Een eredivisie zonder Sparta
smaakt als een ei zonder zout
Geen aprilgrap
Zakelijke inslag
Zilveren bal
Oppermachtig
Bolwerk
Jaap van Rijn
28 JULI 1999
DE POSTILJON EDITIE 12
PAGINA 9
Ttjdens een Zilveren Balfestijn nestelden eretribune-bezoekers zich op Spangen in bet zonnetje achter een van de
doelen. Vlnr: Scheurleer (van de Tennisbond), Kees van Hasselt (Sparta), Karel Lotsy (met hoed), oud-minister Kan,
Corry Vonk en tennisser Henk Timmer.
Op zijn zeventigste verjaardag werd Bok Korver gefeliciteerd door Karel
Lotsy.
ROTTERDAM - Na de over-
winning in Groningen op de
club met diezelfde naam, heeft
Sparta haar positie in de eredivi
sie weer voor een poosje veilig
gesteld. Ik had er niet aan moe-
ten denken dat deze oude club,
die in de vorige eeuw de bedjes
heeft gespreid voor de voetbal-
sport in ons land, was gedegra-
deerd. Dat zou zonder meer een
nationale ramp zijn geweest.
Sparta is een van de weinigen van de
elitaire clubs die destijds tot het spe-
len van betaald voetbal besloot. De
inbreng van Rotterdamse zakenlie-
den heeft daarin een belangrijke rol
gespeeld. Hoe sneu dat ook voor PC
Groningen. Volop vreugde in
Rotterdam dus om het behoud van
Sparta en het landskampioenschap
van Feyenoord.
Als ik u vertel dat Sparta's wieg op
1 april 1888 in een cafe op het
Rotterdamse Stieltjesplein stond,
dan is dat geen aprilgrap. Sparta
begon met voetballen op
Crooswijk, vertoefde vervolgens
bij de Oranjeboom en op het
Heuvelveld en in 1893, tegelijk met
de promotie naar de le klasse,
werd een terrein op de Oude
Binnenweg in gebruik genomen.
Honkvast was de club allerminst.
Na een periode Schuttersveld wer-
den op de Prinsenlaan de grootste
triomfen gevierd. In 1916 ten slot-
te was het aan de gefortuneerde
zakenman M.J. Overeynder -lid
sedert 1894 en gedurende 38 jaar
voorzitter- te danken dat het histo-
rische terrein op Spangen werd
betrokken. Sparta speelt daar dus
al 83 jaar, hetgeen een unicum mag
heten.
Sparta heeft in onze vaderlandse
voetbaltop slechts twee jaar ont-
broken. In 1901 werd zij door
HFC gewipt en in 1912 moest met
een plaats in de Overgangsklasse,
ook wel Margarineklasse
genoemd, genoegen worden geno
men. Beide malen heroverde Sparta
na een jaar het verloren terrein.
Dat betekent dat Sparta dus al 104
jaar in de hoogste voetbaltop uit-
komt. Voor wat de reputatie
betreft laten de kasteelheren clubs
als Ajax, Feyenoord en PSV ver
achter zich.
Vanaf de oprichting heeft de
Rotterdamse koopmansgeest een
grote rol gespeeld. De inbreng van
invloedrijke Rotterdamse zaken-
mensen was niet gering. Al voor
het 'fin de siecle' stuurde het
bestuur reclamelopers door de
Maasstraat om komende wedstrij-
den aan te kondigen en met de
heffing van entreegelden werd in
1893 gestart. Mede dankzij belang
rijke mensen uit rederskringen
werd in dat jaar een vlonder voor
het interlandvoetbal gelegd door de
Britse Harwich &C Parkstone FC
naar Rotterdam te laten komen.
Heel Rotterdam leefde mee, de
scholen kregen zelfs vrijaf. Sparta
verloor weliswaar met 8-0, maar
belangrijker was, dat in Rotterdam
weer iets groots tot stand was
gebracht. In datzelfde jaar stak
Sparta de haringvijver over voor
een tegenbezoek, de 3-0 nederlaag
was toen al heel wat gunstiger.
Het zakelijk instinct was Sparta
blijkbaar aangeboren. Dit bleek
toen Sparta in 1901 degradeerde
en Rotterdam voortaan verstoken
was van topvoetbal. Voor het drie-
tal Van Hasselt-Meyer-Musly was
dat aanleiding om een Zilveren Bal
beschikbaar te stellen, waarom in
een groots opgezet toernooi moest
worden gespeeld. Op die manier
lokte men toch de eerste klassers
naar Rotterdam. Het Zilveren
Balfestijn behoorde destijds tot de
meest populaire toernooien en
vormden de ouverture van het
nieuwe voetbalseizoen. Sparta was
altijd een uitstekende gastheer die
de tegenstanders royaal ontving.
Vermeld zij nog dat het Sparta-
kanon Huug de Groot in 1913 op
het Haagse Houtrust de beide doel-
punten maakte in de met 2-1
gewonnen wedstrijd tegen
Engeland, van wie wij nog nooit
hadden gewonnen. Aanvoerder
Bok de Korver was degene die zijn
manschappen de weg de overwin-
ning wees.
Sparta riep destijds een halt toe aan
de Haagse voetbalsuprenatie en
dankte zulks vooral aan de komst
van Bok de Korver, 31 maal drager
van de oranjetrui. Op 30 april
1909 werd aan de Prinsenlaan de
eerste landstitel behaald. In ver-
band met de geboorte van prinses
Juliana droegen de spelers oranje
strikken. In 1910 was HW weer
aan de beurt, daarna kwam de
gouden plak driemaal in successie
bij Sparta terecht.
In 1912 moest Sparta in haar laat-
ste thuiswedstrijd tegen Ajax gelijk
spelen om kampioen te worden en
stond in de rust met 1-0 achter. De
Rotterdamse aanhang had het niet
meer. Tot 4 minuten voor het eind-
signaal de vermaarde Bok de
Korver op schitterende wijze de
gelijkmaker inknalde. Deze vol-
treffer ging de geschiedenis in als
'het doelpunt van Bok'.
Aan koninklijke belangstelling
heeft het Spangen evenmin ontbro-
ken. Leden van het koninklijke
huis waren regelmatig op Spangen
te zien. Met name prinses Juliana,
die als voorzitter van de
Bloedtransfusiedienst van het Rode
Kruis het jaarlijkse
Spangengebeuren Sparta-
Feyenoord bijwoonde. Ook burge-
meester Droogleever Fortuyn was
in die tijd een trouwe Sparta-
bezoeker.
Na de Tweede Wereldoorlog mocht
de Sparta-aanhang de periode van
het schier onneembare bolwerk
Landman-Terlouw beleven.
Zonnige tijden daagden aan de
horizon en de landstitel lonkte.
Eerst gingen RCH en Rapid JC met
het goud aan de haal, in 1959 was
Sparta de gelukkige. Voor het eerst
na 46 jaar zorgden de kasteelheren
ervoor dat het landskampioen
schap weer eens op Spangen
terechtkwam. In degradatiegevaar
verkeerde Sparta zelden of nooit.
Verschillende spelers hebben
Sparta meer dan tweehonderd
maal in het Nederlandse elftal ver-
tegenwoordigd. De bekendste
waren De Korver, De Groot, Van
der Wolk, Ruffelse, Steeman,
Weber, Formenoy, Drok,
Landman, Terlouw, Van Beveren,
Doesburg, Laseroms, Blind, Van
Ede, Bosselaar, Eykenbroek, Van
Zwieteren en vele anderen. Tot
onze verbeelding spreken nog
steeds namen als doelman Jos
Cohen, mr. Dommering (zoon van
de oud-wereldkampioen biljarten
Jan Dommering), John de Korver,
Wilson, Voormolen, Seton,
Benningshof, Den Boer, Van der
Geest, Van Male etc.
Het is te hopen dat Sparta ons
nooit meer zo in spanning laat als
dit afgelopen seizoen. Een eredivi
sie zonder Sparta is ondenkbaar,
smaakt als een ei zonder zout.
Het bolwerk: Landman-Terlouw