1 &s, - i i m14 DE TIJD ZATERDAG 23 DECEMBER 1967 'S-O - ïMkÊ^;'W:-y f'-!: V^-:(Kr HET SCHAKEN voor vier personen is beslist geen nieuw spel. Meer dan honderd jaar geleden in 1840 verscheen in Weimar een boekje onder de titel „Der Meister im Schachspiel". De schrijver ervan, ene Christian Friedrich Gottlieb Thon, had kennelijk een krijgszuchtige opvatting van het schaakspel. Hij droeg zijn doorwrocht werkje tenminste op aan een tweetal met name genoemde generaals en verder aan alle „hoge ko ninklijke Pruisische stafofficieren en aan alle an dere koninklijke Pruisische officieren van de leger plaats Erfurt". DE PARTNER van een mat staande speelt alléén tegen twee vijanden verder en m°e vooral proberen zijn vriend uit het mat te verlost' Alléén in dit geval mag men overleggen. DE STUKKEN DIE' MAT HOUDEN mogen doj andere worden afgelost, maar uiteraard door gewone, regelmatige zetten. DE STUKKEN van een partij, die mat staat, gen niet eerder worden genomen uan nau^ koning, die mat stond, een „schaakvrije" zet heel4 kunnen doen. Tot dan kon zijn spel immers niet „vrij" worden beschouwd. ALS ÉÉN PARTIJ MAT STAAT en de partner doorspeelt, is hij aan dezelfde bepalingen van mat onderworpen. Wordt het mat opgeheven, neemt hij weer aan het spel deel. EEN PARTIJ IS GEWONNEN als de beide vij3^ delijke koningen mat staan. Wanneer de twee andelijke koningen mat staan, maar ook een van „overwinnende" partij, is er sprake van „half wonnen". Dat is ook het geval als slechts één i ning mat gezet kan worden, terwijl het andere sP remise blijft. De stukken van twee partners mogen tezamen in vereniging schaak geven en mat zetten. nadat HET SCHAKEN MET VIER PERSONEN heeft als uitgangspunten dezelfde regels als die van .het gewone schaken. Er zijn echter uitzonderingen. Men speelt met twee witte en twee zwart kleurige spellen. De koningin wordt evenals bij het gewone schaken op haar kleur geplaatst. DE TWEE TEGENOVER ELKAAR zittende personen (de een met wit, de ander met zwart) vormen een partij. Men speelt na tuurlijk om de beurt en met de wijzers van de klok mee. Wit (één der witten) begint. DE KONING maar ook de dame moet „schaak" worden aangpzegd. EEN SPEL IS REMISE als geen van de partijen mat kan worden gezet. Als in Iedere partij één koning mat staat en de twee verder spelende partijen elkaar niet mat kunnen zetten. Als twee „verbondenen" mat staan. DE PION kan op twee manieren promo veren. Als hij door slaan op de achterste lijn van zijn linker of rechter „vijand" terecht komt. Als hij over het hele bord een randveld van zijn partner bereikt. In beide gevallen kan men kiezen wat men wil. De pion mag echter geen pion blijven. DE KONING moet zich meteen tegen schaak dekken, ook al is de partner in staat het schaak op te heffen vóór de schaak- biedende weer aan zet is. De partner.mag in dat geval spelen wat hij wil. Hij is niet verplicht het schaak van zijn vriend op te heffen. De keuze is geheel aan hem. EEN DAME die zichzelf schaak zet kan natuurlijk vrijelijk worden genomen. ZET EEN SPELER zijn koning schaak dan moet hij, als een van zijn vijanden de miszet opmerkt en op diens verlangen onmiddellijk een andere zet doen. De tegenpartij echter heeft het recht die zet voor geldig te hou- derf. Dan is degene die schaak staat ver plicht, zodra hij aan zet is, zich aan dit schaak te onttrekken. Intussen mag zijn partner, die eerder aan zet is, dat óók voor hem doen. Heeft de tegenpartij de miszet niet bijtijds opgemerkt, dan heeft hij het recht verloren een andere zet te eisen. EEN SPELER IS ZEER VRIJ in het ver plaatsen van zijn stukken. Hij mag een stuk verwijderen al komt daardoor zijn partner schaak of zelfs mat te staan. EEN KONING STAAT MAT, wanneer hij aan zet zijnde, niet meer aan het schaak kan ontrekken. Van dat ogenblik af mag men men van zijn spel géén stukken meer slaan. DE STUKKEN van een partij die mat staat, blijven onbeweeglijk op de plaats waarop zij zich op het moment van het mat bevonden. Een vijandelijke koning mag zich daar tegen natuurlijk niet in een „schaak"- positie brengen. 0 voor :\v - Vv:. "V J 'V' 'l ,A< g ,'\v" ;J ..V- s:'sr vjr pr ij "v ,/A> j8Ki jj#4 j -T Thon zet in zijn boekje op zeer omslachtige wijze de spelregels van het gewone schaken uiteen, maar hij behandelt ook nog zeven andere manieren van schaken. Op de eerste plaats het „Koerierspel" voor twee personen, maar gespeeld op een bord met 96 velden en met 48 stukken. Hij vestigt de aandacht op niet minder dan drie verschillende „Oorlogsspelen", waarvan er een met 50 stukken en op een bord met 121 velden moet worden gespeeld. Thon behandelt ook het schaken op een bord met drie kanten. Een verschrikkelijk ingenieus spel, voor de uitleg waarvan wij waarschijnlijk een hele pagina nodig zouden hebben. Wij zullen u dat besparen. Het boekje besluit met de beschrijving van het schaken voor drie en vier personen. Dat laatste is zeker een haalbare kaart voor degenen die van een fiks partijtje houden, zonder tot de wiskundige genieën te behoren. Thon schrijft er over: Het schaakspel voor vier personen is pas in latere tijden (wij spreken van 1840) uitgevonden en ingevoerd. Het wordt op twee manieren gespeeld: op zijn Engels en op zijn Duits. De Engelse speelwijze is de oudste, de Duitse de nieuwste en zij werd uitgevonden door dr. Theoderich Martinsen uit Lüneburg. Het wordt dan ook wel het Lüneburgse schaakspel genoemd. Het schaakspel dat wij u hierbij aanbieden is de Engelse versie. Veel verschil maakt het niet uit. Het bord dat u nodig heeft, staat hier afgedrukt. Ook de spelregels, voorzover die afwijken van het gewone schaken met twee personen. U moet natuurlijk de beschikking hebben over. twee spelen. Liefst twee bijvoorbeeld in grootte verschillende soorten spelen. Ook kunt u twee gelijke speler hanteren maar de stukken van één partij kenmerken met een rood lintje. Dat staat nog vrolijk ook. Voor u begint dit. Bestudeer eerst goed de spelregels. Maar de ervaring heeft bewezen dat u ze pas goed onder de knie krijgt door ze aan de praktijk te toetsen. Al spelende wordt er ineens veel opgehelderd dat u eerst niet goed begreep. Een verrassende ontdekking. De ervaring heeft ons ook geleerd dat schaken met vier personen een zeer avontuurlijke aangelegenheid is. Spelregels LC IN>

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Nieuwe Schiedamsche Courant | 1967 | | pagina 24