Tijd en Warmte WAGENINGEN ZWOEGT OP BITTERVRIJE KOMKOMMERS Werk in Lisse Verklaring Half jaar bloemen Wetensclmpjj^jke instituten in Wageningen, Lisse Aalsmeer Gevaar voor anderen Lengte van de dag In Lisse worden bloembollen misleid; Aalsmeer zet seringen in diepvries Resistente rassen Bittere komkommers V Bijbels PAGINA 13 Koningshof Clusiustuin 15 miljoen Carbidkanon Muydenpoort siPmipHi*. mm i Mol met gehakt Dure haas Het kweken kost ook veel tijd, des te meer naar mate de plant een langere omlooptijd heeft. Als men b.v. met kroten begint, heeft men na een kruising pas na twee jaar een nieuwe generatie, want kroten zijn een tweejarig gewas. Een veredeling die bereikt wordt in tien generaties kost dus twintig jaar... Men weet deze periode echter kunstmatig te bekorten, de kweek heeft plaats in kassen, waar men niet alleen de temperatuur en de vochtigheidsgraad, maar ook de daglengte kan regelen, o.a. door het in schakelen van kwiklampen. Men kan zo zelfs midden in de winter een zomerklimaat creëren en we kunnen u uit eigen ervaring verzekeren dat het een verruk kelijke gewaarwording is, om van de vrieskou plotse ling een kas binnen te stappen, waar de aardbeien bloeien en de komkommers hangen te rijpen. Het is helemaal geen kunst meer om heel het jaar door aard beien te laten rijpen. Wel is het in de wintermaan den een zo kostbare geschiedenis, dat de telers er niet aan beginnen omdat het er economisch niet uit komt. Maar ook dat kan nog veranderen.... Het IVT werkt uitsluitend in kassen: deze staan op het 20 ha grote proefterrein op de zandgrond vlakbij het instituut. Daarnaast heeft men nog 40 ha klei grond bij Eist (O.B.), waar vooral fruitteeltproeven worden gedaan. Men is o.a. bezig met het kweken van zwakgroeiende onderstammen voor kersen, waar door de kersenteeit weer rendabel kan worden. Voorts wordt gewerkt in de richting van schurftresis- tentie voor appels. Tot dusver hebben we nog alleen gesproken over veredelingswerk. Het IVT houdt zich echter ook bezig met rassenonderzoek: het gaat, in samenwerking met het bedrijfsleven na, welke groen ten- en fruitrassen het beste zijn voor de Nederland se telers. Van ieder gewas bestaan nl. honderden ras sen, met allemaal vóór- en nadelen; het gaat er nu om, die rassen en selecties aan te wijzen, die in ons land de beste resultaten geven. Daartoe worden bij de zaadhandel monsters getrokken, die op verschil lende plaatsen in het land worden uitgezaaid. Dat ge beurt twee jaar achter elkaar, waarbij de resultaten beoordeeld worden door een commissie van tuinders, zaadhandelaren, tuinbouwvoorlichtingsambtenaren en tal van andere deskundigen. Alle rassen en selecties worden onder nummer beoordeeld en alleen de aan bevolen rassen en selecties gewoonlijk minder dan de helft worden mèt de naam van de afzender in de diverse vakbladen en in de rassenlijsten van het Bijna normaal zijn de bittervrije vruchten die men thans, na een reeks van krui singen, heeft verkregen. Carnaval, die geel met rood is; als men daar het vi rus inbrengt, treedt in de vlam een extra breking op. Overigens zijn in onze tijd de effen tulpen het meest in trek. We zullen u verder niet vermoeien met schimmels en bacterieziekten, maar liever iets vertellen over de kunstgrepen, die het bollenlaboratorium uithaalt om tot betere bloeiresultaten te komen. De export van Nederlandse bollen naar andere werelddelen brengt soms speciale moeilijkheden mee: men heeft IVT gepubliceerd. Het is wel duidelijk, dat de slechte rassen hierdoor vrij spoedig uit de handel verdwijnen. Het Laboratorium voor Bloembollenondorzoek van de Landbouwhogeschool staat niet in Wa- geningen, maar in het hart van de bollen streek: in Lisse. Daar werken vijftig mensen acht academici aan de verbetering van de bloembollen, waarbij uiteraard speciaal wordt gezocht naar me thoden om de kwaliteit van de bloemen zo hoog mo gelijk op te voeren. Het gaat in de bollensector im mers niet om de bol zelf zoals b.v. in de aardap pelteelt maar om wat er later uitkomt. Het laboratorium dankt zijn ontstaan min of meer aan de ernstige narcissenziekte, waarmee de telers tijdens de eerste wereldoorlog te kampen hadden. Op hun verzoek ging prof. dr. E. van Slogteren zich ir. 1917 in een kamertje van de middelbare tuinbouwschool met het probleem bezighouden. Maar, zo vertelt ons zijn opvolger, prof. dr. J. van der Want, als je pro blemen oplost, komen er nieuwe en zo is het labo ratorium een blijvertje geworden. Dank zij de ruime bijdragen van de bollentelers is het een flink bedrijf geworden met een indrukwekkende apparatuur, waarmee men zelfs virussen kan afzonderen en fotogra feren. Het eerste gebeurt in een ultracentrifuge, die achter een veilig betonnen pantser een toerental haalt van 50 tot 60.000 omwentelingen per minuut, dat is on geveer 20 keer zo hoog als dat van een huishoud- centrifuge. De onzichtbare virussen, die zich in een minuscuul houdertje met plantesap bevinden, worden daarbij tegen de wand geslingerd en met behulp van een elektronenmicroscoop kunnen ze dan op de ge voelige plaat worden vereeuwigd. De virussen worden ingespoten bij konijnen, die antistoffen gaan Pr°du- ceren. Daaruit kan een antiserum worden bereid. Het is helaas niet zo, dat men daarmee de virtiszieKto kan bestrijden; het serum is alleen een hulpmiddel bij het onderzoek naar de aanwezigheid van virus in partijen: een preparaat van een besmette plant geeft na toediening van het antiserum een reactie die onder de gewone microscoop zichtbaar is. Tal van virusziekten de grootste plaag van de bollenkweker! zijn reeds op het veld onmiddellijk te constateren. Een van de bekendste virussen is het ge broken-tulpenvirus, dat een kleurbreking van de bloem veroorzaakt. De bloemen krijgen daarbij onre gelmatige, gekartelde randen. Lange tijd zijn deze tul pen bijzonder geliefd geweest en in de 17e eeuw de tijd van de befaamde windhandel zijn voor de bollen van deze z.g. „Rembrandts-tulpen ...zelfs vele honderden guldens betaald. De meeste variëteiten, die door de ziekte waren aangetast, gingen na korte tijd degenereren. Zelfs eeuwen terug beseften de kwekers dan ook al, dat er iets mis was met de gebroken tulp. ,,Ze spreidt alvorens te sterven, haar fraaiste destijds de ervaring opgedaan, dat tulpen die naar het zuiden van de V.S. gingen, maar heel korte stengels kregen. Ze kwamen daar niet zoals hier in een koude bodem, maar in vrij warme grond, met het ge volg een minder goede bewortelmg. Men is toen de tulpenbollen een koeling gaan geven vóór de verzen ding: daarvoor werden ze een week of zes bij 5 gra den C. bewaard om pas daarna te worden verscheept. Het resultaat was, dat ze ook in Zuid-Califorme beval lige lange stengels kregen. Hoe dit verklaard moet worden? Dat is nog hele maal een vraag. Misschien vindt de fysioloog die het laboratorium wil gaan aantrekken, te ziiner tiid het antwoord op deze en andere vragen. Daar is het niet minder interessante geval van de bolirissen die normaal pas bloemen produceren als ze een bepaalde grootte hebben bereikt: oogst men de bollen te klein, dan produceren ze na het planten al leen maar bladeren. Mien heeft die kleine bolletjes nu één dag lang in een temperatuur van 39 graden C. gebracht. Het gevolg was, dat ze daarna allemaal bloei gaven! Dit betekent, dat men voortaan in de helft van de tijd bloeirijpe irisbollen kan produceren. Bollenkwekers weten langzamerhand ook alles van afremmen en forceren: hyacinten, die eigenlijk in het voorjaar bloeien, worden zonder moeite al tegen Kerstmis in bloei getrokken, maar de bloei kan even goed worden uitgesteld. Dat gebeurt met de bollen voor Zuid-Afrika. Als die in het najaar zouden worden verscheept, komen ze daar in het voorjaar aan, waardoor ze de koude periode zouden missen, die ze nodig hebben. Ze moeten daarom in rust be waard worden tot het hiér voorjaar is, zodat ze daar in het najaar aankomen. Men bewaart de bollen nu van september tot aprilbij een temperatuur van 25 graden C., dan blijven ze in diepe rust. Aalsmeer, zo vertelde ons de directeur van het proefstation voor de bloemisterij, de heer P. v.d. Zwaard, zorgt op de Floriade in het nieuw ste snufje: een aluminium kas, voor een half jaar bloemenweelde. Dat is niet zo'n kunst, als men daar willekeurige soorten voor neemt, maar men wil zes maanden lang dezelfde soorten in bloei laten zien, met name seringen, prunus en forsythia, waarbij alle stadia: van knop tot volle bloei, doorlopend aanwe zig zijn. Sinds januari is een grote voorraad serin gen opgeslagen in donkere koelhuizen, waar ze bij een temperatuur van twee graden onder nul kunstmatig in winterrust worden bewaard. Men hoopt, dat de grens RESEARCH RUGGEGRAAT VAN TUINBOUW pracht ten toon", zeiden de dichterlijke liefhebbers. Toch zijn er rassen, die blijkens oude schilderingen al in de 17e eeuw besmet waren en nu nog altijd voortbestaan. et komt ook voor, dat planten besmet zijn zon der er zelf last van te hebben, terwijl ze voor an dere rassen een gevaar zijn. Zo is een hyacint, de King of the Blue, met een virus besmet, dat deze va riëteit niet aantast, maar dat wèl gevaarlijk is voor andere variëteiten. Men mag ze daarom met bij elkaar ^Hef6'virus wordt zeer gemakkelijk verspreid: dat gebeurt nl door bladluizen, die men nooit zo afdoen de kan bestrijden, dat de besmetting achterwege blijft. Zelfs als men de luizen direct na hun aankomst ver delgt, is het al te laat: ze hebben zo is gebleken al bij hun eerste contact met de plant het virus over- SGbrscht Niet aile dubbele kleuren worden door ziekte ver oorzaakt: er zijn ook variëteiten, waarbij een dubbe le kleur erfelijk bepaald is. Zo is er een tulp Prms De gebroken tulpenvirussen veroorzaken kleurbreking in de bloem, die tevens grillige randen krijgt. De meeste variëteiten gaan als ze zijn aangetast snel achteruit. van de bewaartjjd juist niet overschreden wordt en dat de laatste na zes maanden winter nog in bloei getrokken kunnen worden. Intussen zijn de eerste al sinds februari in een kunstmatig lenteklimaat ge bracht, om op de openingsdag juist in bloei te kunnen staanDe Amsterdamse vemen bevatten behalve koel- huisboter regelmatig ook allerlei Aalsmeerse produk- ten. Is de seringenproef nog een experiment van het proefstation, met de forsythia is de kunstmatige koe ling al doodgewone praktijk. Daarmee wordt ze echter niet in winterrust gehouden, maar krijgt ze een vervroegde winter. Men heeft nl. ondervonden, dat het onmogelijk is, forsythia al in de herfst in bloei te trekken door ze een mild klimaat te bezorgen: ze gaat pas bloeien als ze eerst kou heeft gehad. Daarom wordt ze al in de vroege herfst in winterstemming gebracht; na een week of vier gekoeld te zijn, ont plooit ze zich voortreffelijk. Dat lukt zelfs gewoon op water: de bloeitakken worden al in het najaar van de struik gesneden en zo naar hun koelhuis gebracht; als ze terugkomen worden ze met de voet in het water gezet en ze bloeien alsof ze nog op de stam stonden. Het proefstation is dit nu ook met seringen aan het proberen. Men heeft ze inderdaad al in water aan het bloeien gekregen, maar erg florissant zagen de bloemen er toch nog niet uit: ze hadden nog te veel van de kastanjes, die wij in het vroege voorjaar in een vaas zetten: de knoppen gaan open, maar daar is het dan wel mee gezegd. In Aalsmeer is men met het ingrijpen ver gevor derd. Op de Floriade wordt b.v. een demonstratie ge geven van de Kalanchoë, een plantje met oranje bloempjes, dat men heel het jaar door bloeiend in de handel kan brengen, door de daglengte te regelen. Het plantje heeft de eigenschap om bij een korte dag lengte (in de winter) tot knopzetting over te gaan, om dan bij langere daglengte te gaan bloeien. Drie weken met korte dagen blijken voldoende te .zijn om de bloemknoppen te voorschijn roepen. Men gaat nu b.v. midden in de zomer drie weken een aantal uren per dag verduisteren; als men daarna weer zomer se dagen geeft, gaan de bloempjes braaf open. De na tuurlijke gang yan zaken bij de Kalanchoë is, dat in januari wordt gezaaid. In het najaar vindt dan de knopzetting plaats en in februari-maart van het jaar daarna heeft men bloeiende plantjes. De lange winter van de natuur, die maandenlang korte dagen geeft, is voor de kwekers echter verloren tijd: zij hebben voor de knopzetting maar drie weken winter nodig! De daglengte is lang niet voor alle planten rich tinggevend: seringen b.v. zijn er niet gevoelig voor. Daarbij moet men dus uitsluitend met temperaturen werken: warmte toevoeren als men bloei wenst en anders de diepvries in. Ook de bloemisterij kampt met (virus) ziekten. Spe ciaal de anjers worden er door aangetast. Om besmet ting tegen te gaan worden alle anjers zelfs in bak ken geteeld; in een laag geïsoleerde aarde en niet in de natuurlijke bodem. Diverse bloemplanten worden trouwens al niet meer in aarde, maar op grind ge kweekt, de voedingsstoffen worden dan toegevoegd aan het water. Een van de voordelen van deze methode is, dat de „bodem" goedkoop kan worden verwarmd. (Dij veel cultures volstaat men nL niet met het ver warmen van de lucht, maar worden ook verwar mingssystemen in de bodem aangebracht). Het grind biedt steun aan de plantenwortels, maar ook daar heeft men al weer iets op gevonden, zodat ook al ge woon in water wordt gekweekt, waarin dan alle voe dingsstoffen worden opgelost. Op geregelde tijden wordt onderzocht, welke stoffen door de planten zijn opgenomen en in welke hoeveelheden. Gebleken is nl. dat deze opname in de wihter anders is dan in de zomer. Aan de hand van de gegevens die men op deze manier verzamelt, stelt men o.a. bemestings adviezen op. Ook deze „watercultures" kan men op de tentoonstelling aanschouwen. De planten staan daar zelfs in glazen bakken, zodat men heel het wortel systeem kan zien. Het proefstation wijdt zich niet alleen aan experi menten en ziektenonderzoek; het zorgt ook voor de be oordeling van de nieuwe variëteiten, die in de proef tuin op hun kwaliteiten worden getoetst. Als u wilt weten wat het proefstation nog meer doet, moet u het jaarverslag eens aanvragen. Daarin troffen we o.a. hoofdstukken aan over de bestrijding van parathion resistente spintmijten bij watercultuur van Amerikaanse anjers; over verbreking van de win terrust van forsythia door een warmwater behande ling en over de orchideeënsnuitkever in Paphiopedi- lum callosum. Maar laat u hierdoor vooral met weer houden om in verrukkelijke amateuristische onwetend heid te experimenteren in uw 'tuintje of aan uw ven sterbank! VIC LANGENHOFF stuiving, kreeg men echter een F 2 - generatie, waar van het vierde deel bittervrij was. Deze planten wer den opnieuw gekruist met het gebruiksras, wat weer uitsluitend bittere nakomelingen opleverde, waaruit echter door zelfbestuiving opnieuw één kwart bitter vrije planten werd gewonnen, met een vrucht die al aanzienlijk beter was. Na nóg een kruising met het Nederlandse ras heeft men het gewonnen zaad ver kocht aan de zaadhandel, die nu verder kweekt, zodat men binnenkort op volwaardige en gegarandeerd bit tervrije komkommers kan rekenen. Een dergelijke verbetering kost uiteraard handen vol geld, maar dat komt ruimschoots terug als men een gunstig resultaat bereikt: bij de komkommerteelt betekent 5 pet. schade per iaar een totaal verlies van één miljoen gulden. Daar kan men heel wat proeven voor nemen! Vebroken-tulpenvirussen, zoals ze zichtbaar worden in de Ve.ïe generatiés lang hebben de Nederlandse tuin ders ervaringen op ervaringen gestapeld en hun rj vakkennis uit de praktijk wordt al sedert de vó- door degelijk onderwijs en deskundige voor- Nederig ^,ec°mpleteerd. De uitstekende positie, die de in onzo tutuinbouw daardoor veroverd heeft, zou wat thon echter niet behouden kunnen blijven zonder de respJlS„irr*filt, de ru8gegraat van de tuinbouw heet: van 7PP. 5kwaardig genoeg is deze research pas werden nrS datum: vóór en tijdens de oorlog incidenteel de z'ektenbestrijding nog maar proeftuinen ™ken*en het werk dat in de diversb seerd Het indrukwe'wfnUWas niet centraal georgam- ratoria en nriStoT 1 web van instituten, labo- het hele land wf -n1? dat thans van Wageningen uit na de oorlog S g-otfte deel pas na de oorloc lr V00r het grootste deel pas Amerikaanse' S Tued® onder invloed van de het incidentele ffff waaruit duidelijk bleek, dat een systematisch?eurwerk plaats moest maken voör blemen De mceH aanPak van de vele tuinbouwpro- gen, die deelf foor he^ClUngen z«n stic&«- overheid geiinancicr/i „B, J §ven en deels door de bezig met vraaesi-ukkeïf/u?n' s°mmige houden zich als voor de tuinbouw vïfi zowe!. voor de landbouw ren alleen typische tuTnhr,, n^-iZljn' andere bestude- groep horen insteüingen aK Tot de eerste tenziektenkundig Onderzoek Bf11. Instituut voor Plan- tuurtechniek en WaterhuUhJf- Instltugt v?or .Cul" yoor Bodemvruchtbaarheid n ing fn et Instltuut Instituut voor rieBewil- De tweede omvat o.a. het bouwproduHen het Tn +-+g fn Verwerkmg van Tuin en het Instituut voor de v /?-or Tuinbouwtechniek wassen. Verder aïl Veredeling van Tuinbouwge- als het Bedriifslahnroter.^0 laboratoria, zo- onderzoek en liet t v00r Gr°nd- en Gewas- derzoek. En dan knïfef dl f'V™! voor Bloembollenon- <ie charnDio-nnrt^mH -tJa J proefstations: voor de volle erlnri^n H°rst' voor de fruitteelt in in a -.! d in Wïlhelminadorp, voor de bloemisterij Schimmel er,Vetc' Er is zelfs een Centraaf Bureau vóór CUltures' gevestigd in Baarn. riade V1 andere instellingen zullen zich op de FIo- •/endtn i0steren' de meeste in één gezamenlijke in- kracht °Dur( fd* tjhtoonstellingsmotto „Van kiem tot de insidèrc°nderdeel is met alleen interessant voor de lfek ^n iB1-nkf!eft er sP.eciaa.l naar gestreefd, ook kende refo mzicht te geven in het vaak verbazingwek- om ook w ,1Werk- T"6 tentoonstelling zal zich daar- wel zo rken tot headlines, maar deze zijn toch krante-artikffrW; dat ze onmogelijk passen in een en een will ff hebben een noodoplossing gezocht één lahoritf--eunSe greep gedaan, door één instituut, torium en één proefstation te bezoeken. D3 va n was ket Instituut voor de Veredeling nienf £"ïgewass™- een van de kostbare laan in %?n aan de Dr. S. L. Mansholt- twintig academie?011' ,onderdvijftig man, onder wie vap gfocmten-^nfruTtrasserihvfr 4? ^'verbetering naar het creêrcn vM waarbij men o.a. streeft ten. Men heeft daar i f° resistent zijn tegen ziek- reikt, maar hoe rnoeifaam^8™6 resultaten mee be dijken uit het vooidïpnhj deze verworven zijn moge, maat. Kurkwortel ,vM >'an de kurkwortelvrije to door een zwam die fff Ziekte die veroorzaakt wordl tels aan, waarrinnf J? 5? grond zit. Deze tast de wor- ting i$ algemeen en nieftf gaat kwi-incn- De besmet- streden door stomfS wat om df°fm?n' Ze wordt be ren en door middël van fïif Jaar,moet gebeu" moet worden toegepast M™P1fme' v ledfr jaar onvatbare nndofit™ n kan ook enten op bel werk: men moefdff1' maar dat betekent dub- ken kweken en riff onmvf onderstammen en stek- onvatbare onderstam mof Uit het feit- dat er mogelijk is De 'iriffl!fblljkt al, dat resistentie lige rassen té kweken ls dan ook> °ngevoe- mee begonnen toef mo ls .daar in Wageningen maat had gevonden fff fff Tide Yorm van de to- zwam. Deze vorm nrfi0 met, g®voelig was voor de vruchtjes zo groot al-- ff ff echter kleine groene een paar jaarHjezig^Men is toen wilde met een gewone wf? <- T? .het krmsen van de kruisingen met uiteindelijk^eStta^610611*duizende? jes, die resistente planties nnfo 1 B twee zaad" onmiddellijk door stekken fff ,n' Deze werden kleine, maar reeds gekleurde vrmfff1' Ze bi.eken gen, die echter niet geschikt Xa Jften V00rt te bren" n waren voor consumptie. elektronenmicroscoop: grillige, draadvormige lichaampjes. Deze planten werden nu weer gekruist met de gewone gebruiksrassen, wat al veel gemakkelijker ging. Het produkt werd weer getoetst op zijn gevoeligheid voor de aantasting. Daarbij bleek, dat een plant, die heel grote vruchten had, niet resistent was, maar er was ook' een resistente plant met bijna normale vruchten. Zover was men de afgelopen zomer. Men hoopt en ver wacht, dat in de nabije toekomst een normaal dragend, kurkvrij ras te voorschijn zal komen. Als het zover is, gaat men vermoedelijk proberen een ras te kwe ken dat tevens resistent is tegen meeldauw. Op den duur Komt men zo tot volkomen ziektevrije rassen, tenminste' in theorie. Dat -zou betékenen, dat de ge vaarlijke en kostbare bestrijdingsmethódes niet gif stoffen; te zijner tijd kunnen worden verlaten. Maar eer hë|;, zover is, zijn vele jaren verstreken en wie weet, treedt-intussen bij de ziekten een mutatie op, waardoor de resistentie teniet wordt gedaanWant evenals het - griepvirus van karakter verandért, kan dit met plantenaantasters gebeuren. Bovendien kunnen weer heel niéuwe ziekten optreden: de natuur is wat dat betreft vindingrijk en het zal wel een eeuwige strijd blijven tussen menselijk vernuft en natuurlisten. Het IVT is ook lange tijd bezig geweest met kom kommers. De gekweekte vormen van deze plant hadden allemaal een bittere stof in sten gels en blad én van tijd tot tijd trad dit ook in de vruchten op. Hoewelhet percentage bittere komkom mers betrekkelijk klein was,, leverde dit toch groot nadeel op: iedere afnemer die een bitter exemplaar trof, kwam er vanzelfsprekend niet op terug. Ook hier is men gaan kruisen. Uit alle deien van de. we reld werd komkommerzaad verzameld, waaruit 15.000 planten werden opgekweekt. Eén enkel plantje was volkomen bittervrij, zowel in de wortels en stengels als in de vruchten cn dit ene plantje miste ook erfe lijk het vermogen, de zo onaangename bittere stof t,e vormen. Men heeft het gekruist met een veelge bruikt^ Nederlands ras, met het gevolg, dat... alle na komelingen bitter waren. Door toepassing van zelfbe- Bittervrij maar onooglijk dik, te kort, slecht gekleurd en bezet met onappetijtelijke zwarte stekels was de komkommer van de eerste bittervrije plant. Exotische planten hoeft men niet alleen in de tropische afdeling te zoeken: ook de Koningshof staat er vol van. Zodra het weer het toelaat, worden hier op het voorter- ïem, Soestdijkse oranjebomen en naekense laurierbomen geplaatst. Daartussen staat dan Henri Moore's beroemde King and Queen. De kasten tenen allereerst een arrangement van planten afkomstig van Soestdijk en riet Loo. Foto's en gebruiksvoorwer pen van de leden van oris vorsten huis hebben daarin een plaats gekre gen. Laeken heeft een keurcollectie iröpische planten afgestaan en Luxem burg brengt een jachttafereel. Ook de Zweedse en Griekse koningshuizen hebben aan deze bijzondere tentoon stelling meegewerkt en een van de hoogtepunten is de inzending van het kleine Monaco, dat een deel van zijn be aal?de Jardins Exotiques naar Nederland heeft verplaatst. F lak naast de Koningshof ligt de Clusiustuin, een duplicaat van de gelijknamige hof in de Leidse Hortus. Tussen de vatzg. „klooster moppen" gemetselde muren die deze tuin omsluiten vindt men alle kruiden die Clusius omstreeks 1594 in Leiden verzameld heeft. Daarbij is o.a. de.aard- appel, die toen nog weinig bekend was. Clusius heeft de verspreiding van deze plant sterk bevorderd. De knollen, zo verkondigde hij, zijn in rauwe toestand minder geschikt om te eten dan ge kookt of gebakken Met medewerking van de Leidse Hortus en instanties in Israël is een speciale afdeling inge richt die geheel is gewijd aan de bloemen en planten uit de Bijbel. Hier vindt men o.a. ceders, olijven en linzen en niet te vergeten het mos terdzaadje. an verschillende kanten is in de Floriade meer dan 15 mil joen gulden geïnvesteerd. Hiervan draagt de gemeente Rot terdam 3,6 miljoen gulden, waar mee zij de gwindslag voor de expo sitie schiep. De waarde der inzen dingen vertegenwoordigt een be drag 'Van ongeveer 5 miljoen gul den (alleen de bloembollen al één miljoen), de bouw en inrichting va-n de Euromast kostte 3,5 mil joen gulden, en tenslotte zal de exploitatie van de Floriade nog eens 3 miljoen gulden vergen. TS raaienest heet het restaurant in t\ het topje van de Euromast. Maar de dieren, waaraan het zijn naam ontleent, hebben zelf op de Flo riade nog maar weinig plezier beleefd Iedere minuut knalde het carbidka non, éven schrik en ontsteltenis zaaiend in de kraaiengelederen. De vogels had-' den het vooral gemunt op de zaadjes van de honderdduizenden plantjes, die nu uit de bodem zijn opgeschoten. Veel hebben de explosies overigens niet geholpen. Och, spreeuwen en kraaien weten niet beter of ze zijn altijd vo gelvrij geweest, en dat maakt ze mis schien wat onverschillig. eze poort, gebouwd in het ro- J sarium achter Boymans-Van Beuningen, bewaart de her innering aan de oudeuit 1632 da terende boerderij ,,Muyden", die tot vorig jaar bijdroeg aan het landelijk karakter van Kralingen. Toen door stadsuitbreiding de hoe ve werd afgebroken, en uiteraard ook de poort, bleven de beide leeuwtjes die deze „Muydenpoort" hadden gekroond, zolang in bewa ring. De gemeente heeft nu de poort laten herbouwen met de oorspronkelijke gele IJsselsteentjes, en zo hebben ook de leeuwen hun functie weer kunnen opnemen. Het geheel vormt in het museumpark een bijzonder levendige noot. Ergens op de Floriade is een mol te bezichtigen in zijn dagelijks be drijf. Een normale mol nu pleegt zich vooral met wormen in het leven te houden. De eenzijdigheid van dit menu stelde de Floriade voor grote pro blemen, want dit zou betekenen, dat iemand twee dagen per week moest be steden aan het bijeengaren van het be nodigde mollevoedsel. Daarom gaf men het beest tevoren een maand lang niets anders dan gehakt. Het duurde even, maar de mol beschouwt gehakt nu als zijn lievelingsgerecht en kijkt geen worm meer aan. Ook een haas heeft de Floriade m moeilijkheden gebracht Het dier werd ontdekt toen het zich te goed deed aan enkele overheerlijke bloembollen d f800,— per kilo. t-r werd iemand zonder jachtvergunning maar met een geweer op afgestuurd, die een wekenlange achtervolging tw- zetu en tenslotte het genoegen mocht smaken om dit ontoelaatbare brokje fauna uit de omringende kostbare flora te elimineren.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1960 | | pagina 13