In_ nieuwe encycliek „Princeps Pastorum' Richtlijnen voor verspreiding van het Christendom in Azië en Afrika Paus Joannes wekt alle leken op hun broeders in de missie te helpen Oproep tot gebruikmaking van moderne technische middelen LANDBOUW-OVERLEG BIJ E.E.G. VLOT NIET ERG Blijvend rampenfonds voor agrarische risico's FLITSEN Staatssecretaris Calmeyer verkeerd voorgelicht Prof. dr. Gerard Bromt Kunstzinnig geleerde m m J® G* Sinterklaas: geknipt om te Over militaire oefening in de Rijn Peek&Cloppenburg iiMMMfR DE MYSTERIEUZE In het verkeer verongelukt Harmonie- en fanfare-concours A Belgische Congo niet langer missiegebied Nieuw klooster voor paters Franciscanen V B MAANDAG 30 NOVEMBER 1959 mmm Zelfheiliging Feestelijk licht... GOUDA kaarsen 1 Voorzitter L.T.B.-akkerbouwers „Madama Butterfly" In Venray Kruis van verdienste van het Rode Kruis rniimi'lUly - door JAN VAN CENT Drie doden en vele gewonden Geruchten tegengesproken Geen overname van Van Dorp door Bübrmann VATICAANSTAD, 28 nov. (K.N.P.) In de „Osservatore Romano" is van daag de tekst gepubliceerd van een nieuwe encycliek, de vierde die paus Joannes XXIII heelt geschreven. De encycliek draagt de naam .Princeps Pastorum" en behandelt het missiewerk. Aanleiding tot „Princeps Pastorum" is de veertigste verjaardag van het ver schijnen van de apostolische brief „Ma ximum Illud" van Benedictus XV. De nieuwe encycliek bestaat uit een inlei ding, vier hoofdstukken en een slotbe schouwing. Paus Joannes geeft in zijn brief be langrijke richtlijnen voor de versprei ding van het christendom onder de ont wakende volkeren van Azië en Afrika. De paus houdt zich ook uitvoerig bezig met de taak der leken voor de missie. Hij spreekt daarbij veel behartigens waardige woorden, die behalve voor de missie-gebieden ook voor de van ouds her christelijke gebieden van grote be tekenis zijn. Het eerste deel van de encycliek be vat onder de titel „De hiërarchie en de plaatselijke geestelijkheid" een be vestiging zowel als een vernieuwing der vroegere voorschriften der pausen voor de missionarissen. Speciaal herhaalt Paus Joannes XXIII de aansporing van Benedictus XV tot vorming van de in heemse clerus. Hij onderstreept, dat, of schoon de eerste Aziatische bisschop pas in 1923 en de eerste Afrikaanse bisschop pas in 1939 werden gewijd, thans reeds 68 Aziaten en 25 Afrika ners bisschop zijn. Tussen 1918 en 1957 is het aantal inheemse geestelijken in Azië gestegen van 919 tot 5.553 en in Afrika van 90 tot 1811 priesters. In deze cijfers zijn niet de landen onder communistisch bewind meegerekend, hetgeen vooral voor China een aanzien lijke verhoging zou meebrengen. Het is ongetwijfeld geen toeval, dat de publi- katie van deze encycliek samenvalt met de vestiging van zelfstandige kerkpro- Hl J»v Zaterdag zijn te Leende (N.-Br.) in het huwelijk getreden graaf F. Orssich de Slavetich en jonkvrouwe M. E. A. Lou don. Bij de plechtigheid waren o.a. de prinsessen Beatrix en Irene aanwezig. vincies in de Belgische Congo en Roe- anda-Oeroendi. Met aan aansporing tot broederlijke samenwerking tussen de missionarissen en de inheemse priesters sluit het eerste deel der encycliek. „Opleiding der plaatselijke geestelijk heid" is de titel van het tweede hoofd stuk. Hierin noemt de paus als allerbe langrijkste onderdeel het streven naar de zelfheiliging ook bij de priesters uit Azië en Afrika. „De nieuwe inheemse clerus moet met de priesters uit de oudere bisdommen als het ware erom strijden om tot voorbeeld aan de gehele wereld te worden gesteld." De paus ver bindt daaraan de wens, dat van nu af aan de seminaristen in Azië en Afrika door hun eigen landgenoten worden on derricht, die natuurlijk moeten uitmun ten door verstand en deugd. De paus eist, dat de inheemse clerus een op leiding krijgt, welke rekening houdt met de verhoudingen in de missielanden en bij de seminaristen de zin voor verant woordelijkheid en initiatieven ontwikkelt opdat zij later alle opdrachten, ook de belangrijkste kunnen vervullen. Paus Joannes XXHI benadrukt, dat de in heemse clerus zo spoedig als dat mo gelijk is de leiding der diocesen in hun landen moet overnemen. Hij beklemtoont dan ook een evenredige intellectuele vorming, welke steeds rekening moet houden met plaatselijke waarden en vooral bij volkeren van oude en hoge cultuur met de tradities. Op deze wijze zal het ook mogelijk zijn te penetreren in de intellectuele kringen, zoals be roemde missionarissen als Matteo Ricci hebben gedaan. Pater Ricci leefde ja renlang als mandarijn aan het keizer lijk hof in Peking. De paus beveelt ook de oprich ting van katholieke culturele centra aan in de missielanden. Hij herinnert aan de aansporing van Pius XII tot steun aan de katholieke pers. Hij roept op om hierbij alle middelen der moderne techniek te gebruiken, want zo zegt de H. Vader de waarde van een gedrukte en geïllustreerde open bare mening is bekend. Paus Joannes geeft uitdrukking aan zijn grote ver trouwen in de inheemse priesters, dat deze zich in de strijd van hun broe ders om zelfstandigheid en het ver krijgen van de burgerlijke vrijheden, welke dikwijls gepaard gaat met ver schrikkelijke excessen, zullen voeden aan de universaliteit van de christe lijke godsdienst teneinde in staat te zijn bij te dragen tot het ware wel zijn der volkeren. Uitspraken, die ook gelden voor de van oudsher christelijke gebieden, be vinden zich in het derde en vierde deel van de encycliek. Het derde djel, ge titeld „De leken in de missie" begint met de constatering, dat reeds van het eerste begin van het Christendom af de medewerking der leken de bisschoppen en missionarissen in staat heeft ge steld om krachtdadig te werken onder de volkeren, zowel op godsdienstig als sociaal gebied. „Dit kan en moet ook in onze tijd worden gerealiseerd. De be hoeften zijn zelfs groter geworden, want de mensheid heeft zich vermenigvuldigd en ook de geestelijke behoeften zijn veel groter geworden." „De leken moeten een opleiding krijgen, welke hen in staat stelt tot volle rijpheid te raken en die plaatsen in te nemen, welke hun in de totale organisatie der Kerk toekomen." Wat de leken in de missiën aangaat, wijst Paus Joannes XXIII erop, dat het niet voldoende is hen te bekeren en te dopen; zij moeten er ook op voorbereid worden om ieder naar eigen vermogen hun verantwoordelijkheid in het leven en de toekomst der Kerk op zich te nemen. In het vierde deel der encycliek Advertentie HAARLEM, 30 nov. In zijn ope ningsrede tot de vandaag in Haarlem gehouden algemene vergadering van de vakgroep Akkerbouwers van de L.T.B., de katholieke land- en tuinbouwbond in de bisdommen Haarlem en Rotter dam, heeft de voorzitter, de heer H. A. Giessen, de mogelijkheid geopperd, dat een blijvend rampenfonds gevormd wordt voor risico's wegens abnormale weersomstandigheden. De bijdragen voor zo'n rampenfonds zouden dan als kostprijs-element moeten worden opge nomen. Over het algemeen heeft de landbouw in de beide Hollanden minder van de langdurige droogte te lijden ge had dan elders, hoewel er ook in het L.T.B.-gebied wel droogte-gevoelige gronden zijn. Voorzitter Giessen vroeg zich af of in verband met het risico van ab normale weersomstandigheden het landbouwbeleid en de garantie, die daarbij toegepast wordt wel voldoende aangepast zijn. In plaats van dat men een beroep moet doen op de weldadig heid van collega-agrariërs zou het ga- rantie-beleid eigenlijk zodanig moeten zijn, dat de boer zelf die risico's kon opvangen. Hij doelde daarbij ook op de kwestie van de inkomstenbelasting, die men over verschillende jaren geheven wil zien. Teleurstellend noemde de voorzitter het, dat het schijnbaar juist met de landbouw niet erg vlotten wil in het E.E.G.-overleg. Een belangrijke kwes tie voor de Nederlandse landbouw is het voergraanbeleid. Naast de poging tot samenwerking in de E.E.G. zijn ook een aantal andere landen bezig zich te groeperen: Engeland, de Scandinavi sche landen, Oostenrijk, Zwitserland en Portugal. De gevolgen voor de E.E.G. zijn niet te overzien. Enige vrees achtte voorzitter Giessen wel gerechtvaardigd, vooral voor Nederland als exportland. Ook het Landbouwschap is ernstig be zorgd en ziet in de voorkeur, welke De nemarken op de Engelse markt ver kregen heeft, een duidelijke bedreiging voor de uitvoer van een aantal van de Nederlandse uandbouwprodukten. Bin nen de Euromarkt zal daarvoor com pensatie moeten worden gezocht. In Duitsland liggen er in dit opzicht nog mogelijkheden, maar dan is het niet prettig te vernemen, dat West-Duits- land geen verandering zal brengen in de Deense export-positie. AMSTERDAM, 28 nov. Aan de voorstelling „Madama Butterfly" op 1 december door de Nederlandsche Opera zal de Italiaanse zangeres Anna Maria Marzaghi haar medewerking verlenen in de rol van Cio-Cio-San. De rol van Soezoeki zal worden vertolkt door Cora Canne Meijer. Dirigent is Arrigo Guar- nieri. „Richtlijnen voor het lekenapostolaat in de missie" bespreekt de H. Vader al lereerst de noodzakelijkheid van voor bereiding op het apostolaat. Hij wijst hierbij bijzonder op het werk der ca techisten en herinnert voorts aan de aansporing van Pius XII tot de leken in de missies om in de rijen der Katho lieke Actie actief met de kerkelijke hiërarchie in het apostolaat samen de werken. In verband hiermee kondigt Joannes XXIII aan, dat hij op de problemen der Katholieke Actie nog zal terugkomen. In zijn eerste encycliek heeft de paus dit ook vermeld. De paus wijst op de noodzaak van opleiding in katholieke scholen en in richtingen van apostolaat. Hij ver volgt: „De goede strijd wordt niet alleen in de binnenkamer van het ge weten of in de verborgenheid van het huis gestreden, maar ook in het open bare leven in al zijn verschijningsvor men. In alle landen doen zich op het ogenblik allerlei problemen voor, die men tracht op te lossen met zuiver menselijke hulpmiddelen en soms vol gens beginselen, die niet in overeen stemming zijn met de eisen van het christelijke geloof. Vele missiegebie den maken bovendien een ontwikke ling door van sociale, economische en politieke aard, welke van grote bete kenis is voor hun toekomst. In som mige landen is een oplossing moge lijk uit eigen krachten, maar in an dere landen moet men vrezen voor overijling en lichtvaardigheid en voor oplossingen, welke geen rekening hou den met de godsdienstige belangen van de individu en het volk of er soms zelfs geheel tegen indruisen. De katholieken mogen om hun eigen wel zijn en dat van de Kerk zulke pro blemen niet negeren en niet zolang wachten, totdat verkeerde oplossingen gevonden zijn. Integendeel zij moeten daadwerkelijk hun bijdrage tot de goe de oplossing geven, opdat niet nieu we hindernissen voor de verspreiding van het geloof worden opgeworpen." De H. Vader wijst voorts op de nood zakelijkheid, dat uit de christelijke ge meenschappen mannen opstaan, die hun leidende taak in het land weten te ver vullen. Tegelijk roept hij de internatio nale katholieke organisaties op tot broe derlijke hulpverlening aan het leken apostolaat in de missielanden. Hij spreekt de hoop nit, dat ook het voor beeld der seculiere instituten in de mis siën navolgers moge vinden. Hieraan verbindt hij voor de eerste maal in een pauselijke encycliek een oproep aan alle leken, die een vooraanstaande plaats innemen in werk en maatschap pij, om ernstig de mogelijkheden te overwegen hoe zij hun broeders in de missie kunnen helpen. Hun advies, hun ervaring, hun technische hulp kan een soms beslissende bijdrage zijn. De encycliek sluit met een oproep om zich te bekommeren om de katho lieke studenten uit Afrika en Azië, die naar Europa en Amerika komen om daar hun studies te doen en daarna naar hun vaderland terug te keren en daar leidende functies te gaan vervul len. Alle bisschoppen worden aange spoord deze studenten te beschermen tegen intellectuele en morele gevaren en hen op alle mogelijke manieren bij te staan. VATICAANSTAD, 28 nov. (KNP) Gelijktijdig met de publikatie van de missie-encycliek „Princeps Pastorum" van 28 november heeft Paus Joannes XXm de instelling van de kerkelijke hiërarchie in de Belgische Congo en Roeanda-Oeroendi bekend gemaakt, waardoor deze gebieden ophouden mis sie-gebieden te zijn. De instelling van de hiërarchie is gepaard gegaan met een geheel nieuwe indeling der kerkelijke ordinariaten. Voortaan bestaan de Bel gische Congo en Roeanda-Oeroendi uit acht kerkprovincies en acht metropoli- tane zetels, namelijk Leopoldstad, Eli- sabethstad (Katanga), Kabgai, Kitega, Coquihatwille, Stanleystad, Boekavoe en Loeloeaburg, welke tot dusver aposto lische vicariaten waren. De overige 28 vicariaten worden verheven tot bisdom men. Er blijven nog zeven apostolische prefecturen. Advertentie JONKER V - FOTO TOE STEL - ZEGT; (en._ om foto-artikelen te geven 0 Staatssecretaris Calmeyer heeft een hernieuwd antwoord gegeven op de schriftelijke vragen van het Twee de-Kamerlid Borst (CPN) in ver band met de opdracht aan vijftig militairen zich gekleed met uitrus ting in de Rijn te begeven. Dit antwoord is nodig geworden om dat, naar de staatssecretaris meedeelt, de hem aanvankelijk verstrekte in lichtingen hebben geleid tot een niet geheel juiste beantwoording der ge stelde vragen. De verantwoordelijkheid hiervoor heeft hij nader doen onder zoeken. Indien daartoe aanleiding be staat zal een en ander aan de eisen der krijgstucht worden getoetst. De heer Calmeyer wijst er in zijn nader antwoord op dat de gekozen rou te oorspronkelijk liep in de richting van het zichtbare deel van het kribbe- hoofd. Doordat de diepte van het wa ter over enkele meters vrij snel toe nam, kon de kracht van de stroom zich doen gelden en raakte een deel der militairen in voor hen te diep water. Een aantal van deze militairen was de zwemkunst niet machtig. De krib is niet omtrokken, hetgeen ook niet in de bedoeling lag van de commandant. Een aantal militairen is echter, toen zij de grond onder de voe ten kwijt geraakten, om de krib heen gedreven. Enigen van hen verdwenen hierbij een of meermalen onder water. Met het gevolg, dat om hulp geroepen werd en verwarring ontstond onder de genen, die zich nog op het droge of gedeeltelijk in het water bevonden. On danks deze verwarring zijn door door tastend optreden allen, die zich in ge. vaar bevonden, op het droge gebracht. Geen der militairen heeft zich ten gevolge van de oefening onder me dische behandeling behoeven te stellen. luitenant heeft ter plaatse zijn de militairen aangeboden De excuses aan en enkelen hunnbedankt voor hun reddingswerk. Het is echter niet juist, dat de bataljonscommandant, luitenant kolonel Kroon later zou hebben ge zegd, dat „in Rusland bij oefeningen altijd soldaten verdrinken". VENRAY, 29 nov. De paters Franciscanen hebben sinds zaterdag de beschikking gekregen over een fraai, nieuw klooster, ontworpen door de architect P. Leron. Dit klooster is de nieuwe huisvesting voor de priester leraren van hot gymnasium. Op plechtige wijze heeft de provin ciaal van de paters Franciscanen in Nederland pater Castulus van den Eijnden O.F.M. uit Weert het klooster ingezegend. Vele notabelen waren daarbij aanwezig. Het nieuwe gebouw omvat woonka mers voor de paters, alsmede eet- en recreatiezalen, een huiskapel en enke le ruimten voor de studenten van het gymnasium. DEN HAAG, 28 nov. Tijdens de gisteren in Den Haag gehouden verga dering van het hoofdbestuur van het Nederlandsche Roode Kruis werd aan de heer E. E. Oterdoom, oud-voorzitter van de Kon. Ned. Ver. voor E.H.B.O.. het kruis van verdienste uitgereikt. Deze onderscheiding werd hem ver leend bij zijn afscheic als lid van het hoofdbestuur van het Rode Kruis. NIJMEGEN, 30 nov. Prof. dr. Gerard Brom, oud-hoogleraar aan de Katholieke Universiteit, is vanoch tend vroeg in het Canisiusziekenhuis alhier overleden. Hij was 78 jaar. Woensdag j.l. was hij in het zieken huis opgenomen. Gerard Brom, 17 april 1882 te Utrecht geboren, studeerde, nadat hij aan het bisschoppelijk college te Roer mond zijn humaniora had voltooid, aan vankelijk te Utrecht medicijnen. In 1901 werd hij zich zijn aanleg voor de Ne derlandse literatuurgeschiedenis bewust en ging over naar de faculteit der let teren, waarin hy in 1907 promoveerde op een proefschrift over „Vondels be kering", een der eerste dissertaties in de toenmalige nieuwe spelling. Het be langwekkende boek. dat met een kant tekening van Jan Toorop verscheen, is later omgewerkt tot een meesterwerk „Vondels Geloof" (1935). onmisbaar voor wie de religieuze psyche van Von del wil leren verstaan. Als student had Gerard Brom zich on derscheiden door een veelzydige belang, stelling. Zpn bydragen aan het Annua- rium, ondertekend „Kleine Jongen", bleven nog lang beroemd, speciaal een artikel „Aan Lodewyk van Deyssel" en enige omgekeerde sonnetten, die echter aantoonden dat de kracht van de auteur minder by het zuiver lyrische lag. Als taalvirtuoos was Brom eerder verwant aan Chesterton, die hem een tydlang hevig boeide. Hij hield van sne dige gezegden, suggestieve aanduidin gen, paradoxale uitdrukkingswezen. Leraar geworden te Utrecht, daarna te Maastricht, Haarlem, Apeldoorn en Nëmegen, animeerde hy krachtig de .grote katholieke bewegingen dier da gen, in het byzonder de drankbestrij ding, de studentenbeweging, de litur gische beweging, de apologetische en de wetenschappeiyke vereniging, de missie-actie en speciaal ook het stre ven naar een eigen universiteit. In zyn maandblad „De Beiaard" (19161926) stimuleerde hy echter nooit kritiek loos, eerder integendeel de ontwik keling der eigen katholieke cultuur. In 1923 werd Gerard Brom hoogle raar aan de Keizer Karei-universiteit in de kunstgeschiedenis en de schoon heidsleer. Zün vele geschriften, die vooral de ontwikkeling der katholieke gedachte en bezieling tüdens de vorige eeuw tot onderwerp hadden, bieden over hun onderwerp een schat aan ge gevens. Zy zpn ryk gedocumenteerd met talrtike details, die de onvermoei bare werklust van de schrijver bewü- zen. Weinige zy'ner tydgenoten waren zo belezen en schreven wetenschappe- ïyk werk in zo oorspronkeiyke styi. Dit geldt, zowel zijn recente boek over „Cornells Broere en de katholieke eman cipatie'' (1955), waaraan hy jarenlang gewerkt heeft, als zijn vroegere werken over de herleving van de wetenschap in katholiek Nederland en van de ker kelijke kunst, zijn levensbeschrijving van dr. Ariëns en van dr. Schaepman, zijn geschiedenis van romantiek en ka tholicisme in Nederland. Gedegen kenner van Vondel, beheer ser van de letterkundige geschiedenis sedert Bilderdijk, was Brom voorbe stemd om professor der vaderlandse Ietteren te worden. Hij werd het in 1946 na de dood van dr. Jac. van Ginneken. Hij is het tot 1952 gebleven, toen hij met emeritaat ging. Bovenal is Brom de geestelijke leider zijner tydgenoten geweest in hun stre ven om contact te vinden met de an dere bevolkingsgroepen in Nederland. Prof. dr. Gerard Brom was lid van de Kon. Ned. Akademie van Wetenschap pen. De universiteiten van Gent en Leu ven verleenden hem een eredoctoraat. Hij was officier in de Kroonorde van België. Advertentie Polyester dassen weelde der wereld- mode kreukvrij en wasbaar SO Stretch nylon ankiets exclusieve multicolours 95 mjnaii lliiii'ii Terlenka Trevira 3.®° Terylene <&.9° Terital per paar 5.3® Italiaanse ankiets stretch nylon, exclusieve import, gloednieuwe dessinering, zware kwaliteit; Wollen ankiets Torino Italiaanse dassen exclusieve import Polyester w alléén Zuiver zijde Een speurdersverhaa! Het geluid der trommen zwol grommend aan tot een gerekte roffel. De gebruinde man die de trommen bespeelde hield het hoofd even schuin, alsof hy in gespannen keek naar zyn handen, die de trillende huiden bewerkten. Bijna schrok hy toen hy boven zün trommen uit de trompet hoorde beginnen, maar daarna knikte hy glimlachend naar de leider van het orkest en hij besloot zyn roffel met een laatste doffe siag. De trompet praatte gedempt door, werd ondersteund door klarinetten en wèer overstemd door het gehele orkest. De melodie kroop verder, met onverwachte uitschieters en bonkende piano- partyen en vond een wat moeizaam einde. De zeven mannen in de kleine studio bleven nog even stil zitten, kykend naar het rode lampje boven het raam van de controlekamer. Toen het uitfloepte lieten ze hun instrumenten zakken, stonden op en staken si garetten aan. De orkestleider kwam handenwrijvend naar de man, die nog steeds gehurkt zat tussen zyn trommels. „Prins, dit gaat ons veel geld opbrengen". De ander lachte en richtte zich inet een soepele sprong op. Hoog torende hy boven de orkestleider uit. „Prins Voedo en Charley's Band, speciale opna men", declameerde de kleine man begeesterd. „Amai, m'n Voedo-voeten", gromde iemand achter hem. Het was de trompettist, die snerend op Charley van Charley's Band neerkeek. De orkestleider haal de geërgerd de smalle schouders op en trok de bruine man, die hij Prins Voedo had genoemd, met zich mee naar de deur. In de controlekamer vroeg hy autoritair „wat ze ervan dachten". Beroepshalve- onverschillig antwoordde de technicus dat ze daar zelf over mochten oordelen en hy kwam bij zyn me- tertjes vandaan om de geluidsband aan te zetten. Eerst klonken er drie door fouten gestoorde inzet ten, maar daarachter volgde toch de compositie, waar Charley zo trots op was, voornameiyk omdat hij die zelf had gemaakt. De plastic band gaf het orkest precies weer zoals het was: niet heel goed en niet heel slecht, het samenspel van mensen die elkaar redeiyk goed kenden en hun instrument ook. De paar „geleende" motieven van Katchaturians' „Sabeldans" waren niet al te opzichtig verwerkt. Het hoogtepunt was de drumsolo van Prins Voedo, maar juist dat gedeelte scheen de Prins maar matig te interesseren. Hy keek wazig naar de ronddraai ende delen van het opname-apparaat en rookte een sigaret. Charley keek zijdelings naar hem en toen het nummer uit was vroeg hy neutraal: „Content? Tevreden?" De Prins knikte meegaand. Het was voor de klei ne orkestleider niet voldoende en om indruk te ma ken zette hy uiteen wat er nog allemaal gebeuren ging met deze geluidsband: in het laboratorium zou de muziek worden overgezet op een plaat van lak, er zou een laagje zilver over worden aangebracht en na nog een hoop chemische baden en bewerkin gen zouden er grammofoonplaten van worden ge perst, twee in de zestig seconden. „En dan koopt iedereen de plaat en we zyn be roemd", besloot Charley heftig. „Prima", zei Prins Voedo, „krijg ik het geld meteen of wachten we tot we beroemd zijn?" Charley wilde uitvallen, maar hy hield zich in, klopte de bruine reus op de schouder en zei: „Ik zie u dan vanavond weer? Half tien is uw eerste optreden". „Ik zal het niet vergeten". Ondanks zyn naam sprak Prins Voedo een duide lijk Nederlands, duideiyker dan de orkestleider, die dilwyis het spoor byster raakte in zün Vlaams en Frans. Hij groette met een breed handgebaar en zocht zijn weg door het gebouw van de grammo foonplaten-maatschappij. Hu grinnikte toen hü op de stoep stond. De handen in de zakken slenterde hy' naar de tramhalte. Het was september en de brede bomen in de laan hadden nog pas hier en daar een aarzelend geel blad. De tram kwam de hoek om en stopte. Prins Voedo ging op het balkon staan en keek naar Antwerpen. De landeiyke buitenwijk ging over naar smallere straten met hoge, gelig-grüze huizen, die tenslotte uitliepen op het centrum. Hy keek gedachteloos naar de dichter wordende drukte. Op de Meir stapte hij uit en rustig wandelde hy in de richting van het Centraal Station. Hy hield van deze wandeling. Af en toe stopte hy om te kijken in de etalages. In de ruiten zag hij zichzelf weerspie geld: een forse man in een net, grys pak. Hy trok zyn rode stropdas recht en wandelde verder. Op het Koningin Astridplein bleef hü het langst kijken naar zyn eigen foto, die hing voor 't raam van de club waar hy met Charley's Band speelde. Prins Voedo speelt de heilige solo's der binnenlanden, stond eronder, vet gedrukt op een brede reep pa pier. Het was prettig om dat te lezen. Prins Voedo uit de binnenlanden begon een rumba te fluiten en sloeg de hoek om naar de Carnotstraat, waar zün hotel was. Hy keek a.1 niet meer naar de hoge ge vel. Het hotel was niet indrukwekkend en al te net jes was het er evenmin. Op de trap kwam hij de dikke madame tegen, die de eigenares was. Ze groette niet uitbundig maar vriendeliik. De kamer van Prins Voedo lag op de tweede verdieping, aar: het einde van de gang. Hij draaide de sleutel om en ging binnen. Het smalle yzeren bed was opgemaakt en hij strekte zich uit op de dekens. Tien minuten later sliep hy, niets horend van het straatlawaai. Prins Voedo geloofde niet in opwinding. Toen hy uitgeslapen was, was het avond, tyd om zich te wassen en het hotel te verlaten. Het schemerde en de uitbundige neonlichten waren al aan. Op de ter rassen was het vol. In de Dambruggestraat wist hij een klein eethuis waar goede rijstschotels te krij gen waren en hij at er met smaak. Na een laatste kop koffie wandelde h\j naar De Gouden Haan- Cocq d'Or op het Astridplein. Het was negen uur en de club was nog niet erg vol. Het meisje met de bak sigaretten, aan de ingang, groette hem met een hoofdknik. (Wordt vervolgd) MAASTRICHT, 29 nov. Tijdens het afgelopen weekend eiste het verkeer in Zuid-Limburg drie slachtoffers. Op de Statensingel te Maastricht kwam zater dagmorgen de 26-jarige mevrouw P. Broerse-Kitchingman uit Maastricht met haar rijwiel te vallen, juist toen een vrachtauto met aanhangwagen, be stuurd door chauffeur P. M. S. uit Lie- sel naderde. De wielrijdster werd door de aanhangwagen overreden. Zij over leed ter plaatse. Haar dochtertje, dat achter op de fiets zat, bleef ongedeerd. In Schimmert reed zaterdagavond de 31-jarige motorrijder J. Vankan te gen een stilstaande auto in de Toren straat. De motorrijder, gehuwd, vader van een kind en afkomstig uit Schim mert, werd op slag gedood. Op de Prins Hendrikstraat te Bruns- sum werd zaterdagavond de 83-jarige man G. Willemse door een auto aange reden, tgen hij de weg wilde oversteken. Hij overleed later in het St. Jozefzie kenhuis te Heerlen. Bijzonder goed liep een auto-ongeluk te Borgharen af. Daar reed zaterdag middag omstreeks 3 uur een auto met vijf inzittenden, twee dames, twee kin deren, en een heer, in de buurt van de stuw, het Julianakanaal in. De auto kwam op de oever half boven het water tot stilstand. De vijf inzittenden, af komstig uit Borgharen en Maastricht, bleven ongedeerd. APPINGEDAM, 29 nov. Vanmid dag vond 1 Appingedam een verkeers ongeval plaats waarbij zeven perso nen min of meer ernstige verwondin gen hebben gekregen. Een personenauto bestuurd door de 24-jarige G.A. te N. uit Surhuistervcen. komende uit de rich ting Jukwerd, stak op de rijksweg Ap- pingedam-Groningcn over. De auto werd gegrepen door een kleine hestelauto, be stuurd door de heer H. M. uit Gronin gen. Beide wagens kwamen na de bot sing in de berm tot stilstand. De bestuurder van de bestelauto, H.M. en zijn echtgenote kregen ver wondingen aan het hoofd. Laatstgenoem de liep bovendien een ernstige hersen schudding op. Van de zes inzittenden van de andere auto kregen vijf perso nen min of meer ernstige verwondingen. Met ziekenauto's uit Appingedam en Delfzijl werden de gewonden naar zie kenhuizen te Groningen overgebracht. De materiële schade is aanzienlyk. Naar later bleek is de toestand van mevr. M„ die een schedelbasisfractuur heeft, zorgwekkend. Mej. J. S. uit Nieuwol- da liep een zware hersenschudding op en de heer P.H. brak het rechterbeen. (Van onze correspondent) ARNHEM, 28 nov. Een tot de laat ste plaats uitverkocht Musis Sacrum te Arnhem is zaterdag getuige geweest van het muziekconcours topklasse har monie en fanfare, georganiseerd door de Koninklijke Nederlandse Federatie van Harmonie- en Fanfaregezelschap pen. Negen fanfare- en acht harmonie corpsen namen aan het concours dee'. Vele burgemeesters waren naar Arn hem gekomen om persoonlyk de muzi kale prestaties van de corpsen uit hun gemeenten te beluisteren. Het fanfarecorps Onderling Genoegen uit Krommenie verwierf onder leiding van zyn 81-jarige dirigent, de heer G. Schar met 169 punten de kampioens- krans. In de afdeling Harmonie werd de muziekvereniging Apollo uit Goor on der directie van de heer A. E. P. Som- mer met 170 punten kampioen. De heer C. G. M. van Riel, burgemeester van Angerlo en president van de federatie overhandigde elk der heide kampioens corpsen „de grote prys van de fede ratie", zijnde een bronzen borstbeeld van de stichter der federatie, wylen jhr. mr. F. van de Poll. De vaste jury, bestaande uit de heren Gerard Boedün, Piet van Mever en Gijsbert Nieuwland, bepaalde de uit slag als volgt: in de sectie fanfare: Kon. fanfare Echo der Kempen Berg- eyk 159 punten; Muziekvereniging Een dracht. Eerbeek 144 pt; Gronings Po litie Muziekcorps, Groningen 159 pt; Kunst Adelt, Hapert, 156 pt; kon. fan fare Wilhelmina, Heerde, 141 pf Ons Genoegen, Hees, 161 pt; Onderling Ge noegen, Krommenie, 169 pt; Euphonia Meerkerk, 123 pt; Union, Zelhem 138 pt. In de sectie harmonie: Excelsior, Eibergen, 156 pt; Kunst naar Kracht, Glanerburg 156 pt; Apollo, Goor, 170 pt; Politie Muziekver. Leeuwarden, 153 pt; Kon. Harmonie Sophia's Vereni ging, Loon op Zand, 161 pt; Kon. Chr. Muziekver. Advendo, Nyverdal, 139 pt; Oefening baart Kunst, Schiedam, 160 pt; Kon. Harmonie Orpheus, Tilburg 150 pt. Het corps Excelsior uit Wor- merveer moest wegens ziekte van en kele leden verstek laten gaan. AMSTERDAM, 30 nov. De directies van G. H. Btihnnann's Papiergroothan del en G. C. T. van Dorp en Co. hebben de geruchten over een overneming van Van Dorp door Bührmann tegengespro ken. Volgens de directies hebben ook nooit besprekingen hierover plaats ge had. \h ij M

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1959 | | pagina 4