Atlantic Het levensverhaal van een Oosterling Cafe - BiUart Ouderenwerk zoekt vrijwilligers Blanken's Deel 1Een jeugd met een moeder, veel vaders, opa's en oma's, verzorgers en hulpverleners Het zwarte schaap Nieuwsticht en Grofbaan Kostgangers Anijsmelk Incest en tehurzen Verschijning Onverbeterlijk Lezen en kinderpolitie Bokswedstrijd Rectificatie Herhaling is de toverkracht van de reklame Oost Reporter jaargang 1 nummer 3 Een klant van het project Schuldhulpverlening vertelde zijn verhaal aan de Oost Reporter. Een waar gebeurd verhaal over slechte woonomstandigheden, over een gezin dat uiteenvalt. Over incest en de kinderbescherming. Over kindertehuizen, isoleercellen en onderwijskansen. Over inbraken, politiebureau's en gevangenissen. Maar in dit verhaal komt ook liefde voor: een gebroken hart, moederliefde en een huwelijk dat stand kon houden. Verder: zijn vlucht in de drank schulden en het lange en moeizame traject om die af te betalen. Een verhaal met een hoop ellende, maar ook met een happy end. Om begrijpelijke redenen zijn andere namen gebruikt. „Mijn naam is Koos Klein, tenminste zo stel ik me voor. Ik was er bij toen ik geboren werd, maar weet me daar niks van te herinneren. M'n moeder zou het zeker moeten weten en die zegt dat ik bij m'n oma in Oost geboren ben, in de Stationsstraat. Maar m'n vader beweert bij hoog en bij laag dat ik bij m'n andere oma in de Gorzen ben geboren. Niet dat het belangrijk is, maar wie moet ik nou geloven? M'n opa van vaderskant was ijzervlechter in de bouw en is ook lasser geweest bij Wilton Feyenoord. M'n oma was vooral moeder. Zij bracht twaalf kinderen groot. Ik denk zelf dat ik bij die oma geboren ben. Ze hadden namelijk in haar huis in de Dwarsstraat ruimte over omdat de meeste kinderen het huis uit waren. En m'n oma had veel ervaring met baren. Misschien wil ik eigenlijk dat ik bij die oma geboren ben omdat ze zo lief voor me was. Dat weet ik omdat ik later veel naar haar toe ging. Ik vond haar lief omdat ze mij het gevoel gaf dat ik voor haar net zo veel waard was als m'n broer. Dat miste ik thuis. Daar voelde ik me een beetje het zwarte schaap van de familie. Op een of andere manier hadden m'n vader en moeder het te druk met zichzelf. M'n vader en moeder zijn in 1958 of 1959 getrouwd toen m'n broertje op komst was. M'n vader was toen twintig, m'n moeder zeventien. Ik ben in 1961 geboren. Ik weet dat we eerst in Nieuwsticht hebben gewoond en daarna aan de Grofbaan. In 1962 zijn m'n vader en moeder uit elkaar gegaan. Voor zover ik me kan herinneren woonden we een tijdje met z'n vijven in dat huisje aan de Grofbaan. M'n vader, m'n moeder, m'n broertje, ik en nog een kostganger. Die eerste kostganger van de Grofbaan heeft me later verteld dat hij m'n vader is, maar m'n moeder zegt dat dat niet waar is. In 1963 is m'n moeder voor de tweede keer getrouwd. Dat huwelijk heeft echter maar heel kort geduurd, want nog in datzelfde jaar is die kostganger overleden. Die man was alcohol ist en heeft zich doodgedronken, maar hij had nog wel kans gezien bij mijn moeder een kind te verwekken. Dat was m'n eerste halfzusje. Ik zat toen op de kleuter- school aan het Oude Kerkhof, tenminste daar hoorde ik te zitten, maar vaak ging er vandoor. Een soort oergevoel trok me naar huis om mijn moeder te beschermen. M'n moeder heeft overigens nog verschil- lende andere kostgangers in huis gehad. Eerst aan de Grofbaan, daarna in een huisje aan de Lange Achterweg. Ik heb in m'n prille jeugd thuis veel agressie meegemaakt. Ik voelde dat het niet Iekker zat, maar wist niet beter. Op de kleuterschool en daarbuiten was ik daardoor zelf ook nogal agressief. Met een van haar kostgangers is m'n moeder voor de derde keer getrouwd. De familie verhuisde van de Lange AchterWeg naar de van derElststraat.Mijn 'derde vader' had een stationcar, waarmee we weleens naar zijn vader en moeder in Den Haag gingen. dat waren erg strenge mensen. Hij was ook zo; blijkbaar had hij die strengheid van huis uit meegekregen. Ik moest er stil zijn en op een stoel blijven zitten. Betere herinneringen heb ik aan de bezoekjes aan de opa en oma van die derde vader. Die mensen waren stokoud: hij was honderd-en-een en zij acht-en-negentig. In dat huis woonde ook nog een zus van honderd-en-vier. Een sterk geslacht! Als we daar kwamen kregen we warme melk met een anijsblokje erin. Ze hadden daar een paar kasten, die puilden uit van de conservenblikken en andere levensmiddelen. Ze hadden de hongerwinter meegemaakt en alvast een voorraad aangelegd voor de volgende oorlog. Ook uit het derde huwelijk van m'n moeder is nageslacht voortgekomen. Voor mij weer een halfzusje. Blijkbaar had die man aan mijn moeder niet genoeg en heeft hij zich aan m'n halfzusje vergrepen. Daar is de kinderbescherming bij geweest. Einde huwelijk. M'n broer en ik zijn toen uit huis gehaald. Hij ging naar een internaat en ik naar een tehuis voor moeilijke gevallen in Ermelo. Te moeilijk, want zelfs daar hebben ze me niet kunnen handhaven. Terug op de BLO-school in Schiedam en terug bij m'n moeder. Later ben ik er weer naar Ermelo terug gegaan. Die tweede keer in Ermelo heb ik iets heel bijzonders meegemaakt. Daar stond ineens m'n oma uit de Gorzen voor m'n bed. Ze zei: „Ik ben er niet meer. Maak je geen zorgen". Toen wist ik dat ze dood was. Later kwam m'n moeder het me vertellen. Ze zei: „Ik heb droevig nieuw" waarop ik zei dat ik al wist dat m'n oma dood was. Ze was stomverbaasd en dacht dat iemand wel zou hebben opgebeld. Liefde maakt blind en waarschijnlijk heeft m'n moeder haar derde man een herkansing willen geven. Ze is opnieuw met hem getrouwd, omdat hij z'n leven zou beteren. Er kwam weer een kind, een jongen deze keer. Maar die man was zo ziek dat hij opnieuw begon te rotzooien met m'n oudste halfzusje, met z'n eigen dochtertje, en zelfs met de hond. Toen ik hem betrapte, ik was met de vakanties thuis, heb ik m'n moeder erbij gehaald en was het definitief voorbij. M'n moeder is naar een Blijf van m'nLijf Huis gevlucht Ik werd overgeplaatst naar een tehuis in Alphen aan de Rijn. Van daaruit is gezocht naar een pleeggezin voor mij, maar dat is niet gelukt. Die man hebben ze later doodgevonden in een caravan op een weiland bij z'n sloopautohandej. Er waren in Ermelo twee mensen die mij aankonden. Van een van hen heb ik leren lezen. Rekenen en schrijven heb ik niet geleerd. Ik ging wel naar school, maar ik kon er niet aarden. Terug in Schiedam lukte het ook niet om gewoon als andere kinderen in de klas te blijven. Ik liep altijd weg. Als ik op school zat, wilde ik naar huis, maar thuis was het ook niet alles. Ik ben gaan stelen en inbreken; werd vaste klant van de kinderpolitie. Als ik ergens wat gepikt had, ging ik ermee naar een portiek in Nieuwland en stalde het voor me uit. De mensen daar belden de politie en die kwamen me dan ophalen. Dan had ik weer een tijdje onderdak, werd ik opgevangen en kon ik m'n verhaal kwijt. Een beetje ingewikkelde manier om aandacht te vragen, maar dat besefte ik toen natuurlijk niet. Op m'n vijftiende zat ik nog op de BLO- school en daar ben ik uiteindelijk afgetrapt door een hkkefietje met een sportleraar. Die man schepte een keer op dat hij boks- kampioen was. Hij daagde kinderen uit met hem te boksen, maar niemand durfde. Wie niet durfde kreeg een klap in z'n gezicht. Toen ik aan de beurt was heb ik gezegd dat ik wel durfde. Dat is hem slecht bekomen want ik heb hem knock-out geslagen. Ik had ervaring, hij niet. Ik mocht van school. Eindelijk." Volgende keer verder over stappen, stelen, de lik en de liefde. In de vorige uitgave van de Oost Reporter kwam in het verhaal Amperestraat mevrouw Sprenkel aan het woord. Volgens de Oost Reporter suggereerde zij dat zij het niet erg zou vinden haar huis te verlaten. Het tegendeel is echter waar. Zij zou het juist verschrikkelijk vinden om uit haar huis te moeten. Excuses voor het misverstand. De redactie. voor een befaalbaar potie biUarten P.K.O. laan 149 3112 VG Schiedam AKTIEAKTIE--AKTIE 1 varkensoor 1,45 5 varkensoren 6,00 10 varkensoren 10,00 Stichting Ouderenwerk Schiedam zoekt enthousiaste vrijwilligers die bij ouderen thuis willen helpen. In deze tijd is het niet vanzelfsprekend dat hoog bejaarde mensen naar een verzorgingshuis gaan. Om aan de wensen van ouderen die op zichzelf blijven wonen, te voldoen is er in de wijk Centrum/Oost een project gestart. Thuiszorg, verzorgingshuizen en Stichting Ouderenwerk hebben de handen ineen geslagen om ouderen die thuis willen blijven wonen zo goed mogelijk te ondersteunen. Naast lichamelijke zorg, huishoudelijke zorg en de mogelijkheid voor een tijdelijke opname in verzorgingshuis Franfois Haverschmidt, hebben ouderen in de thuissituatie ook Koopt bij onze adverteerders behoefte aan gezxelligheid at contact met andere mensen. De meeste ouderen wonen alleen en vinden het fijn als er regelmatig- iemand langs komt om een kopje koffie te drinken en een praatje te maken of eens met hen naar buiten te gaan voor een wandeling of een bezoekje aan het winkelcentrum. Ook zijn er ouderen die heel graag af en toe hun eigen potje willen koken, maar daar hulp bij nodig hebben. Als u wekelijks een aantal uurtjes vrij kunt maken om de ouderen in uw wijk gezelschap te houden of iets met hen te gaan doen, kunt u contact opnemen met Margriet de Witte van Stichting Ouderenwerk, telefoon: 248 68 88. DtlRf NSI'fllAAn AAK Halleystraat 2 Schiedam Tel. 010 4261011 kattefeest 1000 gr mix kattenbrokken voor 4,65 bloemen- en plantenhandel Het adres voor al uw bloemwerk Halleystraat 48 - Schiedam Telefoon 010-4 266527 Sig. Mag. 't Hoekje Boerhaavelaan 80 3112 LL Schiedam Tel.: 010-4265513 Bij cms kunt u komen voor - Al uw tabaksaitikelen - Lotto/Toto en Staatsloterij - WenskaartenVpostzegels - Tijdschriften - Telefoonkaarten - Stomoij depot - Snoep/ftisdrank - Buskaarten/Abonnementen - Pilmnrt

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Oostreporter | 1996 | | pagina 6