1 BISMARCK, B m Genève verzamelpunt van DIPLOMATEN ré, „Ver van BAGDAD, dicht bij SAGAN" 1 I mi vakantiefoto's Lpl met..zOheffekt" Keïta Fodeba: kunst of kunsten maken vb 'Siijr de ijzeren kanselier 's werelds i Apeldoornse V. en D. bijna in vlammen Wereldmuziekconcours 1958 377 TANKSCHEPEN OPGELEGD Weer vijf jaar erbij voor „Rooie Koos"? door MARTIN W. DUYZINGS VRIJDAG 22 AUGUSTUS 1953 PAGINA 5 i toni 55 Roekeloze inbrekers na acht maanden gevonden m wat Levert levert is goed! KARD. TIEN NOG DRIE MAANDEN IN ZIEKENHUIS NEDERLANDSE STRAAL JAGERPILOOT WIST ZICH TE REDDEN Toestel bij Calais verongelukt Jubileum-eisvan officier van justitie AUDIëNTIE GENèVE, augustus. DE SHEIK was wars van water. Er heerste niettemin een hittegolf in Genève. Het had er traag en druilerig ge regend, heel een lange, naargeestige dag, en het meer was rumoerig geweest als een nijdige binnenzee; en op de veerboot van Evian hadden voor hetzelfde geld drie Duitse toeristen en een lijdzaam voor zich uitstarende Griekse Pope luidkeels kokhalzend over de reling gehangen als gold het een Levante-storm in de ge meenste hoek van de Biscaje en wie, van heind^ en ver, naar Genève gekomen was om een glimp van de Mont Blanc te zien in de zo aantrekkelijke wetenschap, dat ze daar pas nog in één week vijf dode bergbeklimmers uit de ravijnen hadden gevist, hij gooide zijn Zwitserse franken voor niets in een der enorme verrekijker automaten aan de rand van het meer, want de wolken verborgen zorgvuldig de Mont Blanc, met al zijn majesteit en al zijn geheimen. Doch 's nachts was, op eens, de wind gedraaid en plotseling had men Genève herkend. Een zomerse serie luchtige reportages over uiterst ernstige zaken ais handelaars in opstanden, opgejaagde Sheiks, gemanicuurde spionnen, de mateloze moeilijkheden van Lady Docker en de jongste psycl;o-analytiscI;e vondsten in het zesde „ik" van Fran^oise Sagan en van hen die haar (tot in Saint Tropez toe) volgen willen. BA»)» t i. m. 1 De IJzeren Kanselier.. De Pruis.. De oude loods.. Der Alte.. Al deze bijnamen slaan op één en dezelfde man: Otto von Bismarck. Bismarck.. De vechter voor de Duitse Een heid, geldt nu nog als een symbool van onverzettelijkheid. Van granietharde beginselen en van een diplomatie, die niet weet wat schipperen is. Bismarck, de reus, de kolos met de fluwelen stem, de sluwe, geslepen maar toch lijnrechte staats man. Bismarck, de boer en de jager, onstuimig en hoofs. Bis marck, een „vat vol tegenstrijdigheden.." Aan de oevers van de Elbe op de eerste april 1815, werd hij op het slot Schönhau- sen geboren. En op zijn zesde jaar werd hij naar de school van Plamann gestuurd m 2 In 1832 liet hij zich inschrijven aan de universiteit van Göttingen. Rechten studeren. Maar het was in Berlijn, dat hij zijn graad haalde. Als student viel hij niet zo op. „Middelma tig", oordeelden zijn professoren. Maar de jonge student kreeg al gauw een gevreesde naam vanwege zijn flitsende sabel en zijn drift. Merkwaardig genoeg deed hij niet mee aan de ro mantische en filosofische stromingen van zijn tijd. Hij had een heel ander ideaal: handhaving en versterking van de monar chie, die hij voor een bijna heilige traditie hield. Die ouder wetse opvatting druiste regelrecht in tegen alle roekeloze mo de-stemmingen van zijn mede-studenten. In 1835 werd de jonge jurist tot openbaar aanklager bij de burgerlijke rechtbank te Potsdam benoemd. Het jaar daarop vertrok hij naar Aken, als referendaris. Maar na een tijdje kwam hij toch weer terug in Potsdam.. 3 Zijn militaire diensttijd „zat" hij uit zonder veel geestdrift. Tamelijk vlug wordt hij dan reserve-luitenant. Op dat moment is hij 24 jaar. Ondertussen is zijn moeder gestorven en de in middels afgezwaaide luitenant trekt naar het landgoed bij Kniephof, vijfhonderd hectaren groot, maar zwaar belast met hypotheken. De andere domeinen zijn verdeeld onder zijn vader en zijn oudste broer, Bernard. Voor Otto schiet er dus alleen die waardeloze lap grond over. Maar hij zwijgt, klemt zijn tanden op elkaar en laat al iets doorschemeren van de Bismarck, die straks het lot van Europa zal bepalen en die Duitsland naar de macht zal loodsen. Zes jaar werkt en ploe tert hij, tot alle schulden afbetaald zijn. Dan laat hij zijn land goed in de steek. MitPATr 4 Want zijn vulkanisch temperament en zijn fel karakter houden het niet langer uit onder dit boerenleven. Wat hij wil is een diplomatieke carrière en die krijgt hij nu eenmaal niet °P zijn kasteelhoeve. Maar voorlopig kan de bruisend eenergie Van de jonge Bismarck zich alleen maar uitleven in dwaze breken, die hem de bijnaam van de „dolle saletjonker" be ogen. Hij ment zijn vierspan in razende galop, stuift rustige salons binnen en dient zichzelf aan met pistoolschoten, neemt ®énmaal zelfs vier grauwende en bijtende vossen mee naar ee« geselecteerd gezelschap en ontpopt zich als eert liefhbbr Van champagne en donker Pruisisch bier (Van onze correspondent) Acht maanden na de opzienbarende in braak die in de nacht van 12 op 13 januari bij Vroom en Dreesmann te Apeldoorn is gepleegd, heeft de politie aldaar in sa menwerking met haar collega's te Rot terdam de twee daders aangehouden dje inmiddels hebben bekend, Het zijn de 28- jarige monteur J W. v. d. V. en de 31- jarige koopman J. K. Het tweetal behoort tot het gilde der Rotterdamse beroepsin- brekers' Er zijn nog twee „zware jon gens" uit Rotterdam gearresteerd waar door ook andere inbraken in het land o.m. te Sliedrecht, Alblasserdam en Spij- kenisse. tot klaarheid konden worden ge bracht. Aanvankelijk gaven de vier gearres teerden voor van de prins geen kwaad te weten, doch de bewijslast drukte tenslotte zo zwaar, dat ontkennen niet meer baat te Het onderzoek in de Apeldoornse zaak kon gisteren worden afgesloten. Uit de bekentenissen van de twee da ders van de inbraak te Apeldoorn bleek, dat beiden eigenlijk op goed geluk daar heen waren getogen. Met een oude auto arriveerden zij er op de bewuste avond Omstreeks tien uur gingen zij op ver kenning uit bij V. en D., waarvoor zij een behoorlijke klimpartij moesten maken Toen zij de brandkasten ontdekten, heb ben zij uit de auto het nodige werkma teriaal opgehgald en twee cilinderflessen en met deze zware last maakten zij de moeilijke klimpartij voor de tweede maal. Bq het onderzoek is gebleken, dat het maar weinig had gescheeld of het pand van V. en D. was tijdens de inbraak in vlammen opgegaan. Toen de mannen nl. bezig waren twee brandkasten met snijbranders te forceren, raakten de gor dijnen in brand, maar de inbrekers slaag den erin de vlammen met een gieter met water, die zij gebruikten bij het ope nen van de kasten, te doven- Het tweetal vertrok tenslotte met een buit van ruim f 15.000.-, hoofdzakelijk bestaande uit klein geld. Op de terugweg naar Rotterdam kre gen zij nog pech met het oude wagentje en riepen zonder blikken of blozen de bij stand van de wegenwacht In, die hen prompt hielp. AI het geld, dat het tweetal samen deel de, is intussen uitgegeven. Een gedeelte werd besteed voor een prachtige baby- uitzet waarmede K. zijn vrouw verraste en die hij had gekocht bij V. en D. te Rotterdam. In afwachting van hun berechting is dit tweetal met de andere twee arrestanten ingesloten in het huig van bewaring te Rotterdam. In totaal moet het Inbrekers kwartet zich schuldig hebben gemaakt aan tien grote inbraken. ILFORD (Van onze correspondent) Zowel in <3e zaal als op het podium ging het er wild aan toe. toen woensdagavond het Afrikaans negerballet van Keïta Fodeba optrad in de concerthal van het wereldmuziekconcours te Kerkrade. Op het podium hoorde dat blijkbaar zo. in de zaal waren onvoorziene organisatorische strubbelingen destructief werkzaam. Wie een plaatsje had kunnen bemachtigen in de voorste helft van de hal. werd er niet al te era door gehinderd. Het geluid van de roffelende tamtams was krachtiger dan net protesterende gemompel achterin en het zicht bleef goed behalve dan de be zetters der amfitheaters links en rechts van het podium, <jie tégen de achterkant van wat zetstukken aantuurden. Zo was er van alles scheef en dankte men het grotendeels aan de kracht waarmee de executanten de aandacht opeisten, dat men de voorstelling tqch nog kon volgen. De inzet was zonder meer fascinerend. Men had geen ogen en oren genoeg om alles te zien en te horen. De roffels op de tamtam met hun razende ritme, de vir tuoze bewegingen van de mannen die deze trommen met de vlakke hand bespeelden, de snelle wendingen en trillingen van de ranke negerlijven, de kleurigheid van gewaden, de vormen van maskers en hoofdtooien. Kortom al het andere, vreem. de, n°OIt geziene, bizar en daardoor boeiend. Daar hoorden niet de melodieën van de wemige liederen bij. Dankzij de moderne Europese amusementsmuziek klonken the allerminst vreemd. De ma nier van zingen deed dat weer wel. Na drie kwartier of een uur was de nieuwigheid er al een beetje af; een mo dern mens went snel. Toen waren de ver richtingen van de dansers en zangers niet meer interessant op zichzelf. De toe schouwer begon zich rekenschap te geven van wat hij nu eigenlijk zat te bekijken en beluisteren. Was het ballet wat deze ..Ballets Africains" hem voorzetten? Was het een aaneenschakeling van godsdien stige ceremonies? Beide vragen moeten waarschijnlijk ontkennend worden be antjvoord. De roffelaars èn de dansende mannen en vrouwen spreidden een derge lijke onbeheerstheid ten tóón, dat men de gedachte aan een ballet onmiddellijk van zich afzette. Ballet, dat wil zeggen een vorm van kunst. Maar bestaat er volmaakt onbeheerste volmaakt ongestileerde kunst? Wat deze negers en negerinnen lieten zien, was virtuoos en boetend. Mahr het was dat meestal niet vanwege de ont roering die het teweeg bracht. Wanneer een stelletje doldrieste en lenige jongens op het voetbalveld dwars door elkaar heen koprollen en hoogstandjes beginnen te maken, dat kijkt men daar met plezier naar. Men noemt het echter geen uiting van kunst. Het is geen dansen. Blijft over de mogelijkheid, dat de massa bezoekers van de Kerkraadse mu ziekbal getuige waren van religieuze uitingen. Dan zal de westerling daar vreemd tegenover blijven staan, zolang hij niet in het land van herkomst zelf kennis heeft kunnen maken met het volkskarak ter. dat deze religie deed ontstaan. Zo kwam het, dat een onbevredigd gevoel het resultaat was van een avond Afrikaans ballet door de groep negers die de minis ter van Frans Guinea Keïta Fodeba vijf jaar geleden naar Europa zond om de in heemse cultuur van zijn land hier bekend en ongetwijfeld is ook dat zijn be doeling geweest bemind te maken. LEVERT CO AMSTERDAM OORLAM Volgens gegevens van de N.V. OHe- Schcepvaart waren er op 19 augustus jl. over de gehele wereld 377 tankschepen op gelegd of buiten gebruik, met cea totale tonnage van 5.880.318 draagvermogen. Hiervan behoorden 99 schepen mei «en tonnoge van 1.456.660 aan grote oliemaat schappijen, 227 met een tonnage van 3.591.356 waren er in particulier bezit. De overige 51 schepen met een tonnage van 832.302 behoorden tot de militaire sector. In de haven van Rotterdam zijn opgelegd de Nederlandse tankschepen „Esso Den Haag" (16.289 ton), „Esso Rotterdam" (16.460 ton), de Italiaan „Anteo" (9.736 ton) en de Nederlandse „Papendrecht" (15.527 ton). In Amsterdam liggen de Liberiaan „Anargyros" (11.447 ton), dt Engelse „Blandford" (18.500 ton) en de Noor „Sal- saas" (12.660 ton). De geneesheer van het ziekenhuis te Siegburg in Duitsland heeft verklaard, dat kardinaal Tien nog minstens drie maan den in het ziekenhuis zal moeten blij ven. Zijn toestand heeft zich echter wel verbeterd. Zoals bekend is de auto van kardinaal Tien vorige week in botsing gekomen met een vrachtauto. Kardinaal Tien kreeg 'n shock. Een arm werd op verscheidene plaatsen gebroken. De 68-jarige kardinaal, verbannen uit zijn aartsbisdom Peking, vertoeft sedert enige maanden in West- Europa. In oktober zou hij een avondmis opdragen in Zwolle. Dit zal nu niet door gaan. Aldus meldt het K.N.P. De Nederlandse piloot van een „Sabre"- straaljager is donderdagavond veilig aan zijn valscherm op de aarde aangekomen nadat zijn toestel te Sangatte, ongeveer negen km ten westen van Calais, op het strand was neergestort. Het Nederlandse consulaat te Calais deelde mee, dat de piloot de 22-jarige W. H. M. Bolland is, die vertelde, dat hij 's avonds de vlieg basis Twenthe had verlaten en benzine gebrek had gekregen. „Rooio Koos" de 56-jarige Haagse huisschilder J.P.. die al meer dan twintig jaar van zijn leven in de gevangenis heeft gezeten, heeft gisteren weer een forse eis tegen /zich horen uitspreken. Hij was een van de „vooraanstaande" leden van een Haagse bende, die in de afgelopen winter zes a zeven inbraken heeft ge pleegd. Twee waren er hem tenlastege- legd en mr. Kemper, de officier van justitie bij de rechtbank te 's-Gravenhage vorderde daarvoor vijf jaar gevangenis straf. De ene inbraak geschiedde in de nacht van 25 op 26 januari jl.' in een perceel aan de Koninginnegracht in Den Haag. Zes leden van de bende sleepten ër een brandkast uit. die ze vervoerden met de auto van de 36-jarige vertegenwoordiger N P. De kast werd later in de werkplaats van de vader van de vertegenwoordiger opengebroken. Er zaten 29 kleine briljan ten, gouden sieraden en buitenlands geld ift, tezamen ter waarde van ongeveer 1 12.000,-. Enige dagen later brak de ben de in een limonadefabriek aan de Wal dorpstraat in Ook daar nam ze een brand kast mee. De volgende dag lazen de ben deleden in de kranten dat er (12.000.- in zat. Ze haalden een jonge monteur voor f500.- over de kast met een lasapparaat open te snijden. De buit werd verdeeld De eisen van de officier van iustitie tegen de andere leden van de bende wa ren: tegen de 42-jarige koopman F.HE die ook een stevige straflijst heeft, vijf jaar met aftrek: tegen de vertegenwoor diger P. een jaar met aftrek, waarvan twee maanden voorwaardelijk; tegen de 31-jarige los-werkman T.E. vier jaar met aftrek; tegen de 27-jarige varensgezel H.L.L. en de koopman A.W leder twee jaar en zes maanden met aftrek. Mr. Kemper vroeg tegen de jonge monteur v.O. een jaar, waarvan zeven maanden voorwaardelijk. De rechtbank zal op donderdag 4 sep tember vonnis wijzen. Zijne Hoogw. Exc. de bisschop van Breda zal geen audiëntie verlenen op 24, 28 en 29 augustus. en... SHEIKS De hitte hing als lood nu boven het rimpel loze Lac Leman. In het befaamde strandbad aan de Jetée des Paquis kon men zowel het strand als het bad niet meer zien temidden van een onontwarbare mierenhoop van, door de zon geteisterde ledematen. In het Etnographisches Museum in het „Pare Mon Repos", waar de ventilatie toch ai niet van het bovenste beste is, hadden de suppoosten de grootste moeite om een bus Amerikaanse Europadoeners, die vóór de lunch al in het Palais Eynard een collectie muf geurende Zwitserse fauna hadden moeten bekijken, met reukzout en Eau de Cologne ter been te houden. En voor het overige maten de thermometers ook in Genève 37 onverdraag zame graden in de schaduw (en meer dan 50 in de zon), en de enige die zich bü dit alles onge meen prettig scheen te vinden, was de sheik. DE SHEIK kwam vers uit Engeland. Voor het geval, gij hem uw sympathie be tuigen wilt: zijn naam was eenvoudig en ongekunsteld Isa Bin Sulman Al Khalifi en als gij uw brief gewoon maar naar het kroonprin selijke paleis in Bahrain stuurt, komt het altijd aan, voor zover tegen die tijd de huidige of de aanstaande rebellen er toevallig geen beelden storm veroorzaakt hebben. Men zei, dat Isa Bin Sulman Ai Khalifi dit jaar „Europa doet" om dat ook hij, zo hij zijn olie alleen maar door de westerse democratieën uit zijn woestijnen laat zuigen, tegenwoordig niet meer zeker weet of hij wel heelhuids uit Mekka terugkeert van zijn jaarlijkse pelgrimage. Men zei, dat hij ginds in Engeland niet alleen enige bekwame financiële experts, de directie van zijn Londense advoca tenbureau, het wassenbeeldenmuseum van ma dame Tussaud, de Tower en voor meer dan 200 Pond Sterling van het nachtleven in West-End doch bovendien de paardenraces in Good- wood had gezien. Men zei tenslotte, dat hij naar Genève en het Lac Leman gekomen was ten einde in een vriendelijke, rustige omgeving uit te rusten Van de spanningen in het Midden- Oosten. Dat had nogal wat moeilijkheden opgeleverd! Be' Sheik had aan een der luxe-hotels de voorkeur gegeven niet omdat hij per se stro mend water op zijn kamer wilde, maar omdat luxe-hotels er een safe op na houden waarin Sheiks hun geld en hun goederen veilig kun nen bewaren doch voor zo ver die luxe hotels al niet volzaten met andere sheiks, prin sen, kroonprinsen, kroon, en eenvoudige prin sessen, zaten zij wei tot de nok toe vol met hoogsternstige afgevaardigden die de vorige Geneefse atoomconferentie zitten af te wikke len, of met andere, even ernstige afgevaardig den, die, tot heil van het mensdom en tot diepe vreugde der verzamelde belastingbetalers, de volgende Geneefse atoomconferentie zitten voor te bereiden. Bovendien gij moet u zelfs in een sheik- anno-1958 niet vergissen. Br zijn sheiks die de eenvoud zelve lijken. Een ringbaard, een eenvoudige burnous, bjj voorkeur decente sokken en een eenvoudig dia mantje ter waarde van een ton ergens half ver scholen in hun hoofdtooi. Docht soms bedriegt bij een moderne sheik zélfs de schijn! Er was een sheik hier in Genève, die zoiets van Yacoub Ben Boucou Ben Beni heette. Hij zit op het ogenblik in Rome, hetgeen óók een bar eind verwijderd is van het Chouf-gebergte, alwaar hij zijn onderdanen op het hart drukte, trouw te blijven, alvorens hij met een klein dozijn bloed verwanten, een gebochelde hofnar, een koffer vol reukmiddelen, een meelzak vol sieraden en en haastig voortsnellende, ernstige heren met diplomatentassen aan zijn burnous had bengelen, met een uurwerk er in, dat ieder kwartier aarzelend doch dapper boven op Yacoub Ben Boucou's oosterse embon point de eerste strofe van een oud volkslied uit Wilhelm Tell's vaderstad Schwyz neuriede en toen hij, voorts, in het bezit gekomen was van een, in goud uitgevoerde wekker waarop hij óók kon zien, welk jaar het was, alsmede de luchtdruk van van daag en de barometerstand van mórgen, toen men bovendien zelfs het nachtkastje van de goede sheik niet meer kon openen zonder dat er op zijn minst een koekoek-klok in stond te kraaien, wierp de sheik zich op de fotografie. tÉr dr NIEMAND weet het precies, maar men schatte het op acht kostelijke camera's, een Paillard-film- een droefgeestig tintje in zijn donkere ogen af scheid van hen nam: op weg naar de ach zo betrekkelijke veiligheid van West-Europa en wachtend op betere tijden. Ook Yacoub Ben Boucou Ben Beni hield niet van water. Zijn hobby ging meer in de richting van de fotografie en de uurwerken. De Zwitserse horloge industrie moet er in enkele weken tijds een gevoe lige opleving van hebben gehad. Doch toen Yacoub Ben Boucou tenslotte zélfs een sleutelring waarom de Sheik dat mausoleum dagen achtereen uit alle hoeken fotografeerde toestel waarmee men desgewenst ook de grote scène uit Ben Hur of de Tien Geboden zou kunnen schieten, compleet met alles wat daar zo bij pleegt te horen. Iedere morgen laadde men al deze kost baarheden in de verse Cadillac van de sheik (een sheik zónder Cadillac is geen sheik, en mocht hij wel degelijk een sheik zijn, dan kunt gij er van op aan, dat er in een straal van driehonderd mijlen rond zijn paleis geen drup olie te vinden viel) en reed men het geheel tot voor het Mausoleum van wijlen hertQg Karl Von Braunschweig aan de Quai de Mont Blanc. Daar schoot de sheik dan al zijn camera's gulzig leeg op het mausoleum van een voormalige hertog die destijds heel zijn vermogen ad 20 miljoen franken aan de stad Genève heeft nagelaten. Niemand weet precies waaróm de sheik dat mau soleum dagen achtereen uit alle hoeken fotogra feerde. Doch lieden uit zijn naaste omgeving heb ben zich gehaast, de omstanders te verzekeren, dat de goede sheik vast en zeker niet het voor nemen had, het voorbeeld van wijlen de hertog te volgen. Want op de eerste plaats, zeiden de zegslieden bescheiden, vond de sheik 20 miljoen Zwitserse franken een belachelijk klein bedrag om er, waar ook ter wereld, mee te overlijden. Op de tweede plaats had hij zeventien zonen; met de administratie zijner dochters, die er in het Chouf-gebergte overigens ook maar nauwelijks toe doen, was de sheik herhaaldelijk in de war; als men hem er naar vroeg, antwoordde hij noncha lant tenslotte: „Zo ongeveer twintig, Sir, en weet gij ook of hier in Genève de „Financial Times" te krijgen is?" En tenslotte viel, om het schilder achtig doch duidelijk met een vooraanstaand lid van het hotel-personeel te zeggen, de sheik in tal van opzichten dood over tien Rappen Gij moest, wil ik slechts suggeren, met wit vakantie eigenlijk maar niet naar Innsbruck, het Garda-meer, de Rivièra, de Costa Brava, Mal- lorca, Katwijk aan. Zee of de kust van Dalmatië gaan. Gij moest naar Genève komen. Want het is héérlijk in Genève. Een keurige, vriendelijke stad. Een egaal blauive hemel. Een rimpelloos meer. En het voormalige Volkenbondspaleis, dat nu de United Nations dient. En haastig voort snellende, ernstige heren met kostbaar lederen diplomatentassen cfie Internationale conferenties voorbereiden of afwikkelen, of gewoon maar bij- ivonen. En Charly Chaplin, die, als hij niet door Oost-Afrika zwerft teneinde zijn kinderen in de buurt van de Kilimantjaro met dartel over de ..plains" hollende olifantentijgers en wildebees- ten te amuseren, zomaar op een terrasje aan de Rjie du Marchê boven een kopje koffie over zijn volgende film zit te peinzen. Dat alles Maar vooral: de sheiksl De trek van de slieiks is niet een3 zo jong meer. Reeds sedert vele jaren hebben Genève en het Lac Leman een grote aantrekkingskracht uitgeoefend op de olievorsten die, in het Midden-Oosten, hun Cadillacs, hun geiten en hun kroonjuwelen nau welijks tellen kunnen. Op de exquise pensionaten en kostscholen rond het Lac Leman hebben \.ai van toekomstige sheiks de laatste laren onder meer het meeslepende gemak van DDT-poeder. de betere jaargangen van de Bourgogne en het merk waardige nut van mes, lepel en vork grondig ge leerd. en menige prinses uit het Midden-Oosten heeft hier aan de boorden van het Lac Leman een eenvoudige kostschooljurk gedragen alvorens zij terugkeerde naar het land harer voorvaderen teneinde er uitgehuwelijkt te worden aan een on willig stamhoofd die het in zijn hoofd had gezet, zijn olie onder de prijs te verkopen. Bovendien weten ze al sedert laren ook ln Bahrein en in het Chouf-gebergte, dat Zwitserland de buiten lander vele belastingfaciliteiten te biden weet (als men de weg maar kent), dat men in Zwitserland onder geen enkele voorwaarde met het bankge heim solt en dat de Zwitserse munt een uitste kende klank heeft, waar ook ter wereld. Vandaaren vandaar ook dat nu. terwijl het broeit en het rumoert in het Midden-Oosten, tal van edelen en edelinnen uit het Midden-Oosten zich ln een nog steeds wassende stroom naar het Lac Leman haasten, zodat de luxe-hotels plotse ling vreemd en exotisch naar olie en dadels geu ren en de huurprijzen van de riante villa's ln de omgeving (waar men op aangewezen is als men niet alleen zijn bloedverwanten, zijn onmisbaar personeel, doch bovendien enige huiselijke dingen als zijn vier honden, zfjn renpaard, zijn papagaai en een kleurrijke selectie uit zijn prlvé-harem mee naar Europa heeft gebracht) nu met de dag omhoog vliegen. En vandaar, tenslotte, dat gij met uw vakantie wellicht beter naar Genève dan naar elders kunt gaan. Niet alleen maar om de sheiks te zien en te ontdekken, dat er ook in het sprookje van Duizend en Eén Nacht niet alles koek, rozegeur en mane schijn geweest kan zijn. Niet alleen om, van op een afstand en slechts bij benadering, te kunnen zien welke enorme rijkdommen er al geput zun uit landen die bij de eerste oogopslag alleen maar uit hitte, woestijnen en diepe armoe lijken te be staan. Maar vooral om te beseffen, dat er in dat merkwaardige Europa van ons. waar men slechts oorlogen doch nooit de definitieve vrede schijnt te kunnen winnen, kennelijk toch nog enige vei ligheid heerst. En zo lang de sheiks nog rustig hun Juwelen en hun bankrekeningen koesteren aan het Lac Leman, zo lang zij niet in allerijl verder vluchten naar Palm Beach, Nevada of Ja maica, waar de verenigde hotelhouders de heren stellig met open armen zouden ontvangen, zo lang bestaat er een grote kans, dat gij niet op een goede 'ochtend wakker wordt met het gedreun der ka nonnen in uw oren.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1958 | | pagina 5