Groeiend aantal delinquenten
geestelijk gestoord
3kmes?ere lu,i<f?
Koeler weer met weinig regen
door J. M. ELSING
Meer begrip voor achtergronden van
crimineel gedrag
Nieuwe haarmode
fU*t&
Nationale Reclasseringsdag vraagt opnieuw de aandacht
Nieuwe wegen in therapeutische behandeling
r'
VB
ZATERDAG 28 SEPTEMBER 1957
PAGINA
Nieuwe vorm van therapie
Erfelijkheid dubieus begrip
Niet van brood alleen
Opvallende karaktertrekken
Nazorg zorgenkind
Bedroevende gang van
zaken
Badydeuiuzeep
p
WAAKZAAMHEID
Waakzaamheid en veiligheid gaan hand in hand.
Blijf ook waakzaam wanneer het gaat om de toekomst van u en uw gezin.
De levensverzekering vormt het middel bij uitstek om financiële toe-
komstzorgen uit te bannen.
Concordia waakt reeds 50 jaren lang over de belangen die de verzeker
den haar hebben toevertrouwd.
Zij biedt Maximale Zekerheid tegen Minimale Premie en laat bovendien de
bedrijfsoverschotten direct of indirect volledig aan de verzekerden
ten goede komen. Ook voor de toekomst!
Wilt u meer weten over een u financieel passende levensverzekeringSchrijf dan aan.
CONCORDIA, Oudenoord 10, Utrecht
en u ontvangt - geheel vrijblijvend - alle gewenste nadere inlichtingen.
Saar
Specialist in
luxe damesschoenen
VIJFHEUVELENPLAN IN
NIJMEGEN GAAT DOOR
(Van onze verslaggever)
Evenals vorige jaren vraagt ook dit jaar het reciasseringswerk ter gelegenheid
van de Nationale Reclasseringsdag weer een moment de bijzondere aandacht
van het publiek.
Het mag langzamerhand wel als hekend verondersteld worden, dat deze
Nationale Reclasseringsdag, welke uitgaat van de Vereniging van Reclasserings-
instellingen, en dit jaar op 5 oktober a.s. wordt gehouden, niet alleen ten doei
heeft de zo dringend nodige gelden ln te zamelen, maar evenzeer om de re-
classeringsgedachte in steeds breder kringen te verbreiden. Met het oog hierop
is dit jaar in het bijzonder de reclassering van geestelijk gestoorden in het
middelpunt van de belangstelling gebracht. Men heeft hiermede een onderdeel
van het reciasseringswerk op de voorgrond geschoven, dat van toenemende
betekenis wordt.
Van het aantal delinquenten blijkt n.l. een groeiend percentage te bestaar.
uit mensen, die in meer of mindere mate geestelijk gestoord zijn.
Het onderkennen van deze ontwikkeling
hangt ten nauwste samen met een belang
rijke wending in het denken over de
geestelijk gestoorde mens. Zocht men
vroeger bij voorkeur de verklaring van
abnormale gedragingen ln erfelijkheids
factoren, na de oorlog heeft men meer en
meer oog gekregen voor de enorme invloed
van het sociale milieu, waarin de jonge
mens opgroeit.
Op een persconferentie, welke gehou
den werd in de reclasseringsgemeenschap
„Groot Batelaar" te Lunteren en gewijd
was aan de reclassering van geestelijk ge
stoorden, is deze ontwikkeling door twee
terzake deskundigen, nl. de psychiater dr.
J. Kloek, directeur van de dr. F. S.
Meyers-vereniging en mr. G. W. Arend-
sen Hein, eerste geneesheer van „Groot
Batelaar", scherp in het licht gesteld.
Voor een zeer belangrijk deel bestaat
dat trieste leger van delinquenten uit
mensen, die in hun jeugd niet die geborgen
heid en liefdevolle aandacht ontvingen,
die ieder kind nodig heeft om tot een
geestelijk gezond mens uit te groeien.
Door deze affectieve verwaarlozing is de
mens later vaak niet in staat tot een ge
zond medemenselijk contact te komen en
vervalt hij in conflictsituaties gemakke
lijk tot crimineel gedrag als middel om
zich te handhaven.
De ziekelijke stoornis, waaraan de neu
rotische delinquent lijdt, aldus mr. Arend-
sen Hein, ligt niet in de eerste plaats in
de aanleg of structuur van zijn persoon
lijkheid, maar in zijn betrekking tot de
medemens en de maatschappij, waarmee
hij zich niet verbonden gevoelt en die hij
daarom als vijandig beleeft.
neiging om de weg van de minste weer
stand te kiezen, een gering vermogen tot
het aangaan van diepere gevoelsbindm-
gen als gevolg van een groot wantrouwen
in de medemens, een gering vermogen om
teleurstellingen en onrechtvaardigheden
te verdragen, een overgevoeligheid voor
krenkingen, een groot tekort aan gemeen
schapsgevoel e.d. Deze karaktertrekken
vormen op hun beurt een vruchtbare voe
dingsbodem voor het ontstaan van een
sterk minderwaardigheidsgevoel, een fun
damenteel gebrek aan zelfvertrouwen en
dit bevordert weer het isoleringsproces,
het a-sociaal worden, het niet-meer-in-
gemeenschap-zijn, het kernpunt, waar al
les om draait.
Door de nieuwe inzichten in de achter
gronden van het criminele, a-sociale ge
drag, heeft ook het therapeutische den
ken nieuwe wegen ontdekt. In wezen
gaat het er om deze a-sociale mensen uit
hun isolement te verlossen en ze met het
leven en de gemeenschap te verzoenen
door hun alsnog het psychische voedsel
te geven, dat zij in hun jeugd en in het
verdere leven zo node gemist hebben.
Met het oog hierop wordt in de laatste
jaren vooral de behandeling in groeps
verband meer en meer toegepast. Deze
nieuwe vorm van psycho-therapie Is nl.
van onschatbare waarde gebleken.
Zij Is, zo constateerde mr. Arcndsen
Hein, op grond van de ervaringen, welke
hiermede in „Groot Batelaar" zijn op
gedaan. bü uitstek geschikt voor de
therapeutische behandeling in inrichtin
gen en heeft eigenlijk pas de mogelijk
heden geschapen om grotere groepen
van mensen psychotherapeutisch te hel
pen. Zjj biedt gelegenheid de gestoorde
sociale relaties aan de dag te doen tre
den, gevoelens af te reageren, de een
zaamheid te doorbreken en de egocen
trische instelling te verminderen.
Daarnaast worden op „Groot Batelaar
dat zich geheel toelegt op de behandeling
van neurotische delinquenten meren
deels ter beschikking van de regering ge
stelde recidivisten, welke psychische ont
wikkelingsstoornissen vertonen nog
verschillende andere middelen aangewend.
zoals het vrij werken met verf en klei
om bepaalde gevoelens los te maken of
tot ontplooiing te brengen (z.g. creatieve
expressie), het psychodrama (spontaan uit
spreken van gevoelens in het kader van
een toneelstuk), training in arbeidsdisci
pline, in het verdragen van kleine on
rechtvaardigheden en frustraties enz., en
een verbreding van kennis en sociaal
blikveld.
De resultaten van deze nieuwe therapie
zijn bevredigend. Van degenen, die de
laatste drie jaar zijn behandeld, hebben
ongeveer 44 pet de therapie tot het emu
toe volgehouden en zijn verbeterd,
deel zelfs aanzienlijk verbeterd
maatschappij teruggekeerd.
een
in de
Het begrip „erfelijkheid", waar vorige
generaties zo in geloofden, als zij het ab
normale gedrag wilden verklaren, is in
onze tijd zeer dubieus geworden, zo con
stateerde dr. Kloek. Trouwens ook ln de
biologie is het begrip „erfelijkheid" wan
kel geworden. Men kijkt thans meer naar
het innerlijk van de mens en tracht door
te dringen tot de diepere oorzaken en
drijfveren, die het menselijk denken en
handelen beheersen. Men heeft hierdoor
meer begrip gekregen voor de werkelijke,
geestelijke en sociale achtergronden van
het criminele gedrag.
De a-sociale ontwikkelingsgang der
geestelijk gestoorden, aldus de andere des
kundige mr. Arcndsen Hein, is veelal net
gevolg van psychische voedingsstoornissen
(tekort aan liefde, begrip, warmte en vei
ligheid, gebrek aan leiding, verwenning
e.d.) en psychische verwondingen (agres
sie, verraad of desertie van ouders, ver-
trouwensbreuk, chronische vernedering
e.d.) in de jeugd.
Vroeger dacht men ln de medische we
reld, dat men klaar was, als een goede
materiële verzorging was gewaarborgd.
In onze tijd heeft men ontdekt, dat de
mens niet leeft van brood alleen, maar
dat affectieve geborgenheid en liefdevolle
aandacht voor een gezonde uitgroei van
de Jonge mens van even grote betekenis
zijn, ja dat affectieve verwaarlozing eigen
lijk nog ernstiger is dan materiële tekor
ten.
(Advertentie)
In het karakter van deze geestelijk ge
stoorde medemensen vallen vooral op een
Kapper Serfaty te Parijs lanceerde
de nieuwe haarmode voor kinderen
van vijjtien jaar en jonger.
De overgang naar de maatschappij is
altijd een kritieke fase in het reciasse
ringswerk en daarom is intensieve nazorg
gedurende de eerste tijd zeer gewenst.
Deze nazorg is zelf een zorgenkind voor
de reclassering. Het valt niet mee hier
voor de geschikte mensen te vinden.
„Groot Batelaar" houdt de nazorg daar
óm maar in eigen hand.
Bovendien is men ten zeerste aangewe
zen op de medewerking van degenen, die
het geluk hebben gehad hun conflicten
en moeilijkheden op een „nette" of al
thans niet door de politie achterhaalde
wijze af te reageren of op te lossen, de
z.g. fatsoenlijke, correct handelende men
sen, die ten aanzien van in de maatschap
pij terugkerende delinquenten, vooral als
zij geestelijk gestoord waren, soms een
ontstellend wanbegrip aan de dag leggen
en het deze gevallen en zich moeizaam
weer oprichtende medemensen hierdoor
nog eens extra moeilijk maken.
Het is te hopen, dat de Nationale
Reclasseringsdag van dit jaar bij velen
het begrip voor het vaak zo uitermate
moeilijke reciasseringswerk zal verleven
digen en verdiepen en natuurlijk ook, dat
men zijn waardering voor het werk ach
ter de schermen op royale wijze zal weten
te demonstreren, als de nationale inzame
lingsactie wordt gehouden alle bestedings
beperking ten spijt.
Op de keper beschouwd is het reclasse
ringswerk een stuk niet te onderschatten
bestedingsbeperking. Door een goede re
classering kunnen miljoenen worden be
spaard, die anders nodig zullen zijn voor
de berechting, verpleging en verzorging
van delinquenten, die weer in allerlei
misdadigheid terugvallen, omdat aan hun
reclassering niet voldoende is gedaan.
Hierbij valt vooral te denken aan de
geestelijk-gestoorde delinquenten, die
eigenlijk al b« de eerste misstap grondig
psychiatrisch behandeld dienden te wor
den, daar het delict, dat zij pleegden,
veeleer een symptoom is van een gecsto
lijke stoornis dan een uiting van „gezond
crimineel gedrag, dat met een passende
straf kan worden afgedaan.
In feite is het echter nog zo, dat men
deze mensen eerst talrijke malen laat
mislukken, hetgeen gezien hun geestelijke
afwijking met een hoge mate van waar
schijnlijkheid voorspeld kan worden, en
pas als z\j tot recidivisten met een in
drukwekkende staat van dienst^zijn „uit
gegroeid", komt men er ten einde raad
toe hun de psychotherapeutische behan
deling te geven, die zq al in een veel
vroeger stadium dringend nodig hadden
en waarop zjj in wezen ook recht hebben.
Deze bedroevende gang van zaken be
tekent een nodeloze verspilling van be
lastinggelden en een onverantwoord om
gaan met het levensgeluk van medemen
sen, die in hun jeugd veelal toch al zo
veel tekort gekomen zijn.
Men zou hiertegen kunnen inbrengen,
dat het huidige apparaat, dat zich met
de delinquenten in onze samenleving in
laat, hierop nog niet is ingesteld. Wij heb
ben hiervoor zeker begrip, maar laat men
dan alle krachten inspannen om tot een
rechtvaardiger en doelmatiger behandeling
te komen van de geestelijk-gestoorden
onder de delinquenten.
(Van onze weerkundige medewerker)
De kans is aanwezig, dat in het zuiden
van ons land gedurende dit week-einde
geen regen gaat vallen, maar op de meeste
plaatsen zal de storing, die nu van Enge
land over de Noordzee naar het oosten
trekt, opnieuw enige nattigheid brengen.
Behoefte heeft men hieraan ni.et direct
meer, want met een lancjsgemiddelde van
ruim 150 millimeter water Is deze septem
bermaand de natste van de laatste hon
derd jaar geworden.
Achter een depressie boven Scandinavië
stroomt via IJsland koudere lucht m de
richting van Schotland. Deze kan zondag
tot ons land doordingen, maar daarbij zijn
toch ook opklaringen te verwachten.
Koud wordt het al in Finland en Noord-
Zweden, waar de laatste dagen de
sneeuw is gevallen van dit seizoen. Zuid-
Europa profiteert nog van een nazomertje
(22—25 gr. C.) maar de temperatuur begint
ook daar langzaam te dalen.
Ondanks het tekort op de begroting van
Nijmegen, waardoor B. en W. in de toe
lichting op dit stuk enigszins somber ge
stemd zijn, zal men de uitvoering van
het Vijf Heuvelenplan niet ophouden en
is ook voor 1958 een bedrag van 5 mil
joen uitgetrokken om van Nijmegen een
„open stad" te maken.
Het Vijf Heuvelenplan beoogt de sane
ring van de oude stad langs de Waal dus
danig te geschieden, dat op vele plaat
sen „doorkijken" op de Waal worden ge
schapen- De verwezenlijking van het Piarl
zal ongeveer 15 jaar in beslag nemen.
NOODLANDING!
- Het ligt in mijn bedoeling Wallet op de man af een
paar vragen te stellen, tenzijhij aarzelt en
haar. Luister eens even, mevrouwMelsenikhebde
indruk dat U en Waller geen onbekenden voor elkaar
zijn. Ik acht het zeer goed mogelijk dat ik bezig ben
mij te mengen in een zaak die noch mij noch de l.
M. aangaat. Tenslotte is niemand verplicht onder
ede te verklaren, met welk opzet een reisbeurs wordt
aangekocht. Misschien kunt U mijn argwaan met
een paar woorden doen verdwijnen, dan zet ik d
zaakje weer uit mijn hoofd en dan voor goed. Dat zou
mij veruit het aangenaamste zijn, want ik voel er
helemaal niets voor een soort detectiverol te ver
vullen! Zo, mevrouw, nu weet u alles.
Even is het stil. Dan zegt Erna vlug, want ze zijn de
poort van de nederzetting genaderd, waar het gezel
schap op hen wacht:
Ik dank u voor het vertrouwen, meneer de pre
sident. Ik ken Waller inderdaad zeer goed. Ik zal
trachten straks met hem te praten. Daarna zal ik
u bescheid geven.
En dan komt de nacht over Reggam. De hemel staat
vol sterren, maar de wind zoeft over de eindeloze
tigheid verfrissend aandoet. Hij
vrouw staat te weifelen.
—Je hebt zeker nog geen slaap?
Inderdaad niet.
Bekommer je verder dan niet om mij.
Goed, dan ga ik nog een half uurtje
dak. Slaap lekker.
Krijg ik geen zoen"
bemerkt dat zijn
En je handelt zo, omdat je nog altijd dezelfde
sadist bent van vroeger! Omdat jij er nog steeds
behoefte aan hebt alles te martelen wat je Dezit, of
meent te bezitten jezelf niet uitgesloten.
Terwijl Erna sprak heeft Waller iets uit zijn zak
gehaald en tussen haar en hem op het buffet gelegd,
zonder de bük van haar af te wenden.
Zie je dit hier?
Zij kijkt strak naar de kleine browning. En zwijgt
even. Dan glimlacht, zij.
Schei uit! Dat is toch banaal, ouderwets en ro
mantisch! Allemaal dingen waar jij een hekel aan
naar het hebt. Ik dacht dat jij tenminste origineel zou willen
blijven tot het bittere einde. Bijvoorbeeld: een sprong
in de ruimte van op twee duizend meter hoogte! Dat
hand en houdt die omklemd. Zo luisteren zij een poos
je naar het knarsen van de zandkorrels tegen de ven
sters. Verder slaat ergens 'af en toe een luik. Het is
alsof een zwaar noodweer over het land jaagt, met
wentelende onweerswolken en huilende bomen, ter
wijl je weet dat de hemel in werkelijkheid doet den
ken aan roerloze zomernachten.
Erna huivert.
Ik blijf niet lang weg, fluistert ze en verwijdert
zich.
De donkere gang loopt zonder tussendeur in de bar
uit de enige lichtoase in huis. Daar bevindt zich
de trap naar het dak. Op het einde van de gang blijft
Erna met een schok staan. Paul Waller zit voor het
buffet; alleen, met de rug naar haar toegekeerd. Hij
heeft haar op de loper niet horen aankomen. De
vlaktTerTde oneèiaaede zandtoVrels ratelen tegen de vrouw aarzelt en werpt nog even een blik naar het
- - en öe °Pgejaagae zanaKuneia „„a1 deurtje van de daktrap. Dan loopt ze tot bij het buffet.
Terwiil^zif hem'üThet duister kust, grijpt hij haar zou iets zijnnaar jouw maat. Maar dan nog: het is
1 r-r 1_A„4 4 «TOAronB+if» lilt (^0 mode. Lieve 1161X101, O6
en blijft waarachtig uit
dag van vandaag pleeft men toch geen zelfmoord
meer wegens een faillissement of een gebroken hart.
In het eerste geval begint men opnieuw en legt het
een beetje sluwer aan boord! In het tweede zoekt men
Nooit meer. En nog veel minder naar het mise
rieleven aan de zijde van iemand, die mij jaren lang
ongelukkig heelt gemaakt, al was die jong en mooi
als een Adonis!
Kijk, lieve dame, ik heb een vriend, die aan de
opera werkt en die zei me eens: het koor, zie je, dat
is zoiets ais een grafkuil. Eenmaal er in, is het ver-
domd moeilijk er uit te geraken. Bij uitzondering ge-
beurt het wel eens met zeer begaafde meisjes, want
in laatste instantie komt het altijd op de begaafdheid
aan. Wat nu die begaafdheid betreft, voor koormeis
jes wel te verstaan, die kan van tweeërlei aard zijn.
U volgt mij toch,mevrouw Melsen?
Zeker, meneer Waller, met grote aandacht.
Fijn! Welnu, de ene begaafdheid, die verband
houdt met hoofd en keel, leidt wel eens naar het po
dium, met de grote aria van La Traviata, Lohengrin
en Carmen. De andere begaafdheid die meer ver
band houdt met de benen enzovoort, leidt naar een
huwelijk met de een of andere uitgeleefde pierewaai
er. Voila, dat wou ik u twee jaar geleden al vertel
len maar u is toen zo plotseling uit mijn gezichtskring
verdwenen, dat ik daartoe niet de gelegenheid gekre
gen heb. Nu, mieux vaut tard que jamais!
Daarop volgt een pauze. Dan dringt hij aan, met
verstolen spot:
Hoe zit het, drinken we daar nog eentje op.'
Erna heeft het hoofd gebogen en fluistert:
Je bent een ploert.
Pardon, mevrouw Melsen, u valt uit uw rol. Wat
moet die mooie jongen daar wel denken over uw be
luiken. Madame Duflot had voor een uitstekend maal
gezorgd, maar de spijzen werden nauwelijks aan
raakt. Niemand heeft honger. Alleen de dorst is on
lesbaar. De gastheer stelt voor, de koffie onder de
blote hemel te gebruiken en zo verhuist het hele ge
zelschap naar het platte dak, dat inderdaad door een
muurtje tegen de wind beschut is en waar de boys
voor een tafel, stoelen en een benzinelamp gezorgd
hebben. Het is ook daar nog erg warm, maar als je
je rustig houdt, af en toe een goeie slok neemt en al
le overtollige kledingstukken verwijdert, krijgt men
tenslotte toch een gevoel van welbehagen.
Na een poosje overweldigt dit gevoel van welbeha
gen John Melsen zo zeer, dat zijn ogen dicht vallen
en hij een vraag vergeet te beantwoorden, die de gast
vrouw hem gesteld had. Erna antwoordt in zijn
plaats en verontschudigt hem. Hij heeft de vorige
nacht, in Oran, geen oog dicht gedaan.
John, je had je voorgenomen vroeg te gaan sla
pen!
Melsen schrikt wakker.
Ja, dat Is waar. Ik sliep al. Het is een schande.
Zo!
Hij rookt nog een sigaret en volgt dan zijn echtge
note. De gastvrouw roept hen na:
Vergeet de natte lakens niet.
In de slaapkamer beraadslaagt het echtpaar Mel
sen.
John verklaart zich voorstander van het experiment.
Dies wordt een van zijn lakens op de voorgeschre
ven manier behandeld. Vervolgens strekt hij zich uit
op het klamme bed en beweert dadelijk, dat de voch-
Hier ben ik!.en gaat op de kruk naast hem zit-
Waller heeft zich met een ruk omgekeerd, blijk
baar verrast.'
Ben je daar, ja! Ik had je niet zo vlug verwacht.
Ben je zo bang!
O, ik ben helemaal niet bang.
Je verschijnt hier als een mot, aangetrokken
door het licht. Nu, ze zou haar vleugels kunnen ver
schroeien.
vergelijking die niet opgaat.
ik geen mot. Komaan, Paul, ik ben eenvoudig geko
men om even rustig met jou te praten. Dat wil je im
mers!
Inderdaad.
Erna negeert de bedreiging, die haar rechtstreeks
betreft.
Uit de zinspeling, die jij voor het vertrek te
Brussel hebt gemaakt, leid ik af dat je een eind aan
je leven wil maken!
Inderdaad.
Foei, Paul, hoe kom je daarbij? Dat zijn toch din
gen die men doet zonder er over te praten, want als
men er over praat, doet men ze niet.
Ik heb een eigen kijk op de zaak.
Jawel. Je veronderstelt, dat ik nog altijd een
beetje van je houdt en je wilt mij bezorgd maken, mij
zo'n beetje martelen!
Ga verder, melieve, want je bent op de goede
weg.
een ander liefje. Ik zou..... drukt gelaat! ~U moet toegeven dat u deze eerste ron-
Hou je mond, onderbreekt hij haar snijdend^.verloren hebt! Nou, soit, ik betaal ze toch!
En zich tot de bediende wendend:
Ben je klaar met je afwas, bamboela! Mooi zo,
schenk dan de glazen nog maar eens vol. Zo, dank
je!
Hij werpt hem een geldstuk toe. De neger laat
zijn glinsterend gebit zien en zegt iets, dat klinkt als
„Mellisji mosjeu!" (voor „Merci, monsieur!").
Ca va, mon vieux. En als je een geciviliseerde
barman was, zou je de taal van die fooi begrijpen en
de plaat poetsen. Maar ja, je bent ongetwijfeld nog
een halve wilde.
Een paar minuten later bevinden zij zich weer al-
leen-
Zo, grinnikt Waller, wij kunnen met de tweede
ronde beginnen. In een andere stijl, natuurlijk. Ben
je klscir*^
Erna i's opgestaan en zegt, bevend van opgewon
denheid.
Je weet nu, hoe ik over je denk. Verder heb ik
je niets meer te zeggen.
Daarop verwijdert zij zich. Met een sprong heeft
Waller haar echter ingehaald.
Laat me los!
Hier jij!
Brutaal duwt hij haar terug naar het buffet.
Ga daar zitten!
Zij is bang voor de wilde glans in zijn ogen die
kent ze van vroeger en gehoorzaamt.
O, ik ken" je! Jij'praat maar en praat maar, om je
angst te verbergen.
Ik verbied je mij te brutaliseren. Die tijd is voor-
bij. t
Erna kijkt naar de trap en zegt vlug:
—Daar komt iemand. Steek dat ding liever weg,
anders krijg je last!
Goed ik zal de regels van het spelletje eerbiedi
gen!. Hij laat het wapen verdwijnen op het ogenblik
dat een negerbediende in de bar verschijnt en buigt
zich hoffelijk naar zijn gezellin. Mag ik mevrouw Mel
sen een verfrissing aanbieden?
Zeer graag, meneer Waller. U is wel vriendelijk.
Ik heb het liefst een orangeade.
Hij vraagt ook iets voor zichzelf en ondertekent de
bestelbon. De neger bedient hen, maar blijft daarna
nog een hele tijd achter het buffet treuzelen, waar hij
glazen heeft om te spoelen en een bestelling voor het
dak gereed moet maken. De taal die aan de andere
zijde van het buffet wordt gesproken, verstaat hij niet.
Maar ook stemintonatie, gebaren en gelaatsuitdrukking
—"Laat ie verbeelding niet op hol slaan! Het is een zijn een taal en nog wel een, die over heel de wereld
je veroeeiai g y bent geen licht en te begrijpen is. Hij is nieuwsgierig, zoals alle negers
ten opzichte van de blanken, en kijkt onder het
werk voortdurend steels zodat het wit van zijn
ogen zichtbaar is naar de twee, die zich daar schijn
baar zo vriendelijk met elkaar onderhouden. Daar
klinken ze!
Op uw gezondheid, mevrouw Melsen. Het is een
hele tijd geleden, dat wij elkaar nog ontmoet hebben
Inderdaad, meneer Waller, meer dan twee jaar
als ik mij niet vergis.
U vergist zich niet. En hoe gaat het sinds u ge
trouwd bent met die internationale zwendelaar?
Dat kan ik u in twee woorden zeggen, waarde
Wat wil je nog van mij?
Ik heb er lak aan, dat jij mij niets meer te zeg
gen hebt. Maar ik wil, dat je nog even naar mij luis
tert.
Goed. Ga je gang.
Ik heb alles verkocht wat ik aan waarde bezat.
gevonden. retour, want ik keer nooit meer terug. Ik ben geen
bankroetier, want om failliet te gaan moet je eerst
wat ondernomen hebben en zo ver heb ik het nooit
Jongens, jongens, is dat waar! Nou, daar moet
ik even op drinken. Verbazend, hoe met geld alles
moaeliik is! Stel ie voor: zo'n afgeleefde knoeier! En
Sch het geluk gevonden? Zo-zo! En nooit nog helm- gebracht, Er is o°k j_ee_n_kwe_süe_van een jebroken
wee gehad naar het operakoor?
hart. Het geval is dus volstrekt niet romantisch. Ik
wil er een eind aan maken, omdat mets
de moeite waard lijkt, om het verder te rekken. Ik
kan zeer logisch redeneren, dat weet je wel. Als je
moe bent ga je slapen. Als je genoeg gegeten hebt,
schei ie er mee uit. Ik wens op te houden met leven,
omdat ik er genoeg van heb! Het staat je volkomen
vrij te geloven dat ik je een grap vertel.
Erna kijkt hem strak aan.
dank je voor die mededeling en denk dat ik
nu wel kan gaan.
Nog een ogenblik. Ik zou mijn voornemen al
vroeger hebben uitgevoerd, als ik met op iets ge
wacht had, op een gunstige gelegenheid. Ik heb op
jouw gewacht.
Op mij! Waarom?
—Dat is toch heel eenvoudig Erna. Ik wil je mee
nemen.
—Jij bent stapelgek!.
Dat heb je in Brussel al gezegd.
—Als je niet gek bent, zeg mij dan wat ik je mis
daan heb
Kiik, ik zal zeer openhartig zijn. Jij bent het enig
wezen, waar ik warachtig in geloof en je hebt mij
verraden Ik kan niet voor goed verdwijnen met de
gedachte, jou achter te laten. Jij hindert mil vrij het
uitvoeren van mijn opzet en daarom neem ik je roee.
Je kunt het ook een wraakneming noemen. Dat is
vulgair, maar ik meet je met de maat waarmee j J
mij gemeten hebt. - Hij heeft de revolver weer te voor
schijn gehaald. De afrekening kan vandaag nog
gebeuren, hier, op deze plaats, nu morgen of over-
morgen.
Waarop wacht je? Waarom doe je het nu niet?.
Met rustige stem heeft zij die vraag gesteld. Hij
antwoordt met een gesluierd glimlachje, na even zijn
blik van de revolver naar haar te hebben laten gaan:
Ik wil je de tijd gunnen om daarover na te den
ken. En daarna ben ik zo vrij, afscheid te nemen,
want daar komt weer iemand en ik voel niets voor
een nieuwe ronde.
Waller loopt naar de gang. Erna Melsen is blijven
zitten. Zij hoort, hoe hij zijn deur afsluit. Ondertus
sen zijn de piloot en Delmotte verschenen. Die willen
naar bed. Zij wisselen nog een paar woorden met
haar. De president bemerkt Ema's ontroering en
treuzelt bij het afscheid nemen, zodat hij nog bij haar
staat, nadat Hansen al verdwenen is.
Hebt u nog een ogenblik voor mij, meneer de
president?
Graag, mevrouw.
Ik heb hier een tete-a-fete gehad met Waller.
Daarover heeft de boy op het dak iets gezegd aan
zijn meesteres. Delmotte hoorde het toevallig en maak
te zich een beetje ongerust.
—Nu de I.L.M. hoeft niet bezorgd te zijn. Het be
treft wekelijkeen private kwestie, een kwestie tus
sen Waller en mij.
O, ik wil niet indiscreet zijn, mevrouw Melsen-
Ik verontschuldig mij zelfs.
Dat hoeft helemaal niet. Wil u niet even gaan
zitten?
Zij nemen plaats bij de ronde tafel
Ziehier waarover het gaat:. Waller wil zich van
kant maken.
Wat zegt U
Hij wil zelfmoord plegen, maar eerst na mij te
hebben neergeschoten.
Datdat is toch zeker een grap!?
Als buitenstaander kan men dat denken. Maar
het is een feit dat dergelijke grappen af en toe op
de wereld wel eens gebeuren.
Luister eens, mevrouw, zoiets vertel je toch
niet en daar vlieg je toch niet voor haar Kongo.
(Wordt vervolgd)