16de Jaargang.
Zaterdag 16 April 1892.
FEUILLETON.
as
lets over de Joden.
HET TRAKTAATJE.
ADVEBTENTIE1S
Van 1—10 gewone regels50 oent.
ledere regel moer5
AdvertentiSn 3 maal geplaatst, worden tegen
2 maal berekond.
ABOSHEHEIli
Per drie maanden
Franco per post
Enkele nommers
25
2
Ot
llitgeversGEBR. VAK NOORTWIJK. Bureau: BOTEBSTRAAT, E, 3f«.
30.
(Vervolg.)
Hamburg.
De WelEerw. Heer S. T. Bachert, bericht
dat gedurende het afgeloopen jaar de Zen-
ding te Hamburg klaarblijkelijke kenmerken
van geestelijken bloei heeft vertoond. Er zijn
hinderpalen, teleurstellingen en moeielijkhe-
den geweest, maar er is 00k ijverige en
ernstige arbeid onder de Joden verricht. De
heer Bachert heeft voortdurend gelegenheden
gehad om aan honderden Joden de zaligheid
te verkondigen; en onder hen heeft zich
menige Nicodemus bevonden, die de Schrif-
ten onderzocht en in stilte vroeg Wat moet
ik doen om zalig te worden
Niet lang geleden voor een aantal Joden
sprekende over de verwachting van den
beloofden Messias, drong de heer B. met
ernst aan op de verzoening door Christus bij
zijne eerste komst in vernedering, gelijk de
Joden zelven belijden op den Verzoendag in
dat alleropmerkelijkst gebed, waarin zij zeg-
gen»De Messias, onze Gerechtigheid is van
ons henengegaan. Hij is om onze overtre-
dingen verwond," enz. Een van de toehoor-
ders trachtte zijne broederen te doen opmer-
ken hoe stiijdig met de Schrift zijne mede
'loe'ingori w»rcn mnt (wtrotl.-inc fof
van den Messias in nederigheid, en hoe zij
een aardschen Messias en Verlosser verwacht-
ten, die de wereld zal onderwerpen, en hen
in hun eigen geliefd land herstellen, hunne
vijanden ten onder brengende, er. daardoor
de geheele wereld tot de kennis brengen van
den eenigen waren God van Israel. »Dat moge
de verwachting zijn van uwen Messias," her-
nam een ander, en voegde er bijr>Het is
niet de eerste maal, dat ik naar den predi-
kant Bachert luister, en door hem ben ik
er toe gebraeht om verschillende boeken te
lezen die betrekking hebben op de Waarheid
van het Christendom. Ik heb mij tot de
Schrift gewend en heb Schrift met Schrift
vergeleken en herhaaldelijk onderzocht, en
ik kan niet anders dan overtuigd zijn van
de waarheid dat de Messias Jezus van Naza
reth is. En niet alleen weet ik dat zulks de
waarheid is, maar ik schaam mij niet dit
openlijk te belijden." In een oogwenk waren
de tegensprekers tegen hem in de wapens,
schreeuwende en vloekeride, de een den
anderen overschreeuwende om hem te over-
weldigen. De arme trok zich terug uit vrees
voor verder onheil. Den heer Bachert deden
zij echter geen leedzij lieten hem stil voor-
bijgaan alhoewel blijkbaar verstoord en op
hem vertoornd. In vroegere jaren zou hij
veel vijandschap en bitteren tegenstand ont-
moet hebben, maar tengevolge van de vriend-
schappelijke verhouding, uit den omgang met
hen gedurende zoovele jaren ontstaan, hebben
die vijandelijke uitingen in den laatsten tijd
bijna geheel opgehouden, en velen beschou-
wen den heer Rachert als hun waren vriend
en behandelen hem als zoodanig. Hij heeft
toegang gevonden tot vele Joodsche huisge-
zinnen, in vele Joodsche woningen, waar
IS
16)
Een merkwaardig verhaal.
[Slot.)
Dientje voldeed gaarne aan zijn verzoek.
Het traktaatje behandelde in beknop-
ten en populairen vorm de gelijkenis van
den onrechtvaardigen rentmeester, die
door den Heer geprezen wordt wegens
zijn beslistheid in het doen eener keus,
toen het er op aan kwam zich uit ge-
vaar te redden. De rentmeesterdeelde
het traktaatje mede is het beeld van
den zondaar, van dennatuurlijken mensch,
en maakt dezen beschaamd door te er-
kennen dat hij slechts een rentmeester
is en zich te verantwoorden heeft aan
zijn heer, terwijl er zoovelen zijn, die
het leven doorgaan zonder zich om God
vroeger geen zendeling het zou gewaagd
hebben te komen, en hij heeft hun vertrou-
wen, zelfs hun genegenheid gewonnen door-
dien zxj hem hun vertrouwen schenken, zelfs
meer dan zij hunnen eigenen Rabbijnen zou-
den doen.
De heer Bachert kan al de gesprekken
met en huisbezoeken bij zoovele Joden niet
in getallen rangschikken, en kan de vele
aanmoedigende feiten en verblijdende gebeur-
tenissen, als vrucht van het zendingswerk
gedurende geheel een jaar onder de Joden
niet onder woorden brengen. God heeft hem
vergund de waarheid bevestigd te zien van
het Woord Zijner belofte»Het zal niet
ledig tot Mij wederkeeren."
Behalve het gewone zendingswerk heeft
de heer Bachert elken Zondag avond in de
7 r*y\A-vrvc.l- I j 1 i \J r 1 x
heilzoekenden hebben hier eetio vereenigings-
plaats gevonden, in stede van in andere
gemeenten zonder herderlijk opzicht rond te
dwalen. Het is een verblijdend gezicht de
Kapel elken Zondag opgepropt vol te zien.
Het getal der vaste leden die belijdenis des
geloofs hebben afgelegd is aanzienlijk, en
weinig Zendingskapellen hebben meer Israe-
lietische Christenen onder hunne gemeente-
leden dan de zijne. De Zondag is in Hamburg
en de voorsteden de gewenschte tijd tot het
openen van herbergen, danszalen, speelhuizen
en komedies, het is derhalve geen kleine
zaak op zulke uitkomsten aan dit zendings-
station te kunnen wijzen.
De bijbelklassen en bidstonden zijn ten
zegen geweest, en mannen en vrouwen scha-
men zich niet hunne bijbels mede te brengen
om zelve te kunnen onderzoeken. Ilet grootste
aantal der gemeenteleden zijn nieuw aan-
gekomenen.
De heer Bachert deelt mede dat zijn »te
huis voor heilzoekende Joden" een belang-
ryken steun aan de Hamburgsche zending
verleent en dat er veel goeds uit voortge-
sproten is. Het is het middel geweest tot
groote en blijvende zegeningen voor dezulken
die er inwoners van werden. De heer Bachert
zeer nauwgezet in zijne keuze bij de
opname, en zorgvuldig ten opzichte van hunne
->ewe°gredenen om toegang te verkrijgen.
Elke inwonende moet zonder uitzondering
lagelijks een bepaald aantal uren arbeiden.
'.ediggang leidt tot kwaad, en de Joden
cehooren te leeren dat zwaar lichamelijk
- verk geen schande is. Gedurende het afge
loopen jaar hebben er 24 personen bescher-
ming in de inrichting gevonden, van welken
er zes gedoopt zijn. Behalve dezen werd er
een door den heer Eppstein in Londen, een
ander door den Leeraar van zijnen broeder,
en nog een ander door Ds. Lindstoon in Stock
holm gedoopt.
Op den 14den December 1889 overleed
de heer Blumberg, in leven zendeling, zelf
bekeerling dezer zending, onder het ervaren
van de nabijheid des Verlossers en den troost
.'.ijner dierbare beloften.- Zes maanden van
lichaamslijden en smarten werden zonder
esnige klacht doorgestaan. Zijn sterfbed be-
wees wat God in hem hadgewrocht. Welke
onderwerping, welke kalmte en vrede Zelfs
ten oppasser in het hospitaal, een belijder
van de Roomsch-Katholieke religie, kon zich
niet weerhouden te zeggen »Als ooit iemand
m Christen was en als Christen stierf, dan
as het de heer Blumberg." Hij was 24 jaar
- heeft hem .c
ndsbeck begraven.
De heer Weinberger, hulpzendeling aldaar,
heeft, ofschoon somwijlen 00k op dweep-
zncht stuitende, onverschilligheid het grootste
beletsel bevonden, waarmede hij te kampen
heeft. Velen zijn rationalisten, of om een
Joodschen geeikten term te bezigen»de
Rede is hun uitsluitende gids in aardsche en
hemelsche zaken."
Een jeugdige Jood zeide, na eenige maan
den hij den zendeling te hebben doorgebracht
"Ik weet nu, dat het geloof de gave Gods
is, en ik ben er dikwijls verwonderd over
hoe ik met u mijne knieen voor Jezus kan
buigen. Het is zoo in strijd met mijne
vroegere inzichten. Dat moet Gods werk, en
niet menschenwerk zijn. Jezus lief te heb
ben, dien ik zoo lang niet wilde kennen
dat kan geen gevolg zijn, van koele rede-
neering." Hij werd te Londen gedoopt,
overeenkomstig den wensch van zijn broeder
die 00k door middel van het Genootschap
Christen is geworden. Zijne brieven zijn zeer
bemoedigend. Een andere jeugdige jood,
dien ik toevallig op straat ontmoette, kwam
onderzoeken Jezus al of niet de Messias was.
I ij is reeds verscheidene maanden onder
geregeld christelijk onderwijs geweest,
en
en de eeuwigheid te bekommeren. Hij
beschaamt alien die volhouden, dat men
in deze wereld niet te weten kan komen
welke de eenige weg der behoudenis is,
daar er zoovele godsdiensten zijnalien
die onverschillig blijven omtrent hunne
hoogste belangen, of zoo zij deze 00k
kennen, nog altijd weigeren den beslis-
senden stap te doen die hen uit dtn
dood in het leven overbrengt. De rent
meester wist wat hem te doen stond,
toen hij in gevaar verkeerde van zijn
post ontzet te worden, en niet alleen
dat hij het wist, maar hij deed het 00k
en begaf zich tot de pachters, om in
hunne woning opgtnomen te worden.
Doch niet slechts beschaamt de rent
meester zoo vele onverschilligen en zor-
geloozen, maar hij is 00k voor velen
een navolgenswaardig voorbeeld. Hij
trachtte zich niet bij zijn heer te ver-
ontschuldigen stilzwijgend erkende hij,
dat hij alles door eigen schuld verdor-
\en had. Ach, hoevele menschen zijn
er, die verloren gaan door zelfbedrog,
die nog meenen, dat er iets goeds aan
ben is. En zoolang zij in dien toestand
verkeeren, zal het onmogelijk zijn hen
te verlossen, want 't is immers voor de
goddeloozen, dat Jezus gekomen is. De
rentmeester was zich bewust geen kracht
of vermogen te bezitten zich zelven te
1-elpen. Graven of spitten kon hij im -
mers niet en te bedelen schaamde hij
zich. Hij gevoelde en erkende, dat er
iemand buiten hem moest zijn om hem
te redden daartoe begaf bij zich tot de
pachters. Hij vergenoegde zich niet met
de gedachtemisschien zal mij deze of
gene vriend, wien ik te hulp roep, uit
den nood helpen. Wat kon hem het
nissclaen baten Hij wist immers dat
zijne uitredding zeker was, zoo hij zich
tot de pachters begaf. Hoe navolgens-
weldra verwacht de heer Weinberger, dat
hij in t openbaar belijdenis zal afleggen. Voor
een ander werd het Evangelie eveneens ten
zegen, bewijzende »een reuk des levens ten
leven" te zijn. Deze werd in het ate huis"
van den heer Bachert opgenomen, en deelde
in het geregeld aldaar gegeven onderwijs. Hij
heeft reeds openlijk geloofsbelijdenis afgelegd.
In het jte huis" werd door den heer Wein
berger driernaal per week onderwijs gegeven.
Gedurende eene zendingreis heeft de heer
Weinberger 33 steden en dorpen bezochtop
vele plaatsen ontmoette hij tegenstand. Hij
vermeldt eenige snedige gezegden der Joden,
die veel licht werpen op hunnen godsdien-
stigen toestandnVerdienen is het eerste en
laatste woord dat ons belang inboezemt."
»\erwijder de Godheid van Christus uit
uwe belijdenis, en wij zullen dadelijk Chris
tenen worden." nGodsdienst bestaat niet uit
overtuiging zij is eene erfenis, hetzij voor
den Jood hetzij voor den Christen." EJkeen
zal zalig women overeenkomstig zijn eigene
manier. »Doet recht en ziet niet om dat
is mijne geloofsbelijdenis." Een Jood ver-
telde hem dat hij »het leven van Jezus" van
Strauss bezat, en het er volkomen mede eens
was, maar dat hem alles om het even was.
Een leeraar in eene groote Joodsche ge-
mccirte L.. j- 8
Wij verwachten alleeij een politieken Mes
sias, en geen Verlosser van de zonde. Ik
verlos mij zelve, en dat doet elkeen. Alleen
onze daden worden door den Almachtige ge-
wogen offeranden en uw groot Offer worden
niet door God verlangd." Wei, dan moet
gij uwen Bijbel, uw Gebedenboek en al uwe
godsdienstige plechtigheden verwerpen, want
zij bevatten juist dezelfde leerstellingen, die
gij ontkent, was het antwoord. »De Bijbel
kan met mijne denkbeelden overeen gebraeht
worden," antwoordde hij, »en orn openhartig
te spreken ben ik het met veel van ons
Gebedenboek niet eens, en evenmin met
de godsdienstplechtigheden. Ik weet, dat
velen er van dwaas zijn, toch zou ik ze niet
openlijk willen schenden, omdat het mijne
gemeente ergernis zou geven, en dit be-
schouw ik als zonde. Ilet Jodendom is ver-
draagzaam, maar gij sluit elkeen van de
zaligheid buiten, die niet in Christus gelooft".
»Uwe verdraagzaamheid is slechts denkbeel-
dig,was het antwoord, »gij moogt verdraag-
zaam zijn, maar de groote meerderheid denkt
en handelt verschillend." Zij scheidden als
vrienden, terwijl de leeraar tractaten aannam,
belovende die te zullen lezen.
Wordt vervolgd.)
waard is zijn voorbeeld 1 Ach, het te-
genwoordige Christendom behelpt zich
liever met misschiens, zcekt het hier en
daar, bij dezen en genen, zoo lang tot
dat de dood zijn venster binnenklimt en
de redding te laat is. En de rentmees
ter kon op zijn pachters rekenenzij
waren altijd vriendelijk jegens hem ge
weest, hoe ruw en onverschillig hij zich
00k dikwijls jegens hen gedragen had.
Het was wel een moeilijke stap voor hem,
die veel strijd kostte, want hij moest
van zijne hoogte afdalennaar de nederige
hutmaar hij wist dat het de eenige
weg was, en toen hem slechts de urc
des gevaars een enkel oogenblik over-
bleef, aarzelde hij niet maar maakte ge-
bruik van zijn kennis en begaf zich tot
zijn redders.
Zie, dat voorbeeld is voor ieder nate
volgen, die nog buiten Jezus staat, Hem
nog niet heeft aangenomen als zijn Hei-