e mensen ALS U HET VRAAGT r SPORTNIEUWS Spelverruwing PROBLEEM IN AERDENBERG Sportflitsen Tomatensoep moet van ncnSfc zijn HET VALSE HOOFD l HET VERWENSTE LAND fafnir Pelsjagers van Rio PecoS Alfredo K; HET GROENE LUIPAARD m Geert overdekte kampioen schappen paginaJ Landstaal XI Landstaal XII i TENNIS fiPU P1{ HET NIEUWE DAGBLAD DONDERDAG 21 JANUARI 1965 Behartigingswaardige woorden in clubblad door OLAF J. DE LANDELL c.& re/Z. -saadf ucc/c nae/z HELP, BH HU SHfJD tU BtJ DB Hf/HSTe vetZOacH. re- &eu/eC,tuG- J£? aece-e fsh? Kont.' De Wadders VLAANDEREN 'C Ns 4000 DEENSE SCHOOLKINDEREN hebben een nieuw insigne gekregen voor de schoolverkeersbrigade, waarbij ze hiervoor met dankbaar heid hebben teruggedacht aan de voormalige Russische premier Kroesj tsjev. De zinken insignes, die het op schrift „Toon uw welwillendheid verhoog de veiligheid op de weg", werden aangemaakt voor de Deense politie als „geheim wapen" bij de veiligheidsmaatregelen, die de toen malige Russische leider bij diens be zoek aan Denemarken omringen. Iedere politieman, die bij de Vei ligheidstroepen was ingedeeld kreeg op de morgen waarop het bezoek be gon, een dergelijk insigne op zijn uni form om te voorkomen dat ongewens te personen eventueel vermomd als politieman tot Kroesjtsev zouden door dringen. Alleen politie-agenten, die dit ongebruikelije kenteken droegen werd toegestaan deel te nemen aan de beveiligingsacties. Nadat Kroesjtsjev weer was ver trokken werden de insignes weer in gezameld en opgeborgen. Het Deense Verbond voor Veilig Verkeer heeft nu besloten de insignes uit te reiken aan verkeersbrigadiertjes, hoewel ver zamelaars grote geldsbedragen voor de zinken plaatjes hebben geboden. Strategisch materiaal In het handboek van de Britse posterijen staat een bepaling, die de verzending per post van kauwgom naar de Sowjet-Unie verbiedt. Klap- kauwgom valt er ook onder. Lezers schrijven de krant Zo verstreek er een lange tijd en ver- E nmoet men voor de hier of elders werkende buitenlanders het Latijn hand haven? (Art. van Zon Swillens 16 jan.) De heer Van der Ven kan niet inzien, waarom we bij de ene taal beter wak ker zouden blijven dan bij de andere en schrijft verder, dat het de taak van de priester is ons wakker te houden! Roe was over het algemeen het meebidden in het Latijn? Was het niet een vaste kern. die hier actief aan meedeed? Na tuurlijk moeten we zoeken naar goede, heldere, Nederlandse teksten. Iedere parochiaan moet in het bezit zijn van een tekstboekje en voor de niet-parochi- Ten aanzien van de mening van de heer Smits kan ik het zwijgen niet laten. Als deze heer Smits tegen handhaving van het Latijn is, dan is dat zijn goed recht. Nu overdrijft hij evenwel door als zijn vaste mening te verklaren dat de door snee goed gelovige Katholiek geen woord Latijn kan vertalen. Nee, daarin vergist loor ik mijn geduld. God "echter"bleefaaea moet op een in het ooglopende kalm, want Hij heeft oneindig veel ge- plp^L^,°®k]®L^ duld met ons. Eindelijk bracht een voorbijvliegende zalige uitkomst. Ik kende hem van vroe ger, dus schoot ik hem aan. De zaak was daarna gauw bekeken. Mijn kennis vertelde mij dat God iedere nieuwe gast begroet in diens eigen taal en meende dat ik een Latinist was. Zo beleefd is U zich U kunt evenzo stellen: welke Ne- God, dat Hij iedere nieuwe bewoner nabonale^kerken" derlanders spreken hun eigen taal goedaanspreekt in diens taal en God spreekt1 nanonale KerKen uit. Om van schrijven maar te zwijgen, alle talen vloeiend. Priesters moeten ons' wakker houden! Met andere woorden, ze moeten ons lek. ker bezig houden. Hoe houden we de katholieken van deze tijd he>t beste be zig in de kerk! We weten het allemaal mooi te vertellen, hoe het wel en hoe het niet moet en komen met allerlei sen timenten en argumenten aandragen: „we worden van alles beroofd", „angst voor .universeel karakter gaat verloren" etc. Maar zijn wij het U doet Katholiek Nederland te kort zo j Waarom heb je je hele leven gebe-ITetend^heb^^ ook mijn Hemelse Vriend. Naar de aarde te rugkerend riep hij mij nog toe:. „Spreek voortaan je moeders taal, waarin God jouw geweten ook toespreekt". Met deze wijze les werd ik zondagmorgen wak ker en volgde met meer ijver de „dienst in 't Nederlands" De enkele keren dat ik in het buitenland naar de kerk ga neem ik op de koop toe. Wanneer ik nu bij de Eucharistie viering met duizenden anderen God eer en Zijn gunsten afsmeek weet ik ten- Vannacht maakte ik een vergeefse minste waarover het gaat Lang leve reis naar de Hemel. De heenreis duur-' de nieuwe Eucharistieviering in het Ne- de vrij lang, zodat ik de tijd had mij j derlands! op het eerste kontakt met God voor te jj. J. VéLTJ bereiden. De hele weg bad en zong ik de latijnse misgebeden. Allereerst het; T Jcfrtnl VJJT nfiteor", daarna zong ik het „Glo- J-zLlIL UoiUUi Ai li minachtend over hun kennis van het La tijn te denken. Zelfs de bejaarden nemen dit niet. Een kapelaan zei eens tot een Zeeuw: „Zeg, kan je geen Latijn spre ken, ik versta geen woord van wat je mij zegt!" (Hist). Je zal daar eens een H. Mis bijwonen. Wat is landstaal? DELFT C. v. d. Velde Confiteor' raia". Het „Credo" haalde ik niet tot het einde, maar maakte het goed met een briant „Sanctus". Bij het toepasse lijke „Agnus Dei" belde ik aan de he melpoort. Petrus genoot juist van een vrije za terdag, zodat God zelf open deed. Ik schrok even, maar als vurig Latinist zette ik gauw het „Sanctus" in. Gedul dig luisterde God naar mijn lofzang en sprak mij daarna toe. Maar o wee, ik verstond Hem niet. God sprak Latijn. Zo had Hij nog nooit tot mij gesproken. Heel diplomatiek hief ik het „Miserere aan, maar ook dat hielp niets, want wederom sprak God mij aan in het La tijn. Helaas had ik het woordenboek „n.v. Gooi Sticht" in de St. Joseph- kerk laten liggen. De schoonheid van de Latijnse taal, zoals de heer Van der Ven stelt, kan wellicht waardevol en historisch rijk genoemd worden, maar is zij zo prak tisch? Wij mensen, het gewone volk, zijn immers de Kerk. Bidden wij thuis bij avc/nd- of morgengebed (als we hier tenminste nog iets aan doen) of vóór en na het eten in het Latijn? Als ik in artikel van 31 december spreek VAN Eucharistie-vierlng, terwijl ik de volkstaal verkies, is dat toch begrijpe lijk. Heel veel vreemde woorden zijn bij ons zo ingeburgerd, dat ze niet meer vreemd aandoen; denk 'ns aan de Fran se taal. En het Latijn; woorden als: Sursum Corda, ite Missa est, ora et la- bora, afin noem maar op, hebben toch een vertrouwde klank. Maar moet het ons niet veel prettiger in de oren klin ken en ook duidelijker: „de mis is ten einde, ga in vrede" en bij het commu niceren: „het lichaam van Chrlsts". En en ach, tijdens onze vakantie in he-t bui tenland (ten hoogste 3 weken en hoe vaak gaan we dan naar de mis?) zul len we ons, tenzij we de landstaal be heersen, wat onwennig voelen. Heeft dat niet 'n tijdelijke, doch aparte bekoring? het plaatsmaken van onze kleine ramen en alkoofjes voor royale ramen en gro te doorgetrokken kamers en werden on ze huizen niet juist daardoor fleuriger, frisser en gezonder! Ik geloof echter, dat we teveel voor bij gaan aan datgene waarvoor we wer kelijk in de kerk komen, moeten komen: Hem zoeken en aanzitten aan Zijn Of fermaaltijd. Alles wat daar verder om heen verricht wordt: mooie versieringen; kleurrijke kleding, diverse ceremoniën is maar SFEERBEPALING. We willen zo veel mogelijk de vruchten van de h. mis plukken, echt in de stemming komen (gebracht worden). En dat ge beurt dan hoofdzakelijk door de entoura ge. Maar wat brengen we persoonlijk mee? Zou met Kerstmis de nachtmis zo'n uitermate grote belangstelling genieten, wanneer alles sober gehouden zou wor den, b.v. geen verwarming, versiering, orgelmuziek, Kerstliederen, alleen de koude naakte stal, met daarin het Licht, het Kind, dat voor ons is gekomen en ook is gestorven? Het kerkbezoek in Amerika neemt toe. Psychologische sfeerbepaling! Natuur lijk hebben we een bepaalde stemming nodig, zo zijn wij mensen nu eenmaal. We mogen in het huis van God wel wat sfeer brengen^ maar verliezen we ons zelf niet te veelin die uiterlijke teke nen, de entourage! Laten we ons van binnen uit eens meer bezinnen op wat er werkelijk iedere keer weer tijdens de mis plaatsvindt. Kunnen wij als ge lovigen, niet veel méér écht gelovig zijn, méér offerbereid zijn uit liefde tot Hem, waaraan we alles te danken heb bed onze liefde aan God kenbaar maken le franje te- ontdoen ('t is moeilijk ge noeg) en eenvoudig in gezamenlijk ge bed onze., liefde aan Got kenbaar maken in de mis en Hem vragen ook na de mis goed en liefdevol voor elkaar te zijn. HAARLEM. G.Np. BREURING. ROTTERDAM, 21 januari In het cluborgaan van de Rotterdam se amateurclub „Leonidas" troffen met de afwezigheid van de tennissers we deze week een behartlgens- Tom Okker en Jan Hajer, die tot eind waardig stukje over spelverruwing maart een toeraee door Australië en 53. „Ik voor mij!" zei hij hard, „verdenkt'' Henri stellige Stèllïg. Hóe graag ik """r Ariï"maken" en "van de "dames Trudy hem ook mag." aan. Behartigenswaardig, omdat de Groenman, Betty Stöve en Els Krocke, die „Welke reden" bébt u, om' liettl te verdenken?" vroeg Terry' ïacMzlnnlg, rnhvilTrnv ITOVl H if ctll Irio nnoi* ntlTO tné kan-in nnoil nnn Imavtlrooneo tniie. U/>U 11e i< /Iln «iné A ftT/fi Tror+nlfl?" KhP+O rln r>Cim m lOCO T*10 schrijver van dit stukje naar onze smaak heel juist ziet, wie nu eigen tot begin april aan Amerikaanse tour- noolen deelnemen, acht het bestuur van j. t de KNLTB het niet verantwoord de lijk degenen Zijn, die aan het kwaad overdekte wedstrijden van 1720 februari van de spelverruwing het hoofd in Rotterdam de titel overdekte kampioen- kunnen èn behoren te bieden: de schappen te geven en heeft derhalve besloten deze als officiële wedstrijden verenigingsbesturen. Wij drukken niet het artikeltje, ondertekend Vlimmer, hierbij af: „Toen Pim Muiier het edele voetbal spel in Nederland bekend maakte, kon hij niet vermoeden, dat nauwelijks een eeuw later voetbalwedstrijden zouden ontaarden in massale vechtpartijen en voetballers elkaar moedwillig zwaar li chamelijk letsel zouden toebrengen. Wanneer men een greep doet uit de persberichten van de laatste maanden te laten doorgaan. Gedurende door deze periode zal getracht worden voor „Heb ik u die niet eergisteren verteld?" baste de commissaris. „Ja," antwoordde Terry, „maar me dunkt wie deze Henri van Doff kent, kan geen beschuldiging op deze gegevens gronden. Om een daad te begaan, moet iemands karakter er in de eerste plaats toch voor in aanmerking ko men! „Het kan een ongeval geweest zijn," verzachtte Crommer zijn woorden. „Wellicht een moord buiten schuld, maar die hij niet wil toegeven, omdat het nu eenmaal een bekend feit is, dat de twee broers niet goed samen de spelers, die in aanmerking kwamen overweg konden, en dit feit niet ten voordele van de beklaagde kan worden 1 .1 1 1 1 V J /«I 1 rfrt ml r<V\nnl J M <4 t WlshrtT» Ifn nVl f An *4* A fl AAn om aan deze wedstrijden deel te nemen, andere mogelijkheden te zoeken. uitgelegd, (al zullen enige slappelingen dit zeker trachten te doen.)' Terry stond op en liep naar de deur. „Zo gauw ik enig definitief nieuws heb, zal ik het u laten weten," zei hij. „A propos. Mag ik uw medewerking vragen voor iets, wat waarschijnlijk gewichtig zal blijken te zijn?" Commissaris Crommer fronste de wenkbrauwen en knikte uiterst lang zaam. „Wilt u dan ervoor zorgen, dat madame Enbourg niet in de kamer van de moord wordt toegelaten?" „Verdenkt u haar?!" vroeg Crommer met geamuseerd medelijden. „Ze persberichten van cie laatóte maanden De finales van de Nederlandse boks- wiï VïïPPn wat on daï ouwe dinc tiineë en (vechtpartijen bij D.W.S.Fehnerbache; ik.,mninpnwhan»>n 7n1lpn «ut ïanr in Rnt w" alieen wat °P aat ouwe amK tjingeien. O A A A „il Kampioenscnappen zuilen dit jaar in not- f„_m;ncto Tpttv tno spelers en grensrechter van S.D.O.O. uit ter(jam worden gehouden. De datum is Heteren molesteren scheidsrechter) is al spoedig duidelijk, dat men de sportieve waarden van het spel uit het oog heeft verloren. Bekijkt men hiernaast het aantal ongevallen, dat het gevolg was van te hard spel slachtoffers hiervan r3 bepaald Op maandag 22 maart. Daarvoor worden op zaterdag 13 maart in Vlissin- j gen de voorronden en op dinsdag 16 Ze zegt het tenminste," gaf Terry toe. „Maar ik hoop u te bewijzen, dat er nog andere beweegredenen kunnen zijn." De oude dikke man haalde zijn schouders op. Voorts wendde mijn neef zich tot mr. Burgheem, en vroeg: „Hoe staat het zijn Piet Keizer, Piet Lagarde en Rei- nier Kreyermaat dan behoeft het geen betoog, dat er voor het voetbalspel, gespeeld op een veel te harde manier, in een sfeer van hysterie en sportver- dwazing, geen toekomst meer is. Veel is over dit probleem geschreven en er zijn vele suggesties gedaan om de ze kwestie op te lossen, nochtans zonder resultaat. Het oplossen van dit pro bleem, dat voor de toekomst van groot belang zal zijn, ligt primair bij de Ne derlandse voetbalbond. De KNVB heeft zich niet aan haar verantwoordelijkheid onttrokken en treedt fel op tegen overtreders van de De Koninklijke Nederlandse Atletiek Unie (KNAU) heeft voor de internatio nale cross, die zondag in Mezidon wordt gehouden, vier lopers afgevaardigd. De atleten zijn: Bert Smit en Piet Beelen (beiden: Spartaan-Lisse), Piet de Haan (Metro, Rotterdam) en Jacques van Eeke- len (Thor, Roosendaal). maart in Amsterdam de halve finales ge- met de gezondheidstoestand van Henri? Zou ik hem al kunnen bezoeken?" „Misschien zou ik u beter kunnen inlichten," mengde Crommer zich weer in het gesprek. Ik zag, dat Terry de vuisten balde, maar hij zei beminnelijk: „Nou. ik vroeg het in 't algemeen, dus antwoordt u maar." Het klonk belachelijk nederbuigend. Er heerste even een stilte, voordat de commissaris gehoorzaam en erg afgemeten antwoordde: „De zieke kan van daag wel ondervraagd worden." „Gelukkig," zuchtte Terry. „Maar waarschijnlijk gaat een van de heren van het parket erheen." vol- tooide Crommer gemelijk. „O, maar ik zal ook een onderhoud met hem hebben," zette Terry hard nekkig door. „Het parket verdenkt hem al, njet? Dus dat zit niet zo verlegen om zijn woorden als ik." Weer mengde mr. Burgheem zich erin: „Mag ik u om een gunst verzoeken, meneer Van der Linden?" „Graag," stemde Terry toe. A „.„„„„i „Wel," zei Burgheem, „als uw bespreking met meneer Van Doff geen bij- plaatst, het geen in totaal ruim 40.700 zontjere haast heeft, stelt u die dan uit tot morgen. Hij is op het ogenblik zo goed, dat er geen gevaar voor zijn leven bestaat, dus u kunt het gerust daarvoor laten. En in uw eigen voordeel is het zeker ook, want morgen is hij weer een beetje sterker dan vandaag, en dan kunt u rustig met hem spreken, buitenrand, doch desondanks haalden zij nietwaar?" Wordt vervolgd) DEN HAAG, 21 Jan. —In 1964 heb ben Nederlandse volbloeds en harddra vers weer verscheidene uitstapjes ge maakt naar het buitenland en niet zon der succes. Vooral de Nederlandse vol- bloeds weerden zich goed, zij wonnen iTbew^l dTtmWj' allien dit probllemveertien kecr en eindisden 42 keer ge' Waden^d^e^SHScIdénfele'Hfouten vm" 1 ,De ««cesvolle was de het strkfsysteem een aanleiding zien het audrd«by-wlnnaar Sambo van de heer beleid van de voetbalbond inzake straf-J- Frowein. gevallen scherp te kritiseren, niet kan I De dravers reisden minder naar het 0PHetSedelegeren van verantwoordelijk- j noB een oogst binnen van bijna ƒ33.000. heid van de KNVB aan de verenigingen j is een oplossoing van dit probleem, die slechts terloops werd overwogen. De sportverenigingen hebben, sinds de op voedende taak van de jeugdbeweging is overgegaan op de sportvereniging, naast haar sociale, ontspannende ook een zeer belangrijke educatieve taak gekregen De opvoedende taak van sportleiders moet door hen niet te licht worden op gevat. Naast spelinzicht, moeten zij de jeugd sportiviteit bijbrengen, want de sportieve waarden van het voetbalspel zullen een stempel drukken op karakter en persoonlijkheid. Wanneer men de sfeer rond het voetbalspel, die men te genwoordig kan weergeven met de ter men: hysterie en heldenverering, kan wijzigen ln een sfeer van sportiviteit, dan pas is het probleem van spelverru wing opgelost. De educatieve taak tot dit ideaal ligt in handen van de voetbalvereniging, die de jeugd de sportieve waarden van het voetbalspel eigen moet maken, onaf hankelijk van het feit, dat dit misschien ten koste gaat van het spelpeil en an dere spelkwaliteiten." Advertentie BBS/ UUfZ HST STHT/o/J: FW. THS/o /S Cez/EH. Teeuzuc- Ge Suec. ree/u Maag. zu/D A7C.S uzs OUeTSH, HU a/T Ccj/c. ST&ppefj, NEtlZ" PARIJS ZülPWJJtfT ce voi-GeMDe ocM tekid.. tkl DE TREIM, CIE. op WEG IS Nflfle ZLUIDUIIJK, "ZIT FflklTPSIO T& DOMMEt-SM. HIJ HEEFT KlieT fi.eG.Ee- PÊhl, DOT DB flflMPi-OUKGE. HEM WEEKEND HEEFT... zuibvjl éW/V ONTSNQP. Mo Hul. F UOO/ZUtT.' i i .- 57. „Het zijn verspieders. Harry. Beide sporen komen uit hun kamp. We moeten in de eerste plaats weten met hoevelen ze zijn en wat ze van plan zijn. De ingang van de vesting wordt door een post bewaakt, die zal wel zorgen, dat het ge heim bewaard blijft". „U heeft gelijk, laten we verder gaan". De woudbodem liep langzaam glooi end naar beneden en was hier en daar met diepe kloven doorsneden, waarin een rijke plantengroei tierde. Wij naderden weer zo'n inkerving, toen ik een zwakke brandlucht rook. Ik bleef staan en pro beerde het bos met mijn blikken te doorboren. Daar door viel mij recht voor ons uit een smalle rookspi- ME.VLRflWDEEfiM, M'U DAGBOEKEN). Z'JfJ WEG... f IN M'JM STODEEEKfIMBJ GEUJ0F1K. IK ZflL HET BRANDKAST.' -pp IK VOND DAT DECOGNRC EEN B'J3MPAK HPD. DEZ5 FLB3 KWAM VAN FELIX, MET BRIEFJE? WAAR T> öEB 29. Piet Loeris en Sientje moesten zich aan alle kanten vastgrijpen, om niet uit de met razende vaart voort jakkerende politie-auto te vallen. Het snelheidsmonster ging vreselijk te keer, en het was dan ook geen won der, dat Sientje het met haar zenuwen te kwaad kreeg. „Ik wil eruit!" gilde ze op een gegeven ogenblik: „Meneer Loeris, ik ben zo bang" „Kalm blij ven, Sientjel" schreeuwde de detecti ve, ternauwernood boven het gebul der van de motor uitkomend: „We «ijn zó in Parijs!" „Ja, maar ik wil er graag héél aankomen!" huilde Sientje: „Ik heb nog zoveel tegoed in het leven, meneer Loeris! „Daar zou ik me maar niet teveel van voor stellen, Sientje!" lachte haar mees ter: „Je bent al vreselijk lang meer derjarig, weet je dat?" Maar ook de ze woorden vermochten Sientje niet te troosten. De heer Parbleu, die aan het stuur zat, gaf steeds meer gas, zodat de wagen op den duur iedere bocht op twee wielen nam. Eindelijk werd het zélfs de detective te gortig. Hij tikte de ijverige Fransman op de schouder. „Zo'n haast heb ik nou ook uwauguogci vau ai axcsi> l/» - d 1 waard. Een beetje minder F®», or ook!" Als antwoord wees Par L een stipje, dat zich heel ver v0JL, uit op de weg bevond. „Dit Kon o?. eens zijn!" riep de speurder, z.sCl)>L klapbare telescoopkijker tevoo» .M halend. Een blik door het apparaat bleek voldoende onj 'Ich Hl raai op, die op de aanwezigheid van een indi" vuur wees. Ik hield Harry staande en wees hero, ik zojuist ontdekt had. „Verberg je in dat kre hout, dan zal ik eens gaan kijken". „Waarom samen?" „Omdat één voldoende is. Twee j!> ook twee maal zo snel ontdekt". Hij deed, W® (jj? vroeg en ik sloop voorzichtig verder. Na eni|e jK stuitte ik op een wachtpost. Met een boog slo0^^' om hem heen en toen ik wat later een paar ta 3jgfl uiteen boog, keek ik op het Ponkaskamp. Er z ef vier hoofden om het vuurtje en toen ik het hoofd herkende, voelde ik het bloed in mij11 ren stollen. tw* rcHURta fvma (uaosTWP dwangnagel van 'n Hat Si t>e. weer niet, broer! Dat is me cijjpcti cidi uitreik vuiuueuut: ,f moeden te bevestigen. Hat Si stiA geheel geconcentreerd aan het ee> van de andere wagen en reed a r bezetene, om zijn aartsvijand blijven. ,e11

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1965 | | pagina 2