Opslag atoomwapens enbouw lanceerplaatsen
lri Europa onderwerp op NATO-topconferentie
Doelmatig personeelsbeleid
Die Harmonie der Welt"
Nog geen zekerheid over
„Straatje van Vermeer
het
Frankrijk in
Kan griffie teruggave van liet
rijbewijs weigeren?
Prins Bernhard beveelt cursus
„openbaar kunstbezit" aan
Deltawet en Grondwet
Verklaringen van Dulles
Hemel- of hellevaart van
„,'AKINGSROES
beroemde
geneesmiddelen
in I tablet
doen wonderen!
PAUS VERLEENT AFLAAT BIJ
LOURDES-JUBILEE
van Hindemith?
Chefarine „4'
meenden tot het laatst, dat Fransen
Zelf wapens zouden leveren aan Tunesië
Sinds januari 8000
vakbondsleden minder
Overzicht van een belangrijke ontwikkeling
„Mastreecliter Staar
naar Rome?
v^Rale troepen
vertrekken uit
Zes jonge schilders
krijgen koninklijke
subsidie
Principieel geding voor
Haags Gerechtshof
Bejaarden vragen
verhoging A. O. W.
DISCO'S VAN DE
LICHTE MUZE
ik £L*elr
G t C.,e
"J" I'
WOENSDAG 20 NOVEMBER 1957
PAGINA C
LUIT-GEN. H. TER POORTEN
,w
De wapenzendingen
aan Tunesië
Von Brentano eerst
Quiies naar Washington
DELFTSE JOURNALIST ZET ONDERZOEKINGEN VOORT
uV
(Am? fed EITTLE ROCK
Eenheid en evenwicht
Te uitvoerig
RECHTERLIJKE macht
voorzitter van het zijn naam dra
gende fonds met een persoonlijk
woord tot het Nederlandse volk
gericht naar aanleiding van de
tweede radiocursus van de stich-
tine „Openbaar Kunstbezit", die
op 17 januari a.s. begint.
4 miljoen reprodukties?
Woord en beeld
Johann Strauss-kliinge
aroie
«Si
ge0pent
«ter
Si»'
v
^ert v»n
i-
1
J.0'
lieeft'n- ^oster Dulles, de Amerikaanse minister van buitenlandse zaken,
de lf §lstereu op zijn persconferentie medegedeeld te verwachten, dat op
ops]a°men^e NATO-topconferentie in Parijs zal worden gesproken over
iele' f V3n atoomwapens en aanleg van bases voor bet lanceren van
ej,!1, e Projectielen in Europa. De Verenigde Staten zullen echter geen
atoo Europees NATO-land dwingen in te stemmen met de opslag van
j^mwaPens of de bouw van lanceerterreinen op hun gebied, zo zeide hij.
door 0Dderbandelingen hierover zouden vermoedelijk in de eerste plaats
^ord ®etieraa' Norstad, de NATO-opperbevelhebber in Europa, gevoerd
Gedacllt wordt aan overeenkomsten gelijkend op het akkoord van
h«b] 1 c'e Verenigde Staten in maart met Groot-Brittannië gesloten
Dulles merkte in dit verband op, dat de in Groot-Brittannië
z')n tr aj^en a'oomladingen bet „technisch bezit" van de Verenigde Staten
landse zaken van Frankrijk en Groot-
Brittannië zullen worden gehouden.
Op andere vragen verklaarde Foster
Dulles nog, dat de verplichtingen der
Verenigde Staten, als in het NATO-ver-
drag vastgelegd, zo sterk ztjn, als zij on
der de huidige omstandigheden kunnen
worden gemaakt.
Hij zei geen algemeen antwoord te kun
nen geven op de vraag, of op de komen
de NATO-„topcohferentie" definitieve be
slissingen zullen worden genomen over
de ontwikkeling der NATO-taak, of dat
het afsluitende werk op een latere bijeen
komst zou moeten worden verricht.
„Ik ben er wel van overtuigd, dat over
een aantal vraagstukken nog na de con
ferentie overeenstemming zal moeten
worden bereikt. Vermoedelijk zal dit dan
geschieden door bemiddeling van secreta
ris-generaal Spaak", aldus Foster Dulles..
Volgens opgave van het C.B.S. had het
N.V.V. op 1 juli 1957 491.410 leden, tegen
496.040 op 1 april en 500.332 op 1 januari;
de K.A.B. resp. 411.441, 410.572 en 411.991;
het C.N.V. resp. 217382, 217145 en 215.950
en de N.V.C. respectievelijk 12.501, 12.560
12.471. Op 1 juli 1956 had het N.V.V
489.041 leden, de K.A.B. 407.010 en het C.
N.V 212024 leden
De gezamenlijke vakbonden geven per
1 juli 1957 in vergelijking met 1 januari
1957 een daling van het aantal leden te
zien van ongeveer 8000. In vergelijking
met 1 juli 1956 is het totale ledenaantal
echter ongeveer 12000 groter. In de op
gave van het C.B.S. ontbreekt de E.V.C..
waarvan geen gegevens bekend zijn.
Luitenant-generaal (b. d.) H. ter
Poorten, de gewezen opperbevelhebber
van het voormalige Koninklijke Neder-
landsch Indische leger, die in 1942 de
strijd leidde tegen de Japanse invallers,
wordt morgen 70 jaar. De heer Ter Poor
ten is de dertiende Nederlander, aan wie
op 29 augustus 1911 na een vlucht op een
endekker Deperdussin het vliegbrevet
van de F. A. I. (Federation Aeronauti-
que Internationale) werd uitgereikt.
dit caenhf il dat de Verenigde Staten op
'hiddelba* nog ge®n projectielen voor
tationeei afstanden (2400 km) voor ope-
dat («at gebruik gereed hebben, maar
ja?r wél hl" h«t eind van het volgend
Be piLvet geval zal zijn-
tOand waar op het Europese vas-
^apens u Slagplaatsen voor atoom-
0PPerbpVo?men- zullen door het NATO-
°ver]e a' moeten worden vastgesteld, in
Öullec de betrokken landen,
raad aanVerklaarde dat de NATO-voor-
omv=fatoomwaPens verschillende ty-
der beha die zich reeds,in Europa on
zachter, lr van de Amerikaanse strijd-
De 06° bevinden,
danig rt°,rverdeling dezer wapens is zo-
06 beschftkfk Arnerika's bondgenoten er
In
ring over kunnen krijgen.
der v uVan °°rlog kan de president
Pr°jectiei' epalen, dat de koppen dezer
bevindt waarin de atoomlading zich
minister Von Brentano volgende week
Londen zullen bezoeken en dat z\j het
nuttig achtten, dat tevoren in Washington
van gedachten wordt gewisseld. De Ame
rikaanse regering waardeert het West-
duitse initiatief.
Dulles zei het „zeer wenselijk" te ach
ten, dat de komende NATO-.,topconfe
rentie" wordt vooraf gegaan door me
ningsuitwisselingen tussen de NATO-
leden in persoonlijke gesprekken, be
sprekingen met ambassadeurs en door
contacten via de gebruikelijke diploma
tieke kanalen.
In antwoord op een vraag verklaarde
Dulles nog niet te weten of er ook be
sprekingen met de ministers van buiten-
dehen teI beschikking van de verbon
deden gesteld.
sie Amerikaanse minister van defen-
An'gn-, r°y' verklaarde gisteren in
dent p; na een conferentie met presi-
ten p sanhower, dat de Verenigde Sta-
tiele'n dan verwacht was" projec-
bun F, V00r middelbare afstanden aan
veren Iopese bondgenoten kunnen le-
hiet 7p veiligheidsredenen wilde hij
Ping ggen, wanneer met de versche-
Woraenan deze wapens begonnen kan
de v"'|ter ^cElroy gaf te kennen, dat
spron„ Van oordeel zijn, dat hun voor
al mi6°r? de S°vjet-Unie wat raketten
0Pwee»t ,eIbare reikwijdte betreft ruim
op het p I®.gen e'k Scvjetrussisch succes
^etielen d van Intercontinentale pro-
van defensie voegde hier-
ben 0 dat de V. S. zich verplicht heb-
'evewjc,in 1959 te beginnen met de af-
feikwii van raketten met middelgrote
■"ate aan Groot-Brittannië.
Vcrk>aatar Uu,les heeft gisteren voorts
nMiiT' dat de v- s- tot het laatstc
wa- seI°ofd hadden, dat de Fransen
a 8 aan Tunesië zouden leveren.
was zó sterk geweest,
I® de i. cr'Iraanse vliegtuigen, die men
ReiaSaS Wheelus in Libië met wapens
-„"del-,, adcn, waren gelost en naar een
i6,1 cv» stemming waren gedirigeerd.
X ®ens Wel bleek, dat de Fransen geen
in ,Wi,dan leveren, verkeerden de
'i gee„ enigszins moeilijke positie, dat
®e»s egtnieen gereed hadden om de
'6 vervoeren, aldus de minister.
penzènrt, zei- da' de kwestie van de wa-
'ngen een vraagstuk is, dat niet
kan wnC,evrediSand voor alle partijen
r'ttan r.?n opgelost. De V. S. en Groot-
oihdat badden de wapens gezonden,
pacht tp naai" hun oordeel, daar het
ngdur 6 badden, nadat zij de kwestie
jPrDben2 -et de Fransen hadden be-
geerd6e Z°..°P hun actie hadden gerea-
VerSeliik Zb hoopten, dat men tot een
j'ane u ZOu kunnen komen om de ont-
?ergelni,ezorgdhe:d te verminderen en
Is voorv0 moe'Iijkheden in de toekomst
Iater 0n^^men- Hij zei. dat hij hierover
heau dag met zijn Franse collega
De a gedachten zou wisselen.
La?.da?!rjkaanse minister herinnerde er
jPfake j r In het handvest van de V. N.
f,„ 'vidueiVan een recht op collectieve en
v afhan].p,®.ze'fverdediging, dat voor alle
recht 1 naties geldt en dat hun
aPens Seeft een zekere hoeveelheid
n hezit te hebben.
h9' zijn u,eeft gisteren voorts verklaard,
vrantan0 ,esWuitse ambtgenoot, dr. Von
hez°ek p-111 bet komende weekend een
kp^rekini1 Washington zal brengen ter
v® op j 8 van enkele vraagstukken, wel-
OMderi Na1 december a.s. te Parijs te
zuliJtopconferentie" aan de
-„Hst be„ komen.
aprote- van Von Brentano is voort-
"ost6r nu't een Westduits initiatief.
ÏS' rtat i u"es zei, dat hem medegedeeld
"bondskanselier dr. Adenauer en
De Koninklijke Zangver. „Mastreecjiter
Staar" is van plan om ter gelegenheid
van haar 75-jarig bestaan in 1958 een
concertreis naar Rome te maken. Dit
heeft de heer B. Delemarre, ambtenaar
van de gemeentelijke voorlichtingsdienst
van Maastricht gistermiddag tijdens een
koorrepetitie medegedeeld.
Het Italiaanse genootschap voor „Public
Relations", heeft in zijn nummer van 19
november dit bezoek, met een foto van
de Staar, aangekondigd. Dit genootschap
heeft de uitvoering van de plannen voor
deze concertreis in de eerste helft van
het volgend jaar op zich genomen.
In afwachting van contact der aard
bewoners met de maan of andere hemel
lichamen heeft Hindemith een proefballon
van tamelijke omvang opgelaten in de
vorm van een symfonisch werk dat hjj
naar analogie van zjjn opera, „Die Har
monie der Welt" heeft genaamd.
Want van deze voor kort in München
gecreëerde opera is het, dat hij een sym
fonie van rond 40 minuten tijdsduur heeft
geconstrueerd waarmede hij naar eigen
zeggen de gedaanten van hemellichamen
benaderen wil „die naar door Keppler
gezochte wetten van de harmonie der
Kosmos, hun banen beschrijven".
Dat er sinds jaar en dag; ja sinds mil
lennia naar „harmonie der sferen" in de
toonkunst gezocht wordt kan men over
duidelijk lezen in de geschriften van de
H.-Auigustinus die heel zijn muzikale
grammatica op het getal baseert. Maar
ook Bach, Beethoven en wie ook der
muziekscheppers uit het verleden zochten
onbewust naar kristallisatie van samen
klanken die tot dusver in de reine Drie-
Heeft het huis met de trapgevel, dat
Johannes Vermeer afbeeldde op zijn be
kende schilderij ,-Het Straatje" (Rijksmu
seum te Amsterdam), zich op de Vlaming
straat te Delft bevonden op de plaats,
waar thans het pand no. 22 staat, dat be
woond wordt door de accountant W. N.
de Vries?
Er zijn in de loop der jaren reeds di
verse veronderstellingen geuit. Het huis
is gezocht op het Achterom en op de hoek
van de Oude Langendijk en de Molen
poort (het huis waarin Vermeer heeft ge
woond), terwijl de jongste hypothese die
is van de Delftse journalist Jan H. Oos-
terloo, die in zijn in 1948 verschenen boek
„De meesters van Delft" een pand op de
hoek van de Spieringstraat en het Kloos
ter aanwees als de plaats, waar Vermeer
zijn „Straatje" zou kunnen hebben ge
schilderd.
Nadat de schrijver van laatstgenoemd
boek kort geleden, ter gelegenheid van
het feit dat Vermeer 325 jaar geleden
werd geboren, een artikel over de schil
der had geschreven in het plaatselijk
dagblad, stelde de heer De Vries zich
met hem in verbinding. De mededeling
in het artikel, dat Vermeers moeder Dyna
Baltens, weduwe van Reynier Vermeer,
in de Vlamingstraat" was overleden'
had hij gezien als een versterking van
zijn mening, dat het door hem bewoonde
huis wel eens zou kunnen staan op de
plaats waar het huis van „het straatje"
heeft gestaan.
omstreeks tweehonderd jaar oude ta
baksdoos.
Na zich van punten van overeenstem
ming op de hoogte te hebben gesteld,
heeft de heer Oosterloo verbinding ge
zocht met de stadsarchivaris dr. D. P.
Oosterbaan. Een onderzoek op het ar
chief heeft echter geen nadere precise
ring kunnen geven van de plaats op de
Vlamingstraat, waar Vermeers moeder
heeft gewoond. Vermoedelijk is zij geen
eigenares van het pand geweest, zodat zij
niet in de desbetreffende stukken is ver
meld.
Vo!,en heeUf?rs.staking der Franse ambte-
-. rkep» gisteren het hnreerluchtvaart-
sti,~eer 1 gisteren het burgerluchtvaart-
«CeStand epK6" frankrijk bijna geheel tot
gp.s in stil. acht. Daar ook de onderwij-
6e ®er i,e„ warcn gegaan, moest on-
W Eeslote ntig Procent der scholen wor-
h aahtai V.000'' slechts een vijfde van
Na.? vlieai -T-T--ambtenaren staakte,
hu ®«n. die normaal in Nice en
V^i haar z°uden moeten landen, werden
T„ va n^t Zuidfranse militaire vlieg-
^aw^ariis fes gedirigeerd.
°hdo au staakten zowel de vuilnisop-
Ir- detniv, personeel van begrafenis-
aan ar heerste in Parijs een te-
«tajfPheei ater, omdat de helft van het
Cl»,"1® n het waterleidingbedrijf in
gegaan.
vërm aevenduizend stakers, onder
tr>0fi>*!lTaters, P.T.T.-beambten en
v„_an. de reinigingsdienst, be-
Oude afbeelding
De heer De Vries is in het bezit van
een afbeelding van het huis, dat in de
vorige eeuw werd afgebroken en op de
plaats waarvan zijn woning werd ge
bouwd. Dat huis was de herberg „Het
Hof van Holland" en de afbeelding er
van is gegraveerd in het deksel van een
Advertentie
Bij pijn, griep ol „landerig" gevoel zorgt een enkel
labiet dat U weer met plezier Uw werk kunt doenl
het ministerie van Finan
ce °hzo de leaze aanhieven; „Ver-
?at frahs« lon«n
Iw.'htyjlj. autoriteiten hebb
ah "rt dor --van de eisen tot loonsver-
oy.
Min autoriteiten hebben verklaard
<lav. der n§- van de eisen tot loonsver-
fle jq. ambtenaren ...eer zou vergen
00 miljoen frank, waarmede
tgen dt>0r het heffen van nieuwe
de schatkist wil versterken.
besrtlsasi 6 troePen. die in Little Rock
Igjo.h va' de orde bewaren sinds het
"liiln118 Van ongeregeldheden naar aan-
5? g Op .n de opheffing der rassenschei-
dovgJ®. middelbare school, zullen op
htiWe-r geheel worden vervangen
fp-i i ren van de staat Arkansas
ueraal gezag.
eenmaal de ontwikkeling verder is
voortgeschreden en het CCO bij tal
van bedrijfslichamen is ingeschakeld
als consumentenvertegenwoordiger, zal
het bijzonder moeilijk zijn, daar nog
wijziging in te brengen. Het is nu dus
de hoogste tijd, om ten aanzien van de
consumentenadviesorganen bij de PBO
een standpunt te bepalen en wij drin
gen er dan ook bij minister en staats
secretaris op aan, terstond die stappen
te ondernemen, die kunnen leiden tot
een duidelijke, zowel voor PBO als
consument bevredigende oplossing.
Toegegeven moet worden, dat de
oprichting van het CCO een derge
lijke oplossing moeilijkheden in de
weg legt. Met de Consumentenbond
nog als zelfstandige organisatie zou
het gemakkelijker geweest zijn advies
commissies samen te stellen, waarin
eventueel ook een zij het beschei
den plaats voor coöperatie en vak
beweging kon worden ingeruimd. Dit
neemt niet weg, dat, nu van onderaf
een beweging is ontstaan, die tot be
zorgdheid aanleiding geeft, van boven
af leiding gegeven zou kunnen wor
den, waardoor een en ander nog in
jgoeda banen kan worden geleid.
Op voordracht van de jury voor de
Koninklijke subsidie voor vrije schilder
kunst heeft Hare Majesteit de Koningin
een studiebeurs toegekend aan de vol
gende jonge schilders: J. Hillenius, Am
sterdam; mej. Han Mes, Koog a. d. Zaan;
J. W. Oosterkerk, Doetinchem; A. F. Orth,
Rotterdam; W. den Ouden, Amsterdam;
A. J. Veldhoen, Amsterdam.
klank triumfeerde en naar de geest, in
een deemoed of eenvoud des harten t.o.v.
het hen omringende mysterie. Hindemith
ging de kosmos minder bedeesd te lijf en
gebruikte daartoe een arsenaal van or
kestrale middelen die doorgaans als don
derbussen razen. Zou men menen dat in
Strauss' „Alpensymphonie" het maximum
van orkestraal volume wordt ontketend,
dan vindt men hier de overtreffende trap.
Naar oer-Germaans gebruik vangt al deze
geweldigheid aan met een straffe, uni
forme marsritmiek, waarbij naar Pruisi
sche usance de grote trom een soort
contihuo-bas vormt. In de programma
toelichting wordt dit als- „een heftig, onge-
breideld-onstuimig klinkende orkestpas
sage" betiteld.
Geheel dit luchtvaardig gevaarte is als
een so'ort drietrapsraket geconstrueerd:
I. Musica Instrumentalis
II. Musica Humana.
III. Musica Mundana,
respectievelijk als symbolen bedoeld van
het met de zintuigen waarneembare rijk
der tonen; der „'wezenseenheid van ziel
en lichaam in een bepaalde ordening", en
van de „harmonische ordening van het
heelal".
De verklaring „in een bepaalde orde
ning" t.o.v. wezenseenheid van ziel en
lichaam is hier bepaald niet mis te ver
staan
Het laatste deel poogt met een cente-
naarslast van een loodzwaar passacaglia-
thema en 21 varianten daarop, de iono-
sfeer te bereiken. Ondanks herhaalde
pogingen om door het wolkendek van
dit ondermaanse door te dringen, blijft
Hindemiths sferenmuziek echter dicht bij
de oppervlakte rondcirkelen, materialis
tisch als zijn denken is, Is ook zijn mu
ziek, die sterk met R. Strauss, Reger en
Brahms verwant, haar heil zoekt in het
etaleren van zijn componeerkunde; zijn
orkestratiekunde en tal van kundigheden
meer die vanzelf de vaardigheid van het
métier verraden, do'ch zelden ot nimmer
de geest over deze materie doét triuro-
feren.
Ondanks alle bijna bovenmenselijke po
gingen van Van Otterloo om deze muzi
kale constructie vaart te verlenen en
bijna doorlopend tumult te ordenen, en
ondanks de krachttoer van het Residentie
orkest (waarvan de slagwerksectie tot
zes man-sterk was opgevoerd) om het
werk partituurgetrouw weer te geven, kon
deze „Harmonie der Welt" niet verder
overtuigen dan' een ambachtelijk-resper-
tabel werkstuk dat haar fosforschittering
spoedig in de nacht der vergetelheid zal
zien doven.
MARIUS MONNIKENDAM.
Op het gebied van de menselijkever-1
houdingen in onderneming en organisatie
heeft zich-'na de oorlog een stormachtige
ontwikkeling voltrokken. Een ontwikke
ling, die men kan samenvatten in het be
grip: modern personeelsbeleid. Wat vroe
ger niet vee) meer was dan personeelsbe
heer, administratie, is sindsdien uitge
groeid tot een belangrijk onderdeel van
het bedrijfsbeleid. In de Verenigde Sta
ten van Amerika is deze nieuwe ontwikke
ling het verst voortgeschreden, maar ook
in Europa krijgt het moderne personeels
beleid en alles, wat hiermede samenhangt.
een groeiende betekenis.
Het moderne personeelsbeleid is een
veelomvattende, zeer complexe realiteit
met sociologische, psychologische, juridi
sche en economische aspecten. En het is
daarom een hele onderneming een samen
vattend overzicht te geven van alles, wat
er op dit gebied tot ontwikkeling is ge
komen. Dr. Ilerold. psycholoog van pro
fessie. heeft de moed gehad een dergelijk
werk tot stand te brengen Onder de titel:
„Doelmatig pcrsoneelshe"- is het on
langs verschenen bij G. 3 Ruys Uitge
versmaatschappij te Bussum.
Het is een kloek boekwerk van 578 blad
zijden, waarin de schrijver op heldere wij
ze de velerlei aspecten van het moderne
personeelsbeleid belicht.
Het boek valt uiteen in twee delen. In
het eerste deel wordt de ontwikkeling van
betere menselijke verhoudingen onder do
loep genomen. De schrijver begint dit ge
deelte met een beschouwing over het be
grip „vitale onderneming". Een begrip,
dat o.i. zeer vruchtbaar is als uitgangs
punt en maatstaf van het personeelsbe
leid.
Hierna volgen instructieve hoofdstukken
over wetenschappelijke onderzoekingen
t.a.v. de werker in de industrie, de auto
ritair en democratisch geleide onderns-
min|, de ondernemer en ziin problemen
de verheffing van de arbeid en de wit
op de ondernemingsraden.
niet nader ingaan. Wel moeten we een kri
tische opmerking maken. De schrijver
heeft er teveel bijgesleept, op tal van
plaatsen is hij te uitvoerig in zijn mede
delingen. Zo deelt hij b.v„ wanneer hij de
verheffing van de arbeid behandelt, mede.
welke de voornaamste politieke partijen
in ons land zijn. De kennis hiervan mocht
hij toch we! bij de lezers, tot wie hij zich
richt, veronderstellen. In deze opsom
ming voegt hij dan nog toe, dat de V.V.D.
in haar oorspronkelijk strikt liberale sa
menstelling stellig de stoot heeft gegeven
aan de arbeidersontwikkeling door de in
diening van de eerste sociale wetten. Wij
dachten, dat de eerste stoot aan de arbe"-
derontwikkeling gegeven is door de ar
beidersorganisaties zelf. Maar hoe dit zij,
deze opmerking en heel de opsomming van
de voornaamste politieke partijen had rus
tig terzijde gelaten kunnen worden. En zo
is net met tal van andere mededelingen.
De behandeling van deze op zich toch al
zo uitgebreide stof had beslist niet zo uit
voerig en gedetailleerd behoeven te zijn.
Dit zou aan de bruikbaarheid van het
boek zeker ten goede gekomen zijn. De
schrijver had wat dit betreft ook wat.
meer rekening moeten houden met de
overbelasting van degenen, tot wie bij
zich richt.
Deze kritiek neemt echter niet weg, dat
we dit boek van harte kunnen aanbe
velen aan allen, die dagelijks te maken
hebben met het personeelsbeleid en zijn
problemen. Zij vinden hierin een schat
van gegevens en tal van waardevolle ge
dachten en aanwijzingen, waarmee zij hun
voordeel kunnen doen. Het boek is helder
en zeer overzichtelijk geschreven en werd
door de uitgever in een fraaie band uit
gegeven.
In het tweede deel gaat de schrijver na
der in op het praktische personeelsbeleid
waarbij hij terecht het grote belang van
eenheid en evenwicht in het personeelsbe
leid vooropstelt. In dit tweede deel komen
vele belangrijke problemen aan .de ord°
zoals de selectie-procedure, de zorg voor
veiligheid en gezondheid, de vraagstukken
rond de opleiding, het streven naar een
objectieve loonvorming, de problemen van
informatie en communicatie, de positie
van de vrouwen en de ouderen in het be
drijf. de opbouw en inrichting van de per
soneelsdienst enz.
Al deze beschouwingen zijn met elkaar
verbonden door één gemeenschappelijke
gedachte, nl. dat er geen beleid denkbaar
is zonder personeelsbeleid en geen per
soneelsbeleid zonder wezenlijke belang
stelling en achting voor de morele waarde
van de medemens en van de positie, waai-
in deze in maatschappelijk verband ver
keert. Een gedachte, waarmee wij van
harte instemmen.
«vij kunnen op de rijke inhoud van dit
boek in het kader van een boekbespreking
(Van onze verkeersredacteur)
Wanneer een chauffeur zijn rijbewijs
laat verlopen, kan hij nog gedurende een
tijd van drie jaar (binnenkort wordt dat
één jaar) een nieuw rijbewijs aanvragen
zonder dat hij daarbij verplicht is, op
nieuw examen af te leggen. Maar indien
aan een chauffeur voor een bepaalde tijd
de bevoegdheid tot het besturen van een
motorrijtuig wordt ontzegd, moet hij dan
indien de geldoigheidsduur van zijn rij
bewijs intussen is verlopen opnieuw
examen doen? Ja. zegt de commissaris
van de Koningin in Zuid-Holland Nee.
zei onlangs de president van de Haagse
rechtbank in een kort geding, dat op in
stigatie van de A.N.W.B. was ingespannen
door de Haagse importeur S.
De commissaris van de Koningin in
Zuid-Hollar.d heeft, naar aanleiding hier
van, een appèl ingesteld tegen de uit
spraak van de Haagse president. Gisteren
werden voor het Haagse gerechtshof in
deze appèlzaak de pleidooien gehouden.
Mr. C. N. Telders betoogde, dat de wet
in feite geen andere mogelijkheden open
laat, dan die welke door de commissaris
van de Koningin in Zuid-Holland in prak
tijk waren gebracht. Mr. J. E. Hes ant
woordde op dit gelaten betoog, dat hij ge
laden was, omdat de rechterlijke macht
hier het plechtanker is voor de burger
in het kader van de rechtsbescherming,
tegenover de overheid.
De onbeholpen cofistructie van de wet
stelt ons voor een impasse, aldus pleiter:
vandaar dat hij een aanval wilde doen op
het „bolwerk" als zou de rechter in dezen
geen bevoégdheid hebben.
1 Diep werd ingegaan op de interpretatie
kort geding recht sprekend bevoegd is
een bevel aan de overheid te gefcen tot
het verrichten resp. zich te onthouden van
een bestuurshandeling. Immers, tegenover
het voortdurend uitblijven van een rege
ling van de administratieve rechtspraak
wordt het streven naar een uitbreiding
van de bevoegdheden op dit punt steeds
sterker, zoals blijkt uit een aantal recente
vonnissen van presidenten van rechtban
ken en verscheiden*, publikaties.
De president van het Haags gerechtshof
zal op 18 december arrest wijzen in deze
zaak. die met bijzonder veel belangstelling
wordt gevolgd Een duidelijke uitspraak
zal voor velen in een gemis voorzien
op bet ogenblik is hef zo. dat in voor
noemde gevallen van aflopende geldigheid
na een periode van in beslag nemen van
het riibewiis. zes van de elf griffies in
Nederland geen nieuw examen verlangen.
D O
De in het Centraal Orgaan samenwer
kende bonden van ouden van dagen en
gepensioneerden hebben zich tot de mi
nister van Sociale Zaken gewend met het
verzoek, de uitkering van de Algemene
Ouderdomswet te verhogen, omdat de kos
ten voor het levensmiddelenpakket zijn
gestegen.
Gevraagd wordt, of de minister er bij
eventuele verhoging van de A.O.W. bij
de gemeentebesturen op zou willen aan
dringen, de verhoogde uitkering niet af
te trekken van de aanvullende steun van
gemeentewege. Tenslotte wordt aange-
vanTet'^nderT d7n" "in artikel'Ïl4 "van drongen op verhoging van de huurcom-
Bij K. B. is aan mr. T. de Jong op zijn
verzoek met ingang van 1 januari 1958
eervol ontslag verleend uit zijn ambt van
raadsheer in het gerechtshof te Amster
dam.
het Wegenverkeersreglement. Achtergrond
van de diepgaande graverij in deze inge
wikkelde juridische matérie vormde het
geschil over de vraag, of de president in
pensatie voor be.iaarden, omdat blijkt dat
veel gevallen de huurverhoging de daar
voor gegeven compensatie niet onaanzien.
lijk overtreft.
Prins Bernhard heeft zich als] begrijpen, in hoge mate verheugd. Maar
nog meer het feit, dat uit deze massale
deelpeming gebleken is, dat de belang
stelling van het Nederlandse volk voor
zijn cultuurschatten groter is dan wij
hadden durven hopen.
De prins schrijft: „Het is een jaar ge
leden, dat mijn oudste dochter u door de
radio heeft toegesproken en u heeft op
gewekt deel te nemen aan de toen op
gerichte stichting openbaar kunstbezit.
Aan deze oproep hebt u in een zo over
weldigende mate gehoor gegeven, dat de
stichting thans niet minder dan 78.000
abonnees telt, die wekelijks gedurende
10 minuten genieten bij het aanschouwen
van de kieurenreprodukties en bij het
beluisteren door de radio van de toelich
tingen der deskundige sprekers.
Deze reactie heeft ons, zoals u zult
HET ontwerp-Deltawet is, zoals
men zich herinneren zal, in de
Tweede Kamer met 8 stemmen
tegen aangenomen. Deze tegenstem
mers waren alle leden van de katho
lieke fractie en onder hen bevond
zich de voorzitter van deze fractie,
de heer Romme. Deze heren waren
tot de conclusie gekomen, dat een
bepaalde regeling uit het wetsont
werp, zoals die bij de eindstemming
was komen te luiden, in strijd kwam
met een grondwetsbepaling.
Het laatste lid van artikel 4 van het
'ontwerp Deltawet gaf aan de regering
de macht om een hoogwaterkering,
welke in beheer was bij een waterschap
en welke overeenkomstig andere
voorzieningen van datzelfde artikel 4
gedurende uitvoering van werken krach
tens de Deltawet in beheer was genomen
van het Rijk, in beheer bij het Rijk te
houden na de uitvoering van die wer
ken. De Regering zou zulks blijkens het
wetsontwerp kunnen doen na het horen
van Provinciale Staten indien het alge
meen belang nodig of wenselijk maakt,
dat de betrokken hoogwaterkering in
beheer van het Rijk blijft.
Aanvankelijk had in het wetsontwerp
gestaan, dat Gedeputeerde Staten moes
ten w.orden gehoord; Gedeputeerde
Staten werden echter ingevolge het
amendement, dat staat op naam van de
heer Biewenga, vervangen door Prov.
Staten, zodat dus nu een openbare ver
gadering over deze zaak nodig is van
de hoogste provinciale autoriteit. De
Grondwet (art. 206, lid 2) brengt mee,
dat een taakwijziging van een water
schap (bijv. het in beheer overnemen
van een hoogwaterkering door een
andere instantie) kan worden tot stand
gebracht door Prov. Staten, hetzelfde
college dus, dat thans volgens de tekst
van het wetsontwerp moet worden ge
hoord over de vraag of het algemeen
belang meebrengt, dat de betrokken
hoogwaterkering in beheer van het Ri.lk
blijft. De Grondwet zegt nadrukkelijk,
dat de Prov, Staten behoudens goed
keuring van de Kroon over de wijzi
ging 'van de inrichting van een water
schap zullen kunnen beslissen.
Ingevolge het wetsontwerp echter zou
den Prov. Staten slechts kunnen advi
seren over de wijziging van de inrich
ting van een waterschap.
De vraag welke hiermee rees kan
dus als volgt worden samengevat:
Sluit de Grondwet (art. 206, tweede
lid) elke andere weg van wijziging
van de taak van een waterschap uit,
behalve die welke in die bepaling
wordt genoemd en volgens welke de
beslissing ligt bij Provinciale Staten?
Mag derhalve de Deltawet bepalen,
dat de Kroon, Provinciale Staten ge
hoord, de inrichting van een water
schap duurzaam kan veranderen?
NAAR onze mening dient men arti
kel 206, lid 2, van de Grondwet
in dier voege te verstaan, dat het
als algemeen beginsel en als normaal,
geval aan Provinciale Staten waar
borgt, dat zij ter zake van de inrich
ting en de reglementen van de water
schappen het bevoegde gezag zijn. In
strijd met deze bepaling zou zijn een
regeling, waarbij zonder duidelijke
noodzaak en rechtvaardiging een
ander gezag dan Provinciale Staten
een definitieve wijziging zou bren
gen in de. taak (inrichting) van een
waterschap.
Nu is het met artikel 4, lid 4, van het
ontwerp-Deltawet zó gesteld, dat hier
een algemene machtiging voor de Kroon
wordt gevraagd, om te zijner tijd een
definitieve wijziging te brengen in de
taak van een waterschap. Een bijzondere
reden, waarom de wetgever thans nood
zakelijkerwijs op de toekomstige beslis
sing zou moeten vooruitlopen, kunnen
wij met de beste wil ter wereld niet
ontwaren. Als te zijner tijd de onver
mijdelijkheid zou blijken het beheer van
een hoogwaterkering over te doen gaan
van een waterschap naar het Rijk, dan
zou men altijd nog. ingeval Prov. Staten
weigerachtig zouden zijn, een wet in
deze geest kunnen tot stand brengen.
Vandaar dat wij artikel 4, lid 4, inder
daad inconstitutioneel achten, ook al
zouden wij dus menen dat in een bij
zonder geval een wet. de inrichting van
een waterschap kan wijzigen-, een macht
welke in een normaal geval ingevolge
de Grondwet toekomt aan Prov. Staten.
Het lijkt ons onontkoombaar, in de
betrokken bepaling van het ontwerp-
Deltawet een blijk te zien van een
centralistische houding. Het is volstrekt
niet zó gesteld, dat bij schrapping van
artikel 4, lid 4, aan de Regering zou
worden onthouden een der middelen
welke nodig zijn opdat de Regering „de
eenheid en samenhang van de uit
voering" der Deltaplannen kan ver
zekeren, zoals de heer Algera scheen te
menen; deze wetsbepaling immers ziet
op de toestand als die uitvoering achter
de rug is 1 En als de minister van
mening is, dat hij, minister, „tenslotte
eea grote verantwoordelijkheid moet
dragen voor de veiligheid van ons volk",
dan kan hij hiermee niet scheppen een
grondslag om bevoegdheden, welke
eventueel aan de wetgever zouden
toekomen, bij voorbaat te steken in de
zak van de Regering.
OVER omstreden grondwetsinter
pretaties wordt in de praktijk
vaak beslist door precedenten. In
een geval als het onderhavige dringt
de betekenis van het grondwettelijk
beschermde principe van decentrali
satie op de voorgrond.
De vraag, welke in het licht van de
totstandkoming van de betrokken
grondwettekst de juiste uitleg is, be
hoeft niet altijd voor 100 procent te
beslissen over de vraag, welke de in
houd is Van de rechtsgebondenheid,
welke uit de Grondwet voor de wet
gever voortvloeit. In het onderhavige
geval laat de geschiedenis van de tot
standkoming van artikel 206, tweede lid,
ons in het duister; de vraag, of de
Grondwet elke andere bevoegdheid dan
die van Prov. Staten in absolute zin zou
verbieden, is onvoldoende tot haar recht
gekomen bij de totstandkoming. Het is
niet nodig een absoluut verbod aan de
wetgever in artikel 206, tweede lid, te
lezen. Wél nodig is het, dat aan de
wetgever strenge eisen worden gesteld,
alvorens hij gerechtigd kan worden
geacht op het principe van de zeggen
schap van Prov. Staten in deze materie
een inbreuk te maken.
Naar onze mening had de heer Romme
gelijk toen hij uitsprak, dat schrapping
van artikel 4, lid 4. uit het ontwerp
verreweg de beste oplossing zou zijn.
In het algemeen is naar onze mening
het wetsontwerp wat misbruikt om en
kele geenszins noodzakelijke bevoegd
heden voor de Regering binnen te halen
als aanhangselen van een alleszins sym
pathieke beginsel-uitspraak van de wet
gever over het Deltaplan.
Dit is dubbel ernstig nu zonder vol
doende rechtvaardiging principiële in
breuken op het eigen recht van de
lagere lichamen zijn gemaakt. En deze
ernst wordt dan nog extra vergroot, als
de Grondwet die staatsrechtelijke de
centralisatie op een bepaald punt na
drukkelijk versterkt en waarborgt: als
de Grondwet aan Prov. Staten opdraagt
de reglementen van de waterschappen
te wijzigen e.d. Het is ie hopen, dat
menigeen in de toekomst het eigen recht
der lagere lichamen op zo felle manier
in bescherming zal nemen als de acht
tegenstemmers ditmaal deden, en dat zij
dan meer succes zullen hebben
F. D.
Toch is uit de voorlopige statistiek van
een door het Prins Bernhard Fonds in
gestelde enquête gebleken, dat er niet
tegenstaande dit succes nog grote groepen
der bevolking zijn die onvoldoende wer
den bereikt en die vaak door gebrek aan
voorlichting te weinig openstaan voor de
schoonheid van de kunstwerken die onze
musea zo rijkelijk bevatten. Vandaar dat
ik, nu het begin van de tweede jaargang
der cursus in zicht is, als voorzitter van
het Prins Bernhard Fonds, dat ook zijn
deel aan de voorbereiding van dit be
langrijke werk heeft bijgedragen, u graag
opnieuw opwek om u als deelnemers voor
het nieuwe jaar aan te melden. De vreug
de die u op deze wijze aan ons openbaar
kunstbezit zult beleven zal u ongetwij
feld ook dit keer niet teleurstellen; in
tegendeel". zo besloot Z.K.H. zijn woord
ter aanbeveling.
Op deze tweede radiocursus van 6e
stichting hebben nu reeds ruim 45 000
personen ingetekend. De verwachting is,
dat men de 100 000 zal' halen en tenminste
90 pet. van de 78.000 abonnees op de eer
ste cursus ook voor de tweede zullen in
schrijven. Indien inderdaad dit enorme
aantal zal worden bereikt betekent dit,
dat vier miljoen reprodukties van kunst
werken over ons land zullen worden ver
spreid, zo deelde de voorzitter der stich
ting, prof. dr. J. G. van Gelder, op een
persconferentie mede.
over wordt overwogen of men iets
dergelijks tot stand kan brengen.
De combinatie van \tfbord (toelichting)
en beeld (reproduktie) is uniek en uit de
grote belangstelling voor de eerste en de
intekening op de tweede cursus is het
sprookje, dat het Nederlandse volk geen
gevoel heeft voor kunst naar het rijk der
fabelen verwezen, zo concludeerde de
voorzitter.
Bij de samenstelling van de eerste
cursus heeft men zich beperkt tot het
werk van Nederlandse kunstenaars Bij
de nieuwe is ook werk van Vlaamse
kunstenaars in Nederlandse musea opge
nomen, en het ligt in de bedoeling, dit
bij de derde cursus uit te breiden tot
werk van Franse, Duitse en Italiaanse
kunstenaars.
Een enquête over de verspreiding der
abonnees heeft uitgewezen, dat deze niet
beperkt is gebleven tot de steden waar de
grote musea zijn, maar juist ook daar
waar er geen zijn; tot in de verste uit
hoeken van ons land. Vijftig procent
woont in gemeenten met minder dan
100.000 inwoners. Meer dan 500 scholen
zijn geabonneerd op de cursus, waarvan
't grootste deel in Limburg en N-Brabant
Ook honderden Nederlanders, in Australië
en Canada, en verder buitenlandse musea
zijn lid geworden van de stichting. De
STICUSA overweegt ook de West in dit
werk te betrekken en de voorbereidingen
hiertoe zijn reeds in een ver gevorderd
stadium. Ook in het buitenland heeft de
cursus de aandacht getrokken, van België
tot in het Midden-Oosten, en zo bleek
uit de correspondentie der stichting daar-
Om uit de hoeveelheid van zwarte schij
ven oen keus te maken en enkele aanbe
velingen te geven, richten wij uw aan-
dachfop het. volgende.
Allereerst voor degenen, dóe nooit en
thousiasme zullen kunnen opbrengen voor
het hypermoderne, enkele platen met de
vertrouwde driekwartsmaat, waarin na
tuurlijk de grootmeester Johann Strauss
uitblonk. Prima van kwaliteit is de D.G.G.
plaat 19035 „Johann Strauss-Klange" door
het RIAS-orkest o.l.v. Férenc Fricsay.
Saaiheid is niet te bespeuren. De vita
liteit. van de Weense wals is overrom
pelend. Men hoort allereerst de Fleder-
maus-ouverture. Het is voor ons steeds
weer een teleurstelling te moeten erva
ren, dat deze verrukkelijke, operette niet
integraal op de plaat is vastgelegd. Dit
heimwee blijft vooral na de prestaties on
der leiding van Fricsay op deze plaat.
Verder staan de Annen Polka, Frühlings-
stimmen-Walzer, Rosen aus dem Süden,
Tritsch-Tratsch Polka en Morgenblatter
op de royale langspeelplaat.
Wie Strauss prefereert met vocale pres
taties zal de Telefunken-plaat BLE 14012
moeten aanschaffen. Koor en orkest van
het Deutschen Opernhaus te Berlijn onder
leiding van Johannes Schüller, musiceren
en presteren het om de hoogtepunten uit
de operette te laten klinken met schwung
en temperament. Ook hier een Querschnitt
van de Fledermaus (met de Berliner Phil-
harmoniker o.l.v. W. F. Reusz) en verder
„Eine Nacht in Venedig". „der Zigeu
nerbaron" (onder directie van Reusz) en
de Waldmeister Ouverture (o.l.v. Walter
Lutze).
Bu
Heden is de Apostolische Constitutie
„Primo Exacto Saeculo" gepubliceerd,
waarin Paus Pius XII de jubileum-aflaat
afkondigt, welke wordt verleend aan de
pelgrims, die zich gedurende het herden
kingsjaar van de verschijningen van de
H, Maagd te Lourdes naar het genade
oord begeven.
Deze aflaat kan gedurende het tijdperk
tussen 11 februari 1958 en 11 februari 1959
verdien.d worden, doch slechts éénmaal
en op voorwaarde .dat de pelgrim op de
dag zijner keuze naar behoren boete doet,,
ter H. Communie gaat en voor de inten
ties van de Paus bidt: te weten voor de
terugkeer van de dwalenden tot de waar
heid des geloofs, voor de bekering van de
zondaars voor "de verdere vooruitgang
der goeden op de weg der christelijke vol
maaktheid, ,voor het herstel en de beves
tiging van de eensgezindheid en de vrede
onder de mensen en de volkeren en ten
slotte voor de vrijheid der Kerk In ue
gehele wereld.
In de Constitutie, die gedagtekend is
1 november 1957 het feest van Aller
heiligen. geeft de H. Vader uitdrukking
aan zijn verlangen, dat het Jtomende
eeuwfeest op waardige wijze door de
gelovigen over de gehele wereld wordt
gevierd. Na gewezen te hebben op de
verschillende plechtigheden die op het
ogenblik ter opluistering van het eeuw
feest in voorbereiding zijn, spoort Z.H.
de Paus in het bijzonder aan tot veel
vuldige boetedoening en H. Communie,
benevens tot het bijwonen van de H.Mis
als heilzaam voor de christenen en aan
genaam aan de Moeder Gods.
Omdat de H. Maagd bij gelegenheid
van haar Verschijning niet alleen er op
gewezen heeft te bidden, maar. ook boete
te doen, vr ingt de Paus van alle gelovigen
zich vrijwillig enkele verstervingen op te
leggen met het doel God, Die door de
schuld der mensen werd beledigd, een
zoenoffer te brengen. De H. Vader noemt
hier als voorbeelden de vrijwillige aan
vaarding van de moeiten, het leed en de
tegenslagen des levens.
Dan volgt een opsomming van de gun
sten en privileges, die de Paus in het
bijzonder in het komend jubeljaar toestaat
aan de gelovigen die zich in de loop daar
van naar Lourdes begeven. Aldus meldt
het K.N.P.