N
Rechtsontwikkeling stuivt
verdergaande beperking
onderhoudsplicht
naar
van
ïbcfUUUrti
Den Haag en nabuurgemeenten wensen gezamenlijk
R
Het wrekende
ivater
■er,eei
MAGGI
aftisttsssstmrtttsss "&Wryar«SKS:
Journalisten tegen inkrimping
van aantal vergaderdagen
AMSTLEVEN levensverzekering I
Minister Samkalden in Tweede Kamer
Geen ondergraving der grondslagen
van het familierecht
huwelijk
Zoetenneer en Wassenaar nemen
afwijkende houding aan
eisbeurzen voor
letterkundigen
vb
diepgaande discussie over enige huwelijks-
beletselen
Vader en drie broers
aan het altaar
DONDERDAG 5 SEPTEMBER 1957
PAGINA 3
p
1its?Bks het fcit> dat hÜ *een civilist ls'
t^?°U- zijn" Er was
Onderhoudsplicht kinderen-
ouders
Onderhoudsplicht kleinkin
deren-grootouders
Theorie en praktijk
Het juiste midden
Echtscheidingsrecht
Huivelijksbeletselen
Overspel als huwelijksbeletsel
Waarheid in menselijke ver
houdingen
zó bestaat er geen tweede!
Slechts 28 cent per
doosje met dubbel-tablet
OUIUO
DISTRICT ALS NIEUWE BESTUURSVORM
Initiatief van burgemeester
Kolfschoten
Gemeenten behouden deel van
autonomie
Inrichting van het district
OUDE KUNST- EN
ANTIEKBEURS
IN HET MUSEUM
HET PRINSENHOF
- DELFT -
6 t/m 22 SEPT. 1957
Schade aan Openbaarheid der Tweede Kamer
>0r
door ARTHUR MAYSE
ZILVEREN PROFESSIEFEEST
Br. GABINUS
BADGAST BIJ TERSCHEL
LING VERDRONKEN
ii
ast'
n"a'
o«'
OP
n ït1'
•kei»
VP,'ft's'cr Samkalden heeft vandaag de
Bist lende sprekers beantwoord, die
heteren het woord hebben gevoerd over
Hik eerste boek van het nieuwe burger-
ottd Wetboek. En htf heeft zich hierbij
bou end geweerd. In een goed opgc-
re ^d en helder betoog vertolkte hjj het
V«j?riogsstandpunt ten aanzien van de
walende kwesties, die aan de orde
het ®B Kekomen, na eerst van zijn kant
V_ Werk van de ministers Van Maarse-
eerKi en Donker en van prof. Meiiers met
"iefl gememoreerd te hebben,
y, e bewindsman, die een schoonzoon is
taB beof. Meijers, werd in zijn zware
hn„ bijgestaan door de jonge Leidse
4 Bieraar in het burgerlijk recht prof.
k'p P'ion, oud-leerling en opvolger van
hleijers.
er mij pijnlijk van bewust, zo
Va aride prof Drion in de aanvang
ii" zÜn eerste parlementaire rede, dat
j, nier eigenlijk niet behoor te staan,
tcmj kad prof. Meijers moeten staan,
nder Wje dit grote werk nooit begon-
DEN HAAG, 4 september.
voor hem
één
een
In sommige opzichten kan
met zijn blik even hoog reiaen
voorwaarde, dat hij op de schouders
2 de reus mag staan.
titulatuur van prof. Drion leverde
ka1®5 moeilijkheden op. Verschillende
]iilttler^eden duiden hem aan als konink
lijk
commissaris.
.Voorzitter Kortenlhorst meende dit
Praakgebruik te moeten corrigeren.
jt°'Sens hem trad prof. Drion in de
\ahier op als regeringscommissaris. Mi
nder Samkalden interrumpeerde hierop
Tv?*' grondwet in de hand, dat prof.
»on als koninklijke commissaris hier
«anwezig was Voorzitter Kortenhorst
?ttd het toen maar beter kortweg van
"ae commissaris" te spreken.
Pe minister noemde zijn assistent toen
os nog een keer „bijzondere commis-
lar'ls", waarop prof. Drion lachend op-
?erkte, dat zijn verschijning langzamer-
and e-en kameleontische allure begon te
riigen.
Minister Samkelden vond het niet ver-
'afldig om nu al het hoofd te breken
7er de vraag, hoe lang het nog wel kan
Uren. voordat het nieuwe burgerlijke
,™etboek in werking kan treden. We heb-
7n thans een hanteerbaar werkschema.
re bedoeling is elk jaar een boek m
j.ohandeling te nemen. Als we ons aan
„'t schema houden, dan behoeven we
Os geen zorgen te maken over de tot-
E'hdkoming van een nieuw burgerlijk
ctboek. Volgens de door de regering
rvblgde indeling van prof. Meijers zal
hj-i nieuwe burgerlijke wetboek negen
^en tellen.
üifbof. Drion deelde mede, dat een Duitse
0>ver het initiatief heeft genomen het
v^erp van prof. Meijers van de eerste
'er boeken in het Duits te laten vertalen
Ij.^'nister Samkalden stelde nitdrukke-
Jk voorop, dat het nieuwe burgerlijke
ftletboek de rechtsovertuiging van de
ÏÏCerderheid van het Nederlandse volk
®bt te weerspiegelen. Daarom kon hij
®h niet verenigen met het socialistische
ï^hdement om de wettelijke onder-
h?Udsplicht van de kinderen tegenover
0Bn ouders te laten vervallen. De rechts-
btwikkeling stuwt ook naar het oordcel
1, de bewindsman naar verdergaande
harking van de onderhoudsplicht, maar
O®1 amendement van de P. v.d.A.loopt
deze ontwikkeling vooruit. Zover is
v® rechtsovertuiging van de meerderheid
n, het Nederlandse vofk nog niet ge-
i, ,0l»eerd. De minister achtte het niet
E'st deze ontwikkeling te forceren op
vvyze zoals zijn partijgenoten willen.
Anderz;jds was hij het ook niet eens
hn di«genen in de Kamer die de onder-
iUdspiic^t tussen grootouders en klein-
willen handhaven. Deze ver-
li* tinS dient in het huidige ontwikke-
„ppstadium uit ons wetboek te verdwij-
7* als niet meer in overeenstemming
de maatschappelijke werkelijkheid
vAder dat hiermede de zedelijke waarde
deze onderhoudsplicht wordt aange
tast. Op dit laatste legde de minister
groote nadruk.
We moeten hier duidelijk onderschei
den tussen zedelijke en rechtsplichten.
We staan haer voor de vraag, welke zede
lijke verplichtingen een juridische sanctie
dienen te krijgen. Bij de beantwoording
van deze vraag spelen maatschappelijke
omstandigheden een grote rol. Welnu, wat
zien wij in de feitelijke maatschappelijke
situatie?
Daarin voltrekt zich een ontwikkeling
in deze zin, aldus de minister, dat de
aandacht van de werkende generatie in
toenemende mate wordt opgeëist door de
zorg voor de toekomstige generatie, ter
wijl de zorg voor de oudere uit het ar
beidsproces uitgeschakelde generatie
meer en meer overgaat op de gemeen
schap.
Tegen deze achtergrond achtte de mi
nister handhaving van de wettelijke
onderhoudsplicht tussen kleinkinderen en
grootouders niet meer gerechtvaardigd.
De heer Berkhouwer (V.V.D.), die een
amendement heeft ingediend om deze
onderhoudsplicht in de wet te handhaven,
had achter deze gedachtengang van de
minister, die hij ook reeds in de schrif
telijke stukken had vertolkt, een mate
rialistische levensbeschouwing gezocht.
De minister voelde zich hierdoor onaan
genaam getroffen.
De heer Berkhouwer had enige voor
beelden van rijke grootouders en rijke
kleinkinderen, die nu buiten de greep
van de wettelijke sanctie zouden vallen.
De minister antwoordde hierop terecht,
dat dit slechts uitzonderingsgevallen ajjn.
De praktijk van de alimentatieplicht
speelt zich in hoofdzaak af in de kringen
van de niet-gefortuneerden. Het gaat
hier meestal om de man met de smalle
beurs, die staat voor zjjn verplichtingen
.jegens zijn gezin en die tegenover zijn
andere familieleden. De onderhoudsver
plichting tegenover groothouders berust
in feite meestal op niet-gefortuneerde
personen, die reeds onderhoudsverplich
tingen kunnen hebben jegens hun ouders
en schoonouders op een tijdstip, waarop
zü zelf pas kort gehuwd zijn en een jong
groeiend gezin moeten onderhouden of
sparen om een gezin te kunnen stichten.
Degenen, die zich tegen een beperking
van de wettelijke alimentatieplicht ver
zetten en dit. zien als een ondergraven
van de grondslagen van het familierecht,
zwijgen hierover geheel als de alimen
tatieplicht door nieuwe sociale voorzie
ningen, b.v. een wettelijke weduwenvoor-
zisning steeds meer wordt ingeperkt. Dit
achtte de bewindsman niet ten onrechte
niet consequent.
Mr. Bachg (K.V.P.) gaf gisteren reeds
uiting aan zijn sympathie over het amen
dement van de heer Berkhouwer om de
onderhoudsplicht tussen grootouders en
kleinkinderen te handhaven, maar dit zou
dan gepaard moeten gaan met een feite
lijke afschaffing van het verhaalsrecht in
deze verhouding. Maar, zo vroeg de be
windsman zich terecht af, wat is dan nog
het effect van een dergelijke wettelijke
plicht? Deze wettelijke verplichting heeft
tenslotte alleen zin, als aan haar verwe
zenlijking kracht kan worden bijgezet
door toepassing van het verhaalsrecht.
Een verzachting van het verhaalsrecht,
zoals door de heer Bachg bepleit, heeft
ook de regering in haar program geschre
ven, maar de verwezenlijking hiervan zou
wel erg moeilijk worden, ais we niet te
gelijk streven naar een redelijke beper
king van de alimentatieplicht.
Het regeringsontwerp, aldus de minis
ter, houdt het juiste midden tussen de
morele verplichtingen, die hier in het ge
ding zjjn, en de rechtsontwikkeling, die
op den duur een verdergaande beperking
van de wettelijke onderhoudsplicht mo
gelijk en wenselijk zal maken.
De bewindsman toonde zich verrast
door de wijze, waarop mr. Bachg giste
ren had gereageerd op de voorzichtige en
bescheiden poging, die hij had onder
nomen om een informeel gesprek tussen
enige vooraanstaande juristen van ver
schillende levensrichting op gang te bren
gen, teneinde aldus een grotere overeen
stemming te bereiken ten aanzien van
het echtscheidingsrecht, waarvan de hui
dige regeling voor iedereen onbevredi
gend is. De oorsprong van dit initiatief
ligt niet in de Eerste, maar in de Tweede
Kamer, waaruit reeds aandrang in deze
richting werd uitgeoefend voordat prof.
Diepenhorst dat deed in de Eerste Ka
mer. De heer Bachg schijnt te menen, dat
ik actief aan dit gesprek deelneem en de
resultaten beïnvloed. Dit is helemaal niet
het geval. Zijn vrees voor onvoldoende
behoedzaamheid van mijn kant in
deze kwestie is niet gerechtvaardigd, al
dus de bewindsman, die te dezer zake
hoopte op een meer positieve houding
van de heer Bachg.
Het verschil tussen de wettekst, die
echtscheiding door onderlinge toestem
ming verbiedt, en de werkelijkheid van
de rechtspraktijk, die dit toelaat, dringt
in steeds breder kring door en onder
mijnt meer en meer de eerbied voor de
wet. Wij zouden beneden de maat van de
ernst van het hier aan de orde zijnde
vraagstuk blijven, wanneer wc het be
scheiden middel van een informeel ge
sprek tussen enige juristen van verschil
lende levensrichting niet zouden aangrij
pen.
De minister beloofde de K.V.P.-woord
voerder, dat hij de invoering van de wet
van 1955 tot het tegengaan van lichtvaar
dige echtscheidingen op een zo vroeg
mogelijk tijdstip zou bevorderen. De moei
lijkheden met de Raden voor de Kinder
bescherming, die bestemd zijn om als ge
zinsraden op te treden, moeten echter
eerst overwonnen worden.
In het regeringsontwerp zijn een drietal
huwelijksbeletselen van het huidige recht
geschrapt, nl. het huwelijksverbod tussen
degenen, die volgens rechterlijk vonnis
met elkaar overspel hebben gepleegd, dat
tussen twager en schoonzuster en het
huwelijksverbod tussen oom en nicht en
tante en neef. De heer Van Rijckevorsel
(K.V.P.) wenst dit drietal echter te hand
haven, ook nadat minister Samkalden en
prof. Drion vandaag getracht hebben hem
tot andere gedachten te brengen. De heer
Van Rijckevorsel handhaafde met over
tuiging zijn amendementen tot behoud
van deze drie huwelijksbeletselen. Hier
over zal morgen gestemd worden, maar,
naar het zich laat aanzien, maken zij wei
nig kans, daar de P.v.d.A. en de C.H.U.
zich gisteren reeds bij monde van mej.
Zeelenberg en freule Wttewaal van Stoet
wegen voor het regeringsstandpunt heb
ben uitgesproken, terwijl de liberale frac
tieleider prof. Oud het vandaag deed.
Wat het overspel betreft, stelde de mi
nister uitdrukkelijk voorop, dat schrap
ping hiervan als huwelijksbeletsel in
genen dele betekent, dat de regering een
ander standpunt zou innemen t.a.v. de
laakbaarheid van deze handelwijze. Aan
deze laakbaarheid houdt de regering on
verminderd vast. Waar het hier echter
om gaat, is, of het nog zin heeft hieraan
uitdrukking te geven door overspel als
huwelijksverbod te handhaven. En op deze
vraag antwoordde de minister met even
veel overtuiging ontkennend als de heer
Rijckevorsel bevestigend.
De rechtspraktijk heeft aangetoond,
aldus de minister, dat in dit huwelijks
beletsel geen levend recht meer gezien
kan worden. De staatscommissie, die het
ontwerp-1886 heeft opgesteld, kwam
reeds tot de conclusie, dat het verbod
van een huwelijk tussen een overspeler
en de medeplichtige machteloos is om
overspel te voorkomen en als strafbepa
ling ongepast, terwijl het voor altijd be
let een onwettige betrekking door een
wettige te vervangen, zulks ten padele
van de kinderen, die uit deze verhouding
geboren worden.
Deze conclusie geldt ook nu onvermin
derd, aldus de bewindsman. De schrap
ping van dit huwelijksbeletsel betekent
allerminst, dat overspel niet meer zo erg
gevonden wordt, maar zij berust op de
overweging, dat men het vertrouwen in
de preventieve werking van dit verbod
verloren heeft.
De heer Van Rijckevorsel achtte het
argument, dat de kinderen van dit ver
bod het slachtoffer zijn, niet sterk, nu
de positie van overspelige kinderen in
het nieuwe B.W. aanzienlijk verbeterd
wordt. De minister gaf dit toe. Voortaan
kunnen deze kinderen erkend worden,
maar een wettiging door opvolgend hu
welijk blijft hun onthouden en dat kon
de minister niet accepteren.
Door dit verbod te schrappen handelt
de regering in strijd met de rechtsover
tuiging van een groot deel van het volk,
was het volgende argument van de
K.V.P.-spreker. Het gaat niet aan om
een norm, waartegen veel gezondigd
wordt, om die reden maar te schrappen.
De minister bracht hiertegenover het
strijdpunt tot zijn juiste proporties terug
door nog eens uitdrukkelijk te verklaren,
dat de laakbaarheid van overspel niet in
het geding is, maar de vraag, hoever de
draagwijdte is van het civiele recht om
aan deze laakbaarheid kracht bij te zet
ten.
De heer Van Rijckevorsel gaf zich ech
ter niet gewonnen. De rechtspraak heeft
dit verbod helemaal niet tot een dode let
ter gemaakt, zo meende hij aan de hand
van de jurisprudentie te kunnen stellen.
We streven in onze tijd naar waarheid
en oprechtheid in de menselijke verhou
dingen. De heer Van Rijckevorsel vond
dit een van de mooie kanten van onze
tijd. Maar dan moeten we overspel ook
zien en noemen zoals het is: echtbreuk en
degenen, dit dat gepleegd hebben, de
volle verantwoordelijkheid hiervoor laten
dragen. De minister was evenzeer voor
oprechtheid in de menselijke verhoudin
gen. Als wetgever moeten we, zo vond hij,
echter in de eerste plaats streven naar
waarheid en oprechtheid in de wet en
als we dat doen, dan dient dit huwelijks
verbod te verdwijnen.
ZO ZUIVER ALS
GOUD
WILSVEEN
nieuwe stad
(Van onze Haagse redactie)
De burgemeesters en wethouders van de gemeenten Den Haag, Voorburg,
Rijswijk, Leidschendam en Nootdorp hebben zich in een gezamenlijke
nota tot het College van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland gericht.
Hierin spreken zij zich o.m. uit voor de stichting van een nieuwe stad
in de polder Wilsveen, waarvan zij de stichting voor de agglomeratie van
groter belang vinden, dan het realiseren van het plan-Pijnacker, zoals dat
door de gemeente Delft is gedacht. Uit het gezamenlijk overleg is tevens
de gedachte geboren aan een nieuwe rechtsfiguur, die deze gemeenten
bindt, n.l. het district, die de belangen zal gaan behartigen die de geza
menlijke gemeenten gemeenschappelijk hebben. Omtrent de inrichting
van dit district is een uitvoerige en gedetailleerde nota bijgevoegd.
De gemeente Wassenaar is van mening, dat aan deze gedachte, gelet op
het eigen karakter van deze plaats, overwegende bezwaren verbonden zijn.
De gemeente Zoetermeer stemt niet in met de in beide nota's vervatte
plannen, omdat voor de realisering van het plan Wilsveen op ongeveer
een derde deel van het grondgebied van Zoetermeer beslag zal worden
gelegd.
gemeenten door de grote zouden worden
overvleugeld.
In verband met de uitbreidingsplannen
wordt gedacht aan een districtsdienst voor
ruimtelijke ordening en bouwnijverheid.
De kosten van het district worden over
de gemeenten omgeslagen. Over de mo
gelijkheid van de te bouwen nieuwe stad
Wilsveen opmerkelijk is dat nergens
meer van de satellietstad van Den Haag
wordt gesproken wordt tenslotte op
gemerkt, dat nog geen oplossing is ge
vonden voor de vraag, of deze deel uit
zal blijven maken van de gemeenten op
wier grondgebied zij is gebouwd, dan wel
een geheel nieuwe gemeente zal vormen,
ofwel dat een der gemeenten waarin
Wilsveen ligt, deze stad krijgt toegevoegd.
Nadat vorig jaar de gemeente Delft met
een verrassend plan naar voren was ge
komen om een satellietstad in Pijnacker
te bouwen en dit, terwijl officieus bekend
was dat Den Haag een plan-Wilsveen in
de maak had, is hierop nu kennelijk een
antwoord gegeven van de zijde van de
gemeente Den Haag, maar nu in samen
werking met het grootste deel der na
buurgemeenten, die de residentie nog
voor enkele jaren als vurige tegenstan
ders had gekend toen er nog sprake was
van annexatieplannen door Den Haag.
Onder leiding en op initiatief van bur
gemeester Kolfschoten zijn er sinds 20
februari jl. een tiental besprekingen ge
weest, die een beraad betekenden over
de samenwerking, die tussen Den Haag en
de omliggende gemeenten zou kunnen
onstaan in verband met het ruimtepro
bleem voor het gehele agglomeraat Den
Haag. Behalve dat, met uitzondering van
de gemeenten Wassenaar en Zoetermeer,
alle nabuurgemeenten geporteerd bleken
voor de stichting van een nieuwe stad in
de polder Wilsveen, grotendeels gelegen
op het grondgebied van Zoetermeer, is
tijdens dit beraad ook overeenstemming
bereikt over een toekomstige bestuurs
vorm, nl. die van een district.
In de nota van de colleges van B. en W.
van de gemeenten Den Haag, Voorburg,
Rijswijk, Leidschendam en Nootdorp, ge
richt aan Gedeputeerde Staten van Zuid-
Holland, wordt vastgesteld dat men tot
de slotsom is gekomen, dat de ernst en
de urgentie van het ruimteprobleem vóór
alles eisen dat thans een voortvarend be
leid wordt ontwikkeld, afgestemd op de
belangen van de gemeenten afzonderlijk,
maar tegelijk rekening houdend met het
belang van de gehele agglomeratie. Uiter
aard zullen hiervoor offers gevraagd wor
den, terwijl er maatregelen getroffen zul
len worden, die de meest vitale belangen
van de gemeenten zullen raken.
Nadat de genoemde gemeenten zich
hebben uitgesproken voor de stichting
van de nieuwe stad Wilsveen, wordt ge
sproken over de mogelijke vorming van
een nieuwe rechtsfiguur, nl. het district,
zij het dat men deze ontwikkeling in
fasen wil zien. In de aanvang zal binnen
dit district het beleid gericht zijn op het
treffen, in gemeenschappelijk overleg, van
een reeks praktische voorzieningen, om
zo spoedig mogelijk tot de stichting van
een nieuwe stad te geraken.
De verdere taken in de toekomst van
het district liggen op het gebied van het
ingezetenen wettelijk wordt gewaarborgd.
Wel wordt opgemerkt, dat de nieuwe
rechtsfiguur niet impliceert dat in alle
gemeenten alle bevoegdheden, welke op
den duur aan het nieuwe orgaan zouden
worden toegekend, ook door dit orgaan
zouden moeten worden uitgeoefend.
„Plaatselijke belangen kunnen in bepaal
de gevallen zó zwaar wegen, dat hun be
hartiging aan de lokale gemeenschap, dus
aan de gemeente moet blijven voorbe
houden."
Het wordt tenslotte de taak van de wet
gever geacht de juiste vorm te verlenen
aan deze plannen, indien deze in begin
sel aanvaard worden. Een afschrift van
de nota is tevens verzonden aan de mi
nisters Struycken en Witte.
Het toekomstige district zal, naar de
mening van de ondertekenaars der nota,
bestaan uit een districtsraad, een college
van gecommitteerde raden en een dis
trictscommissaris.
Het district blijft deel uitmaken van de
provincie en de besluiten van het districts-
bestuur zijn op overeenkomstige wijze aan
de goedkeuring van G.S. onderworpen als
dit het geval is met de besluiten der ge
meentebesturen. Extra voorzorgen zijn
genomen om te voorkomen dat de kleine
Wat de kunstmatige inseminatie betreft, j SSnheden
aandacht te schenken. Hij zou hierover
opnieuw overleg plegen met zijn ambtge
noot van Sociale Zaken en Volksgezond
heid.
Na de algemene beschouwingen is de
Kamer begonnen met de artikelsgewijze
behandeling. Morgen gaat zij hiermee
verder. Ad Int.
e^fterdag a.s. 7 september zullen A.
h,, Olieden L. Th. Paalvast en Chr. M.
li;,1Slhan te Maassluis hun 60-jarig huwe-
v £sfeest vieren. Uit dit echtpaar werden
2PK Aderen en zeventien kleinkinderen
°ore,n v-,=,1 de jongste zoon
^eéïren- z°ndag zal
Wi?!0,1, H. Paalvast S.C.J. thuis, Koningin
vaihelmmalaan 8, voor zijn 87-jarige
da*?C en 83-jarige moeder een H. Mis van
Dkb,
ert
aarheid opdragen. Vanavond arrl-
Pe-r K.L.M. op Schiphol de oudste
vv^i-er, Soèur*Egbertho uit South India,
w9,ZÜ 28 jaar in de missie werkzaam
voor een dienstreis naar Nederland
tee<ti eg zal de zuster dus ook
kunnen meemaken.
oo ®rrheldenswaard is tenslotte nog, dat
hu dezelfde dag van het diamanten
BoX 'iksfeest de broer van de bruid, de
.te ige pater Egbertus Huisman O.F.M
fes ,°hgeren (Be-lg-ië) zijn diamanten pro-
Hi! eest als Franciscaan zal vieren.
<ia2 zal het jubilerende echtpaar zon-
ttyijf0? 't receptieuur tussen 3 en 4 onge-
el<3 aan belangstelling niet ontbreken
kPu htinister van onderwijs, kunsten en
vaiJ nschappen heeft voor de toekenning
?"ryïei?beurzen aan letterkundigen twee
Op de. begraafplaats „Vestbe Gravlund in Oslo is dinsdag een Nederlands oorlogskerk-
ho' geopend. Vijfendertig Nederlandse militairen en burgers, die in de tweede wereld
oorlog zijn omgekomen hebben hier hun laatste rustplaats gevonden. Op de foto zien
we hoe de weduwe van een Nederlands militair het bronzen gedenkteken op de
begraafplaats onthult.
vraagstukken, vraagstukken van grondpo-
litiek en huisvestingsproblemen, zijn voor
de ondetekenaars van de nota aan G.S
reden geweest om te komen tot deze nieu
we rechtsfiguur, waarbij de behartiging
der belangen wordt opgedragen aan een
speciaal daarvoor in het leven geroepen
orgaan, in welks bestuur de invloed der
W*rkd«««n v««i 10-1730 uur
Zondigtn van 13-17.30 «ntr
Dinsdag-, dendardag- mm
aatardagavondan van 19-22 imr
„Het bestuur van de federatie van Ne
derlandse journalisten omvattende de
Nederlandse Journalisten-kring, de Ka
tholieke Nederlandse Journalisten-Kring
en de Protestants-Christeljjke Journalis
ten-Kring heeft zich beraden omtrent
het voornemen, dat de voorzitter van de
Tweede Kamer op 9 juli heeft aangekon-
tligd. inhoudende een beperking van het
aantal dagen waarop door de Tweede
Kamer vergaderd wordt van vier tot
drie", aldus luidt de aanhef van een
schrijven dat genoemd bestuur heeft ge
richt. tot de leden van de Tweede Kamer.
„Het wil het federatiebestuur voorko
men, dat de beperking van het aantal
vergaderdagen zal moeten leiden tot
schade aan de openbaarheid van het werk
der Kamer, voorzover deze beperking ge
paard zou gaan met een vergroting van
het aantal avondvergaderingen en voor
zover de avondvergaderingen niet meer
als voorheen zo nodig op dinsdag en don
derdag, doch op dinsdag en woensdag
zouden worden vastgesteld.
Het belang van een zo goed mogelijk
functionerende openbaarheid van het par
lementaire werk eist naar het inzicht van
het federatiebestuur eigenlijk reeds, dat
het 'aantal avondvergaderingen dat tot
dusverre gehouden placht te worden voor
vermindering in aanmerking zou worden
gebracht. Nu de plannen echter in de te
genovergestelde richting gaan moet het
federatiebestuur met te meer Kiem waar
schuwen.
Het meent dan ook een beroep op u
te moeten doen, gebruik te willen maken
van de uitwijkmogelijkheid, die op maan
dag nog voorhanden is, daarnaast W3re
te overwegen, het aantal avondvergade
ringen mede binnen redelijke grenzen
te houden door de vergaderingen over
méér weken te spreiden", aldus besluit
het schrijven.
Pater Leo Bakker S.J.. zal zondag om
tien uur in de St.-Petrus Canisius kerk
te Nijmegen zbjn Plechtige Eerste H. Mis
opdragen. Zijn vader, de weleerw. heer
G. Bakker, die op latere leeftijd de H.
Priesterwijding heeft ontvangen, is pres-
byter-assistens, terwijl zijn broer pater
Rob Bakker S.J. diaken is en een andere
broer, pater Piet Bakker S.J. sub-diaken.
0 ingesteld, te weten één voor de
v<wrde'ing van ingezonden poëzie en één
zawde beoordeling van ingezonden pro-
In >n-
eerstgenoemde jury zijn benoemd
n ^ord (voorzitter), Harriet Laurey en
hn, it en in de laatstgenoemde jury:
W Van Lokhorst (voorzitster), Michel
ö"r pias en Alfred Kossmann.
6).
Dewy klakte met haar tong. Aila, zei
ze alsof dat alles verklaarde. Ze vulde
de bak met hout en ging toen naar de
kast bij de gootsteen.
Ga zitten, zei ze over haar schouder
tegen Clint. Ik zal wat eten voor je klaar
maken. Daar slaap je beter op.
Hij plantte zijn ellebogen op het zeil
doek van de keukentafel, terwijl Devvy
eieren en spek in de pan wierp en wa
ter pompte. De aanrecht stond hoog op
gestapeld met vuile schalen en borden.
Hij maakte eruit op. dat Aila als huis
vrouw niet bepaald uitblonk. Eigenlijk
moest hij Devvy helpen, dacht hij, maar
hij was zo loom dat hij bleef zitten; ze
maakte trouwens niet de indruk, dat ze
hulp nodig had.
Zeg, zei hij, je vertelte me dat ik
hier al meer geweest ben. Als je me
daar eens iets meer van vertelde.
Ik heb niet gezegd dat het hier was.
Ze had twee borden gevuld en zette er
één voor hem neer. Het was bij de Mar
tinez kreek. En als je het je niet kunt
herinneren, zal ik je geheugen niet op
frissen.
Ze deed haar woorden van een koele
blik vergezeld gaan. Ze keerde terug
naar het fornuis en nam de koffiepot er
af.
Hij was uitgehongerd en at als een
wolf. Devvy schonk hem een tweede kop
koffie in.
Ze was links. Hij zag het driehoekige
litteken weer, dat wit afstak tegen het
bruin van haar huid. Die wond moest
pijn gedaan hebben.
Hoe kwam dat?
Ze keerde dadelijk haar hand om, zo
dat hij het litteken niet meer zien kon.
Doordat ik me met andermans zaken be
moeide, zei ze kortaf.
Goed, goed. ik vroeg het zo maar.
Zonder op te kijien wist hij, dat ze
hem gadesloeg. Maar ze sprak pas weer
toen hij zijn koffie op had.
Vanmiddag hoef je niet te wérken, zei
ze. Ik zal een kamer voor je in orde ma
ken. Voorlopig kun je op mijn bed gaan
liggen.
Hij volgde haar de wenteltrap op. Er
lag een versleten loper overheen. De
kamers boven bevonden zich aan weers
zijden van een rechte gang, die de ver
dieping van noord naar zuid in tweeën
verdeelde, zodat het er een beetje op een
kazerne leek. Eén deur stond op een kier;
hij zag lakens en dekens in een slordige
hoop op bed liggen, ondergoed en een
zijden kamerjas op de grond, een tafel
met een verzilverd toiletstel en dt nodi
ge parfumflesjes.
Dat was Aila's kamer, begreep hij.
Devvy's kamer was groter en eenvou
dig, op het kale af. Op de wastafel stond
een fles goedkope eau de cologne; er la
gen een kam en borstel en nagelvijl naast.
Op het grote bed lag een opgevouwen
deken en een bultig kussen.
Ik geloof dat ze weer aan het neu
zen is geweest, zei Devvy.
Dat doet me denken aan mijn va
der. Die bespioneerde me ook altijd.
Ze snuffelt altijd in mijn spullen.
Maar ze doet het niet handig, ik merk
het telkens.
Jullie kunnen zeker slecht met el
kaar opschieten?
Opschieten? Ze lachte wrang. Ze
haat me, maar ze is bang van me. Dat
is de enige reden, waarom ze af en
toe nog eens werkt.
Raar. zei Clint. Hij leunde tegen de
muur en keek haar aan. Buiten had ze
bijna zo groot geleken als hij, maar nu
hij haar zo van dichtbij bekeek, met haar
driehoekig gezichtje, de ferme mond en
de typische ogen, zag hij dat ze een aar
dig stuk kleiner was. En ze leek hem nu
ook ouder. Achttien minstens. Dan was
ze een jaar jonger dan hij.
Wat is raar? vroeg zij.
Deze kamer. Ik verwachtte trou
wens, dat zij er zo zou uitzien. Ze keek
hem achterdochtig aan, niet goed wetend
wat ze van hem denken moest. Wat be
doel je?
NouEr tintelde iets in zijn oren
en achter in zijn nek. Verdraaid, het was
niet iets dat je verklaren kon of onder
woorden brengen, net zomin als zij zou
kunnen zeggen waarom ze trots was op
haar moestuin. Net iets voor jou ik
weet niet hoe ik het zeggen moet. Geen
tierelantijnen, zoals op haar kamer. Hij
zocht onhandig naar woorden, terwijl ze
hem met die typische gevlekte ogen aan
keek. Maar toch zie je dadelijk dat het de
kamer van een meisje is.
Merci zei ze droog. Dat heeft Paddy
ook gezegd, alleen op een veel betere
manier.
Nou. zei Clint, ik bedoelde er niets
mee. Gek zoals ze hem met een enkel
woord wist af te straffen. Als je soms
denkt dat ik je wil vleien, dan vergis je
je. Ik vind je niet eens aardig.
Hij zag de vlammen op haar wangen.
Mooi! zei ze. Blij het te horen.
Ze keerde zich om en haar sandalen
ratelde de trap af. De achterdeur viel
met een slag dicht en het was weer stil
in huis.
Clint sloeg het kussen vlak. Ze liet
zich niet de baas spelen. In één ding had
ze gelijk gehad; ze zouden vaak ruzzie
hebben.
Maar hij kon niet lang boos blijven. Hij
had te veel slaap. Hij begroef zijn hoofd
in het kussen en was bijna onmiddellijk
onder zeil.
Eenmaal hij beleefde het half sla
pend, half wakend kwam er een klei
ne jongen in de deuropening en keek
naar hem, om dan weer stil te verdwij
nen. Hij hoorde een keer rumoer bene
den en een krachtige 6tem, die hij her
kende als zijnde afkomstig van Paddy
Burke. Hij hoorde de pomp in de keuken
knarsen, het gekletter van borden en
één keer lachte Devvy. Maar hij had
niet de macht om op te staan en toen
Devvy binnenkwam en zich over hem heen
boog, hoorde hij nauwelijks haar stem.
Moet je eten? vroeg zij en hij prevel
de: Nee, zonder zijn hoofd om te draaien.
Veel later klonken er beneden ook an
dere stemmen. De kwamer was al don
ker en de avondwind beroerde de gordij
nen. De stemmen van Devvy en een
vrouw. De woorden waren onverstaan
baar, maar de vrouw praatte luid en
toornig en één keer klonk er een geluid
alsof iemand hard een stoel naar achte
ren schoof.
Daarvan werd hij wakker en nu bleef
hij wakker. Hij had gedroomd, maar zo'n
droom had hij nog nooit gehad. Devvy
was erin voorgekomen, maar anders dan
hij haar vandaag had gezien. Ze droeg
een witte blouse met korte mouwen en
ze had een blauwe doek om haar haren.
Het was avond geweest, geen ochtend,
en op een andere plaats
Het was geen droom. Het was iets uit
zijn geheugen, een herinnering die in zijn
slaap op hem toe was komen drijven.
Doch het was allemaal nog verward en
hij kon er geen kop of staart in ontdek
ken. Het riep een teleurgesteld gevoel
in hem op, ook woede en verdriet. Zeker,
hij moest haar al eerder gezien heb
ben haar en Joe Peddar.
Niet overhaasten, dacht hij. Goed naden
ken. De herinnering lag als het ware
voor het grijpen. Hij durfde niet te for
ceren. Hier rustig blijven liggen.
(wordt vervolgd.
De eerwaarde br. Gabinus (P. Blan-
kendaal) van de Broeders van Barmhar
tigheid van St.-Joannes de Deo. hoopt op
8 september a.s. zijn zilveren klooster-
feest te vieren. Sedert augustus 1955 is hij
provinciaal overste van zijn congregatie
en in deze functie plaatsen naast het
vraagstuk van nieuwe roepingen de op
leiding van het verplegend personeel, de
uitbreiding en aanpassing van de onder
scheidene huizen enz. hem telkens weer
voor problemen, die alle aandacht en
toewijding vragen.
Vóór 1955 was br. Gabinus belast met
het bestuur van het Verpleeghuis St.-Jo
annes de Deo aan de Keizersgracht te
Amsterdam, De manier waarop hij deze
taak vervulde, bezorgde hem niet alleen
de goedkeuring van zijn oversten, maar
deed ook het verpleeghuis voor chroni
sche patiënten te Amsterdam groeien. Hij
maakte dit tot een model verpleeghuis.
Tot intentie van de jubilaris zal op za
terdag 14 september des morgens te
half negen een plechtige H. Mis van
dankbaarheid worden opgedragen in de
kapel van het provincialaat-noviciaat,
klooster Misericordia te Helvoirt.
Gistermiddag is bij Terschelling een
badgast verdronken. Het stoffelijk over
schot is nog niet gevonden.
De heer H. Sturing uit Leeuwarden,
ambtenaar van de provinciale water
staat van Friesland, die op Terschelling
logeerde, kwam toen hij in z«e baadde
tijdens vloed in een sterke branding te
recht. Hij werd van de been geslagen
en kon niet meer overeind komen, hoe
wel hij niet ver uit de kust was. De red
dingboot „Brandaris" voer uit om te zoe
ken, doch keerde onverrichter zake te
rug.