iÉÉ Dreigende tegenstelling Rome en Spanje IN DUITSLAND, ITALIË, OOSTENRIJK EN DE BENELUX - Voortbestaan is geen vergissing van de geschiedenis Johnson als Hamlet Criminaliteit langs medicinale weg te bestrijden? PSYCHOLOGIE VAN MISDADIGER dankzij „Oorzaak misdaden is van biochemische aard' ZATERDAG 7 JANUARI 1967 Ta* DOOR DR. K. J. HAHN Christelijke partijen hebben grote moeite allen te bevredigen Geen stemmenslijtage ondanks of twintig jaar regeren Onverschilligheid is de schone vrucht van welstand en zekerheid (Van een speciale correspondent) WAT ZIJN DE OORZAKEN van mis dadigheid. Wordt iemand misdadig door de omgeving waarin hij opgroeit, of door erfelijke factoren. De bekende psy choloog H. J. Eysinck, verbonden aan de universiteit te Londen heeft in een re cent artikel het tot op zekere hoogte weer opgenomen voor de erfelijke fac toren als oorzaak van misdadigheid. Zoals bekend heeft indertijd Lombroso een theorie ontwikkeld van misdadige typen, die aan hun uiterlijk zouden zijn te herkennen. Deze theorie wordt nu ge heel verworpen, maar deze schrijver komt tot de conclusie dat de oorzaak van biochemische aard zou zijn. Zonder, te willen afdingen op de kwaliteiten van zijn voorgangers, mag wel worden gesteld dat eerst onder het regime van minister Bo- gaers de maatregelen zijn getroffen, die nodig waren om de woningnood binnen de kortst mogelijke tijd te be ëindigen. In hoeverre dit te danken was aan de minister persoonjijk of aan het samentreffen van een goede conjunctuur, een willig kabinet en een bekwaam bestuurder, laten wij buiten beschouwing. Het is moeilijk het begrip woningnood nu nog dui delijk te definiëren, want binnen het bestek van de oplossing van deze nood voltrekt zich ook een doelbe wust beleid ter verbetering van de nieuwe woningen. En juist dat laat ste aspect heeft nog onvoldoende weerklank gevonden. In Amsterdam en vele andere steden heeft men zeer bewust gekozen voor woningen ,,met toekomstwaarde dat wil zeggen woningen van een zodanige kwali teit dat ze financieel alleen haalbaar zijn voor wie bereid is terwille van meer woongenot „op zijn tenen te gaan staan". De overweging daarbij was, dat er zowel vóór als na de oor log genoeg middelmatige en slechte woningen zijn gebouwd. Wie. ook na het eind van de woningnood, zijn geld liever in een auto, lekker eten of grote vakantiereizen wil steken, kan altijd in de oude, goedkope voorraad terecht. De opvolger van minister Bogaers heeft nu in een schrijven aan de ge meentebesturen verzocht zuinigheid te betrachten bij de nieuwbouw. Men moet afzien van het „maximale ni veau" en geen woningen bouwen, waarvan de huur niet haalbaar is voor degenen „voor wie woningwet woningen in de eerste plaats zijn be stemd". Dit verzoek gaat lijnrecht tegen het bovengenoemde beleid in. Indien de minister tot dit schrijven is ge noopt door geldtekort kan men er moeilijk tegen opponeren, al blijft het de vraag waar een overheid het zwaartepunt van zijn bezuinigingen moet zoeken. Als echter de minister afkerig is van opvoering van de kwaliteit van de nieuwbouw en de formulering „voor wie de woningwetwoningen in de eerste plaats bestemd zijn de in houd geeft van een woningsubsidie voor de kleine man, dreigen er grote misverstanden. Zeker in de grote ste den gaat men bewust een ander be leid voor, dat door partijgenoten van de minister niet alleen wordt onder steund, maar zelfs is ontwikkeld. Het is goed dat men zich tijdig van deze dreigende controverse reken schap geeft. Een gemeenschap, die bij haar dynamische ontwikkeling een zo fundamenteel punt als de voortdurende verbetering van de kwaliteit van nieuwe woningen ver waarloost, maakt zich schuldig aan sociale nalatigheid. Wanneer het Vaticaan, zoals ge meld, de om zijn uitgesproken kritiek op het regiem-Franco bekend staan de abt van het Benedictijner klooster van de Montserrat bij Barcelona op dracht geeft af te treden, is er alle aanleiding van een opzienbarende gang van zaken te spreken. Iwee jaar geleden moest de abt. Dom Aurelio Escarré, toen op last van de regering-Franco, zijn land „vrijwil lig'' verlaten. Vanuit Milaan be stuurde hij sindsdien formaliter zijn abdij. YVaarom maakt het Vaticaan hier thans zo volkomen onverwacht een eind aan? Het kan bijna niet anders uitgelegd worden dan als een vrien delijk gebaar jegens het regiem-Fran co. Wat zou de geheime diplomatie van het. Vaticaan (als we deze negentiende-eeuwse. anti-clericalisti- sche term even van de rommelzolder mogen halen) tot zulk een geste be wogen hebben? En wat moeten de Spanjaarden hier wel van denken, die er via hun pers ook zij het on getwijfeld uiterst summier over worden ingelicht. Moeten ze het zien als een ponti ficale desavouering van de abt. die het destijds bestaan heeft in een in terview met Le Monde te verklaren: „Waar geen werkelijke vrijheid be staat, daar is ook geen rechtvaardig heid en dit is het geval in Spanje"? Neen toch. Wat steekt er dan achter De christen-democratische partijen zijn een sterke politieke kracht deze geheime diplomatieke manoeu vre? Alle tekenen wijzen er op, dat hier sprake is van een verheven soort ruilhandel. Volgens Le Monde ver onderstelt men in Barcelona, dat het heengaan van de abt van Montserrat moet dienen ter compensatie van de verwijdering van een andere steen des aanstoots, ditmaal in de ogen van anti-Franco gezinde Spanjaar den, te weten de befaamde abt van het klooster van de Dodenvallei, Fray Justo Perez de Urbel. Wie weet? Er is nog een andere verklaring mogelijk. Er zijn hoogst geheime onderhandelingen gaande tussen het Vaticaan en de regering- Franco over een herziening van het Concordaat van 1Q52. vooral ten aanzien van het recht van het staats hoofd bisschoppen ter benoeming voor te dragen. Het Concilie heeft uitdrukkelijk gevraagd aan staats hoofden, die zo n middeleeuws be noemingsprivilege genieten, hiervan afstand te doen. In tegenstelling tot de staat is de Kerk in Spanje in beweging. Er zijn hoopvolle tekenen van aanpassing aan de geest van onze tijd. Het zal wel onvermijdelijk zijn, dat de Kerk met zo'n halsstarrig regiem als dat van Franco handelt als ware ze zelf ook een (ultramontaanse) staat. Met alle daarbij passende geheimzinnig heid. We schrijven 1067. Met grote spanning wacht de hele wereld, of Washington en Hanoi een basis zullen kunnen vinden voor vredesonderhandelingen. Presi dent Johnson staat in eerste instan tie voor de beslissing of hij de bom bardementen op Noord-Vietnam moet laten eindigen. Niet alleen de secretaris-generaal van de Verenigde Naties, Oe Thant. maar bijvoorbeeld ook de New York Times hebben op het staken van de Amerikaanse luchtoorlog aangedrongen. Maar in Amerika wordt op de president meer den staat men bewust een ander be druk uitgeoefend door de haviken, die men vooral in het Pentagon vindt, dan door de duiven in de Senaat en elders. Als een Hamlet worstelt Johnson nu met zijn twij fels. Hij heeft slechte ervaringen ge had met de zevenendertigdaagse pauze in de bombardementen van een jaar geleden, toen Hanoi zeil geen vredesgebaar maakte, maar daarentegen het Amerikaanse ge baar als een teken van zwakte scheen op te vatten en bijgevolg een harde re koers ging volgen. Wat moet de Amerikaanse regering denken van de jongste verklaringen van iNoord- vietnamese autoriteiten? De Noordvietnamese diplomatieke vertegenwoordiger in Parijs heet een eerdere verklaring van de N°°rd- vietnamese premier verduidelijkt. IN DE DISCUSSIE over het Nederlandse par tijenstelsel en de wenselijkheid of niet-wense- tijkheid van christelijke partijen in Nederland werd laatstelijk door dr. Thom Kerstiëns terecht ook de aandacht gevestigd op de vraag hoe de bestaande christelijke partijen van Neder land in het Europese kader passen. In het kort, hij keek vanuit Europa, als Nederlander tets minder verbaasd dan de overige Europe anen, op de rijke keuze van christelijk ge- inspireerde partijen en partijtjes in Nederland wier raison d'être naast elkaar aan een buiten lander altijd iets moeilijk uit te leggen is. Hij kwam tot een aantal behartigenswaardige vast stellingen en conclusies, die de discussie zeker levendig zullen houden. Niet minder illustratief, ja voor een objec tieve beoordeling van de christelijke democratie en haar functie ook in Nederland nodig, blijkt omgekeerd, een blik in de internationale spie gel, de vraag namelijk hoe het in Europa met de christelijke democratie gesteld is en welke kracht en perspectieven ze buiten Europa heeft. Zo een thematische excursie kalmeert de gees ten en laat misschien enkele nuttige toepas singen van verworven inzichten en ervaringen op de eigen al te huiselijk, al te vertrouwd geworden omgeving toe een tijdelijke „ver vreemding" van de eigeffc haard maakt de te rugkeer spannend, de gewone omgeving tekent zich scherper af, zwakke plekken, grenzen en de goede kanten worden duidelijker zichtbaar. Wat Europa betreft, kan zonder meer ge zegd worden dat de christelijke democratische partijen zich over de gehele lijn in hun sterke positie handhaven. Het geval Frankrijk, waar - de MRP zijn voorrangspositie uit de eerste na oorlogse jaren niet kan handhaven, blijft een uit zondering waarbij moet worden opgemerkt dat het juist de Franse christen-democraten zijn die in de partij van Lecanuet een steeds krach tiger wordend alternatief voor het gaullisme èn de overigens niet erg stabiele linkse en de mocratische Federatie van Mitterand opgezet hebben. In alle overige landen, waar christen democratische partijen bestaan, zijn zij van een al te gemakkelijk vergeten of aanvaarde stabiliteit. De Italiaanse Democrazia Cnstiana geringsverantwoordelijkheden in deze landen ge dragen, ze hebben zich zonder aarzelen voor de Europese integratie en de Atlantische samen werking ingezet, ze hebben na een unieke ca tastrofe de Europese landen mee moeten op bouwen, in hun economie, en wat nog moeilij ker was, in hun democratische structuur. Dat dit grosso modo lukte en dat meer dan twin tig jaar regeringsverantwoordelijkheid geen gro tere slijtage aan mensen, stemmen en ideeën tot gevolg had, mag men niet onderschatten. Het is dan ook geoorloofd eraan te herinneren hoe lang Italiaanse, Franse, Duitse en Britse socialisten deze Europese politiek van de chris ten-democraten, en vaak op beslissende mo menten, hebben bestreden tot zij allemaal tot de overtuiging kwamen, het laatst de En gelse socialisten, dat deze buitenlandse politiek van de christen-democraten niet zo slecht was. Zo gezien is de voortbestaande kracht van de christelijke partijen moeilijk te interpreteren als een gevolg van de geestelijke traagheid van de Europese kiezers of van een simpele ver- gissing van de geschiedenis. ER KOMT ECHTER MEER BIJ. De socia listische theoretici hebben altijd de stelling verkondigd dat het een volstrekte theoretische en praktische abnormaliteit is, een „volkspar tij" te willen oprichten, die op de basis van een wereldbeschouwing de verschillende klas sen in zich wil verenigen. Deze stelling wordt heeft in de laatste jaren na een lange periode van langzame achteruitgang telkens, zij het ook tn geringe mate, de verkiezingsuitslagen kun nen verbeteren, in Oostenrijk won zij verleden jaar de parlementsverkiezingen en zij regeert nu alleen. In de Benelux-landen blijven de christen-democraten de sterkste politieke fac tor, en als er schommelingen zijn, zoals in België, dan lijden de socialisten er niet min der onder. In Duitsland heeft zich de leiding van de CDU een crisis veroorloofd die merk waardigerwijs een zeer geringe uitwerking op de verkiezingen in Hessen had, terwijl de ver kiezingen in Beieren de absolute meerderheid van de christen-democraten verbeterde.^ De christen-democratische partijen zijn de sterkste politieke kracht in Italië en Duitsland, in Oostenrijk, Nederland, België en Luxemburg, in al deze landen is de premier een christen democraat. Dit moet men in een historisch perspectief zien: vanaf 1945 tot nu hebben de christen-democraten vaak ononderbroken de re- nu nog door moderne politicologen volgehouden. Zij zien konsekwent over het hoofd hoe de so cialistische partijen van Engeland, Duitsland, Oostenrijk, etcetera, systematisch, zij het dan ook niet bijzonder opvallend, de oude marxis tische klasse-partij in een brede volkspartij gin gen veranderen die de boeren, de middenstand, ja de bedrijfswereld met steeds grotere voor zichtigheid gingen behandelen. Zeker, de chris ten-democratische partijen lukte het slechts voor een deel de omvattende volkspartij te wor den, haar sociologische structuur vindt bij de economisch machtigen en in de arbeiderswe reld spoedig een grens. Maar als men de so ciologische structuur en de tendens in de so cialistische partijen nader bekijkt, dan vindt men de trekken van een midden-partij steeds sterker te voorschijn komen. Er heeft dus een zekere aanpassing in de programma's tussen de dominerende Europese politieke stromingen plaats gehad. Dit geldt ze ker ook voor de kwestie van de wereldbeschou welijke fundering maar alleen wat haar dog matische, confessionalistische zelf-interpretatie en presentatie betreft. We kennen dit feno meen zeer goed bij het Europese socialisme: de Engelse socialisten waren steeds meer prag matici, de Nederlandse „doorbraak", het Go- desber'ger programma van de SPD, het nieuwe politieke charter van de herenigde socialisti sche partij in Italië om van Scandinavië maar niet te spreken, zij allen hebben het marxis tische dogma afgeschaft of tenminste aanzien lijk verzwakt, bang als ze zijn voor het com munistische voorbeeld, dat, zoals de Italiaanse socialist en oud-communist Ignazio Silone in zijn jongste boek „Uscita di sicurezza" zegt, het „marxisme tot opium voor het volk" maakte. MINDER ZICHTBAAR, maar toch van gro te betekenis is het feit dat de christelijke par tijen na 1945 eer, proces van deconfessionali sering doorvoerden, dat zeker in Nederland op grond van de bekende historische en maatschap pelijke omstandigheden langzamer en nu mis schien eruptief voltrokken wordt. Deze decon fessionalisering betekent niet het loslaten van de religieuze, of spirituele uitgangspunten, maar in plaats van de Kerk of het religieuze gezags orgaan treedt de „inspiration chrétienne", de oriëntering op een aantal fundamentele gees telijke waarden en principes, op een christe lijk persoonsbegrip en gemeenschapsbeeld dat in zijn openheid een grote mate van samen werking met alle mensen van goede wil mo gelijk maakt Dit proces begon in Duitsland reeds in 1945 door de nieuwe samenwerking van protestanten en katholieken, de Belgische CVP heeft reeds in 1945 met een verrijkende blik het programma ontworpen gericht op alle spirituele krachten en op alle mensen van goe de wil die de gemeenschappelijke geestelijke waarden aanvaarden. En zelfs de Democrazia Cristiana, om evidente redenen altijd nauw ver bonden geweest met het kerkelijk gezag, heeft zich aan deze ontwikkeling niet onttrokken. Een jaar geleden onderstreepte de leider van de Italiaanse partij, Mariano Rumor, de autono mie van de christelijke politieke beweging open lijk tegenover de kerkelijke autoriteiten. Het is dus hier niet meer de vraag: decon fessionalisering of niet, veeleer de vraag of een gedeconfessionaliseerde, maar wel christe lijk geïnspireerde partij open, dynamisch en politiek „eucumenisch" in haar samenstelling tegenover een zuiver pragmatische, als het wa re politiek „technische" partij bestaansrecht heeft. De feiten in Europa tonen duidelijk aan dat de Europese kiezers, hier in het algemeen po sitief op reageren, op voorwaarde echter, dat zich de christelijke partijen inderdaad niet op sluiten in een pseudo-dogmatisch heilig huisje en dat zij een concrete sociale en economische politiek weten te voeren. Wat het eerste be treft, deze voorwaarde wordt in het algemeen ik spreek hier dus van Europa en niet van Nederland wel vervuld. Wat het t\«eede be treft, bestaan er natuurlijk moeilijkheden. De christelijke partijen hebben geen geringe moei te vanuit de midden-positie van een volkspar tij een economische en sociale politiek te voe ren, die alle betrokkenen bevredigt. Men mag ook niet vergeten dat de christelijke partijen na 1945 een geheel nieuwe fase van hun ge schiedenis ingingen. Voordien waren ze vaak minderheidspartijen die beperkte kerkelijke be- langen of belangen van hun volksgroep behar tigden. Na 1945 werden ze eensklaps meer derheidspartijen die voor hetg - staat, voor de grondwet zelfs dn ItaliëSe» Duitsland) en voor de wedei opbouw, woordelijk werden. Zij het in wisselende en van land tot land verschillende coalities. Hun pro fiel draagt nu eens meer liberale, dan weer meer conservatieve, of progressieve trekken. Dit verklaart voor een belangrijk deel waar om de christen-democratische partijen soms een aarzelende, niet scherp geformuleerde so ciaal-economische politiek ontwikkeld hebben, zeker daar waar de eigen sociale organisaties van de christenen verdwenen of aanzienlijk verzwakt werden. Dit verklaart ook waarom verschillen - hier en daar zelfs tegenstellin- gen ontstonden, die een grotere homogeni teit van de christelijke democratie in Europa tegenhielden. Is dit echter in alle opzichten een bezwaar? De christelijke partijen van Eu- vormen, wat hun concrete programma s monolithisch blok, al zijn ze het echter moedige mensen en competente aanpak van de concrete maatschappelijke problemen, een zekere ideologische zelfvoldaanheid daar, waar een constructieve politieke oplossing nodig is, kortom, een te gering contact met de maat schappelijke realiteit en haar trends. HET LIJKT ONS daarom noch mogelijk noch nodig mët een schone lei in het Nederlandse partijenstelsel te beginnen. Er bestaat een ze kere neiging tot een neo-piëtisme van de moderne christen, die als het ware met lege handen, maatschappelijk ongewapend en onge steund door „structuren" zijn taak in deze we reld wil vervullen. Dit is niet minder illusoir dan het starre vasthouden aan gesloten „con fessionele" instellingen uit een verleden waar deze nog wel zin hadden. Misschien is in dit opzicht van de christelijke democratie van Latijns Amerika iets te leren: ze ontstond in het algemeen pas enkele de cennia geleden, en zonder de historische hy potheek, waarmee de Europese christelijke par tijen belast zijn, maar ook zonder de sterke traditie van de christelijke sociale beweging, moest zij zich ontwikkelen niet als verlengde arm van de hiërarchie, maar vaak tegen de ropa betreft, geen eens over de uitgangspunten. Wat hun fataal zou kunnen worden, is het gebrek aan wil, zeker zonder de steun daarvan. Ze is, in een dramatische situatie, zeker een politieke beweging, die tn de sociale en economische po litiek niet van moed en fantasie gespeend is, en zij kan het zich niet veroorloven, een confessio neel gesloten minderheidsgroepje te vormen. En toch: deze christelijke democratie die La tijns Amerika het enige alternatief tussen com munisme en liberaal conservatisme van voor de industriële revolutie biedt, houdt met een verrassende taaiheid aan haar christelijke inspiratie vast en begrijpt niet zo zeggen de leiders In dit subcontinent hoe men de rijkdom van deze geestelijke bronnen ook en juist in zijn maatschappelijk-politieke activiteit als christen zou willen loslaten. En dit brengt ons tenslotte op het laatste punt dat eveneens door dr. Thom Kerstiëns werd aangehaald en reeds vaker ter discussie stond: de betekenis van de culturele Inbreng van een open politieke beweging uit christelijke inspi ratie, een maatschappij waarin het wereldbe schouwelijke, geestelijke, culturele engagement het verliest tegenover vreedzame onverschillig heid, de schone vrucht van de welstand en de zekerheid. De zware verplichting die hierin voor iedere christen en zeker voor een chris ten-democraat schuilt, dwingt tot een veel gro tere inzet op dit gebied en tot grotere beschei denheid in het algemeen. Zo gezien, zijn er nog vele, zelfs nieuwe kansen. Ze eisen een vernieuwing waaraan intussen de christelijke partijen niet alleen in Nederland reeds werken. De geestelijke ver trekpunten zullen worden vastgehouden, zonder dat men alleen de gevangene van een traditie wordt en tegelijk moet uit de geest van open heid duidelijk worden, hoe sterk men geïnspi reerd is door de universele solidariteit tegen over de maatschappij en de mensheid. Er is voldoende terrein open om dit vandaag waa te maken. Het voorstel van Washington om in contact te treden met Hanoi zal wor den „onderzocht en bestudeerd op voorwaarde dat de bombardementen „definitief en onvoorwaardelijk worden stopgezet. Hanoi zal dus niet reageren op een pauze, maar uitsluitend op een verzekering van Washington, dat de luchtoorlog on der geen enkele omstandigheid her vat zal worden. Voor deze verzeke ring krijgen de Amerikanen slechts een vage toezegging van een ge sprek. Door de Noordvietnamese premier was deze week de indruk gewekt, dat zijn regering niet meer vasthield aan aanvaarding vooraf door Ame rika van de formele eisen van Hanoi. De hoop is enkele dagen later weg genomen door de Noordvietnamese diplomaat in Parijs. Letterlijk ver klaarde hij: „De Verenigde Staten moeten eerst het Nationale Bevrij dingsfront van Zuid-Vietnam erken nen, dat de enige echte vertegen woordiging is van het volk van Zuid-Vietnam. De V.S. moeten met het front onderhandelen en alle kwesties regelen Het struikelblok in deze verklaring is het woord: „enige". Washington is bereid het front, de politieke organisatie van de Vietcong, als één maar niet als enige Zuidvietnamese onderhande lingspartner te aanvaarden. Hij meent dat het sociale gedrag van de mens een gevolg is van een zogenaamde ge conditioneerde reflex. Deze is door de Rus sische geleerde Pavlov ontdekt. Het bekende voorbeeld is van de hond die steeds als hij voer kreeg een bel hoorde rinkelen en dan ook al speekselafscheiding krijgt als hij alleen het ge luid hoort zonder dat er verder iets gebeurt. Bij deze nieuwe ontwikkeling van de psycho logie van de misdadiger wordt er nu van uitge gaan dat de mensen sociaal goed handelen om dat daar ook iets aangenaams aan verbonden nu van uit dat een ring vatbaar zou zijn is het zogenaamd extra verte; de actieve, zich uitende mens. Het is aantoonbaar geworden dat dit type ook door chemische middelen te beïnvloeden is en meer introvert te maken is. Werkelijke proeven om te bewijzen dat ze dan ook beter te conditio neren zijn, heeft de schrijver nog niet gedaan Hij acht het alleen mogelijk. Hoewel er veel kritiek op deze theorie mogelijk is kan zij toch helpen op een nieuwe weg om de misdadigheid te bestrijden. De kritiek is gedeeltelijk van mo rele aard: hebben wij het recht, over te gaan tot een dergelijke lichamelijke lnSr®ep 11 Is dit niet een te sterke in de ander? Men kar een ander mens? greep in de vrijheid van aan verbenden is. De schrijver gaat er minder reageert op deze con- Bij honden is dit dooi een experiment bewezen. Het blijkt nu mogelijk te zijn de vatbaarheid voor conditionering door chemische middelen te beïnvloeden. Het mensentype dat minder voor conditione- bepaalde groep ditionering dan andere. daarop antwoorden dat deze theorie al uitgaan van een onvrijheid van de mens tegenovei zijn eigen afkomst. De mens zou volgens deze opvatting immers tot misdadigheid zijn be stemd door biochemische factoren. HIER KOMT DAN OOK onmiddellijk hel tweede deel van de kritiek. Waarom worder niet alle extraverte mensen misdadig maai slechts een deel van hen die deze karakter structuur hebben? In werkelijkheid gaat het slechts om een heel klein deel van hen, omdat wij het aantal extraverten zonder bezwaar op omstreeks de helft van de wereldbevolking kun nen stellen. Daarnaast zijn er zeker ook intro verte misdadigers. Bij hen zijn overigens ook wel andere ziektefactoren aan te wijzen 'e misschien ook wel langs medicinale weg ben deld kunnen worden. Maar zelfs lndje^^e^n^reUvraagpunten die opgewTpe" worden dooi het artikel dat prof Eysinck over dit onderwerp schreef in de Science Journal. Waardoor bijv vindt de con ditionering plaats? Ongetwijfeld door de wijze waarop de omgeving van de mens op zijn han delingen reageert. Daardoor zijn wij terug bij de opvatting dat de misdadigheid wordt ver oorzaakt door de omgeving. Het is maar wat men oorzaak noemt. In de opvatting van deze schrijver kunnen personen met een bepaalde ka rakter-structuur onder gegeven omstandigheden misdadig worden. Wat is nu de oorzaak, de ka rakter-structuur of de omstandigheden. Het feil dat de meeste mensen met dezelfde karakter structuur niet misdadig worden maakt toch dal wij normaal die omstandigheden als oorzaak zullen beschouwen. Een andere, grote* vraag in dit verband is. speelt het feit dat in de maatschappij zoals die nu is straf bestaat, een rol bij de conditionering tot niet misdadig gedrag? Wai is buitendien misdadig gedrag? Dit kan in de tijd veranderen. Sommige handelingen die vroe ger als misdadig werden beschouwd worden dat nu niet meer en omgekeerd. Iemand die voor een omwenteling als misdadiger wordt ge straft kan de geschiedenis ingaan als een held Misdadigheid is vaak te beschouwen als een vorm van maatschappelijk verzet maar met iedere vorm van verzet is nu ook misdaad. Iemand kan zich verzetten tegen de normen en regels van een groep, niet omdat ei iets fout is aan hem maar omdat er iets fout is aan de groep. Toch zijn de mensen die zich zo verzetten ook meestal extravert van karak ter-structuur. Op hen berust echter veelal de maatschappelijke verandering, zo al niet de vooruitgang. Indien mer hen ook op deze wijze ging behandelen dan zou de maatschappij een ongewenste stabiliteit krijgen. VOORDAT MEK de opvattingen van deze schrijver in de praktijk gaat brengen zal men dus eerst moeten vaststellen wat nu precies een misdadig handelen is Én dan nog is het nie duidelijk hoe men hiermee iets meer zou kun nen voorkomen dan het terugvallen in de een maal begane misdaad. Eerst moet namelijk vastgesteld zijn dat iemand een misdaad hee gepleegd binnen het kader van de wetenschap pelijke definitie van dat woord en dan pas kan deze methode op hem worden toegepast. Zelf zal hij dit dan waarschijnlijk nog als een stra* beschouwen, omdat iedereen nu eenmaal d® heeft iedere behandeling, die word als gevolg van een onsociaal gedraë als" straf te zien Als zodanig zal ook deze me' thode, alleen achteraf roe te passen, meew®1 ken aan de conditionering. Hoe wei dus veel kritiek mogelijk is, kan dez® opvatting ook van veel betekenis worden, p schrijver begaat alleen, zoals zoveel theoretic de fout zijn opvatting nu onmiddellijk te zi als de enige oplossing voor alle gevallen. zou het zijn te zeggen: in bepaalde geval wordt de mens misdadig doordat hij ongeac andere oorzaken onvoldoende tot sociaal is geconditioneerd; in die gevallen kan een bi die langs waar?* Ip neiging gegeven chemische factor aanwezig zijn, dicinale weg kan worden behandeld, herconditionering kan worden bereikt. ■te(> andere gevallen zullen andere middelen worden gebruikt. Er bestaat nu eenmaal niet oorzaak voor onsociaal gedrag, maar een a tal verschillende oorzaken.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1967 | | pagina 16