iNog steeds kielden vogels al zingend de moed er in Zweden vormt zijn officieren ter koopvaardij voor de mast Staat het in de sterren geschreven wbhhsi coors (sociale wegwijzer) m te,/ Eerst de praktijk en daarna de theorie VAN HART EN HOOFD Ongevallenwet en Ziektewet 3IM&-'>2* km i f%\,: ZATERDAG 28 DECEMBER 1957 Uitzonderlijk geval Het kwik stijgt Fraaie taferelen Onbestendig Al maar vogels Winterbegin Geheel zes jaar »fn DRANKMISBRUIK NEEMT TOE OP PLATTELAND Si Werkloosheidsivet C,V6r; S3»0 Telkens opnieuw mislukte het winteroffensief Het vleugje vorst in de nacht van 20 op 21 november was eigenlijk een geval van kinderachtige bangmakerij. Wel beten zijn scherpe tanden de bladeren los van de Amerikaanse vogelkers, die zich, prachtig botergeel, tot dusver nog hadden weten te handhaven, maar nadien retireerde de ijs- koning, zodat in nagenoeg de gehele derde decade de temperaturen zeer onwinters waren en bet kwik in het midden des lands om 12 uur zelfs meer dan eens tot 10 graden Celsius opliep. Oude Soester architectuur: boerenhuisje in het winterlandschap. Niet alleen de dagen waren dus veelal zacht, maar tevens de nachten, zodat het verklaarbaar was, dat 's avonds zowel de mannetjes van de kleine wintarvlinders als die van de veel grotere en contrast rijker bruingebandeerde vlinders op de ruiten verschenen: zij konden zich moei lijk uit de ban van het elektrische licht bevrijden. Tussen de dagen mocht dan al eens een enkele door lopen, die ons blijde zonne schijn schonk, maar de meeste waren overwegend grauw en zo nu en dan re genachtig. Zonder vogelzang behoefden wij het echter nog niet helemaal te ste.- len: de bruine dreumes met de wipstaart, de winterkoning, verraste ons telkens met zijn lied, sterk en kordaat, de rood- borst versierde de effen stilte meer dan eens met zijn trillerlijntjes en de televisie antennes werden herhaaldelijk bekroond door spreeuwen, die klapwiekend hun aantrekkelijke, zeer gevarieerde strofen floten. En dan was er nog de boomklever, die vooral op één slag wonderlijk druk en met een zee:- vol geluid tijden lang de aandacht vestigde op zijn „telegraferende' stem. Het was ook in de laatste decade van november, dat een Soester dorpsgenoot er mij van verwittigde, dat één van zijn post duiven niet in het huisje, dat zij oewoon- de, op normale wijze was gaan nestelen, maar dat zij in een gat van de grond was gekropen en daarin haar twee witte eieren had gelegd. Dat was een interes sante gebeurtenis en stellig een geval van atavisme. Tot goed begrip van zaken die- ne, dat onze tamme duiven afsiammen van de rotsduif. hoe uiteenlopend zij er op het stuk van tekening en kleur ook mogen uitzien. De rotsduif nu - haar naam licht er ons al over in bewoont rotsachtige gebieden in Ierland, Schotland, Frankrijk en Zuid-Europa (Pyrenees schiereiland, Italië en de Balkan). Vaak vindt men ze langs de zeekust en zij pleegt haar eieren in spleten en andere gaten tussen het gesteente te leggen Zij zoekt het dus laag bij de grond in tegenstelling tot onze houtduif, gewone en Turkse tortel, die een ijl takkenvloer- tje bouwen in het geboomte.. Een andere weg slaat echter onze kleine bosduif m, want daarvan moet men de eieren zoeken ■in holle bomen, konijnepijpen e.d. Van daar dat de vogel bij ons ook holenduif wordt genoemd; „holduif" is de aandui- d ng van onze Vlaamse broeders. 'Nu ik even over de zuidergrens ben getrokken, deel ik ter aanvulling nog mee, dat de rotsduif ook in beperkten getale in Beigië broedt. Dit is echter geen geval van actieve verspreiding. De Belgen zijn nu eenmaal verzot op duivenschieten en Imo- ben ten behoeve van deze „sport" rois- duiven uit Sp'anje geïmporteerd. Sommi ge daarvan verkozen de vrijheid en heb ben zich bij onze zuiderburen in het wild voortgeplant. Atavisme komt overigen-) ook wel eens een enkele keer bij andere vogels voor. Zo herinner ik mij uit mijn jongensjaren, dat ik op een goede dag, toen ik ten oosten van de Zwette, de trek vaart van de Friese hoofdstad naar Sneek, ongeveer halverwege Uijtgaard en Leeu warden, naar eieren van kievit, tureluur, grutto en scholekster zocht, ineens gróte ogen opzette. En dat was te begrijpen, daar stond ik plotseling in het weagebied v.oor een omvangrijk nest van een zwarte kraai, dat zomaar op de grond was ge bouwd in plaats van, zoals het „behoort in oen boom. Hoeveel eieren cr inhet nest lagen, weet ik niet meer, maar dit as ook niet belangrijk. ons land en wij beleefden in het Utrecht se drie stralende, rustige dagen. Maar toen waren de krachten van de winter vrijwel uitgeput. Overdag vroor het niet meer en het gebeurde in de rest van de eerste decemberweek nog maar een en kele keer ,dat het kwik een ietsje onder het nulpunt zakte. Overdag steeg het daar, terwijl mist en heiïgheid de wereld ver- nauwden en tenslotte de wind de regen of natte sneeuw voor zich uit stuwde, meestal een graad of drie, vier vijf bo ven uit. In een robinia van een belen dende tuin riep een grote bonte specht, die niet in mijn naaste omgeving broedt het was dus een trekker ,of zwerver tijdens het voedselzoeken luid en scherp zijn tsjiek-tsjiek en de boomkruiper, al weer zo'n stammenklimmer, floot wellui dend zijn tie-tie—tie. De boomklever ver zond weer melodisch en opgewonden zijn telegrammenl De sotto voce-zang van een merel was een beminnelijke toegift. Mis schien was het wel hetzelfde exemplaar, dat ik een tijdje tevoren zich te goed zag doen aan de blauwverwaasde bessen van de mahonia, waarvan het gracieuze blad soms zo boeiend wordt versierd, als vorst of rijp het betoveren. sneeuw te vallen. Zo zette de winter ook in de derde week van december niet door ?n de boomklever seinde dit nieuws naar alle kanten. Toch konden de kinderen, die vrij van school kregen, een paar da gen lang op de ijsbaan hun hart ophalen en bovendien werden er hier en daar al schaatswedstrijden gehouden. Bovendien werd, vooral in het noorden en oosten des lands, waar de vorst het pittigst was, op sommige kanalen de scheepvaart hetzij gestremd, hetzij bemoeilijkt. Ook de ijs- vorming op het IJsselmeer en de rand meren van de Zuiderzee veroorzaakte tij delijk wat last, maar de toestand daar was niet zo, dat de kleine zwanen en de dui zenden eenden, die daar in deze tijd "an hgt jaar met vakantie vertoeven, massaal op de vlucht behoefden te slaan. Wei trokken er wiggen kolganzen met^ luid stemvertier over mijn woning te Soest, maar die kwamen u t streken, waar de vorst veel strenger optrad. Afwachten de boodschap Het offensief van de winter was dus voor de zoveelste maal weer op een échec uitgelopen. Hoe smadelijk zijn nederlaag was bleek hieruit, dat de temperaturen in De Bilt op 19, 20, 21 cn 22 december te 12 uur onderscheidenlijk 6, 6, 8 en 7 graden Celsius bedroegen. De vogels be hoefden niet meer van de bedeling ie le ven. Zo wachten wij dus met spanning af of de winter ook de laatste negen dagen van het jaar zijn kwakkelend karakter zal behouden en hoeveel kalkoenen van Piet Hornsveld' die daar achter in de Soester heide woont, Kerstmis zuilen overleven? RINKE TOLMAN. Fantastische luchten in het laatst van het jaar: de wolken vertonen metallieke randen. ring) en van zwart zonder enige verdere kleurenmenging (een streep van snavel basis tot de nekstreek, waarin het oog opgenomen). Mijn roerloosheid bracht de vogel er zelfs toe de afstand tussen hem en mij nog tot de helft te verkleinen, doordat hij. binnen mijn handbereik, op het blad van een grote lisdodde ging zit ten, waar hij iets van zijn gading hoopte te vinden. Iets verwants beleefde ik in de nazomer met een rietzanger, toen ik op een dag, eveneens als broeder in Pe trus, aan de oever van de eerste Bruine- koolwaai stond. Toen gebeurde het,dat genoemde vogel, die voortdurend af en aan vloog om de jongen van voedsel te voorzien, de arbeid een poosje onderbrak en zich posteerde op het topeindje van mijn hengel, waar hij zijn veren heel net jes ging kuisen. Zulke tafereeltjes zijn werkelijk onvergetelijk. Ik teken hierbij n,og aan. dat er tegen het begin van de herfstmaand nog steeds jonge rietzangers zijn, want deze vogelsoort broedt herhaal delijk tweemaal per jaar. Tot het einde van november zetten wit te dovenetel, madelief, duizendblad, paar debloem en zelfs enkele akkerdistels m de vrije natuur nog steeds hun bloei voort en ook in de siertuinen wisten gouds bloem, roos en chrysant hierin te slagen. Prachtig waren in deze periode meer malen de luchten; vaak hadden de wol ken in de avonduren metalliek flonkeren de zomen en de oranje zonsondergangen De bij dit artikel geplaatste foto's zijn van C. R. Tolman Mussolie. Zeer opmerkelijk was het begin van de tweede decemberweek. De storm, die des nachts had gewoed en die zondagmorgen, mét regenvlagen, nog voortduurde, had flink in het dorre hout huisgehouden en vooral de takken afgerukt, waarvan de gezondheid door allerlei fraaie houtzwam- men toch al was ondermijnd. Wij mochten een tijdlang zelfs van koesterende zon profiteren, maar vooral verbijsterend was, dat door de aanvoer van zachte oceaan- lucht, die ih een zeer snel tempo geschied de, de kwikkolom van onze thermometers niet minder dan tien graden omhoog vloog. Er waren zelfs weerkundige sta tions, die een temperatuur van 12 graden noteerden. Mijn tuin kreeg ik vol mezen en trekvinken. De laatste bestonden voor namelijk uit warm gekleurde mannetjes. Het leken, terwijl zij in mijn tuin hun zaadjes pikten, wel wat op lanterfanten de vrijgezellen en toen schoot mij ineens de soortnaam van de vink te binnen: coelebs. Zo gaat, nu ik zoëven in gedachten weer door de Friese „greiden" zwierf, mijn denken meer uit naar het Utrechtse po,- derland en wel speciaal naar het ouestfcr Eemgebied en het land van Eemnes. De kieviten waren de polder in de laats ,e tien dagen van november nog steeds met ontrouw geworden; integendeel: zij ver toefden er nog steeds bij duizenden en duizenden, de concentraties kok-, zilver en stormmeeuwen tekenden zich tegen de bodem als reusachtige witte lakens af en de bonte kraaien met hun petit-gns— rug en onderdelen sloegen bedachtzaam hun zwarte vleugels uit. De graspiepers waren evenmin uit het egale landschap verdwenen; telkens veerden zij bij mijn nadering van de grond op en hingen dan een tijdlang dansend in de lucht. Water snippen verrieden zich voortdurend door hun gemelijk geluid, de kleine zwanen joelden over het IJsselmeer en de bu.zer- den miauwden als katten. Een andere muizenvanger, de torenvalk, hing her en der in het luchtruim te „bidden". Hij ont breekt trouwens in geen enkel jaargetijde. Intussen was er één kleine gebeurtenis, die mij bijzonder trof. Toen ik op 23 no vember tegenover de Hooglandse boer derij Krachtwijk aan de Soester zijde van de Èem stond te vissen, had ik mijn hen gel op de gTond gelegd. Dat wil zeggen, het overgrote deel daarvan bevond z.ch boven het water, de rest, zo'n halve me ter, lag op de wal. En toen ging daar, terwijl ik onbeweeglijk tuurde, ineens op het handvatgedeelte een allersierlijkst pimpeltje zitten, frank en argeloos. On beschroomd staarde het naar het strakxe standbeeld, waarin ik was veranderd. De kleine vogel was maar een paar decime ters van mij vandaan. Alle bijzonderoe- den van zijn kleed waren van dichtbij waarneembaar: het geel van borst en buik, de kobaltkleuren van de schedelkap. wieken en staart, het wit van de wangen, gevat in een kader van zwartblauw (hals waren soms tevens een lust voor het oog. Grillige gevaarten bevoeren dikwijls de hemeloceaan of lagen rustig v,oor anker en gedurfd waren vaak de kleurcontrasten tussen sneeuwwitte opstapelingen, blauw grijze loodbanken, zeegroene wakken en roze of bruingouden horizonbanen. Een ranke prille maanaigrette tekende zich dan tegelijkertijd af tegen het fantastische firmament. Er waren ook wel regenboog- dagen en dan richtten zich onze ogen verwonderd en bewonderend naar de zeven spectrumkleuren. Bij tijd en wijle schampte er laat avondlicht over de vel den en dan stond het bonte jongvee ver klaard in een wereld van glanzend diep groen fluweel. De vissen bereidden zich, al was de meteorologische winter, laat staan die van de kalender, nog niet eens begonnen, intussen al op de lente voor. De kuit vorming bij blank- en windvoorn. pos, snoek en baars (die behalve kleine vissen ook gulzig halfwas-groene kikkers naar binnen schrokte) was al vrij ver voort geschreden en dat gaf de burger moed, want dit betekende, dat over een kleine maand de dagen zoetjesaan weer zouden beginnen te lengen. Maarop de laat ste novemberdag duikelde de dagtempe ratuur ineens tien en meer graden naar beneden, 's avonds flonkerden de sterren verdacht helder aan een effen uitspansel en toen december zijn intrede deed, had den vriesarabesken de ruiten versierd: het had licht tot matig gevroren. Ijsbanen gingen open in verschillende delen van Het stormachtige en gedeeltelijk zonnige weer hield ook de volgende dag nog aan, zodat de bloei van gekweekte heide, violen, primula's, winterjasmijnen en leeuwebekjes (Antirrhinum) helemaal niet onnatuurlijk aandeed, maar met de tem peratuur ging het daarna hoe langer hoe meer bergaf, zodat wij het op de laatste dag van de week met maar één pover graadje boven nul moesten stellen, zo- wei 's nachts als overdag. Het werd on behaaglijk weer, de noordenwind, die pas tegen de avond ging luiyen, blies natte sneeuw voor zich uit, die tegen het duiste ren niet meer smolt, maar bleef liggen. De vinken, koolmezen, heggemussen en merels concentreerden zich prompt op de voerplaats. Des zondagochtends was de grond hard onder de voet. Er was veel zon, maar ook dreven er heel de dag wolken over. Vooral in het oosten des lands viel er een flink pak sneeuw, maar in het Utrechtse was de wereld maar een heel klein beetje wit. De straten waren echter gevaarlijk glad, doch de „gemeen te" had tijdig zand gestrooid, 's Avonds ging de noordooster luwen, de lucht werd sterhelder en dat voorspelde vorst. Ook de radio kondigde die aan. Moesten wij maatregelen nemen om het bevriezen van de waterleiding te voorkomen? Wij be sloten ze achterwege te laten, maar ge lukkig behoefden wij niet de wrange vruchten van onze roekeloosheid te pluk ken. In de ochtend van die maandag liep de keukenkraan nog even geestdriftig als altijd, maar toch had het in De Bilt negen en op het vliegveld Twente zelfs twaalf graden gevroren. De bladeren van de rhodo's hingen droevig en benepen af en de bloemen bleven, daar de vorst overdag „matig" bleef, heel de dag op de ruiten, behalve op de plaatsen, die recht streeks waren blootgesteld aan de straling van de zon, die heel de dag flonkerend scheen. Behalve het viertal vogelsoorten, dat ik zoëven al noemde, had ik nu ook r.ood- borst, huis- en ringmus te mijnen laste. De merels hadden hun veren wijd uitge zet en waren veranderd in dikke ronde proppen. Kostelijk deed het vogelvolkje zich te goed aan brood, aardappelen en kaassnippers. Ook in de nacht van maan dag op dinsdag vierde Thialf nog zijn triomfen, maar zijn machtspositie begon reeds diezelfde nacht bedenkelijk te wan kelen: de minimum-temperatuur :n De Bilt bedroeg toen —11 graden, maar voor 7 uur waren daar maar drie graden van overgebleven en er begon toen wat mot- Postduif op pompzwengel. Bij deze vogel deed zich het verschijnsel van atavisme voor. De Zweedse koopvaardij heeft de oplei ding van haar toekomstige officieren aan gepast aan de veranderde omstandighe den. Het in oktober gereedgekomen, 10.000 d.w.t. metende schip „Stureholm" van de Svenska Amerika Linien is daar een dui delijk bewijs van. Het schip kwam gisteren in Rotterdam voor de wal met aan boord 24 jonge kna pen van omstreeks 17 jaar. Het zijn jon gens, die zojuist een soort mulo-opleiding achter de rug hebben en zich thans op zee gaan bekwamen voor hun toekomstig vak. Ongeveer 3 maanden blijven zij aan boord van dit schip, dat speciaal voor hen is uitgerust met een extra kaartenkamer en bijvoorbeeld een tweede radar-apparaat. Na deze drie maanden worden zij ge plaatst op een van de schepen van het Bröstrom-concern, dat thans ongeveer 900.000 ton deadweight aan schepen exploi teert. Op deze schepen wordt hun praktische opleiding in een vaartijd van 2% jaar voor de mast voltooid en daarna eerst gaan zij naar school. De theoretische cursus duurt nog eens drie jaar. Na hun examen zijn v*v !S zij derde stuurman, maar zonder enige verdere studie kunnen zij tot kapitein promoveren. Voor machinisten is dit schema evenzeer van kracht. Dit systeem, dat geheel en al van de in ons land gebruikelijke methode verschilt, biedt enkele grote voordelen. Voor en tegen Voorstanders leggen vooral nadruk op het feit, dat de adspirant-zee-officier ken nis maakt met de zee, voordat hij zich be last met allerlei theoretische kennis. Mocht het de cadet niet bevallen, dan neemt hij als 17- of 18-jarige afscheid van de zee en is dan nog jong genoeg om zich in een ander vak te bekwamen. Tegen standers voeren aan, dat de leerling na zijn vaartijd de cadans van het studeren kwijt is en moeilijker te hanteren valt. Gisteren maakten tijdens een receptie aan boord van het schip talrijke deskun digen uit de scheepvaart kennis met het schip en met deze vorm van opleiding. Een Nederlands reder, die wij naar zijn mening vroegen, was er van overtuigd, dat in Nederland vroeg of laat ook tot deze methode zou worden overgegaan. Volgens het jaarverslag van het te Almelo gevestigde medisch consultatie bureau voor alcoholisme in Twenthe wer den in 1956 92 nieuwe gevallen in behan deling genomen, terwijl voor 74 patiënten de behmandeling als beëindigd werd be schouwd. In totaal had het bureau in de loop van 1956 bemoeienis met 353 patiënten, waarvan het percentage jeugdigen (tot 30 jaar) op 54 moet worden gesteld. Het is dat jaar gebleken, aldus het verslag, dat zeer velen op het platteland zodanig mis bruik maken van sterke drank, dat zij behandeling behoeven. Dit aantal neemt toe. Een Duits astroloog heeft uitge maakt dat 1958 geen oorlog brengen zal, wel allerlei moeilijkheden en on rust. Vooral de V.Sen Sovjet-Rus land zullen volgens hem kritieke mo menten van innerlijke spanning door maken. In de V.S. komen nieuwe sterke mannen naar voren, en in Rus land wordt Kroetjsjef ten val ge bracht. Verder heeft de Bondsrepu bliek voor 1958 de gunstigste horos coop van alle staten. De tegenwoor dige bloei zal nog toenemen, een Duitser zal een baanbrekende uitvin ding doen op het gebied der fysica, en zo voort. Kortom, de man heeft verteld wat de mensen, in dit geval de Duitsers in de eerste plaats, graag horen. Niet dat zijn orakel geen schaduwplekken vertoonde! De som bere partijen ontbraken geenszins, dat bracht juist de onmisbare dra matische spanning in het tafereel en verhoogde de indruk van waarheid". Trouwens hij heeft zich aan voor spellingen gewaagd (de val van Kroetjsjef, een economische wereld crisis, de vorming van een derde machtsblok in het Verre Oosten, het verschijnen van vliegschepen uit de kosmische ruimte in onze damp kringdie, als ze niet uitkomen, hem als een charlatan zullen ontmas keren. Dat is het risico van alle ster renwichelaars die zich verstouten de „taal der planeten" in ondubbelzin nige, apodictische bewoordingen te vertolken. Voor hen geldt ook: wie niet waagt, die niet wint. De „be roemde" astrologen zijn degenen, die geluk hebben gehad met hun voor spellingen; de meeste horoscooptrek kers houden zich echter op de vlak te, spreken meer van „kunnen" dan van „zullen" en schakeren hun for muleringen zo, dat er meer dan één uitleg mogelijk is. De kunst is dan om toch vat te behouden op de lezer die, hoewel door zijn bijgeloof voor ingenomen en gunstig gestemd, toch ook wel eens zijn nuchter verstand gebruiken kon en tot de ontdekking komen dat het weliswaar dikwijls vernuftig ingeklede maar tenslotte toch goedkope, want tot niets ver plichtende beweringen zijn. Men moet erkennen dat de horoscopie het ver gebracht heeft in die kunst om de nieuwsgierigheid van de hardleerse lezers gaande te houden. Doch de troebele tijd, die wij doormaken, be gunstigt dit verschijnsel op vele ma nieren. Want waar het geloof, d.i. het vertrouwen op de goddelijke Voor zienigheid, gaat wankelen of ver dwijnt, wint het bijgeloof onvermij delijk veld. En het mythologische bargoens van de „taal der planeten" krijgt voor ontelbaar velen meer hoopvolle betekenis en meer gezag dan de even eenvoudige als diepe waarheden van het Evangelie. Niets schijnt de weifelzieke, in geestelijke zaken oppervlakkig geworden mens van vandaag zozeer te boeien als d voorspelling van zijn directe t°e' komst, waarvan de sterrenwichelaar het geheim heten te bezitten. Er verstandige lieden, die om dit astr°' logisch bijgeloof glimlachen, rnaa toch de horoscoop-bladzijde van h" mondain weekblad nooit oversla en er de rubriek van hun sterrebe*} „raadplegen". Voor de aardigheid. er zijn journalisten, die met de he' astrologie de spot drijven, maar nfe\ temin wekelijks een horoscop'sC praatje bij elkaar schrijven „voor geval dat u er in gelooft". Dit b\ geloof heeft inderdaad een publg taire industrie in het leven geroe pen, die over de hele wereld ver' spreid is en goede zaken maakt. onschuldig bedrijf? Och, de openbM orde wordt er niet door gestootöj daarenboven sporen de horoscopiste' hun lezers steeds en onophoudeW aan tot het behartigen van hun ral' teriële en sentimentele belangd' waarin immers geen kwaad steek1' Liefde en fortuin zijn de twee ontii'' puttelijke hoofdthema's van hun og vermoeïbare raadgevingen, en teV^r de beide polen van de magische m%. neet die het lezersvolk aantv o. Trouwens, in zoverre de horoscot, berust op werkelijke karakterkuf en mensenskennis krijgt zij een sc'lt' van ernst waar rekening te den valt. Maar onschuldig, in de G van zonder ongunstige invloed 's mensen geest, kan men dit bed% niet noemen. Immers, hoofdzaak blv' hier: de lezer nieuwsgierig te hof1 de? etalage- en sta n d bouw winkel I i n s t a 11 a t i n verbouwingen VOORHAVEN 101'TEL 34971 ROTTERDAM te Piet Hornsveld te midden van zijn kalkoenen. De heer S. v. D. te B. vraagt ons het volgende: „Op 1 augustus jl. werd ik ge troffen door een bedrijfsongeval, tenge volge waarvan ik letsel opliep aan mijn been. Ik ontving uitkering van de Sociale Verzekeringsbank krachtens de Ongeval lenwet. Met ingang van 4 november ver klaarde de controlerend geneesheer van de S.V.B. mij voor 50°/o arbeidsgeschikt. Op 4 november kon ik echter niet naar mijn werk (ik zou voorlopig alleen 's morgens gaan werken) omdat ik griep erbij gekregen had. Hoewel ik dus nu tevens arbeidsongeschikt was wegens ziekte beweert de bedrijfsver eniging, dat men mij geen aanvullende uitkering krachtens de ziektewet kan ge ven. Hoe zit dat?" Om aanspraak te kunnen maken op uit kering krachtens de ziektewet moet men ofwel op de eerste ziektedag verplicht verzekerd zijn, ofwel de ziekte moet aangevangen zijn binnen een maand na het einde van de verzekering. Als men nu uitkering ontvangt krachtens de Onge vallenwet, dan duurt de verzekering krachtens de ziektewet slechts voort ge durende de eerste 6 weken van de onge- valsuitkerdng. In het geval van brief schrijver dus van 2 augustus tot 13 sep tember. Daarna is hij niet meer verze kerd krachtens de ziektewet. Aangezien 4 november ook niet valt binnen een maand na 13 september heeft de bedrijfs vereniging terecht geen ziekengeld uit gekeerd. Ons is gevraagd te wijzen op de moge lijkheid om uitkering te ontvangen krach tens de Werkloosheidswet voor degene, aan wie over de maximum termijn van 312 werkdagen uitkering krachtens de Ziektewet iR verleend. De enige voorwaarde waaraan buiten de gewone voorwaarden voor uitkering WW moet worden voldaan, is de vol gende: de controlerende geneesheer van de bedrijfsvereniging moet verklaren, dat de patiënt nog geschikt is voor enige W naar de dingen der toekomst over geen sterfelijk wezen iets zekerheid weten kan. Zeker, de 9a^jj der helderziendheid bestaat, maar ri is even zeldzaam als het echte 0e en ze heeft trouwens met astrol niets te maken. Ook hoeft men zekere invloed van planetarische 1 s toren op de gedragingen van de rg .t niet te ontkennen, om de astroloV, als zodanig te verwerpen als een d t lettantisch spel met mythologie relicten. Het gevaar is dus dat lezer, door verwachtingen te boud1 op uitspraken welke tot geen v ef antwoording verplichten, het W' van de ethische waarden en heden, die zijn leven moeten riekt en zijn persoonlijke verantwoord lijkheid bepalen, meer en meer dp liest. M-a.w. dat zijn op gemeensedj en saamhorigheid afgestemd 0e Af verschrompelt en plaats maakt v een egocentrisch, uiteraard min® waardig bijgeloof. Wat tenslotte de voorspelU™ et van de Duitse astroloog betreft' zijn er bij die ongetwijfeld zullen j'g komen omdat ze in de ontwikkel e, der dingen liggen. Indien de hn£*f)1i- uitsluitend op planetarische aana^(, dingen berustende uitspraken waarheid worden, zal dat echter reden zijn om de astrologie eri1' et te gaan nemen. Waartoe tot duS.,ef na een eeuw of tien geen nUCj1 mens zich verplicht heeft gevoeld reële functie in het bedrijfsleven, voorbeeld: Een metaalarbeider heeft een eras 4 ziekte, tengevolge waarvan hij iare%,etf ongeschikt zal blijven voor zijn gr!" Nadat hij over 312 werkdagen ziekeneI,dc heeft genoten, verklaart de controlej^,,^ geneesheer van de bedrijfsveren>»ee( dat de man nog wel geschikt is vo°r ja- licht werk, b.v. portier of wachts ti} Betrokkene dient zich in dat gcya x:' spoedig mogelijk bij het Gewestelijk r)C beids'bureau te laten inschrijven als ^flc' zoekende (uiteraard alleen voor de t\jv tie van portier of wacbtsman). ïnschrijvingsbewijs van het GAB .je1', hij zich dan melden bij de corresP0 van de WW. Zolang het GAB êeen ete sende werkkring voor de betro g0f heeft en indien hij aan de normale waarden voor uitkering WW voldo hem in het algemeen uitkering l>êt den verleend. Bij het vaststellen dagloon zal de bedrijfsvereniging p P1. geval rekening houden met he tg® P' als portier of wachtsman en niet \;epe als metaalarbeider had kunnen vera Ver^K Vragen omtrent de sociale keringswet'ten kunnen schri lte\ 0ci h v- d C^lbo'i /•ÖlJtnr AL3 2 Cf worden ingediend bij onze economische redactie, Kol1 straat 1 te Rotterdam.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1957 | | pagina 14