'S ^100^sta^ van Slovenië, de meest geïndustrialiseerde van 13 zes republieken, die tezamen de bondstaat Joego.Slavië vormen. Tk»t aan eerste wereldoorlog maakte het deel uit van het Oostenrijks-Hongaarse r.e'zerri.ik, en Ljubljana lijkt nog steeds een kleine, welvarende Oosten- 'J Se stad. Het Duits is er een soort tweede officiële taal. Vivnf- Sloveense republiek, met zijn be- aebe van l-400'000 zielen bloeit reus- omdat het Joego-Slaviës indus- voor zware machinerieën, gereed- trie ^happen en fijnere instrumenten, voeding, saswerk en vele andere produkten her- ^rSt. Het is verantwoordelijk voor een «root deel van de export van het land. Hoewel men somtijds klachten hoort, Sloveense arbeiders te weinig verdie- aen en dat de winsten die Slovenië maakt Bestoken worden in de ontwikkeling van achterlijke gebieden van Joego-Slavië, ^aakt Ljubljana toch de indruk van een helvarende stad en de bevolking is waar schijnlijk het best gekleed van heel het land. Ljubljana ligt op 40 k-ilometer van de "-Oostenrijkse grens in een schilderachtig flal aan de voet van de Sloveense Alpen. Huiten de hoofdstraat, die genoemd is haar president Tito, zijn er vele zijstra- loo, met 15e, 16e en 17e eeuwse huizen barokkerken. Moderne kantoorgebou wen domineren het centrum van de stad. sommige daterend van voor de 2e wereld oorlog en andere van onder het com munistische regiem. Helgekleurde winkeletalages, de drukte Van de rommelige markt, grote fabrieks gebouwen op de hoek van de stad en nieuwe blinkende, blauwe trolley-bussen geven Ljubljana een welvarend tintje. Na dertien jaren van communisme is Ljubljana nog een citadel van particulie re onderneming. Er zijn sloppen met kleine winkeltjes en werkplaatsen, die buiten de belangrijke straten liggen en ontko men schijnen te zijn aan de nationalisa tie. Buiten de stad, vlakbij de bouwput yan een nieuwe autoweg, die gemaakt Wordt om de 150 kilometer zachte grond tussen Ljubljana en Zagreb, de tweede stad van Joego-Slavië, te overbruggen, Worden dozijnen aardige villa's uit de grond gestampt. In Ljublljana hebben ongeveer 69.000 arbeiders, van een totale bevolking van 140.000, een eigen fiets, en op etenstijd, Wanneer de fabrieken sluiten, wemelt het °P straat van wielrijders. Momenteel is er een toenemende vraag naar scooters, waarvan er reeds veel geïmporteerd zijn uit Italië. Een plaat selijke fabriek, die juist begonnen is zijn eigen scooters te produceren, had al 60.000 orders geplaatst, voordat met de Produktic kon worden "'egonnen. Volgens officiële statistieken is de helft van de auto's in Slovenië privé- hezit, een aanzienlijk hoger percentage dan in Belgrado, waar de meeste wa gens aan de regering behoren. Terwijl de café's langs de weg in vele andere delen van het land gedreven wor den door coöperatieve instellingen, zijn er in Slovenië nog zeer veel in particuliere handen. De Sloveense huizen, die nog geen elek triciteit hebben, maken tezamen nog niet een procent uit van het totaal en er heerst welstand zowel op het platteland als in de stad. Toen men eens een vooraanstaand func tionaris uit Ljubljana vroeg, of er in de stad nog problemen waren, stond hij stil om na te denken, en zei toen: „Ik kan me geen enkel probleem indenken, dan alleen dit, dat we de boeren, die naar de stad komen, nog moeten leren, hoe ze voor de huizen, die we hun geven, moe ten zorgen. Toch beginnen de boeren zich te kleden zoals de stadsmensen, en men ziet op het ogenblik minder in het oog lopende boeren in Ljubljana, dan in het hartje van Belgrado." De burgers van Ljubljana zeggen ge woonlijk, dat er weinig verschillen zijn tussen de stad zoals zij was voor de tweede wereldoorlog en zoals zij nu is. Veel minder gefortuneerde Joegosla ven, die leven in gebieden waar niet zo'n welstand is en waar minder vraag is naar fabrieksgoederen Belgrado komt in dit opzicht na Ljubljana zeggen, dat de reden voor de „rijkdom" van Slovenië is, dat het zoveel machinerieën en gereed schappen maakt, die de rest van het land nodig heeft, en dat zij hun goederen voor hoge prijzen verkopen. Deze „beschuldiging" wordt door de Slovenen geloochend, terwijl sommigen van hen zeggen, dat ze nog een veel ho gere levensstandaard konden hebben, om de eenvoudige reden, dat een groot deel van de opbrengst van de sterk-ontwikkel- de industrie gevorderd wordt door de re gering voor de ontwikkelingsplannen in gebieden als Bosnië en Montenegro, de meest achterlijke republieken van Joego slavië. Dergelijke klachten worden soms naar voren gebracht door de Kroaten, wier land aan Slovenië grenst en waar de in dustrie ook ten zeerste is ontwikkeld. Za greb, de Kroatische hoofdstad, geniet eveneens een grote welstand en lijkt meer „westers" nog dan Belgrado, maar veel mensen vinden dat het de charme en de drukte van Ljubljana mist. De onderzoekings- en voorlichtingscommissie van de „internationale studenten- conferentie" heeft uitvoerige studies gemaakt over universitaire autonomie en vrfjheid van studie in negen Zuidamerikaanse landen, in Algerije, Cuba, Cyprus, Goa, Hongarije en Nicaragua. Voor Hongarije en Algerije werden geen visa ont vangen zodat men zich met informaties in de landen rondom en in Frankrijk heeft moeten behelpen. De rapporten van het coördinerende secretariaat der 54 aangesloten nationale studentenorganisaties zullen tijdens de zevende conferentie te Ibadan in Nigerië van 11-21 september worden besproken. (Van onze correspondent) Onder het motto „Ga naar Brussel, maar dan over Breda" gaat de V.V.V. Breda in samenwerking met de V.V.V.'s van andere steden een grote actie op touw zetten om ons land te laten pro fiteren van de miljoenen, die volgend jaar naar Brussel zullen stromen voor een bezoek aan de wereldtentoonstelling. In samenwerking met de V.VV.'s van Amsterdam, Rotterdam, Den Haag, Delft, Leiden, Hilversum en Dordrecht zul len 200.000 folders in het buitenland wor den verspreid, waarin de aandacht wordt gevestigd op de E-10 route, de dubbele autoweg van Amsterdam naar Breda en vandaar verder naar Brussel. Deze in zes talen uitgegeven folder zal vooral de aandacht vestigen op het bezienswaar dige van de steden aan deze autoweg. Naast deze actie komt er een Bra bantse actie. Door de V.V.V.'s van de vijf grote steden van Brabant: Breda, Bergen op Zoom, Tilburg, Den Bosch en Eindhoven, gesteund door de provinciale V.V.V. en zo mogelijk met subsidie van Ged. Staten en de Kamers van Koop handel zullen 250.000 folders worden ver spreid in het Duits, Frans, Engels, Deens Zweeds en Nederlands over wat Babant de toeristen te bieden heeft. Bovendien zal het gezamenlijk Brabants V.V.V. een stimulerende actie voor bezoeken aan Brussel inzetten bij touringcarbedrijven. verenigingen, personeelsverenigingen enz. De drie tot vier miljoen bezoekers uit Nederland, waarop men in Brussel re kent, zullen immers voor het grootste deel in Brabant de grens moeten passeren. Het V.V.V.-kantoor te Breda zal een „centrale stelling" innemen bii deze Ne derlandse actie. In samenwerking met Brussel zullen 100.000 folders over de Baroniestad worden verspreid. Een spe ciale telexverbinding met Brussel zal er toe bijdragen de loigies-problemen zoveel mogelijk op te lossen. Tweemaal per dag wordt een autobusverbinding naar Brus sel en terug ingelegd. Tenslotte wordt ook Twente bij deze actie ingeschakeld. In samenwerking met Breda zal van dit deel van Overijssel uit een speciale propaganda worden ge voerd in de Skandinavische landen. In het raam van de onderlinge samenwer king van al deze Nederlandse steden zal een voorlichtingsstand worden opgericht op de wereldtentoonstelling. De algemen indruk in de Zuidameri kaanse landen is, dat de doorgaans ar me studenten een levendig aandeel in het nationale gebeuren hebben. Tal van universiteitsbesturen bestaan ten dele uit studenten. Buiten de hoofdsteden van Paraquay en Bolivia wordt onder grote moeilijk heden door veelal werkstudenten gestu deerd. In Argentinië, Peru en Columbia bestaat na de jongste politieke ontwik kelingen een streven het universitaire leven in democratische verhoudingen te brengen. Volgens de rapporten ondervinden de Algerijnse Mohammedaanse studen ten in hun land (500 tegen 5000 Euro pese studenten) moeilijkheden, die veeleer door de politieke situatie, dan door de Franse regering worden ver oorzaakt. De 1000 Mohammedaanse studenten aan Franse universiteiten krijgen geen visa om naar Algerije te gaan. Bij het Algerijnse hoger onder wijs wordt de landstaal genegeerd. Op Cyprus bestaat geen universiteit. Cyprioten, die elders willen gaan stude ren krijgen slechts bij hoge uitzonde ring visa. Op verzoek van de politiek zeer ac tieve Cubaanse studentenbond werd in Havanna een onderzoek ingesteld. Voer studenten geldt daar een verbod over politiek te praten. De dictatoriale rege ring poogt de universiteit in vijf delen over het land te splitsen teneinde de in vloed der studenten op de samenleving te versplinteren. De politieke situatie in Goa brengt de indruk met zich, dat het hoger onder wijs voor Portugees-gezinden er sterk bevoorrecht is. Het rapport over Hongarije is nog niet gereed. Aanvullende rapporten over Oost-Duitsland en Zuid-Afrika (apartheid) zijn verschenen. Het coör dinerende secretariaat heeft thans op dracht onderzoeken in te laten stellen in koloniale en tot voor kort koloniale gebieden o.a. in Indonesië. Het 3.185 brt. metende ms „Silvia" van de Norddeutscher Lloyd is als eerste schip van de nieuwe directe scheepvaart verbinding van de westkust van Noord- Amerika op Amsterdam, in de haven van de hoofdstad binnengelopen. Deze geregelde dienst wordt onderhou den door genoemde rederij in samenwer king met de Hamburg-Amerika Linie. De plaatsen die in Noord Amerika worden aangedaan zijn: Los Angeles, San Fran cisco, Vancouver, Seattle en Portland. Het m.s. „Silvia" is een vrachtschip met acommodatie voor zés passagiers. (Advertentie) Nederlandse vrouwen zorgen bijzonder goed voor de man. De verwennerij be gint al in de keuken, in de pannen! Vooral de laatste tijd komen daar bij zonder lekkere maaltijden vandaan. Moeder heeft iets nieuws ontdekt .Knorr bouillon. Knorr bouillon ta bletten uit Zwitserland! SmaaKverfij- ners voor alles en nog wat: soep, sau sen, groenten, ragoüts, hachee, nuree en ga zo maar door. Van één zo'n Knorr tablet tovert ook u met kokend water een hele liter bouillon. Door de Knorr koks bereid van kostelijk vlees en geu rig verse groenten; licht gezouten en gekruid, precies zoals u alles wenst! Als extra hulp biedt Knorr u .mg een leuk geïllustreerd boekje aan, met 17 praktische vlug-klaar recepten. U kunt het zó aanvragen: sluit een post zegel van 10 ct. met uw naam en adres, in een gefrankeerde envelop en adres seer: Knorr, Postbus 1700, Amsterdam. U ontvangt het Knorr boekje dan thuis. Vwvaardlgd ondar tlctntl* *n control* "On Knorr A.G. Thayngen Zwll^rland, door Mortdo N.V. Irviioi. Dinsdagochtend vond op het IJsselmeer nabij Enlchnizen de start van de tweede en laatste dag van de Flevorace plaats. De foto geeft een beeld van de ronde en platbodem jachten die opvaren naar de startlijn. V.l.n.r. „Bruiser" met stuurman C. Doodeheefver (2 OB), „Jan Klaissen' met stuurman J. Scheffer (9 OB) en „Banjaard" met stuurman W. Pierrot (16 OB). In december van het vorige jaar zijn de controleur binnenlands bestuur F. Veld kamp en vijftien man politie onder de de tachementscommandant Sohultz in een aantal vluchten overgebracht naar de Ba- lemvallei, waarmee de daadwerkelijke openlegging van dit grote gebied in het centrale bergland van Nieuw Guinea en het onder direct bestuur brengen van de bevolking een aanvang nam. Bij de Wa- mena, een zijrivier van de Baliem, von den zij een geschikt stuk grond voor de aanleg van een vliegveldje, hetgeen als eerste fase voor het mogelijk maken van een bestuursvoering in de vallei een eer ste voorwaarde was. Bedoelde strook grond ligt echter in ontvolkt gebied een soort „niemandsland" waaromheen een vrij dichte bevolking woont, die vrij wel in permanente staat van oorlog mei elkaar leeft. Dat hierdoor de aanleg van het vliegveldje grote moeilijkheden on dervond, behoeft nauwelijks te worden gezegd. Door hun vrees voor elkander kon men de bevolking bijkans niet aan het werk krijgen op het terrein waar de strip moest komen. Voor het grootste gedeelte is de arbeid aan dit vliegveldje daarom door contro leur Veldkamp zelf, met behulp van zijn politiemensen, geëntameerd, met het re sultaat dat dezer dagen een Cessna-vlieg- tuig, bestuurd door de piloot Steiger, voor het eerst reeds een landing kon uitvoeren op de nog niet geheel afgemaakte strip. Omstreeks 22 augustus vertrekt uit Nederland naar Nieuw-Guinea de heer G. Oosterwal, die met een subsidie van Z.W.O. de Nederlandse organisatie voor zuiver wetenschappelijk onderzoek in dienst van de Adventzending voor langere tijd etnologisch „Fieldwork" zal gaan ver richten in het gebied ten oosten van de rivier de Tor tot aan de Nimboran. Dit onderzoek zal aansluiten op het eer der door dr. A. C. van der Leeden in het Sarmische verrichte cultuuronderzoek en op hetgeen sinds 1948 omtrent de cultuur der Nimboranners bekend is geworden. De culturen van de bevolking in het tus senliggende gebied van de boven-Tor boven-Sermowai en Goeai zijn nimmer door etnologen bestudeerd. Behalve uit wetenschappelijk oogpunt is het door de heer Oosterwal te verrich- De 22-jarige matroos J. H. uit Vlaar- dingen is enige tijd geleden door de zee krijgsraad veroordeeld tot een jaar ge vangenisstraf omdat hij in de omgeving van Den Helder enige kleine diefstallen had gepleegd. Maar tevens werd hij ont slagen uit de militaire dienst. Tegen dit laatste had de jongeman bezwaar. Hij wilde namelijk in dienst blijven en ging daarom in hoger beroep. Het Hoog Militair Gerechtshof heeft hem nu ver oordeeld tot een jaar met aftrek zonder ontslag uit de dienst. ""stoor Th. G. A. Hendriksen uit De Steeg (Gld.J, die benoemd is tot vicaris-generaal v"i het Aartsbisdom Utrecht als opvolger van wijlen mgr. C. J. A. Venings. js^n .het Binnenziekenhuis te Eindhoven Sistermorgen voorzien van de H.H. t;j^rarn«nten der Stervenden in de leef- Je. van jaar overleden zuster Maria De neger begrijpt de faal der parabels <3in'in wereld mej. Maria Ger- Va Van Sambeek), algemeen overste cai1 congregatie der zusters Francis- IJessen van Veghel. te vSlev Maria Jeanette werd geboren ari dhoven bij Eindhoven op 15 febru- aUa 1891' 'rad in het klooster op 18 ^.sUstus 1921 en was nadien als onder- sJ2«res werkzaam te Hengelo. De ver- ItQ ei<3«n overste werd 26 april 1927 ge- ga..en in het hoofdbestuur van de congre- Ve„? her Zusters Franciscanessen van she; ais assistente en 15 januari 1946 (jes a|gemeen overste. Zuster Maria is aan oVer^^nPlicaties van een heupoperatie han? begrafenis zal zaterdagmorgen om he). elf Plaats hebben in de kapel vn moederhuis te Veghel. Na l0o" een voorspoedige reis zijn in de de Yan dinsdagmiddag en dinsdagavond des-h e treinen van de Nederlandse Lour- Op ydevaart in ons land aan '..oman. L0l)rlaatste dag van hun verblijf in .iarjlj es hebben honderd nelgrims de 27- (Utrn uJan van Leeuwen uit Langbrc^'.: blaa?cht) begeleid naar zijn laatste rust- LoiJj °P bet Nederlandse kerkhof te j rdes le h dg loop van de ochtend brachten al- een afscheidsbezoek aan de grot. ESCHOUWEN we de primitieve Afrikaanse hu welijksverhouding nader. De vrouw wordt ge kocht en is het bezit van de man. Zij moet hem kinderen schenken, maar overigens valt het merk waardig op hoe klein de gezinnen meestal zijn. Buiten de grote kindersterfte, die te wijten is aan onhygiënische toestanden en slechte, eenzijdige voe ding, zün ook de stamgewoonten en het wilde leven daar schuld aan. Het ritme der geboorten is in som mige stammen nauwkeurig bepaald en voor een christen is het een onmogelijke opgave om zonder deze stamgewoonten te kwetsen toch een christelijk huwelijksleven te leiden. De vrouwen tonen zich vaak goede moeders. Haar taak kinderen voort te brengen wordt nog geaccen tueerd door de praktijk van wat we oudtestamen tisch leviraatshuwelijk noemen. Bij de Nandi's be staat zelfs het gebruik dat een kinderloze vrouw een jong meisje „huwt", een „huwelijk" tussen twee vrouwen dus. De vrouw zorgt zelf voor de koeien waarmee zij haar bruid moet kopen. Er heeft een huwelijksceremonie plaats, waardoor beide vrouwen dan als getrouwd worden beschouwd. Later worden de kinderen van dit aldus getrouwde meisje en de echtgenoot van de eerste vrouw, als kinderen van deze eerste vrouw beschouwd. (Denk aan Sara en Hagar). De overige taak van de vrouw bestaat hierin, dat zij de man dient. Zij moet het eten bereiden, op het land werken en de grote lasten dragen. Terwijl de mannen voor hun hut zitten en bier drinken, ziet men 's morgens vroeg en opnieuw tegen de avond de vrouwen op het veld met de „jembe" of patjol de zware grond omwerken. Vaak ziet men, en dit vormt dan een contrast met het andere uiterste dat men soms in onze westerse landen ziet, hoe de vrouw en de kinderen onnoemelijk zware lasten op hun hoofd, of zoals de Kikoejoes op hun rug, versjou wen, terwijl mijnheer in een colbertje en met een wandelstok achter hen aam wandelt. Men krijgt de indruk dat de vrouw eerder slavin is dan echtgenote. Iemand, die veel vrouwen heeft, kan op deze wijze veel werk laten verzetten, dat spreekt vanzelf. UIT het voorafgaande zijn vele paralellen te trek ken naar het Oude Testament. We constateren eenzelfde soort culturele achtergrond. Als we het Israëlietische volk nemen zonder zijn goddelijke openbaring (in feite een onmogelijkheid), zien we dat er verschillende gemeenschappelijke trekken zijn met de primitieve volkeren van Afrika. In de Oud testamentische Openbaring, zoals wij die kennen en die in feite Israëls verheffing en eigenlijke cultuur betekent, zien we de motieven van deze achtergrond *-'kens weer tussen de goddelijke werking doorspe len. Sommige punten, zoals het collectieve denken en het stamverband zijn door de openbarende God po sitief uitgebuit. Andere aspecten zoals de polygamie en de positie van de vrouw zijn door de openbaring niet meteen opgeheven, doch door een langzame evo lutie geleidelijk aan overgebracht op Nieuwtesta mentisch niveau, waar ze vanzelf veranderen. In vele kleine onderdelen zou er nog op contactpunten te wijzen zijn. Vergelijking van de Afrikaanse straf wetten met die van Israël kan menige parallel op leveren. Werd tot voor kort diefstal bii verschillende stammen niet gestraft met het afkappen van de hand? Kent men als strafmaatregel niet de uitban ning uit de gemeenschap? Ook de besnijdenis, als hygiënische maatregel, maar vooral als initiatieritus van de puber (vaak ook van het meisje) wordt overal gepraktiseerd. Huisvesting, kleding, gebrui ken hij eten en slapen werpen licht op Audtestamen- tische omstandigheden. Abraham die voor zijn tent zat, de gastvrijheid die hij verleende, Jakob die 'snachts, in mantel of deken gerold, in de open lucht slaapt, het zijn evenzovele tafereeltjes die hier da gelijks te zien zijn. Openbare aanklacht na een pu bliek misdrijf, scènes die ons uit het Oude- en het Nieuwe Testament bekend zijn, hebben ook hier plaats. De hele stam of familie of de hele christen- groep is ermee gemoeid. Op Passiezondag kwam een Kikoejoe-jongen biechten. Doch voor hij de kans kreeg me te bereiken, waren er al drie, vier anderen bij, waaronder de Kikoejoe-catechist. Ze begonnen de jongeman te beschuldigen, dat hij aan de heide nen een slecht voorbeeld gaf. Het feit, dat hij zon dags naar de kerk kwam en toch telkens weer ern stig misdeed, maakte onze godsdienst bespottelijk in de ogen van de heidenen, zo zeiden zij. Ik moest hem de absolutie maar weigeren. Andere keren zag ik een missionaris temidden van hutten een heel hu- welijksgeval behandelen, waar alle dorpsbewoners tot en met de kinderen bij stonden. Hevig reagerend gaven zij hun afkeuring, veroordeling of soms ook hun leedvermaak te kennen. De Nandi's zijn een volk van veehouders. Zij kun nen niet buiten vee. Het herdersleven is hen inge boren. Ook de andere stammen kennen precies de dag van een veehoeder, hoe hij moet zoeken naar geschikte grond waar de beesten kunnen grazen, hoe er water in de buurt moet zijn, hoe belangrijk het is, dat de herder ook bii zijn kudde blijft en niet naar zijn hut terugkeert, hoe 's nachts de luipaarden kun nen komen of dieven die 'n vette os willen bemachti gen, hoe de herder dan zijn leven in de waagschaal moet stellen om de kudde te verdedigen. Zij weten, dat een goede koewachter al zijn beesten kent en dat die koeien het geluid van zijn speciale manier van fluiten kennen en erop reageren, dat een goed herder niet alleen werkt om zijn maandticket vol te krijgen, maar omdat hij hart heeft voor de dieren. Toen op een zondag (in de week van de veediefstal) de parabel van Jezus als Goede Herder verteld werd, hebben zij het begrepen. In zekere zin zijn zij nog niet rijp voor het Nieuwe Testament, maar anderzijds, wanneer we hen aan spreken op dezelfde manier als Jezus zijn hoorders, die toch ook nog op Oud-testamentisch niveau ston den, zullen zij het begrijpen. Na de Goede Herder volgen er iedere zondag andere parabels, die gretig aanhoord worden: de verloren zoon, de barmhartige Samaritaan, de overspelige vrouw, enz. In hoeverre het nu dóór zal werken, valt op korte termijn nog niet te constateren. Maar één ding is zeker: deze taai die ook Jezus zelf sprak, begrijpen ze en zij zijn er door geboeid. Als we daaraan nu paren het voorbeeld van een waar christelijk leven van caritas, zoals ze het hopelijk in de monniken communiteit, (die, zoals we onlangs al uitvoe rig schreven, thans is opgericht), belichaamd mogen w- -„1 ^r. r„<!t moeten komen van Gods genade, die ook vroeger in Europa barbaarse volkeren herscha pen heeft tot christelijke cultuurdragers. Abdij Koningshoeven. FIITS DRIJVERS O.C.S.O. ten onderzoek ook van praktisch belang in verband met de bestuursvoering dan wel intensivering in het Goeaise, dat een schakel vormt met het onbestuurde gebied van de oostelijke meervlaktp en eveneens in het boven Tor-gebied dat een belangrijk copalcentrum is. Wild enthousiast waren de mensen, die in de Sibil-vallei aan het werk zijn een vliegveldje aan te leggen ten behoeve van de komende Sterrengebergte-expeditie, toen zij eindelijk, na drie vergeefse drop pingen, begin dezer maand hun langver wachte voedselvoorraden uit de over hen heen snellende Dakota zagen rollen. Er werd ca. 1440 kg aan levensmiddelen uit geworpen en op één zak van 20 kg na is alles goed ter plaatse neergekomen. De mensen in de Sibil-vallei, die daar onder leiding van de opzichter Ferouge uit Hollandia, werkzaam zijn, waren reeds door al hun noodrantsoenen heen, toen de dropping eindelijk gelukte. De gemeenteraad van Ameland heeft besloten het Waddenvliegtuig, dat in 1853 door de gezamenlijke Waddeneilanden: Ameland, Schiermonnikoog, Terschelling en Vlieland is aangekocht, te verkopen. Het toestel was voor 10.394,15 aange schaft, voornamelijk om in geval van nood, als b.v. de eilanden geïsoleerd zijn, patiënten naar het vasteland te brengen. Ir. A. van der Sluis te Amstelveen is bereid het vliegtuig voor 5000.te kopen. De gemeentebesturen van de mede eigenaren hadden zich in principe met de verkoop akkoord verklaard. Aanleiding tot de verkoop was, dat het toestel niet meer luchtvaardig is en de kosten voor de her stellingen zeer groot zullen zijn. Het ligt niet in de bedoeling een nieuw vliegtuig aan te schaffen, omdat dit te duur zou komen. Eventueel hoopt men een beroep te mogen doen op de L.S.K. te Leeuwarden. Op 15 augustus hoopt de eerw. heer G. v. d. Velden O. Praem zijn zilveren pries ter jubileum te vieren. De jubilaris werd geboren te Breda 27 februari 1908. deed zijn humaniora op het Serafijnse semi narie te Langeweg en deed 8 oktober 1956 in de Norbertijner Abdij van Berne te Heeswijk zijn intrede. De priesterwijding volgde 15 augustus 1932. In zijp 25 priesterjaren heeft G. v. d. Velden een drukke en veelzijdige activi teit ontwikkeld, als leraar op het Colle ge St. Norbertus en als professor in de wijsbegeerte. Daarnaast vond hij gelegen heid te werken voor het apostolaat van de film en was hij een van de promotoren van het werk der Misweken. Momenteel bekleedt hij in de Abdij van Berne de functies van Novicenmeester, circator en bibliothecaris. Door zijn veel zijdige activiteiten heeft deze eminente priester zich vele vrienden verworven. Ingevolge een verzoek van de vereni gingen van ziekenhuizen en van de perso neelsvereniging heeft het college van rijksbemiddelaars bepaald, dat voor niet- "inwonende verplegenden een minimum compensatie voor de huurverhoging geldt van f. 3.10 per week, resp. f. 13.50 per maand. Voor de inwonende verplegenden en het overige inwonend personeel is de verhoging niet van toepassing. II in ons blad van zaterdag jl. ZOALS WIJ in ons eerste artikel opmerkten, heeft het vraagstuk van „het westen en overig Ne derland" zich de laatste tijd vooral toegespitst op de verhouding van het westen en Noord-Brabant als gevolg van de rede, welke de directeur van de Rijksdienst voor het Nationale Plan, mr. J. Vink, aan deze verhou ding gewijd heeft in een door het Economisch-Technologisch Instituut te Tilburg georganiseerde vergade ring, waar deze een geheel ander standpunt innam dan is neergelegd in de brochure: „Het westen en ove rig Nederland". Deze rede heeft onmiddellijk van Brabantse zijde velerlei kritische en soms zelf zeer felle reacties verwekt. In een kort voorwoord bij de publi- katie van zijn rede in het speciale nummer van het Economisch-Tech nologisch Instituut voor Noord-Bra bant, waarvan wij in ons eerste artikel gewag maakten, roept mr. Vink op tot rustige overweging van de zaak in kwestie, in een sfeer van gezamenlij ke verantwoordelij kheid voor ons land. Wij sluiten ons hierbij gaarne aan. Bij het bepalen van een standpunt zullen niet enge groeps belangen de doorslag mogen geven, maar zal men welbewust het natio nale welzijn als richtsnoer dienen te nemen. ■IERVAN uitgaande lijken ons de conclusies van de brochure: „Het westen en overig Neder land" nog altijd juist, behoudens op één belangrijk punt, nl. waar een be wust afremmen van de ontwikkeling in het westen als stok achter de deur in overweging wordt gegeven. In aan sluiting hieraan heeft dr. ir. F. Bak ker Schut, Hoofddirecteur van de Gemeentelijke Dienst van de Weder opbouw en de Stadsontwikkeling te 's-Gravenhage, in „Socialisme en De mocratie" van september 1956 gepleit voor een wettelijke regeling, zoals in Engeland bestaat, waarbij de vesti ging van nieuwe en de uitbreiding van bestaande industrieën gebonden wordt aan een stelsel van vergunnin gen, zodat in elk afzonderlijk geval kan worden beoordeeld, of de voor genomen nieuwe vestigingsplaats ge motiveerd is. Gezien de zeer omvangrijke indus trialisatie, welke in ons land nog moet plaats vinden, willen we onze bevolkingsgroei opvangen en onze welvaart op peil houden, zou het o.i. niet verantwoord zijn de ontwikke ling in een van de voor de industrie meest gunstige milieus aldus doel bewust af te remmen. Niet alleen de welvaart van één gebied, maar die van het gehele land zou hierdoor in gevaar worden gebracht. In een aan de brochure „Het wes ten en overig Nederland" gewijd num mer van het E.T.I. Kwartaalbericht, een uitgave van het Economisch- Technologisch Instituut voor Zuid- Holland, is op dit gevaar terecht de aandacht gevestigd. Het vergunningenstelsel, waarvoor de heer Bakker Schut een lans breekt als middel om de bevolkingsconcen tratie in het westen af te remmen, betekent bovendien een aantasting van de ondernemersvrijheid, welke veel te ver gaat en het marktmecha nisme onnodig verstoort. WEL ZAL echter in het belang van het (oude) westen zelf de ontwikkeling in de gebieden daarbuiten, die hiervoor in aanmer king komen, met kracht gestimuleerd moeten worden ter wille van een betere bevolkingsspreiding alsook om te voorkomen, dat er in het westen onvoldoende ruimte overblijft voor verdere economische expansie, die speciaal op het westen is aangewezen. En als we dan nagaan, welke ge bieden hiervoor het meest in aan merking komen, dan valt vooral te denken aan de gebieden ten zuiden van de huidige Randstad Holland: West-Brabant en Zeeland. Van Brabantse zijde o.a. door de commissaris van de Koningin prof. De Quay in zijn in ons eerste artikel genoemde rede is er in antwoord op het betoog van de directeur van de Rijksdienst voor het Nationale Plan terecht op gewezen, dat deze gebieden evenzeer behoren tot het westen. Het zijn alleen nog onderont wikkelde delen van wat men „het westen" is gaan noemen. De thans nog gebruikelijke begren zing van het westen is in het huidige ontwikkelingsstadium niet langer meer te handhaven. De economische ontwikkeling dwingt tot een veel ruimer begrip van het tot dusverre te veel tot de bestaande administra tieve grenzen beperkte westen. Op de landdag van de Academisch Gevormde Economen te Enschede, welke gewijd was aan de economische problematiek van de ruimtelijke or dening in Nederland, werd dan ook reeds gewag gemaakt van een „nieuw westen" op het gebied van de indu striële ontwikkeling. Gelukkig krijgt men hiervoor ook in het „oude" westen meer en meer oog. In het reeds genoemde num mer van het Economisch-Technolo gisch Instituut voor Zuid-Holland wordt gepleit voor het stichten van nieuwe industriegebieden in weste lijk Nederland, die als een logische voortzetting van de oude kunnen worden beschouwd, waarbij er uit drukkelijk aan wordt toegevoegd, dat het begrip „het westen" niet langer beperkt moet worden tot de provin cies Noord-Holland, Zuid-Holland en Utrecht, maar dat hierin vooral ook westelijk Noord-Brabant betrokken dient te worden. Te denken valt hierbij aan een in dustriële expansie in zuidelijke rich ting, welke zich uitstrekt over Dor drecht en de oeverstroken van de Merwede tot binnen het gebied van West-Brabant. Verder landinwaarts zou gedacht kunnen worden aan een ontwikkeling van Utrecht uit in de richting 's-Hertogenbosch of via VianenGorinchem, eveneens tot binnen de provincie Noord-Brabant. Een dergelijke ontwikkeling zou in belangrijke mate bij kunnen dragen tot een oplossing van de problemen van de huidige Randstad Holland. Zij zou een harmonische verbinding tot stand brengen tussen de industrie gebieden van de Randstad en die van het zuiden. Een voortzetting van de industriële bedrijvigheid van de Randstad Holland in West-Brabant zou bovendien aan de industriële ont wikkeling in Midden- en Oost-Bra bant nieuwe impulsen geven. Langs deze weg zal Noord-Brabant in staat zijn zijn eigen bevolkings groei in de komende decennia zelf op te vangen, hetgeen uit sociaal oogpunt van groot belang moet wor den geacht. Zodoende kan het Bra bantse volk zich in eigen milieu leren aanpassen aan het nieuwe industriële klimaat en alle veranderingen, die hiervan het gevolg zijn. Dit betekent niet, dat wij tegen verdergaande migratie van Braban ders naar de Randstad Holland zou den zijn. Een zekere mobiliteit van de bevolking over de grenzen van de eigen provincie is voor de nationale volkskracht van groot belang, mits deze, zoals prof. De Quay in zijn meergenoemde rede opmerkte, gelei delijk geschiedt en wel door mensen, die er rijp voor zijn en mits het geen éénrichtingsverkeer wordt.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1957 | | pagina 3