praat graag ?9voor
de vuist wei
Filosoferen
temidden van
aardappels
Als je de mensen niets
waardevols hebt te
brengen» moet je voor
de camera's wegblijven
Zoekt het geluk niet meef
alleen in de hemel
maar ookDichterbije
Trouwe aanhang schrik'
misschien wel even va®
zijn nieuwe dichtbundel
Russische
Joden
mogen
niet
emigreren
Na glaasje
te veel:
op de filiö
Verhalen
Portretten
Dichterbij
Op zoek
dereff
PLUS
5 FEBRUARI 1965
j
v 311!
Bij»!
ËhÉh
Willem Duys had in zijn programma „Tien keer Voor de vuist weg"
wel gelijk. De Haarlemse aardappelhandelaar Cor Detmar is een man
uit duizenden. „Misschien wel de aardigste man die we in al die tien
keer voor de camera hebben gehad", aldus Willem Duys met een
grijns van herinnering aan de opmerkelijke gesprekken die hij met
de Haarlemmer gevoerd heeft en waar hij wel geen speld tussen ge
kregen zal hebben. Want iedereen in de buurt en al zijn klanten we
ten: Cor Detmar praat graag. Zijn vriendelijke, ronde gezicht een en
al animo, zijn vérdragende stem nooit haastend. Cor Detmar praat
echter niet zo maar wat, hij heeft er wel degelijk allemaal over na
gedacht. Hij heeft er ook maar niet mooi de tijd voor: dag aan dag
van klant tot klant rijdend, niet gebonden aan werktijden of opdrach
ten van een baas. Tweeëndertig jaar mijmert Cor Detmar voor
bijna al zijn klanten en buren „Cor" al over alles en nog wat. Eerst
op de bok van een paard en wagen, later in een bestelauto. Hij zet
zijn filosofieën voort van Haarlem-Noord tot Haarlem-Zuid, van Bloe-
mendaal tot Zandvoort, om er de volgende dag op door te borduren.
Langs de straat ziet hij zoveel dat gewoon tot denken dwingt en
waar een mens, die opgaat in het wel en wee van zijn medemens, zo
als Cor Detmar, niet aan voorbij kan gaan.
Tijd ook voor het café aan de
overkant. De baas van het café
mag hem bijzonder graag en volgt
de gedachtengang van zijn over
buurman trouw. En Cor Detmar
brengt de stamgasten op gang over
Kennedy, monseigneur Dekkers,
paus Johannes, over de atoombom,
over de wereldgedachte, over de
evolutie, over zijn min-en-plus-
theorie. Het komt echter allemaal
hier op neer, dat niemand in de
maatschappij gemist kan worden,
dat iedereen evenveel waarde
heeft, maar dat niemand overtuigd
mag zijn van zijn waarde.
MIEKE DE HAAS
lllllllllllllllll
GABRIëL SMIT zal met zijn
jongste dichtbundel kort
en krachtig voorzien van de
karakteristieke titel „Dichterbij"
in ieder geval weerklank vinden
bij de jongere generatie. Met opzet
schrijf ik „weerklank", aldus her
innerend aan een van zijn eerste
bundels. De verzen van „Weer
klank" pasten typisch in de sfeer
van die dagen. Dat was in 1932, een
jaar nadat hij zich met zijn „Voor
spel" officieel had aangediend. Zijn
voorspel heeft lange tijd de indruk
gewekt een definitief spel te zijn
geworden. In het wezen van Smits
dichtkunst veranderde niet veel.
De weemoed van de jaren dertig,
welke tenslotte nog een beetje in
nigheid bracht in de ellende van
de crisis, kreeg haar eigen vorm in
de gedichten van Gabriël Smit. Het
sociale verzet, dat het werk van
verschillende van zijn tijdgenoten
kenmerkte, was hem in zekere zin
vreemd.
s/
/""vndanks allerlei moeilijkheden
blijft de stroom van emigran
ten naar Israël regelmatig door
gaan. Volgens de heer Shragai,
hoofd van het Joods Agentschap
voor Immigratie, bedroeg het aan
tal binnengekomen Joden de afge
lopen vier jaar 250.000. Hij ver
wacht de volgende vier jaar weer
een kwart miljoen en zou er niet
vreemd van opkijken als dit cijfer
zelfs zou oplopen tot 500.000.
Soms moet ik van de
ro»d°
leren wat leven is en wat
ikzelf ben: een glas, ,gJi
er moet uit mij gedronken wo*"0
door een mens, alle mensen, eeI^0J
Of een stoel: ik moet rust geve»»
een lichaam moet in mij ver^^f,
uitstromen, soms ook rechtop
zitten en luisteren naar een hel*
een hand op mij leggen en spele
gedachteloos, niets dan
afwezig een hand.
Zo willen de dingen spreken,
luister ik naar licht
dat wordt opengeslagen.
Niets heb ik te vragen,
ogen dicht.
ip
^8Psp®8i
I1!»!
COR DETMAR
Driemaal heeft Nederland hem op het
televisiescherm kunnen volgen en hij
mag nog eens terugkomen. Willem Duys
heeft hem gezegdJe komt maar ge
woon in de zaal zitten, de portier laat
je wel door, en dan roep lk je wel
voor de camera. „Dan neem ik mijn
alarminstallatie mee, die ik voor zie
ke alleenstaanden heb ontworpen, dan
kunnen de mensen het namaken, want
weet je dat het al twee mensen hel
leven gered heeft?", neemt Cor Detmar
zich ln zijn huiskamer aan de Kenne-
nierstraat voor.
huismoeders, die zijn gezellige verhalen
in een adem hebben uitgelezen.
u begrijp je dat nou, de uitge
ver heeft het manuscript met een keu
rig briefje teruggezonden. Dat kan
De klanten leven met Cor Detmar
en zijn schrijf-avontuur mee. Ze gun
nen hem zo graag een succesje. Net
als bij die keer dat hij krijttekeningen
voor de televisie had meegenomen. Twee
Cor is er de man niet naar om ter
meerdere glorie van hemzelf voor die
cameras te gaan zitten. Als je de men
sen niets waardevils hebt te brengen
w-?i m0?t je wegblijven, vindt hij en
Willem Duys heeft heel goed begrepen
dat een heel gewone man, die kennelijk
van de mensen houdt en die links en
rechts ongemerkt de naastenliefde in
praktijk brengt, waardevoller is dan
wie of wat ook.
Heel die televisie-geschiedenis begon
eigenlijk met zijn boek. Cor Detmar is
geen stilzitter en hij heeft dan ook
voor 's avonds na de wijk een goede
vrijetijdsbesteding gevonden: een boek
zou hij schrijven en korte verhalen en
zo nu en dan een televisiespel. Hij had
immers stof genoeg. En die boeken
en verhalen zijn er gekomen. Cor
schenkt er gul zijn medeleven en men
senkennis in weg. .Echte" verhalen,
van mensen die het moeilijk hebben
en er niet zo ellendig aan toe waren
geweest, als er iemand naar ze had om
gekeken of als de medemensen ze in
hun waardigheid hadden gelaten. „Heel
wat klanten hebben het manuscript ge
lezen en ze vonden het allemaal mooi.
Kijk maar", en Cor Detmar slaat de
laatste bladzijde van een van zijn boe
ken op. Woorden van aanbeveling van
portretten, van Albert van Dalsum en
van Ko van Dijk. Wonderbaarlijk raak
en volwassen. ..Hebt u academie gelo
pen, of een speciale cursus?", vraagt
Willem Duys. „Nee, dat doe ik 's avonds
zelf maar een beetje," antwoordt Co:
Detmar in alle oprechtheid. Cor, zeiden
de volgende dag heel wat klanten, had
toch gezegd dat je academie hebt ge
lopen,dan zou je nu in veel hoger aan
zien staan. De mensen geloven er niet
in als je zelf maar wat prutst. „Een
toch niet liggen aan dé spelfouten
die ik maakte, het gaat toch om de
intentie. Zou ik in deze tijd niet pas-
2 het leven toch, zoals ik
het schrijf. Ik zeil er niet omheen
lï!?a'! en punten zoals Jan
emer. Dle heef' het wel geschoten.
vï«WhiiS e£ gemakkelijker dan een
leefpartl? TW iVeni eIa ordinaire uit"
ie at kan «ebreen, daar hoef
ierUik eSmÜhna^teJ-denken- Ik heb
eernjK geprobeerd die jongens te le
zen, maar ik werd misselijk".
slechte raad, die goed bedoeld was",
weet Cor Detmar. Albert van Dalsum
geloofde overigens wel in zijn tekening
en wilde zijn portret graag bezitten.
Cor Detmar gaat het hem overhandi
gen, wanneer de acteur in Haarlem zijn
afscheidsvoorstelling ..King Lear" brengt.
Cor Detmar is een van die zeldzame
mensen die tijd hebben. Voor gedach
ten wisseling, voor een kopje koffie mei
die eenzame klant, die zo opklaart van
een optimistisch filosofietje - al zal ze
haar aardappelenhandelaar niet altijd
Veeleer .-/as hij de dichter, die naar
de leer van de oude catechismus de in-
gehamerde stelling beleed: wij zijn op
aarde om God te dienen en daardoor
in de hemel te komen. Een sociaal ge
neesmiddel, dat het tenslotte op de ver
gaderingen van de standsorganisaties
niet meer deed. Gabriël Smit trof met
zijn verzen niettemin 'n gevoelige snaar.
Hij bracht rust in het onvredige hart,
een stil heimwee, dat een weerklank van
de hemel moest zijn. Illustratief daar
voor is zijn nu al vele jaren stand hou
dend gedicht „Oudejaar", dat hij be
sluit met de regels:
Voleindig mij, bereid mij, deze tijd
is nog te klein voor uwe groote daden
bereid mij voor en schenk mij de ge
nade 6
te werken tot uw komende voldragen-
heid.
Gabriel Smit heeft altijd een vaste
lezerskring gehad, zijn bewonderaar-
(s.t.er)s volgen hem op de (vers)voet.
wij spreekt zijn mensen gemakkelijk
aaP' het was niet moeilijk hem te
volgen. Zijn traditionele versbouw,
f'Jn ®orn,3 te gladde rijmtechniek
en vooral zijn brede verwoording van
wat hij te zeggen had, maakten hem
populair. Dat wil zeggen, zijn gedich
ten bleven niet beperkt tot literaire
fijnproevers. Misschien heeft hij daar
door aan zelfkritiek ingeboet en heeft
hij soms meer de inspiratie opgezocht
dan dat hij zich liet inspireren Zijn
gelegenheidsgedichten, waartoe het
kerkelijk jaar hem stof voor de eeuwig
heid bood, wijzen althans heel sterk
m die richting.
en voor mij smeken om geK
moet de dichter ten antwoor ÏZ
Ik zal het proberen, maar jjet
jaren duren voor het mij lu „Ai#11
onmenselijk moeilijk, het is 0
lijk:, f
het is: onuitgesproken woor „gU)
God, woorden waarin zijn w
nog slaapt, wakker maken.
de oorsprong van zijn schepp*®
voltooien tot scheDDende werk2
Een andere Gabriël Smit is nu dich.
terbij gekomen. Hij doet ons verslag
van zijn bevindingen. In een samen-
Het zou me niet verbazen,
trouwe aanhang, die zich altijoI o
iljk genesteld heeft in zijn vef„rO**!n
de hier afgedrukte citaten Xes„„
is. Is de dichter verder af g*?.«f
in plaats van dichterbij te WJ*
het eerste gezicht veel vrij® effir
en tal van gedichten met K"T («F.
wel, en sterker nog op to t
gehoor. Het leest allemaal nl«
makkelijk meer. f
De lezer zal zich met de dichte t
ten bezinnen, moeten mee-deh
icu uwinnen, moeten mee-uv*;t
mee-ontdekken. De moeite woro*
COR DETMAR
naastenliefde
direct kunnen volgen tijd voor de
bomenpracht in de Overveense Rio
Grandelaan en voor de vuilnisbak van
die twee oude mensen.
Intussen ls de catechismus veran
derd. De oude Btelling, die een volbloed
roomse slagzin was geworden, luidde
na de oorlog: wij zijn op aarde om hier
en in het hiernamaals gelukkig te wor
den. Eindelijk de practische erkenning,
dat de mens 'n ziel en 'n lichaam heeft.
Een waardering van de dingen om ons
heen, waarmee wij ons gelukkig kun
nen maken. Gabriël Smit is in zijn nieuw
ste bundel op ontdekking gegaan, op
zoek naar die dingen. De hemel ver
waarloost hij niet hij zou het niet
kunnen maar hij wil haar weerspie
geld zien in alles, wat hij op aarde
aantreft.
Als dichter heeft hij geprobeerd er
dichterbij te komen, zijn ervaringen
heeft hij gerapporteerd en aan zijn le
zers doorgegeven. De hemel is niet al
leenzaligmakend meer. In het titelge
dicht „Dichterbij" valt hij als het ware
met de deur in huis. Het begint met de
regels:
Er moet een andre wereld
zijn, veel dichterbij. Leven
van kleine bloemen in helder
gras, twee witte vlinders,
hoge bomen van groen zilver
en over een langzame, stille
weg een man en een vrouw in
nadenkend ademen.
GABRIEL SMIT
spraak met het nachtelijk landschap
vijftien sonnetten zoekt hij die on
bekende wereld, vaag van omtrek en
verzinnebeeld door dat landschap. Het
is een bespiegelende dialoog, doortrok
ken van de bezinning op het onbekende.
landschap hem tenslotte vraagt:
Maar jij moet mij helpen vertalen,
mijn adem in woorden overdoen
O»
Het probleem waar Israël mee kampt,
Detreft echter de vestigingsmogelijkhe
den. „Ik denk aan de 50.000 Joden die
graag zouden willen Immigreren", zegt
de heer Shragai, „maar die door een te
kort aan fondsen voor vestiging nog niet
kunnen komen. Ik vraag me af. of we
nu niet het goede moment missen om
deze mensen over te brengen, want nie
mand weet. wat de toekomst ons zal
brengen".
Het huidige bevolkingscijfer van Is
raël bedraagt 2.500.000 De immigratie
wordt in Israël vandaag de dag niet
meer gerangschikt naar land van her
komst zoals vroeger het geval was, maar
naar de kwaliteiten en talenten van de
nieuwkomers. De laatste drie Jaren
kwam er een belangrijk aantal vakmen
sen op het gebied van de wetenschap,
industrie, architectuur, waterbouwkunde
en opvoeding de grens over. De heer
Shragai hoopt ook nog uit Amerika en
Engeland waardevolle mensen te kun
nen opnemen.
In zake de emigratie uit de Sovjet
Unie geeft hij het volgende commentaar:
„He ben een optimist en geef de moed
niet op, maar zoals de zaken er thans
voor staan voor de Russische Joden, is
het meer dan erg. Het is onbegrijpelijk
dat de Sovjet Unie geen aandacht wil be
steden aan de smartelijke scheiding van
families die zoveel duizenden kilometers
van elkaar verwijderd zijn, en graag
weer verenigd zouden willen worden.
Dat is geen politieke, maar een zui
ver menselijke kwestie. In het Israël
/an vandaag wonen niet alleen ouders
lie door de oorlog gescheiden van hun
anderen leven, en omgekeerd, er zijn
lok mannen wier echtgenote en kinde-
'en nog ln Rusland verblijven en vrou-
ven wier man geen toestemming krijgt
;ich in het „Beloofde Land" bij zijn ge
:ln te voegen".
schoots beloond. En het blijft een J
voor z»jn lezers, dat hun favoriet" tvj
van woorden is gebleven. Hoe °iey M
ook in zijn overpeinzingen duikt, efjj
blijft zijn natuur getrouw: breed" ej(e>
van zijn ervaringen vertellen en •qc
zorgen,'dat hij niet verkeerd wof°Wjii'
grepen. De fraaie inzet van zijn 't-.
tertaai" bevestigt dat met nadr"*
I
Voldoende geciteerd nu. De le*e' -fC
zelf op ontdekking gaan. Het jtP
verloren tijd zijn. Hoe het verv®1* tr
Gabriël Smit zal zijn, wacht lk j,y
langstelling af. Ook de nienwe ca'
mus schijnt van school verdwe®6
zijn. Hij kan dus nu alle kantfAfj!®
W. HELVEBST^
Gabriël Smit: „Dichterbij", versWy!
bij uitgeverij „Het Spectrum p/
Utrecht/Antwerpen. Omslag va"
Grégoire.
MET automobilisten die te
het glaasje gekeken hebben «t#
Je politie ln de Amerikaans® Ge
Minesota tegenwoordig korte metter^£-.
schillen over wel of niet schuldig t>(.
niet meer voor sinds opgebracn1^, t>
schonken bestuurders zonder .da* Ls#,
erg ln hebben gefilmd worden. yj*p0r
de persoon ln kwestie weer tot z'J®, ■ftj,
"even is gekomen en zichzelf g»**.p j>,
dedlgen, komt de opgenomen fdn>
proppen. Tegen dit nauwgezette c
materiaal ls de schuldige ln de i
gevallen niet opgewassen. En JJ,0C'0ll'v
toch het geval zijn dan kan de
de film desnoods voor de rechth®
draaien.
QÏ1
Moet ik hieruit afleiden, dat
woord ,ja" is, juffrouw De