GEEN CARMEN, MAAR EEN HARD PLOETERENDE SLOOF DE SPAANSE VROUW is anders dan de legende wil beroep, een miljoen vrouwen met een dienstmeisjes £eifhen San balm a In zelfbedieningszaak voelt de huisvrouw zich vrijer Zij wil niets aangesmeerd krijgen Thans reeds 1100 selfservicewinkels I Lingerie van dubbele nylon B V' Zorgen, terwijl de man luiert Europese vrouw is de hardst werkende vrouw ter wereld Kiezen uit 92 soorten stoelen WEMEF Geen spanning voor de toonbank Parijse wasvrouwen kregen vroeger lijfstraf voor wassen in de Seine Op anderhalf miljoen Goed Wonen lef BABY ZEPHYR In één nacht Uw handen gaaf en zacht Het schaap holt er achteraan Tricotage met Franse charme Verkrijgbaar in de betere zaken. Nes 23-25 Amsterdam-C. Vraag gratis folder! Nederlandse katoen in Parijs getoond ■{j, kerkelijkheid ploetert ze hard en verkoopt tussendoor wat produkten uit haar tuintje. De nièt-Spanjaard ziet haar als een Carmen. (Van onze correspondent in Spanje) y tatistieken zijn altijd en waar ook ter wereld interessant. Dat blijven zij, kj ook wanneer zij in hoge mate onvolledig zijn. Sterker, wat statistici niet n onthullen, is dikwijls belangrijker dan wat zij wel hebben gerangschikt. tip0171 het zeer leerzaam na te gaan, wat het Spaanse Bureau voor de statis- ek heeft op te merken over bijvoorbeeld de Spaanse vrouw. Het onbedrukte deel 0a^ de bladzijden vol cijfers leert, hoe paradoxaal het ook moge klinken, meer i"Br dg Spaanse dan de reeksen vol percentages en aantallen. Het is in feite tphst onmogelijk om ook maar iets over het fenomeen Spaanse Vrouw in sta- bftieken vast te leggen. Welzeker, men kan tellen hoeveel vrouwen er zijn hinen de Spaanse grenzen. Maar dat zegt weinig. Men kan vaststellen hoevelen J bepaalde beroepen uitoefenen. Dat zou iets meer zeggen, indien het slechts algelijk xvas na te gaan welk beroep door welke Spaanse vrouw wordt uitge ef end. Zij doet namelijk alles. Zij verzorgt niet alleen haar huis, maar doet ook e! werk van haar man, Eli terwijl hij zijn roes of vermoeidheid ligt uit te slapen, jja"t zij elders op karwei om wat schamele pesetas te verdienen met het schrob- „eh vari vloeren, het rooien van aardappelen of het plukken van druiven. Zij i°°ft en lijdt, ploetert en zorgt en bindt daarmee de staat die door hun mannen 2 9emaakt tot een maatschappij. De betekenis en waarde hiervan is met geen akeie statistiek te onderstrepen. 0 ^at de statistieken dus wel kunnen i^hulien is, dat er per 1 juli.van dit 29.784.019 Spanjaarden bestonden. zÜn er 14,5 miljoen meer dan een saüvv geleden, toen in 1857 voor het een officiële volkstelling werd ge iden. De vrouwen zijn ook in Span- h 'n de meerderheid. Zij overtreffen ■O aantal mannen met ruim een mil- v» De statistieken nemen aan dat w* die uitgebreide vrouwelijke bevol- K1? slechts anderhalf miljoen werkt. °p de tien Spaanse vrouwen oefent lip11 geregistreerd beroep uit. De ande- t6, hegen werken onofficieel en dat be- ®nt dat zij veel harder zwoegen en jouwen dan de in de bevolkingsboek- ty.hding ondergebrachte kantoor- en jJ^kelmeisjes, de dienstertjes en de fa- v 'eksarbeidsters. Bij de mannen, zo fl®«elt de statistiek, ligt het geheel an- wrs. Van de 14,5 miljoen Spanjaarden k .'ton er tien miljoen. De rest is ofwel tj ,i°ng om te werken, ofwel luiert, be- ,le h, zwerft, of zit zijn laatste donkere Va hsjaren uit aan de haard van een v! zÜn kinderen. ■■tty .h de werkende vrouwen verdient 6e-derden haar brood als gediensti- <U' Ben miljoen dienstmeisjes telt liii te en dat moet voor de noorder- jp\8 een fantastisch aantal zijn. Een- tpQer die in Spanje meent aanspraak Va boeten maken op iets meer respect zijn buurtgenoten, huurt een dienst- •>b ste voor weinig meer daneen hon- fj6!'loon. Voor dertig tot veertig gulden de maand heeft men er een, com- e®t in uniform de hele dag in huis. zijn voornamelijk meisjes die uit de >K °viocie naar de grote steden trekken. w,.°°r familieleden, die reeds eerder de a °te stap gezet hebben, worden zij dan rt^h een dienst geholpen. De Spanjaar- 'ï,h zijn over hét algemeen goed voor personeel, al is de afstand die zij of^aren groot. In feite wordt de parti- rtjjdere dienst hoger aangeslagen dan arbeid in de fabriek, vitet is er dan waarschijnlijk de reden w°or dat slechts 500.000 Spaanse vrou- in de industrie werken, voorname- in de textielnijverheid, van oudsher Werkplaats voor vrouwen. De reli- fflhze orden en congregaties tellen •Ooo vrouwen in Spanje. Tot zover de statistieken. Landar beid, zo wordt nog officieel verklaard, 'a geen vrouwelijk beroep en wordt biet geteld. Bovendien draagt de landarbeid in Spanje te veel een fami- hair karakter. Evenwel verrichten 'biljoenen Spaanse vrouwen zwaarde- fe arbeid op het onvruchtbare dorre }&nd dan menige noordelijke land- houwer in volle oogsttijd. Voor dag 1 ?n dauw trekken zij er met het ge hele gezin op uit om te wroeten en Ploeteren in de harde grond, om de ?chapen te hoeden, de geiten te mel den, het vee te weiden, druiven te P'ukken, graan te oogsten, groenvoer 'R zoeken voo» de een of andere foharminkelige koe die in een donker krot- staat te kreperen, aardappelen rooien oüjver te nlukken of om de Produkten va een kommervolle Advertentie de zachtste voor uw kleine schat een andere vrouw is nog wei te vinden, maar men heeft maar één moeder. In de simplistische Spaanse uitdrukkings wijze, is dit een loflied. Vrouw en moe der zijn voor de Spanjaard twee ver schillende grootheden. Voor de groot- Advertentie groententuin op de markt af te zet ten. Ook dat is werk, maar volgens de statistieker behoort hot tot de huishoudelijke bezigheden van alle vrouwen die buiten de grote Spaan se steden wonen. Er is. vooral gedurende de laatste eeuw, enorm veel geschreven over het fenomeen, „De Spaanse Vrouw". Se dert Prosper Merimée „Carmen" schreef, door Georges Bizet ais libret to voor zijn warmbloedige opera ge bruikt, is de taal, waarin de Spaanse vrouw werd getekend steeds driester, mysterieuzer en ook fataler geworden. Helaas, deze Carmen vindt men in Spanje niet meer. Haar kleinkinderen plegen geen overvallen meer op rijke toeristen en buitenlandse handelaars, maar staan bedelend aan de terrasjes en op de parkeerplaatsen. Haar grotten en holen zijn het kermisachtige décor geworden voor het lawaaierige circus, waarin zij hun eeuwenoude muziek ver krachten. Toch beheerst deze Carmen ook nu nog het beeld dat de niet-Spanjaard van de Spaanse vrouw heeft. Hij wordt in de ze illusie gesterkt door reclameplaten en foto's in toeristische folders. Evenwel onthullen deze prenten evenveel van de Spaanse vrouw als de afbeelding van een Staphorster boerin dat doet van 1 een Nederlandse huismoeder. Toch blijft „Carmen" in de verbeelding le ven. Naar haar voorbeeld zijn de Spaan se vrouwen allen hartstochtelijk, onge nadig; ontrouw, onbestendig als bet weer, wreed, maar mooi, ogenschijnlijk ongenaakbaar, bezield door een monu mentale trots, die straalt uit hun grote zwarte'ogen, die zo zwart zijn dat zij de duistere roerselen van de ziel niet kunnen onthullen En wat daar leeft ho maar! Het beeld is verwrongen en mislei dend. De Carmens uit de eeuw van Prosper Merimée leefden in een tijd waarin steden als Sevilla en Cordoba vrijwel afgesloten gemeenschappen waren, met daar tussenin de jungle, het tehuis voor vrijgevochtenen, ro vers en romantische moordenaars naar het model van negentiende eeuw- se schrijvers. Zo ontrouw in die pe riode een romantische bevlieging ge noemd werd, 'et deze nu gewone prostitutie, van een schandelijk soort. De enorme verbreidheid van de pros titutie is een van de schandvlekken op Spanje. De oorzaken hiervoor zijn velerlei. Een van de eerste is de ar moede, die naarmate de maatschappij meer en meer materialistisch wordt ingesteld, steeds schrijnender wordt. Hoe hard een naar de stad getrokken dorpelinge ook zal werken, zjj zal nooit meer kunnen verdienen dan een schamel zakgeld dat ten enenmale onvoldoende is om ook maar enigs zins te kunnen voldoen aan de hunke ringen die een steedse winkelstraat oproept. Daarnaast is de Spaanse vrouw bepaald onbeschaamder dan haar Westeuropese zusters De be deesdheid die haar in de vele toeristi sche uitgaven wordt toegedicht, is evenzeer onwaar als de hartstocht van-de-affiches. Men hoeft een Spaans strand slechts te bezoeken om te ervaren dat die bedeesdheid weinig meer is dan een ergerlijke preuts heid als gevolg van een antieke op voedingsmethode en van dwang. Naast dit alles speelt de vrouw een overheersende rc in het Spaanse leven. Zij is naast de zorgeloosheid van de man het immei zorgmde element, zij is het waarljji't bindmiddel van' de maatschappij. Zit houdt de gezinnen bij een. Niet voor niets zegt de Spanjaard dat hij, wanneer hij voor de keuze ge steld zou worden, eerst zijn moeder zou redden en pas daarna zijn vrouw. Want heid Vrouw heeft hij, ondanks zijn spreekwoordelijke ridderlijkheid niet zo heel veel respect. Voor de grootheid Moeder des te meer. De moeders hou den het Spaanse leven bij elkaar. Haar grootheid valt met geen statisitiek te il lustreren. We moeten tegenwoordig zoveel, van de producenten. We moeten al meer melk drinken, nu moeten we ook meer wol gaan dragen. Drieën dertig Nederlandse fabrikanten van wollen stoffen gaan een actie begin nen tegen wat zij noemen de „oneven redig grote belangstelling voor de kunstvezel," dus vóór de wol. Intus sen doen ze alles om hun produkt te perfectioneren en dat is heel ver standig. Want uiteindelijk kiest de koper of koopster toch wat hem het best bevalt. Men gaat wol dus ook plooivajst. krimpvrij, kreukvrij en kookbestendig maken.Arm schaap, dat met zijn volmaakte vacht zo achter de grenzeloze vervolmaking aan moet rennen. Advertentie m 9? de nieuwe catalogus van „Goed Wonen" staan tweeënnegentig verschillende soorten stoelen en fauteuils afgebeeld, en dat nu nauw keurige selectie. Inderdaad, de pro- duktie van moderne meubelen is bijna benauwend en bij de „veelheid en verwarrende verscheidenheid" is het voor de koper van een nieuw meubelstuk, de consument zoals hij tegenwoordig heet, een rustig gevoel, dat deze catalogus hem in staat stelt', eerst thuis op zijn gemak zich eens objectief te oriënteren. Het is de eerste maal, dat de distribuanten- vereniging „Goed Wotien" een extra nummer van het maandblad van dezelfde naam tot meubel-catalogus heeft ingericht. Men vindt er een overzicht in van bergmeubelen, van wand- en stellingmeubelen, tafels, stoelen, fauteuils, lampen en arma turen, in totaal driehonderd afbeel dingen met vermelding van ontwer per, fabrikant, prijs en afmetingen, kleur en materiaal. Een objectieve en bruikbare documentatie dus. Zoals men weet, bevordert de on afhankelijke stichting Goed Wonen" de wooncultuur in Nederland, dus van een huisinrichting waarin men zich, naar zijn aard en omstandigheden, t huisvoelt, zonder kitsch naar de ouderwetse noch naar de moderne kant! De stichting wil alleen maar schakel zijn tussen het soekend publiek en de bij hun streven aangesloten fabrikanten. Zij doet dit onder meer door een toonzaal en adviesbureau aan het Rokin in Am sterdam en door de uitgave van een maandblad, ditmaal dus een catalo gus. Wie staat voor een verhuizing of zo maar de aanschaf van 'n nieuwe bank of 'n nieuwe lamp of wandmetibel, of wie zich alleen maar wil oriënteren op langere termijn, vindt in dit in formatieve boek een bruikbaar over zicht om al wensdromend door te bladeren. En aangezien de prijzen er naast staan, is het meteen bekeken en uitgerekend of de illusie realiteit kan worden. Advertentie T Juisjapon, peignoir, die tegen- f~Ê xvoordig duster heet, en mantel *- gaan steeds meer op elkaar lij ken als we in dit makkelijke, „casual" zeggen de Engelsen, genre blijven. Van pluizige gele jersey is dit kle dingstuk, met ruime zakken en met drie bovenknopen gesloten. Behaag lijk tegen de najaarskou, zo'n „pak" om des avonds te dragen als men thuis blijft. Om zich mee te troosten dat de zomer nu echt voorbij is'. Vorige week heeft een Enschedese textielfabrikant het gewaagd in de Sa lon de l'Orangerie in Parijs, voor pers en confectionnairs nieuwe katoenen voorjaarsstoffen te tonen. De show duurde een uur, er waren vijf Neder landse mannequins. Vele malen werd er warm geapplaudisseerd. Zal ik of zal ik niet.... De koopster kan aarzelen en haar eigen tempo bepalen. n de tijd, dat onze grootmoeder in de kruidenierswinkel binnenstapte door de deur, waaraan een bel ge bonden was, die „tingeling" deed als hij geopend werd, en ze een zakje grutjes vroeg, dat omstandig werd uitgewogen, bestond er nog helemaal niets dat leek op „Huishoudelijke Voorlichting", op een Huishoudraad of op een leerstoel in de Huishoudkunde. Maar desondanks was de huisvrouw veel zekerder. Zó had zij het van haar moeder geleerd en die had het weer van h'iar moeder en zó was het en niet anders. Dat de huisvrouw van nu temidden van de ra zendsnelle ontwikkeling en de grote verscheidenheid van produkten, dc ve le reclame-aanbiedingen en de vele ad vertenties om de warenhuizen niet te vergeten, onzekerder is, werd deze week, tijdens het congres van zelfbedie- ningsbedrijven in Utrecht, geconsta teerd door mevrouw dr. Mary Zelden- rust-Noordanus, psychologe, die enkele jaren geleden gepromoveerd is op een proefschrift over de psychologische achtergronden van de woninginrichting. Die onzekerheid baseerde zij op het feit, dat de vrouw andere dingen van zichzelf verwacht dan vroeger en daar enboven minder goed weet, wat zij kan en mag verwachten, zowel van zichzelf als van de produkten, die ze om zich heen ziet. Daaruit concludeerde zij dan mede, als inleidster op het congres, het steeds stijgende belang van de recla me, die de vrouw wegwijs moet maken. Reclame in de meest brede zin, dus die de artikelen hun gezicht geeft, ver pakking die daartoe bijdraagt en aan gepaste verkoopmethoden. Als directri ce van het Instituut voor Psychologisch Markt- en Motievenonderzoek te Rot terdam, heeft zij een klein oriënterend onderzoek doen verrichten onder ko pende huisvrouwen. In Amerika is men ons op dit gebied reeds ver vooruit, zo als iedereen weet, die het opzienbaren de boek „De verborgen Verleiders" heeft gelezen, een analyse van de on- (Van onze medewerkster in Parijs) ehalve voor de luxe lingerie heeft het nylon de zijde verdrongen, ja zelfs het eenvoudige jersey en het eerzame katoen. Vooral sinds het min der doorzichtig is, nu twee lagen op el kaar worden gelegd. Meestal nemen de „lingers" ze in dezelfde tint, maar het is hun niet ontgaan, dat door wit op een kleur te leggen men bijzonder mooie halftinten kan bereiken. Nieuwer is nog het „voile tergal" met nylon dat deze winter succes belooft te hebben bij de koukleumen, want het zit niet zo kil als nylon. Ondanks alle kleuren die beurt om beurt gelanceerd worden blijft het zalm kleurige rose nog het meest gevraagd. Zelfs het wit heeft het niet kunnen ver dringen. Toch werd eeuwenlang alleen wit. ondergoed gedragen. Het meeste in trek waren ragdun batist, fijn zacht lin nen en zijde. Wie het maar even bekos tigen kon zal nooit katoen gedragen heb ben. Tot in het begin dezer eeuw dacht men er zo over. Dat ondergoed was bo vendien beladen met kant. strikjes, tus- senzetsels, fijne plooitjes en borduursel. Volgens de mode van 1900 moesten hem den, nachtponnen, lijfjes zoveel mogelijk versierd worden. Het was dan ook toentertijd een heel ingewikkeld werk, om een nachthemd te strijken. Dat geschiedde maar niet een, twee drie... Alle fijne plooitjes moesten eerst netjes plat gelegd en de kant keu rig in de vorm uitgespreid worden. Het strijken van zo'n kledingstuk duurde dan ook wel een half uur. Het nylon, dat niet meer gestreken hoeft te worden, bespaart de huisvrouw dan ook enorm veel tijd en moeite. Men heeft uitgerekend, dat het geregeld strijken van een enkel nacht hemd vierentwintig uur per jaar vergt... Het wassen van nylonlingerie kost bovendien weinig moeite. Er komt in het geheel geen omhaal bij te pas, want men wast het in de regel in de wasbak uit. In vroeger jaren was een „grote" was een ontzettende onderne ming. Vooral in de tijd, toen er nog geen waterleiding bestond en het water in bakken naar de appartementen moest worden gedragen. In Parfjs waren de wasvrouwen daar om genoodzaakt het linnen in de Seine te wassen en dat heeft eeuwenlang heel hielp echter ook niet en ten langen leste gaf de politie het op. Geruime tijd werd het wassen in de Seine dan ook ooglui kend toegelaten, tot om er een eind aan te maken de „bateaux lavoirs" werden ingesteld. Deze overdekte wasplaatsen hadden ai evenmin succes. Ze werden wel makkelijk gevonden, maar de was vrouwen moesten vier stuivers betalen voor een plaats en een tobbe en dat was haar al te kras. „Het is een schandaal om voor het gebruik van het water van de Goede God vier stuivers bewuste invloeden bij de kopende man of vrouw. Overigens een bron van te genspraak! In ons land doet men aan dit al les nog weinig, maar door genoemd instituut is dus een aantal huisvrou wen ondervraagd over hun voorkeur voor toonbankzaak of zelfbedienings zaak. Uit dat onderzoek is naar vo ren gekomen, dat, de kopende vrouw zich in de zelfbedieningszaak „vrijer" voelt. Inderdaad is het contact tus sen klant en winkelier er radicaal an ders. In de zelfbedieningszaak is de winkelier meer adviseur. Men krijgt niets „aangesmeerd", iets waaraan de huisvrouw blijkbaar grondig het land heeft. Van de andere kant is de autoriteit van de winkelier in de toon bankzaak een beveiliging tegen im puls-aankopen. De impuls-aankoop ligt in de zelfbe dieningszaken ook hoger, want vanzelf sprekend is. De huisvrouw is er voort durend in de „reclame-situatie", waar in zij realiseert wat ze allemaal nodig heeft omdat ze het voor zich ziet en het haar geboden wordt. Maar omdat ze vrij is en haar eigen tempo kan be palen, wordt de impuls ook weer be heerst. Ze kan impulsief een grote fles mayonaise nemen om eens een huza- renslaatjp te maken. (Ze ziet zich al bezig). Maar bedenkt dan. dat er nog genoeg kliekjes staan en dat haar oud ste er helemaal niet van houdt en ze zet de pot even snel weer terug. Belangrijk is, dat de koopster zich thuis voelt in. de winkel. Dat is duide lijk gebleken. Ook in de zelfbediening moet ze zich thuis kunnen voelen. Daarbij speelt de ruimte een rol, open of gesloten, eenrichtingsverkeer of ver keer in meerdere richtingen. Iets heel merkwaardigs is, dat de verhouding tussen de klanten onderling anders is bjj de toonbankzaak dan in de zelfbe dieningszaak. Bij de toonbankzaak moet men wachten op de voorgangster(s). Vooral als ze zeuren en werkende vrouwen, die altijd haast hebben als ze boodschappen doen, kunnen dat hele maal niet hebben ontstaat er een onderlinge gespannenheid. Staat er ook nog een hele reeks klanten achter de gene, die aan de beurt is, dan voelt ze zich gegeneerd als ze iets vraagt wat veel tijd kost, bijvoorbeeld een paar ons dun gesneden kaas of iets dergelijks. Maar in de zelfbediening hindert men elkaar niet en daardoor valt die ge spannenheid weg. Wellicht kan die sfeerverandering, zo merkt mevrouw Zeldenrust op, in de zelfbedieningszaak een tegenwicht vormen tegen het on persoonlijke. Dat wachten op de beurt in de toon bankzaak, wat iedereen vervelend vindt, zeker de haast-huisvrouw die een babysit heeft en net even weg kan, ziet de heer F. H. v. d. Werft, directeur van zelfbedieningsbedrijven in Groningen, als een der vier fac toren, die de huisvrouw er toe bren gen in de zelf-service te kopen. Wach ten op klaarmaken en inpakken is vervelenjj. Eén tweede rnotief door deze spreker in zijn betoog over de fedragingen van de huisvrouw in de .B.-winkel genoemd, is het feit, dat ze er als volwassen wordt beschouwd en niet hoeft te wachten tot het ver langde haar wordt overgereikt. Voorts wil ze niet graag dat anderen weten of ze roomboter eet maar goed kope thee drinkt. En tenslotte acht deze deskundige de prijsstelling van doorslaggevend belang. Neen, volgens hem speelt de tijdbesparing geen gro te rol. Misschien wel voor de haasti ge koopster, die meer fourageert dan winkelt en die in de ochtend In een record-tempo haar lijstje komt afwer ken. Maar toch niet voor de huis vrouw die in de middaguren komt, haar tijd neemt en ook wat gezellig heid zoekt. Wat die gezelligheid betreft, acht de ze kenner van de koopsters-mentaliteit het wel van nut, dat er in de winkel een muziekje is, zoals men dat thuis ook gewend is. waar het gros van de gezinnen immers de radio ook de hele dag aan heeft. Het lijkt ons, dat zulks naar de streek en de stijl van de zaak verschillend is. Deze verkoper gaat zelfs zo ver in zijn bewering dat de huisvrouw er van houdt als er vertier, sensatie is, als er eens „iets gebeurt," zoals hijvoorbeeld op de markt waar grote levendigheid pleegt te heersen, dat het gunstig is als er eens een sta pel blikjes omrolt! Of als een verloren kind met een huilstemmetje door de winkelmicrofoon naar zijn moeder mag vragen, wat een sfeer van algehele ver tedering geeft. Ja. het stelen en het gappen. Dat wordt in de zelfbediening zeer in de hand gewerkt door het onpersoonlijke. „Het is toch van niemand". Er schijnt echter minder gestolen te worden uit werkelijke behoefte dan wel uit sensa tie of uit een zeer misplaatste „sport". Omdat er zoveel is en de veelheid op sommige mensen een magische dwang uitoefent tot 'wegnemen. Geconstateerd is dat vrouwen tussen de 40 en de 50 het meest op diefstal worden betrapt. Overigens zijn er met dat stelen geen geringe bedragen gemoeid. Vorig jaar js bekendgemaakt, dat er ongeveer honderd en vijftig duizend diefstal len in zelfbedieningswinkels zijn ge pleegd, waar een slordige 600.000 mee gemoeid was. Maar intussen groeit het aantal zelf- servicezaken met de week. Er zijn er op het ogenblik elfhonderd, voor de ver koop van levensmiddelen. En dat ter wijl er in 1952 nog maar zestien waren. A. Bgl wat geharrewar met dc politie gegeven. Deze toch wees haar bepaalde plaatsen daarvoor aan, maar de vrouwen wilden wassen aan de oever waar ze het dichtst bij woonden en stoorden zich niet aan het verbod. Zo was het zomers verboden tussen de Place Maubert en de Pont Neuf in de Seine te wassen, daar dat gedeelte van de Seine als zwembad door de Parijzenaars werd gebruikt. En als de wasvrouwen er haar linnen in uit spoelden kreee het water een loodkleur en zag er allesbehalve smakelijk uit. Maar vermaningen noch verordeningen mochten baten, zelfs niet die, waarin het besluit van de politie bekend ge maakt werd, dat tot lijfstraf zou wor den overgegaan. Menig wasvrouwtje werd door de beul over de knie gelegd en kreeg een stevig pak slaag. Dit te vragen", zeiden ze en de verontwaar diging was zo groot, dat zij tie zaak voor de rechtbank brachten. De was vrouwen wonnen het proces en die over winning werd luisterrijk gevierd met een prachtig vuurwerk op de Seine Nu de grote was machinaal wordt ge daan en de weinige lingerie, die de vrou wen nog dragen, in de wasbak wordt gereinigd, lijkt het haast ondenkbaar, dat het wassen een netelig vraagstuk is geweest, waarmee de politie zich het hoofd brak en waaraan de beul te pas kwam. Zelfs de „bateaux lavoirs" zijn uit de tijd en waren nog net goed om als onderwerp te dienen bij de Frères Jacques voor een van hun bekendste liedjes. DINY K.-W. roeger, toen er minder mensen waren, toen men niet zo lang bleef leven toen de huizen groter waren, woonde men veel minder strikt in uitsluitend gezinsver band. Er waren meer familieleden in huis dan alleen de ouders en kinderen. Er woonde een grootmoeder in of al lebei de grootouders, een ongetrouwde tante of een nicht of een zuster. Maar dat komt niet meer voor. Tegenwoor dig heeft elke alleenstaande vrouw een beroep en zij woont op zichzelf. En ve le ouders gaan, als de kinderen het huis uit zijn en ze hoeven hen geen „nest" meer te geven, in een verzor gingsflat. Met dat al is het er voor de huisvrouw niet makkelijker op gewor den, want nu is zij altijd de enige vrouw in huis. Ze kan geen enkele werkzaamheid meer delen of op een ander afschuiven. Als ze even uit wil, moet er een babysit zijn. En ais ze kleine handenbindertjes thuis heeft is dat een zware belasting. De vrouw met weinig hulp staat voor alles alleen. En de huisvrouw met jonge kinderen is de hardst wer kende mens ter wereld, is de conclu sie van iemand, die veel van de we reld heeft gezien. De uitspraak is van een Nederlander, die in de V.S. woont en daar is veramerikaanst en die veel in Azië heeft gereisd. Is daar nu heus niets aan te doen. dat jonge huisvrouwen er onderdoor gaan omdat ze alles in huis vrijwel alleen moeten doen. koken, het huis schoon houden, de was, de kinderen verzorgen en 'boodschappen doen, verjaardagen tot feestjes maken en ook nog aan het gemeenschapsleven deelnemen? Op zijn zachtst gezegd dus een „dubbele taak Hel maandblad „De vrouw en haar Huis", die deze kwestie opwerpt, neemt het op voor de overbelaste jon ge huisvrouw en verzoekt alle lezers en lezeressen mee te willen helpen den ken om een suggestie aan de hand te doen voor een oplossing. Of althans een suggestie, die kan tegemoet komen aan het niipende probleem. Zou het helpen? Natuurlijk niet radi caal. Maar het is al goed en troostend voor degenen, die er zelf middenin zit ten, dat men eens met elkaar gaat na denken om tegen die misvorming in de samenleving iets te doen en de last enigszins te verdelen. Als men altijd alleen maar blijft constateren, dat het erg is, komt men zeker nooit verder.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1959 | | pagina 11