Moeder aarde bevat nog meer
dan 1.000 miljard vaten olie
Spooksteden in olieland
Algemene bewogenheid basis
van moderne vakbeweging
O
Sociaal
Zondag 27 augustus 1859 borrelde de groene olie omhoog
Verbruik
stijgen
commentaar
ontspamuig
SPOTSPIEGEL
Overpeinzing bij gouden feest
Ieder mens
koel-en
luchttechniek
cbctFl
27 augustus 1859, dinsdag a.s. een eeuw geleden, werd de eerste
aardolie aangeboord in de buurt van Titusville in de Amerikaanse
^aat Pennsylvania op het land van de New Yorkse advocaat George
U- Bissell. De mannen die de grondslag legden voor de petroleum-
hdustrie, waren de 40-jarige oud-treinconducteur Edwin L. Drake
h de smid William A. Smith, die na twee maanden boren van 21
eter diepte de groene vloeistof uit de aarde naar boven haalden.
Gt gerucht van deze belangrijke vondst verspreidde zich snel over
G gehele wereld. De moderne petroleumindustrie was geboren. Aan-
ankelijk bescheiden, later in een steeds sneller tempo en grotere
"hiyang drong zij tot alle continenten en landen door. Zo werd de
^sis gelegd voor de moderne industriële vooruitgang, waarvan het
hide nog niet in zicht is. Steeds worden weer nieuwe toepassings
mogelijkheden gevonden en op het ogenblik zouden noch de kleinste
,amilie-huishouding, noch het verkeer, de landbouw of de industrie
Gt zonder olie en de daaruit gevormde produkten kunnen stellen,
aarschijnlijk hebben Bissell en zijn mannen in 1859 niet begrepen
at zij de mensheid gaven. Zij waren tevreden met een prijs van
u dollar per vat, waarmee zij hun moeite rijkelijk beloond" achtten.
flut1 ls de
Ie
VB I ZATERDAG 22 AUGUSTUS 1959 PAGINA 7
Qdi} terJeintZe nabij Titusville in de staat. Pennsylvania werd op 27 augustus Het allermodernste type boortorendat gebruikt wordt in de Golf van Mexico
cie olie-industrie geboren. Op de voorgrond „Uncle Billy" Smith's werelds en de Caraïbische Zee en waarmee de 12 cm-doorsnee buizen kilometers diep
eerste boormeester. in de zeebodem worden gedraaid.
hoe onze samenleving in menig opzicht
achteruitging wegens gebrek aan brand
stof en energie. V eej van ^e kracbt,
welke opgewekt werd door middel van
aardolie kon niet worden vervangen
door andere grondstoffen of om tech
nische of om economische redenen.
Duidelijk is bewezen hoezeer ons mo
derne economische beste] afhankelijk
is van aardolie. Het valt dan ook niet
te verwonderen dat de vraag naar olie
en gas met het voortschrijden van de
wetenschap en de techniek én de stij
ging van de wereldbevolking steeds
groter wordt. Werd in 1937 nog van de
totale behoefte aan energie 68 "pet. ver
schaft door steenkool f, pet. door wa
terkracht. en slechts 26 pet. door aard
olie en aardgas, in 1957 namen deze
laatste twee krachtbronnen al 52 pet.
voor hun rekening, dat is een relatieve
verdubbeling in 20 jaar, terwü] bet
reële verbruik nog vele malen meer
toegenomen is. Voorspellingen wijzen
hoosvat werden de eerste liters
kunstmatig uit de aardbodem te voor
schijn gebrachte groene vloeistof op
gehaald. Met een stoommachine van
nog geen f 2000.-, een touw van hen
nep, een tbuisgemaakte boor en een
houten windas was het werkstuk vol
bracht. maar het bekistingsprincipe
van Drake wordt heden ten dage nog
steeds toegepast.
Het succes van Drake's olieboring
zou misschien een voorval van slechts
plaatselijke betekenis zijn geweest,
ware het niet dat in die tijd een drin
gende behoefte aan lampolie had be
staan. Kaarsen uit talk vervaardigd of
lampen gevuld met olie van walvissen
vormden tot het midden van de negen
tiende eeuw de voornaamste lichtbron
in de woonhuizen. De intensieve walvis-
jacht had echter verminderde opbreng
sten tot gevolg. Vandaar dat alom ge
zocht werd naar een gemakkelijk ver
krijgbare en goedkope brandstof voor
lampen. Dit werd gevonden in de pe
troleum, het voornaamste produkt,
dat aanvankelijk uit aardolie werd be
reid.
hl,
juist
petroleumindustrie thans
100 jaar oud, aangenomen
worden, dat men reeds ver voor
,nz6 jaartelUn,
het gebrui
met de aanwezigheid
van aardolie bekend
In het Midden-Oosten kende men
.eeuwige vuren" als centrum van
Cjvuuraanbidding, de Egyptenaren
a) 'hezen en Indianen gebruikten olie
medicijn of zalf en Nebukadnezar
ha® het nodig bij de aanleg van zijn
boti ncie tuinen- terwijl vuurpijlen, olie
de n en hef „Griekse vuur" tot ver in
st middeleeuwen als uiterst gevaarlijke
bindmiddelen golden. Zelfs Noë ge-
flp k te het aardolie-product teer "bij
j,bouw van zjjn ark.
jgjten scheikundige uit Glasgow, dr
later was het een spookstad, over
woekerd door gras en onkruid.
De ervaring, welke men geleidelijk
aan opdeed, en het voortschrijden van
de techniekhebben eerst in latere ja
ren een verantwoorde exploitatie moge
lijk gemaakt. Pas na enige tijd kwam
men tot de ontdekking, dat de benzine
welke na het raffineren van de aard
olie vrijkwam en die als niet bruik-
/rijKwam en die als met bruik- op een nog aanzienliik «roter oliever-
»£a„r„,.Y£°ï ial£pe&oHe werd verbrand, bruik binnen de komende tien jaren,
eigenlpk het kostbaarste produkt van
jnes H. Young Vond in 1847 een mid-
0].i ,om uit zachte leisteen „steenkool-
\v'e te halen, maar betere resultaten
01 jijden bereikt met gebruik van „rots-
baf Een zekere Samuel Kier elimi-
tlp We de onaangename luchtjes van
tr,. 'jerosinelampen en verschafte deze
liet?» n een helderder en veiliger
Professor Benjamin Silliman jr.
6 h (je universiteit van Yale ontdekte
t^a Paar jaar later, dat aardolie vele
lijdelijkheden bood als grondstof voor
bfPp°lie, smeermiddelen en andere
«hai cten- Naar aanleiding van zijn
&„ajyse richtte George Bissell met eni-
Oj] vrienden de „Pennsylvania Rock
hu*-" °P. waarvan Drake als direc-
werd aangesteld, o.a. omdat hij
£>ftoud-spoorwegman vrij reizen had.
t6 alte trok naar Titusville om het land
t6 Onderzoeken, een gunstige plek uit
b6v?°eken en een put te boren. Om de
twiners van het plaatsje te impone-
re richtte de maatschappij haar cor-
Pondentie aan „Kolonel" Drake.
Drake begon zijn boring op dezelf-
manier waarop een zout-water put
sterd geslagen n.l. met een soort
'Ormram. Daartoe verwierf hij de
Pensten van „Uncle Billy" Smith, die
/•et dit soort werk ervai-ing had.
Aanvankelijk stuitten beide mannen
„J1 hun schaarse medewerkers - vrij-
jOi iedereen vond de gehele onderne-
T'ng te zot om ios te lopen en wil-
j.® ar dan ook niets mee te maken
Dabben - op aiieriei moeilijkheden.
Put liep onder water en de wanden
Pp en telkens in. Pas toen Drake
l^n hoile buis als bekisting in het
tp?rgat had geheid kon hij een gro-
diepte bereiken. De langzame
e?rderingen ontmoedigden echter de'
'Senaars van de inmiddels in „Se-
Lfa Oil Company'! omgedoopte
"f ennsylvania Oil Company". Op 27
Justus ontstonden nieuwe compli-
..ues: de geïmproviseerde hoor
ffi uc f,c.iiu|Jiu vicccx uc uKj\Ji
ft. ed in een rotsspleet en bleef ste-
6^h °P 21 meter diepte. Dat was op
ei» Zaterdag. dezelfde dag dat de
0§enaars besloten de onderneming
seven en Drake terug te roepen,
t» "dug's werd er niet gewerkt, doch
has Billy en ziin zoon togen toch
rnor de pui om 'e z'en hoe het er
h6®e stond. Op ongeveer een meter.
Sch en de oppervlakte borrelde en
uuimde het van de olie. Met een I
de uit de grond opgehaalde vloeistof
was. De uitvinding van de stoomma
chine heeft de Industriële Revolutie in
geluid, de verbrandingsmotor heeft de
grote stootkracht gegeven.
Eerst in onze eeuw is aardolie met
al haar neven-, bij- en afgeleide pro
dukten tot de voornaamste energiebron
geworden. Bijna de helft van de energie,
welke thans in de wereld wordt ver
bruikt wordt uit olie en gas, dat tussen
de 440 en 10 miljoen jaren in de schoot
der aarde verborgen had gelegen, ver
kregen.
Olie is de grote beweegkracht,
waardoor het moderne transport mo
gelijk is geworden te land, ter zee
en in de lucht. Het gebruik van olie
als brandstof is een ieder bekend,
maar dat zjj ook dient als grondstof
voor asfalt, kaarsen, drinkbekers,
carbonpapier en drukinkt weten min
der mensen. Kunstrubber en syntheti
sche plastics worden gemaakt uit
aardolie. Cold cream, lotion, lippen
stift, vlekkenwater en boenwas be
staan voor een groter of kleiner ge
deelte uit petföleufnprodukten. Hon
derdvoudig zjjn de aanwendingsmoge-
lpkheden en in ieder huis is aardolie
in welke vorm dan oök in uitgebrei
de hoeveelheden aanwezig. De land
en tuinbouw kan aardoiieprödukten
tegenwoordig niet meer ontberen. Zij
gebruikt ze voor het sneller drogen
voor gras, voor de verdelging van
ongedierte en onkruid Machines be
hoeven smeermiddelen, huizen verf
en dakbedekking, schoenen schoen
smeer. katoenen en wollen draad
kleurstof en veredeling.
Tjjdens de Tweede Wereldoorlog heb
ben wij met eigen ogen kunnen zien
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiHiiiiiiiiimnititntiiiiiMiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiitiiiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiHiiiihmiiiiiiHiiiii
zowel relatief ais reëel. Voor Europa
alleen wordt een stijging van 6 pet. per
jaar verwacht en in Amerika, waar
gas en olie tezamen reeds voor 70 pet.
in de totale energiebehoefte voöfzien,
een stijging van 314 pet per jaar. Ge
middeld mag men voor de naaste toe
komst rekenen op een toename van 5
pet. De vraag naar ruwe materialen
voor de petrochemische industrie zal
de komende jaren, naar verwachting,
zeer groot zijn naarmate de consump
tie van plastics, synthetische stoffen
en kunstrubber zich uitbreidt.
In 1958 bedroeg de wereldproduktie
van ruwe olie en gasbenzine 946.9
miljoen ton. Het is moeilijk zich een
dergelijk astronomisch getal voor te
stellen en wanneer men dan pro
beert in te denken hoeveel vaten dit
wel zijn duizelt men. Uiteraard
dringt zich de vraag op of bij een
dergelijke productie de oliereserves
niet snel uitgeput zullen zjjn. In 1919
berekenden enkele geologen, dat er in
de Verenigde Staten nog maar 6 mil
jard vaten aardolie aanwezig konden
zijn, maar in werkelijkheid werd er
in de afgelopen dertig jaar een
hoeveelheid van 69 miljard vaten
oiitdekt
Aardolie wordt op vele plaatsen
in dé wereld aangetroffen, maar ai-
tijd slechts daar, waar bezinksel van
zeeorganismen aanwezig is. Meer
aan een derde van net oppervlak
van bet vaste land verbergt volgens
de schatting der geologen dergelijk
gesteente. Er zijn op aarde bepaalde
gebieden, waar de voorwaarden tot
het ontstaan van olie-afzettingen bij
zonder gunstig zjjn geweest. De voor
naamste oliegebieden van de wereld
zpn met name de Verenigde Staten,
de Golf van Mexico en de Caraïbi
sche Zee, het Midden-Oosten en Rus-
'al?d. yoórts is er nog een belang
rijk oliegebied, dat zich lussen Azië
en Australië over ti'opisfche eilanden
uitstrekt. Al deze gebieden tezamen
produceerden sinds 1859 reeds 93
miljard vaten olie. maar bewezen
Spoedig begon een stonnloop naar
Pennsylvania, de bakermat van de
nieuwe industrie, die de trek naar de
goudvelden van Californië. tien jaar
daarvoor, overtrof. Boortorens, aan
vankelijk van hout, later van staal en
thans we] 70 meter hoog, verrezen
overal in het land. In de eerste jaren
werd geboord tot maximaal 21 meter
diepte op vrijwel dezelfde wijze en met
dezelfde werktuigen als Drake en de
zijnen aanwendden. Het boren aan de
kabel, ook we] stotend boren genoemd,
werd langzamerhand verdrongen door
de boringen volgens de draaiende me
thode, waarmede men tot veel grotere
diepten kan komen. De eerste boortech-
nici sloegen bp voorkeur hun putten op
die plaatsen, waar zij stellig wisten
aardolie te zullen aantreffen. Vaak
ook boorde men maar lukraak Even
roekeloos als met het boren waren de
olie-pioniers met het bewaren en op
slaan van de olie. Waren er geen hou
ten vaten meer voorradig dan wierp
mer, een aarden dam op. waar achter
het niet direct vervoerbare produkt
werd bewaard. Geen wonder dat veel
verdampte of weer in de grond ver
dween. Voorts gingen gi-ote boe veel
heden verloren bij de veelvuldig voor
komende branden In de nieuwe houten
produktiecentra.
De eerste oliezoekers braken zich
niet het hoofd over de oüebehoeften
van het nageslacht. Ze boorden in
het wilde weg, pompten de olie om
hoog tot er niets meer te pompen
vie] en verhuisden dan weer naar
een andere plek. Binnen enkele maan
den werd een olieveld het middel
punt van een hele stad. die korte
tijd later weer volkomen verlaten
kon zjjn. Pithole City, vlakbij Titusvil
le, had in 1865 een bevolking van
15.000 zielen; nauwelijks een jaar
(Van èen medewerker.)
ver enkele weken zal de Neder
landse Katholieke Arbeidersbe
weging het feit herdenken, dat
zjj 50 jaar geleden gecentraliseerde
vakbeweging werd. Er zal nog wel ge
legenheid zjjn in dit blad uitvoerig op
het tiende lustrum in te gaan, maar ge
zien reeds gedane publicaties kan het
zin hebben reeds nu een bepaalde kant
van die Beweging te belichten, omdat
anders het gevaar niet denkbeeldig is,
dat de lustrumviering een bijdrage
gaat worden tot een onjuiste groei, niet
alleen van de vakbeweging zelf, maar
ook van andere katholiek-sociale orga
nisaties.
Er is met dit lustrum iets heel merk
waardigs aan de hand. Het is nog niet
helemaal 10 .iaar geleden, dat diezelfde
K.A.B. het 25-jarig gecentraliseerd be
staan herdacht. De Haarlemse Bond,
deeltaakorgaan van de landelijke
K.A.B.is zjjn 70-sté verjaardag al 'ge-
passeerd, de Utrechtse Bond is er hard
naar op weg en binnen enkele jaren
zou er aanleiding zijn, om het diaman
ten bestaansfeest. van de gecentrali
seerde standsorganis&torische activi
teit te gaan herdenken. We hebben zo
het vermoeden, dat dit niet zal gebeu
ren. Wanneer men zich dan ook af
vraagt. wat er nu precies herdacht
gaat worden binnen de K.A.B.. dan
komt men tot de constatering, dat, en
waarachtig niet voor het eerst, in de ge
schiedenis, het zwaartepunt heel na
drukkelijk wordt gelegd Op de K.A.B.
als vakcentrale.
Het is zeker niet. onze bedoeling, om
nog èens historische geschilpunten te
gaan oprakelen. Het is helemaal niet
meer van belang om de oude strijd
vraag, diocesane of landelijke vakbe
weging, in de herinnering terug te roe
pen. Men kan êr zich, op het platvorm
van de historie staande en terugblik
kend in het verleden, sléchts over ver
bazen, dat er ooit voorstanders zjjn ge
weest van diocesane vakbewegingen.
Wanneer we het derhalve Signaleren,
dan is het om een illustratie te hebben
bij wat we verderop wensen te beto
gen. Evenmin heeft het een meer dan
op herinnering gerichte betekenis,
wanneer we terugdenken aan de grote
strpd tussen de federatie van diocesa
ne volks- en werkliedenbonden en het
burèau voor de r.k. vakorganisatie,
kortweg genoemd het vakbureau.
Zin heeft hèt a8n dit sOort dingen te
rug te denken óm de achtergrond,
die cr bp betrokken was. Het is
al te goedkoop, gelpk sommige histo
rieschrijvers hebbèb gedaan, zich af te
maken van dit getwist met insinuaties
als zou het by de mensen van de dioce
sane bonden of bij de mensen van de
toenmalige vakbonden vrpwel uitslui-
Een woud van boortorens zoals heden ten dage te vinden is in tal van Amerikaanse staten, evenals in het Midden-
Oosten, de tropische eilanden tussen Azië en Australië, Roemenië en Rusland. In niets gelijken deze reuzen meer op
het houten windasje, waar „kolonel" Drake mee werkte.
tend zijn gegaan om de macht en om
competentievragen. Van figuren uit
het verleden als Poels, Hermans en
van Schaik, als van Rpzewijk en C. J.
Kuiper, mag men eenvoudig niet aan
nemen, dat kleinmènselijke motieven
dryfveren van hun handelingen wa
ren. Het heeft zin en betekenis na te
gaan, waaróm goede vrienden vaak als
fel vechtende vijanden tegenover 0 el
kaar kwamen te staan, wanneer het over
de vraag van de organisatievorm ging.
En daarby mogen we voorbyzien
aan de ook wel eens gestelde kwestie:
wat was het er eerst: de vakbeweging
of de standsorganisatie? D.w.z. deze
vraag heeft wei zin in het algemeen,
maar we mogen verwaarlozen, of
het timmerlieden gilde van Vaals van
I860 of de Bonifaciusvereniging in Bols-
ward mogen worden gezien als werke
lijke voorlopers van de vakbeweging of
van de standsorganisatie.
Voor ons is èen van de meest be-
langryke zaken, dat er rond het ont
staan van de moderne arbeidersbewe
ging allereerst sprake was van een toe
nemende beweging onder de arbeiders.
Een geweging, een gewogenheid des
harten, die geen vorm kon Of wettelijk
zelfs mocht vinden in verenigingen of
of bonden, maar die er was, voelbaar
en tastbaar voor de verantwoordeiyken,
die meer van het laven wilden weten
dan de toenemende kansen in nieuwe
industriële vestigingen. Een bewogen
heid, die ook zonder organisatie vroeg
of laat tot hervorming van de maat-
schappeiyke verhoudingen zou hebben
geleid. Wy voor ons menen, dat de or
ganisaties. welke later ontststonden,
veeleer de beddingen zyn geworden,
waarin die bewogenheid is geleid, de
rustige, gekanaliseerde rivieren, die de
wilde bergstromen moesten opvangen
en die moesten voeren naar een stuw
meer en een stuwdam de centrales)
die werkelpke krachtstations werden
voor een goed geordend maatschappp-
beeld.
Later, eerst veel later is men die
bewogenheid een naam gaan geven.
We waren al een behooriyk eind in de
ze eeuw, toen Poels en Hermans het
begrip standsorganisatie introduceer
den. Daarvoor evenwel hadden pries
ters en katholieke leken begrepen, wat
er leefde onder het volk. Het is uiterst
riskant hierbij te stellen, dat het figu
ren als Ariëns en Schaepman en zove
le anderen daarby niet op de eerste
plaats en zeker nooit uitsluitend is ge
gaan om de materiële moeiiykheden
van de mens uit de tweede helft van de
19e eeuw. Het is riskant om dit te' stel
len, omdat men ons historisch kan te
genwerpen, dat Ariëns reeds een jaar j
nadat hp zjjn eerste algemene arbei- j
dersverèniging had gesticht voor de
noodzaak werd geplaatst door middel
van een, overigens mislukte, staking,
positieverbetering voor de arbeiders
af te dwingen. Men kan zich trouwens
geen enkele sociaal-culturele arbeid zon
der materiële inhoud denken. Dat Ari
ëns dat ook heel scherp inzag getuigde
een spreker aan zpn ïykbaar: „Hy,
Ariëns, wist dat niet te redenerên alt
met mensen, die gebukt gaan onder de
broodvraag." Met dit alles willen we
slechts betogen, dat ook in een moder
ne vakbeweging de algeméne bewogen
heid basis is en blpft vóór het wërk.
Ook al is dat werk nog zo gespeciali
seerd op bedryfsverhoudingen, bezits
vorming en medezeggenschap, winst
deling en goede menselijke verhoudin
gen. Hèt is van de allergrootste bete
kenis na te gaan. of deze algemene
bewogenheid, zy het dan uiteraard in
een gewyzigde vorm, ook niet in het
midden van de 20e eeuw nog volledig
is. Daarmee is dan niets gezegd over
namen van organisaties, zeker niet
over vormen .over diocesane of lande-
lüke verbanden. Hiermee is wei be
toogd, dat èen bewging, die de mens
niet meer centraal zou stellen maar
hem vrijwel uitsluitend zou zien'als be-
drpfsgenoot, die niet meer de aandacht
schenkt aan onderwys en huisvesting,
aan gezondheidszorg en cultuur, zoals
dat in het verleden op een voor die
tijd geeigende wpze geschiedde, bezig
is zichzelf te verengen tot een belan
genorganisatie op een zeer beperkt ge
bied.
Moge de komende lustrumviering, die
naar we menen te weten niet ai te
spectaculair is opgezet, een werkelpke
bezinning worden op de gemoderni
seerde taak en moge ze een visie ope
nen voor het geheel van de menselij
ke verhoudingen voor de komende pe
riode.
Advertentie
Treinconducteur en smid legden
basis voor wereldolie-industrie
is dat zich nog voor 325 miljard
vaten aan Olie in de grond be
vindt. Daarnaast houdt men reke
ning met mogeipke reserves van 882
miljard vaten 'onder het aardopper
vlak en van 200 miljard in de zee
bodem.
Hoewel heden ten dage nog steeds
voor ieder vat olie dat uit de grond
wordt gehaald, tezelfdeftpd er meer dan
één wordt ontdekt zal er toch eens een
tüd komen, waarin wp meer Olie no
dig hebben dan de aarde ons zal kun
nen verschaffen. Maar ofschoon aard
olie op het ogenblik de voornaamste
grondstof is van vloeibare brandstof
fen, is zp gelukkig niet de enige bron.
De koolwaterstoffen, waaruit aardolie
is opgebouwd kunnen eveneens uit
steenkool, aardgas, leisteenolie, zelfs
uit zaagsel en graanstengels worden
verkregen. Alleen al uit de aanwezige
steenkoolreserves kan men nog eeuwen
lang genoeg vloeibare brandstoffen pro
duceren, zonder dat het verbruik van
steenkool behoeft te verminderen.
Naast de energie uit aardolie, aard
gas, steenkool en waterkracht is thans
ook de atoomenergie vrpgemaakt. Na
tuurlijk zal de atoomkracht bp een
eventueel gebrek aan voldoende olie
Een van de modernste olieraffinaderijen, kosten 160 miljoen gulden, waar de
aardolie wordt gedistilleerd en „gekraakt". Alle grote raffinaderijen zijn tegen
woordig in hoge mate gemechaniseerd, waarbij ook weer tal van aardoiieprö
dukten gebruikt worden.
als zeer goed vervangingsmiddel kun
nen optreden, maar voor een concurren
tie voor de olie behoeft men niet be
vreesd te ziin. Over het algemeen kan
gezegd worden, dat tenzij zich op het
gebied van transport, verwarming of
produktie van atoomenergie een revo
lutionaire omwenteling zou voordoen
de atoomkracht niet de vraag naar olie,
\naar naar steenkool zal beïnvloeden.
J. WALTA
Gegevens ontleend aan „De Esso-
bron" en „Tot fossiel geworden zon
licht", uitgaven van Esso Nederland
N.V., „vVorld Oil", uitgave van de Fi
nancial Times, het Mpnbouwkundig
jaarboek 1958-1959 èn publikaties van
de Bataafse Internationale Petroleum
Mij. N.V. n.a.v. hel honderdjarig be
staan van de petroleumindustrie.