Groeiend aantal delinquenten geestelijk gestoord 3kmes?ere lu,i<f? Koeler weer met weinig regen door J. M. ELSING Meer begrip voor achtergronden van crimineel gedrag Nieuwe haarmode fU*t& Nationale Reclasseringsdag vraagt opnieuw de aandacht Nieuwe wegen in therapeutische behandeling r' VB ZATERDAG 28 SEPTEMBER 1957 PAGINA Nieuwe vorm van therapie Erfelijkheid dubieus begrip Niet van brood alleen Opvallende karaktertrekken Nazorg zorgenkind Bedroevende gang van zaken Badydeuiuzeep p WAAKZAAMHEID Waakzaamheid en veiligheid gaan hand in hand. Blijf ook waakzaam wanneer het gaat om de toekomst van u en uw gezin. De levensverzekering vormt het middel bij uitstek om financiële toe- komstzorgen uit te bannen. Concordia waakt reeds 50 jaren lang over de belangen die de verzeker den haar hebben toevertrouwd. Zij biedt Maximale Zekerheid tegen Minimale Premie en laat bovendien de bedrijfsoverschotten direct of indirect volledig aan de verzekerden ten goede komen. Ook voor de toekomst! Wilt u meer weten over een u financieel passende levensverzekeringSchrijf dan aan. CONCORDIA, Oudenoord 10, Utrecht en u ontvangt - geheel vrijblijvend - alle gewenste nadere inlichtingen. Saar Specialist in luxe damesschoenen VIJFHEUVELENPLAN IN NIJMEGEN GAAT DOOR (Van onze verslaggever) Evenals vorige jaren vraagt ook dit jaar het reciasseringswerk ter gelegenheid van de Nationale Reclasseringsdag weer een moment de bijzondere aandacht van het publiek. Het mag langzamerhand wel als hekend verondersteld worden, dat deze Nationale Reclasseringsdag, welke uitgaat van de Vereniging van Reclasserings- instellingen, en dit jaar op 5 oktober a.s. wordt gehouden, niet alleen ten doei heeft de zo dringend nodige gelden ln te zamelen, maar evenzeer om de re- classeringsgedachte in steeds breder kringen te verbreiden. Met het oog hierop is dit jaar in het bijzonder de reclassering van geestelijk gestoorden in het middelpunt van de belangstelling gebracht. Men heeft hiermede een onderdeel van het reciasseringswerk op de voorgrond geschoven, dat van toenemende betekenis wordt. Van het aantal delinquenten blijkt n.l. een groeiend percentage te bestaar. uit mensen, die in meer of mindere mate geestelijk gestoord zijn. Het onderkennen van deze ontwikkeling hangt ten nauwste samen met een belang rijke wending in het denken over de geestelijk gestoorde mens. Zocht men vroeger bij voorkeur de verklaring van abnormale gedragingen ln erfelijkheids factoren, na de oorlog heeft men meer en meer oog gekregen voor de enorme invloed van het sociale milieu, waarin de jonge mens opgroeit. Op een persconferentie, welke gehou den werd in de reclasseringsgemeenschap „Groot Batelaar" te Lunteren en gewijd was aan de reclassering van geestelijk ge stoorden, is deze ontwikkeling door twee terzake deskundigen, nl. de psychiater dr. J. Kloek, directeur van de dr. F. S. Meyers-vereniging en mr. G. W. Arend- sen Hein, eerste geneesheer van „Groot Batelaar", scherp in het licht gesteld. Voor een zeer belangrijk deel bestaat dat trieste leger van delinquenten uit mensen, die in hun jeugd niet die geborgen heid en liefdevolle aandacht ontvingen, die ieder kind nodig heeft om tot een geestelijk gezond mens uit te groeien. Door deze affectieve verwaarlozing is de mens later vaak niet in staat tot een ge zond medemenselijk contact te komen en vervalt hij in conflictsituaties gemakke lijk tot crimineel gedrag als middel om zich te handhaven. De ziekelijke stoornis, waaraan de neu rotische delinquent lijdt, aldus mr. Arend- sen Hein, ligt niet in de eerste plaats in de aanleg of structuur van zijn persoon lijkheid, maar in zijn betrekking tot de medemens en de maatschappij, waarmee hij zich niet verbonden gevoelt en die hij daarom als vijandig beleeft. neiging om de weg van de minste weer stand te kiezen, een gering vermogen tot het aangaan van diepere gevoelsbindm- gen als gevolg van een groot wantrouwen in de medemens, een gering vermogen om teleurstellingen en onrechtvaardigheden te verdragen, een overgevoeligheid voor krenkingen, een groot tekort aan gemeen schapsgevoel e.d. Deze karaktertrekken vormen op hun beurt een vruchtbare voe dingsbodem voor het ontstaan van een sterk minderwaardigheidsgevoel, een fun damenteel gebrek aan zelfvertrouwen en dit bevordert weer het isoleringsproces, het a-sociaal worden, het niet-meer-in- gemeenschap-zijn, het kernpunt, waar al les om draait. Door de nieuwe inzichten in de achter gronden van het criminele, a-sociale ge drag, heeft ook het therapeutische den ken nieuwe wegen ontdekt. In wezen gaat het er om deze a-sociale mensen uit hun isolement te verlossen en ze met het leven en de gemeenschap te verzoenen door hun alsnog het psychische voedsel te geven, dat zij in hun jeugd en in het verdere leven zo node gemist hebben. Met het oog hierop wordt in de laatste jaren vooral de behandeling in groeps verband meer en meer toegepast. Deze nieuwe vorm van psycho-therapie Is nl. van onschatbare waarde gebleken. Zij Is, zo constateerde mr. Arcndsen Hein, op grond van de ervaringen, welke hiermede in „Groot Batelaar" zijn op gedaan. bü uitstek geschikt voor de therapeutische behandeling in inrichtin gen en heeft eigenlijk pas de mogelijk heden geschapen om grotere groepen van mensen psychotherapeutisch te hel pen. Zjj biedt gelegenheid de gestoorde sociale relaties aan de dag te doen tre den, gevoelens af te reageren, de een zaamheid te doorbreken en de egocen trische instelling te verminderen. Daarnaast worden op „Groot Batelaar dat zich geheel toelegt op de behandeling van neurotische delinquenten meren deels ter beschikking van de regering ge stelde recidivisten, welke psychische ont wikkelingsstoornissen vertonen nog verschillende andere middelen aangewend. zoals het vrij werken met verf en klei om bepaalde gevoelens los te maken of tot ontplooiing te brengen (z.g. creatieve expressie), het psychodrama (spontaan uit spreken van gevoelens in het kader van een toneelstuk), training in arbeidsdisci pline, in het verdragen van kleine on rechtvaardigheden en frustraties enz., en een verbreding van kennis en sociaal blikveld. De resultaten van deze nieuwe therapie zijn bevredigend. Van degenen, die de laatste drie jaar zijn behandeld, hebben ongeveer 44 pet de therapie tot het emu toe volgehouden en zijn verbeterd, deel zelfs aanzienlijk verbeterd maatschappij teruggekeerd. een in de Het begrip „erfelijkheid", waar vorige generaties zo in geloofden, als zij het ab normale gedrag wilden verklaren, is in onze tijd zeer dubieus geworden, zo con stateerde dr. Kloek. Trouwens ook ln de biologie is het begrip „erfelijkheid" wan kel geworden. Men kijkt thans meer naar het innerlijk van de mens en tracht door te dringen tot de diepere oorzaken en drijfveren, die het menselijk denken en handelen beheersen. Men heeft hierdoor meer begrip gekregen voor de werkelijke, geestelijke en sociale achtergronden van het criminele gedrag. De a-sociale ontwikkelingsgang der geestelijk gestoorden, aldus de andere des kundige mr. Arcndsen Hein, is veelal net gevolg van psychische voedingsstoornissen (tekort aan liefde, begrip, warmte en vei ligheid, gebrek aan leiding, verwenning e.d.) en psychische verwondingen (agres sie, verraad of desertie van ouders, ver- trouwensbreuk, chronische vernedering e.d.) in de jeugd. Vroeger dacht men ln de medische we reld, dat men klaar was, als een goede materiële verzorging was gewaarborgd. In onze tijd heeft men ontdekt, dat de mens niet leeft van brood alleen, maar dat affectieve geborgenheid en liefdevolle aandacht voor een gezonde uitgroei van de Jonge mens van even grote betekenis zijn, ja dat affectieve verwaarlozing eigen lijk nog ernstiger is dan materiële tekor ten. (Advertentie) In het karakter van deze geestelijk ge stoorde medemensen vallen vooral op een Kapper Serfaty te Parijs lanceerde de nieuwe haarmode voor kinderen van vijjtien jaar en jonger. De overgang naar de maatschappij is altijd een kritieke fase in het reciasse ringswerk en daarom is intensieve nazorg gedurende de eerste tijd zeer gewenst. Deze nazorg is zelf een zorgenkind voor de reclassering. Het valt niet mee hier voor de geschikte mensen te vinden. „Groot Batelaar" houdt de nazorg daar óm maar in eigen hand. Bovendien is men ten zeerste aangewe zen op de medewerking van degenen, die het geluk hebben gehad hun conflicten en moeilijkheden op een „nette" of al thans niet door de politie achterhaalde wijze af te reageren of op te lossen, de z.g. fatsoenlijke, correct handelende men sen, die ten aanzien van in de maatschap pij terugkerende delinquenten, vooral als zij geestelijk gestoord waren, soms een ontstellend wanbegrip aan de dag leggen en het deze gevallen en zich moeizaam weer oprichtende medemensen hierdoor nog eens extra moeilijk maken. Het is te hopen, dat de Nationale Reclasseringsdag van dit jaar bij velen het begrip voor het vaak zo uitermate moeilijke reciasseringswerk zal verleven digen en verdiepen en natuurlijk ook, dat men zijn waardering voor het werk ach ter de schermen op royale wijze zal weten te demonstreren, als de nationale inzame lingsactie wordt gehouden alle bestedings beperking ten spijt. Op de keper beschouwd is het reclasse ringswerk een stuk niet te onderschatten bestedingsbeperking. Door een goede re classering kunnen miljoenen worden be spaard, die anders nodig zullen zijn voor de berechting, verpleging en verzorging van delinquenten, die weer in allerlei misdadigheid terugvallen, omdat aan hun reclassering niet voldoende is gedaan. Hierbij valt vooral te denken aan de geestelijk-gestoorde delinquenten, die eigenlijk al b« de eerste misstap grondig psychiatrisch behandeld dienden te wor den, daar het delict, dat zij pleegden, veeleer een symptoom is van een gecsto lijke stoornis dan een uiting van „gezond crimineel gedrag, dat met een passende straf kan worden afgedaan. In feite is het echter nog zo, dat men deze mensen eerst talrijke malen laat mislukken, hetgeen gezien hun geestelijke afwijking met een hoge mate van waar schijnlijkheid voorspeld kan worden, en pas als z\j tot recidivisten met een in drukwekkende staat van dienst^zijn „uit gegroeid", komt men er ten einde raad toe hun de psychotherapeutische behan deling te geven, die zq al in een veel vroeger stadium dringend nodig hadden en waarop zjj in wezen ook recht hebben. Deze bedroevende gang van zaken be tekent een nodeloze verspilling van be lastinggelden en een onverantwoord om gaan met het levensgeluk van medemen sen, die in hun jeugd veelal toch al zo veel tekort gekomen zijn. Men zou hiertegen kunnen inbrengen, dat het huidige apparaat, dat zich met de delinquenten in onze samenleving in laat, hierop nog niet is ingesteld. Wij heb ben hiervoor zeker begrip, maar laat men dan alle krachten inspannen om tot een rechtvaardiger en doelmatiger behandeling te komen van de geestelijk-gestoorden onder de delinquenten. (Van onze weerkundige medewerker) De kans is aanwezig, dat in het zuiden van ons land gedurende dit week-einde geen regen gaat vallen, maar op de meeste plaatsen zal de storing, die nu van Enge land over de Noordzee naar het oosten trekt, opnieuw enige nattigheid brengen. Behoefte heeft men hieraan ni.et direct meer, want met een lancjsgemiddelde van ruim 150 millimeter water Is deze septem bermaand de natste van de laatste hon derd jaar geworden. Achter een depressie boven Scandinavië stroomt via IJsland koudere lucht m de richting van Schotland. Deze kan zondag tot ons land doordingen, maar daarbij zijn toch ook opklaringen te verwachten. Koud wordt het al in Finland en Noord- Zweden, waar de laatste dagen de sneeuw is gevallen van dit seizoen. Zuid- Europa profiteert nog van een nazomertje (22—25 gr. C.) maar de temperatuur begint ook daar langzaam te dalen. Ondanks het tekort op de begroting van Nijmegen, waardoor B. en W. in de toe lichting op dit stuk enigszins somber ge stemd zijn, zal men de uitvoering van het Vijf Heuvelenplan niet ophouden en is ook voor 1958 een bedrag van 5 mil joen uitgetrokken om van Nijmegen een „open stad" te maken. Het Vijf Heuvelenplan beoogt de sane ring van de oude stad langs de Waal dus danig te geschieden, dat op vele plaat sen „doorkijken" op de Waal worden ge schapen- De verwezenlijking van het Piarl zal ongeveer 15 jaar in beslag nemen. NOODLANDING! - Het ligt in mijn bedoeling Wallet op de man af een paar vragen te stellen, tenzijhij aarzelt en haar. Luister eens even, mevrouwMelsenikhebde indruk dat U en Waller geen onbekenden voor elkaar zijn. Ik acht het zeer goed mogelijk dat ik bezig ben mij te mengen in een zaak die noch mij noch de l. M. aangaat. Tenslotte is niemand verplicht onder ede te verklaren, met welk opzet een reisbeurs wordt aangekocht. Misschien kunt U mijn argwaan met een paar woorden doen verdwijnen, dan zet ik d zaakje weer uit mijn hoofd en dan voor goed. Dat zou mij veruit het aangenaamste zijn, want ik voel er helemaal niets voor een soort detectiverol te ver vullen! Zo, mevrouw, nu weet u alles. Even is het stil. Dan zegt Erna vlug, want ze zijn de poort van de nederzetting genaderd, waar het gezel schap op hen wacht: Ik dank u voor het vertrouwen, meneer de pre sident. Ik ken Waller inderdaad zeer goed. Ik zal trachten straks met hem te praten. Daarna zal ik u bescheid geven. En dan komt de nacht over Reggam. De hemel staat vol sterren, maar de wind zoeft over de eindeloze tigheid verfrissend aandoet. Hij vrouw staat te weifelen. —Je hebt zeker nog geen slaap? Inderdaad niet. Bekommer je verder dan niet om mij. Goed, dan ga ik nog een half uurtje dak. Slaap lekker. Krijg ik geen zoen" bemerkt dat zijn En je handelt zo, omdat je nog altijd dezelfde sadist bent van vroeger! Omdat jij er nog steeds behoefte aan hebt alles te martelen wat je Dezit, of meent te bezitten jezelf niet uitgesloten. Terwijl Erna sprak heeft Waller iets uit zijn zak gehaald en tussen haar en hem op het buffet gelegd, zonder de bük van haar af te wenden. Zie je dit hier? Zij kijkt strak naar de kleine browning. En zwijgt even. Dan glimlacht, zij. Schei uit! Dat is toch banaal, ouderwets en ro mantisch! Allemaal dingen waar jij een hekel aan naar het hebt. Ik dacht dat jij tenminste origineel zou willen blijven tot het bittere einde. Bijvoorbeeld: een sprong in de ruimte van op twee duizend meter hoogte! Dat hand en houdt die omklemd. Zo luisteren zij een poos je naar het knarsen van de zandkorrels tegen de ven sters. Verder slaat ergens 'af en toe een luik. Het is alsof een zwaar noodweer over het land jaagt, met wentelende onweerswolken en huilende bomen, ter wijl je weet dat de hemel in werkelijkheid doet den ken aan roerloze zomernachten. Erna huivert. Ik blijf niet lang weg, fluistert ze en verwijdert zich. De donkere gang loopt zonder tussendeur in de bar uit de enige lichtoase in huis. Daar bevindt zich de trap naar het dak. Op het einde van de gang blijft Erna met een schok staan. Paul Waller zit voor het buffet; alleen, met de rug naar haar toegekeerd. Hij heeft haar op de loper niet horen aankomen. De vlaktTerTde oneèiaaede zandtoVrels ratelen tegen de vrouw aarzelt en werpt nog even een blik naar het - - en öe °Pgejaagae zanaKuneia „„a1 deurtje van de daktrap. Dan loopt ze tot bij het buffet. Terwiil^zif hem'üThet duister kust, grijpt hij haar zou iets zijnnaar jouw maat. Maar dan nog: het is 1 r-r 1_A„4 4 «TOAronB+if» lilt (^0 mode. Lieve 1161X101, O6 en blijft waarachtig uit dag van vandaag pleeft men toch geen zelfmoord meer wegens een faillissement of een gebroken hart. In het eerste geval begint men opnieuw en legt het een beetje sluwer aan boord! In het tweede zoekt men Nooit meer. En nog veel minder naar het mise rieleven aan de zijde van iemand, die mij jaren lang ongelukkig heelt gemaakt, al was die jong en mooi als een Adonis! Kijk, lieve dame, ik heb een vriend, die aan de opera werkt en die zei me eens: het koor, zie je, dat is zoiets ais een grafkuil. Eenmaal er in, is het ver- domd moeilijk er uit te geraken. Bij uitzondering ge- beurt het wel eens met zeer begaafde meisjes, want in laatste instantie komt het altijd op de begaafdheid aan. Wat nu die begaafdheid betreft, voor koormeis jes wel te verstaan, die kan van tweeërlei aard zijn. U volgt mij toch,mevrouw Melsen? Zeker, meneer Waller, met grote aandacht. Fijn! Welnu, de ene begaafdheid, die verband houdt met hoofd en keel, leidt wel eens naar het po dium, met de grote aria van La Traviata, Lohengrin en Carmen. De andere begaafdheid die meer ver band houdt met de benen enzovoort, leidt naar een huwelijk met de een of andere uitgeleefde pierewaai er. Voila, dat wou ik u twee jaar geleden al vertel len maar u is toen zo plotseling uit mijn gezichtskring verdwenen, dat ik daartoe niet de gelegenheid gekre gen heb. Nu, mieux vaut tard que jamais! Daarop volgt een pauze. Dan dringt hij aan, met verstolen spot: Hoe zit het, drinken we daar nog eentje op.' Erna heeft het hoofd gebogen en fluistert: Je bent een ploert. Pardon, mevrouw Melsen, u valt uit uw rol. Wat moet die mooie jongen daar wel denken over uw be luiken. Madame Duflot had voor een uitstekend maal gezorgd, maar de spijzen werden nauwelijks aan raakt. Niemand heeft honger. Alleen de dorst is on lesbaar. De gastheer stelt voor, de koffie onder de blote hemel te gebruiken en zo verhuist het hele ge zelschap naar het platte dak, dat inderdaad door een muurtje tegen de wind beschut is en waar de boys voor een tafel, stoelen en een benzinelamp gezorgd hebben. Het is ook daar nog erg warm, maar als je je rustig houdt, af en toe een goeie slok neemt en al le overtollige kledingstukken verwijdert, krijgt men tenslotte toch een gevoel van welbehagen. Na een poosje overweldigt dit gevoel van welbeha gen John Melsen zo zeer, dat zijn ogen dicht vallen en hij een vraag vergeet te beantwoorden, die de gast vrouw hem gesteld had. Erna antwoordt in zijn plaats en verontschudigt hem. Hij heeft de vorige nacht, in Oran, geen oog dicht gedaan. John, je had je voorgenomen vroeg te gaan sla pen! Melsen schrikt wakker. Ja, dat Is waar. Ik sliep al. Het is een schande. Zo! Hij rookt nog een sigaret en volgt dan zijn echtge note. De gastvrouw roept hen na: Vergeet de natte lakens niet. In de slaapkamer beraadslaagt het echtpaar Mel sen. John verklaart zich voorstander van het experiment. Dies wordt een van zijn lakens op de voorgeschre ven manier behandeld. Vervolgens strekt hij zich uit op het klamme bed en beweert dadelijk, dat de voch- Hier ben ik!.en gaat op de kruk naast hem zit- Waller heeft zich met een ruk omgekeerd, blijk baar verrast.' Ben je daar, ja! Ik had je niet zo vlug verwacht. Ben je zo bang! O, ik ben helemaal niet bang. Je verschijnt hier als een mot, aangetrokken door het licht. Nu, ze zou haar vleugels kunnen ver schroeien. vergelijking die niet opgaat. ik geen mot. Komaan, Paul, ik ben eenvoudig geko men om even rustig met jou te praten. Dat wil je im mers! Inderdaad. Erna negeert de bedreiging, die haar rechtstreeks betreft. Uit de zinspeling, die jij voor het vertrek te Brussel hebt gemaakt, leid ik af dat je een eind aan je leven wil maken! Inderdaad. Foei, Paul, hoe kom je daarbij? Dat zijn toch din gen die men doet zonder er over te praten, want als men er over praat, doet men ze niet. Ik heb een eigen kijk op de zaak. Jawel. Je veronderstelt, dat ik nog altijd een beetje van je houdt en je wilt mij bezorgd maken, mij zo'n beetje martelen! Ga verder, melieve, want je bent op de goede weg. een ander liefje. Ik zou..... drukt gelaat! ~U moet toegeven dat u deze eerste ron- Hou je mond, onderbreekt hij haar snijdend^.verloren hebt! Nou, soit, ik betaal ze toch! En zich tot de bediende wendend: Ben je klaar met je afwas, bamboela! Mooi zo, schenk dan de glazen nog maar eens vol. Zo, dank je! Hij werpt hem een geldstuk toe. De neger laat zijn glinsterend gebit zien en zegt iets, dat klinkt als „Mellisji mosjeu!" (voor „Merci, monsieur!"). Ca va, mon vieux. En als je een geciviliseerde barman was, zou je de taal van die fooi begrijpen en de plaat poetsen. Maar ja, je bent ongetwijfeld nog een halve wilde. Een paar minuten later bevinden zij zich weer al- leen- Zo, grinnikt Waller, wij kunnen met de tweede ronde beginnen. In een andere stijl, natuurlijk. Ben je klscir*^ Erna i's opgestaan en zegt, bevend van opgewon denheid. Je weet nu, hoe ik over je denk. Verder heb ik je niets meer te zeggen. Daarop verwijdert zij zich. Met een sprong heeft Waller haar echter ingehaald. Laat me los! Hier jij! Brutaal duwt hij haar terug naar het buffet. Ga daar zitten! Zij is bang voor de wilde glans in zijn ogen die kent ze van vroeger en gehoorzaamt. O, ik ken" je! Jij'praat maar en praat maar, om je angst te verbergen. Ik verbied je mij te brutaliseren. Die tijd is voor- bij. t Erna kijkt naar de trap en zegt vlug: —Daar komt iemand. Steek dat ding liever weg, anders krijg je last! Goed ik zal de regels van het spelletje eerbiedi gen!. Hij laat het wapen verdwijnen op het ogenblik dat een negerbediende in de bar verschijnt en buigt zich hoffelijk naar zijn gezellin. Mag ik mevrouw Mel sen een verfrissing aanbieden? Zeer graag, meneer Waller. U is wel vriendelijk. Ik heb het liefst een orangeade. Hij vraagt ook iets voor zichzelf en ondertekent de bestelbon. De neger bedient hen, maar blijft daarna nog een hele tijd achter het buffet treuzelen, waar hij glazen heeft om te spoelen en een bestelling voor het dak gereed moet maken. De taal die aan de andere zijde van het buffet wordt gesproken, verstaat hij niet. Maar ook stemintonatie, gebaren en gelaatsuitdrukking —"Laat ie verbeelding niet op hol slaan! Het is een zijn een taal en nog wel een, die over heel de wereld je veroeeiai g y bent geen licht en te begrijpen is. Hij is nieuwsgierig, zoals alle negers ten opzichte van de blanken, en kijkt onder het werk voortdurend steels zodat het wit van zijn ogen zichtbaar is naar de twee, die zich daar schijn baar zo vriendelijk met elkaar onderhouden. Daar klinken ze! Op uw gezondheid, mevrouw Melsen. Het is een hele tijd geleden, dat wij elkaar nog ontmoet hebben Inderdaad, meneer Waller, meer dan twee jaar als ik mij niet vergis. U vergist zich niet. En hoe gaat het sinds u ge trouwd bent met die internationale zwendelaar? Dat kan ik u in twee woorden zeggen, waarde Wat wil je nog van mij? Ik heb er lak aan, dat jij mij niets meer te zeg gen hebt. Maar ik wil, dat je nog even naar mij luis tert. Goed. Ga je gang. Ik heb alles verkocht wat ik aan waarde bezat. gevonden. retour, want ik keer nooit meer terug. Ik ben geen bankroetier, want om failliet te gaan moet je eerst wat ondernomen hebben en zo ver heb ik het nooit Jongens, jongens, is dat waar! Nou, daar moet ik even op drinken. Verbazend, hoe met geld alles moaeliik is! Stel ie voor: zo'n afgeleefde knoeier! En Sch het geluk gevonden? Zo-zo! En nooit nog helm- gebracht, Er is o°k j_ee_n_kwe_süe_van een jebroken wee gehad naar het operakoor? hart. Het geval is dus volstrekt niet romantisch. Ik wil er een eind aan maken, omdat mets de moeite waard lijkt, om het verder te rekken. Ik kan zeer logisch redeneren, dat weet je wel. Als je moe bent ga je slapen. Als je genoeg gegeten hebt, schei ie er mee uit. Ik wens op te houden met leven, omdat ik er genoeg van heb! Het staat je volkomen vrij te geloven dat ik je een grap vertel. Erna kijkt hem strak aan. dank je voor die mededeling en denk dat ik nu wel kan gaan. Nog een ogenblik. Ik zou mijn voornemen al vroeger hebben uitgevoerd, als ik met op iets ge wacht had, op een gunstige gelegenheid. Ik heb op jouw gewacht. Op mij! Waarom? —Dat is toch heel eenvoudig Erna. Ik wil je mee nemen. —Jij bent stapelgek!. Dat heb je in Brussel al gezegd. —Als je niet gek bent, zeg mij dan wat ik je mis daan heb Kiik, ik zal zeer openhartig zijn. Jij bent het enig wezen, waar ik warachtig in geloof en je hebt mij verraden Ik kan niet voor goed verdwijnen met de gedachte, jou achter te laten. Jij hindert mil vrij het uitvoeren van mijn opzet en daarom neem ik je roee. Je kunt het ook een wraakneming noemen. Dat is vulgair, maar ik meet je met de maat waarmee j J mij gemeten hebt. - Hij heeft de revolver weer te voor schijn gehaald. De afrekening kan vandaag nog gebeuren, hier, op deze plaats, nu morgen of over- morgen. Waarop wacht je? Waarom doe je het nu niet?. Met rustige stem heeft zij die vraag gesteld. Hij antwoordt met een gesluierd glimlachje, na even zijn blik van de revolver naar haar te hebben laten gaan: Ik wil je de tijd gunnen om daarover na te den ken. En daarna ben ik zo vrij, afscheid te nemen, want daar komt weer iemand en ik voel niets voor een nieuwe ronde. Waller loopt naar de gang. Erna Melsen is blijven zitten. Zij hoort, hoe hij zijn deur afsluit. Ondertus sen zijn de piloot en Delmotte verschenen. Die willen naar bed. Zij wisselen nog een paar woorden met haar. De president bemerkt Ema's ontroering en treuzelt bij het afscheid nemen, zodat hij nog bij haar staat, nadat Hansen al verdwenen is. Hebt u nog een ogenblik voor mij, meneer de president? Graag, mevrouw. Ik heb hier een tete-a-fete gehad met Waller. Daarover heeft de boy op het dak iets gezegd aan zijn meesteres. Delmotte hoorde het toevallig en maak te zich een beetje ongerust. —Nu de I.L.M. hoeft niet bezorgd te zijn. Het be treft wekelijkeen private kwestie, een kwestie tus sen Waller en mij. O, ik wil niet indiscreet zijn, mevrouw Melsen- Ik verontschuldig mij zelfs. Dat hoeft helemaal niet. Wil u niet even gaan zitten? Zij nemen plaats bij de ronde tafel Ziehier waarover het gaat:. Waller wil zich van kant maken. Wat zegt U Hij wil zelfmoord plegen, maar eerst na mij te hebben neergeschoten. Datdat is toch zeker een grap!? Als buitenstaander kan men dat denken. Maar het is een feit dat dergelijke grappen af en toe op de wereld wel eens gebeuren. Luister eens, mevrouw, zoiets vertel je toch niet en daar vlieg je toch niet voor haar Kongo. (Wordt vervolgd)

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1957 | | pagina 4