N Rechtsontwikkeling stuivt verdergaande beperking onderhoudsplicht naar van ïbcfUUUrti Den Haag en nabuurgemeenten wensen gezamenlijk R Het wrekende ivater ■er,eei MAGGI aftisttsssstmrtttsss "&Wryar«SKS: Journalisten tegen inkrimping van aantal vergaderdagen AMSTLEVEN levensverzekering I Minister Samkalden in Tweede Kamer Geen ondergraving der grondslagen van het familierecht huwelijk Zoetenneer en Wassenaar nemen afwijkende houding aan eisbeurzen voor letterkundigen vb diepgaande discussie over enige huwelijks- beletselen Vader en drie broers aan het altaar DONDERDAG 5 SEPTEMBER 1957 PAGINA 3 p 1its?Bks het fcit> dat hÜ *een civilist ls' t^?°U- zijn" Er was Onderhoudsplicht kinderen- ouders Onderhoudsplicht kleinkin deren-grootouders Theorie en praktijk Het juiste midden Echtscheidingsrecht Huivelijksbeletselen Overspel als huwelijksbeletsel Waarheid in menselijke ver houdingen zó bestaat er geen tweede! Slechts 28 cent per doosje met dubbel-tablet OUIUO DISTRICT ALS NIEUWE BESTUURSVORM Initiatief van burgemeester Kolfschoten Gemeenten behouden deel van autonomie Inrichting van het district OUDE KUNST- EN ANTIEKBEURS IN HET MUSEUM HET PRINSENHOF - DELFT - 6 t/m 22 SEPT. 1957 Schade aan Openbaarheid der Tweede Kamer >0r door ARTHUR MAYSE ZILVEREN PROFESSIEFEEST Br. GABINUS BADGAST BIJ TERSCHEL LING VERDRONKEN ii ast' n"a' o«' OP n ït1' •kei» VP,'ft's'cr Samkalden heeft vandaag de Bist lende sprekers beantwoord, die heteren het woord hebben gevoerd over Hik eerste boek van het nieuwe burger- ottd Wetboek. En htf heeft zich hierbij bou end geweerd. In een goed opgc- re ^d en helder betoog vertolkte hjj het V«j?riogsstandpunt ten aanzien van de walende kwesties, die aan de orde het ®B Kekomen, na eerst van zijn kant V_ Werk van de ministers Van Maarse- eerKi en Donker en van prof. Meiiers met "iefl gememoreerd te hebben, y, e bewindsman, die een schoonzoon is taB beof. Meijers, werd in zijn zware hn„ bijgestaan door de jonge Leidse 4 Bieraar in het burgerlijk recht prof. k'p P'ion, oud-leerling en opvolger van hleijers. er mij pijnlijk van bewust, zo Va aride prof Drion in de aanvang ii" zÜn eerste parlementaire rede, dat j, nier eigenlijk niet behoor te staan, tcmj kad prof. Meijers moeten staan, nder Wje dit grote werk nooit begon- DEN HAAG, 4 september. voor hem één een In sommige opzichten kan met zijn blik even hoog reiaen voorwaarde, dat hij op de schouders 2 de reus mag staan. titulatuur van prof. Drion leverde ka1®5 moeilijkheden op. Verschillende ]iilttler^eden duiden hem aan als konink lijk commissaris. .Voorzitter Kortenlhorst meende dit Praakgebruik te moeten corrigeren. jt°'Sens hem trad prof. Drion in de \ahier op als regeringscommissaris. Mi nder Samkalden interrumpeerde hierop Tv?*' grondwet in de hand, dat prof. »on als koninklijke commissaris hier «anwezig was Voorzitter Kortenhorst ?ttd het toen maar beter kortweg van "ae commissaris" te spreken. Pe minister noemde zijn assistent toen os nog een keer „bijzondere commis- lar'ls", waarop prof. Drion lachend op- ?erkte, dat zijn verschijning langzamer- and e-en kameleontische allure begon te riigen. Minister Samkelden vond het niet ver- 'afldig om nu al het hoofd te breken 7er de vraag, hoe lang het nog wel kan Uren. voordat het nieuwe burgerlijke ,™etboek in werking kan treden. We heb- 7n thans een hanteerbaar werkschema. re bedoeling is elk jaar een boek m j.ohandeling te nemen. Als we ons aan „'t schema houden, dan behoeven we Os geen zorgen te maken over de tot- E'hdkoming van een nieuw burgerlijk ctboek. Volgens de door de regering rvblgde indeling van prof. Meijers zal hj-i nieuwe burgerlijke wetboek negen ^en tellen. üifbof. Drion deelde mede, dat een Duitse 0>ver het initiatief heeft genomen het v^erp van prof. Meijers van de eerste 'er boeken in het Duits te laten vertalen Ij.^'nister Samkalden stelde nitdrukke- Jk voorop, dat het nieuwe burgerlijke ftletboek de rechtsovertuiging van de ÏÏCerderheid van het Nederlandse volk ®bt te weerspiegelen. Daarom kon hij ®h niet verenigen met het socialistische ï^hdement om de wettelijke onder- h?Udsplicht van de kinderen tegenover 0Bn ouders te laten vervallen. De rechts- btwikkeling stuwt ook naar het oordcel 1, de bewindsman naar verdergaande harking van de onderhoudsplicht, maar O®1 amendement van de P. v.d.A.loopt deze ontwikkeling vooruit. Zover is v® rechtsovertuiging van de meerderheid n, het Nederlandse vofk nog niet ge- i, ,0l»eerd. De minister achtte het niet E'st deze ontwikkeling te forceren op vvyze zoals zijn partijgenoten willen. Anderz;jds was hij het ook niet eens hn di«genen in de Kamer die de onder- iUdspiic^t tussen grootouders en klein- willen handhaven. Deze ver- li* tinS dient in het huidige ontwikke- „ppstadium uit ons wetboek te verdwij- 7* als niet meer in overeenstemming de maatschappelijke werkelijkheid vAder dat hiermede de zedelijke waarde deze onderhoudsplicht wordt aange tast. Op dit laatste legde de minister groote nadruk. We moeten hier duidelijk onderschei den tussen zedelijke en rechtsplichten. We staan haer voor de vraag, welke zede lijke verplichtingen een juridische sanctie dienen te krijgen. Bij de beantwoording van deze vraag spelen maatschappelijke omstandigheden een grote rol. Welnu, wat zien wij in de feitelijke maatschappelijke situatie? Daarin voltrekt zich een ontwikkeling in deze zin, aldus de minister, dat de aandacht van de werkende generatie in toenemende mate wordt opgeëist door de zorg voor de toekomstige generatie, ter wijl de zorg voor de oudere uit het ar beidsproces uitgeschakelde generatie meer en meer overgaat op de gemeen schap. Tegen deze achtergrond achtte de mi nister handhaving van de wettelijke onderhoudsplicht tussen kleinkinderen en grootouders niet meer gerechtvaardigd. De heer Berkhouwer (V.V.D.), die een amendement heeft ingediend om deze onderhoudsplicht in de wet te handhaven, had achter deze gedachtengang van de minister, die hij ook reeds in de schrif telijke stukken had vertolkt, een mate rialistische levensbeschouwing gezocht. De minister voelde zich hierdoor onaan genaam getroffen. De heer Berkhouwer had enige voor beelden van rijke grootouders en rijke kleinkinderen, die nu buiten de greep van de wettelijke sanctie zouden vallen. De minister antwoordde hierop terecht, dat dit slechts uitzonderingsgevallen ajjn. De praktijk van de alimentatieplicht speelt zich in hoofdzaak af in de kringen van de niet-gefortuneerden. Het gaat hier meestal om de man met de smalle beurs, die staat voor zjjn verplichtingen .jegens zijn gezin en die tegenover zijn andere familieleden. De onderhoudsver plichting tegenover groothouders berust in feite meestal op niet-gefortuneerde personen, die reeds onderhoudsverplich tingen kunnen hebben jegens hun ouders en schoonouders op een tijdstip, waarop zü zelf pas kort gehuwd zijn en een jong groeiend gezin moeten onderhouden of sparen om een gezin te kunnen stichten. Degenen, die zich tegen een beperking van de wettelijke alimentatieplicht ver zetten en dit. zien als een ondergraven van de grondslagen van het familierecht, zwijgen hierover geheel als de alimen tatieplicht door nieuwe sociale voorzie ningen, b.v. een wettelijke weduwenvoor- zisning steeds meer wordt ingeperkt. Dit achtte de bewindsman niet ten onrechte niet consequent. Mr. Bachg (K.V.P.) gaf gisteren reeds uiting aan zijn sympathie over het amen dement van de heer Berkhouwer om de onderhoudsplicht tussen grootouders en kleinkinderen te handhaven, maar dit zou dan gepaard moeten gaan met een feite lijke afschaffing van het verhaalsrecht in deze verhouding. Maar, zo vroeg de be windsman zich terecht af, wat is dan nog het effect van een dergelijke wettelijke plicht? Deze wettelijke verplichting heeft tenslotte alleen zin, als aan haar verwe zenlijking kracht kan worden bijgezet door toepassing van het verhaalsrecht. Een verzachting van het verhaalsrecht, zoals door de heer Bachg bepleit, heeft ook de regering in haar program geschre ven, maar de verwezenlijking hiervan zou wel erg moeilijk worden, ais we niet te gelijk streven naar een redelijke beper king van de alimentatieplicht. Het regeringsontwerp, aldus de minis ter, houdt het juiste midden tussen de morele verplichtingen, die hier in het ge ding zjjn, en de rechtsontwikkeling, die op den duur een verdergaande beperking van de wettelijke onderhoudsplicht mo gelijk en wenselijk zal maken. De bewindsman toonde zich verrast door de wijze, waarop mr. Bachg giste ren had gereageerd op de voorzichtige en bescheiden poging, die hij had onder nomen om een informeel gesprek tussen enige vooraanstaande juristen van ver schillende levensrichting op gang te bren gen, teneinde aldus een grotere overeen stemming te bereiken ten aanzien van het echtscheidingsrecht, waarvan de hui dige regeling voor iedereen onbevredi gend is. De oorsprong van dit initiatief ligt niet in de Eerste, maar in de Tweede Kamer, waaruit reeds aandrang in deze richting werd uitgeoefend voordat prof. Diepenhorst dat deed in de Eerste Ka mer. De heer Bachg schijnt te menen, dat ik actief aan dit gesprek deelneem en de resultaten beïnvloed. Dit is helemaal niet het geval. Zijn vrees voor onvoldoende behoedzaamheid van mijn kant in deze kwestie is niet gerechtvaardigd, al dus de bewindsman, die te dezer zake hoopte op een meer positieve houding van de heer Bachg. Het verschil tussen de wettekst, die echtscheiding door onderlinge toestem ming verbiedt, en de werkelijkheid van de rechtspraktijk, die dit toelaat, dringt in steeds breder kring door en onder mijnt meer en meer de eerbied voor de wet. Wij zouden beneden de maat van de ernst van het hier aan de orde zijnde vraagstuk blijven, wanneer wc het be scheiden middel van een informeel ge sprek tussen enige juristen van verschil lende levensrichting niet zouden aangrij pen. De minister beloofde de K.V.P.-woord voerder, dat hij de invoering van de wet van 1955 tot het tegengaan van lichtvaar dige echtscheidingen op een zo vroeg mogelijk tijdstip zou bevorderen. De moei lijkheden met de Raden voor de Kinder bescherming, die bestemd zijn om als ge zinsraden op te treden, moeten echter eerst overwonnen worden. In het regeringsontwerp zijn een drietal huwelijksbeletselen van het huidige recht geschrapt, nl. het huwelijksverbod tussen degenen, die volgens rechterlijk vonnis met elkaar overspel hebben gepleegd, dat tussen twager en schoonzuster en het huwelijksverbod tussen oom en nicht en tante en neef. De heer Van Rijckevorsel (K.V.P.) wenst dit drietal echter te hand haven, ook nadat minister Samkalden en prof. Drion vandaag getracht hebben hem tot andere gedachten te brengen. De heer Van Rijckevorsel handhaafde met over tuiging zijn amendementen tot behoud van deze drie huwelijksbeletselen. Hier over zal morgen gestemd worden, maar, naar het zich laat aanzien, maken zij wei nig kans, daar de P.v.d.A. en de C.H.U. zich gisteren reeds bij monde van mej. Zeelenberg en freule Wttewaal van Stoet wegen voor het regeringsstandpunt heb ben uitgesproken, terwijl de liberale frac tieleider prof. Oud het vandaag deed. Wat het overspel betreft, stelde de mi nister uitdrukkelijk voorop, dat schrap ping hiervan als huwelijksbeletsel in genen dele betekent, dat de regering een ander standpunt zou innemen t.a.v. de laakbaarheid van deze handelwijze. Aan deze laakbaarheid houdt de regering on verminderd vast. Waar het hier echter om gaat, is, of het nog zin heeft hieraan uitdrukking te geven door overspel als huwelijksverbod te handhaven. En op deze vraag antwoordde de minister met even veel overtuiging ontkennend als de heer Rijckevorsel bevestigend. De rechtspraktijk heeft aangetoond, aldus de minister, dat in dit huwelijks beletsel geen levend recht meer gezien kan worden. De staatscommissie, die het ontwerp-1886 heeft opgesteld, kwam reeds tot de conclusie, dat het verbod van een huwelijk tussen een overspeler en de medeplichtige machteloos is om overspel te voorkomen en als strafbepa ling ongepast, terwijl het voor altijd be let een onwettige betrekking door een wettige te vervangen, zulks ten padele van de kinderen, die uit deze verhouding geboren worden. Deze conclusie geldt ook nu onvermin derd, aldus de bewindsman. De schrap ping van dit huwelijksbeletsel betekent allerminst, dat overspel niet meer zo erg gevonden wordt, maar zij berust op de overweging, dat men het vertrouwen in de preventieve werking van dit verbod verloren heeft. De heer Van Rijckevorsel achtte het argument, dat de kinderen van dit ver bod het slachtoffer zijn, niet sterk, nu de positie van overspelige kinderen in het nieuwe B.W. aanzienlijk verbeterd wordt. De minister gaf dit toe. Voortaan kunnen deze kinderen erkend worden, maar een wettiging door opvolgend hu welijk blijft hun onthouden en dat kon de minister niet accepteren. Door dit verbod te schrappen handelt de regering in strijd met de rechtsover tuiging van een groot deel van het volk, was het volgende argument van de K.V.P.-spreker. Het gaat niet aan om een norm, waartegen veel gezondigd wordt, om die reden maar te schrappen. De minister bracht hiertegenover het strijdpunt tot zijn juiste proporties terug door nog eens uitdrukkelijk te verklaren, dat de laakbaarheid van overspel niet in het geding is, maar de vraag, hoever de draagwijdte is van het civiele recht om aan deze laakbaarheid kracht bij te zet ten. De heer Van Rijckevorsel gaf zich ech ter niet gewonnen. De rechtspraak heeft dit verbod helemaal niet tot een dode let ter gemaakt, zo meende hij aan de hand van de jurisprudentie te kunnen stellen. We streven in onze tijd naar waarheid en oprechtheid in de menselijke verhou dingen. De heer Van Rijckevorsel vond dit een van de mooie kanten van onze tijd. Maar dan moeten we overspel ook zien en noemen zoals het is: echtbreuk en degenen, dit dat gepleegd hebben, de volle verantwoordelijkheid hiervoor laten dragen. De minister was evenzeer voor oprechtheid in de menselijke verhoudin gen. Als wetgever moeten we, zo vond hij, echter in de eerste plaats streven naar waarheid en oprechtheid in de wet en als we dat doen, dan dient dit huwelijks verbod te verdwijnen. ZO ZUIVER ALS GOUD WILSVEEN nieuwe stad (Van onze Haagse redactie) De burgemeesters en wethouders van de gemeenten Den Haag, Voorburg, Rijswijk, Leidschendam en Nootdorp hebben zich in een gezamenlijke nota tot het College van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland gericht. Hierin spreken zij zich o.m. uit voor de stichting van een nieuwe stad in de polder Wilsveen, waarvan zij de stichting voor de agglomeratie van groter belang vinden, dan het realiseren van het plan-Pijnacker, zoals dat door de gemeente Delft is gedacht. Uit het gezamenlijk overleg is tevens de gedachte geboren aan een nieuwe rechtsfiguur, die deze gemeenten bindt, n.l. het district, die de belangen zal gaan behartigen die de geza menlijke gemeenten gemeenschappelijk hebben. Omtrent de inrichting van dit district is een uitvoerige en gedetailleerde nota bijgevoegd. De gemeente Wassenaar is van mening, dat aan deze gedachte, gelet op het eigen karakter van deze plaats, overwegende bezwaren verbonden zijn. De gemeente Zoetermeer stemt niet in met de in beide nota's vervatte plannen, omdat voor de realisering van het plan Wilsveen op ongeveer een derde deel van het grondgebied van Zoetermeer beslag zal worden gelegd. gemeenten door de grote zouden worden overvleugeld. In verband met de uitbreidingsplannen wordt gedacht aan een districtsdienst voor ruimtelijke ordening en bouwnijverheid. De kosten van het district worden over de gemeenten omgeslagen. Over de mo gelijkheid van de te bouwen nieuwe stad Wilsveen opmerkelijk is dat nergens meer van de satellietstad van Den Haag wordt gesproken wordt tenslotte op gemerkt, dat nog geen oplossing is ge vonden voor de vraag, of deze deel uit zal blijven maken van de gemeenten op wier grondgebied zij is gebouwd, dan wel een geheel nieuwe gemeente zal vormen, ofwel dat een der gemeenten waarin Wilsveen ligt, deze stad krijgt toegevoegd. Nadat vorig jaar de gemeente Delft met een verrassend plan naar voren was ge komen om een satellietstad in Pijnacker te bouwen en dit, terwijl officieus bekend was dat Den Haag een plan-Wilsveen in de maak had, is hierop nu kennelijk een antwoord gegeven van de zijde van de gemeente Den Haag, maar nu in samen werking met het grootste deel der na buurgemeenten, die de residentie nog voor enkele jaren als vurige tegenstan ders had gekend toen er nog sprake was van annexatieplannen door Den Haag. Onder leiding en op initiatief van bur gemeester Kolfschoten zijn er sinds 20 februari jl. een tiental besprekingen ge weest, die een beraad betekenden over de samenwerking, die tussen Den Haag en de omliggende gemeenten zou kunnen onstaan in verband met het ruimtepro bleem voor het gehele agglomeraat Den Haag. Behalve dat, met uitzondering van de gemeenten Wassenaar en Zoetermeer, alle nabuurgemeenten geporteerd bleken voor de stichting van een nieuwe stad in de polder Wilsveen, grotendeels gelegen op het grondgebied van Zoetermeer, is tijdens dit beraad ook overeenstemming bereikt over een toekomstige bestuurs vorm, nl. die van een district. In de nota van de colleges van B. en W. van de gemeenten Den Haag, Voorburg, Rijswijk, Leidschendam en Nootdorp, ge richt aan Gedeputeerde Staten van Zuid- Holland, wordt vastgesteld dat men tot de slotsom is gekomen, dat de ernst en de urgentie van het ruimteprobleem vóór alles eisen dat thans een voortvarend be leid wordt ontwikkeld, afgestemd op de belangen van de gemeenten afzonderlijk, maar tegelijk rekening houdend met het belang van de gehele agglomeratie. Uiter aard zullen hiervoor offers gevraagd wor den, terwijl er maatregelen getroffen zul len worden, die de meest vitale belangen van de gemeenten zullen raken. Nadat de genoemde gemeenten zich hebben uitgesproken voor de stichting van de nieuwe stad Wilsveen, wordt ge sproken over de mogelijke vorming van een nieuwe rechtsfiguur, nl. het district, zij het dat men deze ontwikkeling in fasen wil zien. In de aanvang zal binnen dit district het beleid gericht zijn op het treffen, in gemeenschappelijk overleg, van een reeks praktische voorzieningen, om zo spoedig mogelijk tot de stichting van een nieuwe stad te geraken. De verdere taken in de toekomst van het district liggen op het gebied van het ingezetenen wettelijk wordt gewaarborgd. Wel wordt opgemerkt, dat de nieuwe rechtsfiguur niet impliceert dat in alle gemeenten alle bevoegdheden, welke op den duur aan het nieuwe orgaan zouden worden toegekend, ook door dit orgaan zouden moeten worden uitgeoefend. „Plaatselijke belangen kunnen in bepaal de gevallen zó zwaar wegen, dat hun be hartiging aan de lokale gemeenschap, dus aan de gemeente moet blijven voorbe houden." Het wordt tenslotte de taak van de wet gever geacht de juiste vorm te verlenen aan deze plannen, indien deze in begin sel aanvaard worden. Een afschrift van de nota is tevens verzonden aan de mi nisters Struycken en Witte. Het toekomstige district zal, naar de mening van de ondertekenaars der nota, bestaan uit een districtsraad, een college van gecommitteerde raden en een dis trictscommissaris. Het district blijft deel uitmaken van de provincie en de besluiten van het districts- bestuur zijn op overeenkomstige wijze aan de goedkeuring van G.S. onderworpen als dit het geval is met de besluiten der ge meentebesturen. Extra voorzorgen zijn genomen om te voorkomen dat de kleine Wat de kunstmatige inseminatie betreft, j SSnheden aandacht te schenken. Hij zou hierover opnieuw overleg plegen met zijn ambtge noot van Sociale Zaken en Volksgezond heid. Na de algemene beschouwingen is de Kamer begonnen met de artikelsgewijze behandeling. Morgen gaat zij hiermee verder. Ad Int. e^fterdag a.s. 7 september zullen A. h,, Olieden L. Th. Paalvast en Chr. M. li;,1Slhan te Maassluis hun 60-jarig huwe- v £sfeest vieren. Uit dit echtpaar werden 2PK Aderen en zeventien kleinkinderen °ore,n v-,=,1 de jongste zoon ^eéïren- z°ndag zal Wi?!0,1, H. Paalvast S.C.J. thuis, Koningin vaihelmmalaan 8, voor zijn 87-jarige da*?C en 83-jarige moeder een H. Mis van Dkb, ert aarheid opdragen. Vanavond arrl- Pe-r K.L.M. op Schiphol de oudste vv^i-er, Soèur*Egbertho uit South India, w9,ZÜ 28 jaar in de missie werkzaam voor een dienstreis naar Nederland tee<ti eg zal de zuster dus ook kunnen meemaken. oo ®rrheldenswaard is tenslotte nog, dat hu dezelfde dag van het diamanten BoX 'iksfeest de broer van de bruid, de .te ige pater Egbertus Huisman O.F.M fes ,°hgeren (Be-lg-ië) zijn diamanten pro- Hi! eest als Franciscaan zal vieren. <ia2 zal het jubilerende echtpaar zon- ttyijf0? 't receptieuur tussen 3 en 4 onge- el<3 aan belangstelling niet ontbreken kPu htinister van onderwijs, kunsten en vaiJ nschappen heeft voor de toekenning ?"ryïei?beurzen aan letterkundigen twee Op de. begraafplaats „Vestbe Gravlund in Oslo is dinsdag een Nederlands oorlogskerk- ho' geopend. Vijfendertig Nederlandse militairen en burgers, die in de tweede wereld oorlog zijn omgekomen hebben hier hun laatste rustplaats gevonden. Op de foto zien we hoe de weduwe van een Nederlands militair het bronzen gedenkteken op de begraafplaats onthult. vraagstukken, vraagstukken van grondpo- litiek en huisvestingsproblemen, zijn voor de ondetekenaars van de nota aan G.S reden geweest om te komen tot deze nieu we rechtsfiguur, waarbij de behartiging der belangen wordt opgedragen aan een speciaal daarvoor in het leven geroepen orgaan, in welks bestuur de invloed der W*rkd«««n v««i 10-1730 uur Zondigtn van 13-17.30 «ntr Dinsdag-, dendardag- mm aatardagavondan van 19-22 imr „Het bestuur van de federatie van Ne derlandse journalisten omvattende de Nederlandse Journalisten-kring, de Ka tholieke Nederlandse Journalisten-Kring en de Protestants-Christeljjke Journalis ten-Kring heeft zich beraden omtrent het voornemen, dat de voorzitter van de Tweede Kamer op 9 juli heeft aangekon- tligd. inhoudende een beperking van het aantal dagen waarop door de Tweede Kamer vergaderd wordt van vier tot drie", aldus luidt de aanhef van een schrijven dat genoemd bestuur heeft ge richt. tot de leden van de Tweede Kamer. „Het wil het federatiebestuur voorko men, dat de beperking van het aantal vergaderdagen zal moeten leiden tot schade aan de openbaarheid van het werk der Kamer, voorzover deze beperking ge paard zou gaan met een vergroting van het aantal avondvergaderingen en voor zover de avondvergaderingen niet meer als voorheen zo nodig op dinsdag en don derdag, doch op dinsdag en woensdag zouden worden vastgesteld. Het belang van een zo goed mogelijk functionerende openbaarheid van het par lementaire werk eist naar het inzicht van het federatiebestuur eigenlijk reeds, dat het 'aantal avondvergaderingen dat tot dusverre gehouden placht te worden voor vermindering in aanmerking zou worden gebracht. Nu de plannen echter in de te genovergestelde richting gaan moet het federatiebestuur met te meer Kiem waar schuwen. Het meent dan ook een beroep op u te moeten doen, gebruik te willen maken van de uitwijkmogelijkheid, die op maan dag nog voorhanden is, daarnaast W3re te overwegen, het aantal avondvergade ringen mede binnen redelijke grenzen te houden door de vergaderingen over méér weken te spreiden", aldus besluit het schrijven. Pater Leo Bakker S.J.. zal zondag om tien uur in de St.-Petrus Canisius kerk te Nijmegen zbjn Plechtige Eerste H. Mis opdragen. Zijn vader, de weleerw. heer G. Bakker, die op latere leeftijd de H. Priesterwijding heeft ontvangen, is pres- byter-assistens, terwijl zijn broer pater Rob Bakker S.J. diaken is en een andere broer, pater Piet Bakker S.J. sub-diaken. 0 ingesteld, te weten één voor de v<wrde'ing van ingezonden poëzie en één zawde beoordeling van ingezonden pro- In >n- eerstgenoemde jury zijn benoemd n ^ord (voorzitter), Harriet Laurey en hn, it en in de laatstgenoemde jury: W Van Lokhorst (voorzitster), Michel ö"r pias en Alfred Kossmann. 6). Dewy klakte met haar tong. Aila, zei ze alsof dat alles verklaarde. Ze vulde de bak met hout en ging toen naar de kast bij de gootsteen. Ga zitten, zei ze over haar schouder tegen Clint. Ik zal wat eten voor je klaar maken. Daar slaap je beter op. Hij plantte zijn ellebogen op het zeil doek van de keukentafel, terwijl Devvy eieren en spek in de pan wierp en wa ter pompte. De aanrecht stond hoog op gestapeld met vuile schalen en borden. Hij maakte eruit op. dat Aila als huis vrouw niet bepaald uitblonk. Eigenlijk moest hij Devvy helpen, dacht hij, maar hij was zo loom dat hij bleef zitten; ze maakte trouwens niet de indruk, dat ze hulp nodig had. Zeg, zei hij, je vertelte me dat ik hier al meer geweest ben. Als je me daar eens iets meer van vertelde. Ik heb niet gezegd dat het hier was. Ze had twee borden gevuld en zette er één voor hem neer. Het was bij de Mar tinez kreek. En als je het je niet kunt herinneren, zal ik je geheugen niet op frissen. Ze deed haar woorden van een koele blik vergezeld gaan. Ze keerde terug naar het fornuis en nam de koffiepot er af. Hij was uitgehongerd en at als een wolf. Devvy schonk hem een tweede kop koffie in. Ze was links. Hij zag het driehoekige litteken weer, dat wit afstak tegen het bruin van haar huid. Die wond moest pijn gedaan hebben. Hoe kwam dat? Ze keerde dadelijk haar hand om, zo dat hij het litteken niet meer zien kon. Doordat ik me met andermans zaken be moeide, zei ze kortaf. Goed, goed. ik vroeg het zo maar. Zonder op te kijien wist hij, dat ze hem gadesloeg. Maar ze sprak pas weer toen hij zijn koffie op had. Vanmiddag hoef je niet te wérken, zei ze. Ik zal een kamer voor je in orde ma ken. Voorlopig kun je op mijn bed gaan liggen. Hij volgde haar de wenteltrap op. Er lag een versleten loper overheen. De kamers boven bevonden zich aan weers zijden van een rechte gang, die de ver dieping van noord naar zuid in tweeën verdeelde, zodat het er een beetje op een kazerne leek. Eén deur stond op een kier; hij zag lakens en dekens in een slordige hoop op bed liggen, ondergoed en een zijden kamerjas op de grond, een tafel met een verzilverd toiletstel en dt nodi ge parfumflesjes. Dat was Aila's kamer, begreep hij. Devvy's kamer was groter en eenvou dig, op het kale af. Op de wastafel stond een fles goedkope eau de cologne; er la gen een kam en borstel en nagelvijl naast. Op het grote bed lag een opgevouwen deken en een bultig kussen. Ik geloof dat ze weer aan het neu zen is geweest, zei Devvy. Dat doet me denken aan mijn va der. Die bespioneerde me ook altijd. Ze snuffelt altijd in mijn spullen. Maar ze doet het niet handig, ik merk het telkens. Jullie kunnen zeker slecht met el kaar opschieten? Opschieten? Ze lachte wrang. Ze haat me, maar ze is bang van me. Dat is de enige reden, waarom ze af en toe nog eens werkt. Raar. zei Clint. Hij leunde tegen de muur en keek haar aan. Buiten had ze bijna zo groot geleken als hij, maar nu hij haar zo van dichtbij bekeek, met haar driehoekig gezichtje, de ferme mond en de typische ogen, zag hij dat ze een aar dig stuk kleiner was. En ze leek hem nu ook ouder. Achttien minstens. Dan was ze een jaar jonger dan hij. Wat is raar? vroeg zij. Deze kamer. Ik verwachtte trou wens, dat zij er zo zou uitzien. Ze keek hem achterdochtig aan, niet goed wetend wat ze van hem denken moest. Wat be doel je? NouEr tintelde iets in zijn oren en achter in zijn nek. Verdraaid, het was niet iets dat je verklaren kon of onder woorden brengen, net zomin als zij zou kunnen zeggen waarom ze trots was op haar moestuin. Net iets voor jou ik weet niet hoe ik het zeggen moet. Geen tierelantijnen, zoals op haar kamer. Hij zocht onhandig naar woorden, terwijl ze hem met die typische gevlekte ogen aan keek. Maar toch zie je dadelijk dat het de kamer van een meisje is. Merci zei ze droog. Dat heeft Paddy ook gezegd, alleen op een veel betere manier. Nou. zei Clint, ik bedoelde er niets mee. Gek zoals ze hem met een enkel woord wist af te straffen. Als je soms denkt dat ik je wil vleien, dan vergis je je. Ik vind je niet eens aardig. Hij zag de vlammen op haar wangen. Mooi! zei ze. Blij het te horen. Ze keerde zich om en haar sandalen ratelde de trap af. De achterdeur viel met een slag dicht en het was weer stil in huis. Clint sloeg het kussen vlak. Ze liet zich niet de baas spelen. In één ding had ze gelijk gehad; ze zouden vaak ruzzie hebben. Maar hij kon niet lang boos blijven. Hij had te veel slaap. Hij begroef zijn hoofd in het kussen en was bijna onmiddellijk onder zeil. Eenmaal hij beleefde het half sla pend, half wakend kwam er een klei ne jongen in de deuropening en keek naar hem, om dan weer stil te verdwij nen. Hij hoorde een keer rumoer bene den en een krachtige 6tem, die hij her kende als zijnde afkomstig van Paddy Burke. Hij hoorde de pomp in de keuken knarsen, het gekletter van borden en één keer lachte Devvy. Maar hij had niet de macht om op te staan en toen Devvy binnenkwam en zich over hem heen boog, hoorde hij nauwelijks haar stem. Moet je eten? vroeg zij en hij prevel de: Nee, zonder zijn hoofd om te draaien. Veel later klonken er beneden ook an dere stemmen. De kwamer was al don ker en de avondwind beroerde de gordij nen. De stemmen van Devvy en een vrouw. De woorden waren onverstaan baar, maar de vrouw praatte luid en toornig en één keer klonk er een geluid alsof iemand hard een stoel naar achte ren schoof. Daarvan werd hij wakker en nu bleef hij wakker. Hij had gedroomd, maar zo'n droom had hij nog nooit gehad. Devvy was erin voorgekomen, maar anders dan hij haar vandaag had gezien. Ze droeg een witte blouse met korte mouwen en ze had een blauwe doek om haar haren. Het was avond geweest, geen ochtend, en op een andere plaats Het was geen droom. Het was iets uit zijn geheugen, een herinnering die in zijn slaap op hem toe was komen drijven. Doch het was allemaal nog verward en hij kon er geen kop of staart in ontdek ken. Het riep een teleurgesteld gevoel in hem op, ook woede en verdriet. Zeker, hij moest haar al eerder gezien heb ben haar en Joe Peddar. Niet overhaasten, dacht hij. Goed naden ken. De herinnering lag als het ware voor het grijpen. Hij durfde niet te for ceren. Hier rustig blijven liggen. (wordt vervolgd. De eerwaarde br. Gabinus (P. Blan- kendaal) van de Broeders van Barmhar tigheid van St.-Joannes de Deo. hoopt op 8 september a.s. zijn zilveren klooster- feest te vieren. Sedert augustus 1955 is hij provinciaal overste van zijn congregatie en in deze functie plaatsen naast het vraagstuk van nieuwe roepingen de op leiding van het verplegend personeel, de uitbreiding en aanpassing van de onder scheidene huizen enz. hem telkens weer voor problemen, die alle aandacht en toewijding vragen. Vóór 1955 was br. Gabinus belast met het bestuur van het Verpleeghuis St.-Jo annes de Deo aan de Keizersgracht te Amsterdam, De manier waarop hij deze taak vervulde, bezorgde hem niet alleen de goedkeuring van zijn oversten, maar deed ook het verpleeghuis voor chroni sche patiënten te Amsterdam groeien. Hij maakte dit tot een model verpleeghuis. Tot intentie van de jubilaris zal op za terdag 14 september des morgens te half negen een plechtige H. Mis van dankbaarheid worden opgedragen in de kapel van het provincialaat-noviciaat, klooster Misericordia te Helvoirt. Gistermiddag is bij Terschelling een badgast verdronken. Het stoffelijk over schot is nog niet gevonden. De heer H. Sturing uit Leeuwarden, ambtenaar van de provinciale water staat van Friesland, die op Terschelling logeerde, kwam toen hij in z«e baadde tijdens vloed in een sterke branding te recht. Hij werd van de been geslagen en kon niet meer overeind komen, hoe wel hij niet ver uit de kust was. De red dingboot „Brandaris" voer uit om te zoe ken, doch keerde onverrichter zake te rug.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1957 | | pagina 3