J
in Terlenka
NEDERLAND MAAKT
MISSTAPPEN
Brieven van lezers
ZATERDAG-PUZZEL
Q-D-D D-S
Oranje is aan
verjonging toe
Van Dam en Dame
hO
QHQH
CHJ-D
Nieuwe
Ik ben jong
Oostduitsers dicht
bij waterpolotitel
Nieuwe opleidingen
aan H.T.S. - Enschede
Tegengif
Vernieuwing
Gestalten van Maria
Bewijzen
DERDE ORDE
OP ZOEK NAAR
NIEUW GEZICHT
NALATENSCHAP
VOOR EMMERIK
Zwijg
en
Onttheologisering
eo
ijveo
ÉfTl
ZATERDAG 27 AUGUSTUS 1966
Roserood astronautenpak
is een terlenka natté om
naar oma te gaan, die ik
boven heb getekend.
Van Simone Gaudeus uit Brussel links een wit zomerjurkje met
vóór ingezette driehoek, achter rechte schouderpas en opzij
stolpplooien in marine. Rechts een modieus jasje in tentmodel
Speels verwerkte flanelruit. Ontwerp llon Cornelissen, A'dam
titel' la
?6,
a b c d e f 9
AKU-Terlenka (25 Nederlandse
fabrikanten) presenteerde kinderkle
ding voor de winter en de zomer
1966-1967. Een jury van moeders
koos degelijk, wasbaar, sneldroog,
saai, klassiek kindergoed. Saai van
kleur, flauwe ruitjes. Waarom geen
zwart-wit (op-art?), extra flatteus
voor Hollands blond! Charleston is
nog altijd in, grappig maar niet
nieuw. Dit was dan de Nederlandse
kinder confectie.
Drie stylistes (Frankrijk, België,
Nederland) ontwierpen voor confec
tionering in Nederland bestemde
modellen. Uitgangspunt van de eigen
tijdse mode: mini, ruimtevaart „ligne
tube", op-art, mondriaan, A-lijn.
Kleurig maar te schriel. Gedurfd van
coupe. Soms geslaagde vertaling van
de grote-mensen-mode.
CLEMENTINE VAN
LAMSWEERDE.
^est is gever, OW kwetsbaar. West
^t en aan noord wordt de vraag voor
zegd wat hij moet openen met het
°lgende spel:
A V 9 5
9 H 10 8 5
OV5
H 8 3
cMor spelers die een zwakke-klaver-
hat^tte spelen is dit geen probleem:
Ook vWk openen zij met één klaver,
niet -At het niet slecht „voorbereidend"
itieLeen klaver te openen, maar indien
bijT ook die conventie niet speelt,
Seh er weinig anders over dan een
°PPen of cén harten.
dat1!* «.voordeel" van één harten is,
hPij et de partner alsnog in de gelegen-
Zir i a4elt schoppen te antwoorden Heeft
ri: echter een vrij zwak spel met aar-
vFe hartensteun, dan kan hij direct
twee harten verhogen.
Deze techniek wordt ook aangehan-
jt1 door onze wereldkampioenen
Jfeyns-Slavenburg. Dat er echter na-
CM aan verbonden zijn bleek in de
edstrijd Nederland-Italië:
A V 9 5
9 H 10 8 5
O V 5
H 8 3
*876 N *10 2
v A 7 6 3 W O V B 9
^94 Z O A B 10 8 7 6 2
9 7 5 4 «f» A
*H B 4 3
C 4 2
O H 3
V B 10 6 2
passen van west opende Kreyns
noordspel met één harten Bella-
vfbna (oost) volgde met twee ruiten,
moet zuid nu doen? Op het twee
niveau een nieuwe kleur bieden met
slechts een vierkaart is niet aanlokke
lijk bovendien zou „twee schoppen"
van zuid forcing voor een biedronde
geweest zijn en het zuidspel lijkt daar
toe lang niet sterk genoeg. Ook drie
klaver is een gevaarlijk schot, daar
het dwingende karakter van dit bod
niet gesteund wordt door voldoende hoge
kaarten in de zuidhand.
Slavenburg besloot met het zuidspel
op twee ruiten te passen, west paste
en noord? Misschien had noord moe
ten doubleren (informatief), doch
Kreyns dorst dat niet meer aan en
paste eveneens. De Italianen mochten
dus het goedkope contract van twee
ruiten spelen en maakten na harten
uitkomst negen slagen.
Het is duidelijk, dat indien noord
met enig ander bod dan één harten
was begonnen, NZ vermoedelijk hun
deelscore in schoppen gemakkelijk had
den kunnen bieden.
Niettemin men kan en mag een
biedmethode niet beoordelen op één
slecht resultaat en after all zijn
Kreyns-Slavenburg met diezelfde bied
methode wereldkampioen geworden!
Bovendien leek er weinig gemist te
zijn. Indien NZ vier schoppen bieden
en west komt uit met ruiten, neemt
oost ruitenaas, incasseert klaveraas,
brengt zijn partner met hartenaas aan
slag en OW krijgen dan nog een in
troever in klaveren: één down.
Aan de andere tafel ging het bieden:
noord één klaver oost eén ruiten
zuid één schoppen waarna NZ (Ita
lië) to vier schopen kwam. Had De
Leeuw (west) eenvoudig zijn partners
geboden kleur voorgespeeld, dan zou
Nederland vijftig punten gescoord heb
ben. West meende er echter beter aan
te doen met troef te starten en deze
onfortuinlijke beslissing was duur.
Pabis Ticci (zuid) kon drie maal troef
halen en de klaverkleur vrijspelen:
OW maakten slechts hun drie azen.
De twee misstapjes kostten Nederland
totaal 530 punten, 11 internationale
matchpunten.
MIMIR
HOKJE TOT
HOKJE
i*l0 In deze figuur
Vjo, U woorden in-
ottK;eb. waarvan de
Vr,!cllrijvingen hier
3 e ,h. In ieder vak-
1^. komt een let-
ts om een woord
lijnden moet U de q
ie Jes, die van hok-
Vm„°t hokje lopen,
W*en- Hebt U alle
ingevuld,
komt er op ie-
*ei horizontale re-
«T A- B, C, en D
*it>i, Mythologische
DVfih" te voorschijn, t
"iSCHRlJviNGEN:
lM' kustvaartuig, 2.
WL' tijd gelegen
4. °ende, 3. bedaard,
ti^e?°sterse vorsten-
SéAA deel van het
ï,\]v 6- rivier in
V.Pfhiburg, 7. soort
8. plaats in
Brabant, 9.
Is natuurkundi-
Va' 11. onderfamilie
de wasberen
Izaterdagpuzzel)
llEdlossingen, liefst op briefkaart, kunt
iw? 3 september insturen aan het bu-
yan deze krant. Links bovenaan:
erdagpuzzeL
fUzJ^SSING:
v»n 13 augustus.
^ORlZONTAAL: 1. aardbeving, 9. na-
14; lak, 15.oneer, 16. ribes, 17.
in ru, UUCCl au. j-amww,
<2. otter, 19. samen. 20. Ie. 21. elter,
V- Ba» 23- man. 24. rotten, 26. kabas,
41- aroA netel, 29. salet, 30. prior,
A M 2' appel, 33. kaunas, 34. ton,
fe 3T- Marie, 37. is, 38. timor,
ako aa T, °0, 41. citer, 42. linie,
44. flacon, 45. langstraat.
VERTIKAAL: 1. alternatief, 2. aai,
3. rk, 4. bottel, 5. enten, 6. veer,, 7. ïer,
8. nr., 9. nimes, 10. abel, 11. den, 12.
es, 13. loenersloot, 16. rabat, 18. olten,
19. sabel, 20. lagoa, 21 etten, 22. kales,
23. maine, 25. oeros, 26. kaper, 27. gruis,
29. spoor. 30. parket, 32. armen, 33.
kanis, 35. dito, 36. ming, 38 tic, 39. lin,
40. oka, 41 ca., 42. la, 43. aa.
De prijzen zijn gewonnen door:
W. J. Th. v. d. Zanden, Nieuwe Bosch
straat 11, Oosterhout (N.Br.); Mej. A.
C. Kruijtzer, Schaesbergerstraat 6, Kerk-
rade-West; M. Vreeburg, Huize „Sint
Anna", Oude L.dijk 28, Delft; Mevr. H.
Heetman, Boerhaavelaan 135, Schiedam;
Mevr. Schuurman-Van Kalken, Prof.
Poelsiaan 62B, Rotterdam.
(Van onze speciale verslaggever)
UTRECHT, 27 aug. Wat moet er
nu gebeuren? Deze vraag drong zich
op, nadat het Nederlands waterpolo-
team zijn coach gistermiddag opnieuw
met een onnodige en teleurstellende ne
derlaag confronteerde. Waren het op
vorige dagen de Oostduitsers en de Joe-
goslaven die Oranje de les lazen, gis
teren waren het de Roemenen, die aan
toonden dat het met een gebrek aan
tempo en tactisch inzicht worstelende
waterpolo-zevental een verjongende im
puls dubbel en dwars i.odig heeft. Want
dat moet de les zijn na de schamele
resultaten, die Oranje, na een goed be
gin tegen aanzienlijk zwakkere tegen
standers overigens, boekte.
Het is moeilijk niet in herhalingen
te vallen. De fouten die Oranje water-
poloënd maakt, zijn al zo dikwijls naar
voren gebracht. Het gebrek aan tac
tisch inzicht, het gemis aan de nodige
hardheid, aangevuld met de angst voor
reputaties, zijn de meest in het oog lo
pende feilen. Het onbreekt de Neder
landse ploeg bovendien aan fantasie.
Oranje telt spelers, die hun gebrek
aan tempo met onnodig en gevaarlijk
hard spel proberen te maskeren. Er is
door Nederland dikwijls gebruik ge
bruik gemaakt van het tweémeterspel.
Daar dobberde dan altijd een weinig
bewegelijke Aalberts. Hij is, hoe pijn
lijk deze conclusie ook moge klinken,
te oud voor de huidige top. Hij hoort
er niet meer bij. Van Dorp, een ander
voorbeeld, was tijdens vele, om niet te
zeggen alle, wedstrijden een domineren
de figuur. Ten onrechte, want Van Dorp
kent angst om zijn positie te verliezen,
handelt daarom zeer voorzichtig en
maakt het spel door zijn vertragende
acties dood.
Waar blijven de snelle mannen, die
het hele veld met een rush kunnen
schokken? Van Feggelen heeft ze niet
in zijn huidig potentieel. Hij zal dus om
moeten zien naar verjonging. En hij
zal de moed op moeten brengen die
jeugd te zoeken. Met Hans Hoogveld,
een uitstekende jongekracht, die echter
nog te onervaren is op internationaal
niveau, leek hij op de goede weg.
In de finalegroep kwam Oost-Duits-
land dicht bij de titel door een moeiza
me zege (2-1) op Italië, dat, waar
schijnlijk meer uit verdriet dan uit over
tuiging, een protest tegen de Nederland
se scheidsrechter Goose indiende. Toen
Wil Goose namelijk in het begin van
de tweede periode de aanvoerders
van beide ploegen uit het water stuurde,
gaf hjj geen scheidsrechtersbal. Dat be
woog de Italianen na hun nederlaag tot
het protest, een hopeloos verweer tegen
de realiteit.
De uitslagen zijn: Oost-Duitsland-ïtalië
2-1 (0-0, 1-1, 0-0, 1-0) Rusland-Joegoslavië
1-1 (0-0, 0-0, 0-1, 1-0).
De stand is nu:
1. Oost-Duitsland
2. Rusland
3. Joegoslavië
4. Italië
2 4 4-2;
2 2 4-4;
2 1 2-3;
2 1 4-5.
(Van onze correspondent)
ENSCHEDE, 27 aug. Het minis
terie van Onderwijs en Wetenschappen
heeft de Hogere Textielschool toestem
ming verleend tot uitbreiding van het
leerprogramma met de opleiding che
mische techniek, fysisiche techniek,
werking, papier en verven en lakken.
Dit betekent, dat het hoger technisch
onderwijs in Twente op korte termijn
alle (zes) hoofdafdelingen omvat, t.w.
bouwkunde en weg- en waterbouwkunde
aan de r.k. Hogere Technische School
te Hengelo, elektrotechniek en werktuig
bouwkunde aan de Hogere Technische
School te Enschede en chemische tech
niek en fysissche techniek aan de Ho
gere Textielschool te Enschede.
Met de nieuwe opzet, waarin ook de
bestaande textieloplcidingen van de Ho
gere Textielschool zullen worden opge
nomen zal zeer waarschijnlijk per sep
tember 1967 worden begonnen. Het ligt
in de bedoeling dan te starten met twee
van de nieuwe opleidingen. Welke dit
zullen zijn zal worden beslist door een
werkgroep, die is samengesteld uit ver
tegenwoordigers van de inspectie, van
de betreffende bedrijfstakken en van
de school. De overige nieuwe opleidin
gen zullen dan in de daarop volgende
cursusjaren zo snel mogelijk volgen.
Ik ben jong, misschien zijn mijn idee-
en onrijp, maar ik vind het artikel van
de heer De Goeij niet helemaal eer
lijk. Om de eigen mening te verdedigen
en zich tegen die van een ander at te
zetten is het beste wapen om verschil
lende nieuwe stromingen onder één
naam te benoemen en aan de kaak te
stellen. Mensen die zich in sommige
ervan herkennen voelen zich pijnlijk ge
troffen en worden ófwel nog scherper
in die hoek gedrukt, ólwel geloven ze
een ketterse weg te zijn opgegaan en
krabbelen aarzelend terug. Hiermee
zijn echter de problemen niét opgelost.
De heer De Goeij schrijft: „Het Con
cilie wilde de stralende schoonheid van
de geloofsschat aan de mens van het
atoomtijdperk openbaren, opdat ook
hij het heil door de Godmens kan be
reiken." Het is zeer mooi als men daar
in het werk van de Geest kan zien,
maar als wij even met beide benen op
de grond gaan staan en naar de con
crete feiten kijken, zien wij dat de ver
vreemding van de kerk die op grote
schaal plaats vindt, niét stopgezet is
door het concilie maar eerder groter
en groter wordt. Er is een fundamen
tele kortsluiting tussen het wereldbeeld
dat de kerk hanteert en dat van de
moderne mens. Voor studenten en an
dere jonge mensen is dat hetzelfde, zij
missen in de kerk de bezieling die
hen aan zou kunnen steken en hen be
reid zou maken zich ervoor in te zet
ten. En ik denk, dat de taal van de
kerk heel weinig de taal is van de ar
beiders en van de grote groepen men
sen die er niet zo in getraind zijn ab
stract te denken. Heeft de „officiële"
kerk, de kerk, die de „waarheid" heeft,
voor al deze mensen nog een ant
woord? Hoe kan men haar verstaan
als zij een andere taal spreekt? Mijn
vraag is dit: Hebben de mensen die
de oplossing zien in een onvoorwaar
delijke terugkeer in de schoot van Onze
Moeder de Heilige Kerk en de klakke
loze aanvaarding van allo dogma's niet
een erg eng kerkbegrip? Ik ben niet
zonder meer tegen de hiërarchie. Maar
wel tegen het monopolie van de hiër
archie. Waar mensen samen komen ont
staat een bepaalde structuur en ook
een geloofsgemeenschap ontkomt daar
niet aan. Als een structuur vast komt
te liggen ontstaat een instituut. Dit pro
ces heeft zo zijn eigen wetten. Van bo
ven af wordt een bepaald kader ge
schapen, waarin voortaan het denken
en het geloven zich beweegt. Dat de
kerk eeuwenlang als het enige denk
kader heeft kunnen fungeren komt om
dat al het intellect "erin opgeslorpt
werd: in de middeleeuwen waren de
monnikken en de priesters ongeveer de
enige mensen die gestudeerd hadden.
Zo gauw de laag intellectuelen breder
wordt, komt er meer dynamiek in de
geschiedenis. Wat het instituut zegt is
niet langer zonder meer waar en zeer
vaak heeft in de geschiedenis de studie
geloofsafval betekend óf een distancië-
ring van de kerk. Gelukkig is dat niet
altijd het geval, en vooral tegenwoordig
leiden nieuwe inzichten niet tot geloofs
afval, maar wel tot een ander ver
staan van het geloof. Maar dat wordt
niet geduld. Het tast de machtspositie
var, de kerk aan en wordt als ontrouw
veroordeeld. Vanaf de kansel wordt een
beroep gedaan op de mensen om de
kerk trouw te blijven, maar wordt aan
mensen die op een andere manier den
ken en geloven verweten, dat zij niet
trouw zijn en toch in de kerk blijven.
Hier treedt de begripsverenging op,
want ik wil niet zonder meer een insti
tuut trouw zijn, ik wil graag samen
met mijn medechristenen zelf kerk zijn
om als kerk trouw te zijn aan de we
reld, want God houdt zoveel van die
wereld dat Hij waarlijk vlees en bloed
in ons wil worden om de wereld te
bemoedigen en te troosten en te verlos
sen: „Wat gij aan de minsten der mij
nen hebt gedaan, dat hebt gij aan mij
gedaan".
Jonge mensen vinden daarvan wei
nig terug in een kerk die zich poneert
en waaraan je trouw moet zijn, zodat
zij machtiger en machtiger kan wor
den. De kerk vraagt trouw, maar hoe
kan zij in de toekomst aanspraak ma
ken op gezag als zij niets te zeggen
heeft, daar zij vasthoudt aan oude for
muleringen? Natuurlijk willen de mees
te vernieuwers binnen de kerk blijven.
Want zjj geloven en zij houden van
Christus en zijn kerk, maar zij hebben
de nood verstaan van zeer velen die
wel zouden willen geloven maar het niet
langer op de voorgeschreven manier
kunnen. Die zich beklemd voelen in de
kerk in zijn huidigè situatie en ver
van de vrijheid waarvoor Christus zelf
op de bres heeft gestaan. Daar moet
iets aan gedaan worden! Laten wij toch
proberen om ons niet aan een of andere
richting vast te binden en in steeds
scherper tegenstelling tegenover elkaar
te komen staan. Laten wij onze eigen
gedachten niet verabsoluteren, en als
we zeggen dat de ander maar één kant
van de medaille laat zien (wat waar is)
tot het inzicht komen dat wat wjj zeggen
de óndere kant is en dus ook niet het
geheel. Laten wij het aandurven om
voortdurend achter onze eigen overtui
ging een vraagteken te zetten, zoals
Christus deed overal waar hp kwam en
in een gezonde dialoog ons er voor in
te zetten het Evangelie verstaanbaar te
maken voor mensen van onze tijd Men
sen uit het jaar 1966, die straks mensen
van 1967 zullen zijn.
BREDA Loes Marjjnissen, studente.
Als thans 41-jarige, op latere leeftijd
(20 jaar) van gereformeerd overtuigd
rooms-katholiek geworden én gebleven,
kan ik de problematiek van véle oude
ren en bekeerlingen zo goed aanvoelen.
Zeker, blijft echter dat Christus maar
één kerk heeft en kan hebben gesticht,
en dat is onze Moeder de H. Kerk in
de volheid van haar leer; dit alle stor
men, veranderingen, zogenaamde ver
nieuwingen en twijfel zaaiende dagslui
ters en epiloogzeggers ten spijt.
In deze tijd vinden we een tegengif
en een onfeilbaar afweermiddel tegen
de in de Kerk binnensluipende anti
christ (waar Christus en de Apostelen
reeds tegen waarschuwden), tegen de
twijfel zaaiende en daarna hun toog
aan de kapstok hangende priesters, te
gen de zwijgende bisschoppen, tegen de
zorg om de liturgie-vernielingen en de
gregoriaanse missen afschaffende pas
toors met hun hang naar de onnódige
volkstaal en dé floppen van liedjes, te
gen de zorg om het vernielde lof, en
dat is een onwankelbaar geloof in de
Eucharistie, bevestigd in het Mirakel
van Amsterdam, zich manifesterend bij
de Stille Omgang, en het geloof in de
boodschap opnieuw bevestigd in Lour-
maakt bij haar verschijningen in 1830
aan de H. Catharina Labouré, welke
boodschap opnieuw bevestigd in Lour
des en Fatima vervat is in het teken
van de Wonderbare Medaille, die toen
haar zegetocht over de wereld begon,
liet geloof in de onbevlekte harten van
Jezus en Maria. Het geloof in die bood
schap, zoals die tot ons komt in het
gelijknamige boek, is dé tegenkracht
bij uitstek tegen geloofstwijfel en on
rust!
Laat dan de ultra-progressieven, de
afschaffers en de vernielers maar door
hollen, ze komen tenslotte vast te zitten
in het moeras dat ze zelf gaan aanleg
gen. Dat is al eerder gebleken bij de
reformatie, toen er ook stormen woed
den; of zegt de totale versplintering
van de reformatorische kerken in el
kaar bestrijdende kerken, kerkjes en
secten dan nog niet genoeg! God laat
de anti-christ toe, maar Maria zal uit
eindelijk de kop van het serpent ver
pletteren. Zij is de vrouw uit de Apo
calyps: schoon als de maan, bekleed
met de zon, met een kroon van twaalf
sterren op het hoofd. In déze Mariale
eeuw, ingezet in 1830, zal Maria uit
eindelijk het rustpunt blijken te zijn,
waar alle ongeruste en onzekere men
sen rust en verademing kunnen vinden.
HEEMSTEDE H. Jensch
In de tijd van het aardse leven van
onze Heer Jezus Christus bestond er
in Israël een „orthodox"-conserva-
tieve richting, de partij der larizeën,
die zich terecht verzette tegen
de „modernisten" van hun tijd: de sad-
duceën.
Maar toen kwam „Rabbi Jezus van
Nazareth" met Zijn „nieuw" geluid.
Het kwam er toen voor de farizeën
op aan, dat „nieuwe" van Jezus Chris
tus te onderscheiden van de „nieuw
lichterij" der modernisten. Zoals u
weet: de meeste farizeën hebben dat
oordeel des onderscheids niet op kun
nen brengen. Christus heeft hun toen
een maatstaf in handen gegeven, die
hen had kunnen helpen: „Onderzoekt
de Schriften, die getuigen van Mij".
Wie in de tijd de Schriften onderzocht,
kón de schok van „het nieuwe" in de
prediking van Jezus overgroeien. Door
vergelijking met de heilige Schrift (toen
alleen nog het Oude Testament) kon
den ze in Jezus' woorden „de stem des
Vaders" herkennen.
Nu vrees ik, nalezing van et
eerste art. van Dr. De Goeij, dat deze
tot dat oordeel des onderscheids op het
ogenblik nog niet gekomen is. Daarom
ben ik bang, dat uk blad de onzeker
heid waarover vele Katholieken klagen
met deze publikaties wellicht nog ver
groten zal. Het is gevaarlijk, het lezers
publieke prijs te geven aan „pendel-be
wegingen": nu eens wat „progressiefs",
dan wat „konservatiefs".
Nu het woord „neo-modernisme" ge
vallen is, zou ik de redaktie déze vraag
willen stellen: ziet u behalve de twee
richtingen: A. traditionalisme, B. neo-
modernisme, ook nog een derde: C.
christelijke vernieuwing (of hoe u het
noemen wint)?
Het komt mij voor, dat de bisschop
pen „neo-modernisme" lokaliseerden,
in de „ont-mythologiserende interpreta
tie" (Bultmann, Robinson, e.a.), waar
door de heilsfeiten, waarop de Chris
tenheid rust, tot mythen worden ver
klaard, maar dat Dr. De Goeij alles
wat „nieuw" lijkt, on-onderscheiden tot
„modernisme" verklaart.
Welke maatstaf denkt u aan te leg
gen om „modernisme" te onderschel
den van „christelijke vernieuwing"?
BREDA
K. C. Smouter
Indërtijd, toen voor- en tegenstanders
van vernieuwingen in de liturgie el
kaar nog fanatiek meenden te moeten
verketteren over en weer, verscheen
er in Uw blad een magistraal en be
geesterd artikel, dat de kwesties even
tjes, bijna onwillekeurig en terloops,
louter doordat het nu eenmaal Prof. F.
v.d. Meer was die dit schreef, in het
perspectief en de dynamiek plaatste
van zo'n twintig eeuwen christendom;
waardoor toen heel wat progressieve
en conservatieve druktemakers bedrem
meld zich tot bescheidenheid en mati
ging en tot stilletjes aan de studie gaan
voelden genoopt.
Het ware te wensen dat ook thans
nu wij, onverbetelijk-mondelinge room
se leken van vandaag en gisteren, alle
maal weer staan te popelen om ons
onwaardig en oneerbiedig en dom ge
krakeel aan te heffen, over de Heilige
Maagd deze keer zo'n groot geleerde
en dichter zijn stem verhief en ons
eens schilderde hoe, door al het gebed
en gepeins en door alle ontroering en
trouwe liefde van zoveel verscheidene
generaties van gelovigen, de gestalte
van Maria eigenlijk tot onze dagen is
doorgedrongen.
Mogelijkerwijs zou dan menige kort
zichtige nieuwlichter onder ons zyn
schennende woorden bijtijds beschaamd
inslikken en zouden wij anderzijds, van
de laatste obsessies van een soms iet
wat benepen en smakeloze 19e eeuwse
catechese bevrijd, een beetje ontvan
kelijker worden voor de oorspronkelijke
majesteit van die authentieke en bij
belse visie op de Moeder van Jesus,
zoals die le< fde in de oergemeente die
de Evangeliën schiep en zoals die in
de laatste decennia, dank zij de heilige
Geest en de eerbiedige en nauwgezette
arbeid van vrome exegeten.
TEXEL Frans van Leeuwen
Dr. ir. de Goeij zegt: „Ook thans
immers willen de zogenaamde vernieu
wers binnen de Kerk blijven omdat ze
daarb "°n hun ontmythologiseringspo-
gingo lauwelijks met succes zouden
kunne. doorvoeren".
Kan de heer de Goeij bewijzen dat
dit liet motief van de vernieuwers is?
(dat zogenaamde laat ik liever weg,
het klinkt zo onaardig!)
In het boek van mevrouw drs. Tine
Govaarts-Halkes „Storm na de stilte"
heeft mij zo bijzonder getroffen haar
grote liefde voor de Kerk. Die liefde
staat vernieuwingspogingen blijk
baar niet in de weg. Jammer voor dr.
de Goeij: Tine Govaart-Halkes is geen
onbekende in „Te elfder ure".
BERGEN N.H.
Drs. J. Forceville-van Rossum
WOERDEN, 27 aug. Tot en met
dinsdag is er te Saint Avolt bij Metz
een internationaal congres van de Fran
ciscaanse lekenbeweging, waarop ver
tegenwoordigers uit heel West-Europa
zullen zoeken naar een nieuwe vorm
van de Derde Orde.
De Derde Orde, die evenals bijna alle
traditionele godsdienstige verenigingen
na een grote bloeitijd in de twintiger
jaren, nu sterk op haar retour is, telt
in Nederland nog ruim 15.000 leden,
grotendeels ouderen. Weliswaar zijn er
reeds van verschillende kanten, onder
meer in de zogenaamde Doortochtgroe-
pen, pogingen gedaan weer aansluiting
te vinden bij de jongeren maar al deze
pogingen blijken nog niet het succes
te hebben dat men ervan verwachtte.
Het comité van voorbereiding, waarin
onder andere de Nederlanders J. van
der Putten en An van Corstanje zitting
hebben, heeft een serie fundamentele
vragen opgesteld als: Heeft de Derde
Orde nog recht van bestaan? Hoe zal
zij zich moeten ontwikkelen om nog iets
te kunnen betekenen tussen alle vormen
van vernieuwing?
Een belangrijke grondlijn -oor een
nieuw gezicht ziet men in het concilie-
ideaal van een arme en dienende Kerk,
waarin men iets van de oorspronkelijke
Franciscaanse beweging herkent. Te
vens ziet men de noodzaak zich organi
satorisch los te maken van elke vorm
van bevoogding door de priesters. Deze
laatsten hebben op het congres dan ook
geen stemrecht.
(Van onze correspondent)
's-HEERENBERG, 27 aug. De mil
jonair Eugen Reintjes, een in april van
dit jaar overleden inwoner van 's-Hee-
renberg, heeft zijn gehele vermogen na
gelaten aan de Duitse grensstad Emme
rik. Het Willibrordus-ziekenhuis krijgt
een deel van de nalatenschap, terwijl
een ander deel is bestemd voor de uit
breiding van het ai eerder door de heer
Reintjes aan de stad geschonken Eugen
Reintjes-stadion. De miljonair heeft vijf
jaar geleden zijn grote machinefabriek
in de Duitse stad Hameln, een fabriek
met 350 man, aan de gemeente geschon
ken. terwijl hij de werknemers tot aan
deelhouders maakte. Enkele jaren gele
den schonk hij zün kostbare schilderij-
encoliectie aan een Keuls museum.
Misschien ben ik maar een domme
kapelaan, die niet goed kan lezen,
maar toch zou ik graag weten waar ik
kan vinden, dat „pastorale bewogen
heid voor de christen het enige is, zon
der dat hij door dogma's en moraal
wordt gehinderd". Als de heer de Goeij
dat even wil aanduiden, is althans
wat de vindplaats van deze opvattingen
betreft de zaak geklaard, en kunnen
we verder gaan discussiëren.
Dat de grote meerderheid der katho
lieken dit zogenaamde neo-modernisme
(waarmee de heer de Goeij waarschijn
lijk allerhande nieuwe inzichten binnen
de kerk bedoelt) „bevreemd en veront
rust over zich laat komen" weiger ik
aan te nemen. Mijn indruk is en
hier steun ik op mijn niet onfeilbare
ervaring dat vele katholieken alle
nieuwe ideeën „als een zwijgende kerk"
over zich laten komen, zoals 15 tot 20
jaar geleden nagenoeg allen deden.
Wanneer immers werd er toen over ker
kelijke en godsdienstige zaken gespro
ken9 Tegenwoordig echter zijn er naast
de zwijgenden óók velen, eri vaak heel
gewone mensen, die gelukkig niet meer
tot de zwijgende kerk horen. En ik
meen, dat onder hen juist de meesten
zich niet „bevreemd en verontrust
maar thuis en gerust beginnen te voe
len bij het veranderde kerkbesef en
Godsidee.
WEERT D. Op den Camp
Als iemand in zijn godsdienstige bele
ving baat en steun vindt in deze oer
degelijke, zuiver kerkelijke opvattingen
over Maria, wie heeft dan het recht
hem dit geestelijk voordeel te ontne
men, hem in verwarring te brengen,
ja zelfs enigermate te verketteren? Met
dezelfde vrijheid waarmee de „ultra
modernen" hun nieuwe opvattingen
over Maria verkondigen, meen ik mijn
opvattingen over Maria te mogen voor
staan en verdedigen en ik weet mij
daarbij geruggesteund door een eeuwen
lange traditie in de kerk. Ik ben er van
overtuigd, dat als men in katholiek ker
kelijk Nederland een enquête op dit
punt zou houden, een zeer grote meer
derheid het volkomen met mij eens zou
zijn-
Mag ik zo vrij zijn de rozenkrans te
bidden, omdat ik vind dat dit gebed
zo ontstellend rijk is, omdat het ons
iedere keer weer confronteert met het
leven van het heilig huisgezin, met de
lijdende stervende en verrezen Chris
tus die toch het middelpunt van ons
leven is9 Nog niet zo lang geleden las
ik een artikel, waarin de auteur de ge
lovigen in twee groepen onderverdeel
de, namelijk "degenen die voor hun
geestelijk leven de bijbel lezen en zy
die hun heil nog steeds zoeken in het
bidden van de rozenkrans. Dat er ook
gelovigen zjjn die én de bijbel lezen
en de rozenkrans bidden, ontging ken
nelijk aan zijn aandacht. Ik zal mRh
opvattingen over Maria aan niemand
opdringen, maar wens van de andere
kant vrij gelaten te worden. Allen die
in de traditionele opvattingen over Ma
ria steun voor hun godsdienstig leven
vinden, behoeven beslist niet in ver
warring gebracht te worden.
Zó zou ik willen pleiten voor „ont
theologisering": het vrij maken van het
geloof van iedere dwingende binding
aan een bepaald theologisch denken,
het toekennen van de hoogste prioriteit
aan een goede geloofsbeleving, het ma
tigen ook van de discussies op theolo
gisch gebied, zeker het matigen van
de felheid er van, en de theologische
interpretatie zó brengen dat deze strekt
tot een betere beleving van het geloof.
VOORBURG
J. A. A. Leechburch Auwers
Probleem no. 248 van P. F. Blake.
Wit geeft in 2 zetten mat. Bekroond
Hampstead and Highgate Express
toernooi.
1. e4 e6 2. Pc3 d5 3. ed5: 4. d3 d4
5. Pe4 De7 6. De2 Lf5 7 Lgö Pf6 8. f3?
(eenvoudiger, was geweest: 8. Pf6:t
gf6: 9. Lf6:) 8. - Le4: 9 de4: Db4t
10. Ld2 Db2: 11. Ddl? (Nu kwam
het er op een pion meer of
minder niet aan dus had wit Tdl
moeten spelen.) 11. - Lb4! 12. Tbl
Stelling na de 12e zet van wit:
Wit: Ke8 Dd7 fd5 Th3 Lh2 Lh5
Pc8 pion e5.
Zwart: Ke4 Ta4 Te2 Lel Pc6 Pd8
pionnen a3 b2 c2 g2 a6 a7.
Oplossing probleem no. 247 van
D. Williams: Dh5! dreigt Del mat.
dc2:f 2. Kc2:; Kfl 2. Pe2; Te2 2.
Pf3; Kd2: 2. Da5 met mat.
EPAULETTENMAT
De Proost tegen De Gronckel, ge
speeld in Antwerpen.
12. - Ld2:T 13. Kd2: Dc3t 14. Ke2
De3 mat.
Een aardig epaulettenmaat, waar
voor hier de witte dame en loper
fungeren.
Correspondentieadres: A. Perquin,
Persijn 48, Amsterdam Bvt,
Probleem voor geoefenden.
No 42"0 van G. Numan te Haarlem.
Probleem voor beginners.
No. 929 van J. H. C. Homeyer te Bad
hoevedorp.
Wit speelt en wint; oplossingen
kunnen ingezonden worden tot 15
september a s. aan B. H. M. Stevens
Eikenlaan 36, Heemstede.
OPLOSSING;
van No. 4283 van K. Karregat te Vo-
lendam:
Wit speelt naar: 23, 22, 21. 38-32, 31.
33, 3, 16 en wint.
Niet zo erg moeilijk maar goed
geslaagd. Nu geen figuranten meer
en een scherpe onleding. Ook in Vo-
lendam gaat de damsport blijkbaar
de goede weg op!
tllllllllllllllllllHIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIIIIIIIilllllllllllllllllllllllMIIIIIIHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIHIIIIIIIIIIIIIIIIIIIlil
Wit begint en wint; oplossingen
van de nummers 929 en 930 kunnen
tegelijk ingezonden worden tot 15
sept. a.s.
Met dit nummer presenteert zich
weer een nieuwe problemist. Na
aanvankelijk de stukjes voor be
ginners en daarna tevens de pro
blemen voor geoefenden te hebben
bestudeerd heeft de heer H. ge
tracht zelf wat te componeren en,
zoals we zien, niet zonder succes!
Oplossing
van no. 925 van drs. A. v. d. Elzen
te Rosmalen.
43-39, 34x32, 37x8, 3x12, 35-30. 18x29
30-24, 29x20, 25x3, 12-17, 3x21. 26x17,
41-37 en wint op tempo.
Een heel aardig en zeer goed mi
niatuurtje; de stand is goed, de ont
lading niet zonder verrassing en het
slot gaaf
Damproblematiek;
de parel van het damspel.
Onder bovenstaande titel heeft de
heer N R. Keessen te Aalsmeer een
boekje uitgegeven dat in vele op
zichten een lust voor het oog is
Zelf een verwoed liefhebber van
het dammen, voornamelijk van de
compositiekunst, heeft hij met me
dewerking van verschillende pro
minenten z.a. J. H. H. Scheyen, J
C. R. Bus, F. J v. Sterkenburg en
anderen een verzameling problemen.
studies en artikelen in een handig
en fraai gedrukt boek samengevat
en voor iedereen beschikbaar ge
steld tegen de redelijke prijs ad
f 3,75.
Op de 568 diagrammen vindt men
problemen van vrijwel alle bekende
problemisten en het spreekt wel
vanzelf dat die geselecteerd zijn, dus
tot hun beste composities gerekend
mogen worden.
De tekst, zo hier en daar verlucht
met dichtsels van de bekende dam
mer-dichter J. A. Pennings. had wel
wat „bijgeslepen" mogen worden ter
wijl de philosofische beschouwingen
van de heer J. H. H. Scheyen zonder
schade aan het geheel te doen. vei
lig korter hadden kunnen zijn
Al met al een boekje dat stellig
de belangstelling van alle dammers
waard is en ook gaarne aanbevolen
wordt.