Risicospreiding en deskundig "beheer: aandelen Vereenigd Bezit van 1894
OfficierSchandalig gedrag
Drie jaar geëist
wegens poging
tot doodslag
Fabrieksarbeider sloeg
87-jarige bewusteloos
HOUDT U VAN WAGNER?
HET WOLVENJONG
U proeft
de moutwijn
Alfredo
IE®
RSSÜP vtP
DAGPUZZEL
BIJ GEBREK
AAN BEWIJS
^Bespreking van Bock en BladJ
Eis Agfa afgewezen;
Spectrum mag prijs
voor niemand verlagen
Kamerleden vragen
meer soevereiniteit
voor de West
mr riet iReet, mr fUEr
DEERT, tK PERU. DUT ETIKET
JE l/fifj DE PLRRT l/RU WA6/JER
(«f#
Onderscheiding
Overleden
Afscheid
Ambtsaanvaarding
1
HET NIEUWE DAGBLAD
DONDERDAG 6 DECEMBER 1962
PAGINA
Kleurig conflict
door LUKACS
&LLY, 0HZE GOEDE WflbHER
15 DRP)R, OP DIE TRfEL
HOUD JIJ JE ER 0N0P6E -
MERKT MEE BEZ/&, TERÜ/JL
tK DE GEKLEURDE P/.RTEI/VPR
BEKIJK'
OP DIE FPU Vl5U~y PRESU5..
kJRRRDE MEESTER
WE RE5BEM ÓBNOTEA/'
EU HIER ZIET O DRfZ MIJ Af LEVEtë)
WERKBLOEMEMOE/ECHT TE
RNT/&E5,,
VRM OA/S &EZOEE.
Et J HEEL
MOOPZICHT/Glf
Tot* z-zEa/S
ERIC DE NOORMAN
64. Heer Skapti is in een best humeur, wanneer hij het plein van
atjn burchfoprijdt. En geert wonder, want de gevangen Erwin betekent
een aardig losgriisje. Zodra knechten zich over de paarden ontfermd
hebben en d? gevangene' naar binnen is gebracht, wendt de bureïitheer
zich tot Eric en Svein, die deze bedrijvigheid zwijgend hebben gadege
slagen. „Beste mannen," zegt hij, voor zijn doen vriendelijk, „in het
verblijf der krijgers, zullen jullie alles vinden, wat je nodig hebt.
Wapens, kleding, ik heb bevel gegeven jullie daarvan te voorzien."
„Dank edele heer," knikt Eric onderdanig. „Wat kunnen wij nu dóen,
om u te dienen?" „Dat hoor je later van je aanvoerder," antwoordt
Skapti minzaam. En met een knikje begeeft hij zich naar binnen.
„Kom mee, Svein," gromt Eric, „wij hebben hier al lang genoeg te
kijk gestaan. Vergeet niet, dat o:
rondloopt en als hij ons ziet, weet i
er vermoedelijk ->
Ze be'
even zich dus naar een klein w$t achteraf gelpgga bjjgebouwtj6-
'iemancT hier," fluistert Erie opgelucht. „Een ding, beste SveinU
we moeten andere namen verzinnen. Ik heet Leif en jij Olaf, verg^.
het niet. En nu moeten we vlug handelen, voordat Egil ontdekt, datju
hier zijn." Maar helaas, op hetzelfde moment staart Egil geschrokka
naar buiten. „Ik kan me niet vergissen," mompelt hij, „ze waren
allebei; de koning en de grote Svein. Hebben ze me dus toch
gevonden maar nou is het de laatste keer, daar zal ik gauw vo°
zorgen."
z=Z>
door HENRY CECIL
Vertaald door E. D. KÜNZLI-BOISSEVAIN
kruiswoordraadsel
(Advertentie)
(Van een onzer verslaggevers)
AMSTERDAM, 6 dec. ,,Het was
niet de bedoeling opoe te beroven, edel
achtbare, ik wilde haar alleen maar
bewusteloos slaan". Deze wat merk
waardige woorden sprak gistermiddag
een 33-jarige Amsterdamse fabrieksar
beider tijdens de behandeling van zijn
strafzaak voor de rechtbank. Op 2 juni
van dit jaar had de in geldnood verke
rende man zijn benedenbuurvrouw, de
87-jarige weduwe R. Steenstra, van ach
teren aangevallen op een moment, dat
de bejaarde vrouw het toilet aan het
schoonmaken was. Hij had haar bij de
keel gegrepen en vervolgens enkele
krachtige slagen op het hoofd gegeven.
De kranige vrouw probeerde zich nog
om te draaien en de slagen af te we
ren, maar haar handen sloegen slechts
de bril van de aanvaller af. Daarna viel
zij bewusteloos voorover, nadat zij
eerst tot tweemaal toe met haar hoofd
tegen de wand was aangekomen.
De officier van justitie mr. H. E.
van Renesse was buitengewoon fel in
zijn requisitoir. Hij noemde het op
treden van de verdachte meer dan
schandalig en eiste (zoals in een deel
van onze editie gisteren nog in het
kort gemeld) een gevangenisstraf van
drie jaar met aftrek van voorarrest en
tevens een onvoorwaardelijke terbe
schikkingstelling van de regering.
Uitvoerig werd tijdens de zitting het
motief besnroken, dat de dader zou
hebben gehad om de vrouw zo ernstig
te mishandelen. De officier zei dat een
voorwaardelijke opzet tot doodslag naar
zijn mening bewezen was. De verdediger
mr. Keune. stelde dat men verdachte
slechts mishandeling ten laste kon leg
gen; de fabrieksarbeider tenslotte ver
klaarde, dat hij de vrouw nooit heeft
willen doden. En hij herhaalde: ,,Ik heb
haar slechts bewusteloos willen slaan.
Ik was driftig". De patholoog-anatoom
dr. J. Zeldenrust, de politiedeskundige
drs. D. Eskes en de zenuwarts dr. J.
Engelsman kwamen persoonlijk hun uit
gebreide rapporten toelichten. Dr. Zel
denrust had geconstateerd, dat de be
jaarde weduwe drie grote wonden had
aan het voorhoofd, drs. Eskes vertelde
de rechtbank, dat-DW® r^gewjaK van
de overvaller talrijke bloedspatjés had
aangefcröfifen en eten Engelsmarii bleef pok
nu bij zijn standpunt dat verdachte
zijns inziens verminderd toerekenings
vatbaar is.
De verdachte is na het gebeurde
naar zijn kamer gegaan om te trach
ten de bloedsporen op zijn regenjas
te verwijderen. Hij knapte zich ver
volgens nog wat op en ging toen op
nieuw naar beneden. Daar trof hij de
vrouw nog in dezelfde toestand aan als
hij haar had achtergelaten. Hij keek
echter niet verder naar haar om en
verliet doodgemoedereerd het huis. „Ik
wist niet wat ik beginnen moest. Ik
was bang", verweerde hij zich zwak
jes. Maar zijn verhaal vond weinig
geloof achter de groene tafel.
De vrouw werd later door haar zoon,
die tegenover haar woonde, op bed aan
getroffen. „Zij bloedde verschrikkelijk.
Het was niet om aan te zien", verklaar
de de zoon, die als getuige verschenen
was. Snikkend viel moeder in mijn ar
men. Jongen, wat heb ik voor mijn le
ven moeten vechten", had zjj er met
moeite uitgebracht. „Zij is kort daarna
naar het ziekenhuis vervoerd, waar
haar wonden werden behandeld", aldus
de getuige. „Hoe is het nu met TJw moe
der?" vroeg de president, mr. J. Knot
tenbelt. „Slecht, heel slecht, edelacht
bare. Na het drama is zij zichzelf niet
meer. Ze verblijft nu in een goed rust
huis, maar zij herkent ons nauwelijks.
Zij heeft haar geheugen voor een groot
deel verloren. Ze is ziekelijk geworden
en buitengewoon triest". De stem van
haar zoon klonk bitter, toen hij deze
woorden sprak.
De rechercheur, die het eerste ver
hoor van verdachte had afgenomen, ver
klaarde dat deze kort na zijn arrestatie
hem had verteld, dat hij de vrouw had
willen beroven. Reeds eerder had zij
hem geld geleend. De verdachte gaf dit
toe. Voor de rechtercommissaris had hij
eenzelfde verklaring afgelegd. Ge
vraagd, waarom hij toen een ander mo
tief had opgegeven dan nu, antwoordde
dwongen." Ook hieraan hechtten de he
ren achter de groene tafel kennelijk wei
nig geloof. De officier van justitie
noemde het merkwaardig, dat verdach
te reeds vele malen veroordeeld we
gens diefstal en al eenmaal ter beschik
king van de regering gesteld nooit
eerder agressiedaden heeft gepleegd. In
de rapporten noch in zijn persoonlijk le
ven komt het woord agressie voor. Mr.
Van Renesse noemde de man een bru
tale, niets ontziende, leugenachtige fi
guur. Vooral het feit dat de verdachte
na zijn optreden de vrouw gewoon had
laten liggen, noemde mr. Van Renesse
„schandalig". De officier memoreerde
tenslotte de rapporten, waarin staat ver
meld, dat de verdachte een „onweer
staanbare drang tot stelen bezit".
De raadsman zei de plotselinge agres
sie van de verdachte heel goed mogelijk
te achten. Hij wees er voorts op, dat er
ook bij de politie en de rechtercommis
saris wel eens fouten gemaakt kunnen
worden. „Ik geloof mijn cliënt als hij
zegt dat hij de vrouw niet heeft willen
doden, noch beroven". Mr. Keune vroeg
de rechtbank de verdachte te straffen
wegens mishandeling en drong verder
aan op een nieuw psychiatrisch rapport
in het geval de rechtbank zijn inzicht
in deze zaak niet zou kunnen delen.
Woensdag 19 december wijst de recht
bank vonnis.
DEN HAAG, 5 dec.. De president
der rechtbank, jhr. mr. G. Witsen
Elias, heeft gistermorgen uitspraak
gedaan in het kort geding, aanhangig
gemaakt door het technisch laborato
rium Spectrum te Den Haag tegen de
Agfa N.V. te Arnhem. Hij besliste dat
aan de eis van Agfa tot betaling der
dwangsom van 1.000,- door Spectrum
niet behoeft te worden voldaan en
voorts dat Spectrum ook aan particu
lieren geen kleurafdrukken mag af
leveren tegen de prijs van 0,50.
In een vorig geding, dat Agfa had
ingesteld tegen Spectrum, had de pre
sident beslist dat de laatste zich be
hoorde te houden aan de vastgestelde
prijzen van 0,90 voor ontwikkelen en
afdrukken van kleurenfoto's en deze
niet tot 0,50 mocht verlagen op
straffe van 1.000,- dwangsom per
geval. Hierop maakte Spectrum het
voornemen bekend de afdrukken tegen
f 0,50 aan particulieren te gaan leve
ren en dus niet meer aan winkeliers.
Agfa maakte daartegen bezwaar en
vorderde uitbetaling van duizend gul
den dwangsom als door de president
opgelegd. Tegen die eis kwam Spec
trum in verzet bij kort geding. De
president stelde gisteren in zijn uit
spraak dat in de vorige beslissing ook
afleveren aan particulieren tegen de
verlaagde prijs aan Spectrum was ver
boden; daar echter niet is gebleken,
dat Spectrum zulks reeds heeft ge
daan, wees de president de eis van
Agfa inzake de betaling van 1.000,-
dwangsom af.
(Van onze Haagse redactie)
DEN HAAG, 5 dec. Vele leden
van de vaste Tweede Kamercommissie
voor de betrekkingen met Suriname en
de Nederlandse Antillen vragen de
regering of zij bereid is een herziening
van het statuut van het koninkrijk te
bevorderen, waardoor Suriname en de
Antillen soeverein worden voor het
terrein van het buitenlandse beleid,
voor zover niet de vragen van oorlog
en vrede rakende. Zij informeren dit
in het voorlopig versldg van de com
missie over het hoofdstuk van de rijks
begroting betreffende het kabinet van
de vice-minister-president. Een andere
vraag in het verslag luidt echter:
„Hebben niet tal van beslissingen in
direct grote invloed op problemen van
oorlog en vrede?"
(Advertentie)
DEN HAAG, 6 dec. Volgende week
donderdag, om vier uur 's middags, zal
in het gebouw van het ministerie van
Defensie een legpenning worden uitge
reikt aan twee oud-militairen; brigade
generaal der artillerie b.d. C. A. Hart-
mans en schout-bij-nacht van de admi
nistratie b.d. Th. H. Appels, vanwege
hun verdiensten voor het leger-museum.
De heer Hartmans is oud-directeur en
de heer Appels oud-penningmeester van
het museum.
De vos op zolder, door Richard Hug
hes: De Fontein.
Jos Panhuysen, de vertaler van
deze roman, beaamt de Engelse kri
tiek, die in Hughes een hedendaagse
Tolstoi ziet en in dit werk paralellen
met „Oorlog en Vrede" ontdekt.
Het Duivelswater, door Anya Seton;
Scheltens en Giltay.
De op historie berustende geschiede
nis van Charles Radcliffe, die na de
korstondige opstand der jakobieten
in 1715 aan de gevangenis ontsnapte.
De glazen deur, door Paul Gailico;
Wereldbibliotheek N.V.
Vijftien verhalen, oorspronkelijk o.a.
in de Saturday Evening Postver
schenen.
Een vreemdeling klopte aan, door Ma
ry Hayley Bell; N.V. Tijdstroom,
Het verhaal van de drie kinderen,
die in een zwerver de teruggekomen
Christus zien (Verfilmd: „De Vreem
deling").
Mn liefje, m'n duifje, door Roald
Dahl; Meulenhoff.
Een nieuwe bundel verhalen (So
meone like you) van de man die be
roemd werd door de bundel Kiss
Kiss (Op weg naar de hemel): schok
kende, soms zelfs zenuwschokkende
verhalen.
Sporen van as, door Melita Masch-
mann: Wereldbibliotheek N.V.
Als wij een kuis mochten kiezen, door
W. van Eijkern.
Het woonprobleem van onze tijd veel
zijdig belicht. (N.I.B. Zeist).
De advocaat met raad en daad, door
mr. D. Sanders.
Allen, die wensen over rechtsbijstand
duidelijk te worden ingelicht, kunnen
in dit boekje de weg vinden die zij
willen taan. (Van Loghum Slaterus
Arnhem).
Rome en de Romeinen, door Robert
Laffont en Jacques Boudet.
Een boekwerk met 700 afbeeldingen,
vele in kleur over het legendarische
Rome uit de oude tijd tot het moder
ne van nu. (U. W. de Haan en J. Meu
lenhoff Amsterdam).
Wij zijn blij, door Lea Smulders en
F. van de Poel S. J. (Cantecleer
de Bilt).
Godsdienstige vertellingen voor jon
ge kinderen. Uitgegeven in samen-
ASSEN, 6 dec. De kinderrechter
jhr. mr. J. E. de Ranitz, is gistermid
dag in het paleis van justitie plotseling
onwel geworden. Een arts kon slechts
de dood constateren. Mr. De Ranitz was
53 jaar oud.
DEN HAAG, 6 dec. Bij K.B. is
mr. J. Meihuizen op zijn verzoek met
ingang van 1 mei 1963 eervol ontslag
verleend als vice-president van de recht
bank te Amsterdam, onder dankbetui
ging voor de door hem in rechterlijke
betrekkingen bewezen diensten.
NIJMEGEN, 6 dec. Dr. F. J. A.
Kreuzer, die benoemd is tot gewoon
hoogleraar in de fysiologie aan de
katholieke universiteit, zal vrijdag 14
december 1962 des namiddags 4 uur zun-
ambt aanvaarden met het uitspreken
van een rede in de aula aan de Wilhel-
mina singel.
Zuid-Afrikaanse roman op het
ma van de rassendiscriminatie.
the-
Spel mei het leven, door Stelan Am-
berg; De Boekerij.
Door Hans van Haaren uit het Duits
vertaalde roman van een ter dood
veroordeelde.
Paragraaf 22, door Joseph Heller.
Een schildering van het groteske, het
onzinnige van de oorlog. Een satire
en een oorlogsroman (Scheltens en
Giltay, Amsterdam).
Per karos naar St. Petersburg, door
Willem de Clercq.
Reisdagboek van de Amsterdamse
graanhandelaar Willem de Clercq uit
het jaar 1816, Ingeleid en toegelicht
door zijn achterkleindochter dr. M.
Elisabeth Kluit. (De Tijdstroom, Lo-
chem).
De zwarte monnik, door Edgar Wal
lace (Prisma 763).
- W
„ge>
Z831
werking met het Katechetisch Cen
trum Canisianum. Redelijke teke
ningen van Coby C. M. Krouwel.
De meeste verhalen zijn gebaseerd
op teksten uit het nieuwe testa
ment.
De verdere avonturen van Gripgrap
en Grombrom, door J. J. Frinsel
(Juno-jeugdpocket 26).
Gripgrap en Grombrom zijn twee
kaboutertjes met heel verschillen
de karakters. Zij hebben al ver
schillende boekjes vol avonturen be
leefd. De beide boekjes zijn heel
aardig geïllustreerd door Elly van
Beek.
De witte Indianen, door H. Schreiber.
Uitg. van Goor Zonen-Den Haag.
Een Franse expeditie gaat in Cana
da op zoek naar een Indianenstam,
waarvan de leden een witte huid
hebben (Jongens).
Reis naar Rome, door drs. G.
Puchinger (no. 34).
Ooievaar Uitg. BakkeFDaamen,
Den Haag.
Daar lig je dandoor Erna
Spoorenberg (no. 137).
De laatste stad, bloemlezing uit bet
gebele oeuvre van Gerrit Achter
berg (no. 11).
Storm over Valmy,
Trease. Uitg. va
Den Haag,
door Geoffrey
i Goor Zonen-
Pierre Mercier, een jonge schilder,
wordt meegesleurd in de stroom van
de revolutie op de veertiende juli
(13 jaar en ouder).
Verdreven vloot, door Gertie Even
buis. Uitg. PIoegsma-Amsterdam.
Met hun vijven wachten ze altijd op
het binnenkomen van de vissers
vloot. Totdat „die van Waterstaat"
beginnen met de grote dam het
Deltaplan. (Jongens en meisjes 12
jaar en ouder).
(Advertentie) g
23
„Ik heb absoluut niets op mijn geweten, maar ik
heb alle medewerking gegeven die ik van plan ben
te geven."
„Wat heeft u in Medlicott uitgevoerd, meneer?
Mag ik dat vragen?" zei de inspecteur.
„Dat is mijn zaak," zei Alec, maar het was een
schok voor hem, dat de inspecteur wist dat hij daar
was geweest. „Ik hoef bij de politie geen verantwoor
ding af te leggen van al mijn doen en laten."
„Het zou u een hoop last en moeite kunnen bespa
ren als u dat wel deed, meneer. Want ziet u, anders
zou er wel eens een ongegronde verdenking op u
kunnen vallen. Daar was dat stompje potlood, weet
u wel, en u bent gesignaleerd in Adam Lane op de
avond van de moord en u was in Medlicott de week
voor Essex vermoord werd. En u bent daar vertrok
ken op de dag van zijn dood. Als u daar nu een reden
voor op kon geven en zeggen waarom u een wande
lingetje bent gaan maken in Adam Lane, vlak nadat
u uit Medlicott terug was, zou dat in uw eigen
belang zijn, meneer, tenzij u natuurlijk Essex gedood
Ireft, en dat wil ik geen ogenblik aannemen."
„Inspecteur," zei Alec, „ik heb u al gezegd, dat ik
niet bereid ben om antwoord te geven op enige vraag
en dit is mijn laatste woord. Als het gevolg daarvan
is, dat u verkiest mij van die moord te verdenken,
dan is dat uw zaak. En nu zal ik u tot mijn spijt
moeten verzoeken, het huis te verlaten."
De inspecteur vertrok, ten hoogste verbaasd. Naar
zijn mening gedroeg Morland zich niet als een man,
die niets te verbergen heeft. Waarom zou hij wei
geren iets te zeggen? Alec, daarentegen, maakte zich
ernstig ongerust, dat de politie zo gauw achter zijn
bezoek aan Medlicott was gekomen. Hoe konden zu
dat ontdekt hebben? De enige mensen die ervan
wisten, waren Jill en de Lows. Geen van drieen
konden zij het aan de politie verteld hebben.
Misschien was hij gesignaleerd in Medlicott. Dat
moest het wel zijn. Later vertelde hij alles aan Jill.
tije denkt toch niet, dat zij het van de Lows
gehoord hebben, hè?" vroeg ze.
„Ik weet wel zeker van niet. Dat zou toch het
toppunt zijn. En zij maakten op mij niet de indruk
van mensen, die daartoe in staat zijn. Op jou wel?"
„Och, ik heb alleen Low maar gezien, maar ik kan
me niet voorstellen, dat hij zoiets doen zou. Hij leek
me buitengewoon sympathiek. Ik denk dat je door
iemand gezien bent."
Later diezelfde dag sprak inspecteur Curtis met
zijn hoofdinspecteur.
„Niet kwaad voor vier-en-twintig uur," zei de
hoofdinspecteur. „Dat geeft de Yard tenminste een
vingerwijzing. Intussen doe je beter eens te gaan
kijken wat je vriend Low je nog meer te vertellen
heeft. Hij lijkt wel helderziende."
„Zo zag hij er anders niet uit," zei de inspecteur.
„En zijn vrouw ook niet. Een schoonheid, moet ik
zeggen. Zij verwacht een baby."
„Ik zie niet in, wat dat ermee te maken heeft," zei
de hoofdinspecteur.
„Als u ze kende, zoudt u dat misschien beter
begrijpen. Ze praten er voortdurend over."
„Nou, dan doe je maar beter om er nog een
beetje over te gaan praten."
De hoofdinspecteur stuurde een rapport naar Scot
land Yard en de inspecteur bracht opnieuw een
bezoek aan meneer en mevrouw Low, na eerst een
telefonische afspraak gemaakt te hebben.
„Hoe wist u in godsnaam, dat Morland in hotel de
Leeuw gelogeerd had?" vroeg de inspecteur zo gauw
hij dit beleefdheidshalve kon doen.
„Dat heeft hij mij zelf verteld."
„Is hij dan een vriend van u?"
„Ach neen."
„Een toevallige kennis?"
„Ik heb hem éénmaal ontmoet."
„Hoe kwam hij ertoe u te zeggen,
Medlicott geweest was?"
„Ik weet het niet meer precies. Hij zei het toe
vallig."
dat hij in
aiiig.
„Hoe heeft u hem ontmoet?
„Hij is me komen opzoeken
„Weet u ook waarom?"
„Hij was bang dat hij verdacht zou worden van
de moord op Essex."
„Wat! Meent u dat?"
J clZökGT
^Waarom heeft u mij dat niet eerder verteld?"
Ach inspecteur, u scheen niet veel vertrouwen
in mij te hebben de eerste keer dat wij elkaar
ontmoetten en toen vond ik het beter om u eerst
wat meer vertrouwen in te boezemen. Het spijt me
als ik u onnodige last bezorgd heb. Misschien wilt
u een volledig proces verbaal van het onderhoud
opmaken?"
„Buitengewoon graag, meneer."
Dus gaf meneer Low de inspecteur zijn proces
verbaal en de inspecteur ging terug naar Cunning
ham, zeer met zichzelf ingenomen. Hij droeg Alec
nog steeds geen kwaad hart toe, maar daar hem
gezegd was, de moordenaar op te sporen en hij
geen flauw idee had wie dat was. vond hij dat hij
toch wel een beetje trots mocht zijn over het resul
taat van twee weken werk. Het was nu wel duide
lijk, dat Alec de dader was en het was alleen nog
maar de vraag, of men voldoende bewijs tegen
hem had. De hoofdinspecteur en de commissaris
van politie waren ook zeer tevreden. De stukken
in de krant hadden hen verrast en gekwetst en
ook hier was het zo, dat, al droegen zij Alec geen
kwaad hart toe, het een prettig idee was, te kunnen
tonen dat de politie toch niet zo stom was als men
wel dacht.
(Wordt vervolgd)
Horizontaal; 1. duw, bloedvat-
zichtbaarmaking; 3. stad in Enëe v
schap Sussex; 4. eskimohut, u
voorzetsel; 5et Amiciti®®'
6 koek, filtreerdoek; 7. van de
8. ambtshalve (Lat, afk.). onge
heid; 9. plechtige inkomst,
sterkstralend, romeins keizer:
een. Oost-Duitsland (afk.).
,jef'
riV>'
Verticaal: 1. pracht; 2. SpaaflS^g]S J'a
lange tijdduur; 3. kapseizen, E*1 <J°e
woord; 4. uitrusten met bepaa v,?
tuigen; 5. gevel. schuurgedeeR®'
nietigend; 7. zeegras, niet doo
diertje, rijwiel, daar; 9. landbo ^fjfU
tuig, kruinschering; 10. v0°
Paiijs modehuis.
Oplossing 5 decen>ber
1 reaal - 2 aalscholver - 3 \etfP
4 gentiaan - 5 aandenken -