AMERIKANEN krijgen steeds meer belangstelling voor kleine automobiel Tussen de Wielen Beschermheilige van de late roepingen? Culturele missie van kruideniers en bakkers V oetbalpoolregeling onderweg ÉM m Een gril ZATERDAG 15 NOVEMBER 1958 LAATSTE GLORIE'JAAR DER „CHROOM-PALEIZEN" Verborgen microfoons helpen bij opinie-onderzoek - - Vertrouwen Wat gebeurt er met „overlevende" bromfietsen Proeven Lange 1959-ers ty AZERNE WERD SEMINARIE Op 14 november 1894 klopte kardinaal-staatsecretaris Ram- polla aan de deur van het stu deervertrek van Leo XIII. De kardinaal had een rapport bij zich van een Franse priester, die hij twee dagen van tevoren had gesproken. Hij was direct onder de indruk gekomen van deze abbé: zijn innemende charme en zijn enthousiaste apostolaatsijven V .I.'-'?' v rlL. l."Z" ZZ'. iLi'ri/, L-riJ '>-ZU 'i' b - c>. 1:riiZ; V [Zï :ZZ-ASr'z hZ'i AZZ- vZ? Vr vZ;AiAA-ÏZ';./:.:A i| i. J rzzZ&Z yÊk a - MbËvM f t f De boekhandel is ineens geconfronteerd met een nieuwe concurrentie-factor uit een hoek, waarvan zij tot voor kort nooit gedroomd zou hebben. Kruideniers maken zich n.l. op, om te midden van de veelso<ytige artikelen, die zij reeds verkopen, ook het pocket-boek op te nemen. Ook in de bakkerijwereld is de belangstelling voor het pocket-boek als verkoopartikel groeien de. Er zijn in het westen des lands al bakkers, die zich naarstig beijveren om pockets er in te doen gaan „als koek". Van de ene kant kunnen wij deze ontwikkeling zeer wel toejuichen. Het is toch op zich zeer ver heugend, dat kruideniers en bakkers zich van een culturele missie bewust gaan worden. Dit opent gans nieuwe perspectieven. Het betekent een nieu we fase in de culturele verheffing van een be langrijk deel van de middenstand, dat tot dus verre te zeer door de dagelijkse beslommeringen in beslag genomen werd om zich voor de wereld van het boeck echt te interesseren. Door het op nemen van het pocket-boek in hun assortiment zal de culturele horizon van kruideniers en bak kers langzaam maar zeker aanzienlijk verbreed en verruimd worden. Want willen zij hun nieuwe waar met overtuiging kunnen aanprijzen en de belangstellende koper deskundig voorlichten, dan zullen zij zich zelf toch op de hoogte moeten stel len van de litteratuur en de grote stromingen, die daarin te bespeuren vallen. Zet deze ontwikkeling zich door, dan zal natuurlijk wel de vakcursus voor kruideniers en bakkers uitgebreid moeten worden met het onderwijs in letterkunde, wijsbe geerte e.d. Want ook op dit punt dient de klant de zekerheid te hebben, dat solide vakkennis aanwezig is. Nu zult u wellicht opmerken, dat de verkoop van het pocket-boek toch niet zoveel om het lijf heeft. Maar dan vergist U zich deerlijk. Want vele pocket-boeken zijn een weerspiegeling in het klein van de grote litteratuur. En de clientèle van kruideniers en bakkers is naar onze indruk veelal niet van dien aard, dat zij niet met deskundige hand ingeleid dient te worden in deze nieuwe ge heimzinnige wereld. Bovendien lijkt het ons voor de hand te liggen, dat de kruideniers en bakkers op den duur niet stil zullen blijven staan bij de verkoop van pockets. Wanneer hun culturele honger maar een maal gewekt is, dan zullen zij ongetwijfeld een onstuitbaar verlangen in zich voelen opwel len om ook het grotere en duurdere boek in hun assortiment onder te brengen, en wie weet, of niet talrijken onder hen dermate vervuld raken van de culturele missie, die zij spontaan op zich genomen hebben, dat zij zich geheel gaan toeleggen op de verspreiding van het boek. Voorwaar een lok kend perspectief, voor ieder, die de bloei van onze cultuur een warm hart toedraagt. En dit is nog niet alles. Want laten we ook ze ker niet vergeten erop te wijzen, dat de culturele missie, die kruideniers en bakkers in onze samen leving gaan vervullen, de culturele emancipa tie van de vrouw zeer ten goede zal komen. De vrou wen toch vormen verreweg het grootste deel van de klanten, die kruideniers en bakkers te bedie nen hebben. Wel dreigt hier voor de man een ge vaar dat hij koelbloedig onder het oog moet zien. Het kan nl. wel eens zo lopen, dat de huisvrouwen zozeer door kruideniers en bakkers cultureel ge wekt worden, dat zij hun huishoudelijke plichten gaan verwaarlozen. De man dient de komende ont wikkeling derhalve nauwlettend te volgen, opdat dit gevaar tijdig de kop ingedrukt kan worden. Tegen al deze lichtzijden staat één groot be zwaar: het euvel van de branche-vervaging wordt door deze gang van zaken opnieuw bevorderd, tenzij de uitgeverij van de kruideniers „De Bron" gelijk heeft. Deze uitgeverij heeft nl. in een circu laire opgemerkt, dat er in het kader van een effi ciënte distributie geen verschil is tussen een slacht- kip en een pocketboek. De uitgeverij zwakt deze uitspraak echter verderop weer enigszins af. Er is tussen beide artikelen één verschil, zo erkent zij: „de kip is stoffelijk en het pocket-boek cultureel voedsel". De uitgeverij is kennelijk geneigd dit verschil niet erg zwaar te nemen. Wij vragen ons af, of zij hiermede wel voldoende gevoel heeft voor de eigen aard van een slachtkip en van een pocketboek. Zij ziet bovendien nog een ander verschil over het hoofd, dat met de branche-vervaging wel niets te maken heeft, maar des te meer met de portemonnee. Een slachtkip is veel duurder dan een pocket-boek. De kippenboer krijgt veel meer geld voor zijn waar dan de schrijver van pocket boeken. Een aantal dichters heeft zich onlangs ernstig beklaagd over het honorarium, dat zij ont vangen voor hun culturele arbeid, een honora rium, dat niet meer is dan een sluitpost. Deze klacht is o.i. zeer terecht gemaakt. Een slachtkip is zes a zeven maal zo duur als een pocket-boek. Waar om? Wij willen het genot van een slachtkip zeker niet onderschatten, maar het genot dat een goede pocket verschaft, is langduriger en duurzamer. Hier blijkt weer eens, hoezeer het culturele pro- dukt nog onderschat wordt vergeleken met de stoffelijke voortbrengselen. Het wordt tijd, dat de schrijvers eens wat beter aan hun trekken ko men, opdat zij zich nu en dan ook de weelde kun nen veroorloven een slachtkip te verorberen Zeer binnenkort is dus de indiening te ver wachten van het wetsontwerp tot wijziging van de loterijwet. Daardoor wordt, na een lange en vaak emotionele discussie de weg geëffend voor een wettelijk gereglementeerde voetbalpool. Wie ons standpunt in deze zaak gevolgd heeft, zal be grijpen, dat wij, zonder op het wetsontvoorstel vooruit le lopen, verheugd zijn over de thans door minister Samkalden eindelijk betrachte spoed. De aankondiging van de minister maakt dui delijk, dat het kabinet over de in zijn midden bestaande bezwaren is kunnen heenstappen. En ook de A.R.-woordvoerder in de Tweede Kamer, dr. Meulink, leek bij alle zware veroordelingen, die hij over de „toto" uitsprak, toch te willen doen uitkomen, dat hij en zijn fractie-genoten, niet van plan zijn een stok tussen de ministeriële be nen van hun geestverwanten te steken. Het con trast tussen de nadruk van het principieel stelling nemen en het uitblijven van de voor de hand lig gende conclusies heeft ons wel enigszins ver baasd. Maar met het resultaat hebben wij gaarne vrede, Al hadden wij liever gezien, dat onze A.R.- vrienden te dezer zake wat meer oog hadden ge kregen voor de meer opgewekte kanten van het vraagstuk en dat zij bij een binnen de grenzen gehouden kansspelletje, dat een goed doel dient en voor de deelnemers een onschuldig genoegen kan betekenen, niet zo hardnekkig naar een prin cipieel „nee" hadden gezocht. Zoals bekend krijgt de Hoge Baad op 25 no vember ten tweede male de K.N.V.B.-toto te be oordelen. Het ziet er naar uit, dat de loterijwet nog niet gewijzigd is, als het vonnis wordt geveld. Gesteld, dat zulks het geval is én dat de Hoge Raad, op grond van de thans vigerende wet tot een veroordelende uitspraak komt, dan zou dat een weinig elegante toestand scheppen. Sommi ge bladen zien hier „een moeilijkheid". Maar onder „een moeilijkheid" verstaan wij dan toch wel iets moeilijkers. Hoogstens moet de K.N.V.B.- toto dan wachten tot de nieuwe wet in werking treedt. Bij de sfeer van de Kamers kan dat niet lang zijn. (Van onze correspondent) NEW YORK Enkele grote garage-firma's in Amerika hebben bun clientèle zojuist laten weten, dat de- nieuwe Cadillacs niet in hun garages geparkeerd kunnen worden. De modellen zijn te lang en nemen te veel plaats in, zeggen de garagehouders. Dus naar het schijnt kunnen de garage-eigenaars hetere zaken doen met de kleine, uit Europa geïmporteerde auto's, die Amerikanen meer en meer beginnen te verkiezen boven hun eigen sleeën van wagens. Hoe kleiner de wagens immers, hoe meer er in een garage geparkeerd kunnen worden en als op de plaats van een Cadillac, tnodel-1959, liefst twee Volkswagens kunnen staan, waarom zou een garage houder dan niet de Volkswagen prefereren? Het ziet er werkelijk naar uit dat 1959 het laatste jaar zal zijn waarin Amerikaanse auto's met elkaar in lengte concurreren en m lengte toenemen Want al hebben de Grote Drie (ofwel General Motors, Ford en Chrysler) voortdurend beweerd, dat Amerikanen niets voelen voor de kleine wagens, import-cijfers en verkoop-statistieken tonen het tegendeel aan. Dakgarage in New York op het P. A. Bus Terminal, een oplossing parkeerprobleem teit dan voorheen en een elektri sche ruitenwisser. De Chrysler heeft een dak in twee kleuren en de achterzijde van het dak is ho ger, zodat meer ruimte voor het hoofd gewonnen wordt, terwijl de kussens dikker zijn geworden. De achterlichten zijn in het einde der vinnen geplaatst. De Rambler ver toont in het interieur speciale hals steuntjes, welke aan de rugleu ningen bevestigd zijn; en iedere zitting kan op zijn eigen „rails" naar voren of achteren geschoven worden. Ford is weer teruggekeerd tot enkelvoudige, maar reusach tige achterlichten. Ford heeft zijn paardekracht ook niet meer opge voerd, integendeel ietwat vermin derd. Pontiac is enorm wijd en zeer laag en vertoont aan de voor kant twee roosters. De stijl van de Chevrolet is het meest van al le wagens veranderd. Chevrolet is uiterst laag en vlak; er is meer zitruimte. De Dodge heeft gevaar lijke uitstekende achterlichten ge kregen, die aan de vorm van ge leide projectielen doen denken; de snelheidsmeter van de Dodge verandert van groen tot geel tot rood licht bij toenemende snelheid terwijl deze wagen ook over elek tronisch functionerende zelfdo- vende koplampen beschikt. De So to zal door veel vrouwen toege juicht worden, omdat die draaiba re stoelen heeft, zodat voor het eerst sinds het bestaan van de auto een vrouw gracieus uit zo'n vehikel zal kunnen stappen. De directeur van General Mo tors heeft vol vertrouwen ver klaard, dat de auto-industrie 5.500.000 wagens in 1959 zal ver kopen. De president van Chrys ler laat nog optimistischer gelui den horen en heeft het over 6 mil joen auto's die in 1959 zullen ver kocht worden (400.000 buitenlandse wagens zijn hierbij berekend). Men wil trachten 1 miljoen auto's meer dan in 1958 te verkopen. Hetgeen 2-3 miljard dollar meer inkomen voor de industrie zou betekenen. De natie zal daar ook wel bij va ren, want de auto-industrie is een van de grootste werkgevers van Amerika. De auto-fabrikanten spenderen met elkaar jaarlijks meer dan 3 miljard en met ge lieerde industrieën maken ze van 10.314.073 mensen gebruik. Er zijn in dit land ongeveer 56 miljoen w De kleine Amerikaan" van de toe komst. zal een wagen worden in de Europese middenklasse, plaats bie dend aan vijf personen en uitgerust met een motor van ongeveer 100 pk. Oeneral Motors neemt bovendien proeven met aluminium motorblok ken en horizontaal geplaatste cilin ders. auto-eigenaars en 14 pet. daar van bezitten meer dan één wagen. Auto-eigenaars geven jaarlijks een totaal van 16 miljard, dollar uit, dat naar benzinestations gaat, met reparatie-garages; 8 miljard gaat aan vernieuwde onderdelen. De autobezitters gevet), ook jaarlijks 4,5 miljard dollar "uit aan verze keringspremies. Allerlei andere industrieën zijn bij goede auto verkoop gebaat, als b.v. de radio fabrikanten; 36 pet. van de radio's wordt in auto's geplaatst. Rubber: Amerikaanse automobilisten ge bruiken bijna 94 miljoen banden ieder jaar, etc. Tenslotte is een auto een vervoermiddel dat uit circa 13.000 onderdeeltjes bestaat, hetgeen verklaart waarom het Amerika economisch slecht ver gaat als de auto-industrie slecht ervoor staat. De Grote Drie zullen inmid dels hun oor scherp te luisteren leggen om de reacties van het publiek op de modellen van 1959 gewaar te worden, zodat zij daarna zekerder kunnen oorde len over de neiging van het pu bliek tot kleinere modellen. In vele auto-verkoopruimten han gen verborgen microfoons, die opmerkingen van argeloze klan ten doorgeven aan een bandre corder; het zijn deze opmer kingen, die de modellen van 1960 mede bepalen zullen. Want het zijn eigenlijk de auto-modellen van 1960 waarop Detroit zich aan het concentreren is. En wat de 1959-modellen betreft: men hoopt er het beste van (Van onze verkeersredacteur) Zoals bekend staat vast, dat circa 800.000 bromfietsen, die thans in Nederland rondrijden niet voldoen aan de eisen, welke per 1 januari 1963 aan de bromfietsen gesteld zullen worden. Omdat de A.N.W.B. vermoedt, dat op dat tijdstip ongeveer 200.000 zorgvuldig bereden bromfietsen nog in redelijke staat zullen ver keren, is aan de minister be richt, dat het onaanvaardbaar moet worden genoemd, wan neer deze bromfietsen van de weg'zouden moeten verdwij nen. De minister heeft zojuist op dit schrijven geantwoord. Hij is het met de bond eens, dat deze groep bromfietsen niet zonder meer behoort uit te sterven, doch hij stelt, dat het zeer moeilijk is om thans reeds een schatting te maken van het tegen 1 januari 1963 nog aanwezige aantal brom fietsen, vallende onder het be paalde in het wegenverkeers reglement. De minister meent daarom, dat het niet opportuun is om nu reeds te overwegen of en in hoeverre voor deze groep maatregelen dienen te wor den getroffen. Indien tegen het einde van de overgangstermijn mocht blijken, dat nog een aanzien lijk aantal tot deze groep be horende bromfietsen in om loop is, kan aan de hand van de dan beschikbare gegevens worden nagegaanwelke maatregelen voor dit pro bleem de meest doelmatige oplossing kunnen bieden, al dus de bewindsman. De A.N.W.B. tekent hierbij aan, dat het hem niet duide lijk is, waarom het treffen van maatregelen ten behoeve van de „overlevende" brom fietsen afhankelijk zou moe ten zijn van de vraag of er al dan niet een „aanzienlijk" aantal over is. Ook indien zou mogen blijken, dat het aantal geringer is, dan het geen de minister op dat tijd stip onder „aanzienlijk" zou willen verstaan, zullen uit een oogpunt van sociale recht vaardigheid ten behoeve van deze groep toch maatregelen dienen te worden getroffen. De regering heeft naar de mening van de A.N.W.B. te lang gewacht met het treffen van ordenende maatregelen waardoor de bromfietsen zich voor 't grootste deel van een „rij wi el-met-hulpmotor" on gebreideld hebben kunnen ontwikkelen tot eén licht motorrijwiel om juist de rustige gebruikers van dit vervoermiddel straks de dupe te laten worden. In een tijd van economische te ruggang en waarin de Grote Drie aanzienlijke verkoopverliezen le den, bleef de verkoop van de klei ne auto's stijgen. Tot en met augus tus van dit jaar werden hier 226.406 buitenlandse wagens ver kocht tegen 123.822 in dezelfde tijdsperiode het jaar daarvoor. In 1956 echter was de totale verkoop van buitenlandse wagens nog maar 98.190. En in 1955 bedroeg de verkoop d aarvan slechts 58.465. Terwijl dit jaar de verkoop van Amerikaanse auto's in augus tus bijzonder laag was, bedroeg de import liefst 9.3 pet. van de Amerikaanse markt; dit tegen de 4.1 pet. van augustus 1957. Bui tenlandse auto-import zal dit jaar ongeveer 400.000 bedragen en gro tere import wordt al voor 1959 voorbereid. Met andere woorden, of ze willen of niet, de Grote Drie zul len moeten mee gaan doen met die voorkeur voor kleine wagens en ze zelf op de markt gaan bren gen. Vaklieden van Detroit-indus- trie blijven niettemin volhouden, dat die voorkeur maar een voor bijgaande gril van het publiek zal zijn en dat het eigenlijk onverstan dig is om er 150 of 250 miljoen dollar aan te wagen: want dit be drag zal nodig zijn om op totaal nieuwe modellen om te schake len. De winstmarge zal daarbij magerder worden, voorspellen de ze lieden somber, omdat de wa gens goedkoper zullen zijn. Met dat al, de Grote Drie ver tonen de eerste tekenen, dat zij zich aan het voorbereiden zijn op produktie van een kleinere „fami lie-auto", al blijkt tevens dat zij zich met de grootste voorzichtig heid aan dit avontuur wagen. Ge neral Motors heeft al orders ge plaatst voor werktuigen nodig voor de bouw van kleinere auto's. De algemene bedrijfsleider van de Ford Company zei onlangs, dat „al duizenden uren en de beste talenten" waren gebruikt voor ont werp van kleinere wagens. Ook de president van Chrysler liet pas weten, dat „honderden mensen aan het werk zijn" om een klei nere, stijlvolle auto te tekenen, die aan de behoeften en eisen van de Amerikaanse klant tegemoet komt. American Motors overigens, die het vorige jaar de kleinere, la- gergeprijsde Rambler—American op de markt bracht, heeft een flinke toeneming in de verkoop kunnen constateren. Half novem ber zal de tweede kleinere Ame rikaanse wagen (De Leeuwerik) ofwel de Studebaker-Packard „Lark" uitkomen. Deze wagen is ongeveer 3 voet korter dan de ge middelde Amerikaanse auto en nog een beetje korter dan de Rambler. Maar beide modellen blijven toch groter dan de geïm porteerde wagens en de Grote Drie zullen in geen geval hun mo dellen kleiner dan de Lark en de Rambler maken. Dus de Ame rikaanse kleine auto's van de toe komst zullen groter blijven dan de populaire Europese merken. De Amerikaanse kleine auto zal een familie-wagen zijn, waarin ten minste 5 personen comfortabel kunnen zitten, plus ruimte voor een behoorlijke hoeveelheid ba gage. De prijzen zullen rondom 2000 dollar blijven; besparing zal min der in de koopprijs dan in het goedkoper gebruik van de wagen liggen. De motoren voor deze Ame rikaanse auto's zullen ongeveer 100 paardekracht hebben, dus meer dan een laaggeprijsde bui tenlandse auto en tenminste één van de nieuwe modellen zal van een aluminium motor voorzien zijn. Vertegenwoordigers van General Motors hebben verklaard, dat na uitgebreide proefnemingen alumi nium nu als een geweldige con current van ijzer en staal voor mo toren wordt beschouwd. Men ge looft ook dat een „pannekoekmo- tor", waarbij cilinders horizontaal inplaats van rechtop geplaatst worden, mogelijk in kleinere Ame rikaanse automodellen zullen wor den gebruikt. Intussen zijn de meeste Ameri kaanse modellen voor 1959 al in veel zaken hier te zien. Indien mo gelijk zijn ze nog langer, lager en wijder dan de auto's van dit jaar. De vinnen aan de achterkant ste ken in alle richtingen op, uit en neer. De autodaken van de nieu we modellen zijn korter en dun ner van materiaal, de inzittenden worden door ramen van vuurproef glas beschermd. De dubbele kop lampen vindt men in nieuwe for maties, verticaal, horizontaal en diagonaal. De nieuwe kleuren zijn zachter van toon en hebben een bescheidener chroom-accent. De kracht van de motoren is over het algemeen hoger en de remmen zijn beter. Om een paar nieuwig heden van diverse merken te noe men: de Buick heeft luchtgekoel- de remmen van grotere capaci De priester had de beroemde kardinaal een plan voorgelegd. Hij kende Frankrijk. Dertig jaar lang was hij door Frankrijk getrokken, van parochie naar parochie, om er missies te preken voor het volk en retraites te geven aan de priesters. Hij zag van dichtbij de priester nood in de Franse diocesen, een nood, die nog steeds het katholieke leven in Frankrijk plaagt. Bovendien kreeg hij, als door een apostolische intuïtie, oog voor de taak van de Kerk in de 19e en 20e eeuw: de kerstening van de ver waarloosde en pasontdekte we relddelen. Frankrijk vroeg arbei ders; de missie zou arbeiders gaan vragen en veel. Hij zocht naar een oplossing, maar niet langs traditio nele wegen. En hij zag een kans de nood aan priesters te lenigen. Tijdens zijn missiereizen in Frankrijk ontmoette hij herhaalde lijk jongens van oudere leeftijd, die nog priester wilden worden. Die moesten opgevangen worden. Er moest een instituut komen voor la te roepingen. Hij wist, dat niet ie dereen hem zou begrijpen. Jaren lang heeft hij moeite gehad de Con gregatie tot Voortplanting van het Geloof duidelijk te maken, dat zijn late roepingen beslist geen grijs aards waren of gebrekkige oude heren. Maar de kardinaal-staalssecre- taris van Leo XII begreep hem. En ook Leo, de Paus die het volk en zijn noden kende, begreep wat deze priester wilde. Hij keurde het plan goed. En daar liet de Paus het niet bij. De volgende dag ontving hij de I.v'.j «fel. v., s -V. V .v. -V A .v w „De Kazernehet eerste seminarie voor late roepingen. Op de voorgrond de grafkapel van pater Bcrthier (Grave). van de Franse abbé, pater Berthier, aartsbisschop van Reims, kardi naal Langénieux. „Dit instituut is juist een stichting voor deze tijd, zei de Paus tot hem, „en ik uit de vurige wens, dat het zo spoedig mogelijk tot stand komt." Kardi naal Langénieux moest bescherm heer worden van het nieuwe insti tuut en hij moest pater Berthier helpen de stichting tot stand te brengen. Pater Berthier begon ogenbUK- kelijk. Niet in Frankrijk. Hij voor zag de Franse verbanningsdecreten tegen de religieuzen. Daarom ging hij regelrecht naar Nederland. Na wat zoeken kwam hij in Gra ve terecht, waar reeds drie jaar een oude kazerne leeg stond en een militair hospitaal. Pater Berthier kocht de gebouwen en begon daar zijn instituut. Van alle kanten en uit alle Europese landen stroomden de jongens toe. Ieder jaar ontving hij gemiddeld een honderd aanvra gen. Hij kon er niet zoveel aanne men als hij gewild had. Op de twin tig kandidaten was er gewoonlijk maar één in staat het toch al lage kostgeld te betalen. Maar 't insti tuut groeide, ondanks financiële moeilijkheden en onbegrip tot in Rome toe. Maar niet alleen bet Instituut groeide, ook zijn stichter, patel Berthier, gewend te reizen en te prediken, werd weer seminarist met zijn seminaristen. Hij deelde hun leven, sliep op hun slaapzaal, werk te in hun studiezaal. Hjj was hut' overste, hun professor, hun geeste lijke leidsman. Hjj was redacteur van een tijdschrift en wist nog tijd te vinden om verschillende boeken te schrijven, die vlot verkocht wer den en in verschilende talen ver taald. Hij toonde zich een man van een grote apostolische ijver en een diep inwendig leven, die niet eigen verlangens zocht, maar Gods wd- Men noemde hem de Kartuizer- missionaris, een teken, dat lijj in derdaad in zjjn leven verwerkelijk' had, wat hij zich als jongen reed1' als ideaal had gesteld: een priester te zijn als de pastoor van Ars: hard werken en tegelijk een grote honger naar het zijn bij God. Op 16 oktober 1906 stierf hij. Ziin lichaam rust nu in een grafkapel bij de oude kazerne, die het moe derhuis is geworden van zijn insti tuut: de Missionarissen van de H- Familie. In 1950 werd in het bisdom De" Bosch het proces geopend voor zi)n zalig- en heiligverklaring. KrijS' dit proces eenmaal een gunstig einde, dan is hij wel de aange wezen priester om de „oescherru" heilige van de late roepingen." worden. H. v. HEIJST, M.S.F- i i

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1958 | | pagina 8