'Liefde voor katten zit diep' Oliebollenvet niet in het riool Dole terin praktijk Wilma van Waasdijk vangt zieke dieren op J VoorzichHg met vuurjwerk) Gedumpt Verhaal apart Bejaardentehuis Melkpak of oliefles Goede voornemens 30 DECEMBER 1998 DE POSTILJON EDITIE 12 PAGINA 5 Twee jaar geleden deed ik voor de eerste keer als buisarts dienst tij- dens de jaarwisseling. College's hadden me al gewaarschuwd voor een bectiscbe avond; Jan en alle- man zou langskomen met brand- wonden als gevolg van verdwaald vuurwerk of bet verkeerd afsteken daarvan. Om zoiets goed te kunnen behandelen moet je eerst weten hoe erg de verbranding is. Dat wordt in graden uitgedrukt. Bij een eerste- graads verbranding is de buid rood en pijnlijk, zitten er blaren op en doet bet nog steeds pijn, dan is bet tweedegraads. Bij een derdegraads verbranding is de buid zodanig per- brand dat men deze niet meer voelt. In geval van een lichte verbranding kan er brandzalf op; een smeersel dat pijnstillend en ontsmettend is. Over die zalf had ik een afspraak met de apotheker gemaakt. Hij had mij een halve liter gegeven; genoeg voor bebandeling van wel veertig patienten. Na de dienst zou later bepaald warden hoeveel receptjes daarvoor gescbreven moesten war den. Voorts hadden ive ook stapels gazenverband en driekant doeken (om mitella's te vouwen) ingesla- genwant je kon niet weten. De oudejaarsdienst begon. Buiten vroor het dat bet kraakte. Als gevolg van een storing in bet buizen stelsel van onze CV was de wacht- kamer ijskoud. Gelukkig konden we van de buren een kacbeltje lenen, waardoor er minder gevaar was dat de patienten zouden vast- vriezen aan de stoelen. Tot een uur of acht was bet akelig stil. Desondanks stelde m'n vrouw Bea voor het kacbeltje beneden in de wacbtkamer aan te steken. Nu wil ik er graag op wijzen dat er een groot verschil bestaat tussen de wijze waarop een vrouw het gas aansteekt. en de wijze waarop een man dat doet. Om met de laatste te beginnen; een man zal eerst een lucifer aansteken. Daarna doet hij het gas aan, de toevoer op de laag- ste stand en dan haudt hij er heel voorzichtig de brandende lucifer bij. Een vrouw daarentegen zet eerst het gas voluit en steekt dan de lucifer aan. Dit is zo'n beetje mijn conclusie na observatie van gasaan- stekende vrouwen. Nadat Bea naar beneden was fegaan, stak ze het kacbeltje op de ovenbeschreven manier aan. Eerst het gas voluit, dan de lucifer aan- strijken en bij de kachel houden... Een grote steekvlam was het gevolg. Bea riep naar boven dat ze verbrand was en ik wist niet hoe snel ik de trap af moest komen. Eerste hulp bij verbranding bestaat altijd uit goed koelen, 'Eerst water, de rest komt later', zeggen doorge- winterde EHBO-ers. Laat het water ecbter niet te hard op de huid terecbtkomen, want dan doet het nog eens extra pijn. Nadat Bea zo'n vijfentwintig minuten met haar arm in de wasbak had gehangen bekeek ik de plek. Rood, pijnlijk en opkomende blaren. Tweedegraads dus. Ik besloot te behandelen met de brandzalf. "Dat scheelt, dackt ik, "we bebben nog een pot vol". Even daarna iverd de pijn een stuk minder. Er is de rest van de avond niemand meer geweest met verbrandingsver- scbijtiselen. Vuurwerkslachtoffers gingen direct door naar de spoed- eisende hulp van het ziekenbuis. Toen ik dagen later de apotheker tegenkwam, vertelde bij dat hij wel had verwacht dat er niemand zou komen. "Je collega's bebben je gewoon voor de gek gebouden. Maar"zei hij grootmoedi "omdat het nieuwjaar is, mag je de pot brandzalf bij me terugbren gen. "Ik zei dat ik een aardige hoe- veelheid voor de verbrande arm van mijn vrouw had gebruikt. "Tja", zei de medicijnleverancier, "dan kan ik de pot niet terugne- men". Ach, dacht ik, laten we er maar om lachen. Want wat zal zo'n pot zalf nou opwegen tegen de ver- minderde pijn bij mijn vrouw? En die gaat in zo 'n situatie toch voor. Pieter Vlasveld v Huisarts SCHIEDAM - Wilma van Waasdijk is een echte dierenlief- hebber. Vooral katten hebben haar voorkeur. Maar vliegt er een vogel tegen haar raam die versuft op het balkon blijft lig- gen, dan lapt Wilma dat beestje ook op. Ze vond eens een wulp in het weiland met een lamme vlerk. Ze nam hem mee naar huis en verzorgde hem net zo lang tot het vogeltje weer gezond en sterk de deur kon uitvliegen. Om van de konijnen, cavia's, ham sters en zelfs een egel maar niet te spreken, die in huize van Waasdijk liefderijk zijn opgevangen en gene- zen. Maar de katten spannen de kroon. "Mijn liefde voor katten zit diep", zegt Wilma, "ook bij mijn man Louis. We waren net getrouwd, toen mijn man op z'n werk een raar geluid uit de glasbak hoorde komen. Bij nadere inspectie bleek er een nest jonge katjes in de bak te zitten. Met korstjes brood heeft mijn man de katten uit de glasbak gelokt en mee naar huis genomen. Ja, wat doe je dan. We hebben ze tarn weten te maken en voor elke kat vonden we een goed tehuis." Bij binnenkomst in de woning van de familie Van Waasdijk zit kat Sonja mooi te wezen in de hal. "Je had haar moeten zien toen ik haar vond. Ze was gedumpt op een 'weg- zetplek voor katten'. Nou, laat zo'n kat maar eens zitten. Ik heb drie dagen nodig gehad om haar te ont- klitten. Meteen ontdekte ik dat ze niet in orde was en ik nam haar mee naar de dierenarts. De diagnose kwam hard aan. Ze had een stevige buikvliesontsteking, ze bleek draag- ster te zijn van het hiv-virus en ze had geelzucht. Op een kwade dag lag ze totaal ingestort in de katten- bak." Een afspraak bij de dierenarts was weer snel geregeld. Sonja moest blij- ven en heeft vijf dagen aan het infuus gelegen. De dierenarts dacht dat Sonja misschien nog een paar weken te leven had. Dat weerhield Wilma er niet van haar op advies van de dierenarts een speciaal dieet te laten volgen. Het resultaat mag er zijn. Sonja is een pronkstuk, maar wel met een paar echte kattenma- niertjes. Zo wil madam bijvoorbeeld haar brokjes niet uit een bakje eten. Nee, ze moeten op het kleedje in haar mandje worden gelegd. Verder is ze de de dikste vriendjes met de vier andere katten in Wilma's huis. Met Lucky het meest. Kat Sonja zit mooi te wezeri. Sonja is een van de vijf katten in huize Van Waasdijk. (Foto: Van Det fotoproducties) Lucky is een verhaal apart. Hij komt uit een nest jongen, die geboren zijn onder een flat in de buurt. Hij is aan een oog blind. De jonkies werden naar het asiel gebracht, maar Lucky was daar onhandelbaar. Wilma kon dat niet aanzien, haalde hem weer uit het asiel en vond een goed tehuis voor hem bij iemand die op de vier- de etage woonde. Dat vond Lucky blijkbaar maar niks, hij sprong van vier hoog naar beneden en koos de vrijheid. Toen Wilma dat hoorde is ze de hele omgeving gaan afzoeken. Geen kat te vinden. Ze loofde hon- derd gulden uit voor de eerlijke vin- der van het katje. Prompt kwam er een reactie en het diertje was weer onder Wilma's hoede. "Toen heb ik hem maar in huis genomen, om te kijken of er nog wat aan op te voe- den viel." Toen Wilma een paar dagen met vakantie ging en een oppas had voor haar katten, sprong Lucky ook vanaf haar balkon naar beneden. Bij thuiskomst begon Wilma weer aan een zoektocht. Na een week vond ze hem. "Toen heb ik hem Lucky genoemd. Sindsdien is Lucky een tevreden kat. Hij heeft z'n eigen plek onder de bank en wil daar uiteindelijk wel onder vandaan komen om even show te oog. lopen. Een lust voor het Dior wil zich niet laten zien. Ze zit bij Wilma min of meer in het bejaar dentehuis. Ze komt uit een catterie en is te oud om nog mee te fokken. Cindy komt 's avonds pas bij de mensen. Minka rent door het huis achter een veertje aan. 't Is kostelijk om te zien, vooral ook hoe de ande re katten toekijken. Vermoeid, alsof ze denken: "sloof je nou maar lek- ker uit, wij doe niet meer mee. Wilma laat het niet bij de zorg voor haar binnenkatten. Er is een groep van acht mensen, onder wie Wilma en haar man, die dagelijks zwerfkat- ten verzorgt. Waar de katten zitten vertelt ze niet. "We hebben een heel goed contact met het dierenasiel en met een dierenarts. Zwerfkatten die onder onze hoede zijn, zijn gesterili- seerd en worden goed verzorgd. Denk maar niet dat we ze een dag vergeten of overslaan. Zomer en winter, vakantie of niet, de katten worden gevoerd. Dat kost geld ja, veel geld, maar dat maakt ons niets uit." Zelfs als ze slaapt staan Wilma's oren gescherpt op katten. "Ik her- ken kattengeluiden uit duizenden. Als ik's nachts een kat hoor kermen of schreeuwen, ben ik meteen klaar- wakker. Ik stap mijn bed uit en zoek net zo lang, tot ik weet waar het geluid vandaan komt en waar de kat zit. Wilma neemt de katten die ze vindt niet meer in huis. Vijf is genoeg. Er mogen er trouwens ook niet meer bij en ze mogen ook niet de deur uit, vanwege de ziekte van Sonja. "En weet je," filosofeert Wilma, "je moet je ook realiseren, dat katten hoog bejaard kunnen worden. We gaan nu zo'n beetje gelijk op, de leeftijden van de katten en die van mijn man en mij. Zo willen wij met z'n alien wel oud worden," en ze geeft Minka een dikke knuffel. Kathy Korporaal-Huitema REGIO - Bij de jaarwisseling horen tradities. Een daarvan is het eten van oliebollen en appel- flappen. De een koopt een flinke zak bij de bakker, de ander zweert bij zelfgemaakte produc- ten. Een onderdeel van de jaar- lijkse traditie is de waarschu- wing van de Hoogheem- raadschappen om vooral niet bet gebruikte oliebollenvet of de olie via de gootsteen in het riool te laten lopen. Helaas schijnt het nog steeds nodig te zijn die waarschuwing jaarlijks te herha- len. Nogmaals: afgewerkte oliebollenvet of olie horen niet thuis in het riool. De gevolgen kunnen kostbaar zijn. Olie en vet kan blijven 'plakken' en voor verstoppingen zorgen. Bovendien kunnen de zuiveringsin- stalltaties hier problemen van ondervinden. Gestold vet en olie klonteren namelijk samen met ander vuil en dit kan storingen veroorza- ken in de pompen en machines. De extra hoeveelheid afgewerkte olie en vetten die met oud en nieuw via het riool worden geloosd vor- men tevens eer^ extra belasting voor het biologische zuiveringsproces. Om het milieu te sparen kan de gebruikte olie of het vet na afkoeling het beste in de lege oliefles of in een leeg melkpak worden gegoten. De afgekoelde olien en vetten kunnen vervolgens de vuilnisbak in of, wat nog beter is, afgegeven worden bij speciale afgiftepunten. Hierna wor den de olien en vetten onder andere hergebruikt of verbrand. Er kan geen nieuw jaar aanbreken of er moeten goede voornemens worden gemaakt. Ik deed daar jarenlang aan mee. Ik was kam- pioen in het bedenken van goede voornemens. Toen ik druk aan het puberen was nam ik me eens voor, dat ik mijn nagels tot ongeken- de lengte zou laten groeien. Dat leek me fantastisch. In de klas zit ten, voor het bord moeten komen en de opdracht krijgen de ver- voegingen van de uit het hoofd geleerde onregelmatige Franse werkwoorden op het bord te schrijven. In het krijtbakje lagen altijd stompjes krijt, die moesten eerst op, voordat je aan zo'n mooi lang nieuw exemplaar mocht beginnen. "Ik kan niet met die miniatuur- tjes op het bord schrijven meneer"zou ik dan zeggen, "mijn nagels zijn te lang.Ik voegde de daad bij het woord. De tot wanhoop gedreven leerkracht wist zich geen raad. Niet bet krijt maar mijn nagels krasten over het bord. Ik had hem gewaarschuwd! Met kip- penvel op z'n armen zo hoog als de lengte van mijn nagels schreef hij een brief naar mijn ouders. Weg goede voornemen, weg lange nagels! Een jaar later had ik het beste voornemen dat ik ooit had bedacht. Ik wilde niet meer zoveel jonge konijnen, dat bracht ontzettend veel werk met zich mee. Dus zette ik vrouwtjes bij vrouwtjes en man- netjes bij mannetjes in mijn konijnenhok. Dacht ik! Als er ooit gesproken kan worden van een ware 'habyboom' onder konijnen, dan is bet dat jaar geweest... Toen ik heel wat onder was en mijn tijd niet rokend had doorge- bracht, hoorde ik iedereen die rookte verzuchten: "Per 1 januart stop ik met roken!Geloof het of met, ik had bet voornemen dat jaar te beginnen met roken. Jarenlang bield ik het vol. Een goed voornemen om er ooit weer mee te stoppen heb ik nooit bedacht. Op een fleurige 11 met heel lang geleden, deed ik dat zomaar ineens. Ik heb me een aantal jaren geleden voorgenomen, dat ik geen aan- dacht meer besteed aan goede voornemens per 1 januari. Lijnen Veel te sneu voor al mijn vriendenvriendinnen en fantilieleden die in januari jarig zijn. Kom je gezellig op verjaarsvisite en neem je niks, omdat je je hebt voorgenomen te gaan lijnen per 1 januari! Blijven ze met al die lekkere hapjes zitten. Niet meer roken? Niet van toepassing. Het wat rustiger aan doen? Als je je hele leven al in de vijfde versnetling draait, went de vierde niet. Nou ja, ik neem me ieder jaar toch iets voor. Meestal aan het begin van het jaar. Dat ik aan het eind van het jaar een mooie wens heb voor iedereen voor het nieuwe jaar. "Het oude jaar is heengegaan, met twee fluwelen slofjes aan. Het zucktte: "nooit keer ik weerom, dag ouwe jaar, mijn tijd is om! Ik wens u voor het laatste jaar van deze eeuw een paar mooie flu welen slofjes, dat ze goed van snit zijn en u zonder pijn en verdriet naar de nieuwe eeuw mogen dragen.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Postiljon | 1998 | | pagina 5