Korps Mariniers onderging grondige verjongingskuur AMERIKAANS episcopaat tegen bevordering geboortebeperkin Aanwas wereldbevolking moet gepaard gaan met verhoging voedselproductie Jongens van Jan de Probleem voor eventuele katholieke president Historisch onderdeel van Marine Minder theorie en meer harding GESCHIL TUSSEN KATHOLIEKEN EN PROTESTANTEN IN DE V.S. Het woord van de Paus Prehistorie Antwoord van Kennedy Lagune van het geluk Europese samenleving ZATERDAG 12 DECEMBER 1959 (Van een onzer redacteuren) Rotterdam, 10 dec. '$\JA PATET ORBIS": „Zo wijd fie wereld strekt". Dat is de Wapenspreuk van het korps Mari ners. Dit oudste korps van de •Nederlandse strijdkrachten, dat j-0 december 1665 twee hon- eerdvierennegentig jaar geleden 9üs werd opgericht, heeft on opvallend een soort verjongings kuur ondergaan. Een commissie, rke onder leiding stond van de ckef-staf van het korps, de kolo- 0el der mariniers J. G. M. Nass, {jeeft alle opleidingen bij het kleine, maar bijzonder goed geor ganiseerde korps herzien en meer de praktijk afgestemd. Dit komt in het kort neer op meer Velddienst, meer nachtoefeningen, ïlJeer wapeninstructie, meer ^hietoefeningen en in het alge meen meer lichamelijke training, juet alle beschikbare middelen hebben de instructeurs de herzie ning van de opleidingen doorge- voerd. Voor sommigen was mis schien het gevolg van de herzie- In de Verenigde Staten is op het ogenblik een heftige discussie gaande over de vraag, of de Amerikaanse hulp aan de onderontwikkelde gebieden gepaard moet gaan met propaganda voor kunstmatige geboortebeperking. Het Ameri kaanse episcopaat heeft in deze kwestie krachtig stelling genomen tegenover opvattingen die voor al door bepaalde protestantse autoriteiten zijn ver kondigd. De affaire speelt ook een rol in het voorspel van de komende verkiezingscampagne. Onder de gegadigden voor het presidentschap be vindt zich namelijk een katholieke senator, en van niet-katholieke zijde heeft men de kwestie aangegrepen om nog eens de vraag te stellen of een katholiek wel een goed president van Ame rika kan zijn, en of zijn trouw aan de leer van de Kerk hem niet in conflict zal brengen met zijn grondwettelijke verplichtingen. Als de Democra ten op hun partijconventie van volgend jaar een katholiek candidaat stellen voor het Witte Huis hetgeen niet uitgesloten geacht moet worden - dan zullen de discussies ongetwijfeld ook in 1960 nog voortgezet worden. Het bewogen ge sprek over deze zaak heeft de bestaande tegen stellingen tussen katholieken en protestanten in Amerika vergroot. De vrijzinnige opvattingen van vele Amerikaanse protestanten zijn bij de openbare behandeling van het vraagstuk weer eens duidelijk in het licht gesteld. hing, het verminderen van het ^ntal theorielessen, moeilijk te ^rwerken. Maar de reacties bij kader en mariniers zijn, over de Sehele lijn genomen, gunstig. >>Ren op de zeven lessen bevat *Keorie en een op de zeven ook Wordt aan sport besteed. De vijf ^terende zijn praktijklessen", verzekerde ons een trainings- °fficier in het opleidingscentrum t® Doom. Zo kunnen de mariniers kun wapenspreuk, een soort van Plofte, wellicht beter dan ooit bestand doen. amfibische karakter van het korps Mariniers maakt, dat de mariniers bijzonder goed moeten kunnen omgaan met ^toerboten. Op de foto, die gemaakt werd door de commandant van het korps Mariniers, is een landing op een van de stranden van Nieuw-Guinea vastgelegd. "^mmtiiniiHiHiiiiiniiimiuimiiiiiHininiNiniiiiniiiiu MiimiiiiniiiiiiimiiiiimminmmiiiiniiMiiiiiiiiHimiitiiiii) In zijn encycliek „Casti Connubii" heeft Zijne Heiligheid Paus Pius de Elfde over de „kinderbeperking" ge schreven. „Daar nu de huwelijksdaad uiteraard gericht is op de voortbren ging van het kind, handelen dus zij, die bij het stellen ervan deze met opzet van haar natuurlijke kracht be roven, tegennatuurlijk en bedrijven zij iets, dat schandelijk en in zich onzedelijk is." Elders zegt de paus in zijn ency cliek: „dat elk_ huwelijksgebruik, bij welks uitoefening de handeling door menselijke opzet van haar natuur lijke kracht om leven voort te bren gen beroofd wordt, ingaat tegen de wet van God en die van de natuur en dat degenendie een dergelijke misdaad begaan, zich met de vlek van zware zonden besmetten." Tenslotte verklaart de H. Vader: „Ook gaan ons zeer ter harte de klach ten van die echtgenoten, die, ge drukt door harde armoede, de aller grootste moeite hebben om hun kin deren te voeden. Maar tot elke prijs moet voorkomen worden, dat de heil loze toestanden op stoffelijk gebied aanleiding zouden worden tot een nog veel heillozer dwaling." Van een Nederlandse uitdrukking: kan men min of meer de tjjd af leiden, waarin het korps Mariniers is gevormd. „Jongens van Jan de Witt" is een uitdrukking, die ont stond toen het advies van admiraal De Ruyter om echte zeesoldaten in dienst te nemen door de raadpen sionaris Johan de Witt werd ge steund. De Staten van Holland be sloten op grond van 4tft advies tot de vorming van het „Regiment de Marine". nniiimimiiimifHiiiiiHitiHiiiiiiiitiiiiiimmmi! „••Inderdaad heeft de commissie de aangegeven om de herziening P°ndig te doen zijn," zo verklaarde J1® de commandant van het korps Ma aiers, de generaal-majoor der mari- vl ers H. Lieftinck. „Waar het mogelijk de theorie te verminderen is dit pvbeurd, zodat meer zorg kan worden lusteed aan de harding van de man." geeft dus veel meer aandacht aan Ij? bedrevenheid in het harde mari- .''erswerk dan aan de kennis van de ?6orie, tenzij deze theorie rechtstreeks vR de praktijk van toepassing is, zoals Uvoorbeeld de theorie-velddienst. ijHet oefenprogramma voor lichamelij- 2? gehardheid is verzwaard, onder ^eer door het Invoeren van zwaardere ?brsen en het bivakkeren onder alle ^hstandigheden voor alle rangen en standen," aldus generaal-majoor Lief tinck. „Ook de schietopleiding werd op de helling geplaatst en er worden meer nachtoefeningen gehouden." Het hoofdkwartier van de mari niers is gevestigd in Rotterdam, de stad, waar deze „zwarte duivels" in de meidagen van 1940 geschiedenis schreven. De opleiding van de be roepsmariniers geschiedt eveneens in Rotterdam in de Van Ghent- kazerne, genoemd naar de eerste commandant van het korps, dat toen nog „Regiment de Marine" heette. In de Van Braam Houckgeestkazerne naamgever was hier de officier der mariniers die zich in de negentiende eeuw sterk onderscheidde, onder meer door het invoeren van sociale verbeteringen in het korps in Doom worden merendeels dienst plichtigen opgeleid. De amphibische opleiding, een van de spectaculaire onderdelen van de mariniersoplei ding, heeft plaats op Texel, in een speciaal trainingskamp. Maar niet alleen in eigen land worden de mari niers opgeleid voor hun gevechts- taak. Want na de gevorderde oplei ding in Nederland volgt voor velen vaak nog een voortgezette opleiding overzee, in Nederlands Nieuw-Guinea of op de Nederlandse Antillen. En heel wat mariniers werken verder aan boord van diverse oorlogssche pen van de Marine. Bjj ministeriële beschikking van 27 november 1954 werden karakter en doelstelling van het korps Mariniers vastgesteld en werd het Admiraliteits- besluit van 1947 ingetrokken. „Het Korps Mariniers", aldus deze beschik king, „is een historisch gegroeid en in tegrerend onderdeel van de Koninklijke Marine, van een infanteristisch-amphi- bisch en expeditionnair karakter." En volgens de doelstelling is het korps be stemd voor diensten ter zee, te land en op de grens van zee en land. waarvoor het gebruik van andere delen van de strijdkrachten niet of minder geschikt wordt geacht, en voor diensten die de Koninklijke Marine behoeft. Bovendien kunnen aan het korps ter bescherming van Rijksbelangen waar ook ter wereld aan het korps incidentele opdrachten worden gegeven, buiten de vorige pun ten vallend. Het korps heeft een vredes- en een oorlogstaak. Deze laatste is uiteraard geheim, maar in vredestijd is de taak van de mariniers onder meer het leveren van eenheden voor de Nederlandse Antillen, het leveren vaj oudere eenheden voor Nieuw- Guinea en, voorwaar een belangrijk he Deense journalist Jörgen Ander- ffh heeft voor zijn reisverhaal over de ,,dzji-eilanden in Johan Winkeler een '°Ortreffelijke Nederlandse vertaler 5®vonden, die niet weinig bijdraagt tot ij® aangename leesbaarheid van deze -®elkleurige belevenissen. Het boek is vrij luchtige en nogal oppervlak ke beschrijving van het leven op de fbidzee-eilanden. Of men zich aan de And van Andersens opvattingen een £®trouwbaar beeld van deze mensen i*n vormen, betwijfelen wij. Dat neemt A'Ussen niet weg, dat men met plezier ?aar de vlotte verteller luistert, die er Ander moeite in slaagt zijn eigen en- 'n°usiasme over dit „aards paradijs" 0 de lezer over te hevelen. Interes- taht js zijn verhaal over de bekende T°ningin Salote, over wiens bezoek aan iE°hden de wereldpers destijds vele ko- hirnen volschreef. Droeve ernst ech- Is zijn relaas over het melaatsen- i^and Makagai, dat schrijnend bewijst V°® „aards" die paradijselijke streken i°ch in wezen zijn. Het boek is, met ,®rtig foto's geïllustreerd goed ver- V?.rgd uitgegeven bij H. P. Leopolds ■itge versmaatschappij N.V. te Den "®ag. Ook het overstappen van de grotere marinevaartuigen in de kleine landingsboten vereist veel oefening. Bij kalme zee is dit voor de mariniers waarschijnlijk een peuleschilletje. punt ook, het instandhouden van de Marinierskapel der Koninklijke Mari ne. De vredessterkte van het korps is aan mariniers vierduizend man, aan tamboers, pijpers en muzikanten hon derdvijftien man en aan vlootpersoneel driehonderdzeventig man. Amerikaanse ervaring Voor een deel is de herziening van de opleiding der mariniers gebaseerd op ervaringen, die de chef-staf, kolonel Nass, tijdens een bezoek van zeven maanden aan de Verenigde Staten heeft opgedaan. Voor wat betreft de sa menstelling van het korps mariniers heeft Nederland meer moeilijkheden dan Amerika. Dit land kent geen wer vingsmoeilijkheden meer, al was dat twee jaar geleden anders. Maar in Ne derland tobt men nog steeds met het probleem hoe voldoende beroepsmari niers aan te trekken. De verhouding tussen de aantallen beroeps- en dienst plichtige mariniers is al verscheidene jaren niet de juiste. Men heeft veel meer beroepsmariniers nodig. Er is een groot verloop, dat het hoofdkwar tier met zorg vervult. Er komen niet veel meer beroepsmensen in het korps dan er uit vertrekken. Daarom is het korps nog voör een groot deel samen gesteld uit dienstplichtigen. Dienst plichtigen overigens, die een uitsteken de opleiding krijgen. Want de Van Braam Houckgeest kazerne beschikt over uitgebreide trainingsmogeUjkheden. Maar trai ning is dan ook hard nodig. Al is de Nederlandse jeugd kwalitatief beslist beter dan bij voorbeeld de Ameri- compagnieën der mariniers. Dit zijn versterkte compagnieën die erop ge traind zijn incidentele opdrachten, waar ook ter wereld, uit te voeren als het landsbelang daarom vraagt. Het zijn eenheden die binnen vierentwintig uur gereed kunnen staan om naar elders te worden overgebracht en ingezet. Er zijn geen moeilijkheden met inentings papieren of paspoorten. De inentingen gebeuren al bij het begin van de dienst tijd en de andere papieren worden altijd volkomen in orde gehouden. Deze Qua- Patet-Orbis-compagnieën zijn wel heel speciaal berekend op het voortzetten van de traditie van het korps Mari niers. Over deze traditie en de ge schiedenis van dit korps zou nog zeer veel te zeggen zijn. Het noemen van wat namen van plaatsen waar de mariniers in de loop van de eeuwen hebben ge vochten kan hier echter volstaan: Chatham, Soiebay, Kijkduin, Gibraltar, Doggersbank, Rotterdam en Oost-In- dië. De katholieke Democratische senator John F. Kennedy uit Massachusetts, die kans maakt om op de komende conven tie van zijn partij gekozen te worden tot kandidaat voor het presidentschap. Als men wil nagaan hoe deze con troverse zo plotseling ontstaan is, moet men teruggaan tot het begin van dit jaar, toen een commissie van de Ver enigde Naties voor bevolkingsvraag stukken in een rapport verklaarde, dat in Afrika en Azië in de toekomst hon gersnood zou ontstaan tengevolge van de toename van het geboortecijfer en de daling van de sterfte. De voedsel voorraad zou voor deze volkeren niet toereikend zijn, zo verklaarde de com missie, als de groei van de bevolking niet op kunstmatige wijze zou worden beperkt. Naar aanleiding van dit rap port verklaarde de (Protestantse) We reldraad van Kerken, dat geboortebe perking noodzakelijk is in de onderont wikkelde gebieden, en vervolgens heeft enkele maanden geleden een Ameri kaanse presidentiële commissie ge rapporteerd, dat landen, die om bui tenlandse hulp vragen, geholpen zou den moeten worden met de oplossing van het probleem van de snelle bevol kingsaanwas. Tot nog toe is overigens uit de Ame rikaanse fondsen voor buitenlandse hulp nog geen cent uitgegeven voor de be vordering van de kunstmatige geboor tebeperking, en Washington heeft nog van geen enkel land het verzoek ge kregen om steun bij het tegengaan van de bevolkingsgroei. Wel heeft echter de Indische gedelegeerde bij de Verenigde Naties onlangs gezegd, dat Indië gaar ne buitenlandse hulp zou ontvangen voor de beperking van de geboorte- aanwas, en men acht het in Amerika dan ook niet onwaarschijnlijk, dat het nu nog theoretische vraagstuk van de geoorloofdheid van liet verlenen van dergelijke hulp spoedig praktische be tekenis zal krijgen. Meer dan tweehonderd Amerikaan se bisschoppen hebben vorige maand over dit vraagstuk ge sproken tijdens een conferentie die ge houden werd in de gebouwen van de katholieke universiteit van Amerika te Washington. Na afloop van hun confe rentie hebben zij, op 25 november, een verklaring uitgegeven, waarin zij uit drukkelijk het gebruik van openbare gelden veroordelen voor de bevorde ring van kunstmatige geboortebeper king in Amerika zelf en in het buiten land. Het Amerikaanse episcopaat laat weten, dat katholieken geen steun mo gen verlenen aan enig openbaar hulpprogramma voor het binnenland of het buitenland, ter bevordering van kunstmatige geboortebeper king, abortus, of sterilisatie, hetzij door middel van rechtstreekse hulp, het zij via internationale organisaties." Als er een wereldsituatie dreigt te ontstaan waarin er niet genoeg voedsel is voor de bevolking, dan moet de logische op lossing niet gezocht worden in het ver minderen van de bevolking, maar in een vergroting van de voedselproduk- tie, omdat de potentiële voedselvoor raad bijna onbeperkt is, aldus de bis schoppen. Vervolgens heeft de hoogleraar in de moraal-theologie aan het West Baden College in de staat Indiana, Prof. John R. Connery S.J., een artikel geschre ven voor het gezaghebbende Amerikaan se Jezuïetenweekblad „America", waar in hij stelde dat een katholieke presi dent van de V.S. geen programma mag lanceren voor geboortebeperking. Met een sprekend voorbeeld illustreerde hij zijn betoog, dat de eventuele doelmatig heid van een bepaalde methode geen toenemen dan de bevolking ran de V.S. De meest felle reactie op de verkla ring van het Amerikaans episcopaat i« tenslotte geleverd door de Episcopale bisschop van San Francisco, A. Pike, een afgevallen katholiek. Bisschop Pike verklaarde, dat de katholieke bisschop pen de snel groeiende miljoenen in de minder fortuinlijke delen van de we reld veroordelen tot „hongersnood, sla vernij, ellende en wanhoop". Bisschop Pike, die voorzitter is van de Ameri kaanse nationale adviescommissie voor „planned parenthood" kan beschouwd worden als een van de voornaamste voorstanders van het propageren van de kaanse, volgens de mening van de staf van het korps, er mankeert wel veel aan de lichamelijke geoefend heid van de Nederlandse jongens, als zij in dienst komen. Dit is natuurlijk een probleem waar ook Land- en Luchtmacht mee zitten. In Doorn denkt men er nuchter over. „Wij spij keren het tekort aan lichamelijke oefening bij. De resultaten zijn fan tastisch". Dertig tot veertig procent van de dienstplichtigen, die bi) de Mariniers in dienst komen, kunnen geen zwemproef afleggen. Vijftig pro cent is zo stijf, dat er gevaar is voor sleutelbeenbreuken bij het vallen. Maar zwemmen en vallen, dat leren de mariniers. En marsen lopen. In de basisopleiding vijfendertig kilometer met bepakking in één dag. In de ver volgopleiding zeventig kilometer in twee dagen met volledige bepakking, dat wil zeggen met drieëntwintig ki lo. In de eerste opleiding leren de ^a^tóe^e^n veldoo^^^ küo- U de mening van chefs Versterkte compagnieën De mariniers leren in hun voortgezette opleiding overzee het karakter en de gevaren van het oerwoud kennen. Zij moeten zich er even gemakkelijk in Dit alles is van groot belang voor de bewegen als in de bossen bij het opleidingscentrum te Doorn. Deze foto werd vorming van de zogenaamde Q.P.O.- °V Hieuw-Guinea genomen. garantie is voor de zedelijke geoorloofd heid van die methode. Men zou, op goede gronden, kunnen beweren, zo schreef hij, dat de medici, die het leven van de mensen verlengen en die de kin dersterfte bestrijden, vooral verant woordelijk zijn voor de bevolkingsaan was. Maar niemand zal hieruit de con clusie willen trekken, dat de artsen hun arbeid zouden moeten staken, al zou dit een „doelmatige" oplossing van het probleem kunnen zijn. De hoogleraar gaf overigens ook een lesje aan hen die in het algemeen van mening zijn, dat een katholiek nooit een goed president van Amerika zou kunnen zijn. „Het Amerikaanse pu bliek moet beseffen, dat het enig risi co loopt wanneer het een gewetensvol man tot president kiest, aldus pater Connery. „Aangezien de grondwet de president het vetorecht geeft, hebben de stichters van de natie kennelijk ge wild, dat hij persoonlijke besluiten neemt als hij met nieuwe wetten wordt geconfronteerd. Hij is niet slechts een stempel. Ieder gewetensvol man kan tenslotte voor een moreel of godsdien stig probleem komen te staan als hij een wet moet ondertekenen. Een Me thodist zou in moeilijkheden kunnen komen, als hij bijvoorbeeld een wet zou moeten ondertekenen, waarin het leger van rook- en drinkwaren zou worden voorzien, een aanhanger van Christian Science zou zich kunnen af vragen of hij een programma voor openbare gezondheidszorg kan goed keuren, en een Quaker zou moeite kunnen hebben met een defensiebegro ting. Niet alleen katholieken hebben gewetensproblemen. Men kan zich zelfs afvragen, of een katholieke pre sident meer godsdienstige problemen zou hebben dan welke andere presi dent ook". Pater Connery wijst er in zijn artikel tenslotte op, dat er in de V.S., sinds tientallen jaren, al heel wat katholieke burgemeesters en gouverneurs zijn, en dat dit niet tot bijzondere moeilijkheden heeft geleid. Er is, zijns inziens, dan ook geen re den waarom een katholiek geen pre sident zou kunnen zijn. De opmerkingen van de geleerde Jezuïet over het presidentschap hadden uiteraard vooral betrek king op de mogelijkheid, dat de katho lieke democratische senator John F. Kennedy (Massachusetts) bij de presi dentsverkiezingen van november vol gend jaar tot opvolger van Eisenhower wordt gekozen. (Het is eenendertig jaar geleden, dat een katholiek, de demo craat, Al Smith, kandidaat was voor het Witte Huis. Bij de verkiezingen van 1928 werd Smith echter door de protestant Hoover verslagen, en de kwestie van de godsdienst heeft bij deze uitslag zeker een rol gespeeld). Kennedy is door het hoofd van het bu reau van de New York Times in Was hington, James Reston, met het pro bleem van de geboortebeperking gecon fronteerd. De katholieke senator heeft, in antwoord op de hem gestelde vra gen, verklaard, dat hij van mening is dat de Amerikaanse regering geen geboor tebeperking zou moeten propageren in andere landen. Aangezien de regering nooit geboortebeperking heeft gepredikt in Amerika zelf of in West-Europa, zou het, volgens Kennedy, een grote psycho logische fout zijn om de schijn te wek ken, dat Amerika de beperking zou wil len bevorderen van de zwarte, bruine of gele volkeren, die sneller in omvang geboortebeperking in de onderontwikkel de gebieden. President Eisenhower tenslotte, een Presbyteriaan, heeft zich op zijn pers conferentie van vorige week woensdag duidelijk gedistanciëerd van die protes tanten, die vinden dat het op de weg van de Amerikaanse regering ligt om de be volkingsaanwas in het buitenland te helpen bestrijden. „Zo lang ik hier ben", aldus de president, „zal deze regering geen positieve politieke leer in haar pro gramma hebben die betrekking heeft op de geboortebeperking. Dit is niet on ze zaak". Voor de Amerikaanse regering is daarmee de kwestie afgedaan, maar bisschop Pike en andere protestanten zijn niet tevreden met de verklaring van de president en zij willen de affaire nog niet laten rusten. 6 H. Br. In de Prisma-serie verscheen een vlot te vertaling van een Engels werk over de europese prehistorie, dat zich ten doel stelt aan te tonen, dat de europese samenleving als één geheel bezien al in vóórhistorische tijden is ont staan. Prof. Glasbergen schreef er een Voorwoord in. Daarin schetst hij de fi guur van de auteur, V. Gordon Childe. Hij zegt, dat deze het als zijn taak zag voortdurend het oog gevestigd te hou den op de relaties tussen het hoog-ont- vvikkelde Nabije Oosten waar bv. rond 1500 al culturen van grote beteke nis bestonden en het in die dagen nog barbaarse Europa, waar slechts aller lei volkeren rondzwierven, die het schrift niet kenden, amper regelmatige landbouw en veeteelt beoefenden en nog geheel en al in het stenen tijdperk leef den. Het zou interessant geweest zijn, in dien de schrijver er inderdaad in ge slaagd was duidelijk te maken hoe het bv. met de handel in die dagen verliep en indien hij de vraag beantwoord had of het Nabije Oosten op een of andere wijze invloed op Europa had gehad. Zulks blijkt evenwel niet het geval te zijn, noch in het boek, noch in werkelijk heid. Trouwens, de hele these volgens wel ke Europa reeds in de vóórhistorie een soort culturele eenheid vormde, is wel niet levensvatbaar. Daarvoor levert het boekje zelf het bewijs, want het geeft weinig vaststaande positieve feiten en des te meer waarschijnlijkheden; iets wat de auteur zelf in zijn eerste hoofd stuk onomwonden toegeeft. Het boek be rust dus, zoals prof. Glasbergen zegt, „op een wankele basis" en heeft weinig wetenschappelijke overtuigingskracht. Dit neemt evenwel niet weg, dat er hier en daar boeiende stukken te vin den zijn, bv. over de vermoedelijk re ligieuze betekenis van de megalithen langs de Europese kust. DR. B. A. VERMASEREN N.a.v.: V. Gordon Chiide, De prehis torie der europese samenleving. Utrecht-Antwerpen, Prisma-boeken, 1959.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1959 | | pagina 9