iNog steeds kielden vogels
al zingend de moed er in
Zweden vormt zijn officieren
ter koopvaardij voor de mast
Staat het in de sterren
geschreven
wbhhsi
coors
(sociale wegwijzer)
m
te,/
Eerst de praktijk en
daarna de theorie
VAN HART EN
HOOFD
Ongevallenwet en
Ziektewet
3IM&-'>2* km i
f%\,:
ZATERDAG 28 DECEMBER 1957
Uitzonderlijk geval
Het kwik stijgt
Fraaie taferelen
Onbestendig
Al maar vogels
Winterbegin
Geheel zes jaar
»fn
DRANKMISBRUIK NEEMT
TOE OP PLATTELAND
Si
Werkloosheidsivet
C,V6r;
S3»0
Telkens opnieuw mislukte het winteroffensief
Het vleugje vorst in de nacht van 20 op 21 november was eigenlijk een
geval van kinderachtige bangmakerij. Wel beten zijn scherpe tanden de
bladeren los van de Amerikaanse vogelkers, die zich, prachtig botergeel, tot
dusver nog hadden weten te handhaven, maar nadien retireerde de ijs-
koning, zodat in nagenoeg de gehele derde decade de temperaturen zeer
onwinters waren en bet kwik in het midden des lands om 12 uur zelfs meer
dan eens tot 10 graden Celsius opliep.
Oude Soester architectuur: boerenhuisje in het winterlandschap.
Niet alleen de dagen waren dus veelal
zacht, maar tevens de nachten, zodat het
verklaarbaar was, dat 's avonds zowel de
mannetjes van de kleine wintarvlinders
als die van de veel grotere en contrast
rijker bruingebandeerde vlinders op de
ruiten verschenen: zij konden zich moei
lijk uit de ban van het elektrische licht
bevrijden.
Tussen de dagen mocht dan al eens een
enkele door lopen, die ons blijde zonne
schijn schonk, maar de meeste waren
overwegend grauw en zo nu en dan re
genachtig. Zonder vogelzang behoefden
wij het echter nog niet helemaal te ste.-
len: de bruine dreumes met de wipstaart,
de winterkoning, verraste ons telkens
met zijn lied, sterk en kordaat, de rood-
borst versierde de effen stilte meer dan
eens met zijn trillerlijntjes en de televisie
antennes werden herhaaldelijk bekroond
door spreeuwen, die klapwiekend hun
aantrekkelijke, zeer gevarieerde strofen
floten. En dan was er nog de boomklever,
die vooral op één slag wonderlijk druk en
met een zee:- vol geluid tijden lang de
aandacht vestigde op zijn „telegraferende'
stem.
Het was ook in de laatste decade van
november, dat een Soester dorpsgenoot er
mij van verwittigde, dat één van zijn post
duiven niet in het huisje, dat zij oewoon-
de, op normale wijze was gaan nestelen,
maar dat zij in een gat van de grond was
gekropen en daarin haar twee witte
eieren had gelegd. Dat was een interes
sante gebeurtenis en stellig een geval van
atavisme. Tot goed begrip van zaken die-
ne, dat onze tamme duiven afsiammen
van de rotsduif. hoe uiteenlopend zij er
op het stuk van tekening en kleur ook
mogen uitzien. De rotsduif nu - haar
naam licht er ons al over in bewoont
rotsachtige gebieden in Ierland, Schotland,
Frankrijk en Zuid-Europa (Pyrenees
schiereiland, Italië en de Balkan). Vaak
vindt men ze langs de zeekust en zij
pleegt haar eieren in spleten en andere
gaten tussen het gesteente te leggen
Zij zoekt het dus laag bij de grond in
tegenstelling tot onze houtduif, gewone
en Turkse tortel, die een ijl takkenvloer-
tje bouwen in het geboomte.. Een andere
weg slaat echter onze kleine bosduif m,
want daarvan moet men de eieren zoeken
■in holle bomen, konijnepijpen e.d. Van
daar dat de vogel bij ons ook holenduif
wordt genoemd; „holduif" is de aandui-
d ng van onze Vlaamse broeders. 'Nu ik
even over de zuidergrens ben getrokken,
deel ik ter aanvulling nog mee, dat de
rotsduif ook in beperkten getale in Beigië
broedt. Dit is echter geen geval van
actieve verspreiding. De Belgen zijn nu
eenmaal verzot op duivenschieten en Imo-
ben ten behoeve van deze „sport" rois-
duiven uit Sp'anje geïmporteerd. Sommi
ge daarvan verkozen de vrijheid en heb
ben zich bij onze zuiderburen in het wild
voortgeplant. Atavisme komt overigen-)
ook wel eens een enkele keer bij andere
vogels voor. Zo herinner ik mij uit mijn
jongensjaren, dat ik op een goede dag,
toen ik ten oosten van de Zwette, de trek
vaart van de Friese hoofdstad naar Sneek,
ongeveer halverwege Uijtgaard en Leeu
warden, naar eieren van kievit, tureluur,
grutto en scholekster zocht, ineens gróte
ogen opzette. En dat was te begrijpen,
daar stond ik plotseling in het weagebied
v.oor een omvangrijk nest van een zwarte
kraai, dat zomaar op de grond was ge
bouwd in plaats van, zoals het „behoort
in oen boom. Hoeveel eieren cr inhet
nest lagen, weet ik niet meer, maar dit as
ook niet belangrijk.
ons land en wij beleefden in het Utrecht
se drie stralende, rustige dagen. Maar
toen waren de krachten van de winter
vrijwel uitgeput. Overdag vroor het niet
meer en het gebeurde in de rest van de
eerste decemberweek nog maar een en
kele keer ,dat het kwik een ietsje onder
het nulpunt zakte. Overdag steeg het daar,
terwijl mist en heiïgheid de wereld ver-
nauwden en tenslotte de wind de regen
of natte sneeuw voor zich uit stuwde,
meestal een graad of drie, vier vijf bo
ven uit. In een robinia van een belen
dende tuin riep een grote bonte specht,
die niet in mijn naaste omgeving broedt
het was dus een trekker ,of zwerver
tijdens het voedselzoeken luid en scherp
zijn tsjiek-tsjiek en de boomkruiper, al
weer zo'n stammenklimmer, floot wellui
dend zijn tie-tie—tie. De boomklever ver
zond weer melodisch en opgewonden zijn
telegrammenl De sotto voce-zang van een
merel was een beminnelijke toegift. Mis
schien was het wel hetzelfde exemplaar,
dat ik een tijdje tevoren zich te goed zag
doen aan de blauwverwaasde bessen van
de mahonia, waarvan het gracieuze blad
soms zo boeiend wordt versierd, als vorst
of rijp het betoveren.
sneeuw te vallen. Zo zette de winter ook
in de derde week van december niet door
?n de boomklever seinde dit nieuws naar
alle kanten. Toch konden de kinderen,
die vrij van school kregen, een paar da
gen lang op de ijsbaan hun hart ophalen
en bovendien werden er hier en daar al
schaatswedstrijden gehouden. Bovendien
werd, vooral in het noorden en oosten
des lands, waar de vorst het pittigst was,
op sommige kanalen de scheepvaart hetzij
gestremd, hetzij bemoeilijkt. Ook de ijs-
vorming op het IJsselmeer en de rand
meren van de Zuiderzee veroorzaakte tij
delijk wat last, maar de toestand daar was
niet zo, dat de kleine zwanen en de dui
zenden eenden, die daar in deze tijd "an
hgt jaar met vakantie vertoeven, massaal
op de vlucht behoefden te slaan. Wei
trokken er wiggen kolganzen met^ luid
stemvertier over mijn woning te Soest,
maar die kwamen u t streken, waar de
vorst veel strenger optrad.
Afwachten de boodschap
Het offensief van de winter was dus
voor de zoveelste maal weer op een échec
uitgelopen. Hoe smadelijk zijn nederlaag
was bleek hieruit, dat de temperaturen
in De Bilt op 19, 20, 21 cn 22 december
te 12 uur onderscheidenlijk 6, 6, 8 en 7
graden Celsius bedroegen. De vogels be
hoefden niet meer van de bedeling ie le
ven. Zo wachten wij dus met spanning af
of de winter ook de laatste negen dagen
van het jaar zijn kwakkelend karakter
zal behouden en hoeveel kalkoenen van
Piet Hornsveld' die daar achter in de
Soester heide woont, Kerstmis zuilen
overleven?
RINKE TOLMAN.
Fantastische luchten in het laatst van het jaar: de wolken vertonen metallieke randen.
ring) en van zwart zonder enige verdere
kleurenmenging (een streep van snavel
basis tot de nekstreek, waarin het oog
opgenomen). Mijn roerloosheid bracht de
vogel er zelfs toe de afstand tussen hem
en mij nog tot de helft te verkleinen,
doordat hij. binnen mijn handbereik, op
het blad van een grote lisdodde ging zit
ten, waar hij iets van zijn gading hoopte
te vinden. Iets verwants beleefde ik in
de nazomer met een rietzanger, toen ik
op een dag, eveneens als broeder in Pe
trus, aan de oever van de eerste Bruine-
koolwaai stond. Toen gebeurde het,dat
genoemde vogel, die voortdurend af en
aan vloog om de jongen van voedsel te
voorzien, de arbeid een poosje onderbrak
en zich posteerde op het topeindje van
mijn hengel, waar hij zijn veren heel net
jes ging kuisen. Zulke tafereeltjes zijn
werkelijk onvergetelijk. Ik teken hierbij
n,og aan. dat er tegen het begin van de
herfstmaand nog steeds jonge rietzangers
zijn, want deze vogelsoort broedt herhaal
delijk tweemaal per jaar.
Tot het einde van november zetten wit
te dovenetel, madelief, duizendblad, paar
debloem en zelfs enkele akkerdistels m
de vrije natuur nog steeds hun bloei voort
en ook in de siertuinen wisten gouds
bloem, roos en chrysant hierin te slagen.
Prachtig waren in deze periode meer
malen de luchten; vaak hadden de wol
ken in de avonduren metalliek flonkeren
de zomen en de oranje zonsondergangen
De bij dit artikel geplaatste
foto's zijn van C. R. Tolman
Mussolie.
Zeer opmerkelijk was het begin van de
tweede decemberweek. De storm, die des
nachts had gewoed en die zondagmorgen,
mét regenvlagen, nog voortduurde, had
flink in het dorre hout huisgehouden en
vooral de takken afgerukt, waarvan de
gezondheid door allerlei fraaie houtzwam-
men toch al was ondermijnd. Wij mochten
een tijdlang zelfs van koesterende zon
profiteren, maar vooral verbijsterend was,
dat door de aanvoer van zachte oceaan-
lucht, die ih een zeer snel tempo geschied
de, de kwikkolom van onze thermometers
niet minder dan tien graden omhoog
vloog. Er waren zelfs weerkundige sta
tions, die een temperatuur van 12 graden
noteerden. Mijn tuin kreeg ik vol mezen
en trekvinken. De laatste bestonden voor
namelijk uit warm gekleurde mannetjes.
Het leken, terwijl zij in mijn tuin hun
zaadjes pikten, wel wat op lanterfanten
de vrijgezellen en toen schoot mij ineens
de soortnaam van de vink te binnen:
coelebs.
Zo gaat, nu ik zoëven in gedachten weer
door de Friese „greiden" zwierf, mijn
denken meer uit naar het Utrechtse po,-
derland en wel speciaal naar het ouestfcr
Eemgebied en het land van Eemnes. De
kieviten waren de polder in de laats ,e
tien dagen van november nog steeds met
ontrouw geworden; integendeel: zij ver
toefden er nog steeds bij duizenden en
duizenden, de concentraties kok-, zilver
en stormmeeuwen tekenden zich tegen
de bodem als reusachtige witte lakens af
en de bonte kraaien met hun petit-gns—
rug en onderdelen sloegen bedachtzaam
hun zwarte vleugels uit. De graspiepers
waren evenmin uit het egale landschap
verdwenen; telkens veerden zij bij mijn
nadering van de grond op en hingen dan
een tijdlang dansend in de lucht. Water
snippen verrieden zich voortdurend door
hun gemelijk geluid, de kleine zwanen
joelden over het IJsselmeer en de bu.zer-
den miauwden als katten. Een andere
muizenvanger, de torenvalk, hing her en
der in het luchtruim te „bidden". Hij ont
breekt trouwens in geen enkel jaargetijde.
Intussen was er één kleine gebeurtenis,
die mij bijzonder trof. Toen ik op 23 no
vember tegenover de Hooglandse boer
derij Krachtwijk aan de Soester zijde van
de Èem stond te vissen, had ik mijn hen
gel op de gTond gelegd. Dat wil zeggen,
het overgrote deel daarvan bevond z.ch
boven het water, de rest, zo'n halve me
ter, lag op de wal. En toen ging daar,
terwijl ik onbeweeglijk tuurde, ineens op
het handvatgedeelte een allersierlijkst
pimpeltje zitten, frank en argeloos. On
beschroomd staarde het naar het strakxe
standbeeld, waarin ik was veranderd. De
kleine vogel was maar een paar decime
ters van mij vandaan. Alle bijzonderoe-
den van zijn kleed waren van dichtbij
waarneembaar: het geel van borst en
buik, de kobaltkleuren van de schedelkap.
wieken en staart, het wit van de wangen,
gevat in een kader van zwartblauw (hals
waren soms tevens een lust voor het oog.
Grillige gevaarten bevoeren dikwijls de
hemeloceaan of lagen rustig v,oor anker
en gedurfd waren vaak de kleurcontrasten
tussen sneeuwwitte opstapelingen, blauw
grijze loodbanken, zeegroene wakken en
roze of bruingouden horizonbanen. Een
ranke prille maanaigrette tekende zich
dan tegelijkertijd af tegen het fantastische
firmament. Er waren ook wel regenboog-
dagen en dan richtten zich onze ogen
verwonderd en bewonderend naar de
zeven spectrumkleuren. Bij tijd en wijle
schampte er laat avondlicht over de vel
den en dan stond het bonte jongvee ver
klaard in een wereld van glanzend diep
groen fluweel.
De vissen bereidden zich, al was de
meteorologische winter, laat staan die
van de kalender, nog niet eens begonnen,
intussen al op de lente voor. De kuit
vorming bij blank- en windvoorn. pos,
snoek en baars (die behalve kleine vissen
ook gulzig halfwas-groene kikkers naar
binnen schrokte) was al vrij ver voort
geschreden en dat gaf de burger moed,
want dit betekende, dat over een kleine
maand de dagen zoetjesaan weer zouden
beginnen te lengen. Maarop de laat
ste novemberdag duikelde de dagtempe
ratuur ineens tien en meer graden naar
beneden, 's avonds flonkerden de sterren
verdacht helder aan een effen uitspansel
en toen december zijn intrede deed, had
den vriesarabesken de ruiten versierd:
het had licht tot matig gevroren. Ijsbanen
gingen open in verschillende delen van
Het stormachtige en gedeeltelijk zonnige
weer hield ook de volgende dag nog aan,
zodat de bloei van gekweekte heide,
violen, primula's, winterjasmijnen en
leeuwebekjes (Antirrhinum) helemaal niet
onnatuurlijk aandeed, maar met de tem
peratuur ging het daarna hoe langer hoe
meer bergaf, zodat wij het op de laatste
dag van de week met maar één pover
graadje boven nul moesten stellen, zo-
wei 's nachts als overdag. Het werd on
behaaglijk weer, de noordenwind, die pas
tegen de avond ging luiyen, blies natte
sneeuw voor zich uit, die tegen het duiste
ren niet meer smolt, maar bleef liggen.
De vinken, koolmezen, heggemussen en
merels concentreerden zich prompt op de
voerplaats. Des zondagochtends was de
grond hard onder de voet. Er was veel
zon, maar ook dreven er heel de dag
wolken over. Vooral in het oosten des
lands viel er een flink pak sneeuw, maar
in het Utrechtse was de wereld maar een
heel klein beetje wit. De straten waren
echter gevaarlijk glad, doch de „gemeen
te" had tijdig zand gestrooid, 's Avonds
ging de noordooster luwen, de lucht werd
sterhelder en dat voorspelde vorst. Ook
de radio kondigde die aan. Moesten wij
maatregelen nemen om het bevriezen van
de waterleiding te voorkomen? Wij be
sloten ze achterwege te laten, maar ge
lukkig behoefden wij niet de wrange
vruchten van onze roekeloosheid te pluk
ken. In de ochtend van die maandag liep
de keukenkraan nog even geestdriftig
als altijd, maar toch had het in De Bilt
negen en op het vliegveld Twente zelfs
twaalf graden gevroren. De bladeren van
de rhodo's hingen droevig en benepen
af en de bloemen bleven, daar de vorst
overdag „matig" bleef, heel de dag op de
ruiten, behalve op de plaatsen, die recht
streeks waren blootgesteld aan de straling
van de zon, die heel de dag flonkerend
scheen.
Behalve het viertal vogelsoorten, dat
ik zoëven al noemde, had ik nu ook r.ood-
borst, huis- en ringmus te mijnen laste.
De merels hadden hun veren wijd uitge
zet en waren veranderd in dikke ronde
proppen. Kostelijk deed het vogelvolkje
zich te goed aan brood, aardappelen en
kaassnippers. Ook in de nacht van maan
dag op dinsdag vierde Thialf nog zijn
triomfen, maar zijn machtspositie begon
reeds diezelfde nacht bedenkelijk te wan
kelen: de minimum-temperatuur :n De
Bilt bedroeg toen —11 graden, maar voor
7 uur waren daar maar drie graden van
overgebleven en er begon toen wat mot-
Postduif op pompzwengel. Bij deze vogel deed zich het verschijnsel van
atavisme voor.
De Zweedse koopvaardij heeft de oplei
ding van haar toekomstige officieren aan
gepast aan de veranderde omstandighe
den. Het in oktober gereedgekomen, 10.000
d.w.t. metende schip „Stureholm" van de
Svenska Amerika Linien is daar een dui
delijk bewijs van.
Het schip kwam gisteren in Rotterdam
voor de wal met aan boord 24 jonge kna
pen van omstreeks 17 jaar. Het zijn jon
gens, die zojuist een soort mulo-opleiding
achter de rug hebben en zich thans op zee
gaan bekwamen voor hun toekomstig vak.
Ongeveer 3 maanden blijven zij aan boord
van dit schip, dat speciaal voor hen is
uitgerust met een extra kaartenkamer en
bijvoorbeeld een tweede radar-apparaat.
Na deze drie maanden worden zij ge
plaatst op een van de schepen van het
Bröstrom-concern, dat thans ongeveer
900.000 ton deadweight aan schepen exploi
teert.
Op deze schepen wordt hun praktische
opleiding in een vaartijd van 2% jaar voor
de mast voltooid en daarna eerst gaan zij
naar school. De theoretische cursus duurt
nog eens drie jaar. Na hun examen zijn
v*v
!S
zij derde stuurman, maar zonder enige
verdere studie kunnen zij tot kapitein
promoveren. Voor machinisten is dit
schema evenzeer van kracht.
Dit systeem, dat geheel en al van de in
ons land gebruikelijke methode verschilt,
biedt enkele grote voordelen.
Voor en tegen
Voorstanders leggen vooral nadruk op
het feit, dat de adspirant-zee-officier ken
nis maakt met de zee, voordat hij zich be
last met allerlei theoretische kennis.
Mocht het de cadet niet bevallen, dan
neemt hij als 17- of 18-jarige afscheid van
de zee en is dan nog jong genoeg om zich
in een ander vak te bekwamen. Tegen
standers voeren aan, dat de leerling na
zijn vaartijd de cadans van het studeren
kwijt is en moeilijker te hanteren valt.
Gisteren maakten tijdens een receptie
aan boord van het schip talrijke deskun
digen uit de scheepvaart kennis met het
schip en met deze vorm van opleiding.
Een Nederlands reder, die wij naar zijn
mening vroegen, was er van overtuigd,
dat in Nederland vroeg of laat ook tot
deze methode zou worden overgegaan.
Volgens het jaarverslag van het te
Almelo gevestigde medisch consultatie
bureau voor alcoholisme in Twenthe wer
den in 1956 92 nieuwe gevallen in behan
deling genomen, terwijl voor 74 patiënten
de behmandeling als beëindigd werd be
schouwd.
In totaal had het bureau in de loop
van 1956 bemoeienis met 353 patiënten,
waarvan het percentage jeugdigen (tot 30
jaar) op 54 moet worden gesteld. Het is
dat jaar gebleken, aldus het verslag, dat
zeer velen op het platteland zodanig mis
bruik maken van sterke drank, dat zij
behandeling behoeven. Dit aantal neemt
toe.
Een Duits astroloog heeft uitge
maakt dat 1958 geen oorlog brengen
zal, wel allerlei moeilijkheden en on
rust. Vooral de V.Sen Sovjet-Rus
land zullen volgens hem kritieke mo
menten van innerlijke spanning door
maken. In de V.S. komen nieuwe
sterke mannen naar voren, en in Rus
land wordt Kroetjsjef ten val ge
bracht. Verder heeft de Bondsrepu
bliek voor 1958 de gunstigste horos
coop van alle staten. De tegenwoor
dige bloei zal nog toenemen, een
Duitser zal een baanbrekende uitvin
ding doen op het gebied der fysica,
en zo voort. Kortom, de man heeft
verteld wat de mensen, in dit geval
de Duitsers in de eerste plaats,
graag horen. Niet dat zijn orakel geen
schaduwplekken vertoonde! De som
bere partijen ontbraken geenszins,
dat bracht juist de onmisbare dra
matische spanning in het tafereel en
verhoogde de indruk van waarheid".
Trouwens hij heeft zich aan voor
spellingen gewaagd (de val van
Kroetjsjef, een economische wereld
crisis, de vorming van een derde
machtsblok in het Verre Oosten, het
verschijnen van vliegschepen uit de
kosmische ruimte in onze damp
kringdie, als ze niet uitkomen,
hem als een charlatan zullen ontmas
keren. Dat is het risico van alle ster
renwichelaars die zich verstouten de
„taal der planeten" in ondubbelzin
nige, apodictische bewoordingen te
vertolken. Voor hen geldt ook: wie
niet waagt, die niet wint. De „be
roemde" astrologen zijn degenen, die
geluk hebben gehad met hun voor
spellingen; de meeste horoscooptrek
kers houden zich echter op de vlak
te, spreken meer van „kunnen" dan
van „zullen" en schakeren hun for
muleringen zo, dat er meer dan één
uitleg mogelijk is. De kunst is dan
om toch vat te behouden op de lezer
die, hoewel door zijn bijgeloof voor
ingenomen en gunstig gestemd, toch
ook wel eens zijn nuchter verstand
gebruiken kon en tot de ontdekking
komen dat het weliswaar dikwijls
vernuftig ingeklede maar tenslotte
toch goedkope, want tot niets ver
plichtende beweringen zijn. Men moet
erkennen dat de horoscopie het ver
gebracht heeft in die kunst om de
nieuwsgierigheid van de hardleerse
lezers gaande te houden. Doch de
troebele tijd, die wij doormaken, be
gunstigt dit verschijnsel op vele ma
nieren. Want waar het geloof, d.i. het
vertrouwen op de goddelijke Voor
zienigheid, gaat wankelen of ver
dwijnt, wint het bijgeloof onvermij
delijk veld. En het mythologische
bargoens van de „taal der planeten"
krijgt voor ontelbaar velen meer
hoopvolle betekenis en meer gezag
dan de even eenvoudige als diepe
waarheden van het Evangelie. Niets
schijnt de weifelzieke, in geestelijke
zaken oppervlakkig geworden mens
van vandaag zozeer te boeien als d
voorspelling van zijn directe t°e'
komst, waarvan de sterrenwichelaar
het geheim heten te bezitten. Er
verstandige lieden, die om dit astr°'
logisch bijgeloof glimlachen, rnaa
toch de horoscoop-bladzijde van h"
mondain weekblad nooit oversla
en er de rubriek van hun sterrebe*}
„raadplegen". Voor de aardigheid.
er zijn journalisten, die met de he'
astrologie de spot drijven, maar nfe\
temin wekelijks een horoscop'sC
praatje bij elkaar schrijven „voor
geval dat u er in gelooft". Dit b\
geloof heeft inderdaad een publg
taire industrie in het leven geroe
pen, die over de hele wereld ver'
spreid is en goede zaken maakt.
onschuldig bedrijf? Och, de openbM
orde wordt er niet door gestootöj
daarenboven sporen de horoscopiste'
hun lezers steeds en onophoudeW
aan tot het behartigen van hun ral'
teriële en sentimentele belangd'
waarin immers geen kwaad steek1'
Liefde en fortuin zijn de twee ontii''
puttelijke hoofdthema's van hun og
vermoeïbare raadgevingen, en teV^r
de beide polen van de magische m%.
neet die het lezersvolk aantv o.
Trouwens, in zoverre de horoscot,
berust op werkelijke karakterkuf
en mensenskennis krijgt zij een sc'lt'
van ernst waar rekening te
den valt. Maar onschuldig, in de G
van zonder ongunstige invloed
's mensen geest, kan men dit bed%
niet noemen. Immers, hoofdzaak blv'
hier: de lezer nieuwsgierig te hof1
de?
etalage- en
sta n d bouw
winkel I i n s t a 11 a t i n
verbouwingen
VOORHAVEN 101'TEL 34971 ROTTERDAM
te
Piet Hornsveld te midden van zijn kalkoenen.
De heer S. v. D. te B. vraagt ons het
volgende: „Op 1 augustus jl. werd ik ge
troffen door een bedrijfsongeval, tenge
volge waarvan ik letsel opliep aan mijn
been. Ik ontving uitkering van de Sociale
Verzekeringsbank krachtens de Ongeval
lenwet. Met ingang van 4 november ver
klaarde de controlerend geneesheer van
de S.V.B. mij voor 50°/o arbeidsgeschikt.
Op 4 november kon ik echter niet naar
mijn werk (ik zou voorlopig alleen
's morgens gaan werken) omdat ik
griep erbij gekregen had. Hoewel ik
dus nu tevens arbeidsongeschikt was
wegens ziekte beweert de bedrijfsver
eniging, dat men mij geen aanvullende
uitkering krachtens de ziektewet kan ge
ven. Hoe zit dat?"
Om aanspraak te kunnen maken op uit
kering krachtens de ziektewet moet men
ofwel op de eerste ziektedag verplicht
verzekerd zijn, ofwel de ziekte moet
aangevangen zijn binnen een maand na
het einde van de verzekering. Als men nu
uitkering ontvangt krachtens de Onge
vallenwet, dan duurt de verzekering
krachtens de ziektewet slechts voort ge
durende de eerste 6 weken van de onge-
valsuitkerdng. In het geval van brief
schrijver dus van 2 augustus tot 13 sep
tember. Daarna is hij niet meer verze
kerd krachtens de ziektewet. Aangezien
4 november ook niet valt binnen een
maand na 13 september heeft de bedrijfs
vereniging terecht geen ziekengeld uit
gekeerd.
Ons is gevraagd te wijzen op de moge
lijkheid om uitkering te ontvangen krach
tens de Werkloosheidswet voor degene,
aan wie over de maximum termijn van
312 werkdagen uitkering krachtens de
Ziektewet iR verleend.
De enige voorwaarde waaraan buiten
de gewone voorwaarden voor uitkering
WW moet worden voldaan, is de vol
gende: de controlerende geneesheer van
de bedrijfsvereniging moet verklaren, dat
de patiënt nog geschikt is voor enige
W
naar de dingen der toekomst
over geen sterfelijk wezen iets
zekerheid weten kan. Zeker, de 9a^jj
der helderziendheid bestaat, maar ri
is even zeldzaam als het echte 0e
en ze heeft trouwens met astrol
niets te maken. Ook hoeft men
zekere invloed van planetarische 1 s
toren op de gedragingen van de rg .t
niet te ontkennen, om de astroloV,
als zodanig te verwerpen als een d t
lettantisch spel met mythologie
relicten. Het gevaar is dus dat
lezer, door verwachtingen te boud1
op uitspraken welke tot geen v ef
antwoording verplichten, het W'
van de ethische waarden en
heden, die zijn leven moeten riekt
en zijn persoonlijke verantwoord
lijkheid bepalen, meer en meer dp
liest. M-a.w. dat zijn op gemeensedj
en saamhorigheid afgestemd 0e Af
verschrompelt en plaats maakt v
een egocentrisch, uiteraard min®
waardig bijgeloof.
Wat tenslotte de voorspelU™ et
van de Duitse astroloog betreft'
zijn er bij die ongetwijfeld zullen j'g
komen omdat ze in de ontwikkel e,
der dingen liggen. Indien de hn£*f)1i-
uitsluitend op planetarische aana^(,
dingen berustende uitspraken
waarheid worden, zal dat echter
reden zijn om de astrologie eri1' et
te gaan nemen. Waartoe tot duS.,ef
na een eeuw of tien geen nUCj1
mens zich verplicht heeft gevoeld
reële functie in het bedrijfsleven,
voorbeeld:
Een metaalarbeider heeft een eras 4
ziekte, tengevolge waarvan hij iare%,etf
ongeschikt zal blijven voor zijn gr!"
Nadat hij over 312 werkdagen ziekeneI,dc
heeft genoten, verklaart de controlej^,,^
geneesheer van de bedrijfsveren>»ee(
dat de man nog wel geschikt is vo°r ja-
licht werk, b.v. portier of wachts ti}
Betrokkene dient zich in dat gcya x:'
spoedig mogelijk bij het Gewestelijk r)C
beids'bureau te laten inschrijven als ^flc'
zoekende (uiteraard alleen voor de t\jv
tie van portier of wacbtsman).
ïnschrijvingsbewijs van het GAB .je1',
hij zich dan melden bij de corresP0
van de WW. Zolang het GAB êeen ete
sende werkkring voor de betro g0f
heeft en indien hij aan de normale
waarden voor uitkering WW voldo
hem in het algemeen uitkering l>êt
den verleend. Bij het vaststellen
dagloon zal de bedrijfsvereniging p P1.
geval rekening houden met he tg® P'
als portier of wachtsman en niet \;epe
als metaalarbeider had kunnen vera
Ver^K
Vragen omtrent de sociale
keringswet'ten kunnen schri
lte\
0ci
h v- d
C^lbo'i
/•ÖlJtnr
AL3
2 Cf
worden ingediend bij onze
economische redactie, Kol1
straat 1 te Rotterdam.