WASDAG - SUNILDAG
Suggestie commissie 0.,.K. en W.en Sociale Zaken
DRIEJARIGE vormingsPLICHT
leerplichtvrije jeugd—
voor
Leerplicht en vormingsplicht
straks samen elf jaar
RAPPORT BLEEF HEEL LANG
BINNENSKAMERS
SUNIL
Belasting op loterijen
beperkt tot vijftien pet
In uitzonderingsgevallen
geen omzetbelasting
GELUKWENSEN VOOR DR. DREES
WASDAG - SUNILDAG
SUNIL
„Meisje, luister eens
Kinderbijslag
Vliegdiensten in
Ned. Nw.-Guinea
Wellevendheid te water
Mediale groepen
stemden tegen
Nasoetion hier op
het tv-scherm
NEDERLANDS
MEEST
GEBRUIKTE
WASMIDDEL
Jubileum
Vrijwilligheid
240 uur
Welke dag?
Geleidelijk
TOEZEGGINGEN IN DE KAMER
<D o
Nederlandse troepen
in La Courtine
Structuurplan K.A.B.
Technici ontstemd
Kamerlid Welter: ..Is
dat oirbaar
WASMIDDR
MEES!
GEBRUIKTE
Mevr. Schelfhout
van der Meulen
DONDERDAG 6 JULI 1961
PAGINA 5
(Van onze onderwijsredacteur)
DEN HAAG, 5 juli In
kringen, die zich bezig hou
den met kwesties van het
partiële onderwijs en de verdere
vorming van de leerplichtvrije
jeugd, wordt thans druk gediscus-
siëerd over een rapport van een
contactcommissie van de minis
teries van O., K. en W. en van
Sociale Zaken. Dit rapport bevat
het voorstel voor alle leerplicht
vrije jeugdigen, die nog geen acht
tien jaar zijn, een driejarige „vor
mingsplicht" in te voeren. Het
voorste] is gebaseerd op de over
weging, dat de jeugd, die na de
leerplichttijd direct in het arbeids
proces wordt opgenomen, een
pedagogische „begeleiding" nodig
heeft.
De commissie, die dit rapport
heeft uitgebracht, werd ingesteld
in mei 1955. Het was een com
missie van ambtenaren onder
voorzitterschap van de heer E. A.
Schüttenhelm, destijds waarne
mend hoofd van de afdeling „Vor
ming buiten Schoolverband" op
O., K. en W. Na zesentwintig ver
gaderingen voltooide deze con
tactcommissie in augustus 1959
haar rapport. Plet duurde derhalve
ruim vijf jaar voor men zich door
de materie heen geworsteld had.
De buitenwacht hoorde echter
niets van de resultaten dezer
studie. Wel kreeg men de indruk,
dat de financiële consequenties
van hetgeen werd voorgesteld bij
de regering ernstige bezwaren
ontmoetten.
Na veel aandrang uit de Staten-
Generaal heeft staatssecretaris
Stubenrouch kortgeleden liet rap
port toegezonden aan de Kamers,
de Onderwijsraad, de Raad voor
de Jeugdvorming, de S.E.R., de
nationale organisaties van vor
mingsinstituten en het centraal
orgaan van de landelijke leerling
stelsels. Belanghebbende maat
schappelijke instellingen hebben
net ais een bezwaar gevoeld, dat
zij niet van meet af bij de onder
nomen studie betrokken zijn ge
weest. In de Kamers heeft men
de regering een gebrek aan lei-
mg bij deze zaak verweten. Eerst
nu, zeven jaar nadat de ambte
lijke contactcommissie werd inge
steld, is men in het stadium geko
men, waarin degenen, die met het
paiüele onderwijs en het vor-
mingswerk te maken hebben, hun
adviezen kunnen uitbrengen.
OVER DE GOEDE TOON EN GLADSTONE
VOORNAAM EN AANGENAAM
(Van onze parlementaire
redacteur)
DEN HAAG, 6 juli Na bij
de behandeling van het wetsont
werp, dat tot 1964 een nieuwe
wettelijke regeling van het loterij
wezen invoert, enkele toezeggin
gen te hebben gedaan, waardoor
o.a. de voetbaltoto feitelijk toch
met een hogere maximumprijs zai
kunnen gaan werken, heeft
staatssecretaris Van den Berge
zich woensdag in de Tweede
Kamer bij de invoering van een
loterijbelasting eveneens tege
moetkomend getoond. Op het
algemeen aandringen van de
Kamer om deze belasting niet te
hoog te maken, heeft de staats
secretaris toegezegd, het ontwerp
te zullen wijzigen. De belasting
wordt nu niet twintig, maar vijf
tien procent.
5?
Het uitstel van het parlementaire
gesprek over de kinderbijslag
kwestie moet nu uitkomst 'bren
gen voor het kabinet. Er moet
met name een oplossing worden ge-
,n. v'00r de vraag of de eerste
twee kinderen van zelfstandigen bin-
e vverkingssfeer van de wet
m.o -n w°rden gebracht, want daar-
dPha+lS ln?mers tijdens de afgelopen
vnv,.,n-n meest gesproken. De
kpnf i! van deze eis zou men
t het verhaa] van lieverlee de
Een^T,or de zelfstandigen opja-
kenJ 3 Procent, een afschrikwek-
S?'3 h°og. bedrag dat men dan ook
greenein n!renndo,°-r ee" "^delijke"
faamrii n schatkist: door de be-
middelen nanclering uit de algemene
to^even151?^^1 hieraan beslist niet
duidelijk' «£hUS dinsdag nog Pens
van de behang" D°°r het uitsteI
°P dit Dimt o g zal het kabinet
winnen Mot u overtuigingskracht
het jaar iqco m'l.]oenennota voor
Kamer let 10 de hand zaI dc
beter gezeed T3 °P- de feitcn'
den gedrukt n Prioriteit vor-
enige tiid nnm dat pleegt gedurende
Jd ontnuchterend te werken.
TT3 dn argument voor het doortrek-
X_J en van de bijslag naar het
eerste kind lijkt op het eerste
wel hout te snijden,
sla» weer wijst men op de bij-
1946 -v.°°r loontrekkenden, die sinds
armf° de eerste twee kinderen om-
Men wet de messen aan die
zelf5 Hdigheid en spreekt daarbij
is a viotweg over discriminatie. Nu
don hi.islag voor de loontrekken-
s, een loonpolitiek vergroeisel, ont-
w.f,]'!n in 1946, een duurtetoeslag.
hoi r onder de naam kinderbijslag
bi iQi leven rekt. Wil men deze
dat ongedaan maken dan komt
Ion de werkgevers te staan op een
^oncompensatie van negen procent.
crp 3s zo z£|l men redeneren
keen onmogelijke zaak daar de
werkgevers momenteel toch ook de
Premies v&or deze bijslag opbrengen,
zodat de operatie beperkt kan blij
ven tot de simpele handbeweging
van vestzak naar broekzak. Zo is
bet echter niet. De looncompensatie
van negen procent zou extra ruimte
gaan vragen, daar het een algemene
eompensatie is. die ook aan werk
nemers zonder kinderen of, beter ge
zegd, zonder kinderbijslag-kinderen
een ruime compensatie geeft voor
iets dat zij niet hadden en dat zij
ook niet missen. Een dergelijke com
pensatie zou, loonpolitiek gezien, een
enorme verspilling van ruimte bete
kenen. Onder het mom van de ver
wijdering van een discriminatoire
steen des aanstoots zou men juist
daar de lonen gaan verhogen waar
flat het minst nodig is. Als men dus
ooit wil zondigen tegen de solidari-
teitsgedachte die de kinderbijslag tot
basis dient, ligt hier een naaste ge
legenheid.
De bestaande kinderbijslag voor
de eerste twee kinderen van
loontrekkenden kan, voor wie
oprecht wil zijn. geen steen des
aanstoots vormen. Het is veeleer een
l'ksteen, die de eisen ten behoeve
var de zelfstandigen levend houdt,
eisen die vroeger nooit zijn gesteld
daar het bestaande systeem van kin
derbijslag in ons land bewust is op
gezet vanaf het derde kind.
Twee wegen waarlangs men tot een
situatie kan komen die onwaarachti
ge argumenten ontzenuwt, staan wel
licht open.
De eerste weg is die waarlangs
men komt tot een looncompensatie
die minder in strijd is met het be
hoefte-element. Men zou kunnen
overwegen de vermomde loonsver
hoging van 1946, welke nu dus in de
vorm van een kinderbijslag bevro
ren ligt, weer te ontdooien, dat wil
zeggen, men zou deze bijslag kun
nen omzetten in een min of meer per
manente gezinstoeslag. Ook een der
gelijke operatie zou ruimte eise*» en
verspillingen teweeg brengen. Wel
licht is zij echter zodanig te module
ren dat deze verspilling tot een mi
nimum wordt beperkt. In ieder geval
zou de uitdagende naam „kinderbij
slag" verdwijnen. Voorlopig zien wij
aan deze oplossing meer moeilijKne-
den dan mogelijkheden. Het komt
echter op de uitvoering aan en zolang
wij de zaak niet gekwantificeerd
voor ons zien, willen wij haar ais
mogelijke oplossing niet verwerpen.
Een tweede weg lijkt betere per
spectieven te openen. Om de zo ge
heten discriminatie tussen zelfstancu-
gen en loontrekkenden te ,racmccrp
tot een afmeting, die politiek dTaaö*
baar is, zou men voor de zeer KJeine
zelfstandigen, wier sociale status me
die van loontrekkenden vergelijkbaar
is, inderdaad tot een bijslag vanai
het eerste kind kunnen overgaan.
Men zou deze bijslag, die dan even
als de bestaande noodwet Kinderbij
slag Zelfstandigen een ondersteu
nend karakter draagt, kunnen *lnan"
eieren uit de algemene middelen. Dat
kan niet veel kosten. Men zou ver
der, indien principiële bezwaren dat
laatste ongewenst maken, de premie
betaling door zelfstandigen uit soh-
dariteitsoverwegingen met een frac
tie kunnen verhogen.
In de laatste suggestie zien wij
meer mogelijkheden dan moeilijkhe
den. Een dergelijke regeling lijkt ons
sociaal aanvaardbaar en politiek vrij
onweerstaanbaar.
(Advertentie)
VLISSINGEN, 6 juli Pater J. van
Wezel S.C.J. viert zondag in de paro
chiekerk alhier zijn 25-jarig priesterju
bileum. Pater Van Wezel is voor de
viering van dit, jubileum overgekomen
uit. Canada, waai- hij pastoor is van de
parochie Delaware bij London (Onta
rio). Hij heeft daar de zorg voor 180
gezinnen, die 10 nationaliteiten verte
genwoordigen.
meLL'no^Janp- „,r°,u^ens naar uit., dat
zijn omdat de ver lew6 Zaak bezig zal
plicht en de invloo,? I? van de leer"
uitgaan van- een verin»? zou kunnen
iingenschaal, door de kles'fië
vormingsplicht hPc« n ,wtölTlc va« ci<
het voorstel an 1 PCl?' Intussen L
O.K.W.-Sociale contactcommissie
noeg om er rto „aJfcn opmerkelijk ge
schenken. 'ge aandacht aan te
portede°^obllm%Sekevan de baar,.raP"
die vrijwel zonder voorbereiding uiUmt
milieu van gezin en school, waarin rf
kening werd gehouden met hun noë on
volgroeid zon, worden overgeplaatft Tn
de wereld van de volwassenen waa?
men vaak van hen verwacht, daTrii
zich als volwassenen zullen zedraJn
Ook tuj een verlenging van de ll^I
plicht met een of zelfs met twee iaar
blijit het noodzakelijk naast het ar
beidsmilieu nog enige tijd een pedagol
gisch milieu te stellen. Steeds meer be
drijven bieden hun jeugdige werkne
mers de gelegenheid in de werktijd cur
sussen Van diverse aard te volgen
meestal met behoud van loon. Menlian
echter allerminst zeggen, dat de deel
neming aan partieel onderwijs en ver
dere vorming, zoals zij thans op basis
van vrijwilligheid bestaat, ook maar
ten naaste bij de gehele daarvoor in
aanmerking komende jeugd omvat.
Vele ouders laten economische mo
tieven zwaarder wegen dan pedagogi
sche; men kent de mogelijkheden nog
niet goed en anderzijds is de situatie in
het bedrijfsleven niet overal even gun
stig. De pedagogische hegeleiding zal
alleen gewaarborgd kunnen worden
door het invoeren van een vormings
plicht, zo zegt het rapport. Hierbij zul
len zich vele moeilijkheden voordoen,
maar de commissie gaf als haar me
ning, dat men beter kan beginnen met
ruime ontheffingen van de vormings-
pliclit dan dat men de deelneming aan
partieel onderwijs en verdere vorming
uitsluitend op basis van vrijwilligheid
laat voortbestaan.
De jeugdigen voldoen uiteraard aan
de vormingsplicht wanneer ze volledig
dagonderwijs volgen aan een of andere
school van voortgezet onderwijs. Daar
naast wordt volgens het voorstel van
de contact-commissie aan de vo-mings-
plicht voldaan wanneer de jeugdige ge
durende een bepaalde tijd partieel
voortgezet onderwijs volgt (hetzij dag-,
hetzij avondonderwijs) aan een school,
die tot het voortgezet onderwijs be
hoort.
De commissie heeft zich de mini-
mum-tijdsuur als volgt gedacht: gedu
rende drie jaar minstens 240 (kiok-)
uren per jaar, bij voorkeur op één dag
in de week, jaarlijks gedurende 40 we
ken. In bijzondere gevallen kunnen de
ze uren gespreid worden, bijvoorbeeld
a) op twee halve dagen p - week, min
stens zes uren per week, jaarlijks ge
durende veertig weken; b) indien on
vermijdelijk op ten hoogste drie avon
den per week, minstens zes uren per
week, jaarlijks veertig weken; c) in
internaatsverband geerarende minstens
zes weken achterelkaar,, of twee keer
drie, of drie keer twee weken per jaar
Aan de vormingsplicht wordt ook vol
daan als de jeugdige de vorming ont-
yangt..°P bepaalde erkende instituten.
Hierbij wordt onder meer gedoeld op
vormingsinstituten voor de leer
de
plichtvrije jeugd. Men zou verder moe
ten onderzoeken welke mogelijkheden
liet jeugd- en volksontwikkelingswerk
vooi de beoogde vorming biedt en de
commissie wil ook de schriftelijke op-
leidingen, die voor hun leerlingen ge-
tegelde contact-bijeenkomsten organise-
ren, niet buiten beschouwing laten.
de
wel
Het rapport behandelt verder onder
meer de controle op de naleving van
de vormingsplicht,; deze controle dient
zoveel mogelok aan te sluiten bil de
regelingen, die voor de leerplicht gel-
De commissie wijst er op, dat het in
voeren van een vormingsplicht zal moe
ien leiden tot een kortere werkweek
voor de desbetreffende jeugdigen. Toen
iet rapport werd samengesteld was dc
Kwestie van de vijfdaagse werkweek
in ons land nog niet of nauwelijks aan
oe orde. Thans doet zich dus de vraag
voor ot het partiële onderwijs en de
verdere vorming voor de jeugdigen op
vrije zaterdag moeten vailen, dan
op een andere dag.
In dit verband verdienen vermelding
enige uitspraken van prof. dr. N. Per
quin op de kortgeleden gehouden jaar
vergadering van de Katholieke Levens
scholen. Prof. Perquin wees er op, dat
het voor de vormingsinstutut» n prak
tisch niet te verwerkelijken zou zijn al
le jeugdigen-in kwestie op de zaterdag
op te vangen. Bovendien stelde hq', dat
wanneer men het redelijk acht vol
wassen werknemers vijf dagen te laten
werken, het ook redelijk is de jeugdi
gen vier dagen te laten werken. De
„vormingsdag" zou dus een van de da
gen der verkorte werkweek moeten
worden. Ook in het tijdschrift van de
Mater Amabilisseholen is reeds ver
scheidene malen krachtig gepleit voor
een ontwikkeling in die richting.
Prof. Perquin ging nog verder: er is
in het leerlingenwezen een streven om
het aanvullend en op het vak gerichte
onderwijs van de avond naar de dag te
verschuiven. Dit betekent, dat de jeug
digen, die naast dit onderwijs ook nog
een vormingsinstituut zouden bezoeken,
nog een dag minder zullen werken.
Daarom behoeven we nog niet met. on
ze ogen te knipperen, aldus spr.: „Laat
het zijn, dat de jeugdigen slechts drie
dagen per week economisch produktief
zijn wat dan nog? We krijgen er iets
voor in de plaats, namelijk jonge men
sen, die iets van hun leven maken..."
Het is duidelijk, dat over deze punten
het laatste woord voorlopig nog wel
niet gezegd zal zijn. Een toevoegen van
het een aan het ander, zoals door prof.
Perquin aangegeven, heeft de ambte
lijke commissie echter niet bedoeld.
Naar haar mening wordt aan de vor
mingsplicht reeds voldaan wanneer de
jeugdige een opleiding volgens het leer
lingstelsel volgt.
In het rapport wordt verder nog ge
steld, dat de vormingsplicht geleidelijk
dient te worden ingevoerd: de leer
plicht en de vormingsplicht moeten te
zamen een tijdvak van elf schooljaren
beslaan. Zich baserend, op de voorlopi
ge handhaving van de achtjarige leer
plicht is de commissie derhalve in
haar voorstel tot een vormingsplicht
van drie jaar gekomen. In een eerste
lase zou men kunnen beginnen met een
vormingsplicht van één jaar, in de
tweede fase twee jaren en in de derde
lase drie jaren. Volgens de destijds ge-
m vAi r berekeningen zou het in de
eerste fase om 60.000 jeugdigen gaan,
in de tweede fase 140.000 a 150.000 en
m de derde fase 240.00 a 250.000. De
aantallen leerkrachten en leiders, die
men voor de vorming extra nodig zou
hebben, zijn bij de één-, twee- en drie
jarige vormingsplicht geschat op res
pectievelijk circa 8.00, 1900 a 2.000 en
3200 a8300.
De kosten zouden volgens de bereke
ningen van 1959 hij eer éénjarige vor-
niingsplioht rond 16 miljoen gulden per
jaar belopen, bij een tweejarige vor
mingsplicht 37 tot 40 miljoen en bij een
driejarige vonningsplicht 63 tot 66 mil
joen gulden. Aannemend, dat slechts
voor de helft van de gevallen nieuwe
huisvesting gecreëerd zou moeten wor
den, kwam de commissie bij de ra
ming van dc investeringskosten tot de
volgende bedragen: 40 miljoen gulden
bij een éénjarige vormingsplicht, 95 tot
100 miljoen gulden bij een tweejarige
vormingsplicht en 160 tot 165 miljoen
gulden bij een driejarige vormings
plicht. Aangezien de belangstelling voor
voortgezet dagonderwijs nog steeds toe
neemt mag volgens het rapport ver
wacht worden, dat de uit deze tendens
voortvloeiende normale verhoging van
de overheidsuitgaven voor het onder
wijs verminderend zal werken op de
vermelde kostenbedragen.
HOLLANDIA, 6 juli (ANP) De
maatschappij „World wide helicopters",
die ook een vestiging in Nederland
heeft, heeft interesse getoond om met
haar Cessna's te gaan vliegen in het
centrale bergland in Ned. Nièuw-Gui-
nea. Ook „Aero contractors" in Neder
land heelt verklaard belangstelling te
hebben voor vluchten in dat gebied met
een klein vliegtuig. Een derde firma, die
informaties inwon over vluchten in het
binnenland was een Duitse, d e„Deut-
seher Helicopterdienst". De „missio
nary aviation fellowship" -verklaarde
zich onlangs bereid een deel van het
vervoer naar het binnenland te verzor
gen. Zij is bereid o" de lijn Sentani-Wa-
mena vracht te vervoeren.
Advertentie)
Booteigenaars zijn meestal
zeer trots op hun bezit. Velen
besteden heel wat vrije uurtjes
aan de verzorging van hun
geliefd vaartuig. Ket is hun
oogappel, en de gastébij een
zeiltochtje kan zich niet méér
verdienstelijk maken dan door
wat respect te tonen voor al dat
werk. Trek zachte schoenen aan
om het dek niet te beschadigen!
Bied de helpende hand bij het
optuigen van de boot, met een
open oor voor de vakkundige
aanwijzingen! Laatste tip: op
het water smaakt een sigaret
zo nu en dan bijzonder goed.
Welke neemt U mee om te
presenteren? Gladstone
natuurlijk. Want Gladstone
met of zonder filter - is de
sigaret die iedereen
voldoening schenkt.
20 STUKS
Dr. Van den Berge zei dat het hem
minder om de hoogte van het tarief
te doen was, als wel om het brengen
van een eenvoudige regeling, die enige
orde schept in dc bestaande chaos op
fiscaal gebied als het om loterijen
gaat. Sommige prijzen van loterijen
zijn nt. onderworpen aan de sterk
progressief werkende inkomstenbelas
ting. Andere zijn geheel vrij van iedere
belasting. Er komt nu een uniforme
loterijbelasting, die echter niet hoger
zal zijn dan de vijftien pet. welke tol
dusver alleen voor de staatsloterij gold.
De staatssecretaris deed nog een
andere concessie: er zal op de aan
koopprijzen van de loten geen omzet
belasting worden geheven, wanneer
de opbrengst van de loterij instellin
gen van algemeen nut ten goede
komt.
De Kamer was zeer tevreden. Mr.
Geertsefna (V.V.D.) constateerde, dat
dit alles voor de paardentoto nu reeds
aanstonds voordeel betekent. Voor de
ze toto werd reeds een omzetbelasting
van 0,8 pet. geheven. Voor andere lo
terijen betekent het een afwentelen
van een onprettig vooruitzicht. Op een
verzoek is dr. Van den Berge met in
gegaan. De heer Peschar (P.v.d.A.)
had hem gevraagd om de prijzen van
alle loterijen, die lager blijven dan
f 1.000, vrij te stellen van loterijbelas
ting Dat zou volgens hem meten met
twee maten betekenen ten opzichte van
de andere belastingen.
Dr Lucas (K.V.P.) had aanvankelijk
grote bezwaren tegen het wetsvoorstel,
omdat hierdoor middelen, die met veel
moeite voor goede doeleinden door het
organiseren van een loterij bijeen wor
den gebracht, weer aan dat doel wor
den onttrokken. Dr. Van den Berge be
riep zich onder meer op het buitenland,
waar veel zwaardere belastingen wor
den geheven. Hij vindt een vrijstelling
zowel van de inkomstenbelasting, van
de loterijbelasting als van de omzetbe
lasting, zoals dr. Lucas wilde, te ver
gaan.
De staatssecretaris kreeg nogal wat
te horen over het feit, dat zijn wets
ontwerp betekent, dat Nederlanders,
die in het buitenland in een loterij spe
len of meedoen aan een kansspel, in
Nederland belastingplichtig zouden
zijn. Mr. Geertsema (V.V.D.) dacht
aan de roulettes. Steeds wanneer
iemand daar een zoet winstje maakt,
zou hij volgens de wet verplicht zijn
daarvan aan de Nederlandse schatkist
te offeren. Nog afgezien van het feit
dat dit in de praktijk wel nooit zai ge
beuren, vindt hij het onlogisch, dat in
zo'n geval wel de winsten zouden wor
den belast, maar dat geen rekening zou
worden gehouden met eventuele ver
hezen. Dr. Van den Berge kwam ook
op dit punt de Kamer nog een stap
tegemoet: wanneer op loterijen in het
buitenland reeds belasting wordt gehe
ven, zal dat in Nederland niet voor de
tweede maal nog eens gebeuren.
Dr. Van den Berge zei, dat de Loti-
sico-prjjzen voortaan niet meer aan
een heffing van vijftien pet zullen kun
nen ontkomen. Tot dusver was deze
loterij belastingvrij en kon dus gemak
kelijk concurreren tegen de staatslote
rij. Lotisico kan de belasting wel voor
eigen rekening nemen, zodat de klant
het niet merkt.
LA COURTINE, 6 juli (AFP) Bij
prachtig weer is gisteren een Neder
lands troepencontingent van ongeveer
1.500 man en 300 voertuigen uit Oir-
schot via Mourmelon en Bourkes in
het kamp van La Courtine aangeko
men. Over twee dagen wordt een twee
de, nog groter contingent verwacht. Bij
de eerste groep zijn eenheden van de
42-ste infanteriebrigade en de garde
regimenten, onder commando van ge-
neraal-majoór D. C. de Vries.
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiniiiiiiimiiHmifiiiiiiiiiiiiiiiiiiitmmiiiiimmtiiiiiiMiiiiiiiiuimiiHiHuiitmiii
ij*
Dr. W. Drees, de voorganger van prof.
De Quay als minister-presid. e nt, vierde
gisteren zijn 75ste verjaardag, ter gele
genheid waarvan liet hoofdbestuur van
de Partij van de Arbeid hem een recep
tie aanbood. Onder degenen, die hem
hun gelukwensen kwamen aanbieden,
bevonden zich, behalve prof. De Quay,
verscheidene andere ministers van hel
huidige regeringsteam. Op deze foto
ziet men van links naar rechts oud-mi
nister mr. G. Ph. Helders, minister mr.
J. M. L. Th. Cals. prof. dr. J. E. de
Quay, dr. W. Drees, minister prof. dr. .1.
Zijlstra en minister me j. dr. M. A. M.
Klompé.
(Van een verslaggever)
DEN HAAG, 5 juli Het hoofdbe
stuur van de R.K. Bond van Technici
„Sint Bernulphus" een bjj de K.A.B.
aangesloten vakbond heeft alle leden
per circulaire laten weten, dat het ont
stemd is over de wijze, waarop maandag
1.1. in de verbondsraadsvergadering van
de K.A.B. het rapport over het struc-
tuurvraagstuk is behandeld. Het hoofd
bestuur van „Sint Bernulphus" is met
name ontstemd over de openingsrede
van de heer J. A. Middelhuis, waarin
een aantal voor de mediale groepen
niet vleiende opmerkingen is gemaakt
en waarvan een verslag in de pers is
verschenen, terwijl tevoren aan de ver
tegenwoordigers van „Sint Bernulphus"
was verzocht tijdens het openbare deel
van de vergadering niet over de struc
tuurnota te spreken, met het gevolg,
dat van het verweer van deze zijde in
de pers geen gewag' werd gemaakt.
Uit de circulaire blijkt voorts, dat de
voorzitter van „Sint Bernulphus", de
heer De Wit, in het besloten deel van
de verbondsraadsvergadering uitvoerig
van zijn ontstemming heeft laten blijken,
zowel over de openingsrede van de heer
Middelhuis als over de structuurnota
zelf, en dat „Sint Bernulphus" tenslotte
tegen het aanvaarden van de structuur
nota heeft gestemd, evenals o.a. de Ka
tholieke Bond van Werkmeesters.
DEN HAAG, 6 juli „Is door ot van
wege de regering toestemming verleend
tot het ten tonele voeren op de televisie
een paar dagen geleden van de minis
ter van Defensie van Indonesië Nasoe
tion", zo heeft het Tweede-Kamerlid
Welter (KVP) schriftelijk aan de staats
secretaris van O.K. en W. gevraagd.
„Acht de regering het oirbaar en iri
overeenstemming met de nationale
waardigheid". aldus vervolgt de
heer Weiter zijn vragen „dat de mi
nister van een ld, dat op onbehoor
lijke wijze alle betrekkingen met Neder
land verbroken heeft, dat voor miljar
den guldens aan Nederlands bezit „ont
eigend" heeft en aan tienduizenden Ne
derlanders in Indonesië het leven onmo
gelijk heeft gemaakt, door de Neder
landse televisie in de gelegenheid vordt
gesteld de politiek van zijn land te ver
dedigen ten aanzien van een punt, dat
.ijnrecht tegenovergesteld is aan het
Nederlandse standpunt?"
Indien deze vraag bevestigend wordt
beantwoord verzoekt de heer Welter of
de staatssecretaris dan zijn misnoegen
over het gebeui-de wil uitspreken en
maatfiegelen wil treffen dat voor de toe
komst een herhaling wordt voorkomen.
(Advertentie)'
msmmmm s
-w-toevelen van de ouderen
I f onder ons zullen in hun
I. JL jonge jaren niet in het
leven ingewijd zijn met
behulp van boekjes als „Meicje,
luister eens", van mevrouw Al-
bertine Schelfhout-van der Meu
len? De titel van dit werkje is
welhaas* legendarisch geworden.
Wie het nu nog openslaat moet
glimlachen om de ivijze verma
ningen aan het jonge meisje
anno 1937, dat in openbare ge
legenheden niet mocht roken en
dit mannelijk genoegen liefst he
lemaal achterwege moest laten,
dat op straat niet in lange broe
ken mocht flaneren om van
ihorts nog maar te zwijgen en
iat er voor moest zorgdragen
zich nooit of te nimmer na half
tien 's avonds met een „jong-
■nensch'' alleen op te houden.
Maar toen dit boekje werd
uitgegeven, was het een opzien
barend nieuwtje, dat in een gro
te behoefte voorzag. Hoe popu
lair het werkje al gauw was,
wordt aardig geïllustreerd door
een voorval in een grote Haar
lemse b' ekhandel, waar een ver
koper meteen al met het boekje
kwam aanlopen, toen hij een da
me met een ongeveer zestien
jarige dochter zag binnenkomen
Mevrouw Schelfhout, die vandaag zeventig jaar wordt, was toen reecis
vier jaar bezig met haar radiolezingen en is op aanraden van een pater,
die een dergelijk werkje van een Oostenrijkse dame kende, een Nederlands
voorlichtingsboekje gaan schrijven. Op deze manier kreeg ze gelegenheid,
dingen te zeggen, die ze in haar radiotoespraken niet naar voren kon bren
gen. Het succes van „Meisje, luister eens" ivas enorm. Dat vond de uitgever
ook en hij drong er daarom bij mevrouw Schelfhout op aan, dat ze door
zou gaan. In de jaren na 1937 verschenen boeken als „Jongen, luister eens
„Ouders, luistert eens", „Nergens en nooit verlegenen dertien uitgaven
in de serie „Meisje, verdiep je". Elke drie maanden moest m deze serie
een exemplaar verschijnen en de tijd was zo krn.p, dat mevrouw Schelf
hout een week voor de uitgave nog niet eens de titel wist van het vol
gende boekje. Uit verveling hoefde zij beslist niet te gaan schrijven, want
naast haar radiolezingen had ze destijds óók nog haar gezin met vier Kin
deren te verzorgen; bovendien dreef ze een kunsthandel op het Amstei-
damse Rokin. De beurskrach van 1930, die haar man, de kunstschilder
Lodewijk Schelfhout, financieel in moeilijkheden bracht, noodzaakte haar
er wel toe. Haar dagen zaten dus tot aan de nok vol werk, want ook gcij
zij lezingen door het hele land.
Zij vertelt ons dit alles in haar nieuwe huis m het Zuidhollanüse voor
hout, dat, gelegen tussen groene sparren en. bloemen, een schat aan
antieke meubels bevat. Aan de muren hangen stukken van haar man en
van zijn grootvader, de eveneens beroemde Andreas Sóhelfhout. veet u>
ook afkomstig van Corsica, waar zij gewoond en gewerkt heeft; hierover
schreef -ij het boek „Eiland van schoonheid" dat met een voorplaat en
illustraties van haar man verscheen. Levendig vertelt ze over haar vier
kinderen, die nv align het huis uil zijn. In 1943 overleed haar man en nu
woont mevrouw Schelfhout alleen.
Ze heeft zich echter nooit verveeld en doet dat ook nu nog mei.
haar zeventigste verjaardag zit ze nog niet stil; met medewerking van het
ministerie van O., K. en W. is ze bezig aan een biografie over haar man en
bovendien corrigeert ze twee dagen per week drukproeven van uitgaven
van het lnstitut Néerlandais. Haar zeventig drukke levensjaren zijn haar
niet aan te zien. Ze heeft een brede belangstelling voor allerlei zaken
haar creatieve geest houdt haar jong.
Hoe mevrouw Schelfhout denkt over de boeken, die tegenwoordig ver
schijnen in het genre waarin zij ze schreef? Ach, ze leest nauwelijks, r.r Ko
men er zoveel aan de markt, er wordt zoveel aandacht aan de jeugd ae-
steed. dat die jeugd ze'.f het soms bar interessant vindt. En ondanks aues
blijven de complexen. Het zal wel zo zijn,_ dat elke jonge generatie
„levensboeken" krijgt, waartoe zij zelf inspireert.