egboekb laden in de jungle vonden oerwoud S ,.r w Miljoenste Miniop komst B mM Indirect licht op Autobahn V Mexicaanse Borgward produktie BORDJES-TAAL y.w: Te nietig J Bijna 1.500.000 Speciaal boek over een snelle carrière s in één jaar J» Nozems Het einde K>d. Glazen vitrine te. m m Ü£T ^uwe dagblad ZATERDAG 30 JANUARI 1965 PAGINA 9 Ji lelijk, na honderden kilo- N* veters rijden over de brede p Weg dwars door de v' het *n Brazilië zagen £r°te fazenda-huis in een v gr 2e vlakte, met in de verte J;ae rand van de jungle. W-Uw en waren dood- r)^e If bikten moeilijk, omdat a vo^ met st0^ zaten' ^aSenlang als een reus- Nt v,. r°de wolk had begeleid. brandend warm. We r i"ee.rden en op onze be- .!°h v|e2ichten hechtte het stof 4 Ifidf Z0(lat we eruit zagen v 1 0fr|aneri. Mijn laarzen knel- v^tiJ^n voeten, die opge ld teP„ ren en daar waar mijn kwStte> was op mijn hemd k°tl\y ®natte plek te zien. Mijn jo&t ij, met gesloten ogen kei) e' *e moe °m nog iets te liet was een ervaring rÜden vNich !)f: Tegenliggers meïd- ifoWefeJr Jn de verte door rode, stofwolken en op het Sep ze ]e Passeerden, hand meer voor ogen. feyuld waren met heel as als de schok door licuf8011' maar ook door je V 3e h„am dreunde en je soms tegen het dak van k ivee °eg, wist je dat je ook bad gehad en wachtte j AUij>> en op de volgende S2 4e nog tien meter startbaan r°'nd- is een Ik liet me in innenkort zal de miljoenste „Mini" van de band lopen, het kleine, kwieke Engelse wagentje, dat in ons land als Austin Seven en Morris carrière maakte. De Mini werd vijf jaar geleden geïntroduceerd en werd vooral in Engeland zo populair, dat het de uitgave van een spe ciaal boek rechtvaardigde: „The Mini Story", geschreven door Laurence Pomeray en uitgege ven bij Temple Press Books in Londen. 1 'x L. S 's Avonds geven deze lampen op het proeftraject indirect licht, hetgeen kalmerend lijkt te werken. en bleef langzaam achter ons rijden ^IJN ZOONS: de grootste deugnieten van de streek :feff matig hetoarwoud verkennen. Zijn ogen hadden de ernst van iemand, die vaak alleen is. Van de man ging een bijna dwingende kracht uit, maar tevenr ietis zó zwaarmoedigs, dat ik me ongemak kelijk begon te voelen. Ik keek steels naar mijn vrouw en kreeg de indruk dat zjj er precies zo over dacht en zich, evenals ik, afvroeg waarom een vriend ons enige weken geleden een uitnodiging voor een bezoek van een week aan deze fazenda namens de eigenaar had overgebracht. „Je zult het wel zien", had hp gezegd en on danks het feit, dat ik op nadere in lichtingen had aangedrongen, wilde hij verder niets zeggen. rii11 zitting van voor" li Z\ L Nadat we gebaad en andere kleren hadden aangetrokken, vonden wij onze gastheer huiten, waar hjj op ons zat te wachten. Opnieuw schonk hij in en wat mij opviel was de doodse stilte in en om de fazenda. De bediende die ons de kamers gewezen had, was op geen van mijn vragen ingegaan. Don Carlos de Oliveira, zoals onze gastheer heette, vroeg naar onze er varingen, informeerde naar Holland, hoe we daar woonden, hoe groot Amsterdam was. In het bijzonder ging zijn belangstelling uit naar de jeugd. Ik beantwoordde al zijn vragen zo goed mogelijk en na enige tijd stond hij op en vroeg of wij hem wilden volgen. Hij ging ons voor naar het meest rechtse gedeelte van het fazenda-huis en opende een deur, die toegang gaf tot een kamer. Tot mijn verbazing zag ik echter dat een gedeelte van een tus senmuur was weggebroken en hier door kwaimen we in een tweede ver trek. Beide kamers zagen eruit alsof er nog mensen in woonden. Hier en daar lagen wat kledingstukken. Op een stoel zag ik een rijzweep en in de andere kamer rijlaarzen, een paar opengeslagen boeken en hier en daar wat tijdschriften over filmsterren. Het gezicht van de oude man stond grim mig. „Hier woonden mijn twee zoons Carlos en Juan. Het waren de twee grootste deugnieten van de streek, over het paard getilde nozems, die er geen been inzagen iedereen diie hun ook maar één strobreed in de weg legde met hun rijzweep af te ranselen." „Ze hadden elk een eigen wagen. VWar- 'uul een eigen paard en een eigen knecht. St1 tfjp n diepe kuilen in de Ze beschikten over een één-motorig s. biet tp 7ipn wavpn nrrl. vliegtuig, waarmee ze overal naar toe lij - Waren, om vloeren. Miin fozendo. is ivao.rschiinlnk h ZaSen we het fazenda- «•Nih'de'rr,?6 grote boerderij in de tatwal.® is hetgeen de letterlijke tiS 6 Pont'an hlato Grosso. Voor Vt>tn^öschri,0ns' waarop met zwarte V as" stond „Fazenda Tres Xèe 77- e 'h op mijn claxon LX hreed hunuten zagen we hoe uderde man de op- ■\i - hol? met achter hem een ^l>S'ver>Ihbrepienhe- Hij droeg een een een gordel met een SiZyn geruit overhemd en een Kh*1 Illeficl Jfoeten waren gestoken jij Vh aren ®?®Poetste laarzen en zijn tW.die n,?S en krom, zoals bij SSjnJX6 ee„ ?d te paard zitten. S In W de Tr,i?nge» zwarte sigaar llViii leef aan de zware poort NSah staan" het midden Va" bia?en en stapte uit NS ik'khiaar Sn' kwam niet naar hl too me ernstig op, j'4f 0f)uerr!oet liep. Maar toen ait de wagen kwam, t M^lko'hoiirtp^ad hem een duwtje Li\Sii?ari H;? We even later tegen- ri schudde ons zonder KSkhhuis ,hand en zeh "Be" be»,,.., als het uwe. Ik weet nt van harte wei- nam achter vlogen. Mijn fazenda is waarschijnlijk even groot als meerdere provincies in uw land en regelmatige controle is nodig. Ik ben rijker, veel rijker dan u denkt Hij zweeg en keek rond alsof hij iets zocht. Ik durfde hem niet in de rede te vallen. Daarom liep ik naar het raam en staarde naar buiten. Hij kwam naast me staan. „Alles wat u ziet, tot aan de verre horizon, is van mij, de mato, de dorpen de bossen, de plantages en zelfs een deel van de jungle, alles En toch heb ik niets meer niets en zoek ik als een gek naar mensen, die een paar dagen de vervloekte eenzaam heid op deze fazenda met mij willen delen." Hij haalde de schouders op en zweeg een tijdlang. Daarna liep hij de kamer weer in en zonder recht streeks het woord tot een van ons te richten, ging hij verder: „O, ja ik had het over Carlos en Juan. Op een dag ranselden ze samen een man af, juist op het moment dat ik eraan kwam. Dat was me teveel. Ik heb ze met mijn zweep afgetuigd, zo hard, dat ik dacht, dat ze eraan zouden sterven. Sindsdien sarden ze me elke dag. Ze hadden daarvoor alleen mij maar, want hun moeder was al tien jaar geleden ge storven. Ze lieten me hun lidtekens zien als ik gasten had. Ze trokken er soms samen op uit en bleven dan wekenlang weg. Aan de fazenda deden ze niets meer. In deze kamers hielden ze bachanalen met hun vriendinnetjes en ze sloten de deur als ik me ermee wilde bemoeien. En toen kwam geluk kig heteindie! Ik keek onze gastheer aan en zag tot mijn stomme verbazing hoe plotseling zijn gezicht veranderd was. Er lag een glans van blljdeid op. De ommekeer was zó plotseling dat ik ervan schrok. Was de man krankzinnig? Waren wij te gast bij iemand, die teveel had meegemaakt en dat niet had kunnen verwerken? Hij draaide zich om. „Kom dat gaan we vieren?" zei hij. Zorg- vulde de glazen en hief het zijne op. tot de twee kamers gaf en met veer krachtige tred liep hy terug. Hp ging weer in zyn stoel in de tuin zitten, vulde de glaztn en hiet het zqne op. Wy dronken. „Op een dag," ging hy nu volkomen ontspannen vertier, „vertrokken ze sa men met het vliegtuig. Het enige wat ze zeiden was, dat ze een jungle vliegtocht gingen maken. Ze wilden wel eens wat anders zien dan een stel stomme landarbeiders, boiadeiro's, die het vee hoeden en een saaie fazenda, waarop niets te beleven viel. Ze vroegen geen toestemming, neen, zij stegen gewoon op. De laatste woorden, die ze tegen me zeiden, waren: „Mis schien had je toch gelijk, toen je ons aftuigde". Soms denk ik dat ze op dat moment al voelden wat er later gebeuren zou. Het was de laatste keer, dat ik ze levend heb gezien. Vreemd, er was nog steeds die by'na gelukkige glimlach op het gezicht van onze gastheer, alsof hy ergens heime lijk biy over was. „Toen ik," vertelde hy verder, „na drie weken nog niets van hen gehoord had, werd ik ongerust. Er zou iets gebeurd kunnen zy'n. Ik vloog naar myn vriend, generaal De Pereira en stelde hem van myn onge rustheid in kennis. Hy liet enkele vliegtuigen laag over het oerwoud vliegen en na vier dagen intensief zoeken, vonden ze uit wat er gebeurd was. Het kleine sportvliegtuig was waarschynlpk te laag over de jungle gevlogen, in een boom terecht geko men en er daarna op een of andere wijze weer uitgehaald. Ik stelde de generaal voor om zelf met een watervliegtuig mee te gaan, in de buuirt te landen en te voet het oerwoud in te trekken om zo de plek waar myn zoons waren te recht gekomen, te bereiken. Hy stemde toe. Het vliegen duurde maar kort; ,oc'^ do°.^ de jungle vier dagen. We hadden uitermate bekwame gidsen bd °7f. e? toe" we eindeiyk doodmoe de plek bereikten, zag ik myn twee zoons dood naast het vliegtuig, dat fan2eg n?? in g°ede staat ver- de zakken van hun kleren vond ik hun portefeuilles en daarin van elk een aantal dagboekbladen,die ze tot de laatste dag hadden bygehouden. Komt u mee dan zal ik ze u laten Hij bracht ons naar de grote zit kamer, onstak alle lichten en ging ons voor naar de hoek van de kamer waar een kleine, glazen vitrine stond. In de vitrine, die in tweeën gedeeld was. stond aan elke zyde een foto van een jonge man. Ze hadden knappe, brutale gezichten. Vóór elke foto lagen een aantal kleine velletjes papier. Onze gastheer maakte de vitrine open en haalde de velletjes papier eruit „Leest u ze," zei hij. „Lees ze goed en dan pas zult u weten waarom ik gelukkig was, toen ik ze vond. Leest u eerst die van Carlos en dan die van Juan." Ik nam de blaadjes van Carlos en las: 7 januari: „We zyn met ons sport vliegtuig in de bomen van het oer woud terecht gekomen en proberen het er samen uit te krygen. Het zal niet meevallen." 8 januari: „Het is ons gelukt. Het vliegtuigje staat onbeschadigd op de grond. Ons grote probleem is de honger". 9 januari: „We hebben e ensoort bos bessen ontdekt. We persen ze uit, zodat we ook wat te drinken hebben." 10 januari: „Juan heeft voorgesteld een startbaan te maken. We hebben ge lukkig twee byien in ons vliegtuig." 11 januari: „De startbaan vordert goed We vinden geen bosbessen meer." 12 januari: „Als we nog tien meter startbaan gereed kunnen krijgen, dan komen we eruit. Ons grote pro bleem is honger en dorst." 13 januari: „De startbaan is klaar. We hebben alles uit het vliegtuig gesloopt wat het te zwaar zou maken. Morgen proberen we op te stygen. Ik ben ziek van honger en dorst." 14 januari: „We hebben het geprobeerd. Voor twee man is de startbaan te kort, het vliegtuig is te zwaar en komt niet van de grond. Ik zal Juan voorstellen op te stygen en alleen hulp te halen. Ik heb met hem ge praat. Hij weigert. Hij zegt, dat hij me nooit zal kunnen terugvinden in dit dichte oerwoud en als hy me wel terugvindt, dat ik dan al lang de püp uit ben. Ik heb hem gezegd.dat me dat geen donder kan schelen. Hij is meer waard voor de fazenda dan ik." 15 januari: „Ik heb geen knaohten meer om Juan het vliegtuig in te slaan anders deed ik het. Hy is al tijd een eigenwijs jongetje geweest." 16 januari: „De ouwe zal wel niet naar ons komen zoeken. Hij is ge woon eraan gewend, dat we hem laten barsten. Hy zal ons wel dood wanen en het zal hem een zorg zijn. We waren toch een stel god verg Hierop na mik de vuile dagboekblaadjes van Juan. Ik las: 7 januari: „We waren alle twee be zopen en daarom vlogen we te laag. Ons vliegtuigje hangt in de bomen van het oerwoud." 8 januari: „We hebben het er nog uitgekregen. Het staat weer op de grond en er is geen noemenswaar dige schade. De motor doet het nog. Ik barst van de hoofdpijn." 1>' 9 januari: „We eten bosbessen. Mees-, j tal zoekt Carlos ze. "3 10 januari: „Carlos heeft voorgesteld een startbaan te maken. We hebben twee byien, maar hy doet het werk vrywel helemaal alleen. Ik jank de hele dag als een klein kind." 11 januari: „Carlos werkt als een een paard. Ik tracht ook mee te doen, maar myn hoofd stampt als een machine. Er zyn vrywel geen bosbessen meer." 12 januari: „Nog tien meter startbaan. Carlos werkt als een gek. Ik heb nog bosbessen gevonden en ze allemaal aan Carlos gegeven met het smoesje dat ik er al een hoop op heb. Hy werkt van ons tweeën het hardste en heeft ze verdiend." 13 januari: „De startbaan is klaar. Myn tong is van leer en myn hoofd brandt. Carlos heeft alles uit het vliegtuig gesloopt om het zo licht mogeiyk te maken." 14 januari: „We hebben het geprobeerd maar voor twee man is de kist nog te zwaar. Carlos heeft me voorgesteld dat ik alleen op zou stygen om hulp te halen. Hy heeft echter getoond nu en in de toekomst meer waard te zqn dan ik, dus moet hy gaan." 15 januari: „Carlos weigert om zonder me te gaan. Hü zegt dat hy nooit meer by vader zou durven terug komen, als hy me hier in het oer woud liet verrekken. Hy zegt by herhaling dat ik moet gaan, maar ik gebruik dezelfde argumenten als hij. Als hij een beetje intelligenter was, dan steeg hy op." 16 januari: „Vader zal ons niet mis sen. Als hy dat wél deed dan zou hij ons komen zoeken. Hij zou ons dood vindien. Ons leven kunnen we niet meer over doen. We waren tuig, maar Carlos had kunnen opst De oude man glimlachte toen hy de blaadjes weer in de vitrine legde. Hij liep naar z«n glas, gaf myn vrouw en mü de onze hief het hoog op en zei met krachtige stem: „OP MIJN JONGENS!" WIM HORNMAN. nam achter )let lk®voïLaéht<M?'agen Plaats en bleef 1 °ns rijden, alsof dit 2aa-L- ttiaul un 1 k^a-hi^; van d® wereld was. kaïï eihv was groot en deSe- Jl ns voor naar een ht X nj terwyirfgemakkeliike stoe" J, Xm'Xoor ans voor de koelte iftih 1® vr>r>? gaat baden, zal ik hjl'stu Waarmaken," zei uitten n^e^ke stoelen zakken h.fiL? ön insr.h "ÏÜH stoffige kleren, klj Öy v/50n aam ik hem S Êrazn® veel groter dan de vfb 4ri'aaa en ook rustiger. ai a8ers breed en plat. Hy fjXe,? va£°Wn ennKeen Pianist z«n (Na!! sen bovenarmen leken V^Nzii8 zijn b°kser- Zijn haren •5 !')a Wf,-„ ?®en bijna zwart. a:®stig _7. 'k schatte hem i| hjjbeet had hy de figuur Ba611 biina glazen bracht, liep *ien bh verende gang, die v mannen die regel- E WIE „The Mini Story" is een boeiend boekje voor wie belangstelling heeft voor de Mini. Zelden immers krijgt men de allereerste schetsen en werk tekeningen van een auto onder ogen, zelden ook is een constructeur (Alec Issigonis) zó uitvoerig aan het woord over de factoren, die hem tot de bouw van een bepaald type auto in spireerden. In de loop der jaren zqn er vele uitvoeringen gemaakt van de Mini: een stationcar en een strandwagentje, een sjieke Wolseley Hornet en een ruige terreinwagen, al dan niet uitge rust met twee motoren. Er waren enthousiasten, die uit hun Mini de mo tor sloopten eri er een andere voor in de plaats stopten. Een Brit voor zag zyn wagentje zo van een Buick V 8 motor en zie, zyn Mini liep toen een tóp van 202 kilometer per uur. Een Nieuw-Zeelandse melkboer maak te van zpn Mini bestelwagen een melk- tanker en een Canadees bouwde zyn Mini om tot een Weine beton-mixer. -- -lo Harold Radfort, een Engelsman, maakte er écht serieus werk van. Hy voorzag zyn wagentje van alle denkbare instrumenten, beschilderde de buitenzyde met zeven lagen cel- lulose-lak, ïiet de grille opnieuw ont werpen en verving de bekleding van de stoeltjes door echt leder. Hy legde nylon karpetten in zyn auto en mon teerde vensters, die elektrisch konden worden bediend en die geheel in de deuren konden verdwenen. Nu bezit hy de Radfort Mini de Ville: de méést kostbare Mini ter wereld. Dat het boek in zéér enthousiaste stijl is geschreven, is voor dit Engel se boek van een Engelse auteur over een Engelse auto begrijpeiyk: het zou een wonder zqn geweest, als dit niet het geval was. Met Engels gevoel voor humor worden er ook grapjes gemaakt. Mini-grapjes, vooral voor mensen, die „Mini-minded" zyn. eilige verlichting van de grote autosnelwegen is een zaak, waar over nog steeds diepe studies worden gemaakt. Telkens op nieuw wordt er met nieuwe vindin gen geëxperimenteerd; zo is men by Miinchen begonnen met het beproeven van nieuwe lampen, die een indirect licht op de weg werpen. Men ziet deze lampen niet meer als een eindeloze ketting van voorbijflitsende lichtbron nen, hetgeen kalmerend lijkt te wer ken. Het tegenverkeer kan niet wor den verblind, omdat de lampen op de middenstreep staan en maar naar één kant licht uitstralen. In ons land kent alleen de ryks- weg 13 tussen Rotterdam en Den Haag een doorlopende verlichting met dertien meter hoge masten, die om de 38 meter zyn geplaatst. Het circu latie-plein by Breda is uitgerust met een zeer hoge mast van 45 meter, die het licht uitstraalt en waarschyniyk zal een dergeiyke mast ook worden opgericht by de nieuwe Van Brienen- oordbrug in Rotterdam. Dat er nog niet voldoende gegevens bekend zyn over de noodzaak van ver lichting op de autosnelwegen ten bate van de verkeersveiligheid, stelt de di recteur van de stichting Wetenschap- peiyk onderzoek Verkeersveiligheid, ir. E. Asmussen vast in een zojuist in „Verkeerstechniek" verschenen Stu die over de wegverlichting. „In Nederland", zo zegt hy, „wordt algemeen aangenomen, dat op auto snelwegen met een verkeersintensi teit van meer dan 30.000 motorvoertui gen per etmaal de vermindering van de schade de kosten van de verlichting zal overtreffen. Persoonlijk ben ik van oordeel, dat uit economisch oog punt in de toekomst de aanleg van openbare verlichting een zeer doel matig wapen zal zqn in de strijd tegen de verkeersonveiligheid." Eindelijk zal de produktie gaan beginnen van de Mexicaanse Iiorg- ward. De „Impulsora Mexicana Auto- motriz S.A." in Monterey, die al heel wat moeiiykheden achter de rug heelt sedert de resten van de vroegere Duit se Borgward-fabriek werden opge kocht, gaat de „Isabella" bouwen en ook de vier-deurs grote Borgward, de P-IOO. Aan de carrosserie van de „Isa bella" zullen enige wüzigingen wor den aangebracht. Het Borgward-concern raakte eind 1960 door afzetmoeilükheden met de Lloydauto's in een financiële impas se. De regering van de stad-staat Bre men zegde de toen nog levende schepper en alleen-eigenaar van de Borgward-fabrieken, dr. Carl Borg ward, toe, hem met subsidies door de winter heei^ te hefpen. Eind februari 1961 echter trok de senaat van de stad deze toezegging in omdat men tot de ontdekking was gekomen dat er toch geen redden meer aan was. Op 28 juni 1961 meldde dr. Borgward zyn faillissement aan. In iEVi?* kofhtcn gbyolmacliügden van ne i.RT.A. de frftMnWierecnten voor de „Isabella", de ,,P. 100", alsmede de nog resterende materialen en fabri- kagebanden van de Borgward-fabriek. Er ging 57 man Borgward-personeel in dienst van de I.M.A. om te helpen de nieuwe fabriek in Monterey op te bouwen en het Mexicaanse personeel te scholen. I.M.A. legde er ongeveer 20 mil- joen mark voor op tafel, met een kre diet van de Mexicaanse staatsbank. uas. echter al het geld op. I..Y1.A. kwam in financiële moeiiykhe- "Yd j" september van het vorig jaar tenslotte opgekocht door de Mexicaanse grootindustriëlen Rami- rez William Kane en de gebroeders Larios en Jorge Maldonado. Thans, een jaar later dan aanvankelijk de bedoeling is geweest, zal de Mexieaan- ga:ui Vard eindeliik in produktie FLAT zag onder invloed van anti- conjuncturele maatregelen vorig jaar q?g ,P/c°dVk,tie iets teruglopenvan 956.468 stuks in 1963 tot 943.500 stuks in 1964. Byna 300.000 auto's werden geexporteerd. Fiat verwacht in de ko mende maanden een stügende auto mobielverkoop op de Italiaanse markt, ondanks het feit, dat de Italiaanse economie nog ïydt van de psycholo gische gevolgen van de bestedingsbe perking. De Volkswagenfabrieken hebben het vorig jaar de produktie van 1963 r.iet circa 200.000 wagens overtroffen en kwamen daar mee op een totale jaarproduktie van 1.410.000 automobielen. Er lopen op het ogenblik 6.100 Volkswagens per ddg van de band; dit aantal zal nog dit jaar sterk worden opgevoerd. Van de produktie in 1964 werden in Duitsland 520.000 automobielen ver kocht. De export naar Noord-Amerika nam toe; er werden daar het vorig jaar 325.000 VW's verkocht. Zweden, dat het vorig jaar door Italië van zyn tweede plaats werd verdrongen, werd in 1964 weer het op een na sterkste importland van Volkswagen. In ons land werden in 1964 by'na 50.000 Volkswagens verkocht (in 1964 40.000 stuks). Intussen is de nieuwe VW-fabriek in Emden in gebruik ge nomen. Nu werken daar circa dui zend man personeel; het is de bedoe ling, dat dit tot vierduizend zal wor den opgevoerd. Alle onderdelen van de VW 1200 komen hier by elkaar; de motoren uit Hannover, de carros serieën uit Wolfsburg, de chassis en koppelingen uit Kassei en de voor assen uit Brunswök. Emden heeft nu het vqfde VW-bedryf in de Bondsre publiek. og steeds kan men op ons Westeuropese wegennet vele verschillende bordjes aantref fen, die hetzelfde beduiden. Het Franse autoblad „L'argus de l'auto- mobile" heeft een aantal bordjes verzameld om te pleiten voor één uniforme aanduiding voor autowe gen. Zo geeft men een autoweg aan in (van links naar rechts); Frank rijk, Nederland, België, Zwitserland, Duitsland, Oostenrijk en Italië. Het orgaan van de RAI, dat deze veel zeggende parade overnam, gaf het volgende commentaar: „Men behoeft niet lang te zoeken, om het Neder landse bord te vinden. Terwijl de andere borden moderne auto's of tekens te zien geven, staat op ons bord een automobiel uit de dertiger jaren. Tekenend voor ons nationale wegenbeleid!" Levensgevaariyke situaties ont staan dagelijks op onze autowe gen, omdat automobilisten niet weten, of een inhaalverbod nog geldt of al is opgeheven. Men weifelt... een ander passeert onverwacht. En dat komt dan, omdat wy ons nog steeds bedienen van dat kleine, nie tige, vaak zeer onopvallende vierkan te bordje „Einde Inhaalverbod" (voor buitenlanders bovendien dubbel-moei- lt)k). In andere Europese landen is een véél opvallender bord: „Inhaal verbod opgeheven" te vinden, dat er zie foto's „rond" voor uitkomt. Men kan in de taal van de weg niet duidjyk genoeg zijn. Onverstaanbaar „gemompel kan mensenlevens kos- ten.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1965 | | pagina 9