Wegenwachtfilm van Piet van der Ham
Waar kunst en politiek
Reclame
Aanval zonder overtuigingskracht
Z
ALS EEN GOED REGISSEUR
EEN SPEL SCHRIJFT
Nieuwe
Rank
politiek van
organisatie
Befaamde regisseurs
terug in de studio's
Artistieke
SAMENGAAN
Frank Capra gaat „Hole in the Head" verfilmen
actualiteiten
Beroemde Duitse schrijvers onder spervuur
iet-filmers bezoeken Nederland
Godspenningen van
Oostpriesterliulp
Maakt
voor Uw zaak
Onzuivere maatstaven
Waar en onwaar
Hans van Bergen
Hans Roest
V B
ZATERDAG 11 OKTOBER 1953
PAGINA 5
Vijfde academische filmstudieweek
Gbat
Voor klooster in Salzburg
Ook Duitsland heeft natuurlijk zijn „angry young men"
jonge schrijvers en dichters, die zich scherp keren tegen be
paalde figuren in de kunstwereld (en vooral in de literatuur),
die erkend en gevestigd zijn. Zij slaan soms in het wilde weg
om zich heen, of proberen in venijnige en niet zelden onwaar
dige analyses de idolen van velen te vernietigen. Het is nieuw
noch wereldhervormend: bijna iedere nieuwe generatie heeft
gemeend de vorige te vuur en te zwaard te moeten bestrijden.
Wat het verschijnsel betreft is er dus niets verontrustends
wel wat de keuze der wapenen aangaat en de wijze, waarop de
aanval wordt gedaan. Het kost met een beetje demagogie wei
nig moeite om zelfs de groten in hun zwakke plekken aan te
tasten. Men behoeft dezen slechts te isoleren en vervolgens
met veel tam-tam belachelijk te maken, met voorbijzien (of
desnoods geringschattend vermelden) van de positieve kwali
teiten van het werk der betrokken auteurs.
LEVENDE TAAL
I
NOOITGEDAGT
gereedschap
llÉfc, al bijna 100 /G7.U
jaar bekend
Als een goed regisseur een spel schrijft, zal hij ongetwijfeld niet kunnen
nalaten om aan zijn tekst allerlei regie-aanwijzingen toe te voegen.
Het is echter de vraag, of beschrijvende tekst tussen de gesproken
tekst door, niet een zeker bewijs van onvermogen is. Het kan immers
zijn, dat de dialoogvorm niet sterk genoeg is, zodat de schrijver zijn
toevlucht zoekt tot allerlei aanwijzingen, om toch maar vooral geen
verkeerde interpretatie van zijn tekst te veroorzaken. Een tekst moet
voor zich spreken, zegt men heel veel. De rest moet men aan de
regisseur over laten. De beste schrijvers bedienen zich niet van
tussentekst, zegt men. Zie maar eens naar de klassieken! En de
tussenteksten maken een toneelspel bijna onmogelijk om te lezen.
Orson Welles en Curt Jurgens in
„Ferry to Hong Kong"
Geen verdediging nodig
HERMANN HESSE
Nobelprijs
ik heb Clev&t toffees van QiievfA
Hommage a Regnault
Golgotha
WERELDNIEUWS
Overproduktie van religieuze films
(Van onze filmredacteur)
is v aula van de Utrechtse universiteit
I, de week voor de vijfde maal de
ïeh Academische Filmstudieweek
°udcn, waarop als algemeen thema aiems
ken handeld de vraag, welke de oorza- leven
]0 z,in voor het ontstaan van de uiteen-1
ten"*"'6 soorten films, aan welke „behoef
ten'
veel
van het publiek het ontstaan van zo-
verschillende genres dient te worden
t0 "-ncuuienoe genres ment te wornen
eeschreven en welke functie zij in de
Jdenleving vervullen,
j, ,n Jmofdzaak had deze probleemstelling
ba' ng op de speelfilm, maar daar-
s' werd in de referaten ook aandacht
infC nKen aan de films, die voorlichting,
ormatie en lering willen verschaffen,
typt eerste lustrum van de Filmstudie-
sta n vie^ samen met het tienjarige be-
4an van het Nederlands Filminstituut,
in yoorzitter, prof. dr. Ph. J. Idenburg,
een inleidend woord de aandacht vestig-
o. °P de ontwikkeling van het instituut,
vooral dejaatste jaren bijzonder spec-
j-mair is geweest. In de tien jaar van
Vqo estaar» heeft het instituut 33.000 film-
derS^IIingen georganiseerd, terwijl on-
z,j Z1in auspiciën cursussen in het leven
sce geroepen, die opleiden zowel voor
jj harioschrijver als voor filmhandelaar.
t,Aendien stelde prof. Idenburg de stich-
ZiL.gtVan een Filmacademie in het vooruit-
In
.erbeeiding:
leend aan bijbelse verhalen, maar het re
ligieuze gehalte wordt bepaald door de
potentie van de film om de toeschouwer
waarachtig te confronteren met de gods
dienstige werkelijkheid, zoals die in het
van mensen gestalte heeft gekre
gen. Zo is er volgens ds. Dronkers een
fundamenteel verschuil tussen de film
„Grazige weiden" van Keighley en „De
Tien Geboden" van De Mille.
Dr. F. H. Glastra van Loon heeft ge
sproken over „speelfilms, waarin een me
disch of psychologisch probleem wordt
behandeld." Daarbij wees hij erop dat vrij
wel iedere speelfilm tot op zekere hoogte
een psychologisch probleem bevat, zodat
men zelfs uit een „Western" iets omtrent
de. Amerikaanse mentaliteit kan leren.
De heer A. Koolhaas, die „De held en
de heldin in de film" besprak, gaf een
metopzet sterk gechargeerd beeld van
de held. Voor het volwassen worden van
de film is het volgens hem nodig, dat de
held zijn daden eens kritisch beziet in
plaats van een jongedame in zijn armen
te nemen.
De Filmstudieweek, waarop de heer P.
v. d. Ham, cineast uit Den Haag nog een
voordracht hield over de experimentele
film en dhr R. Lefranc uit Parijs over „De
eigen aard van de didactische film" werd
besloten met een filmvoorstelling in het
Camera-theater, Vertoond werden de films
„Metrographic" van Vittorio Speich,
„Glas" van Bert Haanstra en „Don Qui
chotte" van de Russische regisseur G.
Kozintsev, waarover men verleden week
reeds een uitvoerige beschouwing in ons
blad heeft kunnen lezen.
ontkende prof. dr. J. Lin-1
in de experimentele
bWck60' ho°gleraar
ciaj a°lC'gie aan de Utrechtse universiteit.
op be film alleen maar een beroep doet
de waarneming. Dit aan de film gerich-
cfio ervviit weerlegde hij met de spanning,
rooj'henige film, hoewel haar gegeven
^ekk ^^end is' bij de toeschouwer kan
hoofdthema van de bijeenkomsten:
hljg®enr^s en hun functies voor het pu-
werd behandeld door prof. dr. Erich
'ft jrtlann, die opmerkte, dat krachtens
slni r dr- Bauer in de „Deutscher Film
de! nack von 1920-1950" gemaakte ver-
dertien soorten films worden on-
fiiJ^heiden; een klasse van documentaire
sè,n en twaalf soorten speelfilms. De amu-
fo !®htsfilm had volgens hem bestaans-
v9n omdat zij bijdraagt tot bevrediging
it^het persoonlijke streven naar welbe-
teps'. A. Dronkers, die ,„Het genre van de
bftt^leUze Nlm" behandelde, verklaarde
van er de laatste tijd een overproduktie
W? ,reUgieuze films is ontstaan, die zo-
Jn katholieke als in protestantse kring
toenemend onbehagen heeft gewekt,
tft ri' genre is zo oud nis de film zelf.
tiiè verband wees ds. Dronkers op Lu-
va re's beelden over het leven en lijden
li„j Christus. Een film is echter niet re-
6us door haar inhoud, eventueel ont-
De gele rijder merkt, dat zijn drenkeling geen drenkeling is. Piet van der
Ham in actie met 't maken van opnamen voor zijn nieuwe lVegenwachtfilm.
Kozintsev (rechts), regisseur
f; de Russische film „Don
ïp^otte" en Nicolai Tsjerkassov,
ers van de titelrol, tijdens hun
bezoek aan Amsterdam.
teerde in de opperste sovjetKunst en
politiek gaan voor hem dus samen.
Voor de rol van Don Quichotte heeft hij
de juiste gestalte. Hij is lang en mager.
..Kozintsev zag de persoon van Don
Quichotte als een tragische en humane
figuur, die geen onrecht duldt. De regis
seur heeft mij in alle opzichten geholpen
om een 20 duidelijk en overtuigend moge
lijk beeld te scheppen. Ik wijd me voor
namelijk aan het toneel en wacht tot er
een rol komt. die interessant is. Ik hoef
niet iedere rol te accepteren, die mij
wordt aangeboden".
Jarenlang is het de wens geweest van
Kozintsev om Cervantes' „Don Quichotte"
te verfilmen Hij is met zijn onderwerp
vergroeid, zodat hij gereed was. toen hem
j de kans werd geboden de film te maken.
„Ik heb het oorspronkelijke werk ge
ëerbiedigd. Het komische en groteske heb
ik erin gelaten, maar toch de nadruk
gelegd op dat aspect van Don Quichotte,
dat weigert onrecht, andere mensen aan
gedaan, te aanvaarden. Dit is vooral tot
uitdrukking gebracht dn de episode van
de bevrijding van de galeislaven".
„Don Quichotte'» is aan de oevers van
de Zwarte Zee gemaakt, een landschap dat
veel overeenkomst vertoont met het
Spaanse. Het wag één van de eerste
Russische films, die in panoramabeeld
werd opgenomen.
*iftts Russische regisseur Gregori Ko-
?'.ift en de acteur Nicolas Tsjerkassov
Pt«ftyaar Nederland gekomen voor de
'ere van „Don Quichotte", die enige
geleden werd gemaakt en gepresen-
Vaft r,Cxp bet internationale filmfestival
'"'al
annes.
men een Spaans werk
Ge* ferfümd
is met zo
in Rusland
verwonderlijk.
.Kozintsev vertelde, dat Cervantes
r? de\één van de meest gelezen boeken
0v.iet-Unie is. Tsjerkassov, die Don
toj °"e in deze film vertolkt, heeft de
'«i, enige malen gespeeld, eerst in
»Vf'n cantimime, die een bewerking was
1 klassieke verhaal, toen in een
'versie en tenslotte voor de film.
"W^kassov heeft miljoenen bewonde-
t;ta? 7"bn vaderland. Hij is vereerd met
..Volkskunstenaar" en is gedepu-
(Van onze Haagse redactie)
De Haagse cineast van der Ham is bijna
gereed met de vervaardiging van een
nieuw filmpje over het werk van de We
genwacht. Hij heeft deze film gemaakt in
opdracht van de A.N.W.B. naar een sce
nario van de A.N.W.B.-propagandist Theo
Palstra. De film, de tweede, die aan het
werk van de Wegenwacht is gewijd, duurt
20 minuten en geeft beelden uit de oplei
ding en het dagelijkse leven van de we
genwachters.
Doordat de humor een belangrijke rol
speelt in dit propagandafilmpje één der
wegenwachters springt zelfs in het water
om een man te redden, die helemaal geen
prijs stelt op redding zal de A.N.W.B.
dit werk van Piet v. d. Ham ongetwijfeld
nog meer goodwill voor de Wegenwacht
kweken dan nu reeds het geval is.
De Hagenaars, die dezer dagen een lan
ge rij spiksplinternieuwe gele motoren
voorbij hebben zien lijden, weten nu, dat
dit een onderdeel was voor de opnamen
voor dit filmpje.
i
De Oostpriesterhulp in samen-
werking met het comité Middag-
klok-Noodklok geeft met ingang i
van 10 oktober zgn. Godspenningen
uit. De opbrengst komt, ten goede
aan het werk van de Oostpriester-
hulp en in het bijzonder aan de I
bouw van een klooster in Salzburg
voor de uit Tsjecho-Slowakije ver
dreven zusters van de H. Eucharis
tie, waar ook meisjes uit andere
landen hun novipiaat kunnen door
brengen. De zusters worden later
te werk gesteld in de vervolgde
landen.
Met deze penning is er dus geen
medaille aan de lijst van de devo
tieartikelen toegevoegd. Hij moet
ons doen denken aan de gelovigen
in de vervolgde landen. De Oost
priesterhulp denkt ongeveer 300.000
a 500.000 penningen te plaatsen en
daarmee netto 150.000 bijeen te
brengen, het bedrag waarvoor Ne
derland zich garant heeft gesteld.
Van tien oktober af worden drie
duizend brieven gestuurd naar de
parochies om daar de initiatief
nemers te vinden die voor de ver
koop zorg kunnen dragen. Nu reeds
zijn van militaire zijde 10.000 aan
vragen binnengekomen.
De penningen hebben het for
maat van een oude rijksdaalder en
dragen als opschrift diverse bijbel
teksten, zoals „Heer red ons uit
de nood, Geef vrede aan de wereld,
Heer blijf bij mij, het wordt nacht".
Op de keerzijde staat een kruis
van prikkeldraad met daaronder de
woorden: „Wie U vervolgt, ver
volgt Mij". Deze tastbare „ge
bedsherinneringen", welke juist in
deze tragische dagen van 's Pausen
heengaan, zo'n extra grote beteke
nis krijgen, zullen, voor een gulden
per exemplaar iedere Christen in
de gelegenheid stellen met de geest
en de daad de vervolgde Christen
heid te steunen.
In Duitsland heeft Karlheinz Deschner
een „literarisches Streitschrift" gepubli
ceerd, dat zich tegen bepaalde figuren
richt dus niet tegen alle schrijvers,
op wie iets aan te merken valt. of tegen
zekere groepen, neen. het gaat tegen een
aantal ook in ons land zeer bekende
auteurs als Hermann Hesse (Nobelprijs),
Hans Carossa, Ernst Jünger en Werner
Bergengruen.
Men heeft de indruk, dat de bontheid
van het gezelschap eerder aan persoon
lijke afkeer dan aan enig systeem te
danken is. Er zit trouwens toch niet veel
lijn in de aanvallen en men vraagt
zich herhaaldelijk af waarom bijvoorbeeld
juist Carossa en Bergengruen zeer breed
voerig en vervelend wijdlopig worden be
kogeld met verwijten, welke men op zo
goed als alle Duitse auteurs kan afvu
ren ook op degenen, die Deschners
romans zo waarderend hebben besproken.
Het literaire pamflet verscheen onder
de titel „Kitsch, Konvention und Kunst" in
de List-Bücherei. Deschner gaat gewoon
lijk als volgt te werk, Hij neemt een be
paalde auteur, soms een van vele gene
raties geleden, wiens stijl al heel gemak
kelijk belachelijk te maken is. Of een
schrijver als Ernst Jünger, over wie bui
ten Duitsland reeds zeer lang geleden een
vernietigend oordeel is uitgesproken
met steekhoudender argumenten dan
Deschner kent.
Vervolgens stelt Deschner de inhoud
van het verhaal, of een fragment ervan,
in een sterk gekleurd daglicht en haalt
tenslotte zinnen aan, welke uit hun tijd
en verband zijn gerukt, en daardoor niets
bewijzen dan dat zelfs een geroutineerd
schrijver lelijke steken kan laten vallen.
Deschner goochelt met woorden als
„gekunsteld", hetgeen zijn gehele betoog
is; hij heeft het druk over conventie,
die hij nochtans niet met klinkende argu
menten doch slechts met luide kreten
signaleert. En over kunst, welke naar
zijn mening slechts wordt vervaardigd
door mensen, die zich nooit verschrijven.
Dan wordt het detail met vrij lege aan
duidingen tot totaal en algemeen gepro
clameerd het boek zit er vol van..")
en de vernietiging schijnt volkomen. Er
blijft niets over van de bewonderde
auteurs en de heer Deschner is voorals
nog zelf niet in staat iets positiefs tegen
over dit verlies te stellen. Hij wil het
daarom graag doen voorkomen, dat hij
er niet op uit is „goden te vernietigen"
maar dat het hem louter en alleen is be
gonnen om het publiek aan te sporen tot
goed lezen.
Welnu, daar is zijn methode onge
schikt voor. Zij schrikt de lezers af en
brengt hun het vermoeden bij. dat alle
grote schrijvers maar knoeiers zijn
want. de heer Deschner zegt het.
Wat beweert hij eigenlijk? Dat Carossa
vaak gezwollen is? Dat wisten wij hier
veertig jaar geleden al. En ook wisten
wij, dat deze gezwollenheid niet het al-
Het is waar en onwaar, dat tussenteks
ten een spel bijna onmogelijk om te lezen
maken.
-Hoogstwaarschijnlijk, dat daarom de
meesten van ons ook nimmer tot het
lezen van toneelspelen overgaan. En even
waar en onwaar is het, dat tussenteksten
een bewijs van onvermogen leveren en
dat een goede tekst voor zich spreekt en
geen tussentekst nodig heeft en men het
rustig aan de regisseur kan overlaten.
Orson Welles (V.S.) en Curt
(Duitsland) zijn door de Britse Rank
organisatie gecontracteerd om de hoofd
rollen te spelen in de film „Ferry to Hong
Kong", een rolverdeling, die geheel in
overeenstemming is met de door deze
maatschappij gevoerde nieuwe politiek
om voor belangrijke films sterren van in-
'r elles, acteur, producent,
regisseur eri auteur....
en Curl Jurgens, West-Duilslands
romantische held, spelen samen in de
Britse film „Ferry to Hong Kong".
Jurgens t.ernationale vermaardheid te engageren.
De film, gebaseerd op de gelijkmatige ro
man van Simon Kent, zal geheel in en
om Hongkong worden opgenomen en ver
schillende van de meest opwindende scè
nes zullen worden gefotografeerd op de
Zuid-Chinese Zee, eens berucht om de
zeerovers, die er hun bedrijf uitoefenden.
In deze Eastmancolor-film, de eerste
die door Rank in CinemaScope wordt op
genomen, zal zoveel mogelijk gebruik
worden gemaakt v.d. kleurige en exotische
achtergrond van het verre oosten. Het
verhaal gaat over een felle vete tussen
een veerbootkapitein (Orson Welles) en
een man (Curt Jurgens), die praktisch
gevangene is op het schip, omdat geen
enkel land hem wil toelaten.
„Ferry to Hong Kong" wordt geregis
seerd door T.ewis Gilbert, maker van
..Carve her Name with Pride", „Reach
for the Sky", ,,De Lord, de Lady, en de
Butler" en de hier te lande nog niet
vertoonde „A Cry from the Streets", die
ook het scenario schreef.
De rol van eerste machinist van de
veerboot zal worden gespeeld door de Ier
se acteur Noel Purcell.
Wie de vrouwelijke hoofdrol zal vertol
ken.
Elvis Presley, idool van alle jeug
dige dansenth-ousiasten, die in het Ame
rikaanse leger zijn dienstplicht vervult,
is tot de ontdekking gekomen, dat het
optreden voor de filmcamera's heel wat
gevaarlijker kan zijn dan het leger. In
de film „King Creole" moest Elvis Pres
ley een gevecht leveren met Walter Mat-
thau, die de rol speelt van een gangster
uit New Orleans. Tijdens dit gevecht
neemt Matthau een stoel op- en slaat die
op het hoofd van Presley aan stukken.
„De stoel zal je beslist geen pijn doen,
Elvis", verzekerde de regisseur Michael
Curtiz. „Hij is van licht balsa-hout. Maar
wees voorzichtig, Walter, want je kunt
nooit weten".
Toen de scène werd opgenomen, sloeg
Matthau in realistisch gespeelde woede de
stoel op het hoofd van Presley stuk, raap
te vervolgens een der afgebroken poten
op en trof hem daarmee op de mond.
Zodra de camera stilstond, rende Cur
tiz op de spelers toe en vroeg: „Alles in
orde, Elvis?"
Zich het hoofd en de mond wrijvend,
antwoordde Presley: „Jawel, maar ik zal
blij zijn. als ik weer veilig en wel terug
ben in het leger".
Alfred Weidenmann, die zich bekend
heid verwierf met zijn films „Canaris",
„Alibi", „Kitty in de grote wereld" en
„Scampolo" gaat met O.E. Hasse in de
hoofdrol een film maken, getiteld „Zo
lang het hart klopt". Hasse speelt in deze
film de rol van een arts, die zijn bestaan
bedreigd ziet door een. levensgevaarlijke
ziekte.
De Oostenrijkse regisseur Ernst Ma-
rischka is begonnen met de opnamen voor
een nieuwe filmversie van „Das Drei-
madelhaus" met in de hoofdrollen Karl
heinz Böhm als Schubert, de zangerac
teur Rudolf Schock en Hannerl Matz als
het begeerde Weense meisje, naar welks
gunsten beide mannen dingen.
Maria Schell heeft in de letterlijke zin
van het woord honger geleden terwille
van de kunst. Gedurende de opnamen voor
de Amerikaanse film „The Hanging Tree"
waarin zij Gary Cooper en Karl Malden
tot tegenspelers heeft, kon ze, wegens
haar opmaak tien dagen lang niet lun
chen. In dit drama uit de dagen Van de
goudzoekers heeft ze namelijk als gevolg
van de zonnebrand zulke gezwollen lippen,
dat ze tussen de opnamen onmogelijk iets
kon gebruiken.
Maria Schell nam het zelf nogal lako-
niek op. „Het houdt me slank en ik ge
niet des te meer van mijn diner", ver
klaarde ze.
„Wolfgang („Die Mörder sind unter
uns" „Ciske de Rat") Staudte werkt op
het ogenblik op vruchtbare wijze samen
met Vittorio de Sica aan de klucht „Held
op sokken", waarin laatstgenoemde en
Folco Lulli de hoofdrollen spelen.
De film verhaalt van een groenteschip,
dat heen en weer pleegt te varen tussen
Genua en Livorno en dat de geschiedenis
speelt ln 1943 door een stuk geschut
aan boord plotseling verandert in een
„oorlogsschip" met de Sica als de bijzon
dere dwaze kapitein, die zich helemaal
„aanpast".
Vele schrijvers van teksten voor het
amateurtoneel voelen ook wel dat hun
tussenteksten min of meer aanvecht
baar zijn., Zij verdedigen zich met te zeg
gen, dat zij schrijven voor amateurs, die
zij te hulp willen komen. Amateurs zijn
meestal zo dom, dat zij de meest eenvou
dige teksten zonder een heleboel aanwij
zingen niet eens de juiste intonatie kun
nen geven.
Maar dit laatste is onzin. De schrijvers,
die hun tussenteksten op dusdanige wijze
verdedigen, zijn heus zo zeker niet van
hun dialoogvorm. Hun dialoogvorm heeft
ongetwijfeld aanwijzingen nodig, zowel
voor amateurs als voor beroepsspelers,
omdat hun dialoog zo zwak en oppervlak
kig is. dat de schrijver er wel bij moet
vermelden in welke gemoedstoestanden ze
uitgesproken moeten worden. En of ze
snel of in een langzaam tempo moeten
worden gezegd. En of men daarna een
tijd wachten moet of niet. Etcetera.
Of het waar of onwaar is, hangt vol
komen van de tussentekst zelf af.
Een goede tussentekst heeft geen ver
dediging nodig. Maar in de meeste geval
len is de tussentekst zo onbeholpen, dat
zij inderdaad storend is. En zeer dikwijls
wordt ook een tussentekst gebruikt om de
leemten in de eigenlijke tekst aan te vul
len of te verdoezelen.
Een goede tussentekst echter zal nooit
storen zal het lezen vergemakkelijken
zelfs en zal iedere toneelspeler en regis
seur van harte welkom zijn.
Maar wanneer is een tussentekst goed?
Wij zouden bijna durven antwoorden:
Als zij een geheel vormt met de gesproken
tekst.
Tekst en tussentekst moeten in elkaar
overvloeien. De tussentekst moet even
leesbaar, even verantwoord geschreven
en even boeiend zijn als de tekst zelf.
In de meeste gevallen echter onder
breekt zij de spanning en maakt daar
door een stuk onleesbaar. Geregeld haalt
zij ons uit onze concentratie, waardoor
het onmogelijk wordt ons intens in het spel
in te leven.
Wij voor ons slaan dan ook altijd de
tussentekst over, als wij een spel lezen
om te beoordelen. Wat een schrijver bij
voorbeeld van de karakters van de per
sonen zegt, interesseert ons niet; deze ka
rakters moeten ons uit de tekst volkomen
duidelijk worden en anders leggen wij het
spel naast ons neer.
Maar dit overslaan van de tussenteksten
bij het lezen van een spel, is geenszins
nodig, als de tussenteksten werkelijk goed
zijn. Als zij een even groot plezier ver
schaffen als de tekst zelf.
En dat dit mogelijk is, bewijst bijvoor
beeld het stuk, dat wij vorige maal zo
uitvoerig besproken hebben, het stuk van
A. Defresne: „Het Eeuwige Toeval".
En daarom ook is het zo goed dit stuk
eens ter hand te nemen. Wij kunnen van
de tussenteksten in dit stuk iets leren.
Hier zijn de tussenteksten heus geen
bewijs van onvermogen. Zij storen ook niet
en geen toneelspeler of regisseur kan ze
missen, zelfs de beste regisseur of toneel
speler niet. En zij veraangenamen het le
zen van het stuk. Zij verhogen de span
ning. Zij beklemtonen de sfeer. Ze vloeien
ineen met de gesproken tekst. Zij horen
geheel bij de tekst. En meent nu niet,
dat er maar weinig zijn; het stuk staat
vol tussenteksten. Het herhaaldelijk stille
spel geeft er wel aanleiding toe, maar het
is de kwaliteit van de tussenteksten, die
ze verantwoord maakt. Even verantwoord
als de dialoog zelf.
Filmregisseurs gaan nooit echt rente
nieren, evenmin trouwens als filmacteurs.
Hoe vaak ze ook mogen aankondigen, dat
ze er mee ophouden of dat ze iets anders
gaan doen, vroeg of laat keren ze te
rug in de filmstudio's.
In de loop van dit jaar zijn verschei
dene regisseurs, die tussen 1930 en 1940
befaamd werden, na geruime tijd werke
loos te ztfn geweest, weer aan de arbeid
getogen. De eerste hunner is Frank Born-
zage, wiens nieuwe film „China Doll" bin
nenkort hier te lande in vertoning zal ko
men. Zijn loopbaan begon in de dagen
van de stomme film en strekte zich uit
tot 1948, toen hij „Moonrise" maakte,
waarschijnlijk zijn beste film. maar een
financiële mislukking.
Andere regisseurs die na geruime tijd
weer een film hebben gemaakt, zijn Ho
ward Hawks, Lewis Milestone en Reu
ben Mamoulian. HawksMs met zijn thans
gemaakte film, zijn eerste sinds „Land of
the Pharaohs", teruggekeerd tot het gen
re van de „Western" waarmee hij zich
reeds eerder („Red River". „The Big
Sky") heeft onderscheiden. De titel van
zijn nieuwste film luidt „Rio Bravo",
waarin John Wayne ea Dean Martin de
hoofdrollen spelen.
Milestone, die zich een blijvende plaats
veroverde in de historie van de film met
„All Quiet on the Western Front" en „A
Walk in the Sun", is sinds zijn Britse
films „Melba" en „They who dare" wer
keloos gebleven, maar heeft nu voor War
ner Bros in Hollywood de film „Pork
Chop Hill" gemaakt met Gregory Peck
in de hoofdrol.
Wellicht de beroemdste van alle Ame
rikaanse regisseurs in de jaren dertig was
Frank Capra, regisseur van „It happened
one Night", „Lost Horizon" en „Mr.
Deeds goes te Town". Sinds hij „Riding
High" en „Here comes the Groom" met
Ring Crosby in de hoofdrol maakte, heeft
hii geen voet meer in een filmstudio ge
zet. De laatste tijd gingen er geruchten,
dat hij een nieuwe, muzikale versie zou
maken van „Lady for a Day", één van
zijn vroegere successen en dat hij zich
had belast met de regie over de telkens
weer uitgestelde verfilming van Thomas
Mann's „Joseph and his Brethren" maar
beide produkties schijnen voor onbepaal
de tijd te zijn uitgesteld.
Intussen is bekend gemaakt, dat hij
Frank Sinatra zai regisseren in een ver
filming van het Broadway-succes „Hole
in the Head", die door de maatschappij
van Sinatra zal worden geproduceerd en
door United Artists gedistribueerd.
leenrecht van Carossa is, maar een heb
belijkheid van bijna alle Duitse schrij
vers, ook de moderne. Een hebbelijkheid
die de toegewijde lezer niet blind kan
maken voor positieve kwaliteiten.
Dat Bergengruen zich nogal vaak ver
schrijft? De opsomming, welke Deschner
geeft, is schoolmeesterachtig en verge
zocht. en van een kinderachtigheid, die
eerder Deschner dan Bergengruen te
kent Ik wil natuurlijk geen pleidooi hou
den voor het kritiekloos toestaan van slor
dig schrijven, maar wel voor het waken
tegen het al te nauwe keurslijf. Een kleu
rige taal met verschrijvingen is dikwijls
levendiger en levender dan de koele fout
loosheid Lees er onze grote Couperus
maar op na!
Ik vind „Kitsch, Konvention und Kunst"
een krachteloos en tegelijk onwaarachtig
geschrift. Het breekt niet echt. „heilige
huisjes" af. maar het is beledigend voor
personen. Het stoot geen vensters open
om een welkome frisse wind in de Duitse
literatuur toe te laten, maar het ver
wondt mensen.
Het is alleen geschikt om het publiek
te voeden in dezelfde verwatenheid, die
de auteur in overtuigende mate bezit. En
tot ondankbaarheid en kenmerk van
deze tijd het loslaten van alle eerbied
voor mensen die iets hebben gepresteerd
ook al was het met inzinkingen en diep
tepunten.
Advertentie
Gisteren werd in het Amsterdamse
Museum F odor een tentoonstelling
geopend onder de titel „Hom
mage a Regnault". Deze expositie
zal een 55-tal kunstwerken bevatten,
die uit de verzameling P. A. Regnault
in openbaar bezit zijn overgegaan of
zullen overgaan. Voorts werken die
door wijlen de heer Regnault aan de
Gemeente Amsterdam zijn geschon
ken en een 30-tal werken die hij aan
het Rijk heeft geschonken ter plaat
sing in het Stedelijk Museum en ten
slotte een 20-tal kunstwerken, die de
stad Amsterdam voornemens is aan
te kopen.
De collectie Regnault wordt op 22
en 23 oktober in Amsterdam geveild.
Nu reeds op 21 juni jl. in Den Bosch
de Nederlandse première werd ge
geven van het oratorium „Gol
gotha" van Frank Martin, zal thans
dit werk tweemaal in Eindhoven
worden uitgevoerd door het Philips
Philharmonisch Koor in samenwer
king met het Brabants Orkest o. 1. v.
Hein Jordans. Een internationaal
team van solisten werkt mee: de
Christuspartij wordt gezongen door
de Zwitserse bas Heinz Rehfuss, en
verder verlenen medewerking de Bel
gische sopraan Renée Defraiteur, de
Nederlandse alt \afje Heynis, de Bel
gische tenor Lode Devos en de Itali
aanse bas Fabio Giongo.
Het werk werd geschreven in de
jaren 1945-1948. Directe aanleiding
daartoe werd Rembrandts ets „De
drie Kruisen" welke de componist
leerde kennen tijdens een expositie
in Genève kort na de tweede wereld
oorlog.
Prijsuitreiking Johan
Wagenaarstichting
Het bestuur van de Johan Wage
naarstichting te 's-Gravenhage heeft
de plechtige bijeenkomst ter gelegen
heid van de uitreiking van de dit jaar
verleende prijzen van de stichting
bepaald op donderdag 6 november
in het Koninklijk Conservatorium
voor muziek te 's-Gravenhage. Zoals
reeds eerder werd bericht zal prof.
Hendrik Andriessen de Johan' Wage-
naarprijs 1958 ontvangen; het Twee
de Strijkkwartet van Guillaume Lan-
dré werd bekroond net de Willem
Pijperprijs en aan dr. Anthon van der
Horst^ werd voor zijn koorwerk „La
Nuit de Sem-Dresdenprijs toege
kend.
Mr. M. A. Kolfschoten, burgemees
ter van 's-Gravenhage, zal de prij
zen aan de winnaars overhandigen.
Net ligt in de bedoeling de Toccata
van Hendrik Andriessen, het bekroon
de kwartet van Landré en een twee
tal pianowerken uit de in opdracht
der stichting gecomponeerde bundel
„Pianoboek 1955" bij die gelegenheid
ten gehore te doen brengen.