De Rembrandt van Weimar gaat terug naar Duitsland Bijdragen concilie van organisaties Het geruchtmakende werk van William Manchester onverkort exclusief in losse nummers 55 cent „Russisch concert met Nikolai Petrol Verhalen bouwen Gestolen zelfportret in Washington te zien Middelaar tussen muziekschepper en toehoorder RAPPORT OVER MEDISCHE FACULTEIT KOOP GEEN Spin koop kwaliteit in de seizoenfinale van KOOP GEEN SPIJT koop kwaliteit in de seizoenfinale van VERWANTSCHAP MET NEDERLANDS MUZIEKLEVE^ ■1 1 lilPSPt EEN SHOWER VAN AKKOORD!^ Tijd voor een Tientje per dienst Quintet in De Doelen Waldo Frank overleden Onthulling WOENSDAG 11 JANUARI 1967 peek cloppenburg WASHINGTON, 11 jan. Een zelfportret van Rembrandt, dat deze week in de National Gallery in Washington wordt tentoonge steld voordat het teruggaat naar West-Duitsland, is door de Ame rikaanse regering 20 jaar in depot gehouden om te vermijden, dat het op een publieke veiling zou moeten worden verkocht, zoals de wet vereist. Het doek ver dween op 18 april 1922 uit het museum van Weimar. Na 45 jaar kan men het weer in het open baar zien. peek cloppenburg 4, Dit is het zelfportret van Rembrandt, dat in 1922 uit het museum van Weimar verdween. EINDHOVEN, 11 jan. De| „Commissie voorbereiding Medi sche Faculteit Eindhoven" heeft vandaag een eerste rapport ge-| publiceerd over de organisatori sche en technische mogelijkheden die hier voor de oprichting van zo'n faculteit aanwezig zijn. Kern punt van het rapport is een plei dooi voor een intensieve samen werking tussen de faculteit der geneeskunde en beoefenaren van natuurwetenschappen en techni sche wetenschappen. CmRL SCHURICHT i' Uier hoopt. Eindhoven de achtste medische faculteit te bouwen. Peter Bichsel: Eigentlich möchte Frau Blum den Milchmann ken nen lemen. W alter-V erlagOlten und Freiburg im Breisgau; 1966, 48 blz. DIT BOEKJE verscheen in 1964 ▼oor de eerste maal als bibliofiele uitgave. Voor de op nog geen vijftig bladzijden afgedrukte eenentwintig tek sten kreeg de jonge Zwitserse onder wijzer in 1965 de veelbegeerde prijs van de „Gruppe 47" die in feite een aan moedigingsprijs is voor nog onbeken de maar veelbelovende schrijvers. Bichsel heeft een heel aparte ma nier van schrijven. In het eerste „ver haal" bouwt hij heel behoedzaam met korte hoofdzinnen een flatgebouw op. Verdieping na verdieping verschijnt in grove omtrekken, ze worden verbon den door een trap, elementair aange duid als in een kinderprentenboek. De mens in dit gebouw wordt tastbaar door de geluiden, door de etensluch- tjes, door de vloekende monteur aan het elektriciteitskastje, door zonne vlekken op de trap tussen de tweede en derde verdieping in de lente „op vier april bijvoorbeeld". Het beste ver haal is misschien „Der Milchmann" dat in de titel van de bundel uitvoe riger is aangeduid als „Eigentlich möchte Frau Blum den Milchmann kennen lernen". Het kontakt tussen de melkboer en mevrouw Blum vindt plaats via haastig gekrabbelde brief jes en beperkt zich tot de dagelijkse bestelling en het wisselgeld. De melk boer komt 's morgens om vier uur, mevrouw ziet hem nooit. Beiden heb ben van elkaar een bepaalde voorstel ling. „In het eerste elftal heeft eens een Blum gespeeld, die heeft de melk boer gekend en die had afstaande oren. Misschien heeft mevrouw 31um ook afstaande oren." Maar een nader kon- takt komt nooit tot stand, het blijft bij de beleefde, nuchtere briefwisseling Bichsel demonstreert op deze eenvou dige, maar tegelijk geraffineerde wij ze de geïsoleerdheid van de mens in de huidige samenleving. ..En eigenlijk zou mevrouw Blum de melkboer graag willen leren kennen. De melkboer kent mevrouw Blum, ze neemt 2 liter en 100 gram boter en ze heeft een melk- pannetje met deuken." Van Bichsel mag men nog veel verwachten. Msn J9 ADVERTENTIE UTRECHT, 11 jan. Voor gediplo meerde organisten is een honorarium van tien gulden per kerkdienst ruim voldoende. Dit is in de gereformeerde kerken het standpunt van het bestuur van het landelijk verbond van com missies en van beheer. (Van een correspondent) Het zelfportret, dat in 1643 gesig neerd en gedateerd is, behoort tot de drie oude meesters, die spoedig na de eerste wereldoorlog uit het Weimar- museum gestolen werden. Na onder geheimzinnnige omstandigheden in ae Verenigde Staten te zijn aanbeland, moesten ze volgens een wet uit de tweede wereldoorlog als eigendom. van de vijand verkocht worden. De wettelijke strijdvr&ag is nooit ge heel opgelost, totdat het ministerie ven justitie met een speciaal wetsont werp kwam, dat de afgelopen herfst door het Congres is aangenomen. Hierdoor kunnen de werken uit het de pot van de National Gallery worden opgediept en een korte tijd aan de Amerikaanse kunstminnaars worden tentoongesteld om vervolgens naar West-Duitsland terug te keren. De „Rembrandt van Weimar" werd geschilderd in het jaar na de dood van Saskia, Rembrandt's echtgenote, tevens het jaar na de voltooiing van de „Nachtwacht". Men zou het een voorbode kunnen noemen van de som bere portretten uit Rembrandt's latere jaren. De andere gestolen schilderijen zijn: „Portret van een man" van Ge rard Terborgh en het „Portret van een jonge vrouw" van Tischbein. De doeken moesten in een zekere mate door de National Gallery geres taureerd worden, daar ze vele jaren opgerold gelegen hebben op de zolder van een loodgietersechtpaar in Ohio. ADVERTENTIE NIET HET AANVANKELIJK aan gekondigde Allegri-Kwartet maar het uit Italiaanse strijkers bestaande Boccherini-Quintet concerteerde dins- dagavond in de Kleine Doelenzaal voor de leden van de Kamermuziek vereniging. Deze omstandigheid bracht met zich mee dat ditmaal een genre kamermuziek werd beoefend, dat doorgaans in de uitvoeringsprak tijk zelden aan bod komt: de strijk kwartetcombinatie, niet met toevoe- fing van een tweede alt, zoals bij Mo zart en Beethoven gebruikelijk, maar met een tweede cello, waardoor de mogelijkheid geopend wordt voor sug gestieve, donker getinte klank-effec- De Italiaanse cellovirtuoos Bocche- rini geldt als de schepper van deze kamermuziekvorm en kon dus met recht als naamgever van het ensem ble fungeren. Het spreekt welhaast vanzelf dat op het programma ook een van zijn werken voorkwam, het Quintet in F opus 13 no. 3. Aan de beide cglli wordt daarin een niet on belangrijke rol toebedeeld, maar het was toch opmerkelijk te moeten con stateren, dat Schubert in zijn uitvoe rige, veelal wonderlijk mooie Quintet in C opus 163 een veel rijker gebruik maakt van de timbre-mogelijkheden. In zijn genoemde quintet komt Bocche- rini boven een gemakkelijk en bij mo menten uiterst gracieus epigonisme van de Mannheimerschool niet uit. Al leen in het Largo breekt een zekere mate van verdieping en persoonlijk accent door. Muzikaal gezien gaven wij de voorkeur aan het Quintet in F van Cambini, een uitermate vrucht baar maar thans vrijwel vergeten componist uit de tijd van Mozart en Beethoven, op wiens naam onder meer het enorme aantal van zestig symfo nieën en 144 strijkkwartetten staat. Het quintet van Schubert torent hoog boven de beide andere werken uit en het was daarom te betreuren dat het ensemble hierin juist tot de minst be vredigende resultaten kwam. C.v.R. (Van onze speciale verslaggever) DOORN, 11 jan. Eigener bewe ging heeft een vijftigtal katholieke organisaties zich bereid verklaard bij dragen te leveren aan het Pastoraal Concilie. Verwacht wordt dat er nog vele verenigingen en instellingen zul len volgen. In eerste aanleg zijn al veertig vertegenwoordigers uit het ka tholieke organisatieleven twee dagen in gesprek geweest, met elkaar en de concilieleiding, om een geschikt werk patroon op te bouwen. Dit is gebeurd in het A.C. de Bruyn-instituut, waar ter kennisneming ook waarnemers aan wezig zijn geweest van kardinaal Frings en enkele andere Westduitse en Oostenrijkse bisschoppen. Het bijeengekomen gezelschap noem de zichzelf weldra „de levende Pius- almanak". De vertegenwoordigde ver enigingen, instituten en organisaties liepen wat taak en aard en omvang betreft nogal uiteen. Zoals mgr. L. Rooy- akkers samen met pater W. God- dijn belast met de dagelijkse leiding het uitdrukte, was het ook voor de Con- cilieleiding nog niet helemaal duidelijk geweest hoe het organisatieleven moest functioneren in de gehele conciliema chinerie. Bovendien ontbraken er ook nog heel belangrijke. Maar na twee dagen praten begon men licht te zien. Er vormden zich vier groepen, die men achtereenvolgens zou kunnen van gen onder de noemers: sociale organi saties (met behalve NKV, Arka, Adel- bert ook bijv. Kath. Vrouwengilde en Bedrijfsapostolaat), Onderwijs, (vor mingswerk, katechese), Charitas en Jeugd. De vijftien punten die door de concilieraad zijn aangewezen als vraag stukken die met prioriteit door het Pastoraal Concilie behandeld moeten worden, werden voorgelegd aan de deelnemers. Een vraag was: Welke vraagstukken zal de groep waartoe u wil behoren opnemen in de verdere besprekingen in eigen kring? En ver der: Meent u dat de eigen organisatie- problematiek voldoende terug te vin den is in de vijftien gestelde punten van het prioriteitenschema? In verscheidene instellingen en vere nigingen was het congiliegesprek al op gang gebracht of was men druk doende zich te bezinnen op de vraagstukken van het eigen milieu. Zonodig zal men de resultaten kenbaar maken aan de concilieraad. Van meerdere kanten werd gevraagd in ieder geval de con- ■t fessionaliteit of deconfessionalite1 3; organisaties ter sprake te brengt ff dit niet onder een der punten va» prioriteitenschema te rangschikk® e,j •zijn. Vanuit de „Jeugdgroepen' erf vond men dat in het prioriteit®" «p ma te zeer het zoeklicht op de P\. pUj; wereld ontbreekt, en dat te zeer m de huidige structuur van de kerk zjc' gedacht, met het gevaar dat me afsluit voor hetgeen er zou leye x aanzien van deconfessionalisatie» mocratisering, etc. Van enkele k is ook de noodzaak benadrukt on1 ingediende rapporten voorlopig aL# sis-rapporten en dus als gespr®*1 s; te beschouwen, dus beslist niet eind-rapporten. Het zal immers 6j een enorme opgave zijn om m' Af dragen te coördineren, en de 0 linge waarden tegen elkaar af »eJ gen. Vanuit de caritas-sector had behoefte aan een sub-secretariaa' de samenhang van de voorligS i vraagstukken kon bestuderen, 0 een nieuw studieschema van te «"y Ook vroeg men vanuit deze sector dacht voor het begrip caritas, band met de vermaatschappeiv^j van de menselijke dienstverlening- J zijn de consequenties, ook ten aa.ati' van de confessionaliteit der chari ve organisaties? r Het bedrijfsapostolaat vroeg b® f dering van de waardering voor he jt beidsleven en van de verantwd jS: lijkheid van de kerk jegens de t< schappij. Het Vrouwengilde was „f, uitstek geïnteresseerd in de Pu,0off waarin gesproken wordt over verkondiging aan jongeren en voi jjl senen" en „Huwelijk en gezin jeugdgroeperingen waren de °v trcï ging toegedaan dat zij zich aang® - ken moeten voelen tot alle punten f: in het concilie ter sprake komen» dat de stem van de jeugd bij.? aanhangig zijnde vraagstukken gen zou moeten worden. J Deelnemers uit de onderwijs-s® -s toonden zich evenals anderen trouw dankbaar voor deze ontmoeting, was hierdoor op eikaars spoor 8 en was gaan zoeken naar een voor mogelijke samenwerking. Deze ontmoeting zal door andere volgd worden; men zal te horen j gen wat het concilie met de bijdr»? gaat doen, en de relatie zal vooj' de toekomst verder aangehaald den. NEW Y(?RK, 11 jan. (Reuter) De Amerikaanse schrijver Waldo Frank is maandag op 77-jarige leeftijd in New York overleden. Frank, die in Latijns-Amerika geliefder was dan im eigen land, werd wel de literaire ambassadeur voor Latijns-Amerika ge noemd. Drie boeken, die hem in dit gebied bekendheid verschaften, zijn ge titeld „Virgin Spain", „South Ameri can Journey" en „Birth of a World", een biografie van de Zuidamerikaanse bevrijder Simon Bolivar. Het echtpaar had de Rembrandt, waar van de waarde door een kunsthande laar in New York, op liefst 2.700.000 gulden is getaxeerd, aan verschillen de plaatselijke antiquairs laten zien, om zich ervan te vergewissen, of het een vervalsing of in het gunstigste geval een kopie betrof. In 1945 stelde het echtpaar zich in vèrbinding met het Dayton Art Insti tute, waar men practisch onmiddellijk alle drie de schilderijen herkende. Een jaar later .bepaalde het ministerie van justitie, dat de schilderijen als vij andelijk eigendom moesten worden be schouwd. De loodgieter onthulde tegenover de functionarissen van het ministerie, dat hij tijdens een weekeinde in New York ln 1934 in een café met twee Duitse zeelieden kennis had gemaakt. Zij lie ten hem drie opgerolde doeken zien. Hij had echter geen belangstelling ge toond en was met drinken doorgegaan. Toen hij de volgende ochtend tot zijn positieven kwam, vond hij de drie schilderijen naast hem liggen. Zijn por tefeuille was echter verdwenen. Het Congres bepaalde, dat de schil derijen aan West-Duitsland moeten worden gegeven, ,,in trust" voor het Weimarmuseum, dat zich in Oost- Duitsland bevindt. Het museum krijgt ze niet terug, zoals enkele in politiek opzicht onkundige kunstminnaars had den verwacht. De Verenigde Staten erkennen het communistische regiem namelijk niet. Justitiële autoriteiten hebben zich thans over het vraagstuk gebogen hoe men de Westduitsers in de gelegen heid zal stellen om de schilderijen te bezichtigen. Carl Schuricht groot dirigent Met de 85-jarige Carl Schuricht is weer een uitzonderlijk orkestleider heengegaan. Men zag zijn tengere, broze gestalte die de laatste jaren meer geest dan mens leek, nog het vo rig jaar tastend en wankelend het di- rigeergestoelte in de grote Kurzaal be klimmen om zijn zwanezangde ze vende Symfonie van Bruckner bij het Residentie-Orkest te leiden. Hoe wan kel zijn uiterlijke verschijning de laat ste jaren ook geweest moge zijn, zodra hij bevend de maatstok verhief was het alsof alles werd opgeheven naar een sfeer buiten de stof. Zijn dirigeertech- ADVERTENTIE DOOD UWE» PRESIDENT revu Geneeskunde vindt in Eindhoven de techniek (Van onze verslaggever) Het rapport opent met een citaat van Hermannus Boerhaave (1668-1738), die o.a. betoogt „dat van twee genees kundigen die gelijke ervaring in hun vak hebben opgedaan, hij het meest geschikt is om zijne wetenschap voor uit te brengen, die meer dan de an der met de regelen der Mechanica vertrouwd is." „In de jaren na de tweede wereldoorlog", zo sluit het rapport daarbij aan, „is de genees kunde in toenemende mate gebruik gaan maken van de methoden en hulpmiddelen die door de techniek beschikbaar worden gesteld. De tech nische fysica, de werktuigbouwkunde, de elektrotechniek en de scheikundige technologie hebben belangrijke bijdra gen geleverd. Ook de snelle ontwikke ling van de computertechniek, van de bedrijfskunde en van de operations re search zijn van grote betekenis voor de ontwikkeling van de geneeskunde en voor de uitoefening van de genees kunst. Reeds vóór het vraagstuk van de achtste medische faculteit ter sprake kwam, heeft zich te Eindhoven een coördinatie-commissie van medi sche en technische specialisten ge vormd, die de medisch-technische re search stimuleert. Aan de andere kant stelt de snel toe nemende „technisering" van het per soonlijk en maatschappelijk leven techniek en industrie voor tal van vraagstukken, die betrekking hebben op de geestelijke en lichamelijke ge zondheid, en die slechts in samenwer king met medische onderzoekers kun nen worden behandeld. De samenwerking tussen medische faculteit en technische hogeschool zal voor overwinning van drempelvrees, voor ontmoeting, gesprek en rationele coördinatie grote mogelijkheden bie den. Het vraagstuk is van zodanig be lang. dat bij de institutionalisering van een samenwoning als in deze nota wordt voorgestaan, naar vormen van organisatie moet worden gezocht, die niek was nl. zó feilloos, dat ze boven iedere vakmatigheid uitgroeide. Deze indruk werd nog versterkt door zijn gewoonte om met uiterst spaar zame middelen, zonder een zweem van vertoon, puriteins bijna, zijn intenties over te dragen op het honderdkoppig instrumentaal ensemble. Deze bijna vreemd geworden ingetogenheid bij di rigenten, spruitte voort uit zijn diepste muzikale drijfkracht om zich midde laar te tonen tussen de muziekschep per en de toehoorders. Juist door deze gesteldheid wist hij door te dringen tot de eenzame hoogten waaruit b.v. de symfonieën van die Oostenrijkse exta- ticus, Anton Bruckner, zijn voortgeko men. Het is dan ook een bestiering dér goden dat Bruckners meest even wichtige schepping, de Zevende Symfo nie, Schurichts vaarwel is geweest aan ons Nederlands concertleven en dat bij MMS hiervan een opname als laat ste waardevolle document is versche nen. Onder de geslaagde opnamen van MMS moet in dit verband ook nog de Vierde Symfonie en de Tragische Ouverturen van Brahms worden ge noemd. Maar we zouden deze oud-leerling van M. Reger en van Humperdinck te kort doen met hem alleen in het laat- romantische kader der Duitse muziek te rangschikken. Tijdens zijn langdurig verblijf in Nederland als eerste diri gent van het U.S.O. (toen W. van Ot- terloo in de Domstad nog tweede di rigent was) en als vaste dirigent bij het Residentie-Orkest tijdens de Kurhaus- zomerconcerten van vóór de oorlog en incidenteel daarna bij het Concertge bouworkest, heeft hij een breed spec trum bestreken zowel van Franse mees ters der eeuwwende als van eigen Ne derlandse componisten. Voor hoeveel muziek van Nederlanders heeft hij niet een lans gebroken? Men zou door deze onbaatzuchtige in zet voor de Nederlandse componisten welke hij' o.m. op het Nederlands Mu ziekfeest te Wiesbaden heeft voortgezet, kunnen gewagen van een grote ver wantschap met onze eigen muziek- aard. Juist zijn bijna asketische inge keerdheid, welke enkele malen als een steekvlam kon uitschieten, kwafl» ec heel overeen met onze eigen, niet dadige, bijna religieuze wijze van J ziekmaken. Om deze reden verwi®Ltt' ook zijn Bruckner-Cycli in het Kur",/ tot ver buiten de grenzen verma heid, een reputatie van zomerc?" ten die na de oorlog met Schurich1 grave is gedaald. A MARIUS MONNIKEN^ optimale mogelijkheden bieden", aldus het rapport. Van dezelfde opvatting getuigt een bij het rapport gevoegd schrijven van de afdeling Eindhoven van de Konink lijke Maatschappij tot Bevordering van de Geneeskunst, waarin o.a. ge steld wordt, dat (Ie aanwezigheid van de technische hogeschool de mogelijk heid biedt om in Eindhoven een spe cifieke studierichting te ontwikkelen en hierdoor een aparte bijdrage aan de medische wetenschap in Neder land te leveren. Overigens zegt de commissie-Posthu- mus die het rapport aan de ge- .meente heeft uitgebracht dat zij zich er volledig van bewust is, dat de mens en zijn gezondheid in het mid delpunt van aandacht en inspanning behoren te staan en dat in de ge neeskunde de technische hulpmiddelen een dienende functie hebben. Dat geldt eveneens voor de wetenschappen van mens en maatschappij, waarmee eveneens een intensieve samenwerking noodzakelijk wordt geacht. „Bij de op bouw van de technische hogeschool Eindhoven is, in overeenstemming met het groeiende inzicht in de bete kenis van deze wetenschappen voor technisch wetenschappelijk onderwijs en onderzoek, een onderafdeling wijs pen geconstitueerd, die indien no dig verder uitgebreid, en waar moge lijk in samenwerking met elders ge- begeerte en maatschappij-wetenschap- vestigde instellingen voor weten schappelijk onderwijs ook bij het geneeskundig onderwijs een functie zal kunnen vervullen", aldus het rapport. Met „elders gevestigde instellingen voor wetenschappelijk onderwijs wordt kennelijk gedoeld op de katho lieke hogeschool in Tilburg, die in de Eindhovense visie goed blijft voor de A-faculteiten, al kondigt hetzelfde rap- Dort in een verloren regeltje op pagi na 16 alvast aan, dat de commissie in een volgende studie graag wil in gaan op een eventuele „alleszins denkbare" uitgroei van de Eindho vense hogeschool tot universiteit. De thans naar buiten gebrachte Eindhovense argumentatie is geheel overeenkomstig hetgeen wij in onze publicatie van 2 januari al als Eind hovense zienswijzen naar voren heb ben gebracht. Gewezen wordt op de aanwezigheid van bouwterrein annex aan de TH, op de accommodatie die al ter beschikking staat, met name in de voorzieningen voor het propaedeu- tisch onderwijs in de chemie en na tuurkunde, waar gedurende de eerste jaren voldoende gelegenheid is voor praktica voor eerste-jaars medische studenten; op het centrale auditorium met zijn collegezalen, voorbereidings- kamers, senaatszaal, discussieka mers en kantine; en op de centrale bibliotheek. Verder wordt gewag gemaakt van de bereidheid van de Eindhovense zie kenhuizen om mee te werken aan de bouw van een academisch ziekenhuis van 800 bedden, door hun eigen reeds goedgekeurde bouwplannen te tempo riseren en een deel van de geplande bedden „in te brengen" in het aca demisch ziekenhuis, dat een apart be stuur zal krijgen, waarin de verschil lende levensbeschouwelijke richtin gen vertegenwoordigd zijn. IN ZEKERE ZIN zou men de rol van Prokofieff in de Russische muziek kunnen vergelijken met die van Ri chard Strauss in de Duitse. Beiden zijn zij geen vernieuwers, maar epi- gonen, nabloeiers van de romantiek. Zij waren handige hanteerders van traditionele vormen en gegevens, die met koel kunstenaarschap en heel veel theater-feeling de romantische senti menten ten top en soms ab absurdum dreven. Ontzagwekkende vaklieden, die veel stijlen beheersen, en nooit verlegen waren om invallen. Pro kofieff zei van zichzelf: „Meestal be schik ik over thematisch materiaal voor een half dozijn symfonieën _als ik aan een groter werk begin. Dan wordt er gewerkt aan het uitzoeken en rangschikken". Prokofieff heeft mij nooit kunnen overtuigen, zoals Tsjai- kowski steeds weer doet van de nood lottige onafwendbaarheid van zijn scheppingen. Dit verschil in echtheid en innerlij ke noodzaak trad dinsdagavond in het Concertgebouw te Amsterdam weer duidelijk aan de dag, tijdens het twee de concert waarin dirigent Swetlanow het Kunstmaandorkest dirigeerde. Na een tamelijk bleekbloedige „Ouverture op Hebreeuwse thema's" volgde Pro- kofieffs Derde Planoconcert. Solist was weer Nikolai Petrow, een pianis- tisch wonder. De technische peridiZ de uitgebalanceerde klankverh" y£i\ gen, het vurige en beheerste ela» \o zijn interpretatie waren boven a'pipL verheven. Het werk is zo ëeC"{%ej neerd dat de piano vaak een po trale rol gaat vervullen; Swet gg zag er dan ook geen bezwaar de pianoklank in enkele clih. o> flink te laten afdekken door h jpjF kest. Het stuk verheugt door „fW'v dige vormgeving en de pittige jpav seling van melos en stootkracht» p het laat de hoorder in wezen k°" v>» gebeurt niets dan een show vaMfflj tuositeit en een shower van a j den. Die show werd door pi glansrijk gestolen, zodanig dat n j>r zonder toegiften (van Bach ei kofieff) kon heengaan. cohc-e- De nobelste bijdrage in dit od'gt was Tsjaikowski's Vierde Sy Over Swetlanows unieke dirig® ,n IE is hier al het nodige gezegd, kerhand is onuitsprekelijk exigiF Zelfs van een schouderbeweging^ 0 een bezieling uit. Hij brengt y® kestleden tot prestaties die - e^e.$ zichzelf niet kenden. De de hoorn-solo waarmee het jpp begint, heb ik nooit zo gaai ^eid° horen blazen. Deze muziek diep.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1967 | | pagina 8