wordt doel van nog dieper onderzoek Antarctica „maakt" ons weer m m x Is het waar, van dat derde oog Merkwaardige merkwaardige mensen met denkbeelden I: EERLANG KOMEN DE KIKVORSMANNEN I - mm Vb Slechts voorzichtig navigerend De Chileense expeditie i Het I. G. J. loopt af Overwegende rol Broedplaats ons weer van Koud en kouder Uittocht iHet verhaal van Lobsang Rampa ZATERDAG 15 NOVEMBER 1958 PAGIN 3 Het feit, dat een Nederlandse ingenieur een Zuidpool-expeditie gaat leiden, heeft weer eens de aandacht gevestigd op het geweldige gebied van Antarctica, waarvan men nog steeds niet met zekerheid weet, of het uit een archipel, dus 'n groot eilandenrijk, be staat of dat het een stuk vasteland is, met langs de kusten hier en daar eilanden. Naar het schijnt, is dit vasteland, indien het be staat, met diepe baaien of canyons door sneden en het is wellicht niet onmogelijk, dat er aldus onder zee een exploratie van dit terra incognita zal kunnen plaats vinden. Sensationeel? Neen, deze mededeling is niet sensationeel, want in het Noordpoolgebied zijn reeds proeven genomen door kikvors mannen, om in de IJszee langere tijd onder water te blijven, ondanks de grote koude. Hiertoe werden door de Amerikaanse marine speciale duikerpakken ontworpen, voorzien van een bijzonder geconstrueerd adem halingsapparaat. De langste tijd, dat duikers het daarmede uitgerust onder het ijs van de Noordpool konden uithouden, was een half uur. Het is nog slechts een begin. Eerlang zal echter, wanneer het vasteland van de Zuidpool geen vasteland zal blijken, door er op getrainde kikvorsmannen de situatie nader bekeken kunnen worden, indien al thans het eeuwige ijs zich niet tot op de bodem van de baaien, canyons en straten uit strekt, dus tot duizenden meters diepte. Ir. F. G. v. d. Hoeven zal, naar we reeds gemeld hebben, in opdracht van een Amerikaans instituut voor poolonderzoek een wetenschappe lijke expeditie leiden, welke haar basis zal opslaan aan de Mac Murdo-baai, waar de Amerikanen overigens reeds geruime tijd over een vrij grote basis beschikken, van waaruit ze talrijke vlieg tochten over Antarctica en lange sledetochten hebben gemaakt. Ir. v. dHoeven mag er groots op gaan, deel te hebben genomen aan de thans beroemde „Ice Skate-expeditie"tvaarvan een aantal deelnemers veertien dagen lang op een afgebroken ijsschots heeft gebivakkeerd. Hij verwacht, ongeveer anderhalf jaar in sneeuw en ljs te zullen moeten leven en pas in maart 1960 naar het vaderland te kunnen terugkeren. Ir. v. d. Hoeven verbleef eveneens geruime tijd °p de ijsschots, waarop ook een radiostation was gebouwd. Na acht 'naanden keerde hij naar de bewoonde wereld terug. Maar hij trekt "u weer „unverfroren' naar Antactica. I«ft ■v; 1 - V SPIPiiSlSSi 3è Observator mm -,/M| Een foto. Niet in strijd. Toonbeelden voor Macedonië —t'~ Zuidpoolgebied Wellicht zal hij de kikvorsmannen ook 'n het Zuidpoolgebied zien verschijnen. De Amerikanen staan, wat dit betreft, waar- üjk voor niets. Ze hebben er trouwens het grootste belang bij, om het Zuidpoolgebied ••onder de knie" te krijgen. En., als straks de kikvorsmannen de onder,,ijse" Weg verkend hebben, zal een andere •.Nautilus" het experiment kunnen her halen, inmiddels ook al weder door de ••Seawolf" geleverd, om recht onder de Pool te varen, in dit geval de Zuid- Pool. Volgens kapitein Anderson van de „Nau tilus" is tegenwoordig een tocht onder de Pool door een kwestie van voorzichtig na- vigeren. Er is geen sprake van enig on gemak. De opvarenden zitten in comfor tabele fauteuils en bekijken op radar- en televisieschermen, hoe he? schip vordert. Koers, positie, de diepte, waarop de on derzeeboot vaart, dit alles kunnen ze haarfijn controleren, zonder een voet te behoeven te verzetten- Alvorens het ei genlijke Noordpoolgebied te bereiken, ■hoest de „Nautilus" door nauwe zeestra- Jen koersen en o.a. de Behring Straat ver- bennen. Daar vertoonde het televisiescherm Paakte, dorre kusten. Zes dagen tevoren de Chilenen heen gebracht. Het kruis in Antarctica De Chileense expeditie heeft het bij haar basis in de Bahia Paraiso, de Paradijsbaai, geplaatst. had de „Nautilus" de groene kusten van Hawaii achter zich gelaten.. De „Nau tilus" legde voor zijn pooltocht een af stand van 4500 kilometer af. Een verken ning van onderzees Antarctica zal t.z.t. zo geen peulschilletje blijken, maar toch een onderneming zijn, welke met de no dige omzichtigheid en vakmanschap tot een goed einde kan worden gevoerd. De medewerking van een Nederlands geleerde aan 'n Amerikaanse wetenschap pelijke expeditie vestigt er nog eens de aandacht op, dat het onderzoek van Ant arctica een internationale aangelegen heid is- Dit is het te meer geworden in het kader van het internationaal Geofy sisch Jaar, hetwelk inmiddels tot gevolg lijkt te hebben, dat de Sovjet-Russen zich voor goed in het Zuidpoolgebied hebben gevestigd. Ze gaven althans te kennen, dat ze niet het voornemen hebben, de door hen onder wetenschappelijke voorwend sels gestichte bases te ontruimen en ba seren een afbakening van een Sovjet- Russisch gebied op onderzoekingen, in de vorige eeuw door de Russische graaf ad miraal Von Bellinghausen gedaan. Dit zou hun het recht verlenen, de rode vlag met de hamer en de sikkel boven Ant arctica blijvend te laten wapperen. Wat het internationaal aspect van de exploratie van het Zuidpoolgebied betreft, we zijn thans in staat, het een en ander mede te delen over de Chileense expeditie. Chili maakt zoals bekend ook territoriale aanspraken in Antarctica en de weten schappelijke expediie van dit land he-^'t eveneens blijkbaar tot taak gehad, een ae- finitieve bezetting voor te bereiden. Leider van de Chileense expeditie is dr Francesco Behn, bioloog en professor asn de universiteit van Conception. Het voor naamste doelwit ervan is het verzame len van naderen gegevens aangaande de magnetische Zuidpool. De expeditie heeft als officiële fotograaf en cineast een geestelijke, Pater Edmindo Stockins S.S. C.C., die kort geleden naar het vaderland terugkwam met een schat aan films en foto's. Enkele voorbeelden van zijn foto grafisch kunnen staan hierbij afgedrukt. Hij bracht o.a. een foto mede van het graf (versierd met een eenvoudig kruis) van Angel Gustavo Rojas, de eerste Chi leen, die in het Zuidpoolgebied als slacht offer van zijn wetenschappelijke onder- zoekingslust stierf. Hij kwam in een sneeuwstorm om. Tot de verdere doeleinden van de Chi leense expeditie behoort het nauwkeurig opmeten van de Mount Barnard, die zich in de buurt van de Chileense vliegbasis Arturo Prat bevindt. De Chilenen, die reeds gedurende een zestal jaren in het Zuipoolgebied actief zijn, brachten er de eerste koe mede. Het dier leefde er tien maanden, voordat het ten behoeve van vers vlees geslacht werd. Voor de pin- guins was het een schier wonderbaarlijke verschijning, 'n soort voorwereldlijk mon ster. Ze konden er uren achtereen naar zitten kijken, tot een droefgeestig geloei hen overhaast in het zilte nat deed on derdompelen. Als teken dat ze het gebied rond Bahia Paraiso (Paradijsbaai) in bezit genomen hadden, plaatsten de Chilenen er een groot kruis, waaraan de pinguins langza merhand gewend raakten De basis Ar turo Prat bestaat uit solide, uit staal ge fabriceerde blokhutten van ongeveer veer tien meter breedte. Ze hebben een cilin dervorm. De wanden zijn met asbest en kurk bekleed, zodat de felle poolwindcn, die toch al weinig vat op de cilindervor mige blokhutten hebben, er niet in kun nen doordringen. De hutten hebben twee verdiepingen en zijn comfortabel inge richt. Terwijl het Internationale Geofysische Jaar in december afloopt, zal het onder zoek van Antarctica gewoon doorgaan. In 1 zekere zin is merkwaardig genoeg j het I.G.J- ontstaan uit twee grote weten schappelijke gebeurtenissen, welke op de Noordpool betrekking hadden. In 1882- 1883 en vijftig jaar later, in 1932-1933 wer den internationale Pooljaren gehouden, in tussen uitsluitend voor een nader onder zoek van het Noordpoolgebied. Ze vonden op betrekkelijk geringe schaal plaats, al thans vergeleken bij de enorme organisa- tie van het I.G.J.waartoe reeds in 1953 de grondslagen werden gelegd en dat elf landen er toe bracht, speciale expedities uit te zenden, terwijl voorts meer dan zestig landen op verschillend gebied hun] medewerking verleenden, ten behoeve! van het uitwisselen der verkregen gege-: vens. Hierbij is de Sovjet-Unie, zoals be kend, niet bepaald vrijgevig geweest- Zc maakte voornamelijk haar successen wereldkundig, als b.v. het ontdekken van een onbekend eiland in de Zuidpool Zee. doch haar mededelingen van zuiver we tenschappelijke aard zijn tot dusver nogal] karig geweest. Voor het overige beperkt het G J. zich niet tot Antarctica. Het omvat zo goed als de hele wereld, met als centra de poolgebieden en voorts be paalde gedeelten van Noord en Zuid-Ame- rika, Afrika, Azië en Australië. Meteoro logie, kosmische stralen, ionosfeer-ver- schijnselen, het noorderlicht, de aura bo- realis, zwaartekracht van de aarde, seis mologie, oceanografie en glaciologie, dus de kennis van het gletsjer-ijs en uiteinde lijk de reacties van raketten en kunstma nen behoren tot de doelwitten van de tal rijke geleerden en technici, die in 't ka der van het I.G.J*. samenwerken. Toch heeft van de aanvang af Antarc tica een overwegende rol gespeeld bij het ontwerpen van de plannen. De elf sa menwerkende landen hebben in Antarcti ca in totaal 40 geofysische stations of bases opgericht, waardoor het mogelijk is geweest, het Zuidpoolgebied te verken nen en te onderzoeken op een wijze en in een omvang, die nog slechts enkele jaren geleden onmogelijk leek. In Antarctica bestaat de beste gelegen heid, om de aard en de kracht der kos mische stralen te meten. Het is voorts Een koe in het Zuidpoolgebied.... De pinguins hadden nog nooit zo'n monster op het. land gezien. Dit is de eerste koe, die de bodem van Antarctica betrad. Ze werd er door ■v JgR -X i f 4V r) jPff t v ^.4-' |t ,<v Een Zuidpoollandschap: de Bahia Paraiso, ofwel Paradijsbaai, waar de Chilenen een basis hebben geslicht. Mm tt 5? van groot belang voor de glaciologie, omdat het de grootste afzetting van ijs op onze a*de draagt- De studie van de ge durende eeuwen en eeuwen op elkander gestapeld zijnde ijslagen kan een beter in zicht verschaffen in de klimatologische ontwikkeling op onze aarde, terwijl er te vens kostbare gegevens verzameld kun nen worden voor de huidige klimatologi sche gesteldheid en de wijze, waarop de ze zich in de naaste toekomst zal ontwik kelen. Nu kort geleden Amerikaanse ge leerden hebben betoogd, dat Noord-Euro pa (ons land inbegrepen) en het noorden der Verenigde Staten over honderd jaar een nieuwe ijstijd tegemoet gaan, zal men ongetwijfeld naar gegevens zoeken, die hun theorie kunnen bevestigen of., ontzenuwen. W iHRiiliPi Volgens sommige meteorologen is Ant arctica de „broedplaats" van ons weer, hetgeen wil zeggen, dat vandaar uit de factoren ontstaan, die de aard van het weer bepalen, de stormen veroorzaken, re gen, sneeuw, etc. De hevige stormen, welke gestadig in Antarctica woeden, moe ten een grote invloed uitoefenen op de ge steldheid van het weer op het zuidelijk halfrond en daardoor weer op die op het noordelijk- Voor het bestuderen van de ionosfeer is Antarctica van enorm belang. In de lange poolnacht kan er geen laag van door het zonlicht in elektronen en posi tief geladen ionen ontstaan, die elders ra diosignalen terugkaatsen. De ionosfeer kan als gevolg hiervan beter gadegesla gen worden. Ook Antarctica kan bogen op een man, die zoals Jules Verne enorme mogelijkhe den voorzag. De Amerikaanse zeeoffi cier Maury stelde reeds in 1861 voor^ een internationaal orgaan in het leven te roe pen, met het doel, het Zuidpoolgebied te onderzoeken en te bestuderen. Hij wilde hiermede de hoge kosten van afzonderlij ke expedities vermijden. Maury zag als het ware een internationaal geofysisch jaar in het verschiet. Maar het zou nog lang duren, vooraleer zijn plan werd uit gevoerd. Nu. bijna honderd jaar later, zal het onderzoek van Antarctica ook na het I. G. J- internationaal blijven en in be langrijke mate geconcentreerd. De Ame rikanen en Engelsen hebben besloten een organisatie te vormen, waarin ze ver kregen gegevens zullen uitwisselen. Een speciale groep Amerikaanse en En."lsc geleerden is sinds geruime tijd bez-ig na te gaan, in hoeverre het menselijk li chaam de enorme koude in Antarctica kan weerstaan. Deze studie is tevens van be lang Voor de ruimtevaart, waamn éven eens rekening met zeer lage temperaturen zal worden worden gehouden. Het is reeds gebleken, dat het menselijk lichaam te genover de koude een énorm weerstands vermogen heeft, mits het slechts goed be schermd is en de mens zich op de juiste wijze gedraagt. De Sovjet-Russen, die in Siberië, waar de hevigste koude ter wereld werd gere gistreerd, de nodige ervaringen ten aan zien van het weestandsvermogen van de mens bij bijzonder lage temperaturen heb ben kunnen opdoen, laten zich in Antarc tica niet onbetuigd. Ze hebben hun voor naamste basis, Sovjets-kaja, op vier dui zend meter hoogte opgericht, waar de poohvinden het hardst waaien en ze gaan er tevens groot op, in hun basis Mfrny het „koudste" station van heel het Zuid poolgebied te bezitten. Het is er kouder dan aan de eigenlijke Zuidpool. Toch zal tegen 31 december een grote uittocht uit het Zuidpoolgebied plaats vinden. De meeste bases zullen worden ontruimd, tal van expedities zullen naar het vaderland terugkeren. De Verenigde Staten, die momenteel zeven stations on derhouden, zullen er vier handhaven. In een dier stations of bases die van Mac Murdobaai, willen de Amerikanen een verplaatsbare atoomreactor bouwen, zulks in de eerste plaats met het doel, brand stof te besparen, welke thans met grote kosten en onder veel zwarigheden moet worden aangevoerd. Tot dusver konden de Amerikanen bo gen op het station, waar de hevigste kou de werd geregistreerd, nl. dat bij de Zuidpool: 74 graden onder nul, terwijl1 de grootste koude, ooit in Siberië geregis treerd. 69.7 graden wag. Maar in Sovjets- kaja hopen de Sovjet-Russen weer een record te behalen MEN KAX ER GERUST ZIJN schouders over ophalen. Er wordt zoveel gesproken over het tweede gezicht, de gave van mensen, die voor hun ogeti iets zien afspelen, dat duizenden kilometers van hen vandaan gebeurt. Talrijk zijn de voorbeelden, die er van worden vermeld. Op Java zou het veel voorkomen hij de inlanders, maar ook in Europa werden en worden telkens weer gevallen gemeld van wonderlijke verziendheid of helderziend heid hoe men het noemen wil. Zelfs kinderen zouden menigmaal op zoiets als het .tweede gezicht kunnen bogen. In Schotland werd jaren geleden het verhaal verteld van een kleine jongen, die met eigen ogen aanschouwd ïad, hoe zijn vader in een stad, meer dan honderd kilometer verwijderd, door een vrachtauto werd overreden en gruwelijk verminkt. Hij kon de hele toedracht beschrijven en wat hij vertelde, klopte precies met de of- M8* 1 ficiële lezing van het tragische ongeval. Menigeen heeft zelf weieens een soort- i gelijk verhaal gehoord of iets horen ver- m tellen, dat er op leek. Nogmaals, men kan 1 er zijn schouders over ophalen, doch het blijft waar, dat er nog veel is tussen he- 1 mei en aarde, dat wij mensen niet kunnen verklaren. De moderne wetenschap heeft jreeds veel opgehelderd van hetgeen vroe- I ger geheimzinnig of duister leek. het werk j van boze machten. Deze zelfde weten schap stelt ons inmiddels voor nieuwe raadselen. Tegelijkertijd lijkt het er soms op. dat dingen, waaraan we allang niet meer geloven of die we ontsproten achter aan het brein van onontwikkelde, angstige mensen uit voorbije eeuwen, toch een kern van waarheid bevatten. Wetenschappelijke onderzoekers hebben b. v. bevestigd, dat de Lappen, de zwer vende, half Mongoolse bewoners van noor delijk Noorwegen, Zweden en Finland in derdaad in een soort geestelijk contact met elkander staan over een afstand van honderd kilometers en dan weten, wat er gens ver weg gebeurd is. Het kan zoiets van telepathie zijn —waarover trouwens j telkens weer interessante voorbeelden wor den gemeld maar het juiste weet men er nog niet van. Anderzijds wijzen de ge- leerden de beweringen van zich af, als zo den deze zelfde. Lappen in contact staan met z. g. bosgeesten en allerlei creaturen, waarvan in de mythologie en in de sprook jes en legenden verteld wordt. Toch duiken telkens weer mensen op, die met grote stelligheid verklaren.'dat er beslist bosgeesten en kabouters bestaan. Onlangs publiceerde een Engels blad een foto. genomen door twee meisjes, waarop 'n soort kobolden voorkwam, die de meis jes met eigen ogen zouden hebben gezien. Ze werden in hun omgeving voor heel geloofwaardig gehouden en ontkenden zelf te enen male, een fotografische grap te hebben uitgehaald. Een dergelijke foto kan vermoedelijk op één lijn gesteld worden met foto's van geesten en spoken. Toch. is er in de rede nering van lieden, die in het bestaan van bosgeesten geloven, iets merkwaardigs, omdat het enigszins overeenstemt met de uitkomsten van de moderne wetenschap. De betrokkenen stellen zich daarbij op het standpunt, dat al die verhalen uit het ver re verleden over allerlei wonderlijk ge dierte en over mensachtige, doch totaal vluchtige verschijningen toch een grond van waarheid moeten hebben en ze niet uitsluitend het resultaat van de menselij ke fantasie kunnen zijn. Nogmaals, we willen hier in deze rege len allerminst propaganda maken voor het occultisme, het spiritisme en de pa rapsychologie. Het is evenwel interéssant, om af en toe verschijnselen en berichten Weer te geven, die de ronde doen en vele mensen grote belangstelling inboezemen. Wat hier volgt geven we dan ook, om het eens deftig te zeggen a titre documentai re, dus om onze lezers op de hoogte te houden. Er bestaan volgens sommige mensen werkelijk bosgeesten. Uit hun.beschrijvin gen ervan te oordelen, die tamelijk vaag zijn. zou men onwillekeurig concluderen, dat ze. dpelen op bepaalde verschijnselen in de natuur. Deze bosgeesten kunnen dan niets anders zijn dan elektrische fenome nen. waarvan men zo langzamerhand, nu men zich steeds meer op de ontwikkeling der atoomenergie en wat daarbij behoort toelegt, meer te weten komt. schappelijk onderzoekster, A. David-Neel, die lange-tijd in Tibet doorbracht, heeft er uitvoerige beschouwingen aan gewijd. Het geen ze vertelt, werd bevestigd in een boék, dat een voormalige Tibetaanse monnik in Engeland deed verschijnen. Het is het veelomstreden boek „The "Third .Eye", het Derde Oog, waarin deze ver telt, hoe de monniken van Tibet dit bij hem aanbrachten. Dit Derde Oog ver schaft hem .niet de mogelijkheden, wélke de ménsen bezitten, die met het tweede gezicht behept zijn, naar ze. zeggen tot hun grote verdriet, doch geeft hem wel enkele hoedanigheden. We tekenen inmiddels even aan. dat er in de wetenschappelijke wereld stelling is genomen tegen de schrijver van het boek, Lobsang Rampa, die zich aanvankelijk voor Tibetaan uitgaf, maar later erkende, een Ierse vader te hebben gehad. Deze va der zou hem als kleine jongen aan de monniken van een Tibetaans klooster heb ben toevertrouwd. Toen hij nauwelijks 10 jaar was., werd hij door zijn leermeester waardig bevonden, van het Derde Oog 'voorzien te worden. Hiertoe moest hij een pijnlijke operatie ondergaan. Hij werd in een kale. halfdonkere cel opgesloten, waar hem een hard knellende band om het voorhoofd gebonden werd. In die band zat,, precies midden op het voorhoofd, een kleine priem, waardoor allengs een gat gemaakt werd. In dit gat boorden de monniken na enige tijd een houten pin. Dit deed buitengewoon veel pijn. Tegelij kertijd zag Lobsang Rampa een helder licht. De leider van de operatie of ceremo nie verkreeg om zijn hoofd een aureool van een gouden'schijnsel. Hierna werd de jongen een blinddoek omgedaan en moest hij enkele weken achtereen, al vastend in de cel blijven. Bij het verlaten van de cel zag hij, hoe alle personen, die hij ontmoette, een aure ool om het hoofd hadden en een bepaald licht uitstraalden, bij elk hunner verschil lend. Zijn leermeester legde hem uit, dat deze uitstralingen 't karakter van de per sonen weergaven. Aan de kleur en de in tensiteit kon hij voorts zien, in welk een gemoedstoestand He betrokkene verkeer de. Tevens was hij in staat, diens ge dachten min of meer te raden We laten dit verhaal voor rekening van de voormalige Tibetaanse monnik. Maar., ofschoon het er niet veel mee te maken heeft, datgene wat de Sovjet-Russen en ook de Chinezen op het gebied van de her senspoeling hebben uitgevonden, waardoor ze zelfs hoogstaande mensen heel anders laten denken dan ze willen en dingen la ten zeggen, die ze normaal nooit gezegd zouden hebben, stemt vanzelf tot nadenken en een opnieuw overwegen van het oer oude gezegde, dat er veel is-tussen hemel en aarde, hetwelk we niet begrijpen.. K.H. De primitieve voorstelling, dat deze bosgeesten de bloei van plant en bloem, boom en bloesem/zouden bevorderen, ggat niet in tegen de wetenschappelijke op vatting ten aanzien van de plantegroei. Maar hierdoor worden deze bosgeesten nogallerminst mensachtige wezens, die kunnen spreken en voorts tot alles in staat zijn, wat men hun toedicht. Laten we evenwel besluiten met het nieuwste uit Tibet, dat van het Derde Oog. Een Franse schrijfster, en weten- De „operatie" van het „Derde Oog in 'een Tibetaans klooster. Op grond van een uitgebreid on derzoek heeft pater Dr. van Door nik onlangs een uitslag van een opinie-onderzoek gepubliceerd over hoe niet-katholieken de ka tholiek zien. De schrijver schrijft in zijn artikel o.a.: Deugden van het katholiek volksdeel, die zouden opvallen, worden weinig genoemd, noch eerlijkheid ,noch kuisheid. Een uitzondering wordt gemaakt voor de caritas in al haar vor men. Het is inderdaad een feit, dat we weinig uitblinken boven ande ren. En wal; dan die caritas be treft: Er wordt in .de liefde-sec tor veel gedaan en bereikt. Be kijkt men echter het geheel kri tisch, dan ervaart men, dat de katholieke caritas enorme presta ties levert door de groep. Maar niet per persoon. Want al te dik wijls zijn het steeds dezelfde men sen, die in offervaardigheid van zich zelf of van hun financiën de naastenliefde beoefenen. Nog te velen bezitten meer kritiek dan lust tot medewerken, meer slap heid dan edelmoedigheid. Ter aanmoediging of tot volhar ding is het officie van morgen weer een prachtige bijdrage. Zo brengt de „Collecte" een levens program, dat bijna niet korter is samen te vatten nl.: Geef, Heer, dat we altijd het redelijke beogen en door woord en daad volbrengen, wat U wel gevallig is. Is er God iets aangenamer dan een daadwerkelijke beoefening van de goddelijke deugden: geloof, hoop en liefde met de laatste als de voornaamste? In het „Epistel." komt St.-Pau- lus dat alles uit de doeken doen met zijn brief aan de Thessaloni- censers. De apostel schrijft dan o.a., dat hij dank brengt aan God voor het werk van het geloof van genoemde Thessalonicensers, voGr hun arbeid, hun liefde en stand vastige hoop in de Heer. Het Evangelie is bij hen niet maar een woord maar kracht in de H. Geest! Ze zijn navolgers geworden van de Heer, toonbeelden voor de bevolking van Macedonië en Acha- ia. Naar alle plaatsen is het ge loof doorgedrongen. Zou St.-Paulus deze lofuiting ook op ons kunnen toepassen? Zijn wij van die geloof- en liefde-mensen? Zijn wij thuis, op ons werk, in on ze straat, in ons dorp of wijk van die toonbeelden? Zijn wij van die volgroeide mosterdbomen, waar heen vogels van onderscheidene soort hun toevlucht zoeken? Zijn wij van dat goede zuurdeeg, waar mee een maatschappij zo uitste kend wordt 'doordesemd? We hebben de indruk, dat het officie van morgen inderdaad wel vragen oproept en stof tot medi tatie geeft. Mogen de rijen der „toonbeel den" volgende week voor de he mel zichtbaar groeien!

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1958 | | pagina 3