I
s
- 2- s
^JroG
t=-q s ra Hg if e3 s
k IS 85
g-.s s'B**® ^o.
a-3-3"3 2§-S-"- s I 5 *3
3
2
a
1
s
- 0
-o r»
ggoS-
©P5Z?*-3*
n
S g"
fe.3 3 3 ro d
S- 2
3.3
I a-
-S-PrSS,. S-8 8
En-
52^23 wl«2fi5r.?
l-r
S-g-8 S-3 S-S-Ssia -
Es Zr- y;»si*
Z5 M- O
OS
^g§3-SMs5S|-re-„:si
s s s-g
-
2".
s:™" -
2g-§ S 3
c," s s a3
3
3
<2
S3"
s o|
p
U> tJ 0
-1 -1 "1
O rt P5
r~
A3 £>CF3
So-0
oatj
<t>
3 n
3
t
J iS..^ /*<t
^53
ft-
H
b>
3^<
CO JJ >-H
f-f"0
3 O
cr jc o- r
o
3
Q«s: o n
x 7T" fD O
E4 FT o ^s.
3 a -"a.
it.. rt k -5"o
qY3 g're 3„- -,
X- O "O co
•- E ro 3 ^3 g_r^ 3
^rea ^g3 q ?3g ?o> 2
>-B
q
=-S 2 2 cr
-I g-ocra g
- *7 ?r O CTQ o
»-cr3rqCLrI,::;~><3 n> 2
(i, is: 2 U n>- 2T*o ce C X
"SSreSg""^:- 5 o
a. re 3rro"'-='3»o='q
3 tfl re a a.- 3 3 g
Slo-S S.""8 jl a-|<S
3 EP»o° sag i g
£J >d 3rv3pJ?-i(T)^C«
o s L, >a«n a<
*3 o.C3<re
re R 2-5
De Centrale Afdeeling heeft verslag gedaan op liet
ontwerp van wet, houdende het hoofdstuk der staatsbe-
grootingen voor de jaren 1842 en 1843, betrekkelijk bet
departeinent van buiteniandsche zaken. De beraadslagin-
gen over dat ontwerp zullen op morgen worden gehouden
aanzien van het daar voorgcvallenewas opgelegd. De
heer van Rappard vcrlangdedat de beslissing dier zaak
in comictd-generaal geschieden zou. Verschillende leden
oridersteunden dat gevoelen. Na eenige woordenwisseiingen
dienaangaande werd, met eene ineerderlieid van 27 tegen
cd sj
CD Cj
CJ
3 S
t
CfQ
De C'ommissie tot de verzoekscbriftcn heeft, bij monde 13 scemmen, tot het overgaan der vergadering in comictd-
van de heeren van Rosenthal en Schooneveld versiag gedaan generaai besloten. t
op eenige in hare handen g'estelde stukken. Tegen dat comictd hebben zich verklaard de heeren
Twee daarvanvan den heer Cats, grondeigenaardie van Rechteren, Uytwerf Sterling, Frets, Warin, liniphorst,
zijne gedaehten over de middelen tot kraehtdadig herstel Iluydekoper, Druyvesteyn, Schooneveld, Luzac, van Golstein,
van 's Rijks finantien kenbaar mankten daartoe vooral de Hacker, van Nes en van Dam van Isselt.
eene belasting op het ir.komen of op de bezittingen en (Uit den verderen loop dezer zitting is gebieken, dac
portefeuille wil gebezigd hebben, zullen ter griffie
g
o
3Q 3
t-f ft
O
N
N
o
3 rj
CD
aC3
o a rS
O CD 3 w
Crl ro a-
fp
7? pi
3 7^-,
cn
o
n 5§ 2" W* a-g S S-"
=3" 33 M^o.O m. O 5' M *n N Ti
o =%o'2[ „gq g-3 3 a re 3
oedpfc 3 S3 nw
V3 -» rt as
"b
>3;
o
30b
cr era
ts b* a
no" *t
2«
■at§
X'
5 bj
o otf
ro 3*
n. X
?cra
^2 S'
po 3 2.
$9i
Cu
en
o
7T o
3
o
0 o 3
.§-TC Q-"
O S.S
- n be 2
c-ca a
2 r
0-° g"
n> O 2-
3 S Z
O'S' o - re o
2°-3"S-?W^2a
Oq-§ g?[a.~S-0
3 -d»re^o.^
^5o" - S.o-2
S' 2 5 3 -
3 C^3«s: v. 3 O
Q o
ro o
o 2
W:
CJ
3
S.P3
^•g pj
S" o 2
worden nedergelegd.
Omtrent twee andere stnkken werd overgegaan tot de
orde van den dag. Het een is van den heer Smits,
meubelmaker te Utrecht, die zich op nieuw tot de Kamer
wendtom zich over den uitslag der door hem gevoerde
proceduren te beklagen. In dat request weidt de adres-
sant op eene min gepaste wijze tegen de regterlijke magt
en den advocatenstand uit.
Het ander is van den heer Jakobste Amsterdam
die de Kamer een geheim te koop aanbiedt, om namelijk
een luchtschip te kunnen besturen, waardoor hetmogelijk
zou zijn, zich in veertien dagen naar Oostindie te be-
geven. De voorsteller zegt, dat hij in onderhandeling
is met Frankrijk, maar de voorkeur geeft aan zijn
Vaderland; dat zijne uitvincting onder anderen het groot
nut heeft van in oorlogstijd te kunnen dienen tot
citadelle atmospheriquc, en dat men, gelijk hij aanneemt
te bewijzen, met het door hem uitgevonden luchtschip
in plus minus veertien dagen de reis naar Oostindie kan
doen. De Commissie vindt die beloofde resultaten der
uitvinding stout, maar fraai, en zoo zij werkelijk bestonden,
zouden zij bovenal voor sommige leden der Kamer, in
in dit comicte-generaal besloten is, de opgelcgde ge-
heimhouding voor als nog te bewaren).
Na een kort verwijl werd de openbare vergadering
hervaten namen de beraadslagingen over boverigemeld
hoofdstuk der begrooting een aanvang.
De heer van Rechteren heeft verklaard, dat dezelfde
redenendie hem in October jl. tot de afstemming van
ai de ontwqrpen nopens de tweejarige staatsbegrooting
deden beslniten alsnog'bestonden. Zijn vertrouwen ophec
Bestuur bleef geschokt, en zelfs sedert den bedoelden tijd
is dat .vertrouwen niet vermeerderd. Hij maakte van deze
gelegenheid op nieuw gebruik, om op de vestiging aan te
dringen cener constitutionele en zuiniger Regering, op de
daarstelling van een homogeen Ministerie betwelk in de
behandeling van alle binnen- en buitenlandsche aangelegen-
heden eenheid behoorde te betoonenop de invoering
van regtstreeksche verkiezingen op de herziening der
Grondwet in een constitutioneel monarchalen zin en op
het verleenen van het regt aan den Koning, om de Kamers
te ontbinden. Hij leide de noodzakelijkheid van het een
en ander 00k af uit -de woelingen, die in een naburig Rijk
ontstaan zijn, en die, zijns inziens, voor ons Land geene
heitzame gevolgen kunnen opleveren. Hij betreurt het,
PJ
a <5 W°
a b" g tq"
t§
a.
C8-
Cn
?o
T3
ro
1
Cu
a
21
^a'
(T> r-t
3
2. W -L.
2.C
O.S
n> 2 w
<^1 -* 2 Q-M
or m 5 tr
CD
3
1-1
2 t
CD 3.
CJ N 3 3
p O ft CD
3* 3- CD CD
2.- 3 3
£5 5
3 W M
crq
2- c/icrq
CD
3
P3 «-K CD CD
3 W o
w f-s CI?, o J—4 o 3 JU
CJ 2- hri ZZT3 3
CJ JTVT o kN 2 3
U 3 1/1 1 CD
c/2 cr 3* o-.
3* n>
?r 3: 2
o £3: £- <t>
a>3 3
o S 3
crq
2 2 3
?r tTj
S
•03 5
Jire S
77 o I—
0
- CD
to re' -
tn" s*
t-.g re re
t~- g era
hi o
C*j 3. w o
- 3 3 Q-
verband met het zoo dikwerf door hen gemantfesteerd dat de Regering over het algemeen den ouden weg scheen
verlangenvan meer in contact te zijn met het Indisch te bewandelen.
Bestuur, eene groote waarde hebben; maar, wat er 00k1 De heeren van Golstein, Luzac, Schooneveld, van Nes,
van de' zaak zij, zoo heeft de Commissie geene categorie War in en Bruce erkenden, dat het thans in beraad zijnde
der attributen van deze Kamer kunnen vinden waartoe hoofdstuk der_ begrooting eenige beztiinigingen had onder-
het aanko'open van uitvindingen zou behooren, en stelde gaan. Sommigen htinner beschomvden deze nog voor
daarom voor, het scuk ter zijde te leggen. verdere uitbreiding vatbaar; terwijl daarentegen anderen
Vervolgens is de Vergadering overgegaan tot de ver- vermeenden dat het raadzamer ware de diplomatic niec
kiezing van drie candidacen voor de vervufling van de te zeer in te krimpen, om dat van deze het onderhouden
opengevallen plants in de Rekenkamer. der vriendschappelijke betrekkingen met vreemde Mogend-
Voor de keus van den eersten candidaat hebben drie heden dikwerf afhing, en door de verwaarloozing onzer
stemmingen plaats gehad. Bij de derde stemming is de heer 1 buitenlandsche betrekkingen spoedig grooter nadeei zou
V M. van Meurshoofd-ambtenaar bij het provinciaal kunnen ontstaandan het voordeel eener ligte besparing
bestuur van Noord-Brabandte "s Hertogenboschen wel j zou aanbrcngen. Zij maakten van deze gelegenheid ge-
met eene meerderheid van 27 tegen 18 stemmen, tot eersten bruik, om bonne beduchtheid te doen kennendat door
candidaat gekozen. De laatste 18 stemmen zijn gevallen j de verwikkelingendie de zoogenaamde luxemburgsche
op den heer rar. II. van Stralen, commies bij het depar-questie aartbood de belangen van Nederland konden
tcment van biniienlandschc zaken. women bcnadeeld. Zij herinnerden, dat door de behan—
Voor de keus van den tweeden candidaat zijn ander-1 deling der buicenlandsche betrekkingen van die Koningrijk
^•ooSs:-.
S-2-S-rej"
w q a1*
Q pi
03 o.
5^ n>
c«
Mr
2. t*
O o
CD
T3/
L 0
CD. -
3
CD 3
CD
- 3 .K- td a- H
q TO rp 0
-t 1; 2.
3 FS-t;
loO^o'-agW
p cn
cr 7"
o
3 crq
rv 2 <T> 1
3^ n 3
2 3 3
P r-w
CD
zn 3
m o
a 3 tl o.
ES..-S2B..
- q q M
3-2"° W <T>rt)3
D c
>o =r
1—11 N 3. a' pi 3 re q 2
3
o
c
3l=c°iqb'o.02S-H
-• re=OKSbfl3a-
re <2.2. of. V N^S-
O^rcO
N 0>fD t? C -O ptHQ fa
3 o /-r- op
P3 CO PI pt p a re re
re W PI W.3S
1 re N 5o
o rc
3 g?=
7;
CD
3 Zl.T^
N
CD
- w O ^<3
S*c 13 p,
Pb H-4 HC pp 3 O t—li ro
pr- ck
CD
1 CD CD
3 3
n.tn
r- fJ O
CjOS.re
SfcjO g g
Ore a.-
2. 2? r, re era
=:Ore M
7? rt> to
T3 K
>3 kN 3 r\.. 3 !-r =r. rs
E- Cj
\&k
ex.
3
3 r\ |3
crq
2 <- ?sv
CX. CD
Jj ET N 7.
^,0 ?ri
C w -r r- r
o -
3- 3- CO a
s'jq CD
Cu
o
o Q-
c ,.2 o
O >2 - Oq
era cj.^cra b p 3 g g- 2 gf o tf s'S.? S* S*
■SreZ2mi"»^S3- ro3.S-21<-
3-frag?:?gS. 1^512 3 2 5
re 3. g ST <1 "2
3 3 2-s- 3 q 3
w
•-n .H-H
2.
C- CD o
Q cd cr
0 3 0
1 Q.1
<3
P5 re S g
CD
M v»
5N3
:o
CJ C/D
a
O
T3
b
O:
Q.
O
cj fD
73 2?aq
£i O)
3^ ro O
~T r, 3
o ro
3
3 2.
3 5'
re a. -j. m v
ra PI
M -'dps
ro 1/5 rt
O-l
77 0 On
~re?°0?: o s2
«Zo X a-»
k ot; 3 3
CD
crq
I
a
O q 7
3 ~SJ 3 FT
V5 l_j
3 - o p- C?
2 re H3 OS
a <- r» P1
3 <P1
PI
jZ O r>
o 2 S.
ret 'Z OfTj
f N
CJ
3
C/q
fD
3
cr
b
o
73
O -q
O rD
OX
Wrj
b 2 C5
^^2
cj
CD
W p
fD
O fD
O 3
3
O
fD
fD
S fD
-» crq
<J «-< crq -j
C3
Q 3
O
fD
fD >~rp
fD
K OS
3
O* cu
On 2.
Ci. -
m r
re^
«-t «-t
fD fD u>
-1
W r-r-
o r
tD 3
3 j
maal drie stemmingen gehouden. Bij de derde daarvan
is tot tweeden candidaat gekozen jonkh. C. T.
Nahuys, lid der ridderschnp van Gelderlnnd, arrondissc-
ments-inspectenr der directe belascingen, in- en uitgaande
regten en accijnsen te Alkmaar, welke 26 stemmen ver-
kreeg; terwijl de overige 18 stemmen gevallen zijn op
den heer .7. Revius, majoor, administrateur voor de
kleeding en wapening bij het regement 'grenadiers.
Ook voor den derden candidaat hebben drie stemmingen
plaats gehad; ten slotte werd de heer Overgaauw Penr.is,
met 28 tegen 17 stemmen, die Dp den heer Revius vielen,
gekozen.
ilierna is de zitting tot morgen gescheiden.
Z. M. heeft de Vriesche Stoomboot-Maatschappij
te Leeuwarden goedgekeurd. De eerste vaart zai tusschen
de Leinmeren Amsterdam worden begonnen. Demaatscliappij
wordt aangegaan met f 500,000 in 500 actien. Z. M.
Willem Frederii graaf van Nassau heeft deelgenomen
vosr twintig aandeelen Z. M. de Koning voor vijf, de
Gouvcrneur van Vriesland voor veertig en de heer van
Boelens voor dertig aandeelen.
Ter vervanging van de corvet Amphitrite, is voor
de Westindien in dienst gestcld de corvet Castor, onder
bevel van den kapitein-luitenant ter zee F. Sohngen
zijnde tevens bepaafd dat twee van de vijf zich thans
aldaar bevindende brikken in Indie zullen worden afge-
lost door de brikken de Arend en de Windhond, onder
bevel van de Untenants ter zee van de eerste klasse
F. IIon ft en .7. Frucht.
Men verneemt nader, dat het Departement van
Oorlog de bevelhebbers der tien regementen infanterie
heeft doen gelasten, om onverwijld door tusschenkomst
van de heeren Gouverneurs der provincien, zoo veel
miliciens plaatsvervangers der vier jongste ligtingen die
zich thans met groot veriof bevindenin active dienst
bij het corps op te roepen, als noodig zullen wezen om
het bepaald getal te bereiken, en omtot het vinden
van het vereischte getal met de plaatsvervangers van
de ligting van 1841 te beginnen, en zoo vervolgens bij
afdaling tot de iigting van 1838 ingesloten; zijnde bet
de bedoeling van het Departement van Oorlog dat de
plaatsvervangers van 1837 buiten toepassing worden ge-
laten. Daar bij twee regementen het geval zich voor-
doetdat al de met veriof afwezige plaatsvervangers der
vier opgegeven ligtingen niet toereikende zijn, om in
het bestaande te kort te voorzien, zai men bij die corpsen,
uit dien hoofde tot de miliciens der ligting van 1840
moeten overgaan, en het getal manschappen dat, na
aftrek der op te roepen plaatsvervangers, nog mogt ont-
brekendoor zoodanige miliciens der laatstgenoemde
ligting behooren aan te vnlienals daartoe bij loting
zullen worden aangewezen. Deze maatregelen zijn, naar
men verneemt, daarop gegronddat, volgens de bij het
Departement van Oorlog ingekomen situatie-staten van
de verschillende corpsen der armeeon den 1 October
Inatstleden, 'bij de tien regementen infanterie een zeker
aantal manschappen ontbreekt aan het getal soldnten
hetweik krachcens de jongste organisatie van het wapen
steeds in gestadige dienst moet zijn, en dit in-compleet
noodzakelijk moet worden aangevuld.
's GRAVENHAGE den 5 november.'
In de zitting van de Tweede Kamer der Stacen-Generaal
van heden waren aan de orde van den dag gesteld de
beraadslagingen over het ontwerp van wet, houdende het
hoofdstuk voor het departement van buiteniandsche
zaken, voor de iaren 1842 en 1843.
De heer Warin stelde voor, om, vtidr dat die beraad
slagingen een aanvang namen, de geheimhouding op te
heden welke in de gehouden comitces-gcneraalten
en van het Groothertogdom door denzelfden staatsdienaar,
gelijk dit tot voor weinigen tijd het geval was, Iigt eene
verwarring kon ontstaan; dat werkelijk de afgetreden
Minister van Buicenlandsche Zaken zijne betrekking had
nedergelegd om dat de Koning Groochertog niec ratifi-
ceerde het bereids gesloten tractaat tusschen Luxemburg
en het Duitsche Tolverbond; dat hieruic was af te leiden,
dat uit die niet-ratiiicatie en de desvvege gerezen geschillcn
na'deelige gevolgen voor Nederland zouden ktinnen voorc-
vioeijendac vele hooge en aanzienlijke staacsdienareti
de eervolle betrekking van hoofd van het departement
van buicenlandsche zaken. van de hand gewezen hebben
om dac de luxemburgsche questie niet geregeld was
en dat men het niec ontkennen kon, dat deze luxemburg
sche questie op zoodanige wijze is behandeld geworden
dat velen in verwarring moesten geraken of die zaak
niet in een naauw verband njet de nederlandsche belangen
stond. Velen is het voorgekemen, dat het eene neder
landsche zaak was, en het is te vreezen, dat de gevolgen
ook op Nederland zullen terugkomen. Zij hoopten der-
halve van den Minister de noodige inlicluingen te beko-
men en bijzonder op welke wijze Zijne Exc. zich ver-
zekerd hielddat denederlandsche belangen niet door
die zaak zouden worden benadeeld. Zij drongen er op
aan, da: Zijne Exc. het stelsel oncvouwde, waarnaar
tegenwoordig onze buiteniandsche aangelegenheden worden
bestuurd. Zij vreesden dat men volstrekt geen stelsel
volgde, en eenigen hunner verklaarden onbewimpeld, dac
zij aan het tegenwoordig bestuur der buiteniandsche zaken
hun vertrouwen niet konden schenken.
De heer Luzac vroeg, hoe en in welken geest moesp
worden opgevac een artikelhetweik in een fransch blad
geplaatst was, en dat een.haif-officieel karakter had. Hij
kon geenszins vele der uitdrukkingen goedkeuren welke
in dat artikel voorkwamennoch die met stilzwijgen
voorbijgaan. Wel verre dat zij, die hunne beduchtheid
over de luxemburgsche questie te kennen gaven, door
zekere lafharcigheid werden gedrevenwas het alleen
eene vrees voor de verwikkelingenwelke daardoor voor
de nederlandsche belangen zouden kunnen ontstaan; voor
de verkoeling der vriendschappelijke betrekkingen tusschen
Nederland en de vreemde Staten. Hij achtte het van ge-
wigt, dat de opinie tegen ons, welke in Duitsehiand al
meer en meer ontstond wierd voorkomen of tegengegaan,
en het was zijne beduchtheid te dezen aanzien, die hem
deed besluiten om de aanneming van die hoofdstuk uic
te stellen toe dat de luxemburgsche questie zich onder
gunstiger gezigespunten aanbood. Kortelings waren door
de Regering nopens dit punt nota's naar buitenslands nf-
gezondenwanrop men het ancwoord weldra mogt te
gemoec zicn. Mogten die van geruststellenden aard zijn,
dan zou hij geene zwarigheid maken eene begrooting voor
de buiteniandsche zaken toe te staanin de hoop dat de
diplomaticdie daaruic ondbrhoudeu moet worden ten
goede van den Lande zou werken.
De heer Schooneveld vroegof Zijne Exc. de Minister
van Nederland maatregelen genomen had ter beveiliging
van de belangen van die Rijk, bij het aanhangig luxem-
burgsch geschil.
De heeren Fnschedi, van Rappard, Uytwerff Sterling
Kniphorst en Gevers hebben zich, op verschillende gron-
den ten voordeele van het ontwerp verklaard. Eenigen
hunner werden door de beduchtheid hunner medeleden
niec weggesleepc. Huns inziens, stond het luxemburgsche
vraagscuk niet in de rainsce betrekking met de neder
landsche belangen. Anderen merkten aan dat eene ver-
werping van het hoofdstuk grooter verwiitkeling zou te
weeg brengen dan men welligc van de luxemburgsche
questie te vreezen had. Enkeien gaven te kennendat