Het gaat niet vaak mis met de stroom de lucht Liever draden in dan kabels in de grond S.E.P. is seen dictator Overcapaciteit kan uitgewisseld worden met het buitenland Nederland mag zijn goudei1 Heemschut dankbaar n m ill IBH in si EVOLUTIE NAAR VERLICHT CONSERVATIS0 ZELFS PROF. VAN EESl'E? IS HEEMSCHUTTER GEWORP 'trN is f 4 m Kr f>"A( ZATERDAG 18 NOVEMBER 1961 Op een fraai landgoed in Arn hem staan wat verspreide gebouwen, waarin diverse instanties zitten die iets met elek triciteit van doen hebben. Wie dit ogenschijnlijk onschuldige herfst- bos betreedt, wordt naar een cen trale receptie geloodst. Daar valt de blik op een stapeltje formulie ren, waarop in nuchtere bewoor dingen te lezen staat, dat de be zoeker afziet van alle aanspraken als hij getroffen wordt door een ongeluk. In een dergelijk geval kijken wij onwillekeurig wat schichtig in het rond. Maar in de hal was niets te bespeuren dan vredig (en degelijk) tegelwerk en de uitgang bevond zich vlak achter ons. We mochten daar direct ge bruik van maken, zonder dat we geplaatst werden voor het gewe tensconflict: ondertekenen of niet? Achter in het park, bij de SEP, lagen géén papiertjes. „Die zijn voor bezoekers van de KEMA, waar ondeskundigen door onvoor zichtigheid gemakkelijk ongeluk ken kunnen veroorzaken. De za ken zijn hier nu eenmaal ingesteld op deskundigen en dus minder beveiligd dan elektrische instal laties in de normale maatschappij. Maar hier loopt u beslist geen gevaar", zo stelde men ons bij de SEP gerust. &vi Bomvrije elektriciteitsnetten zijn een illusie. Een petroleum lamp of een pak kaarsen horen bij de uitrusting van de schuilkelder. Als er oorlog komt, kunt u even min rekenen op gas en water dat van ver moet worden aangevoerd. Kolen en olie kunt u in bescheiden mate hamsteren, met elektriciteit is dat niet mogelijk. Wie al zijn huishoudelijke voorzieningen, van licht tot en met fornuis en ver warming, op de ene kaart van de elektriciteit zet, loopt zelfs in vredestijd het (kleine) risico, dat de zaak eens een keer stagneert. Ziekenhuizen en andére instellin gen die geen minuut stroom kun nen missen zonder dat er mensen levens mee gemoeid zijn, hebben niet voor niets hun noodaggrega- ten. Zelfs de SEP heeft zo'n in stallatie. Niet omdat men zichzelf niet vertrouwt, maar om, in geval van nood, de instantie draaiende te houden die de noodsituatie moet opheffen. VIC LANGENHOFF. De ergernis van A. W. Weiss- man, stadsarchitect van Amsterdam, heeft Neder land in 1911 de Bond Heemschut geschonken. Wandelend door het eertijds wélvarende maar nu ver- boerste Monnikendam ontdekte hij dat alweer een gouden-eeuws pronkgeveltje door een gebruike lijk monstertje van die dagen was vervangen en dat deed de prikkel bare bouwmeester1 de gal overlo pen. Hij verzamelde medestanders en trok ten strijde. Dezelfde Weissman was de bouwer van het Stedelijk Museum in Amsterdam, een quasi-oud geval voor welke gevel niemand meer een cent geeft maar welks doelmatig en zeer modern interieur nog steeds de bewonderende genegenheid heeft ■van zijn' huidige directeur, jhr. Sandberg. Zelfs een internationaal koppelnet geeft nog geen absolute zekerheid ,,SEP" is een van de vele afkortin gen waarmee wij het leven ingewik keld maken, omdat het rijn bezwaren heeft, telkens te moeten spreken over de „N.V. Samenwerkende Electrici- teits-Productiebedrijven". Een unieke instelling van amper dertien jaar oud, die het o.a. mogelijk maakt, dat via een kabeltje op een mooie winter dag door enkele mannetjes van het pro vinciale elektriciteitsbedrijf in do grond van onze tuin gestopt de ener gie naar ons toekomt van het water dat ergens in Zwitserland van een berghel ling stort; koud water, dat vrijwel op hetzelfde moment onze voeten warmt, door ons ventilatorkacheltje cp gang te brengen. De SEP-mensen weten na tuurlijk niet, dat wij onze voeten zitten te warmen, maar ze weten wèl, dat wo, als we het doen, soms van Zwitserse water kracht profiterenen dat weten wij dan weer niet, want wij drukken alleen maar een knopje in en als daar dan een keer geen licht of warmte of andere ener gie uit volgt, zijn we hogelijk verbaasd en direkt daarna hevig verontwaardigd. Ais we onze plaat hebben afgeluisterd, of als do kamer voldoende verwarmd is, of als de was is schoongeslagen, drukken we weer op de knop. Weg warmte, weg energie, wtt hebben er geen behoefte meer aan. Het heeft er maar te zijn als we het wensen en het heeft maar weg te wezen als we het kwijt willen zijn. Belachelijk, om daar bij stil te staan en toch, bij de SEP hebben we ons daar weer eens over verbaasd, als een kind dat voor het eerst de wonderen van de techniek ont dekt, waarop wij al zo lang zijn uitge keken. Het was 2 november om half een, toen wij bij. de SEP over koppelnetten en stroomwisseling zo'n beetje waren uitgepraat en in de grote Controlezaal kwamen, waar twee mannen voortdu rend het oog hielden op een groot aan tal meetinstrumenten, die precies lie ten zien, hoeveel megawatt's de diverse elektriciteitsfabrieken op dat moment produceerden, hoeveel er van de een naar de ander en van ons land naar het buitenland werd doorgestuurd en hoe groot de afname was die de elek trische treinen, de trams, de industrie- en en de strijkende huisvrouwen samen voor hun rekening namen. ,,We krijgen dadelijk twee minuten stilte. Dat be tekent een abnormale, plotselinge terug val van het verbruik. Geen mens kan zeggen hoe groot die terugval zal zijn. We weten ook niet, hoe groot daarna het herstel wordt. Toch moeten we het geruisloos opvangen." Twee minuten stilte midden op een werkdag is geen kleinigheid. Nor maal volgt de curve van het elektri citeitsverbruik een baan die men te voren vrij nauwkeurig kan bereke nen. Zelfs een plotselinge koude dag in de zomer, die in een paar honderd duizend woningen op dezelfde avond het inschakelen van een elektrische straler idem zoveel keer 1000 watt tot resultaat kan hebben, kan men vaak voor een goed stuk voorzien, dank zij een nauw contact met het KNMI. Zelfs een plotselinge onweerswolk bo ven Amsterdam gevolg: het aan knippen van honderdduizenden lam pen veroorzaakt bij de elektrici teitsproducenten geen moeilijkheden, want men heeft ter plaatse altijd wat „draaiende reserve" en als het nodig is, kan men via het koppelnet r.iet alleen de dagelijkse gang van za ken, maar ook de planning van de uit bouw, die nog tot in lengte van jaren noodzakelijk zal zijn. Het elektriciteits verbruik verdubbelt elke tien jaar en het einde van deze ontwikkeling is zelfs in Amerika nog niet in zicht. Er zullen dus voortdurend nieuwe centrales no dig zijn. Voorlopig zulten dit „conven- tionele" centrales zijn, die gestookt wor- den met fossiele brandstoffen. JjalljU Atoomcentrales zijn niet zo eenvou- dig als men zes jaar geleden dacht. mj/KWar Zolang van het uranium maar een half &3VNin£» Jk»-, .Si. procent rendabel kan worden gemaakt, is de tijd voor het bouwen van atoomcen trales nog niet rijp. Men is nu bp de KEMA in Arnhem bezig een reactor te ontwikke len die een z.g. kweekvermogen hee.ft, d.w.z. een reactor die zelf weer bruik bare brandstof produceert uit de 99'/* procent die „overblijft". Dit project van de „Suspopreactor" wordt ont wikkeld in nauw contact met het Reac tor Centrum Nederland in Petten, Euratom, Engeland en Amerika. Ver der bestaat het plan, een atoomreactor te bouwen van een speciaal Amerikaans type, de z.g. „kokend-water-reactor" Dit zal gebeuren op Amerikaanse aan wijzingen, maar helemaal door de Ne derlandse industrie. Het gaat er bier- Een 220 kV-kopptllijn in Zuid-Limburg voor de verbinding van het Nederlandse bij om, de elektriciteitsbedrijven en de koppelnet met het buitenland. industrie ervaringen te laten opdoen. Voor de directe Droduktie heeft deze re altor capaciteit 50 mega-watt niet zoveel te betekenen. Het vooront werp van deze reactor is juist een dezer dagen ter beschikking gekomen. Intus sen worden ook in Nederland al onder zoekingen verricht om te komen tot een kernfusie-reactor. Het vooruitzicht van een steeds verdubbelend stroomverbruik en daaraan gepaard een steeds sneller verbruik van de fossiele brandstofvoor raden, dwingt tot dergelijke onderzoe kingen. Zelfs in Zwitserland, Oostenrijk en Italië, waar men elektriciteit nog voor resp. 100, 70-80 en 70-80 orocent roet waterkracht opwekt, wordt dit vraagst actueel, aangezien het aantal bergen en de hoeveelheid water die daarlangs om laag kan komen, beperkt zijn... Voor Ne derland en België, die voor 100 procent op thermische oentrales zijn aangewe zen, klemt het probleem natuurlijk het meest. Met windmolens kan men helaas niet veel hereiken en ook van zonnc- energie verwachten de deskundigen wei nig zelfs in landen met een zonnig klimaat. Die deskundigen zijn deson danks optimistisch: de wetenschap zal wel tijdig iets vinden, zo is het altijd nog geweest. Maar die vindingen komen niet vanzelf; er moet eerst nog gezocht worden en dat zoeken kost geld. De toeneming van het elektriciteits verbruik noopt, niet alleen tot uitbrei ding van de centrales; ze brengt ook steeds meer transportlijnen in het veld. Nagenoeg alle transport van elektrici- schc stroom met een hoog voltage ge beurt via bovengrondse netten, ook het interprovinciale on internationale trans port. Alleen bij Den Haag, Rotterdam en Amsterdam liggen stukken onder- ■iiiitiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiMiiiiniiiiiiiiiiiiMiiiiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiiiiii^Hf imMimiiiiuiiHiiiiiiiiMiiiiiiMiiiiiiiHimiiiiiimiiiiiiimiimiiiimiiiiiiiiiiiHimiimiiimiiiiiiiiimijiiiniiiuiHiiiiiHiimiiniiii' ook de elders draaiende reserve on middellijk benutten voor het door dqistemis geplaagde gebied. Maar twee minuten stilte eisen bij zondere maatregelen. Vlak vóór die minuten moet er de normale energie plus de normale reserve zijn, vlak er na eveneens. Er is dus geen tijd voor het uitschakelen en .weer inschakelen van produktie-eenheden: daar gaan uren overheen. Het was 12.25 uur, toen de SEP de eerste maatregelen nam: het ioskoppe- l'en van het Nederlandse net van net buitenland, waar men aan de Neder landse stilte geen boodschap had. Het moment waarop Nederland „los ging", konden we in de controlezaal vaststellen op het vele meters wand beslaande pa neel met rode en groene lampjes. De volgende maatregel was het verlagen van de frequentie. De „wisselstroom" heeft normaliter vijftig wisselingen per seconde. Bij een plotselinge afname van de vraag zou dat getal snel oplo pen; om dit te kunnen opvangen bracht men het aantal wisselingen eerst om laag. Het loskoppelen van het huiten- land was voorwaarde voor het toepas sen van deze frequentieverlaging, die om kwart vóór een een feit werd. In tussen werd in de diverse regionale centra niet stilgezeten. De diverse pro duktie-eenheden bleven weliswaar draaien, maar hun aktivit.eit werd ge temperd door het verminderen van de brandstof toevoer. In de laatste minuten vóór één liepen alle wijzers langzaam te. rug. De frequentie schommelde tussen 49,8 en 49.9. ..De laatste keer dat we iets dergelijks midden op de dag hebben meegemaakt, was in 1956, bij ae Hongaarse opstand. Toen was de stilte om 12 uur. Tegen die tijd liep het verbruik langzaam terug met 100 mega-watt. om daarna plotseling met 450 te dalen. Na de stilte kwam er 250 van terug; dat hield verband met het feit, dat men op de meeste plaat sen aansluitend de middagpauze hield." Hoe het nu zou gaan wist men niet. „Waarschijnlijk zal de inzinking minder spectakulair zijn dan toen: het protest tegen de Russische bom spreekt min der tot de massa dan de onderdrukking van de Hongaarse opstand deed. Maar treinen en fabrieken zullen toch een be langrijke daling opleveren." De radio kondigde de stilte aan en onmiddellijk tekenden de diverse auto matische pennen een rode streep naar links. Het verbruik ging in vrüwel alle delen van het land scherp omlaag. De pen van „Nederland totaal" bleef ste ken na een daling van 200 mega-watt; inderdaad heel wat minder spectaculair dan in 1956, maar toch genoeg om ons, toevallige argeloze toeschouwer, onder de indruk te brengen. Direkt daarna ging de rode Uin ivoer naar rechts, honderd, honderdvijftig, tweehonderd, tweehonderdvijftig... „Dat is het samen vallen van het herstel met het einde van de middagpauze", was het com mentaar. De twee mannen achter de instrumenten keken gespannen naar de meter, die na de uitslag naar rechts boven de vijftig weer naar links neigde. Ze keken ook naar de wijzers van dc produktiebedrijven, die nu alle zeilen moesten bijzetten om de enorme vraag te kunnen opvangen. Sommige, in het gelukkige bezit van kleine een heden. sprongen al flink vooruit, ande re, met alleen maar grote, „logge" machines, bleven nog stilstaan. De twee marmen haalden handles over waardoor ze onmiddellijk te lefonisch contact kregen met de produktiebedrijven. De pen schreef nog steeds naar rechts. no teerde een groei van 300 megawatt... en bleef toen stilstaan. Intussen waren ook de laatste centrales weer aan het bijkomen. De SEP haalde verlicht adem. „Frequentie wee" op 50 bren gen," luidde de order. Twee minuten stilte waren keurig, maar niet zonder moeite opgevangen. De Nederlandse burger heeft van de ze moeite geen weet gehad. Hij zou die alleen gehad hebben, als het was misgegaan. En dan zou hij ook meteen zijn commentaar hebben gegeven. Het gaat niet zo vaak mis met „de stroom". Het moqt echt gek gaan, wil het nog mis lopen. „Maar zo goed als u niet zeker kunt zeggen, dat u vanavond be houden thuiskomt, zo goed kunnen wij niet garanderen, dat u vanavond elek triciteit hebt", zegt men bij de SEP. Controlezaal van het landelijk coördinatie-centrum van de N.V. S.E.P. te Arnhem F,en maand geleden is gebleken, dat bet inderdaad nog tout kan lopen. Bij een samentreffen van ongunstige om standigheden kan zelfs een internatio naal koppelnet niet verhinderen, dat tij delijk een streek in het donker komt te zitten. Vast staat, dat het koppelnet de zekerheden enorm heeft vergroot en... dat het heel wat besparingen oplevert. Nu men de netten onderling gekoppeld heeft, kunnen de aangesloten bedrijven met minder reserve volstaan, terwijl ze toch een grotere zekerheid kunnen bie den: als er b.v. een produktie-eenheid uitvalt, kan het getroffen bedrijf over meer reserve beschikken dan vroeger, toen het alleen ifln eigen reserve had. Maar de besparingen hangen niet alleen samen met de reserve: er wordt pk uitgewisseld, binnen het land en met het buitenland Dat gebeurt niet bij uitzon dering, maar voortdurend: dagelijks zijn er perioden waarin bepaalde bedrij ven voordeliger stroom kunnen betrek ken van een collega die tóch overca paciteit heeft, dan zelf een extra ma chine op gang te brengen. En om even terug te komen op dat water in Zwitserland: men kan in sommige tijden van het jaar zo veel energie ontfutselen aan het wa ter dat van de bergen stort, dat men het aan Duitsland en via Duitsland ook aan Nederland kan leveren tegen een prijs die veel lager is dan het bedrag dat hier anders aan brand stof moet worden uitgegeven. In an dere tijden koopt het buitenland weer energie van ons. Meestal weet men tevoren vrij nauwkeurig wanneer men waterkrachtenergie over heeft en wan neer men tekort komt en de uitwisse ling heeft dan ook vaak plaats op ba sis van tevoren opgestelde contracten, waarin ofwel zoveel mega-watt-uren „water-energie" tegenover één mega watt-uur thermische energie worden ge steld, ofwel voor „beide soorten" ener gie een bepaald bedrag wordt over eengekomen. De SEP is bij de uitwisselingen geen dictator: de regionale bedrijven hebben hun zelfstandigheid volledig behouden' en bepalen dus zelf het beleid, zowel op korte als op lange termijn. Maar als de SEP telefonisch aan centrale A advi seert, gebruik te maken van de reser ve die B op dat moment heeft, zal men zo'n advies niet gauw negeren: de SEP werkt in het belang van alle deelne mers. „Arnhem" coördineert overigens grondse kabel van enige betekenis. Waar. om wordt niet alles onder de grond ge legd? Is een net op palen niet kwets baar, met, name in oorlogstijd? Het ant woord luidt merkwaardig genoeg ont kennend. Zowel in vredes- als in oor logstijd liggen kabels niet zo veilig als men vaak denkt. De elektriciteitsbedrij ven moeten de '-'stributiekabels die wèl onder de grond liggen herhaalde lijk verleggen of herstellen omdat er weer een weg wordt verbreed of een dragline te diep in de grond heeft ge hapt. Zal een superbom ze onberoerd laten? Een 1 ïvengronds net kanwel wat luchtdruk hebben en... als er iets kapot is, kan men het vaak gauw herstellen. „Een draadje is altijd nog wel bij de hand," zegt. men bij de SEP. In de tweede wereldoorlog,heeft men heel wat draadjes aan elkaar geknoopt. Dat is vrij simpel werk. Maar een verwoeste kabel herstellen is minder eenvoudig. Daar komt nog bij, dat kabels veel eri veel duurder zijn. Hoogspanning in de grond betekent een conflictsituatie, die zeer bijzondere technische voorzieningen eist. Daarom toch maar liever draadjes in de lucht. Ze horen bij het moderne landschap, zo goed als autowegen en viaducten. Een 150 kV-koppellijn in het Nederlandse polderland. In Weissman ontmoet men een gene ratie „Heemschutters" die nu aan het uitsterven is: gecultiveerde lieden met een feilloze smaak voor de kwaliteit van het oude maar ongevoelig voor „het nieuwe". I-Rj stamde nog uit de tijd dat het nationale cultureel minder waardigheidscomplex een axioma was en het afdingen op de glorie van de ou den ten bate van de eigen tijd onbe schaafd was. Wie de bouwerij uit zijn dagen, enkele uitzonderingen daargela ten, inventariseert, kan hem in zijn voorkeuren geen ongelijk geven, maar toch stamt uit die dagen het nooit ge heel uitgeprate conflict lussen de con servatieven en de modernen. Er zijn mo menten geweest dat een verzoening na bij leek, maar men hoeft slechts een krant op te slaan om te ontdekken dat er altijd wel ergens 'n conflict rommelt; zal het zijn om een demping of een doorbraak, de toekomst van een binnen, stad of de herbouw van een vrijwel ver geten toren. Heemschut heeft in de vijftig jaren, dat hij als de engel met het vlammend zwaard het paradijs der ouden bewaakt, onnoemelijk veel goeds tot stand ge bracht of, beter gezegd, onnoemelijk veel kwaads voorkomen. De oude heem schutters hebben echter in de debatten, die daarvoor nodig waren, het aantal misverstanden dikwijls aanzienlijk ver meerderd. Van een star conservatisme, dat nukkig elke aantasting van oude schoonheid afwees zelfs daar waar ten bate van de volksgezondheid, het ver keer of de uitbouw van een stad aan maatregelen niet te ontkomen viel, is de Bond gelukkig tot een veel genuan ceerder benadering van de problemen gekomen. Dit volwassen worden van de „dwars liggen" werd mogelijk doordat ook de tegenpartij aanzienlijk inbond. De gene ratie van Weissman moest de liberalen De mode van de dag bedreigt alle histo rische huizen. De ene keer is het de erkermanie, de an dere keer een voor liefde voor strakke vormen of luidruch tige op schik, getuige deze huizen van de Amsterdamse Kei zersgracht rond li80 en nu. van „morgen gaat,het beter" partij ge ven, de ondernemers en de „progres sieve" stadsbestuurders, die het onnoze le principe huldigden dat de technische vooruitgang automatisch gepaard ging met een groei van het artistieke ver mogen. De "huidige generatio ziét de zaak ge- huance.erder en voelt instinctief aan dat Utrecht een stommiteit heeft begaan door het gevoelige profiel van zijn bin nenstad te veramerikaniseren met het onnozele statns-symbool van een toren hoog kantoor. Maar ook Is zij afkerig van zorgvuldig gerestaureerde kroegjes, die als Nlcolaas Kroese-achtige toeris tentrekkers met Kwaaie-antieke interi eurs de oprechte café-minnaar op de loop jagen. Men berust er jn dat er bij de benade ring van alle estetische zaken onder de geïnteresseerden altijd wel een „progres sieve" en een „conservatieve" vleugel zal blijven en men wil ze zelfs niet mis sen omdat beide vleugels resultaten heb ben geboekt waar ze trots op kunnen zijn. Misschien is de verzoening nooit dichter bij geweest dan thans nu zelfs de boeman van aile Heemschutters, het vroegere hoofd van de Amsterdam se dienst voor Stadsontwikkeling, prof. van Eesteren, zonder blozen aan zijn De huidige directeur bij «Je voor de Monumentetworg.d v« daarin het restauratiebei meer voorgangers, dat dikwüls1' a0i> merkt werd door de beh<**dgoW „architectonische daad „arcnirecromscne ttii ,i scheiden dienstbaarheid- ,jng de voortdurende beinvloedl strcfWl<< heersende architectonische conc)« nc op de restauratietrant e $C^eI of: tI daaruit tot een beleid, da we#. JIA bouwmeesters uitsluit en0„tenZ°f,pC,lJf!: voor specialisten. Monuine arch' een nevenstroming van 7„veUl.ereV, te worden zoals in de j det v de achttiende eeuw. Hge Sjpds jj i ratiesubsidie van het Ru mjlj0e,, ev vrijding van twee tot Jde" t v» stegen, kan nog allerrn NVomf 5r .i „overwinning" gesprotte hoUwe' tc hét oude en het moderne. eeo /:u verder uiteen gaan, dre 8gh i aan „ouderwetse V0^J 0pge w' speciaal moeten worden fjgt even groot probleem v irlg bv ,e ten vin de oude bestemden len, kerken en woonhuis» fl t wijzigde eisen,die door vvof ,s V .r revolutie aan de ppe*$?laorte&lv/g0l'];ee( levuiuue ao.ii uc steld. Voor bepaalde categ. de lSt jij„„rion en O"? .ven1' de oude boerderijen en,"~me zen, ziet ir. Meischke ue somber in. r til' De moderne Y°?r?5U0rude. bd»i' afwerking bedreigt de n0g e] Hike interieuren. crde zorgvuldig SeinY,®n!f,m-dt dVgd- rfj wen van vóór 1800 wo öedre ie' eé fenis van de 19e ee^hiscl1£ort' L* terstaats- en neo-go gjp zijn thans vogelvrij. Rj vel g ir. Meischke, zal er vrjJ" vin» 19e-eeuws gebouw mee snelle grofd De razend 51 IlUil w hand werkende veron„ - ,e lucht en de wijziging va „c tt&Mfl' kundige toestand, zi)n a „etl in de toekomst hun tol zul Delftse studenten heeft bekend dat hij tot de gelederen der heemschut ters is toegetreden. Waren de heem schutters zelf niet tot de conclusie ge komen dat de indertijd voor barbaris me uitgekreten winkelpui van Rietveld aan. de Keizersgracht (Metz) het eni ge acceptabele moderne antwoord was op de schoonheid van de Amsterdam se grachten, terwijl de kwasi-oude in- voegsels van de vorige generatie nu juist uit de toon beginnen te vallen? En wie zal ontkennen dat de bungalow an de geniale Rietveld in de weide bij Ipendam een der eerste voorbeelden is ran een vrijwel klassiek antwoord op het moeilijke probleem om in het vlakke waterlandse poldergebied een markante huizenvorm te vinden, die het op kan nemen tegen de klassieke vorm van de oude boerderijen Moderne heemschut is onmisbaar omdat door het bewaren van de beste voorbeelden van oude architectuur en stedebouw een zorgvul diger toetsing aan de kwaliteit van de moderne bouw mogelijk is. Hü is nodig vanwege het conflict dat dwingt tot be zinning en discussie. De evolutie van het moderne bouwen is ondenkbaar zon der het conflict met de ouden. Wie het gedenkboek van vijftig jaren heemschut „Strijd om Schoonheid", op slaat, mag'vele beschouwingen overslaan, maar „Vijftig jaren Monumentenzorg" van ir. R. Meischke moet hij beslist le zen. Zelden is het omvangrijke en soms penibele probleem zo intelligent en „mo dern" benaderd. Meischke pleit daaron? een gezond conservation ere» haaste besluiten, geen een.rt. zekere ontwikkelingen yeva dig onderzoek van altei Eerder dan met g^o^g de p vel benadert deze gen^ OJpV ucjiuwv rflV lp gi heid met een zekere V venaarsleerling heeft d van r»n Vyarvrowlrtza hovrPfl 1 SflHfc onbeperkte bevrediging r verlangens gevonden m._t tegelijk dat de offers ji beste av 'tr Heemschut heeft ir zu to^- o° rcf ten al menigmaal v0°' AB-b. speeld. Ir. Meischk- kracbt'7fiieU(j0<' recht constateren dat b ye' st tectuurperiodes, naast v eVy gen, ook gekenmerkt zU jo.. een sterk conservatisme. ,eef> Het fraaist is dit stl?xerd'^ee'<no<\ oud-burgemeester H. Amersfoort een tovenaar* speeld. „Als het stedeW» ydr is", schrijft hij in zijn.. nieuwe gebouwen hartew geri kan niet volstaan met.,„nrts 4 om het op zijn Amersto uj# i de restauratie van het A broek is alleen verantw bou ty veld zijn „Zonnehof ma» v „Strijd om Schoonheid yed? schut. Samengesteld onaf ggpi Ton Koot. Uitgeverij sterdam 12,50.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1961 | | pagina 4