Elektriciteits
gewetens
onderzoek
ELEKTRICITEIT IN BE HUISHOUDING
.1 Meer JLUX" is Seen LUXE
Leerrijke „LICHT-TUNNEL"
Gemiddelde Nederlandse huiskamer
is veel te donker
m
Wansmaak bij
de verlichting
woekert voort
HUISGEEST" doet meer
tien knechten tezamen
D
Mixer en koelkast geen
luxe, maar ze verhogen
het LEVENSNIVEAU
Eschenbach
v,oo9^LE01UX
Gebruikt U nooit
verkeerd snoer?
ft met
leeftijd
Elektrische
dekens hier nog
onbekend
V.
porselein
in zijn
edelste vorm
WOENSDAG 10 OKTOBER 1962
J
e elektriciteit kunnen we ge
rust een verlengstuk van de
huisvrouwelijke energie
noemen. Voor zover die onzicht
bare kracht dan het bedrijvig zijn
in huis met materiële zorg ver
gemakkelijkt, versnelt en minder
gecompliceerd maakt. Hoewel bij
dat laatste soms een vraagteken
(tje) gezet moet worden. Er wordt
tegenwoordig zoveel geschermd
met robotten in huis: de elektrici
teit is een geest-robot. Onzicht
baar is die geest de ganse dag in
huis bezig. De bakker belt: elek
triciteit veroorzaakt het waar
schuwend geluid; tegelijkertijd
zorgt de geest dat de telefoon
gaat en dat de radio iets nodigs
of onnodigs laat klinken, dat het
kopje koffie vanzelf gereed komt.
Elektrisch maalt u de koffie, elek
trisch kookt u het water en is het
een beetje donker in de keuken
hoek dan komt er door het ma
gische knopje vanzelf licht. Laat
u, omdat u zelf nog geen robot
bent, de suikerpot uit uw handen
vallen, dan zuigt de elektrische
slokop het in de kortst mogelijke
tijd naar binnen, en zelfs als de
melkboer in geen twee weken aan
de deur is geweest,vindt u in de
koelkast die ook van de huisgeest
profiteert verse koffiemelk.
mem®.
Werkplaats
Voorlichting
Alle elektrische mechanieken worden door de geest-rohot in
beweging gebracht.
Flinke bedragen
Enfin, op „Idéé '62" krijgt u al
deze dingen en nog veel meer aan
schouwelijk gepresenteerd. Er is
zelfs voor dit doel een „lichttun-
nel" gebouwd waarin tal van
nieuwe verlichtingsarmaturen
worden gedemonstreerd. Ga er
uw licht maar eens opsteken.
ZITMEUBELEN
TT~Z P doet ,u huis ah 'het snoer
W kapot is van de stofzuiger of
van de schemerlamp? Prutst
V.,er zelf aan? Dat kan heel
vn-n l-l zVn- Door zelf repareren
atp. soort dingen kunnen er af-
al* 7 y ongevallen gebeuren, zo-
Ar onlangs gebeurd is met een was-
r?Ci Elektriciteit in huis is een
ierf ïfh gevaar. Het schijnt, dat
inn*rj huisvrouw in haar leven zo-
ri one maal een flinke schok krijgt
nJtï er iets onklaar is of ze iets
verkeerds doet.
sii^aaT doe je met een kapot
Dat zijn van die vervelende
ugen in huis, tenzij een van de
di71?, huisgenoten een deskun-
ge knutselman is die het vakkundig
an repareren. Anders is er maar één
P'Ossing; wegbrengen naar de vak
man en
wegbrengen naar
vragen of je het zo gauw
mogelijk weer terug krijgt. Maar dat
wegbrengen is soms ook heel lastig
het snoer aan het apparaat vast-
mt wat bij de nieuwere toestellen
nogal eens het geval is. Vragen of
er iemand komt wordt steeds onmo
gelijker vooral nu we ons ook nog de
vrije zaterdagop de hals gehaald
nebben met als gevolg de verknip te
Werkweek.
Maar snoeren, stekkers en stopcon
tacten zijn nu eenmaal de onmisbare
kanalen waarlangs we ons de energie
toeëigenen. Het hoofd van de Huis
houdelijke Voorlichtingsdienst van
het gemeentelijk energiebedrijf in
Amsterdam, mejuffrouw Heieen Hal
verhout, zegt dat de huisvrouwen
«tijd vergeten, dat het gebruik van
,{,der toestel begint bij de wand-
c°htactdoos (u en ik zeggen daar
V tpPcontact" tegen) en dat de meeste
vrouwen nogal dom zijn in de
omgang met het snoer dat ze in het
stopcontact steken. Er zijn namelijk
snoeren en snoeren, en dat geldt ook
voor verlengsnoeren. Een dun snoer-
^iiiiiiiiitniiiimiHiiiiiniiiimiiiiitiiiiiimimiiiiiiiHiiiitmiHiiimiiiiiiiimiiiiiiiiiiinimiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiififiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiNimimiiiiiiii^
tje waar het schemerlampsnoer mee
verlengd wordt gebruikt men dood
rustig ook bij het strijken. Maar een
lampje geeft alleen maar licht ter-
mijl een bout een behoorlijke hitte
ontwikkelt, wat veel meer energie
kost. U eist van een lampsnoertje
manneer u het aan een verwarmings
apparaat zet dus ook aan een straal-
kachel een peel te grote capaciteit
zoiets of u de waterkraan veel te
wijd openzet boven een te nauw
Pijpje. En zo hoort het snoer van de
stofzuiger niet bij de straalkachel.
Waarom worden deze doodgewone
huishoudelijke dingen eigenlijk niet
op school geleerd? Laten we eerlijk
zijn, wie kent het a.b.c. van de elek
triciteit in huis? Wie prutst niet met
Veel te veel dubbelstekkers inplaats
van wat meer wandcontactdozen te
toten aanbrengen? Wie let bij de
aanschaf van een elektrisch appa
raat op het KEMA-keur, dat een
veiligheidskeur is?
En wie denkt er aan dat het niet
goed is een snoer uit een hete bout
of een hete kachel te trekken? Wie
bergt het snoer op zonder het al te
zeer te mishandelen? Er is ook het
andere uiterste. Wij hebben eens een
oude dame gekend, die zó precies en
netjes was, dat ze de snoeren nu en
dan een sopje gaf
Op nog iets wat men 9eneWdJs te
vergeten, wees mejuffrouw Halver
bout ons, namelijk het feit dat auto
matische elektrische apparatuur be
halve de aanschafkosten, kosten van
service meebrengt. Naarmateeen
toestel meer automatisch is, is er
meer precisiewerk in aanwezig. zo n
Precisietoestel is heel gevoelig en
feageert sneller op een fout bij de
behandeling. De monteur wordt ge
beld, hij komt en repareert. Dat moet
betaald worden. Het heeft geen zin
°m daar telkens weer over te vallen,
tenminste niet wanneer het dan ook
9oed gebeurt. De auto moet ook wel
eens worden gerepareerd, dat is ook
een precisie-dingmaar dat schijnt
hooit zo erg te zijn als wanneer de
wasmachine of de koelkast stuk is.
Voor het huishouden bekijkt men de
zaken nog altijd anders.
Er is een vereniging die haar best
doet om de huisvrouwen meer weg
wijs te maken bij het dagelijkse om
gaan met elektrische toestellen. Dat
is de Nederlandse Vrouwen Elektn-
citeits Vereniging, die Arnhem is
gevestigd, Utrechtseweg 310. In 1033
is dat instituut opgericht ornaat de
vereniging „in de elektriciteit eei
energiebron bij uitstek zag om. tot
„doelmatiger gezinsarbeid te komen.
Dot to as dertig jaar geleden. Sinds
dien heeft de Vrouwen Elektnciteits
Vereniging haar doel trachten te be
reiken door het geven van voor.icru
ting via lezingen, demonstraties, cur
sussen en adviezen. Ze geeft vouw
bladen uit en een bulletin dat acht
maal per jaar verschijnt.
de dagen merkbaar krimpen,
gaat de lamp dagelijks een paar
minuten eerder aan. Gedurende
steeds langere perioden zullen we,
ter verlenging van de dag, onze toe
vlucht moeten nemen tot een kunstma
tige lichtbron, per jaar zelfs in totaal
1800 tot 2000 uur, zoals deskundigen
hebben berekend, en dank zij die merk
waardige vaderlandse gewoonte de gor
dijnen 's avonds niet te sluiten is het
vrij eenvoudig vast te stellen, waaruit
die kunstverlichting in de Nederlandse
huiskamers bestaat. Daar hangt dan de
grote lamp boven tafel, een onverwoest
baar instituut en nog daterend uit de
tijd dat het hele gezin zich des avonds
om de huiskamertafel groepeerde en
onledig hield met uiteenlopende bezig
heden dan wel zich gezamenlijk over
gaf aan de spanningen van het ganze-
bordspel. En verder staat ergens in een
hoek de staande schemerlamp, ook al
zo'n traditioneel meubelstuk, waaraan
behalve een lichtgevende ook een sfeer-
scheppende functie is toebedeeld. Ten-
slotte misschien hier en daar nog een
klein wandpitje om een anders wat
donkere hoek enigszins op te luisteren,
daar komt grosso modo onze huiska-
merverlichting wel op neer.
Maar is het nu ook gezellig in al die
interieurs? Dragen de lichtbronnen bij
tot het scheppen van sfeer en huiselijk
heid, zaken waaraan wij Nederlanders
toch verknocht heten te !jn? Natuur
lijk moet ieder voor zich uitmaken, in
welk soort verlichting hij zich het be
haaglijkst voelt; de vraag is echter of
men wel bewust naar de mogelijkhe
den zoekt. Als wij tenminste wel eens
een, overigens altijd wat gegeneerde,
blik werpen in zulke onbekommerd
opengevouwen interieurs heel wat
onthullender dan bij daglicht gebeurt
het maar zelden dat wij ons op slag
bekoord voelen door het tafereel dat
gepresenteerd wordt. Nu eens heerst er
in het vertrek voornamelijk duis
ternis, met uitzondering van één ka
merhoek waar de heer des huizes on
der een volstrekt onvoldoende lichtbron
vertwijfelde pogingen doet de dansende
kranteletters in het gareel te voegen.
Maar de „sfeer" mag niet verstoord
worden en dus blijft het bij dit brakke,
oqgbedervende schijnsel.
Een andere keer passeren wij een rij
kelijk verlicht interieur, zodanig dat
geen detail verborgen blijft en daardoor
zonder enige sfeer. Sfeer immers valt
pas te bereiken met een juiste dose
ring van het licht, en het is het resul
taat van een spel met contrasten en
contouren. Zelfs het schamelste inte
rieur kan bij kunstlicht dat alle fines
ses zo onbarmhartig blootlegt, nog iets
warms, iets intiems krijgen. Een derde
groep wijst alle knusheid bij lamplicht
als burgerlijk af en tracht zidh tihuis te
voelen onder het koele schijnsel van
neonbuizen, hetzij direct hetzij indirect
toegepast. De laatsten ondernemen ten
minste welbewust iets met de mogelijk
heden van het elektrische licht, maar
grote groepen hebben toch blijkbaar
weinig notie van hetgeen er met de mo
derne verlichtingsbronnen en het uitge
breide assortiment armaturen te berei
ken is. Men hoeft er de collectie mon
sterachtige en/of kitscherige lichtkro
nen en andere attributen maar op aan
uGTen die 20 menige etalage met ver-
t^nttngsartikelen ontsieren. Op weinig
j n ,woekert de wansmaak zo on-
hneft ard voort aIs hier, en het
daarom niet te verwonderen dat
aanrecht
I „werkbank" van de huisvrouw,
V7 komt hier van de fluorescentie-
buislamp van 50 W, die even
veel licht geeft als de gloeilamp van
150 W.
zovele huiskamers door dit bederf zijn
aangetast.
(Advertentie)
Aan de lamp boven tafel zijn we alle
maal erg gehecht. We doen van deze
lichtbron niet graag afstand, omdat de
huiskamertafel in de meeste gezinnen
nog steeds een centrale positie inneemt
en ook 's avonds een belangrijke taak
blijft vervullen, al was het alleen maar
voor de maaltijd. In tal van moderne
woningen, vooral flats, blijkt overigens
met deze omstandigheid onvoldoende
rekening gehouden te worden. Op de
plaats waar krachtens formaat en in
deling van de woonkamer de tafel dient
te staan, ontbreekt dikwijls een licht
punt in het plafond. De lamp komt in
zo'n geval een meter naast de tafel te
hangen, tenzij de bewoner zelf maatre
gelen neemt. Dergelijke hinderlijke te
kortkomingen zijn toch gemakkelijk te
voorkomen.
Wel is de tijd voorbij dat de kamer
genoten in een douche van licht rond
de tafel bijeenzitten en de rest van
het vertrek in donker gehuld blijft.
Althans; behoort voorbij te zijn, want
de theorie is de praktijk in dit opzicht
een eind vooruit. Ook in andere op
zichten trouwens. Wij herinneren ons
nog de verbijsterde uitdrukking op het
gezicht van de monteur die in onze
huiskamer een kokervormige touw-
lamp zou ophangen. In alle ernst
hing hij het ding ongeveer één meter
van het plafond, zodat zich daar er
gens in de hoogte een doelloze lam
pion ophield. Op ons „zakken" liet
hij de lamp aarzelend tien centimeter
neer, als uiterste concessie aan een
onbegrijpelijke gril. Maar er moest
nog bijna anderhalve meter bij voor
dat de cylinder tot op de goede hoogte
boven de salontafel was gedaald. De
monteur verrichtte verder werktuig
lijk zijn bezigheden, maar het was
duidelijk dat hij zich geschokt voelde,
om niet te zeggen aangetast in zp
beroepseer. Ietwat peinzend beeft hij
iiiiiiiiiiiniiiiuiiiiiiiiiiiiniiimiiiiniiiii'iiiiii,m,l,"ni|,n'ni
Licht op ooghoogte in de woonkamer.
ons tenslotte bij onze touwlamp ach
tergelaten.
- I Behoudzucht en vermeende zuinigheid
L ChtHoiirhp hebben er toe bijgedragen dat het me-
rendeel der Nederlanders nog steeds
niet weet te profiteren van de vele nieu
we mogelijkheden die er op het gebied
der kunstverlichting zijn uitgedacht.
De gemiddelde vaderlandse huiskamer
is veel te donker, zoals onderzoekingen
hebben aangetoond. Om dit te bepalen
maakt men gebruik van de lichteen-
heid „lux", die een bepaalde sterkte
aangeeft. De volle zomerzon bereikt in
open veld soms waarden van 100.000
lux, en in de schaduw van een boom of
op een terras nog altijd 10.000 lux.
Kunstlicht kan zich met de natuur bij
lange na niet meten. Is een kamer goed
verlicht zodat daar allerlei bezigheden
tegelijk kunnen geschieden, dan komt
men nog slechts aan 500 lux. Maar over
de hele linie genomen bedraagt de
lichtwaarde, naar is gebleken, nog min
der dan 150 lux, en het is duidelijk dat
op die manier het menselijk oog aan te
grote inspanningen wordt blootgesteld.
Een doelmatiger toepassing van licht
bronnen is dus alleen al. om deze reden,
het welzijn van ons gezichtsvermogen,
gewenst. Laten we de modeterm „func
tioneel" in dit verband maar vermij
den, aangezien aan dit woord in de
praktijk zovaak de betekenis van „ste
riel" wordt gehecht, en het misver
stand dat doelmatigheid in het interieur
een gezellige atmosfeer uitsluit, is toch
al hardnekkig genoeg. Niettemin is het
een misverstand, ook waai het ver
lichting betreft. Een goede verspreiding
der lichtbronnen werkt de sfeer juist
in de hand, mits er maar gezorgd wordt
voor contrasten tussen de sterk en min
der sterk belichte „partijen" en mits
de secondaire lampen op of onder oog
hoogte worden aangebracht.
De intrede van de televisie heeft
uiteraard invloed gehad op de aard der
kunstverlichting in de Nederlandse huis
kamer. Maar ook hier moet gewaagd
worden van een nu en dan optredend
Het is kil in de keuken, u zet het
straalkacheltje aan want u gaat even
deeg maken met de mixer en als dat
klaar is steekt u de bout in het stop
contact want wasmachine en centrifuge
hebben hun werk gedaan en de was is
strjjkdroog. De nare strijklucht verjaagt
u door de ventilator even te laten snor
ren tot u dat ding afzet omdat het u
ml. i 'Iat u in dit rustige uurtje alleen
cC.i,„ 1, strÜkgoed en de kinderen naar
hest op de pick up de nieuwe
hunt aanzetten. Vanavond kan
haar ,ZT?va(lt dan zit u met gewassen
geest df d-t° kuishaardroger. De huis-
vest en gevoeTwcTdenT^da" moeten
In ieder geval moeten ze onderho„dIE
worden, opgeborgen en weer te voT-
schijn gehaald en moet men er een tik
je verstand van hebben. Als ze stuk
gaan worden ze lastig en de last die ze
veroorzaken als ze niet goed werken
weigeren of haperen is de keerzijde
van de medaille. In Amerika stapt men
al af van het maar raak kopen van
steeds meer, steeds nieuwere, steeds
vervolmaaktere elektrische apparaten
voor in huis, want zo'n stuk techniek ko
pen betekent nog niet dat men er de
monteurs-service bij koopt. En dat is
het knelpunt.
plaatsen en dat blijkt kuren te heb
ben, waar men machteloos tegenover
staat en waar telkens een (min of meer)
deskundige voor geroepen moet worden
met alle ellende- van dien in deze tijd
van gebrek aan geschoold personeel.
Nu gaat men bij een grote aanschaf
meestal niet over één nacht ijs, er is
volop gelegenheid om uit de vloed van
merken en modellen die de winkels
overspoelt, te kiezen na grondig over-
leg en verkregen inzicht, wat voor het
eigen geval, dus de woonruimte en de
gezmsgrootte het meest geschikt is. En
behalve de commerciële voorlichting die
men by de handel en op handelsexpo-
sities opdoet, kan men te rade gaan
op de volstrekt objectieve voorlichting
die van de kant van de consument wordt
gegeven.
Dat is onder meer het instituut van
de Huishoudelijke Voorlichting maar dat
kunnen ook zijn de voorlichtingsinstitu
ten van de provinciale of gemeentelij
ke energiebedrijven. Schriftelijke of
mondelinge adviezen over elektrische
toestellen kan men ook altijd inwinnen
bij de Vereniging van Exploitanten van
Elektriciteitsbedrijven in Nederland, de
V.E.E.N., Utrechtseweg 310, Arnhem.
Niets is zo teleurstellend als de aan
koop van een duur apparaat in huis,
dat men met hoge verwachtingen laat
Lang niet iedere man of vrouw die
een auto bestuurt heeft verstand van
het mechaniek, en met de apparaten
die via een motor werken in huis is
het net zo. Maar hoe méér je er al
thans van begrijpt, hoe makkelijker
het is en hoe minder fouten er ge
maakt zullen worden in de dagelijkse
omgang. Het huishouden is óók een
soort werkplaats en het is heel nor
maal om van de grote apparaten een
handleiding te bezitten, die goed wordt
gelezen en nog eens wordt herlezen.
„Moeilijke" apparatuur in huis vraagt
meer hersenwerk, meer oplettendheid,
het vergemakkelijkt het werk van de
huisvrouw maar compliceert het óók
weer. Met stoffer en blik was er nooit
iets aan de hand, een stoffer heeft
geen enkele pretentie. Maar om bij
de oudste huis-robot te blijven, de
stofslikker heeft méér zorg nodig en
die moet ook zorgvuldiger worden op
geborgen. Opbergen en te voorschijn
halen zijn uitgesproken vervelende
karweitjes. Je moet extra aandacht
hebben voor het snoer. Op een gege
ven moment gaat er aan de stekker
iets rammelen en dan moet dat weer
nagekeken worden en hersteld. De
hulpstukken moeten verwisseld wor
den en onderhouden. Alle elektrische
apparatuur moet goed onderhouden
worden, zelfs straalkacheltjes blijven
niet vanzelf eeuwig glimmen.
Er zijn ook huisvrouwen die het zich
door het aanschaffen van een elektrisch
werkend apparaat willens en wetens
moeilijker maken. Ze kopen een was
machine en vinden dat ze nu verplicht
zijn om behalve het lijfgoed de grote
stukken die vroeger de deur uit gingen
nu ook thuis te wassen. En daar zitten
ze dan met die lappen van lakens,
die ze door een druk op de knop laten
rondsnorren, maar die verder alleen
maar door hun eigen handen weer
droog en glad in de kast komen.
Er zijn meestal flinke bedragen ge
moeid met die tijdbesparende appara
ten, maar ze zijn geen luxe, al horen
ze wel bij de welvaart, In Amerika lig
gen er zoveel afgedankte koelkasten op
de vuilnisbelten dat men kinderen
waarschuwen moet er niet mee te spe
len omdat de deuren kunnen dichtslaan
en ze er in opgesloten zouden worden.
Maar wij zijn nog geen Amerika en de
koelkast is hier nog maar pas ont
dekt als nuttige „conservator", als be
sparing van keldertrappen lopen "n
als regelaar van het inkopen doen.
Kweekt de koelkast nieuwe behoeften
omdat nu ijskoud bier en room voor
de pudding altijd bij de hand zijn? Men
kan hetzelfde vragen van de mixer die
allerlei klop-, snij- en perswerkjes uit
de hand neemt. Want nu „het ding or
eenmaal is", waarom zou je nu niet
eens wat meer mayonnaise maken? En
wat meer cake bakken. Het deeg is zó
geklopt. Alleen betekent het natuurlijk
wel dat je het ding iedere keer moet
schoonmaken. Maar aan schoonmaken
van gebruikt „vaat"werk, in welke
vorm ook, zal de huisvrouw nooit hele
maal ontsnappen. A. Bgl.
Goed licht bij de opmaakspiegel
misverstand. Het is namelijk verkeerd
te menen dat het voor de duidelijk
heid van het beeld gewenst zou zvjn alle
lichten te doven en aldus in complete
duisternis naar het blauwe schijnsel
van de kijkkast te staren. Het contrast
tussen licht en donker werkt vermoei-
end voor de ogen. Een bescheiden hu-
verlichting heft dit bezwaar op.
De verlichtingskosten plegen op de
rekening van het totaal aan verbruikte
elektrische energie maar een bescheiden
plaats in te nemen, al valt dit niet al
tijd even duidelijk uit de nota op te
maken. Boiler, koelkast en elektrische
verwarming eisen het leeuwendeel van
de kosten op, en wat er overschiet voor
de verlichting, is bepaald aan de billij
ke kant. Gaat men uit van een tarief
van tien cent per kilowatt uur hier
om schommelt het in ons land dan
betekent dit bijvoorbeeld dat men een
lamp van 150 watt vier uur kan laten
branden voor de somma van zes cent.
Zou de walmende petroleumlamp van
destijds daar tegenop hebben gekund?
Trouwens, men kan tegenwoordig de
charme van de antieke olielamp heel
prettig combineren met het comfort van
elektrische stroom.
Uit een medisch onderzoek bij
een groot aantal mensen tus
sen de tien en zestig jaar is
destijds komen vast te staan
dat de behoefte aan licht zeer snel
toeneemt met het voortschrijden van
de leeftijd, sneller dan men vroeger
aannam. Na ongeveer tienduizend
metingen konden de volgende con
clusies worden getrokken: voor het
lezen van een goed gedrukt boek
neemt bij personen tussen tien en
twintig jaar de lichtbehoefte met 29
procent toe, bij die tussen twintig en
dertig jaar met 40 procent, bij die
tussen dertig en veertig jaar met
51 procent, bij die tussen veertig en
vijftig jaar met 82 procent en bij
personen van vijftig tot zestig jaar
met liefst 168 procent. Iemand van
zestig jaar heeft dus vijftien keer
zoveel licht nodig als een kind van
tien jaar en vijfmaal meer dan een
veertigjarige. Bij personen boven de
zestig jaar gaat de curve van de
lichtbehoefte nog steiler omhoog.
Iets voor bejaardentehuizen om re
kening mee te houden!
(Advertentie)
Schrijf voor foto's en prijzen naar:
Eschenbach International, Hilversum
Twee van de drie Nederlandse
gezinnen hebben een wasma
chine. Daarvan is twee procent
geheel automatisch. Een van
de vijf gezinnen in ons land heeft
de beschikking over een koelkast.
Bijna iedereen heeft een stofzuiger,
er zijn zelfs gezinnen waar men twee
stofzuigers nodig vindt; een gewone
en een handstofzuigertje. We zijn een
„schoon" land behalve op straat,
waar niet gestofzuigd wordt. Een
vjjfde van de Nederlandse huisvrou
wen heeft een mixer of een elektri
sche keukenmachine. Elektrische de
kens hebben we hier nog nauwelijks,
terwijl de statistieken zeggen dat
in Amerika een kwart van de bevol
king onder elektrisch dek slaapt.
Maar daar heeft men intensere kou
en is men meer verwend.
V