I J .J sia 5° S! '.U S" •II X A! 1836. ROTTERDAMSCHE Saturdag N? 25. C 0 D R A N T. den 27 Fehrunrij. I - f«S ■3! Li 2* '1 s a Is I w S w* S-0 w Q a S 0,' 5 "S 3 '5 S- •5.^ o Si -I S U m -c o o s - '5 '5.2 Jb 2 lie •S SJwe ixXuZ* ore 2222 G£W001VT \^S 5hu- w g to -s; - <u |s» - a- 5 i - S 51 •E a §.s .2? b s go s SU S c o.l g>u u 0 5 I o 3 2 S So11 is bo to s w 5 u 3 wo oL S - c S g - S°s' •S.E :o sSe- --s 1 S I s* J5 21^ Otz JtSw te 2iS o ^2 FRANKFORT den 23 februarij. Lord W. Russell, de britsche gezant aan het Pruissische Hof, is gisteren alhier aangekomen. De oostenrijksche officiele dagbladen deelen een drietal beiangrijke stukken mede, welke op de uitgeweken vreem- deiingen betrekking hebbendie zich sederc eenigen tijd in de vrijstad Krakau hebben opgehouden. Hec eerste is eene nota, door de Gevolmagtigden van Oostenrijk, Pruissen en Rusland, als beschermers van dien Siaat, den pdezeraan den Krakauschen Senaat overgeleverdwaarin verklaard wordt, dat die Hoven uic de betreurenswaardige voorvallen, welke aldaar in de eerste dagen van dit jaar hebben plaats gelvid, waartoe onder anderen behoort het met dolksteken vermoprd vinden van zekeren Jnhann Powloski, het bestaan opmaaen van een aldaar gesmeed complor, dat niet alleen de inwn- dige rust, maar 00k de vefligheid der aangrenzende pjro- vincien bedreigt, en hetwelk niet aan de inwoners, maar aan de vreemdelingen wordt toegeschreven. Ten gevoilge dezer overweging vorderen de genoemde Mogendheden nit kracht van het 9de artikel der weener congres-acte, van het tractgat van 3 mei 1815 en van de nieuwe kra- kausche constitutie, den 30 mei 1833 ingevoerddat alle poolsche vlugtelinget'iwelke zich aldaar bevinden uiterlijk binnen acht dagen van het grondgebied zullen worden verwijderd. Zij kunnen zich naar de oostenrijksche grensplaats Podgorze begeven, alwaar aan diegenen, welke in staat zijn aan te wijzen dat zij op een of ander gebied worden toegelatenhec geld ter voortzetting hunner reis zal worden verschaftterwijl de overigen onverwijld .naar Amerika zullen gezonden worden. Ook de onderdanen van andere Mogendheden, wier langer verblijf gevaarlijk geacht werdmoesten zichvan de vereischte passen voorzienuit Krakau verwijderen. Voorts wordt in die nota medegedeelddat de drie Mogendheden troepen naar de krakausche grenzen hebben laten oprukkenzoowel om te zorgen dat de verbannenen den hun aangewezen weg niet verlaten, als om, in geval van noodde Regering de behulpzame hand te bieden, en zij eindigt met te verklaren dat, zoo onverhoopt deze laatste den wil of de magt niet hebben mogt om aan het verlangen der beschermende Magten te beantwoorden, deze zelve de middelen zullen aanwenfien om hun doel te be- reiken. Het tweede der medegedeelde stukken is het antwoord van den Senaac, waarbij deze zich bereid betoont ter nako- ming der voorgeschreven maatregelen, doch met bijvoeging eener bedenking, wegens de kortheid van den tijd, binnen welken die moeten worden uitgevoerd, zoo uit hoofde der onmogelijkheid om ze daarin op a lie punten des Lands be- kend te makenals van de huwelijks- en handelsbetrek- kingendoor velen der uitgewekenen in den Vrijstaat aan- gegaan, waarom ten hunnen gevalle eenig langer uitstel verzocht wordt. Het derde officiele stuk is de publicatie van den Senaat, bij welke de belanghebbenden van den inhoud der vermelde nota worden verwittigd. - Te Weenen bield men zich bijna met niets anders dan met deze besluiten bezig. In geval de Krakausche Regering in staat bleek te zijn tot de volkomen uitvoering er van, zouden erbehalve de twee reeds uitgetrokken bataillons van igdere Mogendheidgeene meerdere troepen volgen. Dagelijks werden depeches aan den oostenrijkschen resident te Krakau afgezonden. «- De Berner Groote Raad heeft zich in zijne laatste bijeenkoinsten ernstig bezig gehouden met de artikelen der badensche conferentietegen welke talrijke petitien van roomsch-catholijke geestelijken en leeken uit verscheiden oorden van Zwitserland zijn ingekomen, welke meenen dat door die besluiten de H. Scoel in zijne regten verkort wordt. Men wilde te Bern wetendat het Fransche Gouver- nement, op aanzoek van den Pans, den Regerings-Raad heeft trachten te bewegen tot hec niet aaiineigeri dier arcikelen. De heer von Hohenblum uit Weenen heeft onlangs verscheiden duicsche residentie-plaacsen bezocht, ten einde octrooi te verwerven tot hec aanleggen der door hem uit- gevonden onderaardsche correspondentie-wegen. Te Berlijn is. zijn aanbod verworpen en te Cassel is hem te kennen gegevendat men de verwezenlijking van zijn plan als wenschelijk aanmerkte, doch de uitvoering geheel voor zijne rekening moest laten. LONDEN den 23 februarij. De Koning heeft gisteren zijn eerste levde gehouden bij welke gelegenheid de heer S. Dedelbuitengewoon envoyd en minister plenipotentiaris van den Koning der Nederlanden, eene audiencie gehad en zijne geloofsbrieven overhandigd heeft. Na het levde heefc Z. M. een geheimen raad gehouden, in welken de begrooting der onkosten voor hec in dienst nemen van een meerder getal zeelieden goedgekeurd is. Gisteren is in het Lagerhuis wederom door den heer Hume over de Oranjeloges gesproken, waarbij hij Z. K. H. den Hertog van Cumberlandden grootmeester dier loges, geenszins spaarde en eindelijk voorstelde, om bij een adres den Koning te verzoeken van uit's Lands dienst te ontsiaan alia magisrraarspersonen en regterlijke ambtenaren die lid mogten biijven of bijeenkomsten bijwonen van de Oranje- of Ribbonloges of van alle politieke clubsinstellingen of genootschappen, die geheime vormen van inwijding hebben en onderling door eeden verbonden zijn en herkennings- teekenen en paswoorden bezitcenen die zoodanige broe- derschappen niet verlaten binnen den tijd van eene maand na afkondiging eener proclamatiewaarbij Z. M. goedvin- den mogt om alle zoodanige loges en genootschappen te verbieden. Deze motie is door den minister van binnenlandsche zakenlord John Russell, aanmerkelijk gewijzigd en ten gevolge daarvan door het Huis besloten tot hec aanbieden van een adres aan den Koning, om te verzoeken, dat Z. M. zoodanige maatregelen mogt verordenenals Hoogscden- zelve geschikt zullen toeschijnen voor het afschaffen niet alleen der Oranjegenoocschappenmaar van alle andere maatschappijen in lerlandwaarin geheime teekenen ge- bezigd worden en van welke menschen van eene ver- schillende godsdienstieer uitgesloten zijn. Maandag avond is in hec Hoogerhuis door lord Lansdowne verklaarddat de Regering niet voornemens .is voor als nog eenige veranderingen in de belasting op het scheeps- timmerhout in te voeren. De daling, die de spaansche fondsen ondergaan hebben, wordt door sommigen toegeschreven aan een wantrouwen, dat niet zoo zeer door politieke als wel door financiele omscandigheden veroorzaakt wordt. Men vreesc namelijk, dat al de middelen, die tSr ffeschlkking van den minister Mendizabal stonden bijna uitgeput zijn door de onkosten voor den oorlog in het noorden van Spanje, en houdc het voor onzekerof hij in staat zijn zal de interessen den 1 mei verschijnende te betalen. Gisteren waren de 3 per cents gereduceerden 91 en 3 vierden; de geconsolideerden 91 en 1 achtste; de actien van de Bank 218 en 1 vierdeRusland 110 en 1 half; Spanje 45; Portugal 52 en 5 achtsten; Brazilie 87; Mexico 36 en 1 half, Columbia 32; Holland 2 en 1 half per cents 55 en 5 achtsten, en dito 5 per cents 104. De wissel op Amsterdam 12 en 6 en 1 half; op zigt 12 en 4 en 1 half, en op Rotterdam 12 en 7. PARIJS den 23 februarij. Eindelijk is gisteren de zamenstelling van het nieuwe Ministerie officieel pubiiek gemaakt. De heer Thiers is minister van buitenlandsche zaken en president van den raad, de heer Sauzet grooc-zegelbewaarder en minister van justitie de heer de Montalivet minister van binnen landsche zaken, de heer Passy minister van koophandel en openhare werkende heer Pelet (van de Lozere) minister van pubiiek onderwijsde maarschalk Maison is minister van oorlog gebleven even als de admiraal Duperri minister van marine en de heer d'Argout minister van financien. De afgetreden Ministers zijn de hertog de Broglie en de heeren PersilDuchatel en Guizot. Men merkt opdac het nieuwe Kabinet uit een gelijk getal pairs en gedeputeerden bestaac. De pairs zijn de heeren Maison, Duperri, d' A rgout en de Montalivet en de gedeputeerden de heeren Thiers, Sauzet, Passy en Pelet, welke drie laacsten alle vice-presidenten van de Kamer der Afgevaardigden waren. De Koning heeft gisteren den nieuwen Kabinetsraad gepresideerd. De Ministers zijn gisteren gezamenlijk in de Kamer der Gedeputeerden verschenen en daar heeft de nieuwe presi dent-minister, de heer Thiers, dadelijk het woord opgevac, om, zoo als hij zich uitdrukte, uic eigen beweging en zon- der dat de Vergadering zulks vorderde, haar eenige korte inlichtingen te geven. Hij zeide daudat, na het ontbinden van het vorig Kabinet, waarvan hij het zich altijd eene eer rekenen zou lid geweest te zijnzoo om de personen uit welke het zamengesteld was als om hecgeen hec tot welzijn des Lands gedaan had, de Koning mannen tot zich moest roepenwier parlementaire positie hem vertrouwen in- boezemde en uit de verschillende pogingen om een Kabinet te vormen duidelijk de onmogelijkheid gebleken was van een geheel nieuw Ministerie op te rigtenzoo men de meerderheid der Kamer niet wilde opgeven wac niemand wilde doen. Men moest derhalve besluiten om een ge- deelte van het oude Kabinet in het nieuwe op te nemen en alzoo hadden de tegenwoordige Ministers hunne posten aanvaard. Hij voor zich zelven had de rol niet verlangd welke hem was toegedeeld, en elk zou beseffen, dat, zoo hij haar al had moeten-verlangendit niet voor het tegen- woordig, maar voor een later cijdstip zou geweest zijn. Terug deinzen zou in zijn geval zwak, zou onverstandig geweest zijn. Hij had zich dus met de aangeboden taak belast, vol vertrouwen op de nieuwe ambtgenootendie de Koning hem coegevoegd haden zeker, da't hij op zijne beurc hen ook een gelijk vertrouwen inboezemde. Het afgetreden Kabinet was een van zindit moest ook bij het nieuwe zoo zijn, en daarom had hij met zijne nieuwe ambtgenooten zich moeten verstaan over het stelsel van bestuur en na eene onderhandeling van verscheiden dagen was het geblekendat zij eenstemmig van gevoelen waren, zonder welke omstandigheid hij hec bewind niet zou in handen genomen hebben. Onnoodig achtte hij ophelde- ringen te geven wegens het stelsel, dat hec Bestuur daehc te volgen. De vorige daden van alien, die thans in het Ministerie zaten, spraken luid meest alle waren zij in 's Lands bestuur gevyeesc gedurende de dagen van ge- vaar en zij die geen ministers geweest waren hadden ten minsce de pogingen der overigen ondersteund. Geen van alien was veranderd en hij was dezelfde gebleven, namelijk een trouwe. vriend der julij-omwentelingmaar tevens was hij overtuigddat, om de omwenteling te behouden, men haar tegen hare eigen buitensporigheden beschermen moet. Toen men buitensporigheden met ge- weld moest onderdrukkenhadden de Miniscers dit gedaan met de ondersteuning der Kamer, en zoo men nogmaals daartoe genoodzaakt wierd, zouden zij het wederom doen; dit achtte hij noodig aan de Kamer duidelijk en verstaanbaar te kennen te geven. Eindelijk verklaarde hij, dat, zoo het blijlten mogt, dat hij de oude meerderheid niet meer kon vereenigen, hij gereed was voor haren wil te buigen en zijn ontslag te neinenmaar da: hij dit niet kon ge- looven. Hij wilde niet, dat de Kamer in de gedachce verkeeren zou, dac de Ministers, zoo als gezegd is ge- worden de verdeeling der gemoederen en twist en haat deden voortduren, maar verzekerde, dat er betere dagen te wachcen stonden en dat de nieuwe Ministers aan de gevoelens van het oude Kabinet getrouw zouden biijven. Zoo als de Koning verklaard heeft, moeten zij zich toe- leggen op de volmaking der wetgeving, op de verbetering van 's Lands toescand en voortgaan op den weg der vor- cj «- R Q cd C r. H t/J G E- s CJ be C" u 5 W E cs w sd qj jj "T3 H O O t— -- 01 O O E OS Tf C cj -o bo C3 T3 bO k. fi .5 'EL ca IS o 2 c ju *5 N a> u I" CO N E M O cn C s: "a a. M Q- U4 *T3 <U a, o r X ST..O .65 -5 c 6 si a Q '-j R 2? C ft si L 15 01 i 0. V. '5 <L> QS c - CS 3 E is, n as J S cl H K S. <■^5 c SJ -n U S> Q. bC a j -C t; hs Is K 1/. w x L W S o ,E c -C OJ •5 B T3 P w V P c b* O c v 0 o c 5: oS <u ee fc Z u: rj (U *yz a ZJ b£ qj Jrf g- f- CO tx CJ "G bC CT3 -o 3 1- 2 r-- r*-. c OS 'Zx -s. f— J PZwe-L S g 5 b2 5 E 02 t3 t- l-r n en cs rt en rt w be j S 2 *5) O ub v> M f- a S eS §,S OS sf V. 04^.= CS CT w m js. <35 01' J- o CO u •fOc/j r~ O oc <u a» JC. 2 - u J •Ca Q) j— ,2 - C L- ZJZO' L L k In o cs. n rt w n n p to Qo W N 5, 4) ra M Ca o 5 as -e CB SrsrrC <L> u. fix Uf c 2 is is tt c 2 M t c t* 2 o> CQ B <sj O) T3 c <u Q. Q> J* S 2d a> T3 be c c ir s s H C cj <L> v. 5t ca o G. G- K JZ o v> D.X O "c- ^2 13 a on 1 T3 C o O e u oj C) to c 0.5 OS - ft c 0 C3 b£) >2 B S OO e P v- <u -a o .0 <u S3 1> be. O U a, be T" 22 H -1* N QJ be L— o o n OJ •■a C O 2 w. GJ Vi O o TJ n S -a _G C -p "J -n TaxC - he c Sr2P t: c -t: co^ as Cls! u c CJ t>e a> "a <x> j— <u cj -E -a V) c c OJ <u be o <U c c O S 4? 5 T3 gf r, be s_ u. ■D 1- CJ C 5/3 e S gj O CCh CJ rt G rv rt B 0 c CJ 23 Q t; CJ a aj r3 CI S c ■a o. r- *0 CJ c be tj CJ CJ ti w fl 3 c q.2 oE> to ^s c X X OS Hks c o oj as bfl 3 O ca t/5 es u cj ti c CU E U CJ M Ut 3 o ij 4^ U, CJ CJ E.S, CJ ,tJ Z T3 o Q, T3 C B CJ L- CJ C N CJ *s5 0 s. 3, i -a rt iJ i l CJ K bo E .IS G V- QJ n rt p w flj u •G'.G'.S V J IS c e "a cj ioouC a co^ 5 5 QJ CJ 10 0 c-T 2 b a C 60 CD Q 'H. D C n rt O <-> K .S va c a> CJ rt 5 SJ 1, -J >s ■ts ba o s ®s o S Cj xS5 s: CC x^J ft ft bc»^ -s-J a. g, 2 o o .2 *5e Ph o Q -E -C a o cj 5 O CJ C/3 W X2 -G U CJ tn "a> cj bO be C c WW ♦j *-» cj a> W T CJ rt ca G CJ u» CJ -a CJ Q

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Rotterdamse Courant | 1836 | | pagina 1