„De laatste verlofganger"
wekt verwachtingen
J. W. F. WERUMEUS BUNING
OVERLEDEN
Haagsche Comedie met
„Brullen als een duif"
Torenhoge plannen van jengd-
leiding bisdom Rotterdam
Hindemith's Schwanendreher
bij Residentie Orkest
MAKARIOS OP SCHIPHOL
1
Half miljoen naar
„Fanfare"
Vlot
blijspel met luchtige humor
f
Nederlands stuk in première
Herdenking Nationaal
Katholiek Thuisfront
Rehabilitatie Indische
oorlogsslachtoffers
Nieuwe verordeningen
voor de zuivelhandel
Weinig praten en veel
doen op „Herfstlaer
^derlanders bij Akense
dodenherdenking
WÊÊm,
V B
MAANDAG 17 NOVEMBER 1958
PAGINA 3
OVATIONEEL SUCCES VOOR JAN STAAL
se'
Jan Staais „De laatste verlof
ganger", dit jaar bekroond met de
Van der Vies-prijs, heeft zater
dagavond in première bij „Thea
ter" een ovationeel succes ge
haald van Arnhems toneelmin-
fiend publiek. Toch valt er aan te
twijfelen of de wens niet enigs
zins de vader van het applaus is
geweest. De opzet van het stuk is
in vele opzichten ongetwijfeld
Prijzenswaardig.
Frisse aanpak
Kansen
IPüiSi
In Roermonds kathedraal
Minister Luns: Commissie van
bijstand werkt niet te langzaam
Verkoopruimte zindelijk en goed
onderhouden
Geen Babel
tendens een ontvangst op het histori-
tcr raadhuis van Aken heeft de voorzit-
de Nederlandse delegatie, de heer
Ak„- I. Nannink de burgemeester van
<W v; de heer Hermann Heusch, het gou-
ÜPr.lfruis van verdienste van de bond uit-
Vaardigheid te ondernemen".
10
Markt van activiteit
Verzorgde voorstelling
„Pro gram-wijziging
,Geen tijd'
Verkenners demonstrerjen zelfvervaardigde poppenkast-poppen
Buïtencentrum
tPel
■Inny de Lange. Elise Hoomans en Hetty Beck v.l.n.r.), die optraden in
„De laatste verlofganger" van Jan Staal.
Een stuk over vaderlandse en ei
gentijdse toestanden kan een waarde-
volle bijdrage vormen voor het Ne
derlandse toneel-repertoire, maar die
Waarde is recht evenredig met het
vermogen van de schrijver om boven
het tijdsbeeld uit „klassiek" te zijn,
het algemeen menselijke tot uitdruk
hing te brengen, zodat het werk ook
huiten de eigen grenspalen genietbaar
*ou zijn. En Staal mag zaterdag via
Theater Arnhem veroverd hebben, hij
•hag aanstonds in West-Nederland
furore maken, zijn stuk is tezeer in
het eigentijdse gebleven, met te wei-
hig doelmatigheid toegeschreven naar
algemeen-menselijke trekken om kan
didaat te staan voor opvoering in ver
taling.
De ouverture is overigens typerend
W>or de frisse aanpak van de auteur,
he gehele mise-en-scène van een be
nedenkamer, waar zich de eerste ge
sprekken afspelen en een bovenver
trek waarin de oude Berta van Wijck
h|i krontjongmuziek het onherroepe
lijk verloren verleden als werkelijk
heid zit te doorleven, is tekenend ge
noeg om verklarende en inleidende
Gesprekken overbodig te maken. Maar
dan blijkt al aanstonds het zwak van
de ongetwijfeld gevoelige en rijk-ge-
schakeerde tekst: ze blijft toch min
stens twee tonelen lang in uitweidin
gen hangen over wat al zo plastisch
door de mise-en-scène is duidelijk ge
haakt. De trouwe en toegewijde oud
ste dochter des huizes, Betty, haar
tante-zegstertje Boop en de kleurlin
ge Agaath Block, voortdurend onder
leg tussen huize Van Wijck en de
hank van lening om weer familiebe
zit ten gelde te maken en zo de droorn
van Berta's verloren koninkrijk in
stand te houden, kunnen ons niet meer
verklaren, dan we al wisten: hoe de
administrateurs-weduwe het verlies
aan bezit en glorie in Indonesië niet
Verwerken kan en zich dus afschermt
^egen de werkelijkheid via feestjes ter
van de schaarse verlofgangers,
die nog uit de Gordel van Smaragd
haar Nederland komen.
Jan Staal heeft veel aan zijn oor
spronkelijke tekst gewijzigd, niet in
het minst op advies van Anty Wester-
inS, maar de toeschouwer voelt het
Schoorvoeten in de manier, waarop de
aPteur zijn aanvankelijke opzet heeft
veranderd. Het accent is nu bewust
Getrokken naar de moeder, die nog
siechts dromen, drank en een oude
Papegaai heeft als wijkplaats voor het
,verloren ik. De verhouding van de
patste verlofganger Stefan Lamarinde
t°t de goedaardige Betty en haar zus-
Bella, de knappe danseres, die in
harde strijd en een ongelukkig huwe-
'ik terugvalt op een tedere herinne-
JhPg is daarbij secundair geworden,
niet voldoende ondergeschikt
han de kwijnende heerszucht van haar
hoeder om' het stuk de nodige eenheid
e bezorgen.
En de mogelijkheid om in hgt derde
het feestje voor Stefan tot een
,&viante parodie op de vroegere
Restjes te maken en daarmee een dui-
j e,iike climax in het vrij vlakke ver -
°°P van het stuk te brengen, is niet
voldoende aangegrepen. Het festijn
had de pièce-de-résistance van het
stuk kunnen worden, wanneer het
zorgvuldiger was uitgewerkt, wanneer
het de scala van verwachting tot
wanhoop van het begin tci het einde
had weten te doorlopen en de dans
van Bella het temperament van een
laatste kans had vertoond. Maar het
feest loopt al niet bij het begin en
als Bella wegrent om zich in de zo
juist uit het pandjeshuis teruggehaal
de sarong te kleden, loopt de ver
wachte climax uit op de al te be
heerste en daarom al ontoepasselijke
Javaanse hofdans van de verliefde
prins, die zich kleedt om zijn geliefde
te bezoeken. Het lijkt ons bepaald
niet ongewettigd te veronderstellen,
dat de Balinese muziekliteratuur be
ter materiaal in petto heeft dan de
Javaanse om althans een deel van de
te zwakke feest-scène te redden.
We zijn intussen al aanbeland in het
chapiter: uitvoering van het st.uk en
dat dit vrijwel onmerkbaar is gebeurd,
laat zich verklaren uit de ruimte, wel
de de auteur aan spelers en regie heeft
gelaten. Het raadsel Stefan, de wat
zwakke figuur, die wegvlucht als hij
ziet, hoe ongelukkig hij de levens van
Bella en Betty heeft beïnvloed, is een
voorbeeld van het gebrek aan gedeci
deerdheid in de tekst. Ook Bernhard
Droog slaagde er niet in van deze Ste
fan, weifelend tussen Bella en Betty,
iets anders te maken- dan een bindmid
del, een gelegenheid voor de andere
rollen om zich ertegen te projecteren.
Een kans overigens, die vooral door
Anny de Lange als Bella en Hetty
Beck als Berta maar al te gretig is
aangegrepen. Wat beide speelsters
hebben verzet om het gecompliceerde
thema kracht en klaarheid te geven,
is moeilijk in voldoende mate te waar
deren. En ook Elise Hoomans heeft
zich ondanks de beperkingen van haar
rol opnieuw een uitbuitster getoond,
vooral bij de eerste herontmoeting met
Stefan. Elly van Stekelenburg wist
uiteraard wel raad met het gegeven
van de slimme kleurlinge, Agaath
Block, terwijl Martine Crefcoeur met
gepaste bescheidenheid Bella's altijd
voor het ballet oefenende dochtertje
voor haar rekening nam.
Bij alle kritiek op tekst en uitvoe
ring blijft het ovationele karakter van
het applaus echter verklaarbaar: want
Theater heeft met grote zorgvuldig
heid van spelers en regisseur Johan
Walhain een stuk op de planken ge
bracht, dat kritiek waard is, omdat
het perspectieven opent voor een ei
gen Nederlands repertoire. En wat
meer ervaring zal de auteur zeker in
staat stellen zijn gaven vollediger en.
vooral duidelijker te ontplooien dan
hem in dit stuk gelukt is. Zijn gescha
keerde visie is een uitgangspunt, een
meer functioneel gebruik van de dia
logen zal hem ongetwijfeld tot nog
sterkere prestaties brengen. v. R
Zondagavond is op 67-jarige leeftijd de
dichter Johan Willem Frederik Werumeus
Bunina overleden. Hij was enkele weken
geleden opgenomen in het Wilhelmina
Gasthuis te Amsterdam, lijdend aan pleu
ritis.
Hij werd geboren op 4 mei 1891 te Velp
als zoon van de verbalen-schrijver Ar
nold Werumeus Buning. Na het doorlo
pen van de h.b.s. werd hij journalist. Tij
dens zijn militaire diensttijd begon hij
verzen te schrijven naar hij heeft verteld
onder het bestuderen van het Reglement
Infanterie I. De dichter Adriaan Ro
land Holst, .aan wie hij zijn verzen
liet lezen, raadde hem aan ..er maar niet
mee door te gaan".
Hij bleef echter schrijven, en toen hij
zijn in 1921 voltooide bundel „In Memo-
riam", gewijd aan een overleden geliefde
ter lezing aan A. Roland Holst aanbood,
kreeg hij de raad er toch vooral wel mee
door te gaan.
Als journalist kreeg hij naam door zijn
recensies, onder meer voor „De Tele
graaf", over literatuur, dans en toneel.
Voorts schreef hij kookboeken en ver
taalde hij o.a. Cervantes' „Don Qui-
schote". in samenwerking met de hispa-
Zaterdagavond kwam aartsbisschop Makarios op door rets naar New York op Schiphol aan. In de wachtkamer
gaf hij een persconferentie.
Op initiatief van Nationaal Katholiek
Thuisfront werd zaterdagmorgen de
jaarlijkse plechtige H. Mis van Requiem
met militaire ere- en dodenwacht opge
dragen voor de zielerust van allen die in
of door de dienst, waar en wanneer ook,
hun leven hebben geofferd. Dat gebeur
de dit jaar in de Roermondse kathedraal.
Vele militaire, burgerlijke en geestelijke
autoriteiten uit alle delen van het land
woonden de plechtigheid bij.
De minister van Oorlog werd vertegen
woordigd door luitenant kolonel J- L. M.
J. Geelen .garnizeoenscommandant van
Roermond. Voorts waren aanwezig L. J.
B- Ridder de van der Schueren, commis
saris van de Koningin in Overijssel, bur
gemeester en wethouders van Roermond
en mgr. drs. P. van Odijk, namens het
bisdom Roermond.
De plechtige H. Mis werd opgedragen
door de hoofdlegeraalmoezenier mgr. ko
lonel H. J. M. van Straelen met assisten
tie van rector J. Doesburg, geestelijk ad
viseur van Katholiek Thuisfront, als dia
ken; als subdiaken fungeerde luitenant
ter zee eerste klasse E- Andreoli o.f.m.
vlootaalmoezenier. Presbyter assistens
was gewestelijk aalmoezenier, territori
aal bevelhebber zuid, luit- kol. Th. Op
Het Veld.
De predikatie werd gehouden door ma
joor-aalmoezenier G. Veldhuis, die de na
druk legde op de troost die ieder christen
putten kan uit de wetenschap dat er een
weerzien is in het hiernamaals. De ere-
en dodenwacht rond de katafalk en op
het hoge koor werd betrokken door mili
tairen van het Regiment Limburgse Ja
gers uit Venlo.
De laatste film van Nederlandse bo
dem, „Fanfare" van Bert Haanstra
blijkt nu toch eens werkelijk een groot
publiek succes te zijn. In de afgelopen
weken werd de film door 553.970 men
sen bezocht. Zij loop thans in dertien
theaters voor de vierde week.
Minister Luns is niet van mening, dat
de commissie van bijstand voor de reha
bilitatie van Indische oorlogsslachtoffers
te langzaam werkt. Het Tweede-Kamerlid
de heer De Graaf (K.V.P.) had in schrif
telijke vragen kritiek op deze commissie
geoefend. Zijns inziens was er sprake
van schadelijke en onverantwoorde traag
heid. De minister zegt nu in zijn ant
woord, dat hij deze mening niet deelt, ge
zien het vele werk dat de commissie te
verrichten heeft en de moeilijke aard
daarvan.
Ultimo 1957 is besteed een bedrag van
ruim 132 miljoen gulden, aldus de mi
nister. In totaal zijn ter behandeling 70936
vragenlijsten ontvangen. Daarvan waren
er eind oktober van dit jaar 68473 afge
daan.
noloog C. F. A. van Dam. Hemmingway's
„The Old Man and the Sea'1 zes toneel
stukken van Shakespeare en
Moby Dick.
Tot zijn voornaamste publikaties beho
ren: Enkele Gedichten (1924). Dood en
Leven (1926), Hemel en aarde (1927). Ma
ria Lecina. Et in Terra, Afscheid. Negen
Balladen (de ballade van de boer). Or
pheus en Euridice (1941). Verboden Ver
zen. De wereld van de dans. Toneel en
dans, Twee eeuwen danskunst Ik zie ik
zie wat gij niet ziet (1937). 100 avonturen
met een pollepel. De gewaarschuwde re:-
ziger, Tristan en Isolde (1944). Ik vaar ik
vaar waar gij n.iet vaart en Zeven en
twintig stokpaarden (1951).
Shakespeare-vertalingen: Het spel der
vergissingen, Romeo en Julia. Midzo-
mernachtdroom en Winteravondsprookje.
Het bestuur van het Bedrijfschap voor
de Detailhandel in Me'k- en Zuivelpro-
dukten heeft in zfjn openbare ver
gadering te Utrecht de ontwerp-ver-
ordeningen bedrijfsinrichting zuivel
handel en bedrijfsinrichting melkhandel
goedgekeurd. Hierin zijn, hier en daar
gewijzigd, de bepalingen van de verorde
ningen van de bedrijfschappen „oude
stijl" voor zuivel, voor margarine, vetten
en oliën en voor phiimvee en eieren, die
op 1 januari 1959 vervallen, overgenomen.
In de nieuwe verordeningen wordt o.m.
bepaald, dat de verkoopruimte uitslui
tend als zodanig mag gebruikt, dat zij in
zindelijke en goed onderhouden staat
diemt te verkeren en dat deze ruimte niet
mag worden gebouwd of ingericht in de
directe omgeving van andere lokaliteiten
of ruimten, die voor een zodanig doel
worden gebruikt of die in een zodanige
toestand verkeren, dat de kwaliteit van
de in de verkoopruimte aanwezige pro-
dukten nadelig kan worden beïnvloed.
De verordeningen treden onmiddellijk
in werking. Voor reeds gevestigde onder
nemers is de datum van inwerkingtreding
vastgesteld op 1 januari 1962, zodat deze
drie jaren hebben om hun bedrijven bij
de nieuwe bepalingen aan te passen.
Om een inzicht te verkrijgen in het
verloop van de kosten en opbrengsten in
de melkslijtersbranche, zal men het Eco
nomisch Instituut voor de Middenstand
machtigen een onderzoek in te stellen bij
150 bedrijven.
Op de eerstkomende openbare verga
dering van het produktschap voor zuivel
zal de „ontwerp-zuivelverordening 1958,
dagelijkse levering en bezorging van
melk" worden behandeld. Het bestuur
van het bedrijfschap besloot aan het pro
duktschap nogmaals zijn bezwaren ken
baar te maken tegen de in deze verorde
ning voorkomende bepaling, dat melk
handelaren en ondernemers van zuivel
fabrieken verplicht, zijn hun produkten
iedere dag aan huis te bezorgen.
Wie menen mocht, dat de titel van
hyper-pioderne makelij is, vergist zich
deerlijk; want Lesley Storm te on
zent reeds bekend om haar „Toontje
heeft een paard getekend" en „Zwarte
crêpc-de-chine" heeft hem ontleend
aan Shakespeare, die in zijn „Midzo-
mernachtsdroom" de grappigheid aan
een der handwerker-acteurs van het
„drama" „Pyramus en Thisby", die alle
rollen ook de partij van de leeuw
wil spelen, in de mond legt. Terwille
van de gevoelige edclvrouwen onder
het publiek, die de speler niet durft te
laten schrikken, zal deze dan zo „lief
lijk brullen als een duivekieken of een
nachtegaal".
Hoe nu deze titel de inhoud dekt van
het blijspel mag ieder die naar de voor
stelling komt zien en dat was bij de
première weer een uitverkocht buis
„voor zichzelf beantwoorden," aldus do
toelichting der Haagsche Comedie.
We geloven niet, dat er velen waren
onder de goedlachse „doorsnee"-toe-
schouwers, die het geval niet reeds in
de loop van de animerende voorstelling
„door" hadden. Aangezien Lesley Storm
geen al te gecompliceerde „intrige" ont
wierp en haar dialoog zich voor drie
kwart wijdde aan Ceres, de godm van
de vruchtbaarheid wier problemen
nog altijd de meeste attractie vormen
ook voor het moderne publiek moet
de „brullende" vogel wel spoedig ont
dekt zijn in de. persoon van de van huis
uit Amerikaanse lady Dungavel tien
jaar getrouwd en moeder van zes beeld
schone meisjes, die beter gezegd als een
blaffend maar niet bijtend hondje haar
echtgenoot weerstreeft in zijn verlan
gens naar een zoon en opvolger voor
zijn agrarische familieaangelegenheden.
Dat dit verzet van de om de plezier
tjes en de eer getrouwde Emma op niets
bij uitzondering ook wel gevonden wor
den).
In een neven-rol voldeed Gijsbert
Tersteeg als raadgevende oom opper
best; maar het optreden van Jules Croi-
set als surrogaat-zoon leek ons om de
nulliteiten die de schrijfster hem liet
zeggen, een mislukking. Dan kreeg Ine
ke Brinkman betere kans en zij buitte
die uit als het oudste dochtertje van de
zes (de overige gingen wel op reis maar
we kregen ze niet te zien). Deze vroeg-
uitloopt blijkt overduidelijk wanneer rijpe Jane bjeek wej wat olK) Voor haar
M 1 i..l w—U r. J a I„(in n p nV* "1 ti t i
99
Het is eenvoudig ondoenlijk om een
compleet overzicht te geven van wat er
allemaal is gebeurd op het Herfstlaer
van de Katholieke Jeugdbeweging (ver
kenners) van het bisdom Rotterdam. Tus
sen de 600 en 650 leidsters en leiders
waren in de Maasstad bijeen. Bisschop,
hoofdcommissaris en hoofdaalmoezenier
waren er naast diocesane en districts
functionarissen en zaterdag hebben ze
beslag gelegd op ongeveer alle publieke
zalen, welke restaurant Engels en het
Groothandelsgebouw te Rotterdam maar
te bieden hadden.
Ze spraken allemaal één taal, rond-
Hollandse verkennerstaai en daarom zal
de toren, die ze nu gezamenlijk gaan
bouwen, geen Babelse toren worden, die
halverwege blijft steken. Het wordt een
kwestie van stug sparen, minstens vijf
jaren lang, w ant het bijeengebrengen
van 52.000 gulden is geen peuleschil. Zo
veel moet de toren gaan kosten van het
nieuwe seminarie van het bisdom Rot
terdam. Weinig in vergelijking met de
6 miljoen voor de overige bouw. maar
veel als je het bijeensparen moet. „En
als hij dan staat, wel, dan houden we
het Herfstlaer eens in het seminarie",
zei mgr. M. A. Jansen tijdens het ont
bijt, zondagmorgen, op de dakverdieping
van het Groothandelsgebouw. Een klein
stukje van de toren kan al worden be
taald, want bij een collecte aan de ka-
'lih!eer dan 200 Nederlandse oorlogsinva-
van de afdeling Limburg der Ne-
H<undse Bond van Militaire Oorlogsinva-
V,?1 hebben gisteren in Aken deelgeno-
*ta5 aan de oorlogsherdenking in deze
*Ibkt"
m. zei:
zei: „Dit is een teken van vriend-
Oom® voor u en voor uw stad en 'n sym-
V°or onze bereidheid om samen met
ruistocht voor vrede, vrijheid en
peldeuren van het Weeshuis aan de West
Kruiskade, waar de Herfstlaerdeelnemers
de door de bisschop opgedragen mis bij
woonden, werd al gecollecteerd voor dit
doel.
In de kapel had de bisschop allen
reeds toegesproken om het bewustzijn
levendig te houden aan de apostolische
verantwoordelijkheid van de jeugdlei-
ding. Deze is te groter, naarmate de
omgeving in dit geval de jeugd
sterker de beïnvloeding van de lei
ding ondergaat. Het vuur van de jonge
christengemeenschap als die van Thes-
salonica (epistel) zal zijn als het gist
in het deeg van de samenleving (evan
gelie).
Er was nog meer voor de bisschop,
dan de toren-toezegging. Dat was een
pakket bloembollen van het district Bol
lenstreek.
„zy zullen een sieraad zjjn voor mijn
stadstuin", zei de bisschop, „maar ze
zijn ook een symbool. De jeugdbeweging
zie ik als één groot bollenpakket, dat van
mijn bisdom één groot bloemenveld moet
maken".
Heeft het voorgaande allemaal betrek
king op de zondag, zaterdag was het
Herfstlaer al geopend door wnd. diocesaan
commissaris W. M. Bitter. Tijdens de
avondboterham sprak hoofdcommissaris
mr. F. Janssens over enkele proble
men in de verkennersbeweging, nl. de
aanpassing van de methodiek en het bij
zonder sterke leidersverloop. Het „Doe
mee!", <je kreet die reeds in 1936 het
verkennersorgaan „Goudland" sierde,
heeft zijn actualiteit behouden. Ook dit
Herfstlaer stond in het teken van de
enthousiasmering van nieuwelingen.
Zaterdagavond zullen die nieuwelingen
de ogen wijd open van verbazing heb
ben gehad, toen zij, zwervend door het
Groothandelsgebouw, van de ene activi
teit in de andere werden betrokken. Hier
werden poppenkastpoppen gemaakt, daar
spoelen voor „spijkermotortjes" die wel
dra zoemend lichtjes lieten branden, ver
derop zat een dichtgepakte zaal samen
liedjes in te studeren en een groep zee
verkenners had meer belangstelling voor
touwwerk, midden in de Beatrixzaal. Zelf*
de biljartzaal van „Engels" was voor een
deel bij het festijn betrokken, men kon
het zo gek niet denken, of men zag he
le groepen leidsters en leiders ijverig be
zig nieuwe techniekjes ontdekkend ei be
oefenend en inspiratie opdoend voor
trepen en horden.
we de „intrige" van de Britse schrijf
ster als een kaartenhuis zien ineenstor
ten, ondanks de elkaar tegenwerkende
stuntelige pogingen van haar met spoed
uit de States ontboden ouders om de
dreigende breuk te voorkomen. Voor
dit laatste zorgt de nog niet geperver
teerde menselijke natuur, goddank! En
de „doorsnee"-toeschouwer gaat met de
troostende gedachte naar huis. dat de
vurig verbeide zoon toch voor de happy
ending heeft gezorgd.
Aan de toneel-technische verzorging
van het illustere geval ontbrak maar
weinig. Het was gesitueerd in een kas
teel der Schotse Hooglanden, waarvoor
Eline van Dreght 'n keurig bibliotheek
decor had ontworpen.
Elisabeth Andersen was het niet-bij-
tende keffertje (of de lieflijk „brullen
de" duif) en vond in haar ijlings over
stag gaande rol een kolfje naar haar
hand. Niet op de laatste plaats om de
modieuze toiletjes die zij droeg, maar
in hoofdzaak omdat haar de voorname
pose zo goed afgaat.
Frans van der Lingen was haar hard
werkende adellijke echtgenoot en ge
zien de pijnlijke situatie bracht hij het
er lang niet slecht af. In ceremonieel
gewaad liep hij met een kilt rond.
De te hulp geschoten schoonouders
van de boer-edelman werden gespeeld
door Kitty Kluppell met Cees Laseur
(van wie ook de regie en de vertaling);
de eerste als een ver-Amerikaanste be
moeial; de laatste (die bij zijn opkomst
als pas-herstelde warm werd beapplau-
disseerd) als een erg sentimentele maar
doortastende Amerikaan (die zullen er
leeftijd (9 jaar) maar ze werd zo schat
tig en charmant gespeeld, dat de „door-
snee"-toeschouwers haar met een open
doekje beloonden.
In het stuk wordt een- en andermaal
nogal gemakkelijk gesproken over de
Amerikaanse vlotheid met echtschei
dingen. Overigens is de spot vrij ge
moedelijk, al betreft hij nu en dan tere
onderwerpen.
Aan het slot ovationeel applaus en
bloemen voor de drie dames en de re
gisseur.
Burgemeester Kolfschoten woonde in
zijn loge de voorstelling bij.
Wij maakten er voor kort aanmerking
op, dat het programma door de Konink
lijke uitgegeven nog steeds in woord en
beeld de gegevens bevatte inzake de
vier gezelschappen, die de schouwburg
geregeld bespelen, maarvan het
vorige seizoen. Daarom verheugen wij
ons dat daaraan een einde is gekomen
en een gloednieuw decor is uitgedacht
voor de diverse stukken die het Haagse
publiek zal voorgeschoteld krijgen.
In afwachting blijkbaar van de nieu
we tableaus de la troupe en hun conter-
feitsels wordt voorlopig de toeschouwer
onthaald op een weinig artistiek histo
risch en toneel-technisch overzicht no
pens de schouwburg zelf en niet het
minst zijn hyper-moderne elektro
magnetische installatie voor de toneel
belichting. Ten aanzien van deze laat
ste is de „commentator" zo heet te
genwoordig iemand die iets toelicht
erg kwistig met de term „middels", die
in geen Nederlands woordenboek alsnog
is te vinden. L. F.
En wanneer dit al dan nog niet over
tuigend genoeg was, dan heeft zondagmid
dag de rede van de ere-J»oofdkwartiercom-
missaris E. M. Schüttenhelm velen noe
wel iets te zeggen gehad. De heer Schüt
tenhelm, die referendaris ten departe
ment van O. K. en W. is, maakte dui
delijk, hoe ec paast het .voorrecht ook
De bisschop van Rotterdam neemt
een pakket bloembollen van het
district „Bloembollenstreek" in ont
vangst.
nog de plicht van het leiderschap be
staat, een plicht tegenover de gemeen
schap. waarvan weinigen zich bewust zijn
Velen beroepen zich op gebrek aan
tijd, maar veelal is dit een excuus oni
zich niet te binden. Men wil even dit
doen en even dat: het leven iaagt op
en leidt uiteindelijk tot niets. De vrije
tijdsbesteding ten gunste het opgroeiend
geslacht is een goede daad. ook ten op
zichte van degene, die die goede daad
stelt. Immers het opkijken van de jeugd
naar de leider maakt, dat deze zichzelf
gaat bezien in kritische zin.
Het spel wordt echter pas goed gespeeld
wanneer jongeren en leiders samen offers
brengen en ook samen de geldelijke lasten
dragen. Het leiderschap is geen baan,
maar een voorrecht en enige financiële
tegemoetkoming zou leiden tot onvrijheid
tegenover de jeugdbeweging. Het grote
verloop in de leidersfuncties zag de heer
Schüttenhelm als een symptoon van de
tijdgeest, die aanzet tot voortdurend wis
selen. Een vasthouden van assistent-lei
ders zou kunnen liggen in een delegatie
van verantwoordelijkheden door de lei
ders, zodat assistenten zich niet als wei
nig nutte helpers voelen.
De diocesaan commissaris van de
de heer F, R, M. Meltzer, die
Nog éénmaal flikkerde het licht dat
heel de muziekwereld vóór de oorlog
scheen te verhelderen aan de kim van
het Haags concertle i. Van Ottcrloo en
zjjn Residentie-Orkest, henevens de grote
alt-solist William Primrose, hebben nog
eenmaal een poging rnomer om de
muziek van Hindemith, hier door een
imposant werk als Der Schwanendreher
vertegenwoordigd, ingang te doen vinden.
Men staat vooral bij het opus van de
Duitse componist met respect tegenover
het vakmanschap waarmee zowel het
solo-instrument, de door Hindemith zelf
eenmaal met zoveel voorliefde en kenn:s
beoefende altviool, als het sterk-geredu-
ceerde orkest cn de geh structuur van
dit rond 25 minuten '•'urend werk is be
handeld. Op dit punt heeft men vooral
bij de Duitse componisten geen klagen.
Er heerst daar een Tüchtigkeit en een
Gründlichkeit die van de muzikale com
positie veelal een handwerk maakt, iets
bijna fabrieksmatigs, waaraan slechts éen
ding mankeert de bezieling, oftew d"
innerlijke noodwendigheid, die iedere
schepping van de menselijke geest, zeker
in de jachtvelden van de Muzen als
vruchtbeginsel kent. Eerst hierdoor ont
snapt een werk aan tijd en ruimte en
doet het voortleven los van momenlele
stijlbeginselen. Nu doet het zonderlinge
feit rich voor dat de muziek van Hinde
mith vóór de oorlog als de lichtfakkel
van de toekomstige toonkunst werd aan
gezien, terwijl dit licht nè de oorlog
slechts een zwak schijnsel vertoont, nau
welijks in staat om in en kleine cirkel
tal van prominenten had begroet, ont
hulde, dat het diocees bezig is met de
verwerving van een buitencentrum waar
ook de jeugdleiders van het bisdom hun
vorming kunnen ontvangen, ter vervan
ging van het aan de militairen verloren
Staelduin. En voorts zal de jeugdbewe
ging met een bouwolaat-actie de semina-
riebouw gaan steunen.
Tenslotte zou er nog veel meer over
het Herfstlaer te zeggen zijn geweest Ve
len verdienen lof. o a de menage van En
gels, de met Tierelantijnen medewer
kende troepen maar een speciale oluim
mocht wel op de hoed van commissaris
W. Schelberg. bij wie de organisatie in
goede handen was.
van ingewijden wat glans te verspreiden.
Is het omdat deze componist in de ma
terie is blijven steken, in het loutere
handwerk voortreffelijk bedreven, maar
zonder innerlijke noodzaak?
Ook een niet-alledaags werk als Der
Schwanendreher, hier met veel over'ui-
ging door dirigent, orkestleden en solist
weergegeven, draagt te veel de kenmer
ken van het „Zeitgemasse", van een be
paalde mode of stijlmanier, om na een
kwareeuw nog te kunnen boeien. Men
kan nog steeds de vernuftigheid bewon
deren waarmee Hindemith oude. Duit e
volkswijzen op eigen ma-ier door 't solo
instrument als het orkest laat omspelen.
Doch mgn ontkomt anderzijds niet aan
de indruk van een te nadru'. ':«lijke mu-
siceertrant, van een té bewuste klank
constructie, een te harde zakelijkheid
waartussen volksliedjts als „Der Schwa
nendreher", waaraan dit Concerto z'n
titel ontleent, worden gesmoord en bij
voorbaat een verstikkin-sdood tegemoet
gaan. Zo is het eerste deel van een bij
na soldateske marsvaarddgheid in z'n hoe.
kige, gepunteerde ritmiek. Het tweede
deel daarentegen begint als een sonate,
een duo voor altviool en harp, waarop
wonderlijk genoeg een fugaconstructie
op het eind wordt geëtaleerd. De finale
is een opeenstapeling -an klankeffecten,
van krampachtigheden om tot een goed
einde te geraken, doch die iedere warke-
iijke synthese mist.
Zo de muziek, zo was ook het spel van
de grote artiest Primrose: hard, onver
biddelijk, nuchter-zakelijk en verbluffend
van techniek.
Het concert werd ingeleid door het
Adagietto uit de rlésienne-Suite van
Bizet. zulks ter herdenking van 't schie
lijk verscheiden van een der zeer ge
waardeerde altisten van het Residentie-
Orkest, de heer G. P etveld. Het stuk
werd met voelbare piëtei en overgave
door het strijkerskorns van dit orkest
ge.peeld, waarna enkele ogenblik'-en
stilte in acht werden genomen. De fan
fares uit Rimsky-Korsokow's „La grande
Paques russe" het oorspronkelijk als
inleiding van dit concert bedoeld stuk
die hier het ..Resurre. ven de Dag
der Verrijzenis verbeelden, en met stra
lende klankgevins werden gespeeld, had
der geen treffender tegenhanger kunnen
rijn van Bizets muziek bij de herdenking
van deze dode.
M. M.