ajax zonder de vechtlustige iste kans Tekst: Henk Suèr Foto's: Henk Jonker Verschraalde kleuren Zelfbewustzijn Een troep, maar leuk Nu broodheren MAANDAG 12 MAART 1962 PAGINA 19 kfaö torens, de wijsvingers van verre Han en schoorstenen boven de kanten Van tv-masten, ineens de stenen °n^en die als donkere handen voor de dan Rotterdam Centraal. De ^rein uit Amsterdam wordt tussen e °P de tocht gezet. De entree van Rot- stap-^1 is als een bestijging; na nog een hink- fe'kt^)r011^ 'anSs de trams en bussen be- f)iejn l?en de hoogvlakte van Weena en Hof- Vst ^eze no£ ongevulde ruimte voelt de er^ammer die uit de tedere besloten- enVan «flu stad komt, zich altijd wat koel lls vv ontvangen. Maar gaandeweg vallen een dia-projector de verlokkende ver gezichten. Ze beloven het geheim, daar ach ter de hoge dichte wolken van beton en glas, het geheim van de stad. Op de Coolsingel zit de Amsterdammer er midden in. De stad is onder, opzij en boven hem. In het geweld van grootse contouren en springende vlakken, merkt hij pas laat de bouwputten van de metro op: niet veel meer dan puisten in het gezicht van de jongeling die een stralende jonge god zal worden. De Amsterdammer bedenkt onnozel: „Hé, is het dus toch waar dat ze aan de ondergrondse begonnen zijn". Na een paar honderd meter Coolsingel moet hij op adem komen en de détails invullen. Een doorzichtig espresso- paviljoentje op het trottoir wordt zijn voor uitgeschoven kijk- en luisterpost. Hij regis treert. De Coolsingel houdt niet als het Dam rak elke dag expositie. Trucks met opleggers en vrachtwagens besmeuren ieder ogenblik de glans van het verkeer. Er komen een paar meisjes het glazen koffiehuis binnen om even het winkelen te onderbreken. „Nee, niet voor het raam", zeggen ze tegen elkaar. Men moet waarschijnlijk uit Amsterdam afkomstig zijn om daarom te kunnen glimlachen. In alle Amsterdamse espressobars laten meisjes zich voor het raam bewonderen. Maar Rot terdam houdt geen expositie, tenzij van bouwkunstige scheppingen. Hierboven in woorden 5,,, als (je S®dachte doemt opnieuw raf-st ^.sterdammer door wat tiirt stadh,.raai':'es' °P de zijkant van Uls stuit. In sjieke auto's 81.'risparJ;en het grijs der muren L chts P af en aan. Ze worden fl^aaf, e„ geslagen door een fo- tt) ^ai(j'e ®n Politie-agent en de ver- V Wat ^sterdammer. Lieve he- een gemiste kans. Welk W dapPKt.schouwspel zou het zijn W tin f a' die bruidsparen 0ver ^estelijk opgesierde aan- LPjsjjjp de brede voetweg van de 5tuu^biBan naar de traPPen van de vap r zouden schrijden. Geen !ta 't aan °tterdams overstelpende toch gtorieuze monumenten hi(J Het uP tegen een gelukkige hn 5 all tule en orchideeën? tó boü„fen maar tentoonstelling br,, °Uw v'*erken. De voorkomende Veker Van de VVV die van de lianen ^en .vo°rraad vrije tijd kH te Sd krijgt met het verzoek ,;[en met attracties, be- haal k geen moment: „U moet ze het Bouwcentrum gaan", Va®t jjg, allereerst. De bezoeker feseer.. niet te weigeren en in- b- "En daarna?" Gezamen- en zij zich in het vraag- bezoeker iets van Rot ieren kennen, hoe hij de sfeer van de stad kan thp^ar^^t, Spido-rondvaart en iJ'Ooiv)" n Beuningen", is haar W a uj. doet)gaan? En eten? Als ik niet Nt als een haastige toerist, 'taieCdarnr als een ondergeschoven li- ^at die aan zijn eigen '*thteHdf>r-noegen wil beleven?" "at'hsr vertrekt de Amster- Nb Wjlen16^ een kaartje waarop ?*ehs ge^rast zijn. Bij elkaar \»1®t riar,derhalve dag werk, zo- N 2ijn uT staat. Dat kan niet l)iiVah ric kaartje verdwijnt in l'.ija staa Papierbakken die elkaar Hejj te verdringen. Den Briel NPaatcliemisschien in anderhalve fktrMik kunnen verkennen, of Sardam klaar het geheim van NS 6ven betrapt men niet zo eh B-: e Amsterdammer, ver- J-hj kap lgenwijs als hij pleegt te Jij /Her v°lgens aloude traditie Nb °et kVer de Maasstad doen, ,'s i,.aeker tn aHe redelijkheid y'i hipt op een weekje schatten JVde een opgejaagde slaaf is ^mAerikaanse toeristische ers s hij de verplichte Ni.Vah jj eft gehad, komt het t,p6 Wo"°°gvliet met zijn vijftig NNen ?gen P^ week tot het rt rg, „,rom™ gehulde Hille- 11 i'.'l 1 bjiv, .det infernale Pernis "lll'1 iPtieme Heliport met %o fffihde 1fe zoemvliegen, van de i» (lie,,0! dp lachten bij de Veerha- 5X9 a d' eh - v°lgespatte school met toe j de Dillenburgstraat. e unieke collectie eet- .91y huisjes. En als toevallig Ton Lutz en Eduard Flipse die avond niet zo aanlokkelijk schijnen en het de be zoeker voorkomt dat het wat karig gesteld is met het uitgaan, dan zal de wat minder kieskeurige vreem deling stuiten op een overvloed aan vermaaksgelegenheden. „Maar daar komt de rechtgeaar de Rotterdammer nooit", protes teerde de VVV-nymf, „en boven dien durf ik u van al die gelegen heden die 's nachts geopend zijn de meeste niet erg aanbevelen". „Hoort het bij de stad, ja of nee?", onder brak de Amsterdammer. En toen ze nog wat tegensputterde, zei hij: „Wel laat u iedereen de havens zien waar de stroom van zeesche pen uit de vreemdste landen aan leggen, wel het onvergelijkelijke pa norama van verf, roest en staal in de Waalhaven met zijn drijvende bokken, maar niet wat daar onmid dellijk aan exotisch vermaak bij komt." Toch heeft wat dat betreft de Amsterdammer haar later Mijnheer Jacques vind ik elke dag ah ik langs kom mooi. Hij lijkt op mijn vroe gere baas op het cargadoorskantoor. Hij is echt Dit nieuwe is de weerslag van de enorme, verjongde commerciële en industriële potentie waarvoor de Rotterdammers gewerkt hebben; maar aan het bewonen zijn de oude ren slechts voor een gedeelte toe gekomen. Het staat eigenlijk te wachten op de jongeren, die het tot in alle hoeken leven en kleur zullen geven. De straten zullen dan geen exposities van louter gebouwen meer zijn, maar ook een plezierige show bieden van mensen in al hun verscheidenheid. De rustige koffie drinkers achter de ramen der ca- fees en restaurants zullen naar bui ten komen en terrasjes bevolken om dit leven op straat van nog dich terbij in te drinken. De drankcon sumptie binnenshuis zal wat terug lopen (te beginnen al bij de verbe terde smaak van het afschuwelijke leidingwater dat gewoon het thee drinken niet gedoogt) en het eerlijk verdiende geld zal meer buitenshuis aan gevarieerd vermaak gespen deerd worden. Men ziet de jongeren nu al opko men. Men merkt het in verrukkelij ke hypermoderne cafetaria's waar voor het merendeel jonge mensen komen, zwartkousige meisjes met een gedichtenbundeltje naast hun bord en losjes geklede jongens met onmateriële conversaties die de ge sprekken van andere heren over acetyleenbranders en handelsvoor- waarden overstemmen. Men consta teert het in de buitenwijken waar de vele hobbyclubs ontstaan, en de vanouds bestaande amateur vereni gingen en zangkoren nieuw bloed feijenoord stemming Dit doet hem bewonderend opkijken naar de bijzonder vele plastieken, sgrafitto's, mozaieken en sculptu ren, die voor een groot deel in de verste verte niet tot zijn vertrouwde levensatmosfeer behoren. Het Rotterdam van nu, zo meent de bezoeker uit Amsterdam, is mis schien vooral de stad die nog in be zit genomen moet worden door de jongste generatie van nu. De oude ren hebben er vrede mee dat op het grondplan van de twee Rotter dammers Witteveen en Van Traa een grote groep architecten en beeldhouwers iets nieuws van grote afmetingen hebben laten verrijzen. krijgen, evenals talloze sportvereni gingen op velerlei gebied, die een bloeitijd zijn ingetreden. De Amsterdammer die op zijn langdurige tochten geprobeerd heeft voor enige tijd de aloude, vechtlus tige AjaxFeijenoordmentaliteit van zich af te schudden, mag niet van zichzelf beweren dat hij het ge heim van Rotterdam heeft ontdekt. Als het wel zo zou zijn, had hij het niet onder woorden kunnen bren gen, zomin hij het geheimzinnige gevoel voor zijn eigen stad kan uit spreken. Maar wat hij gezien heeft, wat al tastbaar werd tussen het ho ge beton en het nuchter spiegelen de glas. is een stad waar het le ven nog steeds verandert? waar het goed wordt om te wonen, te wer ken, te winkelen, goed om zaken te doen en rustig bij te komen, een stad met een gedegen inslag, met een hoogst eigen leven en benij denswaardig veel onbelemmerde mogelijkheden. Wat de Amsterdammer nu nog Rotterdams chauvinisme noemt, zal vrij spoedig ge rechtvaardigd zelfbewustzijn heten, en daar heeft hij niet veel tegen in te brengen. Deze en dergelijke gedachten overwegend, is de Amsterdammer niettemin zeer welgemoed op de 'rein huiswaarts gestapt. Maar neem hem dat nou 'ns kwalijk. .He Wefbteit-achtige gezelligheid van ,J)e Pijp" bij Cor. gelijk gegeven. Wat bij hem thuis luidruchtig en banaal op de Zeedijk tiert en schittert, is op heel Katendrecht maar schamel en slechts in banali teit evenwaardig te vinden. Alle kleurigheid van een cos- mopolitisch havenkwartier verschraalt achter eentonige gevelrijen. En verder in de stad is er niets wat herinnert aan het Leidseplein of het Rembrandtsplein omstreeks middernacht. Veel van de gelegenheden met nachtvergunning bleken vrij leeg en voorzoveer de bezoeker het ge zien heeft trokken alleen de nieuwe twist-attractie in „Bristol", de so- ciëteit-achtige gezelligheid van „De Pijp" bij Cor en het stemmige dansvermaak in „De Wieck" nogal wat publiek. „Er zijn er wel meer", vertelde een stadskenner. „El Amra, de Pompadour en het Casino in het Park Maar inderdaad, de door snee Rotterdammer vind je daar niet. Sommige hebben hun stamgas ten, van wie er veel student zijn of uit artistieke kringen afkomstig, en anders zijn het wel mensen van buiten de stad. De doorsnee-Rotter dammer zit 's avonds thuis. Hij houdt best van een borrel, maar het liefst in eigen huis, of anders nog even op zaterdagmiddag in de kroeg bij hem om de hoek." De bezoeker krijgt na een lange rondgang het gevoel dat het geheim van de stad hem ontglipt. Honderd twintig meter hoog op de Euromast overziet hij het wonderlijke belle- vue, maar hoe indrukwekkend weids en boeiend het ook is, het blijft de oppervlakte. Hij is als de musicus die een partituur in handen heeft, de noten lcost, van heel ver iets In zijn hoofd hoort klinken, maar het werkelijke geboren worden der muziek nog mist. Heel vaag wordt er iets merkbaar in gesprekken die hij op straat voert. Hij ondervindt hoe gewoon het hier is met een wildvreemde een gesprek aan te knopen. Staand voor het beeld van Mijnheer Jac ques, verklapt een oudere man hem: „Mijnheer Jacques vind ik elke dag als ik langs kom mooi. Hij lijkt op mijn vroe- gerebaas op het cargadoorskantoor. Hij is f ....Maar Rotterdam houdt geen expositie, tenzij van bouwkunstige scheppingen.,,. echt. Het staat hier vol hoor, met kunst in de stad, maar dat is meer voor jonge mensen denk ik wel eens. Ik heb vroeger in deze buurt gewoond, maar al die straat namen van vroeger staan nu op heel an dere plaatsen. En dat is wel eens gek hoor, als je het met mensen van mijn leeftijd over die straten hebt. Kijk 's, je kan er wel droevig over zijn, maar dat doe je met. Het Rotterdam van vroeger was wel gezellig, maar een oude troep vaak. Dat had ik misschien nou niet erg gevon den, maar je kinderen wel, hoor. En als je trouwens ziet wat we hier in die paar jaar voor geweldigs hebben neergezet. Duur, dat wel, maar er wordt hier toch knap geld verdiend tegenwoordig." Met een gevoel van blijde herken ning neemt de Amsterdammer in de Maasstad allerlei blijken van haar cosmopoiitische karakter waar. De krantenkiosken met even veel buitenlands spul als bij hem thuis; het aantal consulaten dat ge makkelijk het totaal heeft dat bij hem op grachten en om het Mu seumplein te vinden is, de zeemans huizen en buitenlandse kerken die in getal de hoofdstad met stukken slaan. Hij gaat een merkwaardige proef nemen en spreekt conducteurs in bus en tram, en mensen op straat in Engels en Duits aan. In vele ge vallen krijgt hij antwoord in dezelf de taal. Het Duits gaat de meesten het best af, terwijl in de hoofdstad waarschijnlijk het Engels het zou winnen. De Spido-boot plaatst de bezoeker voor een kwestie waar hij geen ant woord op vindt. De toelichtingen worden in vier talen door een band je gegeven. Dat zou men in Am sterdam waarschijnlijk niet gauw aandurven, want iedere rondvaart- rederij voelt zich gastheer of gast vrouw van de vreemdeling en die functie laat men niet over aan een magnetofoon. Maar nog raadselach tiger is eigenlijk de tekst van de toelichting, waarin maar één keer heel terloops en ondergeschikt ge rept wordt van de oorlog die juist in Rotterdam nooit te verzwijgen is. "Want het werkelijke wonder van de haven is toch die ongelooflijke we deropbouw! Hoe werd het gepres teerd dat uit de kilometers verwoes te kademuren, de tot schroot ver pletterde en gestolen kranenbossen en laadbruggen in zo korte tijd de ze magnifieke haven kon ontstaan? Enfin, deze prestatie laat Rotterdam ongenoemd, mis schien uit reverentie tegen de Duitse gasten die na destruc tors in groten getale broodhe ren zijn geworden. Men kan niet geloven dat de Rotter dammer deze trotse prestatie uit achteloosheid of uit slecht begrepen „advertisement" verzwijgt. Want als er één ding is, waarom de Rotter dammer van trots jegens zijn stad vervuld is, dan is het om haar kolossale wedergeboor te. Dit verzoent zelfs de ouderen met alle verandering en de vaak koele glamour van de reuzengebouwen. Honderdtwintig meter hoog op de Euro mast overziet hij het wonderlijke bellevue, maar hoe indrukwekkend weids en boeiend het ook is, het blijft de oppervlakte.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1962 | | pagina 33