A rb ei d. VII. Indien dus de arbeiders voldoende kunnen zijn georganiseerd en door bun optreden als een groot geheel de werkgevers tot een denkbeelden- verandering in zake loonkwestie knnnen brengen, zal tocli de gemeenscliap nog raoeten tusschenbeide treden, omdat de begeerde oplossing door gemis aan energie aan beide zijden nog lang zal uitblijven. En aangezien er twee partijen zijn, die der arbeiders en die der werkgevers, zal het werk van den Staat in dezen ook tweeledig moeten wezen. De arbeiders zal bij in bun organisatie moeten belpen. De grondwet verplicbt de overheid, alle burgers zonder uitzondering vrij te laten in bun recbt en lust tot vereeniging. De overheid wordt daartoe verplicbt. Maar wat baat zulk een verplichting, als de overheid de macht niet heeft, ook particulieren tot de baar opgelegde gelioorzaamheid aan de grondwet te dwingen? Is bet niet belachelijk, dat een particulier wel een recbt mag schenden, de scbenning waarvan door de grondwet verboden wordt aan de overheid? Dit moet in de eerste plaats onmogelijk gemaakt worden. Maar daarmee is de bemoeiing van den Staat te dezen opzicbte niet ten einde. Een voornaam werk kan de gemeenscliap verrichten door voor alle arbeidvoortbrengenden in baar dienst een voldoende arbeidsregeling en loonregeling te maken, door de baar dienende arbeiders voornamelijk uit de georganiseerde vakvereenigingen te nemen, en dan ben desnoods te ver- plichten zich te organiseeren. Maar in dit laatste geval behoort de geor ganiseerde vakvereeniging ook waarborgen te kunnen geven voor de solidi- teit der arbeidskracbten. De invloed, dien de gemeenscliap op deze wijze uitoefenen zal, komt den gebeelen toestand ten goede, want waar staat en gemeente voorgaan, zullen particulieren niet achterwege kunnen blijven, al ware bet alleen door den drang der arbeiders. De gemeenscliap kan evenwel nog verder gaan en nog meer doen dan het vereenigingsleven beschermen en voor baar eigen arbeiders bevorderen of verpliclitend stellen. Zij kan bij de regeling van bet vakonderwijs en al wat daarmee samenbangt bet principe van vakorganisatie aanvaarden. zooals zij datzelfde principe ook ten grondslag kan leggen aan haar eigen regelingen in zake arbeid en loon. Op die manier wordt in zeer korten tijd do< medcworking en toedoen van den Staat een organisatie bereikt. die zee lang zal uitblijven, indien bet zonder die bulp moet gaan. De groote oordeelen van deze methode zijn, dat men de vakvereenigingen bet politick karakter, dat de meeste ervan nu bebben, ontneemt, en dat men een betere partijformatie in de hand werkt door in de vakvereeni gingen van zelf vertegenwoordigers van alle tegenwoordige partijen bijeen te brengen. Het spreekt intusscben van zelf, dat de gemeenscliap bij een zorgen voor de organisatie tegelijkertijd maatregelen zal hebben te nemen om de opleiding voornamelijk der arbeiders beter te doen zijn. Bekalve dit optreden tegenover de arbeiders. heeft de gemeenschap nog de taak in dezen zicb met de werkgevers te bemoeien. De bovenstaande maatregelen, door de gemeenscliap zelve in zake arbeid en loon van baar eigen arbeiders te nemen, zullen van zelf vele werk gevers tot navolging dwingen, hetzij uit overtuiging of beredeneering, hetzij uit dwang door bun werklieden. Maar er zullen er te over blijven, die zich daaraan niet zullen storen. En tegenover dezen kan de gemeen schap baar maatregelen treffen, ten einde ben tot dezelfde regeling te dwingen, die zij zelve maakte. Dan zullen er dus wetten moeten komen, regelingen gevende voor maximum-arbeidsduur, minimum-arbeidsloon, pensioneering, enz. enz., afkan- kelijk van woonplaats (zooals nu ook bij de belasting-regeling verschillende klassen van gemeenten bestaan), van vak en van leeftijd. Is dat alles wettelijk geregeld, dan is de werkgever verplicbt zich daar aan te liouden. Er zullen er dan velen zijn, die zulk een verplichting niet noodig hadden en ongaarne daarom de wettelijke regeling zullen aanvaarden. Maar bij eenig nadenken zullen dezen wel begrijpen, dat de maatregel niet ben geldt maar de onwilligen. Op deze wijze krijgt men een samenwerking van arbeiders, werkgevers en gemeenscliap, die zonder eenige moeite de meest moeielijke toestanden van nu kan verbeteren en in baar gevolgen schitterend zal zijn, omdat zij de belangen van niet £tine belangenpartij terzijde stelt of ten koste der andere verbeft. v. L. iNjitioiiiilo tentoonstelling1 van vrouwenarbeid. (Slot.) Nog een groot bezwaar tegen de voorgenomen isoleering bleef onge- noemd, nl. ditis het gevaar niet zeer groot, dat er zeer veel werk door de vrouwen zal worden geleverd en vertoond, hetwelk blijft beneden bet gemiddelde, door mannen voortgebrachte En dan wordt de veel uitgesproken bewering, dat een vrouw in liijna alle opzicbten beneden den man staat en dus ook minderen arbeid moet lever en, scliijnbaar waar gemaakt door de tentoonstelling zelve. Niemand zal dat gevaar gering acliten, immers er is veel, bijna uitslui- tend, ondergeschikt werk in handen der vrouwen. En hoe zal bij plotse- linge afwijking daarvan iets werkelijk goeds kunnen worden voortgebracbt Ook daardoor zal dus de goede zaak werkelijk schade worden gedaan. Om al deze redenen is een wijziging in de plannen zeer gewenscht. En voor en boven alles moet bet isolementsprincipe worden prijsgegeven. Er zijn waarlijk reeds mannen genoeg, die, hetzij intellectueel, hetzij indus- trieel of hoe ook, gaarne bet tentoonstellingsplan zullen steunen. Laten de dames dan beginnen bun hulp in te roepen. Zij geven daardoor geens- zins een bewijs van onmacht of gemis aan zelfvertrouwen, maar spreken daarmee alleen de erkenning uit van de onmisbaarheid der onderlinge samenwerking. Dat kan op ieder gebied gebeuren; op bet eene zal bet meer noodzakelijk zijn, op bet andere minder. Dat ligt trouwens in de eindbedoeling der tentoonstelling zelveimmers deze isin staat en maatschappij de krachten der vrouw niet langer onge- bruikt of onvoldoende en verkeerd gebruikt te laten liggen, maar die zoo aan te wenden, dat het geheele leven der gemeenschap er baat bij heeft, in samenwerking.met de mannen. Nu, dan is bet tocli beter, met die samen werking te beginnen, wanneer die door de omstandigheden wordt mogelijk gemaakt, zelfs al laat die in den aanvang veel te wenschen over, en dan van dat begin uit verder te werken. Isolement geeft alleen kraclit, indien de grondgedacbte der afzondering zou worden verkracbt door samen werking. Maar er zal wel niemand zijn, die in dit geval daaraan zal denken. Dit prijsgeven van het isolementsbegrip sluit volst relet niet in zicb een afstand doen van do leiding, mriohting enz. dor ientooiwtelling. Die moeten geheel in handen blijven der vrouwen, anders zou de geheele onder- neming baar merk verliezen en eindelijk gaan veranderen in een dubbel- slacbtig iets. Maar de uitvoering, het praktisch mogelijk maken van de plannen, daaraan moeten de mannen 0111 al de aangevoerde redenen mee doen. Want bet is van meer beteekenis, dat bet voorgestane doel op uit- muntende wijze door mannen bereikbaar wordt gemaakt dan op onvol doende wijze door vrouwen. Hierbij dient ook niet te worden vergeten, dat een tentoonstelling ver- bazend veel geld kost, en dat slechts door een enkele vrouw eenigszins ruim over geld kan worden beschikt. Daarom zal men dus van zelf af stand moeten doen van het isolementsbeginsel. Van groot belang zal verder wezen, bet lidmaatschap goedkooper te maken. Het is waarlijk geen gering iets, f 25 af te staan voor een propaganda-zaak. De som is grooten zeer velen zouden f 5 willen geven, zelfs al sympathiseeren zij niet ten voile met de tentoonstellingsplannen, maar bebben er geen 25 voor over of er voor beschikbaar. Er moet ook niet vergeten worden, dat de ongetrouwde vrouwen zelden aan bun buisbouden en familie een zoo groote som kunnen onthouden. Eerder zul len er 5 gevonden worden die 5 kunnen en willen storten," dan 1 die er 25 aan kan geven. De geringe geldelijke resultaten wijzen dat trouwens reeds aan. Want die komen voor een overgroot deel op rekening van bet veel te hooge lidmaatschap. En dan zal nog duidelijker dan tot nu toe gebeurde moeten worden omscbreven, welke uitbreiding der werkkring de vrouwen verlangen. Want in dien algemeenen term ligt het zeer groote gevaar van onbe- paaldbeid en onduidelijkheid, zoodat men er alles uit kan opmaken. Ook dit moet niet vergeten worden: om tal van redenen wordt in onzen tijd veel aangedrongen op beperking van den arbeidsduur. Een voorname reden is, dat men op die manier bet persoonlijk en huiselijk leven kan verheffen. Er zit zulk een groote kracbt in bet intieme leven te buis, een groote kracbt tot geluk en een groote kracbt tot arbeid. Laten de ontwerpers der tentoonstelling toch oppassen, dat zij met haar propa ganda bet huwelijksleven en bet huiselijk leven niet verdrukken maar er 1) Bij de beliandeling der arbeidersorganisatie zal ook dit punt uitvoerig ter sprake komen.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Onze Tijd | 1897 | | pagina 2