Verblijf van de Paus In de Castelli geen echte vakantie meer De Kerk in Finland AANTAL ACTIEVE GELOVIGEN BREIDT ZICH STEEDS UIT V Nelson Rockefeller: Padvinder-miljonair W H. VADER naar Castelgandolfo „Een oord. door de gezonde lucht en de schoonheid van hel terrein geschikt om in een kort verblijf ziel en lichaam te herstellen" Reis per auto duurt slechts een half uur Een kwestie van interpretatie D Uhde begon met succes missiewerk in fabriek I Mensapen in Congo pagina 6 door Emery Kelen .P*SSS$ Studie van Neder lands bioloog In Nijmegen Tanclartsstudie per 1 september 1961 Naar snelheidsbeperkj^ op de grote wegen V B DINSDAG 26 JULI 1960 (Van onze Romeinse correspondent) ROME, 25 juli In het pauselijk buiten te Castelgandolfo zijn de schoonmaak- en restauratiewerkzaamheden geëindigd. De H. Vader zal vanmiddag voor twee maanden zijn intrek nemen in zijn zomer residentie. Het pauselijk appartement heeft enkele wijzigingen onder gaan. De slaapkamer, waar Pius XII stierf, en de aangrenzende kleine kapel, die aan de Zwarte Madonna van Czestochowa is toege wijd, zijn iets vergroot. De verhuizing der persoonlijke benodigdhe den van de H. Vader en van zijn klein gevolg is achter de rug. In tegenstelling tot de gewoonte der laatste jaren van Paus Pius XII, die graag geheel alleen wilde zijn in de zomermaanden fe Castelgan dolfo, nemen thans ook de Majordomus, de Opperkamerheer, de particulier secretaris en enkele andere heren hun intrek in het bui ten. De Villa Papale is er groot genoeg voor. De oppervlakte van het gehele terrein overtreft verre dat van Vaticaanstad en omvat behalve het eigenlijke paleis nog de Villa del Moro, de Villa Cybo, de Villa Barberini met hun parken en tuinen en een modelboerderij. Sinds 1936 is op het landgoed ook de Vaticaanse sterrewacht onder gebracht. KRONIEK ai i i |||y I.IjMJULtJuJj i m Sint-Ra^i A 0 Duitse proef is niet hoopgevend Pius XII resideerde gedurende zijn twintigjarig pontificaat veertien malen in Castelgandolfo. Hij placht er kort na het feest der Apostelvorsten heen te gaan en kwam eerst tegen de Advent in Rome terug. Na langdurige herstel werkzaamheden, die nodig waren, om dat de gebouwen ruim zestig jaar had den leeggestaan, wijdde Pius XI in 1934 de zomerresidentie in. Deze paus ver toefde er vijf zomers. De paus, die er de meeste keren kwam, was Benedictus XIV Lambertini (17401758). Hij was er vijftien malen, soms in de lente, soms in de herfst. Toen plachten de pausen het buiten nog als een zuiver vakantie oord te gebruiken. ,,Ob coeli solique sa- lubritatem amoenitatemque animo cor- porique brevi secessu reficiendis" had Alexander VII Chigi er rond 1660 in marmer laten griffen: een oord, door de gezonde lucht en de schoonheid van het terrein geschikt om in een kort ver blijf ziel en lichaam te herstellen. Maar Papa Lambertini, de grootste paus der achttiende eeuw, verbond het nuttige met het aangename. Hij werkte tien uren per dag, tot zijn secretarissen niet meer konden. „Ofschoon wij, schreef de paus op 72-jarige leeftijd aan zijn vriend kardinaal Tencin, 35 tot 45 jaar ouder zijn dan deze heren, blijven wij dicteren, tot zij te moe zijn om ver der te schrijven." Maar verder hield de H. Vader van de open lucht en omdat hij zwaar was, reed hij liefst te paard door de gehele streek der Castelli in een witte korte toog met witte rijlaar zen en een ronde rode hoed. De genade van staat strekte er kennelijk niet toe de „Vicarius Christi in terra" altijd in het zadel te houden en bij zulk een ge legenheid brak hij zelfs in de Castel li een schouder. Tot in 1747 zijn medicus hem eindelijk kon overtuigen, dat het zeker zo gezond was om te voet te gaan of desnoods in een koets. De kroniekschrijvers hebben er altijd genoegen in gehad om de petite histoire humaine van het verblijf der pausen in Castelgandolfo te boek te stellen. Zo ho ren wij, welke prinsen, kardinalen, her togen en ambassadeurs Benedictus XIV landelijke geschenken zonden: zoveel kalveren, zoveel manden met vis, vruch ten, wijn enz. Dezelfde kroniekschrijvers uit een tijd, die nog geen koelkasten en koelcellen kende, vertellen, hoe de paus met dergelijke cadeaus dan weer de ge hele streek gelukkig maakte. De paus placht op zijn tochten vrienden en kloosters te bezoeken. „Vrijdagmor gen, aldus de ijverige kronist, ging de paus de mis horen bij de Riformati (Trappisten). In de bibliotheek ontving Zijne Heiligheid later de koning van Groot-Brittannië en de prins van Wales de verbannen James IV Stuart en zijn zoon Zondag daarentegen ging de H. Vader naar de zusters van Al- bano, waar hij aan de poort van het klooster opgewacht werd door drie kar dinalen. De paus las er de H. Mis en reikte aan de zusters de H. Communie uit. Na in de spreekkamer de thee ge bruikt te hebben betrad hij met alle pre laten het klooster, bezocht het koor» de apotheek en de tuin en ging niet heen, voordat hij alle (slot)zusters tot de voet kus had toegelaten." Pius IX, die het land had aan Castel gandolfo, maar er geregeld heen ging, placht er als paus Lambertini te leven. Ook hü zwierf te paard, te voet of in een rijtuig door de Castelli. Pio Nono had er bovendien plezier in, liefst geheel alleen, onverwacht tegen etenstijd bij een klooster aan te kloppen, waar hij dan in de refter meeat, het silentium ophief e nallen vermaakte met zijn illllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllinilllllllllllll iiiiiiiiiiiiiiiiiiimmiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii scherts en anecdoten. Vooral te paard maakte de paus gaarne tochten: een maal reed hij de gehele Monte Cavo (1000 m.) op. Men zegt, dat er in een omtrek van tien kilometer geen kapel of kerk, geen kasteel, klooster of colle ge was, dat de paus niet bezocht heeft, in het park van de villa Barberi ni gaf hij, zo gauw er maar een aan leiding voor was, feesten voor de be volking uit de omtrek met schietwed strijden en verlichting. De dagen van Papa Lambertini en Papa Mastai Ferretti zijn voorbij. De tegenwoordige kroniekschrijver (in de Osservatore) begint niet meer met het traditionele: „Heden heeft Zijne Hei ligheid zich in reisgewaad gestoken en zich vergezeld van mgr. Majordomus en mgr. Opperkamerheer naar Gastel- gandolfo begeven, acht cavaleristen en acht kurassiers begeleidden de pauselijke karos, welke voorafgegaan werd door Welke interpretatie geeft België aan de resolutie die vorige week door de Veiligheidsraad werd aangenomen? De raad heeft Bel gië verzocht zijn troepen „spoedig" uit Congo terug te trekken. Nu kunnen er naar aanleiding van deze wens van de Verenigde Naties drie vragen gesteld worden: Wat is „spoedig", wat betekent „terugtrekken uit Congo", en wat moet men verstaan onder „troepen"? Deze drie kwesties zijn niet zo eenvoudig als zij misschien wel lijken. Zelfs de Russen hebben tenslotte geen tijdslimiet willen stellen aan het heengaan van de Belgische militairen. Aanvankelijk had Moskou in de Veilig heidsraad een resolutie willen indienen, waarin een terugtrekking „binnen drie dagen" werd geëist. Maar de Russen hebben hun ontwerpresolutie op het laatste ogenblik ingetrokken, en zij hebben zelfs hun stem gegeven aan de Ceylonees-Tunesische resolutie die vrij dagmorgen werd aangenomen. „Spoe- dig" is een zeer rekbaar begrip, en Brussel stelt BUITENLANDSE zich op het stand punt, dat het de veiligheid van de Belgische onder- V J danen in Congo v moet garanderen, zolang de V..N-troepen daar nog niet toe in staat zijn. België heeft zich naar aanleiding van een vorige resolutie van de Veiligheidsraad al bereid ver klaard tot terugtrekking van de troe pen uit het grondgebied van Congo, maar het gaat er maar om, wat men onder dat grondgebied moet verstaan. In het Belgisch-Congolese vriend schapsverdrag, dat kort voor de machtsoverdracht door de twee rege ringen werd getekend, werden België in Congcf vier militaire bases toegewezen. Die bases zijn volgens de Belgen geen Congolees grondgebied, en België zou dus gehoor kunnen geven aan het ver langen van de Veiligheidsraad, door de troepen in Congo eenvoudig op de vier bases terug te trekken. Deze opvatting schijnt echter niet gedeeld te worden door de V.N.-commandant in Congo. Maar dan is er nog de kwestie van de status van Katanga, de zuidelijkste pro vincie van Congo. Het hoofd van de re gering van deze provincie, Tsjombe, heeft verklaard, dat Katanga een on afhankelijke staat is. Terwijl premier Loemoemba de Belgische troepen on middellijk weg wil hebben uit alle pro vincies van Congo, wenst Tsjombe de blanke militairen in Katanga te hou den. Het voortbestaan van Katanga als een afzonderlijke staatkundige eenheid is mede afhankelijk van de handhaving van de Belgische troepen aldaar. Tsjombe wil niet, dat in Katanga de taak van de Belgische troepen wordt overgenomen door V.N.-eenheden, en Hammarskjöld had tot nog toe geen aanleiding gezien om zijn soldaten de zuidelijkste provincie van Congo bin nen te laten rukken, om de eenvoudige reden, dat er in dit gebied geen wanor de bestaat. Maar nu de Veiligheidsraad enerzijds de territoriale eenheid an Congo heeft erkend, en anderzijds het heengaan van de Belgische troepen uit Congo heeft geëist, zullen die troepen uiteindelijk ook Katanga moeten verla ten. Katanga is een rijk land, omdat het een bloeiende mijnindustrie heeft. Maar de topfunctionarissen in deze industrie zjjn uiteraard Belgen, en Tsjombe kan hen niet missen. De Belgische burgers hebben gedreigd, dat zij Katanga zullen verlaten, als de Belgische troepen in dit gebied door V.N.-eenheden worden vervangen. Nu zou er een tussenweg kunnen worden gevonden als de Bel gische soldaten in Katanga onder V.N.- bevel geplaatst werden. e derde moeilijkheid die voor Bel gië in de jongste resolutie van de Veiligheidsraad ligt opgeslo ten betreft de definitie van het begrip „troepen". België zal het eerst die mi litairen naar het moederland terug ha len, die .na de onafhankelijkheid, naar aanleiding van de relletjes, vanuit Bel gië en Duitsland per vliegtuig naar Con go waren gebracht. (Het gaat hier om ongeveer 4000 parachutisten.) Met de tweeduizend man die op de vier bases in Congo thuis horen is het een andere kwestie. Maar dan zijn er ook nog Bel gische officieren in Congo, die als „technici" zijn toegevoegd aan de zwarte militaire politie in de provin cies, waaronder vooral Katanga. Beho ren deze officieren ook tot de „troepen" die de Veiligheidsraad wil zien heen gaan? Tsjombe heeft zjjn Belgische mi litaire experts bitter nodig voor de handhaving van de rust en de veilig heid in zijn gebied, en hij wil hen tot nog toe niet laten vervangen door niet- Belgische V.N.-technici. België wenst geen conflict met de Verenigde Naties, en het is verheugd, dat de Veiligheidsraad tot nog toe geen resolutie heeft aangenomen die voor de Belgen eenvoudig onaanvaardbaar is, al wordt die vreugde getemperd door het besef, dat de beide resoluties wei nig begrip tonen voor de Belgische moeilijkheden in Congo. Brussel hoopt, dat de V.N., in de interpretatie van hun jongste resolutie, de Belgen niet alsnog voor onmogelijke eisen zullen stellen. het kruis... Toen duurde de reis met obligate onderbrekingen een hele dag. De auto doet het parcours Vaticaanstad- Castelgahdolfo heden in een half uur. Toch hebben wij thans aan Benedic tus XIV en Pius IX moeten denken. Het was minder om het feit, dat ook tegenwoordig het verblijf in de Gastelli geen echte vakantie meer is, maar eer der een verplaatsing van het dagwerk van een paus van het hete Vaticaan naar de koelere hoogte van Castelgan dolfo. Wij werden aan het verleden voor al herinnerd, toen wij op ons lijstje za gen, dat paus Joannes XXIII de vorige zomer, al is het dan niet te paard met witte rijlaarzen, geregeld tochtjes maak te en bezoeken bracht in het vulkanisch heuvelland rondom de meren van Al- bano cn Nemi tot Genazzano, S. Vito Romano en Bellegra toe. De H. Vader heeft tot nu toe het gebied van zijn dio cees niet verlaten. Maar voor deze zo mer ?ou er een reis naar de herstelde abdij van Montecassino op het program staan en zelfs een bedevaart naar het befaamde Italiaanse Maria-oord Loreto. $£0 Een bijeenkomst in de Finlayson-kerk in Tampere tijdens een godsdienstoefe ning in de avond. Nelson Rockefeller Soms, als ik bijvoorbeeld een bolli ge neus in een mager gezicht aan tref of een paar dicht op elkander staande ogen in een dik gelaat, ben ik zo roekeloos daaruit verstrekken de conclusies te trekken voor wat betreft afkomst en overgeleverde persoonlijke eigenschappen. De lezer zou mij er van kunnen beschuldigen overdreven belang te hechten aan futuliteiten, maar ik kan hem dan verzekeren dat ik het niet zou wagen zulke dingen vast te stellen als ik niet duizenden fa milieportretten bestudeerd had om te onderzoeken welke metamorpho- sen physieke en psychische kenmer ken ondergaan als zij van generatie tot generatie opschuiven. Als ik het gelaat van een mens bestudeer en hem daarnaar, recht doende, beoordeel, dan kijk ik ook graag naar zijn laatste voorouders om te onderzoeken of ik die ken merken, die in mijn „onderwerp" fragmentarisch of vervaagd aanwe zig zijn, ook in originele vorm kan ontdekken. Albert Einstein was een raadsel voor mij tot op de dag, dat ik de foto's van zijn ouders onder ogen kreeg. Toen begreep ik hoe ik op zijn gelaat kon aflezen dat het phy sieke zjjn zeldzame natuur aanduid de. Laten wij, na deze inleiding eens kijken naar Nelson Rockefeller, gou verneur van de Staat New York. En wij gaan dan eerst terug naar grootvader John D. Rockefel ler, grondlegger van het familie-ka pitaal. Hij begon als assistent-boek houder met een loon van drie en een halve dollar per week. Toen hij zich op 57-jarige leeftijd uit de zaken te rugtrok werd zijn fortuin geschat op een miljard dollar. Hij bereikte de leeftijd van 97 jaar. Ik zou niet graag zeggen dat hij er tegen zijn levenseinde uitzag als het uitgedroogde karkas van een kuiken, en daarom stel ik dan maar dat hij een ongewone gelijkenis vertoonde met de mummie van Ramses II, van wie verondersteld wordt dat hij die onverzoenlijke Pharao uit de Bijbel is: hij had een hoekig profiel, een spitse vooruitstekende „snuit", een kleine puntige kin en spleetachtige vossen-ogen. Hij had trouwens ook duizenden rimpels en plooien in zijn gezicht: Oorspronkelijk had hij rood haar, maar hij verloor het al vroeg en droeg daarna altijd een pruik. Hij gedijde in die periode van de Amerikaanse geschiedenis dat gentle man-rovers grote fortuinen maakten op de manier van duiten-dieven. Spoorweg- en Mijn-maatschappijen vochten bloedige oorlogen uit en geen enkel schuldgevoel hield hen er van terug betaalde storm-troepen in sta te houden. Het was in de tijd dat Herbert Spencer de term „survival of the fittert" uitvond en die woorden von den in Amerika een enorme weer klank. Zij leverden voor degenen, die anderen de schedels verpletter den, het bewijs dat zij het waren die sterk genoeg bleken om in het za ken doen staande te blijven, noeg bleken om in het zaken doen De oude Rockefeller was scherp als een mes, hard als een spijker en sluw als een vos. Hij was een meedogen loos ijveraar, een koele fanatiekeling, een van dogma's bezeten tuchtmees ter en cr waren een half miljard dol- lars-voor-de-philantropie mitsgaders al de vindingrijkheid van een inven tieve reclamechef voor nodig om hem weer in het zadel van de publieke sympathie te tillen. Hij liet zijn nakomelingschap zjjn scherpe snuit en een gevoel voor piet- luttig-nauwkeurig boekhouden na; -O- wel het een als het ander bepaalt nog steeds het karakter van de familie. Grootmoeder, zjjn vrouw dus, was van een meer stoere lichaamsbouw, maar zij was niet minder vroom, streng en overheersend. Zij voerde bij de familie de uitste kende jukbeenderen en de vierkante kaak in. Zij is ook de oorsprong van het glimlachend oplichten in de ogen van de Rockefellers. Hun zoon, John D. Rockefeller jr., vader van Nelson, heeft een lang, bleek gezicht met «en brede kaak. Hij is een man van aristocratische onaandoenlijkheid. Niettemin, ergens ligt als een kleipe vlam onder een laagje droog ijs, enige gevoeligheid en een neiging tot tedere gevoelens verborgen. Tijdens zijn generatie werden de ondernemingen van de Rockefellers onderworpen aan de vaste morele wetten van de twintig ste eeuw, en de sluizen tussen hun fortuin en een grote verscheidenheid van philantropische instellingen wer den geopend. Nelson Rockefeller is een duplicaat van zijn grootmoeder met haar vier kante, brede hoofd. De reclame-jon gens, die de gouverneur omgeven, trachten hem te verkopen als een glimlachende goeierd, die iedereen op de schouder klopt en iedereen de hand drukt. Ik echter kan hem onmogelijk zo zien. Zeker, gouverneur Rockefeller heeft een gerede glimlach, maar een glimlach heeft, net als wijn, zijn eigen bouquet; de een is zoet, de ander zuur. Nelsons glimlach is bit ter. Hij houdt er de glimlach van groot moeder op na. Maar ik heb een spe ciale studie van de glimlach ge maakt. Ik heb ontdekt dat hij hele maal niet bij de ogen, maar bij de mond begint. Terwijl de bij de juk beenderen geconcentreerde spieren de glimlachende mondhoeken optrek ken, trekken de ringvormige spie ren rond de ogen samen en maken er spleetogen van. Druk uw vingers in uw ooghoeken en glimlach. U kunt dan voelen wat er gebeurt. Een schuw mens geeft van zijn ge spannenheid blijk door een eeuwig durende, zelf beschermende glim lach. Als resultaat daarvan zetten zich aan de ooghoeken kraaienpoot- jes vast en de bevroren glimlach ontstaat. Constateer zelf hoe dikwijls dat voorkomt, vooral bij slanke gespier de mensen met een hoge neuswortel en met geringe plooien die als een luifel over de ogen hangen. Dag Hammarskjöld, Harold Mac Millan, Josef Stalin, zij zijn en Stalin was dus allen mannen met een bevro ren glimlach. Ik geloof dus met dat de glim lach van gouverneur Rockefeller een teken is van plezier of ontspannen heid, maar eerder een van strakke gespannenheid, gevoeligheid en ner vositeit. En deze, mijn bewering wordt geschraagd door talrijke an dere aanduidingen: de schrille toon hoogte van zijn stem, het zorgelijke samentrekken van zijn wenkbrauwen dat optreedt zo gauw hij begint te spreken en een netwerk van ver warde rimpels dat zich vreemd ge noeg, slechts boven zijn rechteroog heeft geconcentreerd. Dikwijls trekt hij, zoals Franklin Delano Roosevelt placht te doen, op een nerveuze manier met zijn kaak. Hij heeft een vreemde loop. Hij trekt zjin linker-schouder op en be weegt zich in een links-schuinwaart- se richting voort. En hij loopt altijd vlug. Ontspannen mensen lopen op een gemakkelijke manier en zij gebruiken hun hele lichaam in één harmoni sche beweging. Zij komen snel voor uit zonder een jachtige indruk te maken. U zou ongetwijfeld kunnen vragen hoe zulk een gevoelig man in de po litiek is terecht gekomen. Kijk aan naar de kaak. Hij heeft het breedste voorhoofd, de meest forse schouders en de meest vierkante kaak van al le Rockefellers en, om het alles com pleet te maken, ook de grootste mond. Kennelijk belast met al de wetma tigheden die het aanzien van de fa milie Rockefeller bepalen, geeft Nel son ook blijk van een ontzaglijke daadkracht, wil, zelfvertrouwen en van al de eerzucht van een uitzon derlijk gespierd man. Daarom kan men hem altijd jachtig, glimla chend en handenschuddend zijn weg door de menigte zien zoeken. Jovia liteit is in een democratische wereld het „handelsmerk" van elke politi- cus-met-aspiraties. Maar zoals ik hem zie is hij een bleke, niet-roker en niet-drinker, die dezelfde strenge onbuigzaamheid be lichaamt als zijn grootvader deed. Ik geloof niet dat Nelson Rocke feller behoort tot die soort van men sen, die een gedetailleerde belang stelling hebben voor welke vreemde dan ook, tenzij het dan gaat om doeleinden van algemeen belang. Maar ik geloof wel dat hij een man is, die ernstig is begaan met het lot van een natie of met dat van de mensheid in haar geheel. Ik ge loof vast dat het geniale talent voor organiseren dat Grootvader over de hele familie heeft verdeeld, in hem woont. Het pedante, het dogmatische en het fanatieke is van generatie op ge neratie veranderd in gewetensvol heid en in een strikt-morele levens opvatting. En onder zijn gespannen heid brandt de kleine vlam van ge voeligheid, zoals bij zijn vader. Het is moeilijk om de ware natuur te ontdekken van een man die om geven wordt door een regiment van „braintrusters" en door een zwerm van dubieuze reclame-jongens, wier taak het is Rockefeller te „presen teren", niet zoals hij is, maar zoals hij met het oog op een eventuele verkiezing het beste zou kunnen zijn. Zjj trachten hem voor iedereen aannemelijk te maken. Zij hebben alleen vergeten de muurschildering van Fernand Leger en het portret van een door Picasso geschilderde, misvormde vrouw, die men in zijn appartement in New-York kan aan troffen, van de wanden te verwijde ren. De aanwezigheid van deze schilde ringen is voor mij een voldoende overtuigend bewijs van het feit dat de gouverneur geen ronde jongen is die het hart op de juiste plaats draagt, maar een op de abstractie gericht mens. Gevoelige miljonairs kopen name lijk Renoirs! Het is voor mij een mysterie waarom de jongelui van de „public relations" een man als Nelson Roc kefeller niet in zijn eigen gestalte en hoedanigheid aan het publiek aanbie den en met zijn eigen oprechte kwa liteiten die overduidelijk in hem aan wezig zjjn. Ik geloof niet dat zijn kansen er door geschaad zouden worden. In een jong en vitaal land als de Verenigde Staten, waar het stijfste puritanisme achter iedere gebeurte nis aanjaagt, en waar de alles in beweging brengende geest van de slanke, gespierde man de gehele cul tuur beheerst, zou de jeugdige, stu wende gouverneur van New York best een sterke Republikeinse kandi daat voor het presidentschap kunnen zijn. En het Democratische geroep dat hij alleen maar een padvinder met een paar honderd miljoen dol lar is, zou precies een aanwinst op zijn creditpost kunnen zijn. Want per slot van rekening heeft de doorsnee Amerikaanse kiezer geen enkel bezwaar tegen padvin ders, en ook niet tegen een paar honderd miljoen dollar. (Copyright A.B.C.press) m. Grootvader John D. an welke kant men Helsinki ook nadert, het eerste wat men ziet is de Grote Kerk, met de monu mentale trappen, waarop vooral in de middaguren honderden jonge mensen zich in de zon koesteren. Toen ik daar rondkeek, zag ik enkele jonge meisjes op de bovenste trap tegen de muur van de kerk geleund zitten, met hun gezicht naar de zon gekeerd. Zij hiel den een groot stuk carton, met zilver papier overdekt, onder hun kin om toch maar vooral, door de terugkaat sing van het licht, niets van de ultra violette kracht van de zon te missen. Deze Grote Kerk verheft zich met zijn machtige koepels op het uitgestrek te Senaatsplein, vlak tegenover de universiteit. Van alle kanten ziet men de zuilengang, zodat het lijkt dat de Dom aan vier zijden betreden kan wor den. Bij de hoofdingang zag ik een aan kondigingsbord, waarop in het Fins en Zweeds te lezen stond: in deze kerk is plaats voor 2500 personen". Daaron der stonden de handtekening en de stempel van het gemeentebestuur van Helsinki. Het was een tamelijke kille dag, maar in de Dom heerste een behagelij- ke zomertemperatuur. Moderne radia toren zorgden hiervoor. Maar omdat de temperatuur in Finland 's winters niet zelden 35-40 graden onder nul is, zijn de muren in deze kerk met vach ten van kunstvezel, in rechthoeken ge sneden, bedekt. Deze wandbekleding dient tevens als geluidsdemping. De preekstoel is van geel marmer en met gouden guirlanden versierd. Een groot aantal microfoons zorgt ervoor dat men in de Dom elk woord van de gees telijke, die de preek houdt, duidelijk kan verstaan. Drie beelden staan in de Dom opgesteld, dat van Maarten Lu ther, van Melanchton en Agricola. Bo ven het altaar hangt een schilderij, ge schilderd door Paul Neff, dat de Af neming van Christus van het Kruis voorstelt. Het doek is afkomstig uit het Tsarenpaleis te Petrograd. Op de eerste bank in het midden schip van de kerk is een metalen plaat aangebracht, met de in het Fins en Zweeds gestelde mededeling: „gereser veerd voor de president van de repu bliek en diens familie". Men vertelde mij echter dat president Urho Kek konen en zijn vrouw niet in deze bank maar op twee stoelen voor deze ban- kenrjj de godsdienstoefeningen, die af wisselend in het Zweeds en het Fins worden gehouden, bijwonen. Aan het hoofd van de kerk in Hel sinki staat de zeer populaire bisschop Martii Simojoki, die sinds 1959 dit ambt bekleedt. Hij, die met Herra Piispa (Heer bisschop) wordt aange sproken, is vooral bekend geworden door zijn oecumenische arbeid en door zijn onophoudelijk streven het con tact van de kerk met de moderne mens te verstevigen. De bisschop van Helsinki, hoogle raar aan de theologische Faculteit van de Universiteit te Helsinki heeft mij een onderhoud toegestaan; hij vertelde, dat 94 pet. van de Finse bevolking bij de Lutherse Kerk hoort. De kerk heeft een grote zelfstandigheid. „Wij heb ben een kerkparlement en de staat heeft verder niets met de religieuze aangelegenheden te maken". „Het godsdienstonderwijs op de s pe len wordt door de staat betaald. Staatspresident en de regering fl- men zijn de opperste kerkelijke tie maar zij hebben geen bemoei® met het eigenlijke godsdienstig leve Bisschop Simojoki, die persoon tot de Piëtistische Beweging "L,rdi kerk hoort, heeft mij nog verzeK» e. „dat het aantal aktieve gemeei - leden steeds groeiende is". Ik -*e van mening, dat hier meer ge'°\et Christenen zijn, dan vroeger. En e( is een verheugend verschijnsel, dat ,f{ steeds meer jongeren zijn, die a*„", meedoen aan het Kerkelijk 'eV je Hij vertelde mij nog, dat er over eI) Finse radio elke dag 's ochtends 's avonds een gebed, en 's zondags ,eJ1, Godsdienstoefening wordt uitgezoi10 Een sprekend voorbeeld van een tensief kerkelijk leven vond ik i" jjc grote industriestad Tampere, waaf „ko een oefening in de Finlayson-K-" bijwoonde. Deze kerk is de merkv'a digste, van alle kerken, welke mijn leven heb bezocht Zij is na jflC tri®' lijk eigendom van een grote indust onderneming, de Finlayson-Forssa jt brieken (4000 werknemers) en plaats voor 325 personen. De Stadspastoor Marrti Jarvea'^, en de Stadsmuziekdirecteur Paavo mi hebben mij de geschiedenis het ontstaan van deze Kerk ver'c toen ik met hen na de godsdienst"® ning nog in de kerk achterbleef, ^jj ziekdirecteur Salmi speelde voor op het oude orgel van Hill and S°' London, welke nog uit Petrogr stamt een werkje van Bach; daar kreeg ik het verhaal te horen. j Finlayson, een Quaker j„ James I Schotland, richtte de fabriek op. 1820. Zijn opvolger van 1835-1860 dinand Uhde, vvas een Duitse P'®.cf, en aanhanger van Johannes Gosc"1 een katholiek priester in Goschner was katholiek vei lief- mij Stadspastoor Jarventie, maar j.W. de als een Evangelische geesten^! Uhde droeg aitijd een groot aa eji boekjes stichtelijke lectuur bij zlCiiii9' verdeelde deze tijdens zijn wanaeja- gen in Tampere. Hij liet op het eJJ brieksterrein godsdienstoefeno 60p houden en op elke 2e januari v°n eefl de binnenplaats van de fabriek godsdienstoefening plaats, waaraa" le werknemers deelnamen. eef Van 1846 tot 1880 was Finlayson j5 zelfstandige Kerkgemeente. Uhde j-j,r eigenlijk met het missiewerk in land begonnen. Zijn opvolger Wilhelm von NotWJjgii uit Balticum, was eveneens I'd de Piëtistische Beweging in PetIü?®hoU' Hjj liet de huidige kerk in 18?9 wen. ,,erK Sindsdien hoort de Finlayson-* je tot het stadsbeeld van Tampere en^f traditie wordt in deze kerk g0rt' steeds groeiende belangstelling \g.0O gezet. Elke dinsdag wordt er om aaf- uur een avondgebed gehouden, ge- bij op het orgel Psalmen worden geli speeld, waarna een preek van me half uur "volgt. Het geheel duurt kwartier. Er zjjn Advent- en diensten. „jjg Op 2 januari, op de eerste wer*^ van het jaar vullen de werknejn van de' Finlayson-Forssa fabrj® reeds om 7 uur in de ochtend de k Het werkjaar begint met een jjgf dienstoefening. Na de preek zingt jp gemengd koor, mannen en vrouwe jp. overals. Daarna gaan zij de fabrie^p Ook in Tampere, het bolwerk ^ei het Socialisme in Finland groen je aantal belijdende Christenen met dag. Evenals elders in Finland. - PAL BALAZ» t* Vj; 1 F lil T^.fr ti 1 Jfffr'i De Grote Kerk Helsinki, die met zijn koepels een merkteken aan het si'"0 van de stad heeft gegeven. AMSTERDAM, 25 juli Dr. A. Kort- Iandt, lector in de psychologie en de ethologie der dieren aan de gemeente universiteit is dezer dagen terugge keerd van een verblijf in Congo, waar hij gedurende een half jaar studie heeft gemaakt van het leven der chimpansees in de vrije natuur in opdracht van „het instituut der nationale parken in Bel gisch Congo" te Brussel en met steun van Nederlandse en Amerikaanse we tenschappelijke fondsen. Dr. Kortlandt heeft nabij het Albert- park m het oostelijk deel van de Congo een bijzonder geschikt open terrein ont dekt, waar hjj onder meer vanuit een ™eier hoge schuilhut, gebouwd in een boom dóór Pygmeeën, de apen uit stekend heeft kunnen observeren. Hij heeft de gangen van deze het nauwst aan de mens verwante dieren kunnen nagaan, op momenten dat zij de dichte oerwouden hadden verlaten en op het open terrein verbleven om zich te voe den met bananen en papayes. Hij heeft de gedragingen der dieren kunnen vast leggen op vele meters filmband. Hij ont dekte onder meer dat de chimpansees in groten getale leefden op een heuvel, die door de inlanders heilig was ver klaard. Hij constateerde bovendien, dat deze apen minder in gesloten groepen leven, dan tot dusver in wetenschappe lijke kring werd aangenomen. Dr. Kortlandt had Congo juist verla ten voor de moeilijkheden begonnen als gevolg van de soevereiniteitsoverdracht. Hjj zal zijn wetenschappelijke bevindin gen doen publiceren in de uitgave van het Belgisch instituut. NIJMEGEN. 23 juli (K.N.P.) raad van bestuur der stichting en curatoren van de r.-K' '^\\e versiteit maken bekend, dat zfj 0(fl maatregelen treffen, die nodig je het onderwijs in de tandheelkunde universiteit in september 1961 te c]i' beginnen. Men mag daarom ver^ ten, dat de poorten van de Nijh,e^0of universiteit op de genoemde datum de toekomstige tandartsen zullen gaan. (Van onze Haagse redactie! ^jj DEN HAAG, 26 juli De resumés' van de Duitse proef met een snel" beperking op de grote wegen, W" „r ook in Nederland bestudeerd. u„r\oV}' schikbare gegevens geven de vom ?jjr> ge indruk dat het zeer moeilijk 1%^' tot betrouwbare conclusies te y,„t; oa' zo meent minister Korthals. Als derzoek hiertoe aanleiding zou s zullen soortgelijke proefnemingen ^1 ons land worden overwogen, y\e i" echter pas mogelijk zjjn, nadat jfi voorbereiding zijnde herziening VJ* va wettelijke voorschriften ten aanzliv1edel' het vaststellen van maximumsnel tot stand zal zijn gekomen. spe'j De Duitse proeven betroffen een heidsbeperking op enkele drukke pj gedurende het Pinksterweekend eerste indruk van de resultaten wa hoopgevend.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1960 | | pagina 6