Er zijn wel uitzonderingen, maar het bestaan van uitzonderingen bewijst
het bestaan van een regel. Hoe zal men nu praktisch die vrouwen- in-
ondergeschikte-werkkringen op een tentoonstelling kunnen doen optreden
zoo als zij dat in bet dagelijkscbe arbeidsleven doen, zonder dat de chefs,
ondernemers en fabrikanten bun birlp verleenen 7 Hat is praktisch toch
wel onuitvoerbaar? Wat bereiken de dames in dezen dus door haar isolee-
ringHit: dat zij haar eigen mooie plannen onuitvoerbaar maken.
Men kan wel zeggen: dan blijven er tocli nog vrouwen te «tver, die
op een congres kunnen spreken over allerlei werkzaamheden der vrouw
Ongetwijfeld. Maar als men dit realiseert, wat dan? dan wordt het een
congres voor vrouwen, waar voornamelijk geestverwanten zullen verschijnen,
en ,,ongeloovigen" of mannen bijna geheel zullen ontbreken. En dat is toch
stellig niet de bedoeling?
Er is ook nog dit principieele bezwaar te maken: de besproken ver-
eeniging verwijt de mannen, dat zij alles voor zich nemen en houden, en
dat zij zich op die manier in alles van de vrouwen isoleeren. Maar wat
doet nu die vereeniging zelve?
Neen, wil zij haar uitmuntende liooge doel bereiken, dan moet zij zich
losmaken van haar isolementsbegrip, waardoor zij meent sterk te zijn
maar in werkelijklieid zwak is.
(Slot voltjt.J
li, a el i c a 1 i s m e-
De radicale partij in Nederland doet wanhopige pogingen om haar
invloed uit te breiden. Yan de verdeeldheid der liberalen tracht zijgebruik
te maken om de afdeelii%, die onder de leiding der liberale ITnie staat,
te anncxeeren. Hat is tot nu toe in het minst niet gelukt, maar het wordt
desniettemin gepoogd. Na zeer veel inoeite gedaan te hebben om hot een
of ancler bestaande orgaan voor haar te laten werken, en na die pogingen
te hebben zien mislukken, zal zij nu volgens onweersproken kranten-
bericliten een eigen partij-weekblad gaan uitgeven. Of dat gelukken zal
En nu, in den naderenden verkiezingsstrijd, geeft zij een reeks ,,democra-
tisclie schetsen" uit met een snelle opeenvolging. Dat zij door die schetsen
tot vermeerdcring van invloed zal komen, is vrij zeker onmogelijk. I )e
lioofdoorzaak daarvan ligt ongetwijfeld in haar groote tweeslachtigheid
deels is zij zuiver liberaal in haar gronddenkbeelden en haar standpunt,
deels is zij „democratisch". Dat zij daardoor tot groote zonderlingheden
en tegenstrijdigheden in haar uitspraken komt, is onvermijdelijk. De
democratische kdietsen geven daarvan prachtige voorbeelden. Het eerste
numrner ervfi word reeds in n°. 3 van ,.0 n z c T ij d besproken.
In n*. 2 der schetsen, getitcld ,,Hervormingspartij effVopagahdapartij"
wordt opnieuw de strijd tegen de social is ten aangebonden. Waartoe dat
noodig is, wordt aardig duidelijk, als men dit lee,si
Strijd tegen het socialisme is op zichzelf dus niet noodig. De radicale
bond schrijft dus zoo alleen om zichzelf relief te geven! Treurig partij-
werk inderdaad! In ditzelfde nummer wordt de afzonderlijke organisatie
der arbeiders afgekeurd, omdat „de klassenstrijd niet voor dezen_ tijd
geschikt" (N.B.geschikt!) is, maar kort daarna wordt van de radicale
partij gezegd, dat zij „hoofdzakelijk uit arbeiders bestaat.'' Het zit hem
dus in die stuk of wat niet-arbeiders bij de radicale partij? Xa zich
aldus relief te hebben gegeven, schrijft het radicale bondsbestuur aan
het slot:
0 zoohet gaat dus niet tegen de socialisten maar tegen de conservatieven?
en om nu niet den naam van socialistisch te krijgen en tegelijkertijd aan-
hangers te winnen door haar strijd tegen het socialisme, dient deze aanval
op de sociaal-democratie Duidelijker kan het al nietde radicalen willen
in de plaats der conservatieven'' aan het bewind, maar zien geen ander
middel om aan partijgangfers te komen dan door ,,hoofdzakelijk arbeiders
op te nemen en dezen niet met ,,verre toekomstdroomen" maar met in
de naaste toekomst liggende hervormingen te paaien. Moeielijk is een
brutaler partij-actie denkbaar.
Het derde nummer der democratische schetsen spreekt over I >e
Democratic en de Landbouw." Ten slott.e ontpopt zich deze stelling:
Dat is toch wel de meest zuivere bestrijding van kapitalisme en privaat-
bezit, die men zich denken kan? Immers de waarde van kapitaal en grond-
bezit in onzen tijd ligt juist in het profiteeren van do meerwaarde van
den arbeid e. d.. Indien men die gaat wegnemen, vervalt van zelf de
waarde van kapitaal en bezit zooals die nu geldt. Hoe past dit nu weer
in het kader van het radicalisme? Duidelijk is ook hier weer hetzoeken
naar aanhangers, het zuivere partij werk.
Een helder inziclit in de allertreurigste wijze van helpen, die de radicale
partij wil volgen, vindt men in de vierde der democratische schetsen,
getiteld: „Verbod van Kinderarbeid en Leerplicht." Het reusachtige
bezwaar, dat de verdiensten der kinderen in de meeste gezinnen niet
gemist kunnen worden, een bij uitstek praktisch bezwaar, wordt „weer-
legd" met deze stellingen:
En tot slot
Moo'i gezegd. Maar waar men overal en op iedere plaats bewijzen kan,
dat het maatschappelijk geluk der massa in het minst niet is verhoogd
door het hun verschafte onderwijs, niet door scliuld van het onderwijs
maar door nalatiglieid in de zorg ook voor de materie^le belangen der
massa, daar is het onverantwoordelijk met „verbod van kinderarbeid en
leerplicht" te willen aankomen, zonder die mogelijk en goed in hun ge-
volgen te maken door tegelijkertijd maatregelen te nemen, die het verlies
van inkomen kunnen goedmaken. Er ligt in de uiting „het onderwijs
heeft de menschen ontevreden gemaakt" een zeer groote waarheid, gru-
welijk van groote treurigheid, indien men die uiting slechts verklaart zoo
als hierboven gebeurde. Waarom nu deze fouten nog grooter gemaakt?
Is dat het zorgen voor de belangen der arbeiders, waarmee de radicalen
te koop loopen?
En hoe bekrompen bovendien, om onder arbeid alleen handarbeid te
verstaanen niet te begrijpen, dat alle arbeid den strijd tegen zijn opper-
machtige overlieerschers te strijden heeft
Xeen, ook de radicale partij zal geen verbeteringen kunnen aanbren-
gen die van eenige fundamenteele waarde zijn. Daarvoor is zij in haar
politiek te veel een partij in den tegenwoordig geldenden zin: de wer-
kelijke belangen der verschillende deelen van het Xederlandsche volk
staan ook bij haar achter bij partijinzichten en partijbelangen. Indien
zij evenwel nog iets voor zich wil uitwerken, dan zal zij voorzichtiger
dienen te werk te gaan dan in de democratische schetsen.
I n g e z o n d e n.
Aan de Redactie van ,,Onze Tijd."
In Ew laatste nommer wordt met sympathie gesproken over een instel-
ling van de spaarbanken te Arum en Wit mar sum tot sparen en levens-
verzekering tegelijk, een instelling die geen winst beoogt.
De opmerking zij mij vergund, dat deze spaarbanken iets doen, wat reeds
in 1883 en op meer afdoende wijze is gedaan door de Xed. Pensioen-
Vereeniging voor werklieden, die het Mederlandsch Werkliedehfonds, geves-
tigd Westeinde 33 Den Haag, heeft opgericht. Dit Eonds beoogt niet alleen
geen winst, maar bestrijdt de adjninistratie-kosten uit bijdragen van voor-
standers der pensioenverzekeringhet gansche door de verzekerden gestorte
premie-bedrag komt dus aan de verzekerden ten goede.
Bij dit Ponds heeft staking van premie-betaling ook geen schrapping
tengevolge en bestaat natuurlijk ook gelegenheid tot verzekering eener
uitkeering op een bepaalden leeftijd of bij vroeger overlijden.
De vraag dringt zich op' weten de genoehide spaarbanken van dat alt
niet - af fen toch heeft het Xut een belangrijk aandeel in dit Werklieden
fonds of weten zij met hun leegen tijd geen raad
En ook komt de vraag bij mij op, of dergelijke instellingen, thans door
U geprezen, ook niet behooren tot de „bemoeiingen tot verbetering, van
armenzorg en toynbeewerk af tot gemeente- en rijkswetten toe", waarvan
U spreekt in Xo. 1 en verder zegt: „Maar door al dat getob worden de
toestanden niet beter, integendeel ondanks dat alles gaan zij regelmatig
achter uit"?
Yindt u reden deze regelen op te nemen, dan zal dit aangenaam zijn aan
Uw Dw.
M. C. M. DE GBOOT.
Dat de Spaarbank te Arum en Witmarsum geheel hetzelfde doet als de
door den Heer de Gfroot genoemde Ned. Pensioenvereeniging voor werk
lieden, komt mij niet geheel juist voor. Immers de bedoeling der genoemde
Spaarbank is om in haar eigen district en zoo noodig ook daarbuiten
do kleine lieden, die willen sparen, dat mogelijk te maken, zonder dat zij loans
hebben bij hun leven tusschentijds liet gespaarde uit de bank te nemen, zonder
dat zij aan een levensvprzekering-maatschappij ho'ogere premien betalen dan
strikt noodzakelijk is, en zonder dat zij bij staking der, premie-betaling al hun
„gespaarde" geld kwijt zijn. De heer de (Hoot zal mij toegeven, dat dit
iets geheel anders is. Eeitelijk is hierbij ook geen sprake van strikte levens-
verzekering, want bij overlijden voor den gestelden termijn worden alleen
de gestorte premien plus rente uitbetaald en niet, zooals bij een levens-
verzekering-maatscbappij, de voile verzekerde som.
De reden van mijn sympathie voor dit werk der genoemde Spaarbank
ligt in het feitelijk claardoor gehuldigde sociaal beginsel over de beperking
van het recht van het kapitaal op winst, een beginsel dat m. i. evenmin
in de door den heer de (Hoot genoemde vereeniging wordt gehuldigd.
Xiet de hulp, door de Spaarbank verleend, juichte ik toe, maar het
daaraan, misschien onbedoeld, ten grondslag liggende sociaal beginsel, dat
ik zooeven noemde, en waarvan ik schreef: „waarvan in de toekomst bij
een groote erkenning zeer veel goeds te wachten is."
Juist de denkbeelden-verandering, die aan deze wijze van helpen ten
grondslag ligt, lokte mij aan. Van eenige afdoende verbetering door der
gelijke hulp sprak ik niet. Bed.
CORRESPOND. EN-TIE.
Mijn vriendelijken dank aan den mij onbekenden toezender van de
artikelen over M. 0. in „De Gfelderlander", waaraan ik binncnkort een
bespreking hoop te wijden.
De beantwoording der bricven moest wegens overdrukke bezigheden
deze week achterwege blijven.
Red.
I
„En de parlementaire socialisten mogen roepen en herhalen, dat zij de arlieiderspartij
zijn, zij en geen anilere, dat wordt bij ons langzamerhand wel wat belaclielijk, als men
ziet welk een onbeduidend deel der werklieden bij die partij is aangesloten.
„Laten liever de democraten, die de bervormigen ernstig willen, al bun krachten
richten op die liervormingen en, sleclits eischend wat bereikbaar is, schouder aan
sebouder strijden tegen de niacbt der conservatieven, die de hervormingen zullen tegen-
bouden met hand en tand".
„Daarmede strijden wij voor bet beginsel dat de grond in de eerste plaats dient tot
bestaanmiddel voor bet volk en niet als middel tot geldbelegging voor den kapitalist.
„Wij geven er de voorkeur aan door wettelijke maatregelen te verbieden, dat het
arbeidersgezin ten ondergang wordt gevoerd. en tenminste de nakomelingen van den
flinken, vlijtigen werkman te bewaren voor bet lot van versoboppelingen te worden in de
samenleving.
In een beschaafd land worde geen arbeid geduld, die alleen verricbt kan worden
tegen den prij? van de demoralisatie van het gezin en den lichamelijken en zedelijken
ondergang der kinderen."
Schiedam, 14 April 1897.