27
een groote groote plaats aan toekennen in cle maatschappij, zooals velen
die met liaar begeeren.
T)it zijn eenige bescliouwmgen en opmerkingen naar aanleiding der ten-
toonstellingsplannen, geschreven met do' eerlijke bedoeling de goede zaak
te helpen voor zoover dit weekblad dat kan. Mogelijke bedenkingen of
weerleggingen zullen gaarne worden geplaatst, want alleen in een eerlijk
heen een weer redeneeren kan er nut liggen voor een denkbeeldenont-
wikkeling.
De Oranjebond van Orde.
I)e Redactie van bet weekblad „S t a Pal", bet orgaan van den Oranje
bond van Orde, weidt een uitvoerige bespreking aan de artikelen over
dezen bond in „Onze Tijd". Aangezien iedere eerlijk bedoelde beliandeling
van een onderwerp wint door een even eerlijk-bedoeld daarop volgend debat,
is bet zeer gewenseht op bet artikel in „S±a Pal" in te gaan. Bovendien
geeft een debat een uitmuntende gelegenheid zijn meeningen te onderstreepen.
In de eerste plaats geeft de Red. eenige opbeldering over bet gebruik
van bet woord socialisine in de beteekenis van sociale liefde. Wei wordt
erkend, dat ,,liet algemeen spraakgebruik" aan de woorden socialisme en
sociaal-democratie gelijke beteekenis toekent, maar de Red. aclit liet
gewenscht de beide woorden in verschillende beteekenis te gebruiken,
omdat zij volgens liaar in oorsprong zeer uiteenloopend van beteekenis zijn.
Indien de Red. eens de ontwikkeling van de beteekenis dor woorden
naging, zou zij bemerken, dat in bet leven der taal vaak de meest onlo-
giscbe veranderingen en benoemingen burgerrecht verkrijgen, tegen de
zuiveringspogingen van alle taalkundigen in. Waarom dan met bet woord
socialisme opnieuw zulk een zuiveringspoging gewaagd? en waarom niet
liever voor dat booggeacbte en mooigevonden begrip een ander woord
gebruikt? Het woord sociaal-democratie is voor dagelijkseh gebruik te lang,
vandaar bet woord socialisme. Men spreekt zelfs al van socialen in
plaats van socialisten. Met geen tbeorie of redeneering kan men daar-
tegen ingaan. Het eenige dat de redactie ermee bereikt is verwarring.
l)e bewering dat de bestrijding der sociaal-democratie niet in overeen-
stemming is te brengen met de bedoelingen van verzoening der verschil
lende klassen, beantwoordt de Red. met de erkenning, dat de sociaal-
democratie juist ook onder de arbeiders grooten aanliang beeft, dat ,,vele
sociaal-dcmocraten, wat de onbaatzuchtigheid bunner bedoelingen, den
adcl bunner drijfveeren betreft, op bene lijn gesteld kunnen worden met
predikers der sociale liefde", maar:
,,wij houden vast aan* hetgeen wij steeds gezegd hebben, dat zij,
opbou\yen willend en liefde zaaiend. zicb niet mogen indeelen of laten
indeelen bij bet leger der geweldpredikers. dat zij, aan den kant van
bet socialisme behoorend, bet, door plaats te nemen onder de vanen
der sociaal-democratie, aan zichzelven te wijten bebben als onze Bond
vijanden der maatscbappelijke orde en niet vrienden, die bet verbeteren
der maatschappelijke toestanden en verboudingen beoogen, in ben ziet."
En daarna licht de Red. liaar standpunt nader toe door te zeggen, dat
zij niet twee partijen wil verzoenen, maar een groote partij wil vormen,
die uitgaat van de sociale liefde en wars is van de sociaal-democratie.
Feitelijk sluit dus de Oranjebond de sociaal-democraten bniten de verzoe
ning der verschillende klassen"! Maar is daarmee niet ronduitverklaard,
dat de sociale liefde" door den Bond alleen tegenover geestverwanten zal
worden aangewend dat dus de groote grondidee van sociale liefde wordt
opgebeven door den strijd tegen de sociaal-democratie? Of wil de Bond
sociale liefde en sociale haat als de twee factor en van een zelfde begrip
opvatten zooals vele cliristenen naast bun cbristelijke liefde een groote
dosis cbristelijke haat bezitten? Wil de Bond werkelijk uitgaan van sociale
liefde, waarom dan die haat tegen de sociaal-democratie, waarmee men
immers niets anders bereikt dan dat de bestreden partij zicb steeds sterker
en actiever ziet worden Het groote bezwaar, dat sociale liefde en uitslui-
ting van welke groep van personen ook niet zijn te vereenigen, is dus
niet opgebeven. De Red. van „Sta Pal" zal met een nader antwoord de
Red. van „0 n z e T ij d" groot genoegen doen. Bovendien indien men een
prediker wil zijn van de sociale liefde, waarom begint men dan niet met
de ,,tollenaren en zondaren". dat zijn bier volgens den Oranjebond in de
eerste plaats de sociaal-democraten?
Ook bet andere hoofdbezwaar tegen den Oranjebond is niet opgebeven
door de Red. van „Sta Pal," bet bezwaar nl. dat er geen samenhang is
to vinden tusschen de verzoeningsidee en de 9 groote daden. Daarover wordt
dit thema zeer kort uitgewerkt.
,,Hij (de Oranjebond) moot vereenigen het practisch-sociale en bet
verkondigen van bet denkbeeld eener algemeene sociale liefde."
En dat moet bij, omdat bij bot vangt met de denkbeelden alleen, en met
het zuiver practiscli werk alleen op materialistiscb terrein komt. Was het
dan niet doelmatiger die denkbeelden-verkondiging achterwege te laten, en
alleen met hart en ziel zicb aan den praktiscben arbeid te wijden, waar-
van een ieder dan de bezielende grondgedachten zal moeten opmerken?
Dat spaart arbeidsverlies en ook geld uit. En wellicht zal bet ook rneer
bereiken. Want, ronduit gezegd, menigeen die sympathie beeft voor bet
„practisch-sociale" werk van den Oranjebond, wordt van een betuiging
van sympatbie teruggehouden juist door de opentop onwezenlijke idee der
sociale liefde, die iets wolkenachtigs aan den Oranjebond geeft. Bovendien
hoe de sociale liefde in de praktijk leiden kan tot de 9 daden van den
Oranjebond, is toch zeker zeer onduidelijk. Ieder ziet den Bond die beide
werkingen verrichten, maar hoe ze samenhangen is nog nooit betoogd,
omdat er geen samenhang te vinden is.
Zoo komen wij terug tot dezelfde vraag, gedaan bij de bespreking der
brochure: ..Hoe verdwijnt bet roode spook?" nl.waarom bepaalt de
Oranjebond zicb niet bij een der beide werkingen?
I n g e z o ii tl e n-
Aan de Redactie van „0 nze T ij d."
M. de R!
Als secretaris van bet Bestuur der Spaarbank van de Departementen
„Ar.um c. a. en „Witmarsum c. a." mag ik op bet scbrijven van den Heer
M. C. M. de Groot in uw laatste nummer niet zwijgen en verzoek U
daarom lieleefd mij de gelegenheid tot spreken te willen geven.
Aangenaam was bet mij den door ons genomen maatregel door U zoo
gunstig beoordeeld te zien. Hoewel deze niet dienen moet om den strijd
aan te binden tegen de Levensverzekering-maatscbappijen, die in vele
opziehten zoo nuttig werken, is bij in werkelijkbeid het uitvloeisel van de
bij ons ingewortelde overtuiging, hoewel deze niet duidelijk uitgesproken
is, dat bet kapitaal geen recht beeft overmatige winsten te trekken van
de spaarpenningen van den arbeider, door hem in bet zweet van zijn aan-'
Schijn verdiend en dikwerf met ontbering van bet noodigste voor zijne kin-
deren afgezonderd. Wij gaan dan ook niet tot de arbeiders 'met de ver-
rnaning: „Weest toch spaarzaam want wij begrijpen bet niet boe, ten
minste in onze omgeviag, vele arbeiders van hunne karige verdiensten nog
iets kunnen afzonderen. Maar, rekening houdende met de werkelijkbeid,
bieden wij hen onze liulp aan ten einde zorg te dragen dat bet kapitaal
geen misbruik make van bunne onkunde en den vlag strijke met een groot
deel van bunne zuur verdiende spaarpenningen.
Onze maatregel vindt dan ook onverdeelde sympathie behalve wellicht
bij H.H. vertegenwoordigers van Levensverzekering-maatscbappijen, wier
belangen bierdoor wel eenigszins worden uit bet oog verloren.
Pijnlijk deed mij daarom aan bet scbrijven van den Heer de Groot met de,
niet nader te qualihceeren, ondoordachte vraag: „Weten de genoemde
„Spaarbanken van dat alles (bet streven van hot Xed. Werkliedenfonds,
„opgericht door de Xed. Pensioenvereeniging 'voor werklieden) niets af,
„of weten zij met bun leegen tijd geen raad?"
Op bet laatste gedeelte dier vraag dit ter geruststelling, dat ons Bestuur
niet een rentenier in zijn midden telt en wij alien eer tijd te kort komen
dan over bebben. En op bet eerste: de Heer de Groot wende zicb om
inlicbtingen tot de Directie van heft Xed. Werkliedenfonds. Uit bet vol-
gende blijke Z.Ed, evenwel voorshands dat gen. fonds mij niet ten eenen-
male onbekend is.
Tarief E Xed. Werkl. fonds (uitkeering op 60-of 65-jarigen leeftijd of bij
vroeger overlijden) is volstrekt niet hetzelfde als wat door onze Spaar
bank bedoeld wordt. Onze spaarverzekering, meen ik, is niets dan eene
aanvulling van bet Xed. Werkl. fonds of eene voorziening in hetgeen
daataan ontbreokt. En dat daarmede voorzien wordt in eene diepyevoeWv
behoefh' blijke bieruit dat, terwijl er einde 1896 van tarief E Xed. Werkl. fonds
101 polissen in omloop waren, de polissen van andere maatschappijen
waarbij arbeiders zich of bunne kinderen een klein sommetje verzekerd
hebben om over korter of langer tijd te ontvangen, bij tienduizendtallen
over ons kleine land verspreid zijn.
Terecbt bebben andere maatschappijen daarom twee verschillende tarieven
1°. voor uitkeering op bepaalden leeftijd gelijk tarief E van bet Xed.
Werkl. fonds, en 2°. voor uitkeering op bepaalden leeftijd met teruggave
bij overlijden van de gestorte premien of van 95 der gestorte premien,
bebalve die van bet eerste jaar en met verlies (geheel of gedeeltelijk) van
de gestorte premien bij staking van premie-betaling, welk laatste er
evenwel als niet reclame makend meestal niet bij gezegd wordt.
Ter vervanging van bet laatste komt onze Spaarbank met hare spaar
verzekering; want anders is bet niet en waarborgt aan de inleggers al
bare spaarpenningen met intrest op intrest. Volgens eene zuivere matige
renteberekening beeft de Spaarbank de gelegenheid tot sparen gegoten in
den door duizenden verlangden vorm dat de spaarders geene gelegenheid
bebben aan bunne spaarpenningen te komen, en daar men absoluut een
stimulans wil hebben om te blijven sparen en dien meent gevonden te
hebben in het verbeuren der gestorte gelden bij staking van premie-
betaling, bebben wij, niet om er winst uit te halen, maar om aan dat
verlangen eenigszins te voldoen, er de bepaling bij gemaakt, dat in dat geval
de gestorte premien met bijvoeging van 2 0 enkele intrest op den bepaal
den tijd worden uitgekeerd. Hoe enorm de winsten dier maatschappijen
moeten zijn, op die duizende kleine verzekeringen behaald, wordt eerst recht
duidelijk, wanneer ik het door ons aangehaalde voorbeeld van eene verze-
kering van 100 toepas op eene b. v. van f 10.000.De inlegger (verze-
keraar) zoude in dat geval (overlijden na 19 jaar bij eene verzekering
van uitbctaling na 20 jaar) bij onze spaarbank f 2300 winst bebben.
Voeg bierbij dat vele Verzekeringen vervallen door staking van pr-emie-
betaling en men kan nagaan welke ontzaglijke winsten bet kapitaal trekt
uit dien lofwaardigen trek in het karakter onzer minder bevoorrechte
medemenschen.
Ik weet bet wel, bierdoor worden de toestanden niet gelieel beter, bet
is maar eene kleinigbeid voor den arbeider, maar als anderen en bet is
te liopen velen ook eens eene kleinigbeid ten zijnen bate doen, zullen de
toestanden langzamerhand vrij wat verbeteren.
U beleefd dank zeggende voor de verleende gastvrijheid,
Uw dienstw. Dienaar
W. MEKKIXG.
Arum, 19 April 1897.
L. S.
Wegens plaatsgebrek moet ook het in de inhoudsopgave vermelde artikel .Een radicaal
Weekblad" tot liet volgend nnnimer blijven liggen. Red.