15de Jaargang.
Zaterdag 12 Maart 1892.
No. 786.
FEUILLETCm
iDTERTEKTIEK
Vac 110 gewone repels50 aent
ledere regel meer5
AdvebtentiSn 3 maal geplaatst, worden teges
2 maal berekend.
ABOMEiESI:
Per drie oiaander. 2& Ot
Franco per post 81
Enkele nonjjners 2
lit sever sGEBK. VAS NOOKTWIJR. BureauIJOTlEUSTBAAT, E, Se. 39.
spoorweg naar Delegoa-baai verdedigde, want
hij voorzag, dat juist over deze lijn het groote
vervoer van kolen zou komen, omdat zij over
die velden been loopt. Het spreekt dus, de
lezers zullen bet al begrepen hebben, datde
sporen een belangrijk aandeel hebben in den
vooruitgang van de Transvaal, vooral als de
verschillende lijnen in exploitatie zijn, want
dan zal ntet alleen het vervoer der grond-
stoffen vereenvoudigd worden, maar ook zal
het reizen van de emigranten voorspoediger
kunnen gaan. Tot op heden reist men of
per postkoets, dat nog al vrij duur is of met
een ossenwagen, wat goedkooper uitkomt,
maar uiterst langzaam gaat.
Verschillende malen is ons de vraag ge-
daan Wat denkt u van de Landbouw en
Veeteelt in Transvaal?
Wij hebben hierop altijd geantwoord De
toekomst van Transvaal ligt in den landbouw
en in de Veeteelt.
Wij wenschen onze gedachten hierover
nader te omschrijven.
In de eerste plaats wenschen wij te zeg-
gen, wat er tegen is, zich naar een ander
werelddeel te verplaatsen, hetzij dit Ame-
rika, Australia of Afrika is. Het is voor een
boer en zijn gezin altijd een groote onder-
neming met vele teleurstellingen en onTberii:-
gen: wij hebben dan ook nooit iemand in-
lichtingen gegeven of hebben hem altijd op
de groote bezwaren en moeielijkheden gewe-
zen ja ze in negen van de lien gevallen
donkerder afgeschilderd, dan ze werkelijk
waren en dit moesten wij doen, omdat de
meeste menschen zich een verkeerd denk-
beeld vormen van landverhuizing of verplaat-
sing.
In ieder geval raden wij wereldschen men
schen, dezulke, die aan God noch zijn gebod
gelooven, ten zeerste at zich naar Transvaal
of Afrika te verplaatse, om de volgende rede-
nenWij hebben verscheidene van die
menschen ontmoet en wat doen die lieden
als het er op aan komt moeielijkheden en
teleurstellingen te doorstaan Zij zoeken hun
troost in den drank, of zij vloeken en ver>
wenschen land en volk, hetgeen in vele
gevallen eindigt doordat zij zich dood drin-
ken of zich het leven benemen enz. Ge-
lukkig zijn alle niet van dergelijke gedachten I
Wanneer een oprecht Christen in moeielijk
heden geraakt, zal hij zich tot Hem wenden,
die hem vrijheid gaf, zich naar een ander
werelddeel te verplaatsen, hij weet waar
kracht en sterkte kunnen verkregen worden,
en als hij die verkrijgt werkt hij door. Juist
door volharding in gebed en werlten worden
zij gezegend en kunnen na een jaar ook zeg-
gen wat iemand ons ten antwoord gaf op
onze vraag: Wei, mijnheer L., hoe gaat
het u nu in dit nieuwe werelddeel? uDoor
Gods hulp zijn wij de moeielijkheden te bo-
ven en nu gaat het ons goed. Zoo u weet,
zaten wij in Holland op zware lasten, maar
nu kunnen wij elk onzer vier kinderen een
mooi stuk grond geven en hopen wij een
onbezorgden ouden dag te hebben."
Ziedaar een korte mededeeling van een
gesprek, zooals wij met onderscheiden land-
verhuizers hebben gevoerd. Wij hebben ook
menschen ontmoet, die niets deden dan razen
en tieren dat ze in zoo'n »Apenland" waren
en begonnen wij ze te wijzen op degenen,
die nog niet zoo lang in dit land waren, en
wien het reeds aardig goed ging, dan had-
den zij allerlei uitvluchtjes en verontschul-
digingen.
Doch laat ons verder gaan en vragen Is
Transvaal vruchtbaar
Ja JezersDe Transvaal bestaat voor
uit besten kleigrond en verder uit klippen
en zand- en zooals reeds gemeld is, vindt
men daar vele bergen, die in de meeste ge-
>'len wel vruchtbaar zijn, maar toch zijn er
uitzonderingen op De onvruchtbare berghel-
lmgen zijn toch geschikt ter beweiding, ge-
woonlijk voor bokken en schapen, (onder de
benaming bokken bedoelt men ook geiten in
Transvaal). Geen berg zoo kaal of deze
beide diersoorten worden er altijd nog vet
op. De meeste bergen zijn bezet met voed-
zame krui'den en grassen, die op de uit beste
kleigrond bestaande bellingen, welig tieren.
De valleien (de laagten tusschen de bergen)
zijn voor 7/s uitstekende gronden om te bou-
wenlaatstgenoemde kleigronden der berg-
helling ook wel maar meer uitsluitend voor
de nazomerbouw, zooals die van mats, zomer-
tarwe, garst, haver, erwten, boonen, aardap-
pelen enz. enz. In vroegere jaren bebouwden
de boeren geen andere gronden dan die,
waar water over gelaten kon worden, dat
noemt men ook nu nog bevloeien. Men gaat
dan volgender wijze te werk Men graaft
voren of greppels die van de hoogste dee-
len des lands naar de lagere loopen, dan laat
men het water dat van den berg stroomt,
door de voren loopen, en daar men deze door
kleine dammetjes heett afgesloten, zoo stijgt
het water allengs en overstroomt deakkers.
Dit meenden de boeren te moeten doen, om
dat in den wintertijd er soms in drie maan-
den tijds geen regen valt, en daardoor de
Waarin ligt de toekomst van
Transvaal
ii.
Zooals de lezers gezien zullen hebben,
zullen de zilvermijnen ook een belangrijke
plaats in Transvaals vooruitgang innemen.
Zou dan de toekomst van Transvaal van
de koper- of de steenkolenmijnen kunnen
afhangen
Wanneer de sporen eenmaal over Preto
ria naar Rustenburg zullen gaan, zal men
eerst recht kunnen zien, hoe rijk het koper
aanwezig is in deze landstreken en tot nu
toe wordt er geen mijn geexploiteerd. Het
kopererts is zoo overvloedig te vinden, dat
een eenvoudige boer daar u de overtuigend-
ste be wijzen er van geeft. 't Blijkt uit't vol
gende. Wij vroegen een boer, waarom men
in Transvaal geen koperen geldstukken in
circulatie brachtDe man antwoordde een-
voudig: Wanneer wij koper willen hebben,
gaan wij naar dien berg en slaan er een
stuk af, dan hebben wij koper." Wij za-
gen een stuk erts, dat meer dan GO ko
per bevatte. Ook dit metaal zal dus een
voornaam uitvoerartikel worden, doch zal
natuurlijk met in vergelijking kunnen treden
met t laatstgenoemd metaal.
Wat den steenkolenvoorraad in Transvaal
betreft, dan kunnen wij zeggen, dat dit land
daarvan veel in de toekomst kan verwach-
ten, want de kwaliteit is uitstekend, en de
uitgestrektheid der lagen heeft men nog niet
vast kunnen stellen, want het is gebleken,
dat zij zich uitbreiden tot bijna aan Johan
nesburg, dus over een breedte van wel 200
mijlen en een lengte van meer dan 400 mij-
len. Wie kan dus bepalen de rijkdommen,
welke nog uit dezen bodem zullen en moe
ten voortvloeien Ook deze delfstof wacht,
als 't ware, op het spoedig tot stand komen
van de spoorlijn Pretoria Delagoabaai, want
over dezen weg moet het groote kolenver-
voer komen. Tot op heden moeten de steen-
kolen voor stoomvaartuigen alle uitEngeland
aangevoerd worden, 't geen nog al duur is.
De Transvaalsche steenkolenmijnen zullen dus
mettertijd niet alleen het station Delegoa-
baai, maar alle steenkolenstations aan de
Oostkust en gedeeltelijk die aan de Westkust
van Afrika kunnen voorzien. Waarschijnlijk
zal het kolenstation van de Indische vaart
ook wel van kolen kunnen worden voorzien.
Wanneer alles nu in exploitatie komt, zal het
velen duidelijk worden, waarom president
Kruger met alle macht, die in hem was den
HET TRAKTAATJE.
Il) Een merkwaardig verhaal.
Nu was boer Hendriksen ontegenzegge-
lijk een trofsch man, daarbij oploopend
en driftig van karakter, maar toch niet
zonder gevoel. Wanneer hij Dientje in
haar dagelijks leven gadesloeg, hoe zij een
troosteres was voor bedroefden, hulpe
zond aan de armen, zich met zieken be-
moeide, en er niet tegen opzag, de arm-
sten van het dorp op te zoeken en hun on-
derstand te verschaffen wanneer hij haar
hoorde getuigen van haar geloof en zelfs
te midden van ongesteldheid met blijd-
schap hoorde spreken van haar hemel-
sche verwachtingen, dan moesl hij
stilzwijgend erkennen, dat zij veel beter
was dan hij, en menigmaal rees de
wensch in hem op, dat hij een deel van
haar geloof mocht bezitten. En wanneer
die wensch in hem opkwam, dan ver-
plaatste hij zich in den geest aan het
sterfbed zijner vrouw, die ook in het voile
geloof hare rust was ingegaan, en hem zeer
op het hart gedrukt had hare handel
en wandel te steunen, daar hij bij de
uitkomst zien zou, dat zij de rechte keuze
gedaan had.
Terwijl Dientje zoo sprak, en vol vertrou-
wen hare hand op zijn arm had gelegd,
werd de boer eenigszins bewogen en zeide
»Nu, doe wat ge wilt. Ga naar de
weduwe en breng haar voor mijn part
alles wat gij meent waaraan zij behoefte
kan hebben. Maar doe mij een genoe-
gen Dientje, ontwijk Leendert. Ik
hoor dat hij weer in het dorp is en da
gelijks bij zijne zuster komt."
Bij deze woorden zag Dientje haren
vader vragend aan.
»Maar vader," zeide zij Waarom zou
ik Leendert ontwijken Gij weet immers
wel dat ik hem liefheb en hoe het mij
spijt, dat gij mij niet veroorlooft mij met
hem te verloven. Dat neemt echter niet
weg, dat ik hem mijn hart heb geschonken,
en dat ik geduldig zal wachten, totdat
God uw hart zoo zal neigen, dat gij ons
niet langer uwe inwilliging onthoudt."
»Maar wat bindt u dan zoo aan dien
jongen, wiens ouders tot de geringste
klasse der arbeiders behooren
»Maar rechtschapen, vrome lieden zijn,"
viel Dientje hem in de rede.
»Wat heeft die jongen voor boven
Hannes, den zoon van Dirk Maas
>Veel, zeer veel, lieve vader," ant
woordde Dientje. »Wel bezit hij niet
zooveel aardsche schatten als Hannes,
maar hij is een flink werkman, die wan
neer God hem zegent, wel vooruit zal
komen. Hij heeft mij verteld, dat hij
ich met een aannemer verbonden heeft
wintergranen bij v. wintertarwe zouden ver-
drogen. Langzamerhand begint men van
gedachten te veranderen, althans de Neder-
landsche Consul-Generaal te Pretoria schrijft
in zijn verslag aan onze regeering over 1890
o. a. het volgende
»Nieuwe landen zijn onder den ploeg ge-
bracht, zelfs waagt men zich hier en daar
aan gronden, die niet besproeid kunnen wor
den, en welker opbrengst alleen van het
regenwater afhankelijk is."
Zooals wij reeds aanmerkten, wordt hootd-
zakelijk het winterkoren door den boer be
sproeid, de zomerzaden krijgen voldoende
regenwater.
Het maaien geschiedt ook op andere wijze
dan hier. De kaffer gaat met zijn sikkel
naar het veld en snijdt op de knieen liggende
het koren at en legt het in bosjes naast zich
neder. (De sikkel, die men bedoelt, is een
krom mes). Wil men den oogst dus spoedig
binnenhalen dan heeft men onderscheidene
kaffers noodig.
Voor zoover wij Transvaal bereisden,
merkten wij, dat er weinig graan verbouwd
wordt, de groote boeren, hadden 5 morgen
hiervoor, men zeide ons, dat er waren, die
meer, ja dat er te vinden waren, dje meer
dan 100 bunders verbouwden, wij ontmoet-
ten ze niet. De wijze van dorschen is hier
ook zeer primitief. Zooals wij dit zagen, ge-
schiedde dit in een beesten- of ossenkraal.
Men zou in ons land dit een melkhok of ook
wel koeienhoek noemen. Een kraal is echter
rond en door een stapel klipsteenen ter
hoogte van 1| Meter ingesloten. In een der
gelijke kraal brengt men 4 a 500 bossen
tarwe en legt die, met de toppen omlaag
stijf tegen elkaar gedrukt, neer, zoodat men
een laag krijgt van ongev. 1 M. dikte. Dan
haalt de kaffer 8 a 10 ossen, jaagt die daarop,
sluit de kraal en blijft daarna die dieren
gestadig voortdrijven, totdat van al die bossen
niets meer over is gebleven dan een kort
geloopen massa, daar het stroo kurkdroog
is. Daarna worden de ossen er uit gedreven
en het langste stroo eruitgezocht. Nu wacht
men tot er wind komt en gooit die vertrapte
massa omhoog, de eene boergebruikt daartoe
een zoogenaamde »wan" de andere daaren-
tegen, een houten schop. Is dan het korte
stroo of vuil er eenigszins uit gewaaid, dan
verzamelt men de overblijvende zwarte massa
en begint die te wasschen. Gelijk de lezers
wel zullen begrijpen, is die overblijvende tarwe
vermengd met de onreine stoffen, die zich in
de kraal bevonden, en met die, welke de die-
om in de hoofdstad een blok huizen te
bouwen, en wanneer dit gelukkig afloopt
dan hoopt hij zooveel verdient te heb
ben, dat hij zich als meester timmerman
kan vestigen. Maar bovendien vader, al
zou 't hem niet gelukken, toch heeft hij
verreweg bij mij de voorkeur, omdat hij
een schat bezit, die hem nooit kan ont-
stolen worden, een schat die ver boven
alle aardsche rijkdom gaat. Hij bezit
evenals ik vrede door het geloof in Je-
zus Christus, en wie dezen mist, is arm
te midden van alle goederen dezer we-
reld, die toch eerlang vergaan."
Maar de boer hoorde niet meer. Wel
voelde hij dat hij tegen Dientje niet op-
gewassen was, maar zijn drift had weer
de overhand genomen, en de deur grij-
pend, voegde hij haar op korzeligen toon
toe
Ik geef den brui van schatten die
in de lucht hangen, en zoolang ik
hem nog geen dank verschuldigd ben,
irTfT'ij
wwwwii.! in. |r-MB^,_nTTm[rr|llwnT11Tmnllnm—